Afspraken over single audit: audit rekeningen 2022 Vlaamse overheid
Afspraken over single audit: audit rekeningen 2022 Vlaamse overheid
Tussen
Het Rekenhof, vertegenwoordigd door xxxxxxx Xxxxx Xxxxxxxx, voorzitter van het Rekenhof En
Het Instituut van de Bedrijfsrevisoren, vertegenwoordigd door de xxxx Xxxxxxx Xxx Xxxx, voorzitter En
Het departement Financiën en Begroting van de Vlaamse Gemeenschap, vertegenwoordigd door de xxxx Xxxxxxxx Xxxxxxxxxxx, Vlaams minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed.
2
1. Kader 3
2. Kerncijfers Vlaamse overheid 5
3. Aanpak departement Financiën en Begroting 5
4. Controlestrategie Xxxxxxxx 0
4.1. Algemene uitgangspunten 6
4.2. Materialiteit toegepast door het Xxxxxxxx 0
4.2.1. Materialiteit op niveau Vlaamse overheid 6
4.2.2. Materialiteit entiteiten Vlaamse overheid 7
4.2.3. Xxxxxxxxxxx 0
4.2.4. Significantie van de entiteiten en overleg tussen partijen 8
4.2.4.1. Significante entiteiten 8
4.2.4.2. Niet-significante entiteiten 8
4.3. Praktische afspraken voor controles ter plaatse 8
4.3.1. Contactpersonen 8
4.3.2. Strategie en planning 9
4.3.3. Fraude 10
4.3.4. Uitvoering van de controle 10
4.3.5. Afsluitend gesprek (closing meeting) 12
4.3.6. Auditrapporten 13
5. Tijdpad voor de audit van de rekeningen 2022 14
6. Bijzondere aandachtspunten 15
7. Contact 16
Bijlage 1 18
Allocatie van materialiteit Vlaamse overheid naar significante entiteiten 18
Bijlage 2 19
Building Blocks (BB): werkprogramma ISRS 4400 19
1. Kader
De Vlaamse Codex Overheidsfinanciën (VCO) en het uitvoeringsbesluit (BVCO ) voorzien in een verregaande samenwerking op het vlak van financiële controle tussen het departement Financiën en Begroting, de bedrijfsrevisoren en het Rekenhof.
De (jaar)rekeningen van heel wat Vlaamse rechtspersonen moeten worden gecertificeerd door een bedrijfsrevisor (artikel 55 VCO).
De geconsolideerde rekening van de Vlaamse deelstaatoverheid wordt op basis van artikel 44 van de VCO voor certificering aan het Rekenhof voorgelegd. Als groepsauditor organiseert het Rekenhof zijn financiële controles overeenkomstig de bijzondere overwegingen controles van financiële overzichten van een groep (inclusief de werkzaamheden van auditors van
.
Entiteiten die behoren tot de Vlaamse deelstaatoverheid stellen jaarlijks een rekening op conform de regels die de Vlaamse Regering bepaalt.
De bedrijfsrevisor past bij zijn rekeningencontrole de internationale controlestandaarden (International Standards on Auditing of ISA . Inzake het toepasselijk referentiekader voor financiële rapportering verwijst hij in zijn certificeringsverslag naar de relevante regels en principes van de hoofdstukken 2 tot en met 6 van de codex (VCO) zoals verder geconcretiseerd door het BVCO.
Deze afsprakennota, gesloten tussen het departement Financiën en Begroting, het Instituut van de Bedrijfsrevisoren en het Rekenhof, regelt de samenwerking tussen het departement Financiën en Begroting, de bedrijfsrevisoren die bij de Vlaamse rechtspersonen een certificeringsopdracht overeenkomstig de VCO uitvoeren en het Rekenhof dat de geconsolideerde rekening van de Vlaamse deelstaatoverheid certificeert (hierna: de partijen). De nota legt uit op welke manier deze partijen hun financiële controles onderling afstemmen wat betreft de controleplanning, -werkzaamheden en resultaten.
Basis voor deze afsprakennota is artikel 66 van de VCO dat single audit invoert bij de Vlaamse overheid. Single één enkel auditmodel voor de Vlaamse overheid, waarbij elk controleniveau voortbouwt op het voorgaande, met als doel de last voor de gecontroleerde te verminderen en de kwaliteit van de audit op te voeren, maar zonder de onafhankelijkheid van de betrokken auditorganen te ondergraven
De partijen passen het single audit principe toe, waarbij ze zoveel mogelijk op elkaars resultaten verder bouwen. De afspraken over single audit gelden voor alle entiteiten die krachtens artikel 7 van de VCO bekendgemaakt worden op de website van de bevoegde instantie , namelijk xxxxx://xxx.xxxxxxxxxx.xx/xx- content/uploads/2022/02/20211018_Lijst_toepassingsgebied_VCO.xlsx. Bepaalde entiteiten dienen slechts een
1 Het besluit van de Vlaamse Regering van 9 oktober 2015 betreffende controle en single audit die van toepassing is op de universiteiten, hogescholen en een aantal andere ambtshalve geregistreerde instellingen voor hoger onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap blijft van toepassing. De afsprakennota geldt dus ook voor deze entiteiten.
2 De standaarden voor au
xxxxx://xxx.xxxxx.xxx/xxxxxxxxxxxx-
pronouncements/).
3 Modelverslagen kunnen gevonden worden op de website van het Informatiecentrum voor het Bedrijfsrevisoraat (xxx.xxxx.xx)
4 Het Rekenhof kan, overeenkomstig haar eigen autonomie, entiteiten controleren die niet aan de VCO zijn onderworpen, maar deze controles vallen buiten het afsprakenkader van single audit.
De partijen engageren zich ertoe om hun auditwerkzaamheden maximaal op elkaar af te stemmen om dubbel werk te vermijden, de controlelast te verminderen en de kostenefficiëntie van hun audits te verhogen. Concreet gebeurt dit via informatie-uitwisseling inzake strategie en planning, monitoring en risicoanalyse, rapportering, controlemethodieken en handleidingen en goede praktijken. Elke partij bouwt voort op de werkzaamheden die zijn verricht door andere controleactoren die eerder in de controlecascade optreden. Iedere partij dient haar opdracht autonoom uit te voeren, en draagt hiervoor onverkort de verantwoordelijkheid.
De opheffing van het beroepsgeheim van de bedrijfsrevisor t.o.v. het Rekenhof en het departement Financiën en Begroting zorgt ervoor dat de uitwisseling van informatie probleemloos verloopt.
De certificeringsopdracht van de bedrijfsrevisor overeenkomstig het VCO en verder uitgewerkt in het BVCO en het besluit van de Vlaamse Regering van 9 oktober 2015 is ruimer dan deze voorzien in het Wetboek van vennootschappen. De begrotingsuitvoering en de ESR-rapportering (rapportering volgens economische classificatie alsook building blocks) vallen ook binnen de scope van de opdracht. De bedrijfsrevisor dient er zich van te vergewissen over afdoende kennis en ervaring te beschikken om al deze controles met goed gevolg zelf uit te voeren. Bij de uitvoering van de controles kan rekening worden gehouden met de controlebevindingen van de andere controleactoren, zonder dat de internationale controlestandaard ISA 620 ebruikmaken van de werkzaamheden van een deskundige evenwel op hen kan worden toegepast. Het Rekenhof kan niet door de bedrijfsrevisor als deskundige worden ingeschakeld voor de uitvoering van controlewerkzaamheden.
5 Betreffende controle en single audit die van toepassing is op de universiteiten, hogescholen en een aantal andere ambtshalve geregistreerde instellingen voor hoger onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap.
2. Kerncijfers Vlaamse overheid
ESR- | Aangepaste begroting 2022 |
ESR-gecorrigeerde ontvangsten | |
- Ministerie Vlaamse Gemeenschap | 47.054.347 |
- Diensten met afzonderlijk beheer | 352.857 |
- Rechtspersonen | 4.652.601 |
52.059.805 | |
ESR-gecorrigeerde uitgaven | |
- Ministerie Vlaamse Gemeenschap | 30.567.094 |
- Diensten met afzonderlijk beheer | 1.504.331 |
- Rechtspersonen | 24.837.131 |
56.917.112 | |
Saldo | -4.857.307 |
Onderbenutting | 1.229.311 |
Effect verstrengd begrotingstoezicht | 116.757 |
Vorderingensaldo | -3.511.239 |
Bron
De aangepaste begroting 2022 sluit af met een negatief saldo van 3.511,2 miljoen euro.
3. Aanpak departement Financiën en Begroting
Het departement Financiën en Begroting garandeert de betrouwbaarheid, correctheid, volledigheid en tijdigheid van de gegevens inzake begrotingsuitvoering en boekhouding van de Vlaamse overheid. Monitoring en controle van uitvoering van de begroting behoren dan ook tot de recurrente opdracht van het departement, zonder evenwel controles ter plaatse uit te voeren.
Voor de rechtspersonen met een raad van bestuur kan het departement Financiën en Begroting rekenen op de werkzaamheden die door de bedrijfsrevisoren en door het Rekenhof worden uitgevoerd. Het is noodzakelijk dat het departement tijdig op de hoogte wordt gebracht van hun controlevaststellingen.
Samen met de rekening 2022 zullen bij alle entiteiten die tot de Vlaamse overheidssector S13.12 behoren, de door het INR opgelegde rapporteringen rond building blocks worden opgevraagd. De rapportering van die building blocks over 2022 is eveneens aan de controle van de bedrijfsrevisor onderworpen (zie verder punt 6).
Wanneer het departement Financiën en Begroting kennis heeft van bijzondere aandachtspunten die van belang zijn voor een te controleren rechtspersoon, communiceert het deze tijdig aan de betrokken controleactoren zodat zij hun controlebenadering hierop kunnen afstemmen. Bij gebrek aan dergelijke communicatie kunnen de andere actoren uitgaan van de afwezigheid van bijzondere aandachtspunten
6 Zie bijlage 0 - Xxxxxxxx Xxxxxx: werkprogramma ISRS 4400
Het departement Financiën en Begroting vaardigt richtlijnen uit voor het voeren van de boekhouding en voor de opmaak van de rekeningen. Deze richtlijnen worden gebundeld in de handleiding voor de boekhoudregels (link: xxxxx://xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxxxxxxxxx.xx publiek toegankelijk).
Daarnaast houdt het departement Financiën en Begroting voor elke betrokken rechtspersoon een permanent dossier bij dat uit een algemeen en een vertrouwelijk luik bestaat. Het vertrouwelijk luik, dat enkel raadpleegbaar is door de betrokken rechtspersoon en zijn controleactoren, bevat voornamelijk verslagen van di
muleerd door de andere controleactoren mee opvolgt. (link: xxxxx://xxxxxxxxxxx.xxxxxxxxxx.xx/ - beveiligd - aanvraag via xxxxxxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx in te dienen).
4. Controlestrategie Rekenhof
4.1. Algemene uitgangspunten
Het Rekenhof hanteert de auditstandaard ISA 600 bijzondere overwegingen controles van financiële overzichten van een groep (inclusief de werkzaamheden van auditors van groepsonderdelen) als leidraad voor de organisatie van zijn financiële controles.
Uitgaande van de begroting bepaalt het Rekenhof welke entiteiten van de Vlaamse overheid significant zijn voor zijn controle. Hierbij neemt het zowel kwantitatieve als kwalitatieve criteria in aanmerking.
Bij entiteiten die vanwege hun financieel belang significant zijn, is een volkomen controle (full audit) door het Rekenhof vereist. Entiteiten van de Vlaamse overheid die financieel minder belangrijk zijn, worden onderworpen aan een summiere controle (gebaseerd op een analytisch nazicht).
Bij entiteiten die vanwege hun bijzondere risico (bv. een budgettair aandachtspunt) significant zijn, richt het Rekenhof zijn auditwerkzaamheden specifiek op dit bijzondere risico.
Het Rekenhof zal steunen op het werk van de bedrijfsrevisor, mits het zich kan vergewissen van de inhoud en de resultaten van die controlewerkzaamheden. Bij rechtspersonen die omwille van hun financieel belang of bijzonder risico significant zijn, zal meer overleg en samenwerking tussen het Rekenhof en de bedrijfsrevisor nodig zijn dan bij minder significante rechtspersonen.
4.2. Materialiteit toegepast door het Rekenhof
4.2.1. Materialiteit op niveau Vlaamse overheid
Het activiteitenniveau van de Vlaamse overheid wordt financieel best weergegeven door haar gecorrigeerde geconsolideerde begrotingsuitgaven . Voor begrotingsjaar 2022 worden deze geraamd op 65.994,2 miljoen euro. Wanneer daarop de richtwaarde van 0,5% tot 2% van de uitgaven wordt toegepast, geeft dit een interval tussen 330,0 en 1.319,9 miljoen euro.
7 Het Rekenhof houdt in de materialiteitsberekening niet alleen rekening met de netto ESR-uitgaven (56.908,6 miljoen euro), maar ook met de ESR 8 (participaties) en ESR 9 verrichtingen (leningen).
Het Rekenhof bepaalt de materialiteit op groepsniveau op 500,0 miljoen euro. Dit bedrag wordt gebruikt als drempelwaarde voor de selectie van de financieel significante entiteiten van de Vlaamse overheid (cfr. infra).
4.2.2. Materialiteit entiteiten Vlaamse overheid
Voor het aansturen van de controles op de jaarrekeningen van individuele entiteiten van de Vlaamse overheid en voor het beoordelen van de controleresultaten op niveau van de individuele jaarrekeningen wijst het Rekenhof de materialiteit op groepsniveau toe aan de verschillende entiteiten door gebruik te maken van het MACM-model (maximum aggregate component materiality) . Dit model vermenigvuldigt de groepsmaterialiteit met een multiplicator die is gebaseerd op het aantal significante entiteiten. Het bekomen product wordt verdeeld over de significante entiteiten.
Op basis van de aangepaste begroting 2022 selecteerde het Xxxxxxxx 00 financieel significante entiteiten. Twee entiteiten, die de voorbije drie jaren de materialiteitsdrempel van 500,0 miljoen euro minstens éénmaal hebben overschreden, werden toegevoegd conform artikel 4.2.4.1. Significante entiteiten9. Bijlage 1 bevat een overzicht van de materialiteit die het Rekenhof bij de controle van deze entiteiten zal toepassen. Bij een niet- significante entiteit bedraagt de materialiteit van het Rekenhof 25,0 miljoen euro.
De bedrijfsrevisoren certificeren de jaarrekeningen van individuele Vlaamse rechtspersonen. Zij bepalen de materialiteit in functie van deze certificeringsopdracht. Evenwel mag die materialiteit niet hoger zijn dan die gehanteerd door het Rekenhof voor dat groepsonderdeel.
4.2.3. Grenswaarde
Alle opmerkingen met een impact vanaf 10,0 miljoen euro, evenals alle opmerkingen die de bedrijfsrevisor als materieel beoordeelt, dienen aan het Rekenhof te worden meegedeeld.
Wanneer de bedrijfsrevisor tijdens zijn controle op fouten of problemen stuit die aanleiding kunnen geven tot een vermelding in het single auditverslag , brengt hij het Rekenhof daar zo snel mogelijk van op de hoogte. Daarbij wordt zowel de inhoud van de opmerking, de aard van de fout, de geraamde impact, de reactie van de gecontroleerde, als een kopie van de onderbouwende stukken meegedeeld.
8 Component Materiality for Group Audits, by Xxxxxx X. Xxxxxx, Xxxxxxx X. Xxxxxxx, Xxxxxxxx X. Xxxxxxxxx and Xxxxxxx X. Xxxxxxx Xx., Journal of Accountancy, December 2008, xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx/Xxxxxx/0000/Xxx/XxxxxxxxxXxxxxxxxxxxxxxXxxxxXxxxxx.xxx.
9 Participatiemaatschappij Vlaanderen en De Vlaamse Waterweg overschreden in 2021 de 500,0 miljoen euro materialiteitsgrens.
10 De bedrijfsrevisoren bij universiteiten en hogescholen voeren hun opdracht uit overeenkomstig artikel 7 van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 oktober 2015 betreffende controle en single audit die van toepassing is op de universiteiten, hogescholen en een aantal andere ambtshalve geregistreerde instellingen voor hoger onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap.
4.2.4. Significantie van de entiteiten en overleg tussen partijen
Gegevens gebaseerd op de aangepaste begroting 2022
Entiteiten | Aantal | % | Gecorrigeerde ESR- ontvangsten (mln. euro) | % | Gecorrigeerde ESR- uitgaven (mln. euro) | % |
500 mln euro | 26 | 12,6% | 61.591,5 | 95,0% | 55.687,5 | 84,4% |
50 500 mln euro | 59 | 28,6% | 2.696,1 | 4,2% | 9.091,2 | 13,8% |
50 mln euro11 | 121 | 58,7% | 553,7 | 0,9% | 1.215,5 | 1,8% |
206 | 100,0% | 64.841,2 | 100,0% | 65.994,2 | 100,0% |
4.2.4.1. Significante entiteiten
Entiteiten waarvan de gecorrigeerde ESR-uitgaven of -ontvangsten hoger zijn dan de materialiteit op groepsniveau (500,0 miljoen euro), beschouwt het Rekenhof als significante entiteiten. Entiteiten die de voorbije drie jaren de materialiteitsdrempel van 500,0 miljoen euro minstens éénmaal hebben overschreden, worden ook bij de rekeningencontrole 2022 als een significante entiteit aangemerkt, behalve wanneer die overschrijding te wijten was aan een eenmalige en specifieke maatregel.
Wanneer een bedrijfsrevisor de jaarrekening van een significant groepsonderdeel certificeert, zal het Rekenhof minstens twee overlegmomenten met de bedrijfsrevisor afspreken:
Planningsoverleg
Tijdens het planningsoverleg bespreken het Rekenhofteam en de bedrijfsrevisor hun risicoanalyse (inclusief budgettaire aandachtspunten) en geplande controleaanpak. Zij overleggen wanneer en hoe de rekeningencontrole zal worden uitgevoerd.
Rapporteringsoverleg
Tijdens dit overleg bespreekt de bedrijfsrevisor de resultaten van zijn rekeningencontrole met het Rekenhofteam. Daarbij kan het Rekenhofteam inzage vragen in het werkdossier van de bedrijfsrevisor. Dit overleg kan plaatsvinden na de rekeningcontrole, tijdens de closing meeting of naar aanleiding van de bespreking van de auditresultaten in het auditcomité.
4.2.4.2. Niet-significante entiteiten
Bij entiteiten waarvan de gecorrigeerde ESR-uitgaven of -ontvangsten lager zijn dan de materialiteit op groepsniveau, beslist het Rekenhof welke overlegmomenten met de bedrijfsrevisor nodig zijn. Een overlegmoment is vereist wanneer de bedrijfsrevisor overweegt een verklaring te geven die afwijkt van een goedkeurende verklaring.
4.3. Praktische afspraken voor controles ter plaatse
4.3.1. Contactpersonen
Het Rekenhof en de bedrijfsrevisoren zorgen ervoor dat hun auditteams die bij dezelfde entiteit werkzaam zijn, rechtstreeks en informeel contact met elkaar kunnen opnemen om informatie te delen.
Zij bezorgen elkaar een lijst met contactpersonen.
11 Er wordt geen rekening gehouden met de rechtspersonen die geen begroting hebben ingediend omdat deze het grensbedrag van 5,0 miljoen euro aan ESR ontvangsten of ESR uitgaven niet hebben overschreden (VCO art. 3 §2).
In geval bepaalde contactpersonen wijzigen, engageren zij zich om elkaar zo snel mogelijk op de hoogte te stellen.
Het centraal permanent dossier bevat per entiteit algemene informatie over de controleactoren, de looptijd van hun mandaat, alsook over de persoon of personen met wie contact moet worden opgenomen, met vermelding van hun contactgegevens. Het Rekenhof en de bedrijfsrevisoren zorgen via een mail aan xxxxxxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx dat de hen betreffende informatie in het permanent dossier actueel blijft.
4.3.2. Strategie en planning
Het Rekenhof en de bedrijfsrevisoren overleggen met elkaar over de gevolgde auditstrategie en leggen in functie daarvan hun auditplanning vast. Daarbij herleiden zij de dubbele werkzaamheden tot een minimum.
Aansluitend bij het onderzoek van de begroting informeert het Rekenhof de bedrijfsrevisor over de vooropgestelde auditstrategie voor die entiteiten van de Vlaamse overheid waar zij samen actief zijn. Binnen die krijtlijnen stemmen het Rekenhof en de bedrijfsrevisor hun auditaanpak op elkaar af. Hierbij komen volgende elementen aan bod:
o Significante versus niet-significante entiteiten (zie bijlage 1);
o Door het Rekenhof toegepaste materialiteitsdrempels: groepsmaterialiteit, afgeleide materialiteit voor het groepsonderdeel, grenswaarde (zie 4.2);
o Door de bedrijfsrevisor gehanteerde materialiteits-drempels;
o
Zij kunnen contact met elkaar opnemen om kennis en ervaring (over een entiteit of organisatie of een specifieke materie) te delen en de resultaten van hun monitoring en risicoanalyse uit te wisselen en toe te lichten. Dit betreft onder meer:
o Belang van de entiteit binnen het beleidsdomein;
o (Budgettaire) aandachtspunten bij de begroting;
o Evaluatie van het risicomanagement van de entiteit, met eigen aanvullingen;
o Prioriteiten bij de rekeningencontrole;
o Risicoanalyse;
o Opvolging van opmerkingen van vorige jaren;
o
De tijdelijke samenwerking over de uitvoering van controleactiviteiten in het kader van de jaarrekening kan worden besproken.
Zij informeren elkaar tijdig over de planning van hun auditactiviteiten bij entiteiten van de Vlaamse overheid, waar zij samen actief zijn. Zij lichten ook de entiteit tijdig in over de in de jaarplanning opgenomen controleactiviteiten:
o De bedrijfsrevisor laat het Rekenhof weten welke interimwerkzaamheden hij plant en wanneer die worden uitgevoerd.
o De bedrijfsrevisor laat het Rekenhof weten wanneer de eindejaarscontrole zal worden uitgevoerd.
o Het Rekenhof laat de bedrijfsrevisor weten welke bijzondere onderzoeken het heeft gepland en in welke periode die worden uitgevoerd.
o Het Rekenhof laat de bedrijfsrevisor weten of het in het kader van de controle van de jaarrekening nog bijkomende werkzaamheden plant.
Belangrijke verschuivingen in de auditplanning, de auditaanpak of de inhoud van de controle worden tijdig gecommuniceerd, zodat elke partij hiermee rekening kan houden bij de planning van de eigen werkzaamheden.
12 Conform artikel 61, § 2 van het BVCO en artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering betreffende controle en single audit die van toepassing is op de universiteiten, hogescholen en een aantal andere ambtshalve geregistreerde instellingen voor hoger onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap
De partijen informeren elkaar over de aanvang van een audit- of controleopdracht.
4.3.3. Fraude
International Standard on Auditing (ISA) 240 behandelt de verantwoordelijkheden van de bedrijfsrevisor met betrekking tot fraude in het kader van een controle van financiële overzichten.
Er wordt verwacht dat de bedrijfsrevisor volgende documenten ter beschikking stelt van de partijen:
de fraudebrainstorming die de significante beslissingen documenteert die tijdens de bespreking tussen de leden van het opdrachtteam zijn genomen over de mate waarin de financiële overzichten van de entiteit vatbaar zijn voor een afwijking van materieel belang die het gevolg is van fraude; en
de frauderisicomatrix die de geïdentificeerde en ingeschatte risico's op een afwijking van materieel belang, die het gevolg is van fraude, documenteert, zowel op het niveau van de financiële overzichten als van beweringen.
Indien relevant: de resultaten van het testen van journaalboekingen (journal entry testing)
Tenslotte geven de paragrafen 45 t.e.m. 47 van ISA 240 in dit kader weer welke aspecten de bedrijfsrevisor in de controledocumentatie dient op te nemen, waaronder de algehele manieren om in te spelen op de ingeschatte risico's op een afwijking van materieel belang die het gevolg is van fraude op het niveau van de financiële overzichten, de aard, timing en omvang van controlewerkzaamheden, en het verband tussen deze werkzaamheden en de ingeschatte risico's op een afwijking van materieel belang op het niveau van beweringen die het gevolg is van fraude.
Om input te bekomen van voor het opstellen van de risicomatrix, kan krachtens de globale afsprakennota13 de contactpersoon van Audit Vlaanderen14 worden geraadpleegd.
In geval van indicaties van mogelijke fraude bezorgt de bedrijfsrevisor of het Rekenhof, zonder enig uitstel, aan Audit Vlaanderen een schriftelijke terugkoppeling van de bevindingen over het onderzoek naar het frauderisico.
4.3.4. Uitvoering van de controle
Het Rekenhof en de bedrijfsrevisor maken maximaal gebruik van de resultaten van elkaars audit- en controlewerkzaamheden. Zij houden elkaar stelselmatig op de hoogte over de resultaten van hun audits bij die entiteiten van de Vlaamse overheid waar zij samen actief zijn en verschaffen elkaar toelichting over de uitgevoerde onderzoeken.
Zij kunnen elkaar informatie vragen over de stand van uitvoering van de auditplanning.
Op verzoek kan mondeling toelichting worden gegeven bij een auditrapport of controleverslag.
De partijen hebben inzage in elkaars werkprogramma en werkdossier en bezorgen met betrekking tot elkaars werkprogramma en werkdossier op eenvoudige vraag elkaar kopieën.
Op eenvoudige vraag lichten de partijen informatie uit hun controlewerkzaamheden toe.
13 Dd. 10 mei 2017
14 Raadpleeg voor contactgegevens het permanent dossier.
Afwijkende standpunten tussen bedrijfsrevisoren en Rekenhof moeten zoveel mogelijk worden voorkomen. Indien een verschil in mening ontstaat, proberen beide partijen in samenspraak met het departement Financiën en Begroting tot een consensus te komen. Wanneer dat niet lukt, zal het Rekenhof in zijn rapportering beide standpunten vermelden. Deze gevallen moeten stelselmatig worden gesignaleerd aan de stuurgroep single audit, en aanhangig worden gemaakt bij de Vlaamse Adviescommissie Boekhoudkundige Normen (VABN).
bedrijfsrevisor om een aantal stukken in zijn werkdossier op te nemen. Deze documentatie dient systematisch met het Rekenhof te worden gedeeld en betreft:
Risk assessment procedures Documentatie over de belangrijkste bevindingen van de risk assessment procedures (ISA 315).
Risicomatrix Documentatie van de risico s die een afwijking van materieel belang kunnen veroorzaken, die op basis van het inzicht in de entiteit en haar omgeving zijn geïdentificeerd (ISA 315) en van de controlebenadering die is uitgewerkt in functie van di.
Controlebenadering Documentatie omtrent de algehele controleaanpak, het controleprogramma, evenals alle belangrijke wijzigingen die daarin zijn aangebracht, alsmede de redenen van dergelijke wijzigingen (ISA 300).
Materialiteitsberekening Documentatie van (1) de materialiteit gehanteerd voor de financiële overzichten als geheel, (2) indien van toepassing, het materialiteitsniveau of de materialiteitsniveaus voor bijzondere transactiestromen, rekeningsaldi of in de financiële overzichten opgenomen toelichtingen, en (3) de uitvoeringsmaterialiteit, evenals alle herzieningen ervan in de loop van de controle (ISA 320).
Beheersmaatregelen Documentatie omtrent de manieren om in te spelen op de ingeschatte risico's op een afwijking van materieel belang op het niveau van de financiële overzichten, alsmede de aard, timing en omvang van de controlewerkzaamheden die zijn uitgevoerd, en de conclusies ervan (ISA 330). Fraudebenadering Documentatie van de ingeschatte frauderisico s van materieel belang voor de financiële overzichten, de aard, timing en omvang van controlewerkzaamheden, en de conclusies ervan (ISA 240).
In overweging nemen van wet- en regelgeving Documentatie over geïdentificeerde of vermoede niet-naleving van wet- en regelgeving (ISA 250).
Accounting estimates / schattingen Inventaris van de belangrijke accounting estimates en de resultaten van de beoordeling (ISA 540).
Evaluatie van de afwijkingen Documentatie omtrent het bedrag waaronder afwijkingen als duidelijk triviaal worden beschouwd, alle afwijkingen die tijdens de controle geaccumuleerd zijn, met de vermelding of zij gecorrigeerd zijn en de conclusie met betrekking tot de vraag of niet-gecorrigeerde afwijkingen, afzonderlijk of gezamenlijk, van materieel belang zijn, en de basis voor die conclusie (ISA 450).
Management letter - in toepassing van ISA 260 en ISA 265 (en artikel 60 van het BVCO), dat rapportering voorschrijft van vastgestelde inefficiënties en inbreuken op regelgeving, andere dan VCO, die financiële gevolgen voor de entiteit met zich hebben gebracht of met zich zouden kunnen meebrengen
Bevestigingsbrief - ondertekend door de leden van het management verantwoordelijk voor het voorbereiden en/of opstellen van de jaarrekening (ISA 240).
15 De algemene controle-omgeving vormt de grondslag van de organisatie. De beoordeling ervan (integriteit, ethisch handelen,
.
16 Op de bedrijfsrevisor rust geen actieve zoekplicht naar inefficiënties of inbreuken. Vastgestelde inbreuken en/of efficiënties moeten evenwel gerapporteerd worden.
De voornoemde lijst is niet limitatief. In het overleg geeft het Rekenhof aan van welke documenten uit het dossier het een (elektronische) kopie wenst. Zo kan het Rekenhof de bedrijfsrevisor vragen een confirmatie van zijn onafhankelijkheid ten aanzien van de entiteit te bezorgen.
De documenten over de planning (risk assessment, risicomatrix, controlebenadering en materialiteitsberekening) dienen te worden geactualiseerd voorafgaand aan het planningsoverleg. De overige documenten dienen voor inzage beschikbaar te zijn uiterlijk tegen het afsluitend gesprek.
Naast de correctheid van de ESR-rapportering zal de bedrijfsrevisor er vooral op toezien dat het door het departement Financiën en Begroting voorziene sjabloon voor de jaarrekening volledig volgens de instructies van het departement is ingevuld . In de mate dat er twijfel zou bestaan over de interpretatie van de invulling van het sjabloon, neemt de bedrijfsrevisor contact op met de contactpersoon bij het departement Financiën en Begroting (zie punt 7). Het standpunt van het departement is hierin beslissend.
4.3.5. Afsluitend gesprek (closing meeting)
Het Rekenhof en Audit Vlaanderen dienen te worden uitgenodigd voor het afsluitend gesprek van de bedrijfsrevisor met de financiële directie/leidend ambtenaar van de entiteit. De bedrijfsrevisor brengt hen hiervan tijdig op de hoogte. Zij verwittigen of zij aanwezig zullen zijn.
Indien nodig wordt ook het departement Financiën en Begroting uitgenodigd, om eensgezindheid te bekomen over de interpretatie van boekhoudregels of de verwerking van bepaalde transacties met impact op de ESR- consolidatie.
Ter voorbereiding van het afsluitend gesprek bezorgt de bedrijfsrevisor tijdig:
De agenda van het afsluitend gesprek.
Een analytisch nazicht van zowel de balans en resultatenrekening, als van de uitvoeringsrekening van de begroting.
Een samenvattende nota (audit summary memorandum) waarin alle problemen aangaande de rekeningencontrole worden samengevat, met een kopie van de onderliggende verantwoordingsstukken.
Het Rekenhof mag de werkpapieren van de bedrijfsrevisor inkijken voorafgaand aan het afsluitend gesprek.
Bij entiteiten die beschikken over een auditcomité, worden het Rekenhof en Audit Vlaanderen ook uitgenodigd op die vergaderingen waarop de jaarrekening en de auditverslagen van de bedrijfsrevisor worden behandeld. De bedrijfsrevisor brengt hen tijdig op de hoogte van de vergadering van het auditcomité waarop zijn tussenkomst is voorzien.
In voorkomend geval, wanneer tijdens het afsluitend gesprek andere materiële zaken zouden zijn besproken dan diegene die worden opgenomen in het single-auditverslag of de management letter, wordt een verslag van het afsluitend gesprek bezorgd aan het departement Finnancën en Begroting.
17 Deze instructies kunnen worden geraadpleegd op xxxx://xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxxxx.xx
4.3.6. Auditrapporten
Het Rekenhof en de bedrijfsrevisor wisselen stelselmatig hun (audit)rapporten uit over de entiteiten van de Vlaamse administratie, die zij gemeenschappelijk hebben als controledomein:
Na de interimcontrole bezorgt de bedrijfsrevisor het Rekenhof een samenvattende nota van bevindingen, gebeurlijk de management letter.
De bedrijfsrevisor van de gecontroleerde entiteit bezorgt via een mail aan xxxxxxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx zijn single- auditverslag, de gecertificeerde rekening en zijn management letter aan het departement Financiën en Begroting en het Rekenhof
o Voor significante rechtspersonen: uiterlijk op 31 maart 2023;
o voor niet significante rechtspersonen uiterlijk op 21 april 2023.
Het departement Financiën en Begroting zorgt er via het permanent dossier voor dat alle documenten, zowel de rekening met bijbehorende stukken, single-auditverslagen als management letter, per entiteit ter beschikking worden gesteld.
Alle auditverslagen en aanbevelingsbrieven (management letters) van de voorbije vijf jaar worden bijgehouden in het vertrouwelijke deel van het centrale permanent dossier. Het Rekenhof en de bedrijfsrevisoren zorgen ervoor dat de hen betreffende informatie in het permanent dossier actueel blijft.
5. Tijdpad voor de audit van de rekeningen 2022
De VCO legt een strakke timing op voor de opmaak en de controle van de begrotingen en de rekeningen van de Vlaamse overheid. Die kalender legt het kader vast waarbinnen het Rekenhof en de bedrijfsrevisoren hun controleactiviteiten moeten plannen, uitvoeren en rapporteren.
Op basis van die kalender werd onderstaand tijdpad opgesteld:
Uiterlijk januari 2023 | Planningsoverleg tussen bedrijfsrevisor en Rekenhof bij significante rechtspersonen op initiatief van het Rekenhof. |
15 maart 2023 | Uiterste datum waarop de jaarrekening door significante rechtspersonen voor controle aan de bedrijfsrevisor en Rekenhof moet worden bezorgd. |
Closing meeting | Bedrijfsrevisor bezorgt vóór closing meeting de agenda, een analytisch nazicht en een samenvattende nota (audit summary memorandum) aan Rekenhof en Audit Vlaanderen via onderstaande contactpersonen. |
31 maart 2023 | Significante rechtspersonen Bedrijfsrevisor bezorgt via xxxxxxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx zijn single-auditverslag, gecertificeerde rekening en management letter aan Rekenhof, Audit Vlaanderen en departement Financiën en Begroting. |
31 maart 2023 | Niet-significante rechtspersonen Bedrijfsrevisor bezorgt via xxxxxxxxxxxxxxxxXX@xxxxx.xx met cc aan xxxxxxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx de early warning, dan wel bevestiging dat er geen significante opmerkingen18 zijn, aan Xxxxxxxx. |
00 april 2023 | Niet significante rechtspersonen Bedrijfsrevisor bezorgt via xxxxxxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx zijn single-auditverslag, gecertificeerde rekening en management letter aan Rekenhof, Audit Vlaanderen en departement Financiën en Begroting. |
18 Significante opmerkingen zijn (1) vaststellingen die leiden tot een aangepaste controleverklaring (ISA 705), (2) vaststellingen die de bedrijfsrevisor ertoe aanzetten in zijn controleverslag een paragraaf toe te voegen ter benadrukking van bepaalde aangelegenheden of inzake overige aangelegenheden (ISA 706), (3) belangrijke opmerkingen over tekortkomingen inzake administratieve organisatie en interne beheersing (ISA 265), en (4) vastgestelde of vermoede fraude (ISA 240).
6. Bijzondere aandachtspunten
Het departement Financiën en Begroting en het Rekenhof vragen de bedrijfsrevisor, waar van toepassing, in zijn rapportering volgende punten uitdrukkelijk te behandelen.
Vastleggings- of verbintenissenboekhouding
Met uitzondering van universiteiten en hogescholen zijn volgens VCO nagenoeg alle entiteiten verplicht in hun jaarrekening te rapporteren over de uitvoering van hun vastleggingskredieten.
Aan de bedrijfsrevisor wordt gevraagd om, naast de jaarrekening, de organisatiebeheersing van het opvolgen van de vastleggingskredieten (VAK) te onderzoeken. In voorkomend geval zal de bedrijfsrevisor vastgestelde tekortkomingen in de management letter opnemen.
Afstemmen van interrelaties
De bedrijfsrevisor ziet er op toe dat de afstemming van interrelaties door de gecontroleerde entiteit worden gerespecteerd.
De rechtspersonen die tot de Vlaamse overheidssector S.1312 behoren en toelagen ontvangen, moeten die toelagen afstemmen met de subsidierende entiteit. Die afstemming en, in geval van verschil, de verklaring ervan dient in de jaarrekening van de betoelaagde te worden opgenomen. In het jaarrekeningsjabloon 2022 werd daarvoor een apart volume voorzien. De bedrijfsrevisor ziet er in het bijzonder op toe, als onderdeel van zijn controle van de jaarrekening, dat alle ontvangen toelagen in het volume van de interrelaties correct en volledig zijn opgenomen. De afstemming met de tegenpartij moet gebeuren op basis van informatie afkomstig van de tegenpartij. Eventuele verklaringen van verschillen moeten voldoende duidelijk zijn voor het departement Financiën en Begroting, dat de geconsolideerde rekening opstelt.
Taak van de gecontroleerde | Taak van de bedrijfsrevisor |
1) Voor wat werkingstoelagen betreft: boekhoudkundige verwerking met toepassing van VABN 2017/6. | Valideren compliance |
2) Andere dan werkingstoelagen. Omdat het boeken van betoelaging van projecten of investeringen volgens de voortgang van het project of investering verloopt, en die informatie niet noodzakelijk aanwezig is bij de toelageverstrekker, dienen voor deze toelagen zowel de toelageverstrekker als de toelageontvanger, naast de aangerekende bedragen in de boekhouding, de kasstromen ervan in de jaarrekening te rapporteren. De afstemming gebeurt in die gevallen enkel op de kasstromen. | Valideren compliance |
3) Ontvangen confirmatie vanwege de subsidiërende entiteit en reconciliatie | Verzekeren dat confirmatie werd ontvangen en valideren van de kwaliteit van de reconciliatie |
4) Rapportering over de ontvangen toelagen en de resultaten van de afstemming | Valideren van de rapportering |
Stelt de bedrijfsrevisor voor één van de vier punten een tekortkoming vast, dan moet hij dit in ieder geval melden via de early warning, de managementletter en desgevallend in de verklaring van de bedrijfsrevisor bij ernstige tekortkomingen. |
Controle Xxxxxxxx Xxxxxx
Xxxxxxxx Xxxxxx zijn door het INR ontwikkeld om op Belgisch niveau een geconsolideerde balans van de overheid in het kader van het ESR te kunnen opstellen. Zij zijn essentieel om bijvoorbeeld de overheidsschuld te bepalen. Voor controledoeleinden van het INR en Eurostat bevatten zij detailinformatie. De Vlaamse overheid heeft er in overleg met het INR voor geopteerd om in de jaarrekening een aansluiting te maken tussen de building blocks en de klassieke balans.
De entiteiten zijn verantwoordelijk voor de opmaak van de building blocks middels een gedocumenteerde mapping van de balans en andere relevante informatie naar de building blocks.
De bedrijfsrevisor beoordeelt de aansluiting van de building blocks met de balans en andere relevante informatie en rapporteert zijn feitelijke bevindingen (bijlage 2: Building Blocks: werkprogramma ISRS 4400). De rapportering van de bedrijfsrevisor drukt derhalve geen oordeel, conform ISA, noch beoordeling, conform ISRE, uit.
Building blocks bevatten vertrouwelijke informatie en worden enkel aan het INR overgemaakt en maken dus geen deel uit van de bekend te maken jaarrrekening. De door het INR opgestelde instructies voor het invullen van de building blocks zijn terug te vinden in de handleiding over de boekhoudregels:
xxxxx://xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxxx.xx/xxxxxxxxxxxx/
7. Contact
Rekenhof:
Beleidsdomeinen Kanselarij, Bestuur, Buitenlandse Zaken en Justitie, en Financiën en Begroting Xxxxxx Xxxxxx, eerste auditeur revisor, directie 9.1
E-mail: XxxxxxX@xxxxx.xx Telefoon: 02/551 86 95
Beleidsdomeinen Onderwijs en Vorming, Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, en Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Xxxxxxx Xxxxxxxx, eerste auditeur revisor, directie 9.2 E-mail: XxxxxxxxX@xxxxx.xx
Telefoon: 02/551 83 04
Beleidsdomeinen Economie, Wetenschap en Innovatie, Werk en Sociale Economie, Landbouw en Visserij, Omgeving en, Mobiliteit en Openbare Werken
Xxxx Xxxxx, eerste auditeur revisor, directie 9.3 E-mail: XxxxxX@xxxxx.xx
Telefoon: 02/551 84 33
Departement Financiën en Begroting
Afdeling Dienstencentrum Boekhouding
Xxxxx Xxxxxxxxxx, teamhoofd accountmanagers E-mail: xxxxx.xxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx Telefoon: 0499/59 35 76
Instituut van de Bedrijfsrevisoren:
Xxxxxx Xxxx, ondervoorzitter Commissie Publieke Sector E-mail: XXXxxxxxxxxxxxxxx@xxxxxxx.xxx
Telefoon: 0475/42 89 96
Audit Vlaanderen:
Algemene coördinatie auditopdrachten Vlaamse administratie Xx Xxxxxxx, manager-auditor
E-mail: Xxxxx.xxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx Telefoon: 02/553 13 62 0473/97 52 10
Beleidsdomein Omgeving, Landbouw en Visserij, Mobiliteit en Openbare Werken Xxxx Xxxxxxxxx, relatiebeheerder
E-mail: Xxxx.xxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx Telefoon: 02/553 13 61 0492/15 70 00
Beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Onderwijs en Vorming, en Cultuur, Jeugd, Sport en Media Xxxxx Xxxxxxxx, relatiebeheerder
E-mail: Xxxxx.xxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx Telefoon: 02/553 45 49 0473/91 86 07
Beleidsdomein Kanselarij en Bestuur, Financiën en Begroting, Internationaal Vlaanderen, Werk en Sociale Economie, en Economie, Wetenschap en Innovatie
Xxxxxxxx Xxx xx Xxxxxxx, relatiebeheerder
E-mail: Xxxxxxxx.xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx Telefoon: 02/553 45 69 0492/59 42 09
Op datum van
Xxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxx Xxx Xxxx
Voorzitter van het Rekenhof Voorzitter van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren
Getekend door:Xxxxxxxx Xxxxxxxxxxx (Si Getekend op:2022-07-08 14:28:01 +02:0
Reden:Ik keur dit document goed
Xxxxxxxx Xxxxxxxxxxx
Vlaams minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed
BIJLAGE 1
Allocatie van materialiteit Vlaamse overheid naar significante entiteiten
Significante entiteiten Aangepaste begroting 2022 | categorie | Materialiteit (in euro) |
Departement Financiën en Begroting | ministerie | 426.000 |
Agentschap voor onderwijsdiensten | ministerie | 202.000 |
Vlaamse Belastingdienst | ministerie | 172.000 |
Opgroeien Regie | rechtspersoon | 138.000 |
Agentschap voor binnenlands bestuur | ministerie | 130.000 |
Agentschap Vlaamse Sociale Bescherming | rechtspersoon | 114.000 |
Departement Werk en Sociale Economie | ministerie | 109.000 |
Vlaamse maatschappij voor sociaal wonen | rechtspersoon | 103.000 |
Vlaams agentschap voor personen met een handicap | rechtspersoon | 90.000 |
Zorg en gezondheid | ministerie | 82.000 |
Vlaamse vervoersmaatschappij - de Lijn | rechtspersoon | 75.000 |
Vlaams Woningfonds | rechtspersoon | 74.000 |
Katholieke Universiteit Leuven (KULeuven) | universiteit | 69.000 |
Vlaams Agentschap vr de uitbetaling v toelagen ihkv het gezinsbeleid (VUTG) | rechtspersoon | 66.000 |
Vlaamse dienst voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding | rechtspersoon | 61.000 |
Vlaams infrastructuurfonds (VIF) | DAB | 60.000 |
Vlaams Energiebedrijf | rechtspersoon | 60.000 |
Fonds voor Innoveren en Ondernemen | rechtspersoon | 58.000 |
Universiteit Gent (UGent) | universiteit | 57.000 |
Departement Mobiliteit en Openbare Werken | ministerie | 56.000 |
Vlaams infrastructuurfonds voor persoonsgebonden aangelegenheden | rechtspersoon | 55.000 |
Agentschap hoger onderwijs, volwassenenonderwijs en studietoelagen | ministerie | 51.000 |
Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin | ministerie | 50.000 |
Departement Cultuur, Jeugd en Media | ministerie | 49.000 |
Vlaams Energie- en Klimaatagentschap | Ministerie | 48.000 |
Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel | rechtspersoon | 45.000 |
Bijkomende entiteiten Artikel 4.2.4.1. Significante entiteiten | Categorie | Materialiteit (in euro) |
Participatiemaatschappij Vlaanderen | rechtspersoon | 44.000 |
De Vlaamse Waterweg | rechtspersoon | 43.000 |
BIJLAGE 2
Building Blocks (BB): werkprogramma ISRS 4400
0. Algemeen
Deze opdracht betreft een Agreed Upon Procedures die in overeenstemming met ISRS 4400 dient uitgevoerd te worden. Indien er hieronder verwezen wordt naar materialiteit dient dit begrepen te worden als de gebruikte uitvoeringsmaterialiteit in de audit van de entiteit.
1. BBX Deposits
(deze BB moet niet in detail ingevuld worden maar mag in blok gerapporteerd worden (per unieke ESA_INSTRUMENT & ESA_COUNTERPARTY combinatie)
In BBX Deposits dient in feite een overzicht te komen van de financiële rekeningen.
a. Vaststellen dat deze BB in detail of in blok is ingevuld
b. Vaststellen dat alle rekeningen zijn opgenomen in de BB
c. Vaststellen dat de openingsbalans overeenstemt met de rapportering N-1
d. Vaststellen dat er geen effectenrekening zijn opgenomen (deze moeten in BBA Shares of BBA Debt Securities)19;
e.
i.
ii.
f. Vaststellen dat de overige gegevens van de materiële rekeningen correct werden ingevuld
2. BBA Debt Securities
BBA Debt Securities zijn verhandelbare schuldinstrumenten met ISIN-code waarvan de entiteit de coupons ontvangt (belegging).
a. Vaststellen dat deze BB in detail is ingevuld
b. Vaststellen dat alle rekeningen zijn opgenomen in de BB
c. Vaststellen dat de openingsbalans overeenstemt met de rapportering N-1 d.
e.
i.
ii.
f. Vaststellen dat de overige gegevens van de materiële rekeningen correct werden ingevuld
19 Het zijn niet de effectenrekeningen zelf die gerapporteerd moeten worden, maar de beleggingen die op de effectenrekeningen staan in BBA Shares of BBA Debt Securities.
3. BBA Loans
BBA Loans zijn leningen (zonder ISIN-code) waarvan de entiteit de coupons ontvangt (belegging).
a. Vaststellen dat deze BB in detail is ingevuld
b. Vaststellen dat alle rekeningen zijn opgenomen in de BB
c. Vaststellen dat de openingsbalans overeenstemt met de rapportering N-1 d.
i.
ii. Langlopende leningen (meer dan
e. Vaststellen dat de waarde voor Nominal gelijk is aan de Face vermeerderd met de verlopen interest
f. Vaststellen dat de overige gegevens van de materiële rekeningen correct werden ingevuld
4. BBA Shares
BBA Shares zijn aandelen al dan niet beursgenoteerd, andere participaties en deelnemingen in beleggingsfondsen.
a. Vaststellen dat deze BB in detail is ingevuld
b. Vaststellen dat alle rekeningen zijn opgenomen in de BB
c. Vaststellen dat de openingsbalans overeenstemt met de rapportering N-1
d. Vaststellen dat de beleggingsfondsen altijd gerapporteerd zijn onder BBA Shares (los van de onderliggende beleggingen)
e. Vaststellen dat de overige gegevens van de materiële rekeningen correct werden ingevuld
5. BBX Derivatives
BBX Derivatives is een Building Block omtrent afgeleide producten (opties, swaps en forward contracts) en is op de meeste Vlaamse S.1312 entiteiten niet van toepassing.
De bedrijfsrevisoren dienen deze Building Block niet te controleren.
Indien de entiteit openstaande opties, swaps of forward contracts heeft op het einde van het boekjaar, dan volstaat het dat de bedrijfsvisor aan xxxxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx laat weten dat de entiteit afgeleide producten heeft.
6. BBA Trade & Other Receivables
(deze BB moet niet in detail ingevuld worden maar mag in blok gerapporteerd worden (per unieke ESA_INSTRUMENT - ESA_COUNTERPARTY - CATEGORY INSTRUMENT 2 combinatie)
In de BBA Trade & Other Receivables dienen de handelsvorderingen gerapporteerd te worden evenals de
a. Vaststellen dat deze BB in detail is ingevuld
b. Vaststellen dat alle rekeningen zijn opgenomen in de BB
c. Vaststellen dat de openingsbalans overeenstemt met de rapportering N-1
7. BBL Debt securities
(deze BB moet niet in detail ingevuld worden maar mag in blok gerapporteerd worden (per unieke ESA_INSTRUMENT & ESA_COUNTERPARTY combinatie)
BBL Debt Securities zijn verhandelbare schuldinstrumenten met ISIN-code waarvan de entiteit de coupons betaalt (schuld).
BBL Debt Securities komen weinig voor bij de Vlaamse S.1312 entiteiten.
a. Vaststellen dat deze BB in detail of in blok is ingevuld
b. Vaststellen dat alle rekeningen zijn opgenomen in de BB
c. Vaststellen dat de openingsbalans overeenstemt met de rapportering N-1 d.
i.
ii.
e. Vaststellen dat de overige gegevens van de materiële rekeningen correct werden ingevuld
8. BBL Loans
BBL Loans zijn leningen (zonder ISIN-code) waarvan de entiteit de coupons betaalt (schuld).
a. Vaststellen dat deze BB in detail is ingevuld
b. Vaststellen dat alle rekeningen zijn opgenomen in de BB
c. Vaststellen dat de openingsbalans overeenstemt met de rapportering N-1 d.
i.
ii.
e. Vaststellen dat de overige gegevens van de materiële rekeningen correct werden ingevuld
9. BBL Shares
In BBL Shares dient het eigen vermogen van de entiteit gerapporteerd te worden.
a. Vaststellen dat deze BB in detail is ingevuld
i. Vaststellen dat voor het kapitaal (subklasse 10): alles met S.1312 als tegenpartij (ESA_COUNTERPARTY) in detail gerapporteerd is (De rest mag in blok gerapporteerd worden per ESA_COUNTERPARTY)
b. Vaststellen dat alle rekeningen zijn opgenomen in de BB
c. Vaststellen dat de openingsbalans overeenstemt met de rapportering N-1
d. Vaststellen dat de opsplitsing kapitaal (subklasse 10) in type aandeelhouder (1 record per ESA_COUNTERPARTY) correct is
e. Vaststellen dat de overige subklassen (11 15) per subklasse gerapporteerd worden zonder opgave van ESA_COUNTERPARTY en met ESA_INSTRUMENT F.519
f. Vaststellen dat de overige gegevens van de materiële rekeningen correct werden ingevuld
10. BBL Trade & Other Payables
(deze BB moet niet in detail ingevuld worden maar mag in blok gerapporteerd worden (per unieke ESA_INSTRUMENT - ESA_COUNTERPARTY CATEGORY INSTRUMENT 2 combinatie)
In de BBL Trade & Other Payables dienen de handelsschulden gerapporteerd te worden evenals de overige
a. Vaststellen dat deze BB in detail of in blok is ingevuld
b. Vaststellen dat alle rekeningen zijn opgenomen in de BB
c. Vaststellen dat de openingsbalans overeenstemt met de rapportering N-1
11. Algemeen
a. Vaststellen dat de aansluiting van de BB met de bedrijfseconomische jaarrekening (deel 1) geen afwijkingen vertoont of met andere woorden dat de betrokken rubrieken volledig werden gerapporteerd.
b. Indien er tijdens de opdracht vastgesteld werd dat de interne processen rond het opstellen van
c. Alle S.1312 tegenpartijen dienen in detail gerapporteerd te worden.