RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING
RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING
Openbare instelling opgericht bij de wet van 9 augustus 1963
XXXXXXXXXXXX 000 – 0000 XXXXXXX
DIENST VOOR GENEESKUNDIGE VERZORGING
OVEREENKOMST BETREFFENDE LANGDURIGE ZUURSTOFTHERAPIE THUIS VOOR ERNSTIGE CHRONISCHE ADEMHALINGSINSUFFICIËNTIE, AFGESLOTEN TUSSEN HET VERZEKERINGSCOMITE VAN DE DIENST VOOR GENEESKUNDIGE VERZORGING VAN HET RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN
INVALIDITEITSVERZEKERING EN #benaming van de inrichtende macht# VAN #bena- ming van het ziekenhuis en eventueel de campus van een fusieziekenhuis# WAARBINNEN DE BIJ DEZE OVEREENKOMST BEDOELDE INRICHTING FUNCTIONEERT.
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkerin- gen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op de artikelen 22, 6° en 23 § 3;
Op voorstel van het College van geneesheren-directeurs, ingesteld bij de Dienst voor geneeskundi- ge verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering;
Wordt overeengekomen wat volgt, tussen:
enerzijds,
het Verzekeringscomité van de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinsti- tuut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering
en anderzijds,
#benaming van de inrichtende macht# van #benaming van het ziekenhuis en eventueel de campus van een fusieziekenhuis# waarbinnen de bij deze overeenkomst bedoelde dienst voor pneumologie functioneert.
Artikel 1. De dienst pneumologie van #benaming van het ziekenhuis en eventueel de campus van het fusieziekenhuis# die als revalidatieinrichting in de zin van deze overeenkomst functio- neert, wordt in deze overeenkomst aangeduid met de term “de inrichting”. Indien voornoemde dienst pneumologie eventueel samenwerkt met de in pneumologie gespecialiseerde afdeling van de dienst pediatrie van #benaming van het ziekenhuis en eventueel de campus van het fusiezie- kenhuis# worden beide samen hierna aangeduid met de term “de inrichting”.
ONDERWERP VAN DE OVEREENKOMST
Art. 2. Deze overeenkomst bepaalt onder meer de voorwaarden inzake de rechthebbenden en de inrichting in de zin van de overeenkomst, de voorziene terugbetaalbare verstrekkingen, evenals de bedragen en de betalingsmodaliteiten van de prijzen en de honoraria ervan. Zij omschrijft bovendien ook de betrekkingen tussen de diverse bij het afsluiten en de werking van deze over- eenkomst betrokkenen, te weten de inrichtende macht van de inrichting, de inrichting, de recht- hebbenden van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging zoals bepaald in Art. 3
van deze overeenkomst, de verzekeringsinstellingen en de Dienst voor geneeskundige verzor- ging van het RIZIV.
RECHTHEBBENDEN BEDOELD BIJ DEZE OVEREENKOMST
Art. 3. § 1. De rechthebbende op langdurige zuurstoftherapie thuis met een zuurstofconcentrator is een patiënt met een ernstige chronische ademhalingsinsufficiëntie die ofwel:
1) lijdt aan een nachtelijk hypoxemiesyndroom
• met, in stabiele toestand, onbetwistbaar de tekenen van chronisch cor pulmonale of, bij twijfel, met bij catheterisatie een gemiddelde druk in de arteria pulmonalis (PAP) van > 20 mm Hg of met een bij dopplerechografie geraamde systolische PAP van > 40 mm Hg
• en/of met een hematocriet van > 55 %
• en/of met neuropsychische weerslag
en bij wie door een transcutane registratie tijdens de slaap een zuurstofsaturatie (SaO2) van < 90 % is vastgesteld gedurende tenminste 2 uur;
2) ondanks volgen van aangepaste medicamenteuze en/of fysische behandeling en het op- gehouden zijn met roken, in omgevingslucht bij wakende toestand een PaO2 vertoont van ≤ 55 mm Hg (7,33 K Pa) bij 2 metingen met een tussentijd van 3 maanden, verricht in rusttoestand en buiten acute opstoten; eventueel kan de voormelde tussentijd van 3 maanden tussen 2 metingen teruggebracht worden tot 15 dagen en kan bij wijze van uit- zondering de verzekeringstegemoetkoming toegekend worden voor een periode van 3 maanden, die slechts kan verlengd worden zo een derde meting 3 maand na de eerste ook een PaO2 aantoont van ≤ 55 mm Hg (7,33 K Pa). Nadien kan, met het oog op jaarlijkse verlenging van zijn langdurige zuurstoftherapie thuis, een nieuwe meting van de PaO2 bij deze rechthebbende vervangen worden door een transcutane meting, in wakende toe- stand, in omgevingslucht, in rust en buiten een acute opstoot, die een SaO2 van ≤ 88 % aantoont.
3) ondanks het volgen van aangepaste medicamenteuze en/of fysische behandeling en het opgehouden zijn met roken, in omgevingslucht bij wakende toestand een PaO2 vertoont van > 55 en < 60 mm Hg bij 2 metingen met een tussentijd van 3 maanden, verricht in rusttoestand en buiten acute opstoten, en die tevens
• een hematocriet > 55 % heeft
• en/of in stabiele toestand onbetwistbaar de tekenen vertoont van chronisch cor pulmonale of, bij twijfel, bij catheterisatie een gemiddelde PAP vertoont van > 20 mm Hg of bij dopplerechografie een geraamde systolische PAP van > 40 mm Hg.
Voor elke rechthebbende die onder 2) of 3) valt heeft de pneumoloog of, gebeurlijk, de kinderarts van de inrichting langdurige zuurstoftherapie thuis gedurende minimum 15 uur per dag en met een debiet van ten minste 1 liter per minuut voorgeschreven, na een korte zuurstoftherapieproef die een significante stijging van de PaO2 zonder verergering van de hypercapnie tot gevolg had.
§ 2. Daarenboven kan de langdurige zuurstoftherapie thuis met zuurstofconcentrator aangevuld worden met “GASVORMIGE MEDISCHE ZUURSTOF 0,4 m³ MET SPAARVENTIEL” onder meer zoals voorzien in § 207 van de lijst gevoegd bij het K.B. van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten, ge- wijzigd bij het M.B. van 10 januari 2002, voor:
1) de in § 1, 1) van dit Art. bedoelde rechthebbende die daarenboven:
• overdag, bij de 6 minuten wandeltest een SaO2 van < 88 % vertoont en dit bij 2 metingen met een tussentijd van 3 maanden, verricht buiten acute opstoten,
• en, geraamd over 1 gewone week uit zijn dagelijkse leven, gemiddeld per dag minimum 30 minuten doorbrengt buiten de woning met zuurstofconcentrator;
2) de in § 1, 2) of 3) van dit Art. bedoelde rechthebbende die daarenboven, geraamd over 1 gewone week uit zijn dagelijkse leven, gemiddeld per dag minimum 30 minuten doorbrengt buiten de woning met zuurstofconcentrator.
§ 3. De rechthebbende op langdurige zuurstoftherapie thuis met vloeibare zuurstof is:
1) ofwel een in § 1, 2) of 3) van dit Art. bedoelde rechthebbende die daarenboven
a) kleuter-, lager, middelbaar of hoger onderwijs volgt, waardoor hij op schooldagen genoodzaakt is zich autonoom > 3 uur ononderbroken buitenshuis te begeven;
b) of minstens een halftijdse professionele activiteit heeft waardoor hij op werkdagen genoodzaakt is zich autonoom > 3 uur ononderbroken buitenshuis te begeven;
c) of socio-culturele activiteiten en/of familiale verplichtingen heeft waardoor hij genoodzaakt is zich autonoom, geraamd over 1 gewone week uit zijn dagelijk- se leven, dagelijks gemiddeld > 3 uur ononderbroken buitenshuis te begeven.
2) ofwel een persoon met mucoviscidosis die in rust en in omgevingslucht een PaO2 ver- toont van > 55 en < 65 mm Hg en bij de 6 minuten wandeltest in omgevingslucht een SaO2 vertoont van < 88 %.
3) ofwel een in § 1, 2) of 3) van dit Art. bedoelde rechthebbende met ademhalingsinsuffi- ciëntie van het restrictieve type die continu een zuurstofdebiet van > 3 liter per minuut vergt.
§ 4. De rechthebbenden van de overeenkomst betreffende instellen en verder opvolgen van chro- nische mechanische ademhalingsondersteuning thuis die in dat kader een tegemoetkoming genieten voor continue, discontinue of nachtelijke ademhalingsondersteuning thuis (AOT) komen eveneens in aanmerking voor bijkomende langdurige zuurstoftherapie thuis met een zuurstofconcentrator, indien de (proef)behandeling heeft aangetoond dat de AOT alleen niet volstaat om een zuurstofsaturatie van > 90% gedurende ≥ 2 uur te behouden.
Gebeurlijk kan deze zuurstoftherapie met zuurstofconcentrator aangevuld worden met “GASVORMIGE MEDISCHE ZUURSTOF 0,4 m³ MET SPAARVENTIEL” zo de recht-
hebbende daarenboven ook voldoet aan de in § 2, 1), tweede bolletje, vermelde voorwaar- de betreffende gemiddelde duur van mobiliteit buitenshuis.
Gebeurlijk kan de rechthebbende in aanmerking komen voor bijkomende langdurige zuur- stoftherapie thuis met vloeibare zuurstof indien de (proef)behandeling heeft aangetoond dat de AOT alleen niet volstaat om een zuurstofsaturatie van > 90% gedurende ≥ 2 uur te be- houden en indien hij daarenboven
• ofwel voldoet aan de in § 3, 1, a), b), of c), vermelde voorwaarde betreffende ge- middelde duur van mobiliteit buitenshuis;
• ofwel permanent een zuurstofdebiet van > 3 liter per minuut nodig heeft.
Art. 4. § 1. Tenlasteneming door de verplichte ziekteverzekering van één der in Art. 3 voorziene modaliteiten van zuurstoftherapie thuis, van korte duur en noodzakelijk ten gevolge van een acute opstoot van een onderliggende ziekte, is uitgesloten van deze overeenkomst.
§ 2. Tenlasteneming door de verplichte ziekteverzekering van één der in Art. 3, §§ 2 of 3, voor- ziene modaliteiten van zuurstoftherapie thuis is uitgesloten voor de rechthebbende die zich enkel verplaatst binnen de woning met zuurstofconcentrator.
§ 3. Zoals daar vermeld is de in Art. 3, § 2, voorziene “GASVORMIGE MEDISCHE ZUURSTOF 0,4 m³ MET SPAARVENTIEL” enkel voorzien als aanvulling voor de langdurige zuurstoftherapie thuis met zuurstofconcentrator. Zij is dus enkel bedoeld voor gebruik door een rechthebbende bij zijn geregelde kortere verplaatsingen buitenshuis. Zij is in geen geval bedoeld voor gebruik door de rechthebbende binnen zijn woning met zuurstofconcentrator. Zij kan evenmin voorgeschreven worden voor een rechthebbende die zich slechts uitzonderlijk voor kor- te tijd buitenshuis verplaatst.
De geneesheer van de inrichting die de in Art. 3, § 2, voorziene verstrekking voorschrijft ver- bindt er zich toe de rechthebbende schriftelijk in kennis te stellen van de inhoud van het voor- gaande lid, van het eerste en tweede lid van § 4 van dit Artikel, evenals van het criterium uit Art. 3, § 2 inzake tijd doorgebracht buitenshuis, op grond waarvan hij, mede na de verklaringen van de rechthebbende hierover, de daar voorziene verstrekking voorschrijft. De geneesheer van de inrichting verbindt er zich toe dezelfde gegevens te vermelden in zijn rapport voor de huisarts van de rechthebbende die bij de verdere behandeling betrokken wordt.
Kopie van de door de rechthebbende voor ontvangst getekende schriftelijke informatie wordt door de inrichting bewaard.
§ 4. De rechthebbende op de in Art. 3, § 2, voorziene “GASVORMIGE MEDISCHE ZUURSTOF 0,4 m³ MET SPAARVENTIEL” als aanvulling voor de langdurige zuurstoftherapie thuis met zuurstofconcentrator, verbindt er zich toe een formulier zoals in bijlage 3 bij deze overeenkomst bij te houden volgens de erin vermelde richtlijnen.
Bij eerste voorschrift van de voormelde modaliteit van zuurstoftherapie wordt dergelijk formu- lier hem overhandigd door de voorschrijvende geneesheer van de inrichting. In principe bij elk later contact met de voorschrijvende geneesheer van de inrichting legt de rechthebbende hem dit ingevulde formulier voor, dat aldus een element is bij de beoordeling van therapietrouw en cor- recte toepassing van het voorschrift.
Bij vernieuwing van het formulier wordt het voorgaande bewaard door de inrichting waar de in- formatie ook ter beschikking blijft van het College van geneesheren-directeurs.
DE INRICHTING
Art. 5. § 1. De bij deze overeenkomst bedoelde inrichting is de dienst pneumologie gesitueerd in één ziekenhuis of, in voorkomend geval, in één campus van een fusieziekenhuis. Indien deze dienst pneumologie eventueel samenwerkt met de in pneumologie gespecialiseerde afdeling van de dienst pediatrie van het ziekenhuis of, in voorkomend geval, van dezelfde campus van een fusieziekenhuis, zijn beide samen de inrichting.
§ 2. Onverminderd de bepalingen van het tweede lid van deze § beschikt de inrichting over min- stens 1 geneesheer gespecialiseerd in pneumologie (RIZIV-inschrijvingsnummer eindigend op 587, 620, 624, 631 of 638) en, gebeurlijk, over minstens 1 pediater gespecialiseerd in de pneumologie (RIZIV-inschrijvingsnummer eindigend op 629) die de in de Art. 6, 7 en 8 voorziene verstrekkin-
xxx voorschrijft en nadien de eindverantwoordelijkheid draagt voor de uitvoering van zijn voor- schriften conform de bepalingen van deze overeenkomst.
Alleen, indien de inrichting vóór de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst al een overeenkomst afgesloten had die door de huidige vervangen wordt en indien zij in dat kader be- schikte over een specialist in de inwendige geneeskunde (RIZIV-inschrijvingsnummer eindigend op 580 of 584) of in de pediatrie (RIZIV-inschrijvingsnummer eindigend op 690 of 694) die ge- machtigd was om de in de Art. 6, 7 en 8 voorziene verstrekkingen voor te schrijven en die nadien de eindverantwoordelijkheid droeg voor de uitvoering van zijn voorschriften conform de bepalin- gen van de vorige overeenkomst, komt de betrokken geneesheer daarvoor verder in aanmerking onder de huidige overeenkomst. Zo nodig dient zijn vervanging te gebeuren door een geneesheer gespecialiseerd in de pneumologie zoals voorzien in het voorgaande lid.
§ 3. De inrichting beschikt zelf over de nodige uitrusting voor het uitvoeren van de volgende on- derzoeken:
- spirometrie
- meten van de diffusiecapaciteit
- studie van de ventilatiemechaniek
- bepalen van de bloedgaswaarden
- transcutaan meten en monitoren van de zuurstofsaturatie
§ 4. Het in § 1 vermeld ziekenhuis of campus van een fusieziekenhuis waarin de inrichting gesitu- eerd is moet beschikken
- over de mogelijkheid tot reanimatie door gecontroleerde of geassisteerde continue beademing.
- over de mogelijkheid tot meten van de longslagaderdruk door hartcatheterisme.
Deze verplichtingen kunnen, bij wijze van deugdelijk gemotiveerde uitzondering, worden gedele- geerd naar een ander dichtbij gelegen ziekenhuis of campus van een fusieziekenhuis.
In voorkomend geval wordt deze delegatie contractueel tussen de beide betrokken partijen vastge- legd. Bij indienen van de aanvraag tot overeenkomst wordt kopie van het contract bijgevoegd, zo- dat ook dit element van het aanvraagdossier door het College van geneesheren-directeurs kan wor- den beoordeeld.
OMSCHRIJVING EN PRIJS VAN DE VERSTREKKINGEN
Art. 6. § 1. De in Art. 3, § 1 en § 4, van deze overeenkomst voorziene “langdurige zuurstofthera- pie thuis met een zuurstofconcentrator” omvat alle in de §§ 2, 3 en 4 van dit Art. vermelde elemen- ten, welke verzekerd worden onder de eindverantwoordelijkheid van (één van) de voorschrijvende pneumolo(o)g(en) of, gebeurlijk, pediater(s) van de inrichting.
§ 2. Een zuurstofconcentrator wordt thuis ter beschikking gesteld van de rechthebbende.
Deze concentrator moet, tot een continu debiet van 3 liter per minuut, bestendig een gecontro- leerde zuurstofconcentratie van ten minste 90 % kunnen verzekeren. Indien hij niet voorzien is van een systeem dat zelf de zuurstofconcentratie controleert, verbindt de inrichting zich ertoe dat euvel te verhelpen door onder zijn verantwoordelijkheid de regelmatige controles op de vereiste zuurstofconcentratie uit te voeren.
§ 3. De inrichting stelt tevens alle filters nodig voor het zuiveren van de lucht waaruit de zuurstof wordt geconcentreerd, de neuscanules en de leidingen tussen concentrator en neuscanule ter be- schikking en zorgt voor de vernieuwing van dit toebehoren. De inrichting ziet erop toe dat de lei- dingen het bewegen van de rechthebbende binnenshuis mogelijk maken, zonder verplaatsen van de concentrator.
§ 4. Het toezicht door de inrichting heeft betrekking op:
a) de installatie van de zuurstofconcentrator bij de rechthebbende thuis;
b) het vertrouwd maken met- en motiveren van de rechthebbende en zijn omgeving voor de zuurstoftherapie in het algemeen en die met een zuurstofconcentrator in het bijzon- der;
c) het toezicht op de therapietrouw van de rechthebbende;
d) het bestendig ter beschikking staan voor het geval zich een incident voordoet;
e) de terugname van de zuurstofconcentrator op het einde van de therapie.
De huisarts van de rechthebbende wordt betrokken bij de elementen a), b) en c) van het toezicht.
Art. 7. De in Art. 3, § 2 en § 4 van deze overeenkomst voorziene “langdurige zuurstoftherapie thuis met zuurstofconcentrator aangevuld met de “GASVORMIGE MEDISCHE ZUURSTOF 0,4 m³ MET SPAARVENTIEL” omvat, benevens alle in Art. 6, §§ 2, 3 en 4 vermelde elementen, ook nog, onder de eindverantwoordelijkheid van (één van) de voorschrijvende pneumolo(o)g(en) of, gebeurlijk, pediater(s) van de inrichting
a) het voorschrijven
1. van ofwel de nodige “GASVORMIGE MEDISCHE ZUURSTOF 0,4 m³ MET SPAARVENTIEL” zoals voorzien in § 207 van de lijst gevoegd bij het K.B. van 21 december 2001 tot vaststelling van de procédures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten, gewijzigd bij het M.B. van 10 januari 2002, en het toezicht op het ter beschikking stellen ervan. Bedoeld wordt hier de terbeschikkingstelling voor elke rechthebbende van de nodige lichtge- wichtflesjes met geïntegreerde kraan en ontspanner en met 0,4 m³ gasvormige zuur- stof functioneel verbonden met een debietmeter en spaarklep, dit alles in een draagtas en voorzien van alle nodige toebehoren;
2. ofwel van de nodige gasvormige medische zuurstof 0,4 m³ met spaarventiel, niet te- rugbetaalbaar krachtens § 207 van de lijst gevoegd bij het voornoemde K.B. van 21 december 2001, in een geheel dat wel alle ook in 1 hierboven vermelde onderdelen omvat, op voorwaarde dat dit geheel in gevulde toestand < 5 kg. weegt;
b) het vertrouwd maken met en motiveren van de rechthebbende en zijn omgeving voor de- ze vorm van aanvullende zuurstoftherapie,
c) benevens het toezicht op de therapietrouw van de rechthebbende, ook het toezicht op het correct gebruik van de in Art. 3, § 2 en § 4, voorziene “GASVORMIGE MEDISCHE ZUURSTOF 0,4 m³ MET SPAARVENTIEL” volgens de aldaar en in Art. 4, §§ 3 en 4 voorziene criteria en modaliteiten.
De huisarts en de apotheker van de rechthebbende worden hierbij ook betrokken.
Art. 8. § 1. De in Art. 3, § 3 en § 4 van deze overeenkomst voorziene “langdurige zuurstofthe- rapie thuis met vloeibare zuurstof” omvat alle in de §§ 2, 3 en 4 van dit artikel vermelde elemen- ten, welke verzekerd worden onder de eindverantwoordelijkheid van (één) van de voorschrijvende pneumolo(o)g(en) of, gebeurlijk, pediater(s) van de inrichting.
§ 2. Een vast en een draagbaar reservoir voor vloeibare zuurstof worden thuis ter beschikking gesteld van de rechthebbende. De inrichting houdt toezicht op de goede staat ervan en zo nodig wordt tijdige vernieuwing voorzien.
§ 3. De inrichting stelt ook al het noodzakelijke toebehoren (xxxxxxxx, neuscanules, leidingen,
…) ter beschikking van de rechthebbende en zorgt voor de vernieuwing ervan.
§ 4. Het toezicht door de inrichting slaat op
a) de installatie van het vaste reservoir bij de rechthebbende thuis en het ter beschikking stellen van een draagbaar reservoir dat kan opgeladen worden bij het vaste;
b) het vertrouwd maken van de rechthebbende en zijn omgeving met- en het motiveren voor zuurstoftherapie in het algemeen en voor zuurstoftherapie met vloeibare zuurstof in het bijzonder, o.m. inzake het veilig en correct bijvullen en gebruiken van het draagbaar re- servoir;
c) het toezicht op de therapietrouw van de rechthebbende;
d) het bestendig ter beschikking staan voor het geval zich een incident voordoet;
e) de terugname van de reservoirs op het einde van de therapie.
De huisarts en de apotheker van de rechthebbende worden betrokken bij de punten a), b) en c) van dit toezicht.
Art. 9. § 1. De honoraria voor en de prijzen van de in Art. 6, §§ 2, 3 en 4 omschreven verstrek- king worden forfaitair vastgesteld op 8,51 EUR in totaal, per 24 uur effectieve behandeling van derechthebbende thuis. Dit totaal omvat 0,92 EUR per 24 uur effectieve behandeling van de rechthebbende thuis, als tegemoetkoming voor de elektriciteitskosten van de zuurstofconcentrator.
§ 2. De honoraria voor en de prijzen van de in Art. 7, a) 1. b) en c) omschreven verstrekking worden forfaitair vastgesteld op deze hierboven in § 1 voorzien, met een bijkomend bedrag van 1,30 EUR per dag. Dit bijkomend bedrag dekt alles (thuislevering bij de rechthebbende inbegre- pen) behalve de zuurstof en de spaarklep.
De honoraria voor en de prijzen van de in Art. 7, a) 2. b) en c) omschreven verstrekking worden forfaitair vastgesteld op deze hierboven in § 1 voorzien, met een bijkomend bedrag van 3,81 EUR per dag. Dit bijkomend bedrag dekt alles (thuislevering bij de rechthebbende inbegre- pen) behalve de zuurstof.
§ 3. De honoraria voor en de prijzen van de in Art. 8, §§ 2, 3 en 4 omschreven verstrekking worden forfaitair vastgesteld op 8,78 EUR per 24 uur effectieve behandeling van de rechthebben- de thuis.
Art. 10. Voor elke facturatie door de inrichting van een totale prijs van 8,51 EUR vermeld in Art. 9, §§ 1 en 2, is aan de rechthebbende vanwege zijn verzekeringsinstelling 0,92 EUR ver- schuldigd, als tegemoetkoming voor de elektriciteitskosten van de zuurstofconcentrator, terwijl het saldo van 7,59 EUR aan de inrichting wordt uitgekeerd.
De verzekeringsinstellingen verbinden zich ertoe in het Nationaal Intermutualistisch College een gemeenschappelijke praktische modaliteit uit te werken om de betaling te verzekeren aan de rechthebbenden van de in het vorige lid vermelde elektriciteitskosten. Deze wordt dan na goed- keuring door het Verzekeringscomité aan de inrichtingen meegedeeld.
De inrichting verbindt er zich toe de rechthebbende schriftelijk in te lichten over deze uitbetaling. Kopie van deze door de rechthebbende ondertekende schriftelijke mededeling wordt in het dossier van de rechthebbende bewaard.
Art. 11. Ingeval de rechthebbende gedurende een periode van akkoord voor verzekeringstege- moetkoming bij langdurige zuurstoftherapie thuis in een ziekenhuis wordt opgenomen, kan de betaling van een ligdagprijs nooit gecumuleerd worden met een verzekeringstegemoetkoming voor dezelfde dag voor één van de prijzen vermeld in Art. 9 van deze overeenkomst. De immobi- lisering van de uitrusting bij de rechthebbende thuis gedurende zijn opname is in de in Art. 9 vermelde prijzen begrepen.
Art. 12. De inrichting verbindt zich ertoe voor de in de Art. 6, 7 en 8 omschreven verstrekkin- gen geen enkel supplement van wie ook te vorderen.
PROCEDURE VAN AANVRAAG EN AKKOORD VOOR TERUGBETALING VAN BIJ DEZE OVEREENKOMST VOORZIENE VERSTREKKINGEN.
Art. 13. § 1. De in Art. 6, 7 en 8 omschreven verstrekkingen betreffende langdurige zuurstofthera- pie bij een rechthebbende thuis kunnen slechts in aanmerking komen voor terugbetaling door de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging als de daartoe bevoegde adviserend genees- heer van de verzekeringsinstelling van de rechthebbende een gunstige beslissing heeft genomen over de tenlasteneming ervan door de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging.
§ 2. Elke aanvraag tot tenlasteneming moet worden ingediend door de rechthebbende volgens de bepalingen van de artikelen 139 en 142, § 2, van het K.B. van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994.
In geval van akkoord van de bevoegde adviserend geneesheer is de tegemoetkoming van de verze- kering slechts verschuldigd voor de werkelijk uitgevoerde verstrekkingen verricht vanaf de datum door hem vastgesteld en ten vroegste 30 dagen voor de datum van ontvangst van de aanvraag tot tegemoetkoming door de adviserend geneesheer.
Een eventuele aanvraag tot verlenging van de tenlasteneming van bij Art. 6, 7 en 8 omschreven ver- strekkingen moet gebeuren overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 139 en 144 van het bo- vengenoemde koninklijk besluit.
De inrichting verbindt zich ertoe de rechthebbende te helpen bij het indienen van een aanvraag tot terugbetaling.
§ 3. De inrichtende macht van de inrichting verbindt zich ertoe de kosten voor eventuele verstrek- kingen uitgevoerd op dagen die omwille van laattijdigheid van indienen van de aanvraag geen aan- leiding geven tot tegemoetkoming van de verzekering, niet te vorderen bij de rechthebbende indien de inrichting de verantwoordelijkheid nam de aanvraag tot tegemoetkoming zelf in te dienen.
§ 4. Het in § 2 van dit artikel vermelde koninklijk besluit bepaalt onder andere dat de rechthebben- de de aanvraag tot tenlasteneming indient door middel van een formulier dat is goedgekeurd door het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging.
Bij de aanvraag wordt een medisch verslag gevoegd, opgesteld volgens het model in bijlage 1 bij deze overeenkomst.
Art. 14. Elke voorschrijvende geneesheer van de inrichting verbindt zich ertoe voor elke recht- hebbende de in functie van Art. 3 voor hem voorziene en in de Art. 6, 7, of 8 nader omschreven
modaliteit van langdurige zuurstoftherapie voor te schrijven en zijn voorschrift, zo de evolueren- de toestand van een rechthebbende dit mocht noodzaken, ook aan te passen.
Art. 15. § 1. Het akkoord van de adviserend geneesheer kan, gedurende een zelfde periode, slechts betrekking hebben op één van de in Art. 6, 7 of 8 van deze overeenkomst omschreven verstrekkingen.
De toegestane periode kan nooit langer dan 12 maanden zijn.
§ 2. Geschrapt.
§ 3. Voor een zelfde rechthebbende mag de vergoeding van de in Art. 9, § 2, eerste lid, van deze overeenkomst voorziene forfait gedurende dezelfde periode niet worden gecumuleerd met de vergoeding van de in Art. 9, § 2, tweede lid, van deze overeenkomst voorziene forfait.
§ 4. Een voortijdig einde van een langdurige zuurstoftherapie thuis moet door de inrichting on- verwijld aan de adviserend geneesheer van de verzekeringsinstelling van de betrokken rechtheb- bende worden meegedeeld.
Art. 16. Vanaf de datum waarop een uitvoeringsbesluit in toepassing van art. 23, § 1, tweede lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, het toelaat, vervalt de in de Art. 13 en 15 vermelde procedure voor aanvraag en akkoord.
BETREKKINGEN TUSSEN DE (INRICHTENDE MACHT VAN DE) INRICHTING EN HET RIZIV.
Art. 17. § 1. De inrichtende macht van #benaming van het ziekenhuis en eventueel de site van een fusieziekenhuis# waarbinnen de inrichting functioneert, verbindt zich ertoe op aanwijzing van de inrichting aan de verzekeringsinstellingen de prijzen te factureren vastgesteld in Art. 9 bij middel van een factuur waarvan model en omschrijving zijn goedgekeurd door het Comité van de verzeke- ring voor geneeskundige verzorging.
Kopie van de factuur moet aan de rechthebbende of aan zijn wettelijke vertegenwoordiger worden overhandigd.
§ 2. De inrichtende macht van #benaming van het ziekenhuis en eventueel de site van een fusiezie- kenhuis # waarbinnen de inrichting functioneert houdt een boekhouding op basis van het genormali- seerd minimum boekhoudkundig plan voor de ziekenhuizen (K.B. van 14.8.1987). De activiteiten voorzien in deze overeenkomst moeten worden beschouwd als een kostenrubriek, zo opgemaakt dat de inkomsten en uitgaven ervan gekend moeten zijn. Die boekhoudkundige gegevens betreffende het verstreken kalenderjaar moeten ieder jaar aan de Dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV worden gestuurd en dit ten laatste vóór het einde van de zesde maand van het volgende ka- lenderjaar.
Art. 18. § 1. Door het ondertekenen van deze overeenkomst verbinden de inrichtende macht van de inrichting en de geneeshe(e)r(en) van de inrichting zich ertoe om elk jaar, uiterlijk tegen 31 maart van het kalenderjaar x+1, aan de Dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV ter attentie van het College van geneesheren-directeurs een verslag te bezorgen van het gebruik dat
tijdens het vorige kalenderjaar x van deze overeenkomst is gemaakt. Dit verslag wordt volledig en correct opgemaakt volgens het schema en de instructies in bijlage 2 bij deze overeenkomst. Het kan ook per magnetische drager of per e-mail overgemaakt worden.
Een eerste dergelijk verslag betreft het kalenderjaar van afsluiten van deze overeenkomst.
§ 2. Bij niet tijdig nakomen ervan, herinnert de Dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV de inrichtende macht van de inrichting en de geneeshe(e)r(en) van de inrichting met een bij de post aangetekende brief aan de in § 1 bedoelde verbintenis, met de vraag deze binnen de maand na verzending ervan alsnog volledig en correct na te komen. Met dezelfde bij de post aangete- kende brief worden zij er ook van verwittigd dat in geval deze verbintenis niet alsnog correct en volledig nagekomen wordt binnen de maand na verzending ervan, de verzekeringsinstellingen bij omzendbrief zullen gevraagd worden ambtshalve vanaf de eerste van de tweede maand volgend op deze verzending alle betalingen op te schorten voor verstrekkingen gefactureerd in toepassing van deze overeenkomst, ongeacht de datum waarop deze verstrekkingen verricht werden.
Bij tijdig overmaken van een niet volledig of niet correct volgens het schema en de instructies in bijlage 2 bij deze overeenkomst opgemaakt verslag, wijst de Dienst voor geneeskundige verzor- ging van het RIZIV de geneeshe(e)r(en) van de inrichting bij brief op de gevonden gebreken, met uitnodiging het binnen de maand na verzending van deze brief aan te vullen of te verbeteren.
Bij ontstentenis van tijdige en adequate reactie op voornoemde brief, herinnert de Dienst voor ge- neeskundige verzorging van het RIZIV de inrichtende macht van de inrichting en de genees- he(e)r(en) van de inrichting met een bij de post aangetekende brief aan de in § 1 bedoelde verbin- tenis, met de vraag deze binnen de maand na verzending ervan alsnog volledig en correct na te komen. Met dezelfde bij de post aangetekende brief worden zij er ook van verwittigd dat in geval deze verbintenis niet alsnog correct en volledig nagekomen wordt binnen de maand na verzending ervan, de verzekeringsinstellingen bij omzendbrief zullen gevraagd worden ambtshalve vanaf de eerste van de tweede maand volgend op deze verzending alle betalingen op te schorten voor ver- strekkingen gefactureerd in toepassing van deze overeenkomst, ongeacht de datum waarop deze verstrekkingen verricht werden.
§ 3. Enkel een alsnog volledig en correct nakomen van de verbintenis bedoeld in § 1 van dit Art. heft een in § 2 van dit Art. bedoelde ambtshalve opschorting op. In voorkomend geval worden de verzekeringsinstellingen bij omzendbrief van deze opheffing van opschorting verwittigd.
§ 4. De Dienst voor geneeskundige verzorging verbindt er zich toe vóór het einde van het kalen- derjaar x+1 een samenvatting van alle verslagen betreffende jaar x ontvangen uiterlijk op 31 au- gustus van jaar x+1 aan het College van geneesheren-directeurs voor te leggen en, na onderzoek daarvan door het College, kopie ervan over te maken aan de geneeshe(e)r(en) van de inrichting en aan deze van alle andere inrichtingen waarvoor een gelijkaardige type-overeenkomst werd afgeslo- ten.
Ter informatie zal eveneens kopie daarvan overgemaakt worden aan de Voorzitter van de Belgi- sche Vereniging voor Pneumologie.
Art. 19. De inrichting verbindt er zich tevens toe om, behoudens het in Art. 18 vermelde jaarlijkse verslag, de Dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV zo nodig ook bijkomend ge- vraagde informatie te bezorgen met het oog op de controle op de naleving van deze overeenkomst op therapeutisch of financieel vlak of in het raam van het algemeen beheer van de revalidatieover- eenkomsten.
De inrichting verbindt zich tenslotte ertoe elke afgevaardigde van het RIZIV of de verzekeringsin- stellingen toe te laten de bezoeken af te leggen die hij voor het vervullen van zijn taak nuttig acht.
SLOTBEPALINGEN
Art. 20. § 1. deze overeenkomst, opgemaakt in twee exemplaren en behoorlijk ondertekend door beide partijen, treedt in werking op X xxxxxxxx 2006 (DATUM CGV).
De drie bijlagen bij deze overeenkomst maken er integrerend deel van uit. Om praktische redenen kunnen de bijlagen 1, 2 en 3 bij deze overeenkomst aangepast worden door het College van geneesheren-directeurs.
§ 2. Deze overeenkomst geldt voor onbepaalde duur. Ze kan echter ook op elk ogenblik door een van beide partijen worden opgezegd met een bij de post aangetekende brief die aan de andere partij is gericht. De overeenkomst verstrijkt in dat geval na afloop van een opzeggingstermijn van drie maanden die ingaat op de eerste dag van de maand die volgt op de datum van verzending van de aangetekende brief.
Gedaan in twee exemplaren te Brussel op: | |
Voor de inrichtende macht van de in- richting | Voor het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging |
De Verantwoordelijke voor het beheer van (de campus van) het Ziekenhuis | De leidend ambtenaar |
(naam, hoedanigheid en handtekening) | |
Voor de inrichting | |
X. Xx Xxxxxx directeur-generaal | |
De voorschrijvende geneeshe(e)r(en) | |
(naam, handtekening en stempel) |