CONVENANT
CONVENANT
WIJ-TEAMS EN SOCIALE TEAMS IN GRONINGEN IN 2016
TSN Begeleiding
CONVENANT
WIJ-teams en sociale teams in Groningen in 2016
Partijen,
de gemeente Groningen, hierbij vertegenwoordigd door wethouder X. Xxxxxxx, die hiertoe gemachtigd is bij besluit van 15 december 2015, hierna te noemen:
de gemeente Groningen en
MJD, hierbij vertegenwoordigd door mw. J.E.M. Xxxxxxxxx, directeur-bestuurder MEE Groningen, hierbij vertegenwoordigd door mw. X. Xxxxxxx, directeur-bestuurder
De Zijlen, hierbij vertegenwoordigd door dhr. X.X. Xxxxxxx, manager zorg & dienstverlening Lentis Volwassenenpsychiatrie, hierbij vertegenwoordigd door dhr. J. Mol,
manager algemene zaken
Cosis (NOVO/Promens Care) hierbij vertegenwoordigd door mw. H.R.J.M. Verhulst, raad van bestuur Cosis
TSN Begeleiding, hierbij vertegenwoordigd door mw. X xxx Xxxxxx, accountmanager GGD Groningen, hierbij vertegenwoordigd door xxx. X. xxx Xxxxxx, regiomanager Verslavingszorg Noord Nederland, hierbij vertegenwoordigd door xxx. X. Xxxxxx, divisiemanager volwassenen
Leger des Heils Noord, hierbij vertegenwoordigd door xxx. X. Xxxxxxxxx, directeur bedrijfsvoering
Team 050, hierbij vertegenwoordigd door mw. M. Xxxx Xxxxxxx, gezinscoördinator/orthopedagoog
Humanitas, hierbij vertegenwoordigd door mw. F.I.R. Xxxxxx, directeur
Kids First COP Groep, hierbij vertegenwoordigd door xxx. X. Xxxxxxx, clustermanager Stichting Kinderopvang Stad Groningen, hierbij vertegenwoordigd door
mw. X. Xxxxxxxx, unitmanager
Werkpro, hierbij vertegenwoordigd door xxx. X. Xxxxxxx, directeur
LIMOR, hierbij vertegenwoordigd door dhr. X.X. xxx xxx Xxxxx, regiomanager Stichting GoedGeregeld, hierbij vertegenwoordigd door mw. X. Xxxxxxx, directeur Xxxxxxxx, hierbij vertegenwoordigd door xxx. X. xx Xxx, directeur
Xxx Xxxxxx, hierbij vertegenwoordigd door mw. X. Xxxxxxxx, directeur
ZINN, hierbij vertegenwoordigd door mw. W.J. Xxxxxxxx-Xxxxxxxxx, algemeen directeur Xxxxxx/Lentis, hierbij vertegenwoordigd door mw. X. Xxxxxx, manager algemene zaken
hierna te noemen:
de convenantpartners1
1 In (de loop van) 2016 wordt nog een nader te bepalen aantal convenantpartners aan dit convenant toegevoegd, middels een addendum.
Inleiding
In de gemeente Groningen wordt een gebiedsgerichte aanpak ontwikkeld. Hiertoe organiseert de gemeente Groningen elf WIJ-teams, onder de noemer ‘WIJ Groningen’. Uitgangspunt bij de gebiedsgerichte aanpak is dat ondersteuning en zorg zoveel mogelijk vanuit de wijk geleverd
worden. Indien mogelijk wordt bij de ondersteuning gebruik gemaakt van het eigen netwerk van de bewoner of van vrijwillige inzet. Daarnaast kunnen medewerkers van de WIJ-teams ondersteuning leveren. Indien noodzakelijk kunnen zij maatwerkvoorzieningen toekennen of verwijzen naar specialistische voorzieningen.
De gebiedsgerichte aanpak speelt voor de gemeente Groningen een cruciale rol bij de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Jeugdwet. De gemeente heeft op grond van de Wmo een voorzieningenplicht en op grond van de Jeugdwet een zorgplicht. De gemeente voert daarom de regie op de ontwikkeling van de gebiedsgerichte aanpak.
De gemeente Groningen kent 11 werkgebieden. In deze werkgebieden wordt gefaseerd toegewerkt naar een WIJ-team.
In de meeste werkgebieden is de afgelopen periode een sociaal team opgezet. Een sociaal team bestaat uit generalisten met een specialistische deskundigheid. Sociale teams richten zich specifiek op wijkbewoners met meervoudige vraagstukken in combinatie met verminderde zelfredzaamheid. De sociale teams maken gebruik van de werkwijze van Xxxxxxx Nieuwe Stijl en ‘het gekanteld werken’.
Momenteel wordt, vanuit de bestaande basis (CJG’s, Stips, Zorgloket, OGGz, etc.) met toevoeging van het sociaal team, doorontwikkeld naar WIJ-teams. In een WIJ-team wordt het sociaal
team, het Stip, het Tijdelijk Toegangsteam, het CJG, Buurtwelzijn, de OGGz en het Jeugd- en Jongerenwerk in één team samengebracht, onder één aansturing, om zodoende een breed palet aan basisvoorzieningen in deze werkgebieden te bieden. In de WIJ-teams werken professionals en vrijwilligers samen. De WIJ-teams verzorgen ook de toegang tot maatwerkvoorzieningen in de Wmo en tot jeugdhulp. Op 1 januari 2016 zijn tenminste vijf WIJ-teams gerealiseerd: Beijum, Oosterparkwijk, Hoogkerk, Lewenborg en Korrewegwijk.
In 2016 komen in de resterende zes werkgebieden ook WIJ-teams: Vinkhuizen, Selwerd, Schilderswijk/Centrum, De Wijert, Rivierenbuurt en Corpus den Hoorn.
Convenantpartners delen de mening dat de ontwikkeling van WIJ-teams een opstap is naar veranderingen op (middel)lange termijn en dat de onderlinge samenwerking noodzakelijk is om de transformatie binnen het sociaal domein te bewerkstelligen.
Voor 2016 heeft de gemeente nieuwe afspraken gemaakt over de contractering van de WIJ-teams2. Hiertoe heeft de gemeente vanuit opgedane ervaringen in de praktijk een WIJ-team basisformatie samengesteld. Deze basisformatie wordt gecontracteerd voor alle elf teams voor de periode 2016, met een optie tot verlenging voor het jaar 2017. Op basis van de ervaringen in 2016 en 2017 zal er, in de loop van 2017, voor de periode 2018 (en verder) opnieuw worden gecontracteerd.
De WIJ-teams voeren de nieuwe gemeentelijke verantwoordelijkheden (van de Wmo en Jeugdwet) uit. De verantwoordelijkheden in het kader van de Wmo en de Jeugdwet moeten in de praktijk in samenhang worden gebracht met zorgvragen van wijkbewoners die niet primair tot het gemeentelijk domein behoren. Daarbij kan gedacht worden aan de samenhang met wijkbewoners die via
de Wet langdurige zorg dan wel de Zorgverzekeringswet behandeld of verpleegd worden, met betrekking tot allerhande aandoeningen van somatische of psychiatrische aard (bijvoorbeeld via de ambulante teams uit de ggz of verslavingszorg in Groningen; zogenaamde FACT-teams).
2 Voor jeugdhulp verloopt de inkoop gemeenschappelijk via de Regionale Inkooporganisatie Groninger gemeenten (RIGG); Voor de taken op het gebied van publieke gezondheid is de inkoop gemeenschappelijk geregeld via de gemeenschappelijke regeling publieke gezondheid (GGD).
Er bestaat (grote) samenhang met de zorg die wijkbewoners ontvangen in de vorm van extramurale (wijk)verpleging en verzorging. Huisartsen en wijkverpleegkundigen vormen voor de analyse, toekenning en organisatie van deze functies aan onze wijkbewoners een cruciale schakel. In dat kader heeft zorgverzekeraar Xxxxxx voor 2015 niet-toewijsbare wijkverpleegkundige schakeltaken ingekocht bij twee convenantpartners: TSN en Buurtzorg. De wijze waarop aan deze schakeltaken invulling wordt gegeven, vanuit de WIJ-teams, wordt in 2016 zoveel mogelijk gecontinueerd,
in samenspraak met beide genoemde aanbieders. Vanaf 2017 koopt de zorgverzekeraar deze schakeltaken niet meer afzonderlijk in. De gemeente zal, voor wat betreft de gewenste relatie tussen het wijkverpleegkundige domein en het gemeentelijk domein, vanaf deze periode opnieuw met Xxxxxx en de gecontracteerde aanbieders van wijkverpleegkundige zorg in overleg treden over samenwerking.
De geïntegreerde aanpak in de WIJ-teams vraagt om informatiedeling tussen de (professionals van de) convenantpartners. Dit betekent onder meer delen van persoonsgegevens. Op deze deling van persoonsgegevens is de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) van toepassing. Van belang is dat zorgvuldig wordt omgegaan met persoonsgegevens en dat de persoonsgegevens worden verwerkt in overeenstemming met de wet. In bijlage twee van dit convenant zijn regels opgenomen over het omgaan met persoonsgegevens.
Het beleidsmatig kader en het perspectief voor de WIJ-teams zijn gebaseerd op:
de nota ‘Jeugd; ieders zorg!’; bakens ‘Welzijn Nieuwe Stijl’;
de nota ‘Met elkaar voor elkaar, naar een gebiedsgebonden aanpak’; het Groninger Functioneel Model (GFM);
het Beleidsplan en Uitvoeringsplan Vernieuwing Sociaal Domein 2014-2015; projectresultaten Zorgroutes, triage en casemanagement;
Focuslijst Verbinding Wijkverpleging en sociaal domein.
Overwegingen
de gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wmo en de Jeugdwet; voor een goede uitvoering van deze wetten is het van belang dat hieruit voortkomende
werkzaamheden in beginsel in de werkgebieden, dichtbij de bewoners, worden uitgevoerd; hierop aansluitend is het voor de ondersteuning en zelfredzaamheid van onze wijkbewoners van belang dat er goede afstemming plaatsvindt met extramurale en/of overbruggingszorg die wordt geleverd vanuit de Wet langdurige zorg dan wel vanuit de Zorgverzekeringswet;
ondersteuning wordt waar mogelijk (deels) vormgegeven met inzet van het eigen netwerk en met vrijwilligers;
het is van belang in de werkgebieden een goede infrastructuur aan basisvoorzieningen te faciliteren, zodat meer nadruk komt te liggen op preventie en minder gebruik hoeft te worden gemaakt van specialistische zorg;
partijen zijn er van overtuigd dat de inrichting van het sociale domein gekenmerkt moet worden door een integrale, generalistische benadering en dat deze gestoeld moet zijn op ‘één
huishouden, één plan, één regisseur’, met gevolgen voor onder andere bestaande netwerken en overlegstructuren;
partijen leveren daartoe in 2016 inzet voor de sociale teams en/of WIJ-teams (bestaande teams en teams in oprichting);
het is voor het welslagen van WIJ Groningen van belang deel te nemen aan ontwikkelde en nog te ontwikkelen pilots die aan de doelstelling van WIJ Groningen bijdragen, zoals de pilot met begeleidingsteams.
Komen het volgende overeen
Begripsbepalingen
CJG: team dat zich richt op de ondersteuning van jeugdigen en hun ouders/opvoeders bij opvoed-, opgroei- en ontwikkelingsvragen en -problemen. De ondersteuning bestaat uit activiteiten gericht op ontmoeting, informatie, advies, preventie, jeugdgezondheidszorg, toegang tot jeugdhulp, bieden van korte ambulante ondersteuning, zorgcoördinatie en casemanagement.
Convenantpartner: organisatie die deel uitmaakt van (de ontwikkeling van) het sociaal team en/of WIJ-team, zich committeert aan én mede uitvoering geeft aan alle onderdelen van de samenwerkingsovereenkomst.
Doelgroep: De sociale teams werken voor wijkbewoners van alle leeftijden met ondersteuningsbehoefte/-vragen op twee of meer leefgebieden, in combinatie met onvoldoende zelfredzaamheid. De ondersteuning is gericht op het versterken van de zelf- en samenredzaamheid, het herstel van de eigen regie en de participatie van wijkbewoners. De WIJ-teams werken voor alle wijkbewoners.
Leefgebieden: De 15 leefgebieden van de zelfredzaamheidsmatrix. De zelfredzaamheidsmatrix onderscheidt elf leefgebieden die specifiek van toepassing zijn op ieder individu. In het geval van vraagstukken rondom opvoeden en/of opgroeien, zijn vier aanvullende leefgebieden van toepassing.
Meervoudige problematiek: problemen op tenminste twee leefgebieden.
Sociaal team: team dat primair gericht is op het ondersteunen van huishoudens met meervoudige problematiek in combinatie met onvoldoende zelfredzaamheid en dat bestaat uit professionals van de convenantpartners werkzaam in de werkgebieden.
Triage: het proces van verhelderen, routeren en escaleren van vragen en casussen.
Werkgebied: wijk(en) van de stad Groningen conform wijkindeling gebiedsgerichte aanpak (zie bijlage 1)
WIJ-team: team dat zich richt op wijkbewoners van alle leeftijden. Evenals het sociaal team biedt het WIJ-team ondersteuning aan kwetsbare huishoudens. Daarnaast verzorgt het WIJ-team de toegang tot de Wmo en Jeugdwet, ondersteuning van jeugd en ondersteuning in het kader van de Wmo.
Ook werkt het WIJ-team aan samenlevingsopbouw en activering. Het WIJ-team geeft informatie en advies aan wijkbewoners en verzorgt (preventieve) collectieve activiteiten. Het WIJ-team bestaat uit vrijwilligers en uit professionals van de convenantpartners in de werkgebieden.
Artikel 1: Doelen
1. De convenantpartners continueren en ontwikkelen in de werkgebieden van de stad een sociaal team dan wel WIJ-team voor een effectieve en efficiënte uitvoering van ondersteuningsvragen
van wijkbewoners. De inzet van deze teams sluit nauw aan op de (zorg)inzet die wordt geleverd vanuit de Wet langdurige zorg en Zorgverzekeringswet, waarbij de samenwerking met de huisartsen(praktijken), (eerstelijns) gezondheidscentra en FACT-teams een essentiële schakel vormen.
2. De sociale teams hebben als doel:
toewerken naar en uitvoering geven aan het principe van één huishouden, één plan, één regisseur, op basis van eigen kracht en samenkracht;
voorkomen van probleemcumulatie en -escalatie; toewerken naar preventie; terugbrengen van coördinatiekosten;
dubbelingen eruit halen van gelijksoortige dienstverlening;
het uitvoeren van pilots om te bewerkstelligen dat de zorgkosten worden beperkt (zoals het uitvoeren van een deel van de begeleiding van huishoudens in de teams); eind 2016 vindt een (tussentijdse) evaluatie van de experimenten plaats.
3. De WIJ-teams hebben aanvullend als doel:
het vormen van de toegang in het kader van de Wmo en de Jeugdwet; het uitvoeren van de basisondersteuning jeugd;
het uitvoeren van preventieve en collectieve activiteiten; het geven van informatie en advies aan wijkbewoners; het bijdragen aan de activering van wijkbewoners;
het verzorgen van onafhankelijke cliëntondersteuning.
versterken van de buurtkracht. Verbinden van de collectieve en individuele aanpak met proactieve aandacht voor de talenten en kracht van wijkbewoners.
Artikel 2: Resultaten en werkwijze
1. Algemeen
Teamleden werken op basis van de bakens van Welzijn Nieuwe Stijl en ‘de kanteling’. Voor het maken en uitvoeren van ondersteuningsplannen maken ze gebruik van de zelfredzaamheidsmatrix.
2. Toegang
a. Wijkbewoners kunnen in het WIJ-team dat werkt voor hun werkgebied terecht voor alle ondersteuningsvragen op de domeinen van de Wmo en de Jeugdwet. Het eerste
vraagverhelderende gesprek wordt doorgaans gevoerd met een vrijwilliger. Waar nodig schakelt de vrijwilliger een professional van het WIJ-team in. Overigens, indien ondersteuningsvragen wijkverpleegkundige zorg raken, wordt altijd een professional (wijkverpleegkundige) ingeschakeld.
b. Indien nodig stelt de professional met de wijkbewoner een integraal ondersteuningsplan op, waarbij bij de uitvoering daarvan zoveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van het eigen netwerk van de bewoner of van informele ondersteuningsmogelijkheden. Indien
een voorziening nodig is wordt gekeken of deze vanuit het WIJ-team kan worden geboden. Algemene en/of overige (individuele) voorzieningen worden ingezet wanneer vanuit het eigen netwerk of vanuit de beschikbare informele ondersteuning niet volledig kan worden voorzien in de benodigde ondersteuningsbehoefte.
c. Het huishouden is eigenaar van het ondersteuningsplan. Het uitgangspunt is ‘één huishouden, één plan, één regisseur’.
d. Het ondersteuningsplan is een onderbouwde en door de burger ondertekende beslissing. Beslissingen in dat kader worden genomen door professionals uit het WIJ-team. Als er een beschikking nodig is of gevraagd wordt door de bewoner, wordt deze verleend door de gemeente Groningen.
e. De geboden ondersteuning wordt geëvalueerd vanuit het WIJ-team.
f. Bij het opstellen van het ondersteuningsplan respecteert het teamlid de wettelijke en eventueel aanvullende gemeentelijke kaders en termijnen.
3. Aanvullende eisen toegang Jeugd
a. Voor de ‘toegang jeugd’ wordt de aanpak van de ‘Zorgroutes, triage en casemanagement’ gehanteerd. Bij het afwegen van de ondersteuningsvragen wordt altijd de aard, ernst, urgentie en complexiteit als onderdeel van de triage meegenomen. Xxxx nodig wordt de expertpool jeugd ingeschakeld voor advisering in de afweging.
b. Een onderzoeksplan voor jeugd, voor zover deze niet tot stand is gekomen middels de route via de huisarts, wordt mede ondertekend door een betrokken professional vanuit het WIJ-team.
4. Ondersteuning en begeleiding
a. De teamleden stemmen onderling af wie welke huishoudens gaat benaderen en ondersteunen. Uitgangspunt is ook elkaars cliënten te ondersteunen.
b. De teamleden zijn generalisten met een specialisatie en gaan op inwoners af, ongeacht beperking, doelgroep of problematiek.
c. Convenantpartners werken mee aan ontwikkelde en nog te ontwikkelen pilots die bijdragen aan een verdere verfijning van de WIJ-team aanpak, zoals de pilot met begeleidingsteams in Lewenborg en Vinkhuizen en dragen in dat kader desgevraagd caseload en formatie over aan de WIJ-teams.
5. Samenwerking met andere partijen
a. De teams leggen verbinding met instellingen en professionals die maatwerk- of individuele voorzieningen uitvoeren en met de netwerken of overlegstructuren waarin deze instellingen participeren.
b. De teams leggen actief verbinding met betrokken partners in het werkgebied en daarbuiten en onderzoeken mogelijkheden tot integratie en afstemming.
c. De teams zorgen voor duidelijke operationele afstemming met de professionals die uitvoering geven aan onderdelen van de Zorgverzekeringswet en/of de Wet langdurige zorg die het dagelijks functioneren van de teams raken of versterken (bijv. Verpleging & Verzorging).
d. In dat kader onderzoeken de teams in hoeverre, binnen het uitgangspunt ‘één gezin, één plan, één regisseur’ er afstemming en samenwerking noodzakelijk/mogelijk is met de activiteiten binnen de toewijsbare wijkverpleegkundige zorg, de huisartsen en de FACT-teams.
6. Voorzieningen gericht op het collectief
Bij het vormgeven van voorzieningen in het werkgebied die gericht zijn op het collectief worden wijkbewoners door het WIJ-team ondersteund bij het ontplooien van eigen initiatieven. Deze voorzieningen sluiten aan bij ideeën en behoeften vanuit het werkgebied.
7. Registratie
a. De teamleden houden een eenvoudige, maar wel doeltreffende registratie bij conform de richtlijnen van de gemeente op basis waarvan politiek en bedrijfsmatig kan worden verantwoord.
b. Rapportages over de collectieve aanpak zijn gericht op de bereikte effecten van deze aanpak.
Artikel 3: Verantwoordelijkheden
1. De gemeente Groningen contracteert professionals voor het WIJ-team met behulp van subsidieverstrekking dan wel via contractering vanuit de gemeenschappelijke regeling Publieke Gezondheid & Zorg (PG&Z). Deze professionals behouden gedurende de convenantperiode de rechtspositie van de moederorganisatie. Zij krijgen vanuit de moederorganisatie voldoende handelingsvrijheid om het werk in het WIJ-team optimaal uit te kunnen voeren.
2. De gemeente Groningen faciliteert een fysieke werkruimte, van waaruit teamleden opereren.
3. De gemeente Groningen stelt de voor het werk noodzakelijke ICT-hulpmiddelen beschikbaar.
4. De gemeente Groningen zorgt voor verantwoorde arbeidsomstandigheden en veiligheid van de medewerkers van de teams.
5. De gemeente zorgt dat de bedrijfshulpverlening in de werkruimtes geregeld is.
6. De gemeente Groningen (hierna: gemeente) is als opdrachtgever eindverantwoordelijk voor een goede toegang en doorverwijzing, alsmede voor kortdurende ondersteuning en
lichte behandeling door het WIJ-team. Voor de hieruit voortvloeiende schade is de gemeente aansprakelijk. Hiervoor heeft de gemeente een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten.
Daarnaast heeft de gemeente voor haar “werknemers” (medewerkers, stagiaires, uitzendkrachten en gedetacheerden) voor zover zij werkzaamheden onder de directe, functionele leiding en toezicht van de gemeente uitvoeren, een zogenaamde goedwerkgeverschapverzekering
afgesloten. De verzekering dekt materiële en personenschade ten gevolge van een ongeval. De zorgaanbieder vrijwaart de gemeente van alle aanspraken van derden voortvloeiende uit het daadwerkelijk uitvoeren van de individuele zorg en ondersteuning door deze zorgaanbieder.
De zorgaanbieder sluit hiervoor een adequate verzekering af.
7. De WIJ-manager is verantwoordelijk voor het realiseren van de doelen die aan het team gesteld worden. Hij is daarvoor verantwoording schuldig aan de gemeente, op
wie de wettelijke eindverantwoordelijkheid rust voor de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de voorzieningen.
8. De gemeente stuurt de WIJ-managers aan. De WIJ-manager is in dienst van of gedetacheerd bij de gemeente.
9. Het Bestuurlijk Platform (bestaande uit de directie/bestuurders van de convenantpartners) wordt twee keer per jaar, of zoveel meer als nodig, bijgepraat over de voortgang en ontwikkelingen in de teams. Tevens vindt eens per zes weken verdieping plaats op nader te bepalen thema’s bepaald en ingebracht in en door het Bestuurlijk Platform). Met alle convenantpartners wordt tenminste twee keer per jaar, of zoveel meer als nodig, een bilateraal gesprek gevoerd.
10. De convenantpartners verplichten zich tijdens het ontwikkelproces van de teams hun kennis en hun kunde beschikbaar te stellen aan de verdere ontwikkeling van de teams.
Artikel 4: Personeel
1. De gemeente Groningen contracteert voor de teams instellingen die ervaren kwalitatieve professionals beschikbaar stellen die voldoen aan het voor de betreffende functie opgestelde competentieprofiel.
2. Voor wat betreft de in te zetten professionals in de WIJ-teams garanderen de convenantpartners continuïteit, ook bij ziekte en vakantie. Bij afwezigheid door ziekte en verlof geldt dat de convenantpartner, in afstemming met de gemeente Groningen, voor vervanging zorgt als de professional langer dan vier weken afwezig is.
3. De teamleden blijven in dienst bij de moederorganisatie en krijgen van daaruit een opdracht tot het verrichten van tijdelijke werkzaamheden voor het team. De moederorganisatie blijft hiërarchisch3 verantwoordelijk voor haar medewerkers.
4. De cao van de moederorganisatie blijft van toepassing op de teamleden.
5. De teamleden kunnen geen rechten ontlenen aan hun opdracht tot het verlenen van tijdelijke werkzaamheden in het team. Ze behouden recht op terugkeer in hun eigen functie na afloop van de tijdelijke werkzaamheden.
6. De moederorganisatie is verantwoordelijk voor het ter beschikking stellen van vakinhoudelijke expertise aan haar professionals.
7. Voor de inzet van vrijwilligers en stagiaires zijn uniforme regelingen opgesteld.
8. De teamleden van het sociaal team dan wel WIJ-team worden functioneel en operationeel aangestuurd door een WIJ-manager.
9. De WIJ-manager is bevoegd om op te schalen naar de directies van de convenantpartners en om over de teamsamenwerking terug te koppelen naar de moederorganisatie en de gemeente Groningen. De WIJ-manager voert jaarlijks een evaluatiegesprek met de moederorganisatie over het functioneren van het betreffende teamlid. De WIJ-manager kan een dringend advies uitbrengen aan de moederorganisatie over het functioneren en de inzet van medewerkers in het team.
3 Hiërarchisch betekent de verantwoordelijkheid voor aanname, professioneel functioneren, ontwikkeling en ontslag van de medewerker in de moederorganisatie.
Artikel 5: Sturing
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen is verantwoordelijk voor een zorgvuldige uitvoering van de in- en toegang Jeugdwet en Wmo voor de burgers van de gemeente Groningen.
Artikel 6: Financiering
1. De inzet van de teamleden en ondersteunende rollen in de teams vindt plaats binnen de contractrelaties met de convenantpartners.
2. De gemeente financiert voor de WIJ-teams noodzakelijke onderzoeken, informatievoorziening en werkinhoudelijke opleidingen.
3. Convenantpartners financieren de specifieke vakinhoudelijke opleidingen die betrekking hebben op het specialisme van hun medewerkers.
Artikel 7: Privacy
1. Bij de gegevensverwerking, waaronder het delen van gegevens, worden de Wbp en -indien van toepassing- het Burgerlijk Wetboek (BW, Boek 7, de overeenkomst inzake geneeskundige behandeling, de artikelen 7:446 en verder, waarin onder meer het medisch beroepsgeheim
is geborgd) en overige toepasselijke wet- en regelgeving rondom privacy, waaronder de voor de professionals geldende beroepscodes, in acht genomen.
2. Vanuit de regierol is het college van burgemeester en wethouders van de gemeente
Groningen de verantwoordelijke in de zin van artikel 4 van de Wbp voor de verwerking van de persoonsgegevens.
3. De professionals in de teams werken met het regiesysteem ‘WIZportaal’, het systeem voor ambulante hulpverlening en regievoering in het sociale domein. WIZportaal biedt de mogelijkheid om gegevens over het huishouden te registreren en te delen met samenwerkingspartners.
4. Bij de gegevensverwerking nemen de convenantpartners en hun medewerkers het privacy- protocol in bijlage twee, dat deel uitmaakt van dit convenant, in acht.
Artikel 8: Klachtafhandeling
1. De convenantpartners kiezen voor een getrapte wijze van klachtenafhandeling. Bij een klacht tegen een medewerker van het team vindt altijd eerst een informeel gesprek plaats tussen klager en de WIJ-manager. Als dit gesprek niet leidt tot een voor de klager bevredigend resultaat, volgt een formele klachtenprocedure.
2. Heeft de klacht betrekking op de fase van toegang of doorverwijzing door het WIJ-team naar hulpverlening en/of ondersteuning dan geldt de klachtenregeling van de gemeente Groningen. Hiertoe heeft de gemeente Groningen, ten behoeve van het gehele sociaal domein, een klachtenfunctionaris aangesteld. Heeft de klacht betrekking op bejegening door een hulpverlener of ondersteuner of de hulp of ondersteuning bij de contractspartners, dus volgend op de fase
van de toegang of doorverwijzing door het WIJ-team, dan geldt de klachtenregeling van de hulp of ondersteuning biedende instantie.
3. Klachten worden afgedaan binnen de termijn die de betreffende regeling daarvoor stelt.
4. Indien de formele klachtenprocedure wordt doorlopen, stelt de WIJ-manager de moederorganisatie van de betrokken medewerker op de hoogte van de klacht.
Artikel 9: Status, ingangsdatum en duur van het convenant
1. Het convenant is een open convenant. Nieuwe convenantpartners kunnen zich gedurende de convenantperiode aansluiten bij het convenant.
2. Het convenant gaat in op 1 januari 2016.
3. Het convenant is geldig tot 1 januari 2017
Artikel 10: Beëindiging van de samenwerking
1. Indien een partij zich niet meer in de samenwerking kan vinden, treedt zij in overleg met de overige convenantpartners en de gemeente. Indien dit overleg niet tot een oplossing leidt, kan de partij uit de samenwerking treden. Voorwaarde voor uittreding is dat de overige partijen naar het oordeel van de gemeente geen onevenredig nadeel hiervan ondervinden. De uittreding vindt niet eerder plaats dan nadat de werkzaamheden voor de continuïteit van de zorg aan burger vanuit het team zijn gewaarborgd en zonodig het nadeel behoorlijk is gecompenseerd.
2. Als een partij niet levert conform de afspraken in het convenant en de werkafspraken binnen het team, kan deelname na wederzijdse consultatie worden beëindigd.
3. Bij uittreding zijn de subsidievoorwaarden van de gemeente Groningen, respectievelijk de contractvoorwaarden van de gemeenschappelijke regeling PG&Z van toepassing.
Artikel 11: Onvoorziene omstandigheden
1. Indien zich na inwerkingtreding van dit convenant onvoorziene omstandigheden voordoen die van invloed zijn op de inhoud van dit convenant treden de convenantpartners in overleg, met het doel om op basis van redelijkheid en billijkheid hiervoor een regeling te treffen. Deze regeling treedt in plaats van de betreffende bepalingen in het convenant, dan wel vult deze aan en wordt bij de tekst van het convenant gevoegd.
2. In alle gevallen waarin verschil van mening bestaat tussen convenantpartners over de uitleg en de toepassing van dit convenant treden de convenantpartners met elkaar in overleg teneinde in redelijkheid en billijkheid tot overeenstemming te komen.
3. Leidt het overleg als bedoeld in artikel 11, lid 2 niet tot overeenstemming, dan zal door middel van een door de gemeente in samenspraak met de convenantpartners aan te wijzen deskundige bindend advies worden gevraagd.
4. Wijzigingen in het convenant behoeven instemming van de gemeente én een meerderheid van de convenantpartners.
Artikel 12: slotbepaling
In alle gevallen waarin het convenant niet voorziet, beslissen de convenantpartners gezamenlijk met de gemeente.
Bijlage 1 Indeling gebieden WIJ-Groningen
Bijlage 2 Privacyprotocol WIJ-teams en sociale teams gemeente Groningen
Aanleiding
In de WIJ-teams en sociale teams worden de regie- en ondersteuningsvraagstukken van huishoudens aangepakt op basis van het uitgangspunt ‘één gezin, één plan, één regisseur. In het kader van de zogeheten “kanteling” binnen het welzijnswerk wordt de regiefunctie zo veel mogelijk neergelegd bij het betrokken huishouden zelf. Gegevensuitwisseling over huishoudens tussen de diverse convenantspartners binnen het maatschappelijke domein in de gemeente is van groot belang om efficiënt te kunnen werken.
Voor wat betreft de (mondelinge) gegevensuitwisseling geldt dat convenantpartners onderling enkel gegevens verstrekken die noodzakelijk zijn om het convenant uit te voeren. Bij de gegevensuitwisseling worden de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en- indien van toepassing - het Burgerlijk Wetboek (Boek 7, de overeenkomst inzake geneeskundige behandeling artikelen 7:446 en verder, waarin onder meer het medisch beroepsgeheim is geborgd) en overige toepasselijke wet- en regelgeving rondom privacy- in acht genomen.
Hieronder worden de nadere regels uitgewerkt voor in het bijzonder het omgaan met de zogeheten “teamdossiers”; de dossiers die door de betrokken convenantpartners binnen de sociale teams of WIJ-teams worden “verwerkt”.
De teams werken in het regiesysteem ‘WIZportaal’, het systeem voor ambulante hulpverlening en regievoering in het sociale domein. WIZportaal functioneert als een teamdossier waarin hulpverleners, zijnde teamleden, hun multidisciplinaire samenwerking organiseren, coördineren, vastleggen en monitoren. Binnen WIZportaal kan met het betreffende huishouden en de
hulpverleners samen worden gewerkt in een overzichtelijk plan met gerichte doelen en acties. Het huishouden en de voortgang op het gezamenlijke behandelplan staan centraal. De individuele convenantpartners dienen zich ter realiseren dat zij ook een verantwoordingsplicht hebben om voor de ‘eigen’ gegevensbestanden de verplichtingen van de Wbp na te leven.
In dit privacyprotocol is het volgende vastgelegd:
1.Begripsbepalingen
In dit protocol wordt verstaan onder:
a. Betrokkene: degene op wie een persoonsgegeven betrekking heeft en die voorkomt in het digitale registratiesystem WIZportaal.
b. Huishouden: de tot het huishouden behorende persoon/personen wiens persoonsgegevens
in het registratiesysteem zijn opgenomen na een huisbezoek voor hulp en ondersteuning en per gezinslid geldt de voorwaarde onder het hieronder bepaalde in artikel 5.3. Doelgroep betreft alle huishoudens (alleenstaanden, gezinnen of jeugdigen) die ondersteuning krijgen van de sociale teams en WIJ-teams.
c. Persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.
d. Plan van aanpak: het hulpverleningsplan betreffende de verlening van de benodigde hulp op één of meerdere terreinen uit het sociale domein. Dit plan van aanpak kan opgesteld zijn door regisseur en huishouden gezamenlijk of door de ouders, samen met bloedverwanten, aanverwanten of anderen die tot de sociale omgeving van de jeugdige behoren (het zogenoemde familiegroepsplan).
e. Regisseur: het bij het huishouden betrokken teamlid dat rondom een huishouden zorg draagt voor de totstandkoming van één plan voor het huishouden, met inbegrip van regie (naast het betrokken huishouden zelf) en ook de samenwerking coördineert tussen de andere hulpverleners en de voortgang van de ondersteuning stimuleert.
f. Registratiesysteem: de applicatie “WIZportaal” is een digitaal registratiesysteem waar teamleden doelen, taken en activiteiten registreren en deze delen met andere beroepskrachten in het zorgproces. De coördinatie richt zich hierbij zowel op de inhoud van de zorg als de wijze van samenwerking. Het huishouden zelf heeft ook bepaalde (beperkte) schrijfrechten in WIZportaal. Beroepskrachten uit de expertpool, die specifiek voor de WIJ-teams is ingericht, kunnen kennisnemen van de gegevens die opgenomen zijn in WIZportaal, maar kunnen geen gegevens registreren of verwijderen.
g. Teamdossier: het digitale dossier - bestand met het geheel van persoonsgegevens- ten aanzien van bezochte huishouden(s).
h. Teamlid: een generalistisch werkende hulpverlener op het gebied van zorg en ondersteuning uit het WIJ-team of sociaal team, die beroepsmatig werkzaam is voor een samenwerkingspartner.
i. Verantwoordelijke: vanuit de regierol conform het bepaalde in artikel 6 van het convenant is het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen formeel juridisch de verantwoordelijke voor de verwerking van de persoonsgegevens in het registratiesysteem.
j. Verwerking van persoonsgegevens: elke handeling of elk geheel van handelingen met betrekking tot persoonsgegevens, waaronder in ieder geval het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiding of enige andere vorm van terbeschikkingstelling, samenbrengen, met elkaar in verband brengen en ook het afschermen, uitwissen of vernietigen van persoons- gegevens.
k. WIZportaal: zie Registratiesysteem.
2. Reikwijdte
Dit protocol is van toepassing op zowel geautomatiseerde als handmatige verwerking van de persoonsgegevens.
3. Doel en functie WIZportaal
3.1 De doeleinden van het verwerken van persoonsgegevens in WIZportaal zijn de volgende:
a. uitvoering geven aan de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015),
de Jeugdwet en de Participatiewet, alsmede aan de daarop gebaseerde gemeentelijke regelingen;
b. een proactieve en integrale maatschappelijke hulpverlening mogelijk maken;
c. door middel van vroegsignalering zorgen dat zwaardere, meervoudige problematiek (meerdere problemen bij één persoon) of multi problematiek (problemen bij meerdere personen in één huishouden) wordt voorkomen dan wel teruggedrongen;
d. regie voeren op de aanpak van meervoudige of multi problematiek volgens het uitgangspunt één huishouden, één plan, één regisseur;
e. komen tot een integraal plan van aanpak, gericht op het zo snel en duurzaam mogelijk zelfredzaam zijn van het huishouden.
3.2 De regiefunctie is neergelegd bij de regisseur en bij het betrokken huishouden zelf, indien dit mogelijk is. Dit laatste onder andere door het verlenen van een toegangscode met een leesfunctie voor de eigen NAW-gegevens en het schrijven van berichten in het teamdossier voor wat betreft het plan van aanpak.
3.3 WIZportaal biedt de mogelijkheid om gegevens over het huishouden te registreren en te delen met samenwerkingspartners. Het teamlid kan acties, documenten en notities aan het dossier koppelen en afschermen.
3.4 Het registratiesysteem heeft voor de teamleden naast bovengenoemde functies de functie dat er kan worden nagegaan of het bewuste huishouden al bekend is binnen het team of binnen een ander team van de gemeente Groningen.
3.5 In WIZportaal kunnen van (de personen uit) het huishouden voor zover nodig de volgende categorieën van persoonsgegevens worden verwerkt:
a. BSN-nummer;
b. NAW-gegevens;
c. ZRM-gegevens (ZRM = zelfredzaamheidsmatrix), opgesteld in samenspraak met het huishouden, die betrekking hebben op elf leefgebieden, te weten: financiën, dagbesteding, huisvesting, huiselijke relaties, geestelijke gezondheid, lichamelijke gezondheid, verslaving, activiteiten van het dagelijks leven, sociaal netwerk, maatschappelijke participatie en justitie.Voor ieder van deze domeinen wordt daarnaast een score-aanduiding die de mate van zelfredzaamheid uitdrukt opgenomen; bij vraagstukken inzake opvoeden en/of opgroeien zijn vier aanvullende leefgebieden van toepassing, te weten: lichamelijke verzorging, sociaal-emotionele ondersteuning, scholing en opvang;
d. plan van aanpak;
e. registraties over voorzieningen of ingezette ondersteuning, die (de betrokkenen uit) het huishouden gebruiken of geleverd krijgen. Een registratie bestaat uitsluitend uit de naam en status van de voorziening of ondersteuning en uit gegevens van het teamlid van die voorziening of ondersteuning;
f. bijzondere persoonsgegevens over de gezondheid en strafrechtelijke persoonsgegevens mogen uitsluitend in WIZportaal worden opgenomen indien is voldaan aan het bepaalde in de artikelen 4.3 en 4.4.
3.6 Gebruikers van WIZportaal hebben toegang tot WIZportaal door middel van een gebruikersnaam, wachtwoord en een sms-code (two-factor authentication).
3.7 Het registratiesysteem levert anonieme management- en beleidsinformatie aan de convenantpartners.
4. Voorwaarden voor verwerking persoonsgegevens
4.1 Persoonsgegevens worden in overeenstemming met de van toepassing zijnde wet- en regelgeving op behoorlijke en zorgvuldige wijze verwerkt.
Dat betekent onder meer in overeenstemming met de Wet bescherming persoonsgegevens, het Burgerlijk Wetboek (Boek 7, De overeenkomst inzake geneeskundige behandeling, artikelen 7:446 en verder), de Wet maatschappelijke ondersteuning, de Jeugdwet en de Participatiewet.
4.2 De persoonsgegevens in het registratiesysteem worden uitsluitend verwerkt voor de in artikel 3 omschreven doeleinden.
4.3 Persoonsgegevens mogen slechts worden verwerkt indien:
a. toestemming is verleend door de bij het huishouden betrokken persoon/personen of diens wettelijke vertegenwoordiger(s) en dit per gezinslid, of
b. de gegevensverwerking noodzakelijk is voor de uitvoering van een overeenkomst waarbij de bij het huishouden betrokken persoon/personen partij is/zijn;
c. de gegevensverwerking noodzakelijk is om een wettelijke verplichting na te komen;
d. de gegevensverwerking noodzakelijk is om de vitale belangen van de betrokkene te behartigen (zwaarwegend belang);
e. de gegevensverwerking noodzakelijk is voor de goede vervulling van een publiekrechtelijke taak;
f. de gegevensverwerking noodzakelijk is voor de behartiging van een gerechtvaardigd belang van het college of een derde aan wie de gegevens worden verstrekt, tenzij het belang van de persoonlijke levenssfeer van degene van wie de gegevens worden verwerkt, zwaarder weegt, dit naar het oordeel van het betrokken teamlid (zonodig in overleg met de teamleider).
4.4 De verwerking van bijzondere persoonsgegevens is verboden, tenzij de verwerking geschiedt door de teamleden in het kader van voorzieningen voor de gezondheidszorg of maatschappelijke dienstverlening, voor zover dat met het oog op een goede behandeling of verzorging van betrokkene noodzakelijk is.
4.5 Het verwerken van persoonsgegevens van een huishouden is een taak van de teamleden.
5. Informatieplicht Teams
Het college is verantwoordelijk voor het voldoen aan de informatieplicht uit artikelen 33 en 34 Wbp. Het college heeft daarvoor een folder ontwikkeld die uitgereikt kan worden. Het teamlid dat voor het eerst contact gaat leggen met een huishouden, is degene die het huishouden over het bestaan en de doelstelling van het registratiesysteem en over het voornemen om hem/haar in het systeem op te nemen informeert. In WIZportaal geeft het teamlid aan op welke wijze aan deze informatieplicht is voldaan.
Het huishouden wordt door dit teamlid ook geïnformeerd over de rechten van kennisneming, verbetering, aanvulling, verwijdering of afscherming van gegevens en van het recht van verzet.
6. Transparantie
Het teamlid informeert het huishouden zoveel mogelijk vooraf over de verwerking van zijn persoonsgegevens in WIZportaal. Indien het niet mogelijk is om vooraf te informeren, wordt het huishouden achteraf op de hoogte gebracht. Uitgangspunt is dat het teamlid in een goed gesprek met het huishouden overlegt met welk doel en welke persoonsgegevens worden verwerkt.
Om ervoor te zorgen dat de huishoudens weet hebben van de gegevensuitwisseling in het kader van de Wmo 2015, Jeugdwet en Participatiewet zal dit protocol bekend worden gemaakt op de website van de gemeente Groningen en wordt het huishouden hierop gewezen door het betrokken teamlid.
7. Recht tot kennisneming
7.1 Een huishouden kan het college verzoeken om hem mee te delen of hem betreffende
persoonsgegevens worden verwerkt. Het college deelt het huishouden binnen vier weken mee of hem betreffende persoonsgegevens worden verwerkt.
7.2 Indien gegevens worden verwerkt, bevat de mededeling een omschrijving van het doel of de doeleinden van de verwerking, de categorieën van gegevens waarop de verwerking betrekking heeft en de ontvangers, alsmede de beschikbare informatie over de herkomst van de gegevens.
8. Recht op aanvulling, verbetering, verwijdering of afscherming
8.1 Een huishouden kan het college verzoeken gegevens aan te vullen, te verbeteren, te verwijderen of af te schermen als deze feitelijk onjuist zijn, er onvoldoende relatie is tussen de gegevens en het doel van verstrekken of als ze anderszins in strijd met een wettelijk voorschrift worden verwerkt. Het verzoek dient de aan te brengen wijzigingen te bevatten.
8.2 Het college bericht het huishouden binnen vier weken na ontvangst van het verzoek schriftelijk of dan wel in hoeverre het daaraan voldoet. Een weigering is gemotiveerd.
8.3 Het college draagt er zorg voor dat een beslissing tot verbetering, aanvulling, verwijdering of afscherming zo spoedig mogelijk wordt uitgevoerd.
9. Bewaartermijn
Met inachtneming van wettelijke voorschriften worden de in het dossier opgenomen gegevens van het huishouden bewaard zolang als nodig is voor de verwerkelijking van de doeleinden van de gegevensverwerking. Die termijn wordt per individueel geval bepaald.
10. Rolverdeling en autorisaties
10.1 Een gemeentelijke contactpersoon met kennis van de applicatie, bewaakt het functioneren van het registratiesysteem.
10.2 Deze gemeentelijke contactpersoon stemt in overleg met de teamleiders of WIJ-managers de gewenste mutaties af met betrekking tot autorisaties binnen het registratiesysteem en draagt zorg voor aanpassingen in het registratiesysteem.
Tevens genereert deze contactpersoon de benodigde management- en beleidsinformatie voor de convenantpartners.
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen draagt zorg voor de geheimhouding van de persoonsgegevens, met name wanneer daarbij eventuele derden noodzakelijkerwijze worden ingeschakeld.
10.3 Als de formeel verantwoordelijke maakt het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen melding ex artikel 27 Wet bescherming persoonsgegevens bij het College bescherming persoonsgegevens van het registratiesysteem WIZportaal.
11. Beveiliging
11.1 De gemeente Groningen draagt zorg - onverlet de verantwoordelijkheden van de andere convenantpartners - voor naleving van de Wet bescherming persoonsgegevens voor wat betreft het registratiesysteem. Gemeente Groningen treft daartoe voorzieningen van technische en organisatorische aard, die voldoen aan de normen van de Baseline Informatiebeveiliging Gemeenten (BIG), ter beveiliging van het registratiesysteem met daarin de persoonsgegevens tegen verlies en aantasting en tegen onbevoegde kennisneming, wijziging of verstrekking daarvan.
11.2 Vanaf 1 januari 2016 is in de Wbp artikel 34a (meldplicht datalekken) geldend. Op grond hiervan zal het college bij een inbreuk op de beveiliging van persoonsgegevens
waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat die leidt tot een aanmerkelijke kans op verlies of onrechtmatige verwerking van persoonsgegevens een melding doen bij de toezichthouder, het College bescherming persoonsgegevens. Daarnaast zal het college een melding doen aan de betrokkene indien de inbreuk ongunstige gevolgen zal hebben voor diens persoonlijke levenssfeer.
Groningen, 17 december 2015
Gemeente Groningen,
hierbij vertegenwoordigd door
…………………………………………………………… Xxx. X. Xxxxxxx, wethouder
WerkPro,
hierbij vertegenwoordigd door
…………………………………………………………… Xxx. X. Xxxxxxx, directeur