REVALIDATIEOVEREENKOMST
Tussen
DE VLAAMSE GEMEENSCHAP
En
V.Z.W. CENTRUM VOOR ONTWIKKELINGSTHERAPIE Identificatienummer: 7.74.017.43
Versiedatum
Re1v9aliddeactieemovbeerer e2n0k2o3mst 7.74.007.43 COT
Departement Zorg Afdeling Eerste Lijn en Gespecialiseerde Zorg Koning Xxxxxx XX – laan 35 bus 33, 1030 BRUSSEL
Versiebeheer
Coördinatie | |
Basisovereenkomst d.d. 06.01.1997 | Basisdocument |
Wijzigingsclausule d.d. 12.01.1999 | NVT (1,75 VTE therapeuten socio-profit, via wijzigingsclausule d.d. 07.01.2003 structureel opgenomen) |
Wijzigingsclausule d.d. 20.02.2001 | Art. 1 – schrappen art. 12 §2 (opmaak effect-evaluatie tussen 9de en 6de maand vóór einde overeenkomst) Art. 2 – aanp. art. 24 §2 (geldigheid onbepaalde duur) |
Wijzigingsclausule d.d. 07.01.2003 | Art. 1 – aanp. art. 6 §2 (prijsaanpassing) Art. 2 – aanp. art. 6 §3 (aanpassing index) Art. 3 – opheffen wijzigingsclausule d.d. 12.01.1999 Art. 4 – nieuwe bijlage II |
Brief d.d. 22.04.2004 | Art. 1. – aanp. art. 14 §4 (productiecijfers) Art. 2 – aanp. art. 14 §5 (productiecijfers) Art. 4 – invoegen art. 14 §6 (productiecijfers) Art. 5 – invoegen art. 14 §7 (productiecijfers) |
Brief d.d. 02.03.2005 | Aanp. art. 18 §5 en schrappen art. 18 §§ 6, 7 en 8 (jaarlijks personeelsoverzicht) |
Wijzigingsclausule d.d. 20.12.2004 | Art. 1 – aanp. art. 6 §2 (prijsaanpassing) Art. 2 – aanp. art. 6 §3 (indexaanpassing) Art. 3 – nieuwe bijlage II (prijsberekening) |
Wijzigingsclausule d.d. 26.10.2005 | Art. 1 – aanp. art. 17 (aanp. facturatiecapaciteit – besparing 2005) |
Wijzigingsclausule d.d. 13.07.2006 | Art. 1 – aanp. art. 17 (aanp. facturatiecapaciteit – opheffen besparing 2005) |
Wijzigingsclausule d.d. 30.08.2006 | Art. 1 – aanp. art. 6 §2 (prijsaanpassing) Art. 2 – aanp. art. 6 §3 (indexaanpassing) Art. 3 – nieuwe bijlage II (prijsberekening) |
Wijzigingsclausule d.d. 17.03.2009 | Art. 4 – aanp. art. 6 (prijsaanpassing nieuw barema directie en arts) Art. 5 – NVT (inhaalforfait tot 31.05.2009) |
Wijzigingsclausule d.d. 05.07.2011 | Art. 1 – aanp. art. 6 §2 (prijsaanpassing) Art. 2 – aanp. art. 6 §3 (indexaanpassing) Art. 3 – nieuwe bijlage II (prijsberekening) |
Wijzigingsclausule d.d. 05.05.2014 | Art. 1 – aanp. art. 6 §2 (prijsaanpassing) Art. 2 – aanp. art. 6 §3 (indexaanpassing) Art. 3 – nieuwe bijlage II (prijsberekening) |
Wijzigingsclausule d.d. 27.11.2014 | Art. 3 – aanp. art. 6 (prijsaanpassing loonstijging barema arts 2 %) Art. 4 – NVT (inhaalforfait tot 31.10.2014) |
Brief d.d. 19.12.2016 | Art. 1 – aanp. art. 6 (correctie foutieve indexering) Art. 2 – NVT (inhaalforfait tot 28.02.2017) |
1.01.2019 | Vlaamse revalidatieovereenkomst |
01.12.2019 | Art 3 : wijziging rechthebbenden - aanpassing art. 25 (startdatum overeenkomst) - aanpassing aanvraagformulier |
22.11.2023 | - Wijzigingen naar aanleiding van inkanteling in de Vlaamse sociale bescherming op 01/10/23 - Wijzigingen naar aanleiding van de fusie van het Agentschap Zorg en Gezondheid en het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin |
Inhoudsopgave
1. VOORWERP VAN DE OVEREENKOMST 4
2. DEFINITIES 4
3. DOELGROEP 5
4. ZORGAANBOD 6
5. REVALIDATIEVERSTREKKINGEN 6
5.1 Aanvragen tegemoetkoming revalidatieverstrekkingen 6
5.2 Vergoedbare verstrekkingen 7
6. EENHEIDSPRIJS EN AFGELEIDEN 10
7. EXTRA VERGOEDINGEN VOOR DE GEBRUIKER 10
8. CAPACITEIT VAN DE REVALIDATIEVOORZIENING 11
9. CUMULVERBODEN 12
10. PERSONEEL 12
11. CRITERIA IN HET KADER VAN KWALITEIT 13
12. ALGEMENE BEPALINGEN 14
1. VOORWERP VAN DE OVEREENKOMST
Gelet op het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging, inzonderheid artikel 75;
Gelet op het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018 houdende uitvoering van het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging, inzonderheid op artikel 157;
Wordt overeengekomen wat volgt tussen:
enerzijds,
De Vlaamse Gemeenschap, vertegenwoordigd door de Vlaamse regering, in de persoon van de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, hierna te noemen “de Vlaamse Gemeenschap”;
en anderzijds,
de V.Z.W. CENTRUM VOOR ONTWIKKELINGSTHERAPIE, XXXXX XXXXXXXXX 18 8800 ROESELARE, met HCO nummer 29416.
2. DEFINITIES
In deze overeenkomst wordt verstaan onder:
1° Departement Zorg: het Departement Zorg, verder het Departement, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023 over het Departement Zorg;
2° DSMV: het diagnostisch en statistisch handboek van psychiatrische aandoeningen uitgegeven door de American Psychiatric Association;
3° Gebruiker: iedere natuurlijke persoon die een beroep doet of kan doen op de Vlaamse sociale bescherming, vermeld in artikel 4 van het decreet VSB.
4° Minister: de Vlaamse minister xxx Xxxxxxx, Volksgezondheid en Gezin;
5° Overnamebesluit: het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018 houdende uitvoering van het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging;
6° Overnamedecreet: het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van de sectoren psychiatrische verzorgingstehuizen, initiatieven van beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging;
7° Rechthebbende: de rechthebbende zoals vermeld in artikel 2, 13° van het decreet van 6 juli 2018 betreffende de overname van de sectoren psychiatrische verzorgingsinstellingen, initiatieven van beschut wonen, revalidatieovereenkomsten, revalidatieziekenhuizen en multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging;
8° Revalidatievoorziening: de v.z.w. CENTRUM VOOR ONTWIKKELINGSTHERAPIE te ROESELARE wordt in deze overeenkomst de revalidatievoorziening genoemd;
9° VSB-besluit: het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming;
10°: VSB-decreet: het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming.
3. DOELGROEP
Artikel 1. §1. Onder rechthebbenden als bedoeld in deze overeenkomst, dienen te worden verstaan de rechthebbenden die bij opname minimum 2,5 jaar en tot en met maximum 6 jaar oud zijn. Het gaat om kinderen met complexe ondersteuningsnoden door een combinatie van ontwikkelingsstoornissen en emotionele of gedragsproblemen. Volgens de diagnostische criteria van de DSM-V en aanvullend de DC:0- 5 voor jonge kinderen, is er bij de kinderen die voor behandeling in de revalidatievoorziening in aanmerking komen sprake van een combinatie van minstens 2 neurobiologische ontwikkelingsstoornissen en minimum 1 gedrags-/emotionele stoornis uit volgende lijsten:
Neurobiologische ontwikkelingsstoornissen
DSM-V | DC:0-5 | ||
Code | Omschrijving | Code | Omschrijving |
299.00 | autismespectrumstoornis | 10.1 | autismespectrumstoornis |
315.8 | andere gespecificeerde neurobiologische ontwikkelingsstoornis | 10.2 | vroege atypische autismespectrumstoornis |
314.0x | Aandachtsdeficiëntie /hyperactiviteitsstoornis | 10.3 | aandachtsdeficiëntie /hyperactiviteitsstoornis |
314.01 | aandachtsdeficiëntie-/hyperactiviteitsstoornis overwegend hyperactief-impulsief beeld | 10.4 | overactiviteitsstoornis bij kleuters |
315.32 | taalstoornis | 10.6 | taalontwikkelingsstoornis |
315.39 | sociale (pragmatische) communicatiestoornis | ||
315.4 | coördinatieontwikkelingsstoornis | 10.7 | coördinatieontwikkelingsstoornis |
Gedrags- en emotionele stoornissen
DSM-V | DC:0-5 | ||
Code | Omschrijving | Code | Omschrijving |
309.21 | separatie-angststoornis | 30.1 | separatie-angststoornis |
313.23 | selectief mutisme | 30.4 | selectief mutisme |
300.23 | sociale angststoornis | 30.2 | sociale angststoornis |
300.02 | gegeneraliseerde angststoornis | 30.3 | gegeneraliseerde angststoornis |
296.20/30 | depressieve stoornis | 40.1 | depressieve stoornis in de vroege kindertijd |
311 | andere gespecificeerde disruptieve stemmingsdisregulatiestoornis | 40.2 | Disruptieve stemmingsdisregulatiestoornis in de vroege kindertijd |
300.3 | obsessieve-compulsieve stoornis | 50.1 | obsessieve-compulsieve stoornis |
307.42 | insomniastoornis | 60.1 - 60.4/60.9 | slaapstoornis |
307.59 | vermijdende/restrictieve voedselinnamestoornis | 60-5 -60.7/60.9 | eetstoornis in de vroege kindertijd |
313.89 | reactieve hechtingsstoornis | 70.4 | reactieve hechtingsstoornis |
313.89 | ontremd-sociaalcontactstoornis | 70.5 | ontremd-sociaalcontactstoornis |
309.81 | posttraumatische-stressstoornis | 70.1 | posttraumatische-stressstoornis |
313.81 | oppositionele-opstandige stoornis |
§2. Kinderen met een verstandelijke beperking worden niet in aanmerking genomen voor revalidatie in de revalidatievoorziening. Wegens de jonge leeftijd en de complexiteit van de stoornissen, kan het bij opname in de revalidatievoorziening onmogelijk zijn het intellectueel functioneren van een kind te evalueren. Ten laatste na 6 maanden revalidatie dient evenwel een ontwikkelings- of intelligentiequotiënt van minstens 70 behaald te worden. Zo niet wordt het kind verwezen naar een meer geëigende voorziening.
Ook kinderen met een duidelijk op de voorgrond tredende neuromotorische of auditieve aandoening komen niet in aanmerking voor behandeling in de revalidatievoorziening.
§3. De aanvraag voor de revalidatiebehandeling in de revalidatievoorziening dient voorafgegaan te worden door een verwijzing van de rechthebbende door een arts die niet werkt in de revalidatievoorziening. Deze verwijzingsbrief dient bij het medisch-therapeutisch dossier van de gebruiker gevoegd te worden.
§4. Het COT richt zich enkel tot kinderen die, wanneer ze reeds schoolgaan, het gewoon kleuteronderwijs volgen.
4. ZORGAANBOD
Artikel 2. Het aan de rechthebbende door de revalidatievoorziening verstrekte revalidatieprogramma heeft tot doel de rechthebbenden, bepaald in artikel 1, optimaal in het gezin en het gewoon kleuter- of gewoon lager onderwijs te integreren.
Artikel 3. Een gebruiker heeft recht op een totale revalidatieperiode van 2 jaar gedurende de periode 2,5 jaar t.e.m. 6 jaar.
5. REVALIDATIEVERSTREKKINGEN
5.1 Aanvragen tegemoetkoming revalidatieverstrekkingen
Artikel 4. Conform artikel 534/112 van het VSB-besluit wordt de aanvraag tot tegemoetkoming van revalidatieverstrekkingen opgemaakt aan de hand van de instructies die het Departement Zorg opmaakt.
Artikel 5. Een aanvraag tot tegemoetkoming van een revalidatieperiode kan gebeuren via een aanvraag “nieuwe revalidatie”, een “herstart” of een “verlenging”.
§1. Een nieuwe revalidatie binnen de revalidatievoorziening moet aangevraagd worden wanneer het gaat over de aanvraag van een revalidatieperiode voor een nieuwe gebruiker in de revalidatievoorziening. De maximaal aan te vragen duur bij een nieuwe revalidatie is gelijk aan één jaar.
§2. Een herstart van een revalidatietraject is een revalidatie die wordt hernomen binnen dezelfde revalidatievoorziening voor een gebruiker die reeds gekend is in de revalidatievoorziening.
Een aanvraag tot herstart is mogelijk:
Wanneer de revalidatie werd stopgezet en nadien opnieuw wordt opgestart in de revalidatievoorziening.
Wanneer de gebruiker zijn revalidatie wil hernemen na een onderbreking en de einddatum van de reeds goedgekeurde periode revalidatie al voorbij is.
De maximaal aan te vragen duur bij een herstart is gelijk aan één jaar.
Wanneer de reeds goedgekeurde periode al de maximaal toegestane revalidatieperiode bedroeg, kan de revalidatie toch herstart worden, op voorwaarde dat:
Tijdig een onderbreking werd gemeld door de revalidatievoorziening.
Er tijdens het lopende revalidatietraject een stopzetting werd geregistreerd.
De maximale leeftijd, zoals bepaald in de revalidatieovereenkomst, niet overschreden wordt.
§3. Een verlenging moet aangevraagd worden wanneer de einddatum van de reeds goedgekeurde periode is verstreken en de revalidatie verderloopt onmiddellijk aansluitend op de einddatum van die reeds goedgekeurde periode.
§4. Het medisch verslag, bedoeld in artikel 534/111, 3° van het VSB-besluit, maakt steeds deel uit van de aanvraag tot tegemoetkoming voor revalidatieverstrekkingen (‘nieuwe revalidatie’, ‘herstart’ of ‘verlenging’).
Het medisch verslag vermeldt:
de behandelend arts,
de doorverwijzer van de gebruiker,
de neurobiologische ontwikkelingsstoornissen en de gedrags-/emotionele stoornis,
het al dan niet volgen van geen of gewoon onderwijs,
de resultaten en gebruikte testen van taalonderzoek, motorisch onderzoek en ontwikkelings- of intelligentieonderzoek,
de doelstellingen van de revalidatie,
de reden van onderbreking van een revalidatietraject,
de reden van einde van een revalidatietraject,
de instantie waarnaar de gebruiker wordt doorverwezen na een revalidatietraject,
in geval van een aanvraag tot uitzondering bijkomende medische verslagen.
Artikel 6. Een door de zorgkas goedgekeurde revalidatieperiode kan onderbroken worden of stopgezet worden.
§1. Een onderbreking en een stopzetting of einde van de revalidatie, inclusief de reden, worden steeds gemeld via de geattesteerde software zoals vermeld in artikel 534/122, §1, tweede lid van het VSB-besluit. Bij het beëindigen van de revalidatie wordt de instantie waarnaar de gebruiker wordt doorverwezen vermeld in de software.
§2. Er is sprake van een onderbreking van de revalidatie wanneer de revalidatie (bv in geval van ziekte van de gebruiker) wordt onderbroken. De revalidatie wordt on-hold gezet en kan op een later moment opnieuw verdergezet worden zonder nieuwe aanvraag. Een onderbreking van de revalidatie kan nooit langer duren dan 3 maanden. De maximale duur van de revalidatieperiode kan verlengd worden wanneer er een onderbreking is geregistreerd.
5.2 Vergoedbare verstrekkingen
Artikel 7 §1. Een bij deze overeenkomst bepaalde en vergoedbare revalidatieprestatie is een
"groepsrevalidatiezitting".
Onder “groepsrevalidatiezitting” dient te worden verstaan: de groepsrevalidatie verstrekt aan elke rechthebbende, in of buiten de revalidatievoorziening, waarbij aan de voorwaarden van vergoedbaarheid vermeld in §2 van dit artikel voldaan is en die op basis van een beslissing tot goedkeuring van de tegemoetkoming voor de revalidatieverstrekkingen per rechthebbende factureerbaar is bij de zorgkassen.
§2. Om vergoedbaar te zijn:
dient de "groepsrevalidatiezitting", waaraan per groep minimum 3 en maximum 7 gebruikers, al dan niet rechthebbenden deelnemen, 3 opeenvolgende uren te duren.
dienen behoudens uitzonderlijke omstandigheden (studiedag, korte ziekte, ... ) tijdens elke "groepsrevalidatiezitting" minstens volgende disciplines ononderbroken tussen te komen:
- een logopedist(e);
- een kinesitherapeut(e) of psychomotorisch therapeut(e);
- een kleuterleidster.
De andere in de equipe begrepen disciplines dienen slechts volgens noodzaak tussen te komen.
§3. De individuele therapie die op indicatie kan plaatsvinden tijdens de voormelde 3 uren van de "groepsrevalidatiezitting" moet verstrekt worden door een lid van de therapeutische equipe.
Artikel 8. §1. De vergoedbare revalidatieverstrekkingen kunnen face to face gerealiseerd worden, digitaal of digitaal gemengd (combinatie van face to face en digitaal).
§2. Digitale en digitaal gemengde revalidatieprestaties dienen te voldoen aan de doelstellingen, inhoudelijke voorwaarden en kwaliteitsnormen zoals bepaald in deze overeenkomst. Telefonische contacten om te informeren naar de algemene toestand van de gebruiker of om praktische afspraken te maken, zijn geen digitale of digitaal gemengde revalidatieprestaties en kunnen niet gefactureerd worden.
§3. Onder digitale revalidatieprestaties verstaan we elke interventie met gebruik van ICT en/of telefonie tussen gebruiker en/of context en zorgverlener. Er kan gebruik gemaakt worden van verschillende methodieken zoals beeldbellen, telefonische revalidatieverstrekkingen, chatgesprekken, therapietools, digitale groepen, sociale media en online platformen. Deze lijst is niet limitatief.
§4. Digitale revalidatieprestaties kunnen zowel individueel als in groep aangeboden worden.
§5. Digitale revalidatieprestaties kunnen op elk moment van het traject gerealiseerd worden indien ze een meerwaarde hebben voor de gebruiker. Dit gebeurt altijd:
in overeenstemming met het beleid in de revalidatievoorziening hieromtrent;
op basis van de professionele inschatting van de zorgverlener en/of het multidisciplinaire team;
in overleg met de gebruiker en/of context.
§6. Digitale revalidatieprestaties zijn meestal realtime waarbij gebruikers en hulpverleners rechtstreeks op hetzelfde moment contact hebben met elkaar. De voorbereidings- en verwerkingstijd van realtime digitale revalidatieprestaties komen niet in aanmerking voor facturatie.
§7. Individueel digitale revalidatieprestaties kunnen pas gefactureerd worden indien ze minstens
de minimale duurtijd van een factureerbare revalidatieprestatie bereiken. De voorwaarde om aan een minimale duurtijd te voldoen, kan ook bereikt worden door het samentellen van verschillende revalidatiemomenten.
§8. De facturatie van deze samengetelde digitale of digitaal gemengde revalidatieprestaties mag pas gebeuren na het laatste revalidatiecontact en op datum van de laatste deelprestatie.
Bij revalidatieprestaties, zowel digitaal als digitaal gemengd, waar meerdere contactmomenten worden samengeteld om aan de vooropgestelde tijdsduur van de revalidatieprestatie te komen, moeten de aparte sessies geregistreerd en bijgehouden worden door de voorziening. Hierbij dient ook opgenomen te worden welke digitale methodiek gebruikt werd. Deze gegevens kunnen door het Departement Zorg opgevraagd worden.
§9. Niet-realtime digitale revalidatieprestaties, zoals bijvoorbeeld het begeleiden van online therapietools, kunnen ook gefactureerd worden volgens de instructies voor digitale of digitaal gemengde prestatiesonder volgende voorwaarde:
De digitale revalidatieprestatie zonder realtime interactie omvat minstens:
een voorbereiding op maat
instructies rechtstreeks aan de gebruiker
opvolging en analyse van de uitvoering van de opdracht door de gebruiker
rechtstreekse feedback en nabespreking met de gebruiker Deze revalidatieprestaties worden steeds als geheel gefactureerd
§10. Digitale prestaties worden uitgesloten voor tegemoetkoming in de reiskosten.
§11. Contextgesprekken, contextversterking en overleg met relevante betrokken niet-zorg-actoren kunnen deel uitmaken van een factureerbare revalidatieprestatie of kunnen gefactureerd worden als een reguliere revalidatieprestatie indien minstens de minimale duurtijd van een revalidatieprestatie bereikt wordt.
§12. Onder ‘contextgesprek’ wordt verstaan: gesprekken met naasten, ouders, partners, kinderen, familieleden en zorgdrager(s) uit de onmiddellijke leefomgeving van de gebruiker indien hun deelname bijdraagt tot de realisatie van de individuele doelstellingen van de revalidatie van de gebruiker. Een contextgesprek gebeurt al dan niet in aanwezigheid van de gebruiker.
Een contextgesprek kan deel uitmaken van een factureerbare revalidatieprestatie of kan gefactureerd worden als een reguliere revalidatieprestatie indien minstens de minimale duurtijd van een revalidatieprestatie bereikt wordt.
§13. Onder ‘contextversterking’ wordt verstaan: naasten, ouders, partners, kinderen, familieleden, zorgdrager(s) in de onmiddellijke leefomgeving van de gebruiker kunnen ook zelf beroep doen op de revalidatievoorziening in de vorm van vergoedbare revalidatieverstrekkingen, indien dit bijdraagt tot de realisatie van de individuele doelstellingen van de revalidatie van de gebruiker. Contextversterking kan gebeuren binnen de lopende revalidatiegoedkeuring van de gebruiker.
Het versterken en begeleiden van de context kan deel uitmaken van een factureerbare revalidatieprestatie of kan gefactureerd worden als een reguliere revalidatieprestatie indien minstens de minimale duurtijd van een revalidatieprestatie bereikt wordt.
§14. Onder ‘overleg met relevante betrokken niet-zorg-actoren’ wordt verstaan : Overleg met relevante betrokken niet-zorg-actoren zoals leerkrachten, werkgevers, jeugdhulp, jeugdbeweging, sportclub, arbeidsbegeleiders, leerlingbegeleiders, jobcoaches, kinderverzorgers, etc., al dan niet in aanwezigheid van de gebruiker, indien hun deelname bijdraagt tot de realisatie van de individuele doelstellingen van de revalidatie van de gebruiker.
Overleg met relevante betrokken niet-zorg-actoren kan deel uitmaken van een factureerbare revalidatieprestatie of kan gefactureerd worden als een reguliere revalidatieprestatie indien minstens de minimale duurtijd van een revalidatieprestatie bereikt wordt.
§15. Prestaties ‘outreach thuis’ en ‘outreach elders’ kunnen deel uitmaken van een factureerbare revalidatieprestatie of kunnen gefactureerd worden als een reguliere revalidatieprestatie indien minstens de minimale duurtijd van een revalidatieprestatie bereikt wordt.
Voor prestaties die buiten de revalidatievoorziening plaatsvinden, kan de duur van de verplaatsingstijd van het personeel onderdeel uitmaken van de prestatieduur.
6. EENHEIDSPRIJS EN AFGELEIDEN
Artikel 8. §1. De prijs voor de "groepsrevalidatiezitting" is vastgesteld op grond van de bijlage bij deze overeenkomst. Het gaat om een forfaitair bedrag en omvat de werkingskosten en de kosten voor het aan iedere rechthebbende verlenen van het revalidatieprogramma zoals beschreven in bijlage bij deze overeenkomst, t.t.z. voor alle voorafgaandelijke onderzoeken, de groepsrevalidatie, de nodige individuele therapie, de ouderbegeleiding, de netwerkinterventies en alle kosten die voortvloeien uit de activiteiten die binnen en buiten de revalidatievoorziening tijdens de "groepsrevalidatiedag" plaatsvinden (dus ook de kosten van verbruiksmateriaal voor ateliers, allerlei toegangsgelden, de kosten van het vervoer naar activiteiten die buiten de revalidatievoorziening plaatshebben).
§2. Voor het ontvangen van tegemoetkomingen factureert de revalidatievoorziening revalidatieprestaties met de daarvoor voorziene pseudonomenclatuurcodes, zoals opgenomen in de instructies en in de handleiding “eRevaCfin” die gepubliceerd wordt op de website van het Departement Zorg.
§3. Bij de facturatie van de revalidatieprestaties wordt voor elke prestatie een code betrekkelijke verstrekking gebruikt die aangeeft voor welk percentage het pseudonomenclatuurnummer mag aangerekend worden en op welke manier de prestatie is uitgevoerd.
§4. De prijs per "groepsrevalidatiezitting" bedraagt x €. Hij is berekend op grond van het totaal aantal uren personeel en van de algemene kosten opgenomen in bijlage II en III bij deze overeenkomst.
§5. Het indexeerbare gedeelte van die prijs is gekoppeld aan het spilindexcijfer 123,14 (december 2022; basis 2013) van de consumptieprijzen. Het wordt aangepast overeenkomstig de bepalingen volgens de bepalingen in artikel 534/91 van het VSB-besluit.
7. EXTRA VERGOEDINGEN VOOR DE GEBRUIKER
Artikel 9. §1. De volgende extra vergoedingen mogen conform artikel 534/100 aangerekend worden aan de gebruiker: middagmaaltijd, tussendoortje, vervoer van de rechthebbenden tussen de revalidatievoorziening en hun verblijfplaats.
Deze goederen en diensten kunnen aangeboden worden aan de rechthebbenden en hun wettelijk vertegenwoordigers, maar ze kunnen in geen geval opgelegd worden. De bijdrage in de kosten mag niet hoger zijn dan de reële kost van de bedoelde goederen en diensten voor de revalidatievoorziening. Er kan alleen een extra vergoeding gevraagd worden voor de goederen en diensten die effectief geleverd worden. De wettelijk vertegenwoordigers van de rechthebbenden dienen steeds op voorhand schriftelijk, precies en volledig te worden ingelicht over het bedrag van de extra vergoedingen die gevraagd kunnen worden voor elk van de goederen en diensten.
Artikel 10. §1. Geen enkele handeling of tussenkomst die deel uitmaakt van de revalidatie, voor één van de in de revalidatievoorziening gerevalideerde rechthebbenden en voor een in artikel 3, §1, voorziene pathologie, uitgevoerd door het personeel van de revalidatievoorziening, kan in rekening gebracht worden bij de rechthebbende noch bij zijn zorgkas gedurende de ganse periode van tenlasteneming van de revalidatie, ook al wordt zij uitgevoerd buiten de revalidatievoorziening.
8. CAPACITEIT VAN DE REVALIDATIEVOORZIENING
Artikel 11. De revalidatievoorziening verbindt zich ertoe per dag maximum 26 gebruikers op te nemen als externen, al dan niet rechthebbenden.
De revalidatievoorziening verbindt er zich tevens toe, elk kalenderjaar over een periode van 48 weken, voor de maandagen, dinsdagen, donderdagen en vrijdagen, een gemiddelde van 23 rechthebbenden per dag niet te overschrijden.
Artikel 12. §1. De prijs per "groepsrevalidatiezitting" vastgesteld in artikel 8 is berekend zoals vermeld in bijlage bij deze overeenkomst, rekening houdende met een bezettingsgraad van 90 % . De prijs van een "groepsrevalidatiezitting" werd daarbij beschouwd als de eenheidsprijs waaruit de prijzen van vermelde revalidatieprestaties kunnen afgeleid worden. De «normale facturatiecapaciteit», zoals gedefinieerd in artikel 534/90, §1, 2° van het VSB-besluit, bedraagt bijgevolg x "groepsrevalidatiezitting", wat overeenstemt met een bezettingsgraad van 90 %.
§2. Het theoretisch aantal eenheidsverstrekkingen, zoals gedefinieerd in artikel 534/90, §2/3, eerste lid, van het VSB-besluit van de revalidatievoorziening, bedraagt x "groepsrevalidatiezittingen".
§3. De "maximale facturatiecapaciteit" zoals gedefinieerd in artikel 534/90, §1, 1° van het VSB-besluit, bedraagt x "groepsrevalidatiezittingen", wat overeenkomt met een 98 % van het theoretisch aantal eenheidsverstrekkingen.
Artikel 13. §1. De volgende regeling is van toepassing tot en met 31 december 2023.
De revalidatievoorziening verbindt er zich toe om, in geval van overschrijding van de "normale facturatiecapaciteit" in de loop van een kalenderjaar, de revalidatieprestaties die boven de “normale facturatiecapaciteit” worden gerealiseerd, te factureren aan een verminderd tarief.
De aan te rekenen verminderde prijs zal in dat kalenderjaar ofwel 50 % , ofwel 25 % bedragen van de normale prijzen van de revalidatieprestaties en dit afhankelijk van het in de vorige kalenderjaren gerealiseerde en vergoede aantal revalidatieprestaties.
§2. De in voorgaande alinea bedoelde verminderde prijzen bedragen:
1. 50 % van de normale prijzen van de revalidatieprestaties:
a) als in het kalenderjaar dat onmiddellijk voorafgaat aan het beschouwde kalenderjaar, de revalidatievoorziening niet meer dan x (aantal = 90 %) revalidatieverstrekkingen, die voor tegemoetkoming voor de revalidatieverstrekkingen in aanmerking kwamen, heeft gerealiseerd; of
b) als sinds het recentste kalenderjaar waarvoor de "normale facturatiecapaciteit" niet is overschreden, de revalidatievoorziening in geen enkel kalenderjaar meer dan x (aantal = 94 %) revalidatieverstrekkingen, die voor tegemoetkoming voor de revalidatieverstrekkingen in aanmerking kwamen, heeft gerealiseerd.
2. 25 % van de normale prijs van de revalidatieprestaties:
a) als in het kalenderjaar dat onmiddellijk voorafgaat aan het beschouwde kalenderjaar, de revalidatievoorziening meer dan x (aantal = 94 %) revalidatieverstrekkingen, die voor tegemoetkoming voor de revalidatieverstrekkingen in aanmerking kwamen, heeft gerealiseerd; of
b) als sinds het recentste kalenderjaar waarvoor de "normale facturatiecapaciteit" niet overschreden werd, in minstens één kalenderjaar de revalidatievoorziening meer dan x (aantal : 94%) revalidatieverstrekkingen, die voor tegemoetkoming voor de revalidatieverstrekkingen in aanmerking kwamen, heeft gerealiseerd.
§2. Deze volgende regeling start vanaf 1 januari 2024.
De revalidatievoorziening verbindt er zich toe om, in geval van overschrijding van de "normale facturatiecapaciteit" in de loop van een kalenderjaar, de revalidatieprestaties die boven de “normale facturatiecapaciteit” worden gerealiseerd, te factureren aan een verminderd tarief.
Dit aan te rekenen verminderd tarief zal in dat kalenderjaar 50 % bedragen van de eenheidsprijs voor de gerealiseerde prestaties boven 90 % tot 94 % van het theoretisch aantal eenheidsverstrekkingen.
De aan te rekenen verminderde prijs zal in dat kalenderjaar 25 % van de in het vorig lid vermelde basisprijzen bedragen voor de gerealiseerde prestaties boven de 94 % tot 98 % van het theoretisch aantal eenheidsprestaties.
§3. De revalidatieprestaties die de revalidatievoorziening realiseert voor rechthebbenden die geen gebruikers zijn, kunnen aan andere instanties worden aangerekend. Het totaal van alle aan de zorgkassen en aan derden voor een bepaald kalenderjaar aangerekende prestaties, mag echter nooit de realiseerbare capaciteit van de revalidatievoorziening, zijnde het aantal revalidatieprestaties dat de revalidatievoorziening in een bepaald kalenderjaar realiseert als ze een bezettingsgraad van 100 % realiseert, overschrijden. Die realiseerbare capaciteit is vastgelegd op x revalidatieprestaties.
§4. Indien de overeenkomst met de revalidatievoorziening in een bepaald kalenderjaar slechts een deel van dat kalenderjaar van toepassing is, dienen de in dit artikel vermelde facturatiecapaciteiten voor dat kalenderjaar proportioneel te worden verminderd, rekening gehouden met de termijn dat de overeenkomst in dat kalenderjaar van toepassing is.
§5. De revalidatieprestaties die aan de Vlaamse zorgkassen worden aangerekend voor gebruikers die ten laste zijn van een buitenlandse verzekeringsinstelling, zijn begrepen in de normale en maximale facturatiecapaciteit.
9. CUMULVERBODEN
Artikel 14. §1. Vanaf de dag dat de rechthebbende, tijdens de periode waarvoor een beslissing tot tegemoetkoming in de revalidatieverstrekkingen werd bekomen, van het gewoon onderwijs overstapt naar het bijzonder onderwijs moet het revalidatietraject stopgezet worden.
Indien de rechthebbende na verloop van tijd terug het gewoon onderwijs volgt dan kan er een nieuwe aanvraag, zoals bepaald in artikel van deze overeenkomst, ingediend worden.
2§. De revalidatievoorziening verbindt zich ertoe de revalidatie van een rechthebbende in alle geval te beëindigen ten laatste op 30 juni van het tweede jaar dat volgt op het schooljaar waarin de rechthebbende het gewoon lager onderwijs aanvatte.
10. PERSONEEL
Artikel 15. §1. Onder "personeelskader" moet verstaan worden het geheel van functies, elk met de daartoe vereiste kwalificatie en, binnen elke functie, het aantal uren per week, voorzien onder de rubriek personeelskosten voor elk van deze functies, opgenomen in bijlage II bij deze overeenkomst.
§2. Het Departement Zorg kan niet beschouwd worden als partij in de arbeidscontracten die gesloten worden tussen de revalidatievoorziening en haar personeel.
Artikel 16. §1. De revalidatievoorziening verbindt zich ertoe haar personeel minstens te bezoldigen op basis van de principes gebruikt bij de berekening van de kosten; deze berekening is opgenomen in bijlage bij deze overeenkomst.
§2. Deze berekening is, zoals aangeduid in voornoemde bijlage, gebaseerd ofwel op de loonschalen van het paritair comité 330.01.41, Vlaamse sector voor de revalidatievoorzieningen of op het barema van adviserend geneesheer bij de verzekeringsinstellingen of op de barema's van de federale overheidsdiensten en anderzijds op de beslissingen van de minister.
§3. De revalidatievoorziening verbindt zich er ook toe elk (loontrekkend of zelfstandig) personeelslid schriftelijk de verplichtingen met betrekking tot zijn bezoldiging mee te delen die vermeld zijn in deze overeenkomst.
De revalidatievoorziening bewaart de stukken waaruit blijkt dat elk personeelslid ingelicht is over die verplichtingen en houdt ze ter beschikking van het Departement Zorg.
De revalidatievoorziening machtigt het Departement Zorg om elk personeelslid dat erom verzoekt, de gegevens mede te delen in verband met de berekeningswijze van zijn loon, voortvloeiend uit die verplichtingen.
§4. De revalidatievoorziening verbindt zich ertoe jaarlijks, uiterlijk op 31 maart, het door het Departement Zorg vastgestelde bedrag, bepaald per in de loop van het voorgaande kalenderjaar vergoede "groepsrevalidatiezitting", te storten aan het Fonds voor de betaling van een syndicale premie in de Gezondheidssector.
11. CRITERIA IN HET KADER VAN KWALITEIT
Artikel 17. Indien de revalidatievoorziening digitale revalidatieprestaties levert heeft het een beleid omtrent digitale revalidatieprestaties.
Hierin worden minstens volgende aspecten geconcretiseerd:
De voorziening bepaalt in welke situaties digitale revalidatieprestaties een meerwaarde kunnen betekenen voor de gebruikers.
De voorziening bepaalt in welke situaties digitaal overleg en digitale revalidatieprestaties een meerwaarde kunnen betekenen voor de hulpverleners en/of de voorziening.
De voorziening beschikt over de nodige software, hardware en infrastructuur om op een veilige manier digitaal te communiceren met gebruikers en hun context.
De voorziening informeert gebruikers over de mogelijkheden van digitale hulpverlening.
De voorziening voorziet in opleiding van hulpverleners om digitale revalidatieprestaties/ hulpverlening aan te wenden in revalidatietrajecten.
De voorziening wisselt waar mogelijk ervaringen en informatie met betrekking tot digitale hulpverlening uit en werkt waar mogelijk samen met andere voorzieningen binnen de sector of regio.
De hulpverlener maakt heldere en concrete afspraken met de gebruiker over minimale voorwaarden om digitaal te communiceren op vlak van onder andere hardware, software, digitale skills, privacy en neemt deze afspraken ook op in verslagen, formulieren en/of procedures.
Er is bepaald op welke manier digitale revalidatieprestaties worden geregistreerd. Minimaal is er een schriftelijke weerslag van de tijdsbesteding en de manier waarop de
digitale revalidatieprestaties werden gepresteerd per gebruiker.
Artikel 18. Indien de revalidatievoorziening gebruik maakt van de mogelijkheden om contextgesprekken, contextbegeleiding en overleg met relevante betrokken niet-zorg-actoren te organiseren
en te factureren:
Zet de voorziening in op de ontwikkeling en/of optimalisatie van een familiebeleid met aandacht voor de vier pijlers van een familievriendelijke zorg (bejegenen, informeren, ondersteunen, participeren);
Is dit beleid beschikbaar en de voorziening kan aantonen dat hier organisatiebreed op ingezet wordt;
Zijn de prestaties gericht op het betrekken van de context in lijn met de aanbevelingen uit de Multidisciplinaire richtlijn om naasten sterker te betrekken in de geestelijke gezondheidszorg (xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx);
Engageert de voorziening zich tot het aanbieden of aanreiken van een vormingsaanbod over het betrekken van de context voor alle zorgmedewerkers;
Zet de voorziening in op het creëren van een zorgcultuur waar aandacht voor familie en KOPP/KOAP (Kinderen van Ouders met Psychische of Afhankelijks Problemen) een brede gedragenheid kent;
Wordt er zoveel mogelijk ingezet op het werken in de triade zorgverlener, gebruiker en naaste, waarbij de gelijkwaardigheid van de drie partijen gerespecteerd wordt;
Geeft de voorziening bijzondere aandacht aan de regierol van de gebruiker in functie van het inzetten van contextgerichte interventies. Indien mogelijk gebeuren contextgerichte interventies enkel met toestemming van de gebruiker;
Xxxx de voorziening en diens medewerkers in gesprek met naasten/vertegenwoordigers van naasten om de noden van deze doelgroep in kaart te kunnen brengen en er gepast op in te spelen. Deelname aan de familietevredenheidsmeting (VIP²-project) kan hiertoe bijdragen.
12. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 19. §1. De revalidatievoorziening stelt productiegegevens op (ofwel het aantal gepresteerde forfaits, per type, vermenigvuldigd met hun respectieve prijzen). De revalidatievoorziening verbindt er zich toe de productiecijfers ter beschikking te houden van het Departement Zorg. De productiecijfers worden, op eenvoudig verzoek van het Departement Zorg, binnen de maand overgemaakt aan het Departement Zorg.
§2. De revalidatievoorziening verbindt zich ertoe op verzoek van het Departement Zorg de aanwezigheidsregisters voor te leggen ter staving van de productiecijfers. Het opzettelijk bijhouden of overmaken van verkeerde productiecijfers zal de onmiddellijke schorsing van betaling door de zorgkassen in het raam van deze overeenkomst tot gevolg hebben.
§3. De revalidatievoorziening verbindt zich tot de nauwgezette naleving van de instructies betreffende het dagelijks bijhouden van de aanwezigheidslijst en de instructies betreffende het correct bijhouden van de productiecijfers.
§4. In geval van niet-naleving van de verplichting om de aanwezigheidsregisters correct in te vullen of de productiecijfers correct bij te houden worden, bij een eerste inbreuk de verstrekkingen verricht op de dag waarop de inbreuk werd vastgesteld, niet vergoed. Bij een tweede inbreuk zal geen enkele verstrekking worden vergoed voor de dagen waarop het aanwezigheidsregister niet correct zal zijn ingevuld en/of de productiecijfers niet correct werden bijgehouden.
Artikel 20. De revalidatievoorziening factureert aan de zorgkassen de factureerbare revalidatieverstrekking aan de hand van een factuur volgens de instructies van het Departement Zorg. Op de factuur worden ook, ter informatie, alle aan de rechthebbende gefactureerde bedragen voor diensten die geen recht geven op een tegemoetkoming voor de revalidatieverstrekkingen, genoteerd. Van elke factuur wordt een afschrift overhandigd aan de rechthebbende of zijn wettelijk vertegenwoordiger.
Artikel 21. Uiterlijk op 31 juli van elk jaar bezorgt de revalidatievoorziening de volgende stukken aan het Departement Zorg:
de boekhoudkundige gegevens die verband houden met de toepassing van deze overeenkomst en die op het voorgaande kalenderjaar betrekking hebben;
de jaarlijkse rapportering van het personeelsoverzicht van de revalidatievoorziening via het E- loket.
Artikel 22. De revalidatievoorziening verbindt zich ertoe alle nuttige maatregelen te nemen op het vlak van de brandveiligheid; zij blijft daartoe bestendig in contact met een bevoegde dienst en voert de door die dienst opgelegde maatregelen en werken onmiddellijk uit.
Artikel 23. De revalidatievoorziening verbindt zich ertoe de revalidatie te organiseren zoals voorzien in deze overeenkomst dat zich als bijlage I bij deze overeenkomst bevindt. Aanpassingen aan dit revalidatieprogramma zijn slechts mogelijk mits de procedure tot aanpassing van een revalidatieovereenkomst, zoals vermeld in art. 159 tot en met 190 van het overnamebesluit, wordt gevolgd.
Artikel 24. Om de kwaliteit van de revalidatie te waarborgen, verbindt de revalidatievoorziening zich ertoe elk personeelslid een exemplaar te bezorgen van het revalidatieprogramma dat als bijlage I bij deze overeenkomst gaat, alsmede van elke eventuele wijziging ervan. De revalidatievoorziening bewaart de in dit verband door het personeel ondertekende ontvangstbewijzen en houdt ze ter beschikking van het Departement Zorg.
Artikel 25. De revalidatievoorziening verbindt zich ertoe het Departement Zorg, de Zorgkassencommissie en de zorgkassen alle informatie te bezorgen die gevraagd wordt op therapeutisch en financieel vlak of met het oog op het algemeen beheer van de revalidatieovereenkomsten. De revalidatievoorziening verbindt zich er tevens toe alle afgevaardigden van het Departement Zorg, de Zorgkassencommissie en de zorgkassen toe te laten de bezoeken af te leggen die zij hiertoe nuttig achten.
Artikel 26. Deze overeenkomst wordt op therapeutisch vlak beschouwd als een normale verderzetting van de revalidatieprogramma’s zoals bepaald in de overeenkomst d.d. 1 januari 1997 tussen het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het RIZIV en de revalidatievoorziening.
Artikel 27. §1. Deze overeenkomst, opgemaakt in twee exemplaren en behoorlijk ondertekend door beide partijen, treedt in werking op 1 oktober 2023.
Deze overeenkomst vervangt de overeenkomst d.d. 13 november 2019 De Vlaamse Gemeenschap en
V.Z.W. CENTRUM VOOR ONTWIKKELINGSTHERAPIE te Roeselare.
§2. Deze overeenkomst is geldig voor een onbepaalde duur.
Artikel 28. De bijlagen bij deze overeenkomst maken een integrerend deel daarvan uit. Het gaat om de volgende bijlagen:
Het revalidatieproject;
Berekening van de prijs per "groepsrevalidatiezitting" (dd 01.08.2023);
Geïndexeerde prijs dd. 01.12.24
Opgemaakt te Brussel op 19 december 2023.
De | voorzitter | van | de | raad | van | bestuur | de | De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en |
revalidatievoorziening | Xxxxx | |||||||
Xxxxx Xxxxxxx | ||||||||
De verantwoordelijke revalidatievoorziening | arts | van | de | |||||