JACHTHAVEN “DE STUW”
JACHTHAVEN “DE STUW”
HAVENREGLEMENT
Artikel 1.
Voor vaste ligplaatsen wordt een liggeld berekend per m2 ingenomen ruimte, verkregen door vermenigvuldiging van de grootste lengte en de grootste breedte van het vaartuig. Voor een volgbootje, los meegevoerd of op de wal geplaatst, wordt een vast bedrag per seizoen vastgesteld.
Zomerseizoen : de periode van 1 april tot 1 oktober Winterseizoen : de periode van 1 oktober tot 1 april
De huurovereenkomst wordt geacht stilzwijgend te zijn verlengd, tenzij 3 maanden vóór het begin van de nieuwe huurperiode schriftelijk of mondeling door één van de beide partijen is opgezegd.
De huurder is verplicht binnen 30 dagen na verzending van de factuur het verschuldigde bedrag te voldoen.
Artikel 2.
Op het haventerrein is het niet toegestaan:
➢ Stoffen in/op de bodem en het oppervlaktewater te brengen of te lozen. dit geldt zowel voor brandstoffen, olie, vet, bilgewater, verven, reinigingsmiddelen e.d. als ook voor huishoudelijk afval en andere stoffen, die de bodem of het oppervlaktewater kunnen verontreinigen. Deze afvalstoffen moet men zelf afvoeren of afgeven het afvaldepot van de ROVA (Nijverheidsweg
– Noord 35);
➢ Honden los te laten lopen;
➢ Drinkwater van de haven te gebruiken voor het schoonmaken vaartuigen;
➢ Een ligplaats te kiezen op andere dan door de verhuurder aangewezen plaatsen;
➢ Het vaartuig aan ondeugdelijke touwen af te meren (ook in de winter);
➢ Het vaartuig in onverzorgde staat te houden;
➢ Eigendommen buiten het vaartuig op het haventerrein onbeheerd te laten;
➢ Het vaartuig als woon en/of verblijfplaats te gebruiken;
➢ De ligplaats onder te verhuren of in bruikleen af te staan;
➢ Het vaartuig of in de ligplaats tot een voorwerp van commerciële activiteit te maken;
➢ De eigendommen van de haven te beschadigen;
➢ In de loods te roken;
➢ Onvoorzichtig om te gaan met vuur, benzine, gas of andere licht ontvlambare stoffen;
➢ Zwaar elektrisch gereedschap of elektrische kachels aan te sluiten, daar het elektriciteitsnet daar niet op is berekend;
➢ Het vaartuig aangesloten te laten op walstroom zonder direct toezicht.
Artikel 3.
De huurder dient er zorg voor te dragen dat zijn vaartuig vóór 1 april gereed is, daar vanaf die datum de vaartuigen te water worden gelaten.
Artikel 4.
Op of in de haven en het daartoe behorende terrein of gebouw mogen werkzaamheden, die niet het dagelijks onderhoud betreffen, door de huurder slechts met toestemming van de verhuurder worden verricht.
Artikel 5.
Voor alle werkzaamheden van derden is toestemming nodig van de verhuurder.
Artikel 6.
De huurder dient, wanneer zijn vaartuig langer dan 3 dagen de ligplaats zal verlaten of wanneer hij zijn vaartuig aan derden in gebruik wil geven, e.e.a. aan de verhuurder mede te delen.
Artikel 7.
Tijdens de stalling buiten/binnen is het niet toegestaan:
➢ In de loods gasflessen en losse brandstoftanks aan boord achter te laten; ook dienen de accupolen ontkoppeld te zijn;
➢ Aan anderen overlast te bezorgen tijdens werkzaamheden aan het vaartuig;
➢ Stoppingen te verplaatsen of weg te nemen;
➢ Na de werkzaamheden de gebruikte materialen (verf, terpentine e.d.) onder het vaartuig te laten staan (deze moeten in het vaartuig worden gezet);
➢ Stekkers in het stopcontact te laten zitten, als men afwezig is;
➢ Na de werkzaamheden de loods/het terrein vuil achter te laten.
Artikel 8.
Bij onderhoud en reparatie van het vaartuig of onderdelen daarvan moet verontreiniging van de bodem worden voorkomen. Bij werkzaamheden (schuren, schilderen e.d.) aan de romp dient de grond met een zeil te worden afgedekt; het vrijgekomen afval dient dagelijks opgeruimd te worden.
Artikel 9.
Machinaal schuren mag alleen in combinatie met een mechanische stofafzuiging.
Artikel 10.
Buiten het onmiddellijke gebruik dienen de vaten, blikken, emmers e.d. met milieugevaarlijke vloeistoffen te zijn afgesloten.
Artikel 11.
Werkzaamheden aan de scheepsmotor mogen alleen binnen in het vaartuig plaatsvinden.
Artikel 12.
De jachthaven is niet aansprakelijk voor schade van welke aard of door welke oorzaak ook, aan personen en/of goederen toegebracht, of voor verlies of diefstal van enig goed. De vaartuigen en andere eigendommen van de bezoekers worden niet door de jachthaven tegen brandschade of andere schade verzekerd. Dit behoort door de eigenaar te geschieden, vooral wat betreft de wettelijke aansprakelijkheid.
De eigenaar van een vaartuig, dat ligplaats heeft in de jachthaven, is aansprakelijk voor alle schade die door zijn vaartuig en/of door zijn toedoen en/of door toedoen van zijn gasten veroorzaakt wordt aan eigendommen van de jachthaven en/of eigendommen van derden. Hij dient aangebrachte schade binnen 30 dagen te doen herstellen. Bij in gebreke blijven daarvan zal erin worden voorzien (door de jachthaven) op zijn kosten.