Algemene Voorwaarden Drinkwater PWN 2021
Algemene Voorwaarden Drinkwater PWN 2021
Algemene Voorwaarden Drinkwater PWN 2021
van kracht met ingang van 1 augustus 2021
Deze Algemene Voorwaarden Drinkwater PWN zijn in lijn met het model dat de Vewin in maart 2012 in overleg met de Consumentenbond in het kader van de Coördinatiegroep Zelfreguleringsoverleg van de Sociaal-Economi- sche Raad heeft vastgesteld. Deze Algemene Voorwaarden en de tarievenregeling zijn te vinden op de internet- site xxx.xxx.xx en op aanvraag kosteloos verkrijgbaar.
Inhoud | ||
Artikel 1 | Begripsomschrijving en toepasselijkheid | 4 |
Artikel 2 | Aanvraag voor en het tot stand brengen, uitbreiden of wijzigen van een aansluiting | 4 |
Artikel 3 | Onderhouden, controleren, vervangen, verplaatsen, uitbreiden, wijzigen | |
en wegnemen van een aansluiting | 5 | |
Artikel 4 | Rechten met betrekking tot het perceel | 5 |
Artikel 5 | De drinkwaterinstallatie | 6 |
Artikel 6 | Overeenkomst tot levering | 6 |
Artikel 7 | Aard van de levering | 6 |
Artikel 8 | Beperking of onderbreking van de levering in bijzondere omstandigheden | |
en bij uitvoering van werkzaamheden | 7 | |
Artikel 9 | Onderbreking van de levering wegens niet-nakoming | 7 |
Artikel 10 | Bepaling van de omvang van de levering | 8 |
Artikel 11 | De meetinrichting | 8 |
Artikel 12 | Onderzoek van de meetinrichting | 8 |
Artikel 13 | Gevolgen van onjuiste meting | 9 |
Artikel 14 | Tarieven | 9 |
Artikel 15 | Betaling | 9 |
Artikel 16 | Borgstelling, vooruitbetaling en waarborgsom | 10 |
Artikel 17 | Verbodsbepaling | 10 |
Artikel 18 | Andere verplichtingen | 11 |
Artikel 19 | Aansprakelijkheid | 11 |
Artikel 20 | Boetebeding | 12 |
Artikel 21 | Klachten en Geschillen | 12 |
Artikel 22 | Afwijkingen van deze algemene voorwaarden | 13 |
Artikel 23 | Wijzigingen van deze algemene voorwaarden | 13 |
Artikel 24 | Bijzondere bepalingen | 13 |
Artikel 25 | Slotbepalingen | 14 |
Artikel 1
Begripsomschrijving en toepasselijkheid
1. In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder:
bedrijf: N.V. PWN Waterleidingbedrijf Noord-Holland, gevestigd te Velserbroek.
aanvrager: degene die een aanvraag voor de tot- standbrenging, de uitbreiding of wijziging van een aansluiting bij het bedrijf heeft ingediend; verbruiker: degene die drinkwater van het bedrijf betrekt en/of de beschikking over een aansluiting heeft;
xxxxxxx: elke roerende of onroerende zaak, ge- deelte of samenstel daarvan, met inbegrip van de meterkast- of put indien deze buiten de roeren- de of onroerende zaak is gelegen, ten behoeve waarvan een aansluiting tot stand is gekomen
of zal komen, dan wel levering van drinkwater geschiedt of zal geschieden, één en ander ter beoordeling van het bedrijf; drinkwaterinstallatie: de in een perceel aanwe- zige binnenleiding en de daarmee verbonden toe- stellen, indien de binnenleiding hetzij onmiddellijk met het leidingnet van het bedrijf is verbonden, hetzij middellijk met het leidingnet van het bedrijf is verbonden en het water bestemd of mede be- stemd is tot drinkwater;
hoofdleiding: de leiding van het bedrijf waarop aansluitingen tot stand kunnen worden gebracht; aansluiting: de leiding van het bedrijf die de drinkwaterinstallatie met de hoofdleiding ver- bindt, met inbegrip van de meetinrichting en alle andere door of vanwege het bedrijf in of aan die leiding aangebrachte apparatuur, zoals keerklep- pen, dienstkranen, begrenzers;
meetinrichting: de apparatuur van het bedrijf bestemd voor het vaststellen van de omvang van de levering, van de voor de afrekening door het bedrijf nodig geachte gegevens en voor de con- trole van het verbruik;
levering: de levering respectievelijk de terbe- schikkingstelling van drinkwater.
schriftelijk: onder schriftelijk wordt mede ver- staan elektronische en digitale wijzen van com- municeren (zoals e-mail).
2. Deze algemene voorwaarden maken deel uit van
de overeenkomst tussen het bedrijf en de aanvra- ger en/of verbruiker. Daarnaast zijn er technische aansluitvoorwaarden op de overeenkomst van toepassing. Het bedrijf heeft dit vastgelegd in of krachtens de Aansluitvoorwaarden Drinkwater PWN 2021 en de daarin genoemde voorschriften en verwijzingen, of de voorwaarden die daarvoor op enig moment in de plaats komen. De Aan- sluitvoorwaarden Drinkwater PWN 20211 maken integraal onderdeel uit van deze algemene voor- waarden en zijn daarom hieraan toegevoegd. Alle overeenkomsten waarop deze algemene voor- waarden van toepassing zijn, zijn onderworpen aan Nederlands recht.
Artikel 2
Aanvraag voor en het tot stand brengen, uitbreiden of wijzigen van een aansluiting
1. Een aanvraag voor het tot stand brengen van een aansluiting of tot uitbreiding of wijziging van een bestaande aansluiting geschiedt door het indie- nen van een daartoe door het bedrijf verstrekt formulier, dan wel op een andere door het bedrijf toegestane wijze.
Indien een aansluiting door twee of meer aanvra- gers wordt verzocht, kan het bedrijf hoofdelijke verbondenheid verlangen.
2. Een aansluiting of uitbreiding dan wel een wijziging van een bestaande aansluiting wordt uitsluitend door of vanwege het bedrijf tot stand gebracht. De wijze van uitvoering en de plaats van aansluiting alsmede het aantal aansluitingen worden door het bedrijf, zoveel mogelijk in overleg met de aan- vrager, vastgesteld. In beginsel wordt slechts één aansluiting per perceel toegestaan.
3. Het bedrijf is bevoegd niet over te gaan tot het tot stand brengen, uitbreiden of wijzigen van een aansluiting dan wel hiervoor bijzondere voorwaar- den te stellen, om aldus te voorkomen dat de be- langen van het bedrijf of die van één of meerdere aanvragers of verbruikers worden geschaad. Een dergelijk geval kan zich onder andere voordoen indien:
a. de leveringscapaciteit van het bedrijf ter plaat- se onvoldoende is;
b. de drinkwaterinstallatie naar gemotiveerde
1 Of de voorwaarden die daarvoor op enig moment in de plaats komen.
oordeel van het bedrijf te ver van de dichtstbij- zijnde hoofdleiding is verwijderd;
c. de voor het tot stand brengen, uitbreiden of wijzigen van de aansluiting benodigde vergun- ningen en toestemmingen niet of alleen op voor het bedrijf te bezwaarlijke voorwaarden kunnen worden verkregen;
d. de aansluiting en/of de levering slechts als reserve dient of een tijdelijk karakter draagt;
e. van het gebruik van de aansluiting hinder valt te verwachten in het net van het bedrijf;
f. de aanvrager in verzuim is een vordering ter zake van aansluiting of levering van drinkwater dan wel van een andere opeisbare vordering die het bedrijf op hem heeft, te voldoen, met inbegrip van die ter zake van aansluiting of levering van een ander respectievelijk vorig perceel, mits voldoende samenhang bestaat tussen de vordering en de aanvraag om het niet aansluiten dan wel het stellen van bijzon- dere voorwaarden te rechtvaardigen. Dit geldt mede met betrekking tot vorderingen van het bedrijf ter zake van aansluiting of levering ten behoeve van de uitoefening van een beroep of bedrijf.
4. Voorts is het bedrijf bevoegd een aansluiting niet tot stand te brengen, uit te breiden of te wijzigen dan wel geheel of gedeeltelijk weg te nemen, indien één of meer van de in of krachtens deze algemene voorwaarden gestelde bepalingen of voorschriften niet zijn of worden nagekomen en de uitoefening van die bevoegdheid door het bedrijf gerechtvaardigd is.
Artikel 3
Onderhouden, controleren, vervangen, verplaatsen, uitbreiden, wijzigen en weg nemen van een aansluiting
1. Een aansluiting wordt uitsluitend door of van- wege het bedrijf onderhouden, gecontroleerd, vervangen, verplaatst, uitgebreid, gewijzigd en weggenomen. Tenzij er sprake is van spoed of overmacht, zal één en ander zoveel mogelijk na voorafgaande mededeling aan en zoveel moge- lijk in overleg met de aanvrager of de verbruiker plaatsvinden.
2. Het onderhoud en de controle van de aansluiting zijn voor rekening van het bedrijf. Onverminderd het bepaalde in artikel 11 lid 1 van deze algeme- ne voorwaarden zijn het vervangen, verplaatsen, uitbreiden, wijzigen en wegnemen voor rekening van de aanvrager of de verbruiker, indien:
a. dit geschiedt op zijn verzoek;
b. dit het gevolg is van zijn handelen of nalaten ten gevolge van omstandigheden die hem redelijkerwijs zijn toe te rekenen.
Artikel 4
Rechten met betrekking tot het perceel
1. De aanvrager en de verbruiker zullen toestaan dat zowel voor henzelf als ten behoeve van derden in, aan, op, onder of boven het perceel leidingen worden gelegd, aansluitingen tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande aan- sluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze
en bestaande leidingen, aansluitingen of aftak- kingen in stand worden gehouden, onderhouden, uitgebreid of gewijzigd. De ten gevolge van deze werkzaamheden door het bedrijf aan de aanvra- ger/verbruiker toegebrachte schade zal door of vanwege het bedrijf worden hersteld of vergoed.
2. De aanvrager en de verbruiker dragen ervoor zorg dat de aansluiting, in voorkomend geval de hoofd- leiding, mits het bedrijf de aanvrager of verbruiker op de hoogte heeft gesteld van de aanwezigheid van de hoofdleiding, alsmede de leidingen, aan- sluitingen en aftakkingen als bedoeld in lid 1 goed bereikbaar zijn. Indien een of meer onderdelen daarvan niet goed bereikbaar zijn geworden door een handelen of nalaten van de aanvrager of de verbruiker of een voorganger daarvan, maant het bedrijf de aanvrager of verbruiker aan om binnen een redelijke door het bedrijf te stellen termijn
de bereikbaarheid te herstellen. Indien dat niet gebeurt, heeft het bedrijf het recht op kosten van de aanvrager of verbruiker:
a. De belemmeringen weg te nemen.
b. Wijzigingen in het tracé van de betreffende aansluiting(en), leidingen(en) en/of aftak- king(en) aan te brengen.
c. Een of meer geheel nieuwe aansluitingen, lei- dingen en/of aftakkingen tot stand te brengen.
Artikel 5
De drinkwaterinstallatie
1. De drinkwaterinstallatie moet voldoen aan het bepaalde in of krachtens de aansluitvoorwaarden van het bedrijf zoals bedoeld in artikel 1.2 van deze algemene voorwaarden.
2. Watertechnische werkzaamheden aan de drink- waterinstallatie dienen te worden uitgevoerd door personen die over de nodige vakbekwaamheid en outillage beschikken, een en ander met inachtne- ming van de aansluitvoorwaarden van het bedrijf.
3. De verbruiker of, bij het ontbreken daarvan, de aanvrager, draagt er zorg voor dat de drinkwa- terinstallatie goed wordt onderhouden. Op een daartoe strekkend verzoek van het bedrijf is hij verplicht alle verlangde gegevens betreffende de drinkwaterinstallatie aan het bedrijf te verstrek- ken.
4. Het bedrijf is bevoegd zo vaak het dit nodig oor- deelt een drinkwaterinstallatie te onderzoeken. Indien een drinkwaterinstallatie naar het oordeel van het bedrijf niet voldoet aan het bepaalde in of krachtens de aansluitvoorwaarden van het bedrijf, is de aanvrager of de verbruiker verplicht gebre- ken voor zijn rekening - en zo nodig onmiddellijk
- te laten herstellen en daarbij eventuele aanwij- zingen van het bedrijf op te volgen.
5. Indien in een perceel dat wordt of is aangesloten, behalve de drinkwaterinstallatie nog een instal- latie voor watervoorziening aanwezig is of wordt aangelegd, is zowel de aanvrager als de verbrui- ker verplicht het bedrijf hiervan direct op de hoog- te te brengen en alle verlangde gegevens betref- fende die installatie aan het bedrijf te verstrekken. Tussen de drinkwaterinstallatie en een zodanige installatie mag geen verbinding bestaan.
Artikel 6
Overeenkomst tot levering
1. Levering geschiedt uit hoofde van een overeen- komst tussen het bedrijf en de verbruiker.
2. Een overeenkomst tot levering gaat in op de dag waarop de verbruiker voor het eerst drinkwater van het bedrijf betrekt en/of de beschikking heeft over een aansluiting. Het bedrijf kan verlangen dat de overeenkomst schriftelijk wordt aange-
gaan. Het bedrijf kan weigeren een overeenkomst tot levering aan te gaan op dezelfde gronden als aangegeven in artikel 9 ten aanzien van de on- derbreking van de levering.
3. Een overeenkomst tot levering geldt voor on- bepaalde tijd, tenzij anders is overeengekomen. Indien de overeenkomst met twee of meer verbruikers wordt aangegaan, kan het bedrijf hoofdelijke verbondenheid voor nakoming van de overeenkomst verlangen.
4. Zowel de verbruiker als het bedrijf kunnen de overeenkomst tot levering opzeggen. Opzegging door de verbruiker dient schriftelijk met inachtne- ming van een opzegtermijn van minimaal acht ka- lenderdagen te geschieden, tenzij het bedrijf een andere wijze en/of termijn van opzegging aan- vaardt. Opzegging door het bedrijf dient gemo- tiveerd en schriftelijk te geschieden en is slechts mogelijk in geval van zwaarwichtige belangen
en met inachtneming van een opzegtermijn van minimaal negentig kalenderdagen.
5. Indien de verbruiker de overeenkomst niet binnen de in lid 4 bedoelde opzegtermijn heeft opge- zegd, alsmede indien het bedrijf niet binnen de opzegtermijn in de gelegenheid is gesteld de voor de beëindiging van de overeenkomst noodzake- lijke handelingen te verrichten, blijft de verbrui- ker gebonden aan hetgeen in of krachtens deze algemene voorwaarden is bepaald, totdat hij aan al zijn daaruit voortvloeiende verplichtingen heeft voldaan.
6. Bij beperking of onderbreking van de levering of een verbod als bedoeld in artikel 8 en 9 van deze algemene voorwaarden, blijft de overeenkomst tot levering onverminderd van kracht.
Artikel 7
Aard van de levering
1. Door het bedrijf wordt drinkwater geleverd.
2. In principe wordt drinkwater continu geleverd. Het bedrijf staat echter niet in voor de continuïteit van de levering. Indien zich omstandigheden voor- doen waardoor de levering wordt of moet worden onderbroken, zal het bedrijf het redelijkerwijs mogelijke doen om op de kortst mogelijke termijn de levering te hervatten.
Artikel 8
Beperking of onderbreking van de levering in bijzondere om standigheden en bij uitvoering van werkzaamheden
1. Het bedrijf is bevoegd om in het belang van een goede openbare drinkwatervoorziening de levering te beperken, te onderbreken, het ver-
bruik voor bepaalde doeleinden te verbieden dan wel aan de levering bijzondere voorwaarden te verbinden.
2. Tevens kan het bedrijf, indien dit naar zijn oor- deel noodzakelijk of gewenst is, in verband met uitvoering van werkzaamheden in het belang van de veiligheid of in geval van redelijkerwijs te duchten gevaar voor schade, de levering gedu- rende een zo kort mogelijke tijd - indien mogelijk na voorafgaande waarschuwing - beperken of onderbreken. In geval van uitvoering van geplan-
de werkzaamheden stelt het bedrijf de aanvrager of verbruiker tenminste twee kalenderdagen tevoren op de hoogte van de werkzaamheden.
3. Indien de verbruiker daarom verzoekt, kan het bedrijf de levering onderbreken op nader overeen te komen voorwaarden.
4. Het bedrijf is bevoegd ter plaatse van de le- vering voorzieningen te treffen waardoor de volumestroom wordt begrensd tot een door het bedrijf te bepalen waarde.
Artikel 9
Onderbreking van de levering wegens nietnakoming
1. Het bedrijf is bevoegd na voorafgaande waarschu- wing - tenzij dat om redenen van veiligheid niet van het bedrijf verlangd kan worden - de levering te onderbreken, indien en zolang de aanvrager en/of verbruiker één of meer artikelen van deze algemene voorwaarden of de op grond van deze voorwaarden van toepassing zijnde voorschriften niet nakomt. Een dergelijk geval kan zich onder andere voordoen indien:
a. de drinkwaterinstallatie niet voldoet aan het bepaalde in of krachtens de aansluitvoorwaar- den van het bedrijf;
b. één of meer van de in artikel 17 van deze
algemene voorwaarden genoemde verbodsbe- palingen zijn overtreden;
c. de verbruiker overeenkomstig het bepaalde in artikel 15 van deze algemene voorwaarden in verzuim is een vordering ter zake van aanslui- ting of levering, dan wel een andere opeisbare vordering die het bedrijf op hem heeft, te vol- doen, met inbegrip van die ter zake van aan- sluiting of levering ten behoeve van een ander, respectievelijk vorig perceel, mits er voldoende samenhang bestaat tussen de vordering en de verbintenis van het bedrijf om de onderbreking te rechtvaardigen. Dit geldt mede met betrek- king tot vorderingen van het bedrijf ter zake van aansluiting of levering ten behoeve van de uitoefening van een beroep of een bedrijf;
d. de verbruiker een geldende betalingsregeling niet nakomt.
Het bedrijf zal overigens van zijn bevoegdheid als bedoeld in lid 1 slechts gebruik maken overeen- komstig de hiervoor geldende regelgeving2 én indien en voor zover de niet-nakoming van zijn verplichtingen door de aanvrager/verbruiker dat rechtvaardigt.
2. Van de bevoegdheid van het bedrijf om de leve- ring te onderbreken op grond van het bepaalde in het vorige lid onder c zal het bedrijf geen gebruik- maken indien de verbruiker binnen tien kalender- dagen na de afwijzing als bedoeld in de eerste volzin van artikel 15 lid 7 zich in verband met deze afwijzing heeft gewend tot de Geschillencommis- sie als bedoeld in artikel 21 overeenkomstig de daarvoor geldende regeling in het reglement van deze commissie.
3. De in het eerste lid van dit artikel bedoelde on- derbreking van de levering wordt pas ongedaan gemaakt nadat de reden daarvoor is weggeno- men en de kosten van onderbreking en hervatting van de levering, alsmede van eventueel door
het bedrijf in verband hiermede geleden scha- de, geheel zijn voldaan. Aan de hervatting van de levering kan het bedrijf nadere voorwaarden verbinden.
4. Het gebruik door het bedrijf van zijn bevoegdhe- den als bedoeld in dit artikel en het vorige artikel kan niet leiden tot aansprakelijkheid van het be- drijf voor eventueel daaruit ontstane schade.
2 Verwezen wordt naar artikel 9 Drinkwaterwet.
Artikel 10
Bepaling van de omvang van de levering
1. Het bedrijf bepaalt op welke wijze de omvang van de levering wordt vastgesteld. Geschiedt deze vaststelling door meting met behulp van een meetinrichting, dan zijn de daardoor verkregen gegevens bindend, onverminderd het bepaalde in de artikelen 12 en 13 van deze algemene voor- waarden.
2. Eén keer per jaar wordt de stand van de meetin- richting door de verbruiker opgenomen en op een door het bedrijf te bepalen wijze en binnen een door het bedrijf aangegeven termijn ter kennis van het bedrijf gebracht. Dit laat onverlet het recht van het bedrijf om zelf de meterstand op te nemen.
3. Indien de verbruiker niet heeft voldaan aan de verplichting bedoeld in lid 2 van dit artikel of het bedrijf redelijkerwijs niet in staat is de stand van de meetinrichting op te nemen of indien bij het opnemen van de meter een fout is gemaakt, mag het bedrijf de omvang van de levering bepalen overeenkomstig het gestelde in artikel 13 lid 2 van deze algemene voorwaarden, onverminderd het recht van het bedrijf om het werkelijk gele- verde alsnog vast te stellen aan de hand van de stand van de meetinrichting en dat in rekening te brengen.
4. Indien het bedrijf dan wel de verbruiker bij het op- nemen van de meter dan wel bij het administra- tief verwerken van de meterstand een fout heeft gemaakt, wordt zo nodig eerst een nieuwe stand opgenomen alvorens het bepaalde in artikel 13 lid 2 van overeenkomstige toepassing zal zijn.
Artikel 11
De meetinrichting
1. De meetinrichting wordt door of vanwege het bedrijf en op zijn kosten geplaatst en onderhou- den, met inachtneming van hetgeen daaromtrent in de tarievenregeling is vermeld. Vervanging,
al dan niet als gevolg van uitbreiding of wijzi- ging van de drinkwaterinstallatie, verplaatsing of wegneming mag alleen door of vanwege het
bedrijf geschieden. De daaraan verbonden kosten
komen eveneens voor rekening van het bedrijf. Vervanging of verplaatsing is echter voor reke- ning van de aanvrager of de verbruiker, indien de vervanging of de verplaatsing geschiedt op zijn verzoek of het gevolg is van zijn handelen of
nalaten, behalve in het geval waarin dit handelen of nalaten het gevolg is van omstandigheden die hem redelijkerwijs niet zijn toe te rekenen. In het geval van onderzoek van de meetinrichting is het bepaalde in artikel 12 lid 4 van toepassing. Het bedrijf deelt de verbruiker zoveel mogelijk vooraf mee wanneer de meetinrichting wordt vervangen of verplaatst.
2. De aanvrager of de verbruiker draagt er zorg voor dat de meetinrichting steeds goed bereikbaar is en goed kan worden afgelezen. Voorts dient hij de meetinrichting te beschermen tegen bescha- diging, tegen verbreking van de verzegeling en te behoeden voor vorstschade.
Artikel 12
Onderzoek van de meetinrichting
1. Bij twijfel over de juistheid van de meting kunnen zowel de verbruiker als het bedrijf verlangen dat de meetinrichting wordt onderzocht. Indien de verbruiker onderzoek verlangt, stelt het bedrijf de verbruiker op de hoogte van inhoud en kosten
van het onderzoek. Het bedrijf deelt de verbruiker zoveel mogelijk vooraf mede wanneer het onder- zoek zal plaatsvinden en/of wanneer de meetin- richting voor onderzoek zal worden uitgenomen. Het onderzoek wordt in opdracht van het bedrijf verricht door een daartoe gecertificeerde deskun- dige.
2. Een meting wordt geacht juist te zijn, als tijdens het onderzoek de door de meter geregistreer- de volumestroom niet meer dan plus of min 4% afwijkt van de werkelijke volumestroom.
3. De kosten van het onderzoek en de vervanging van de meetinrichting zijn voor rekening van degene op wiens verzoek het onderzoek wordt verricht. Als volgens het onderzoek de afwijking groter is dan toegestaan, komen de kosten ten laste van het bedrijf.
4. Zolang de mogelijkheid bestaat dat de verbruiker nader onderzoek van de meetinrichting verlangt
of de herberekening als bedoeld in artikel 13 niet is afgewikkeld, houdt het bedrijf de meter beschikbaar voor het nadere onderzoek tot zes weken na verzending van het resultaat van het onderzoek als bedoeld in lid 2. In geval een ge- schil aanhangig wordt gemaakt, dient het bedrijf
de desbetreffende meter zo mogelijk te bewaren respectievelijk bij eventuele herplaatsing te kun- nen traceren tot er een uitspraak is omtrent het geschil of het geschil is beëindigd.
Artikel 13
Gevolgen van onjuiste meting
1. Indien uit het onderzoek blijkt dat de afwijking groter is dan toegestaan, stelt het bedrijf de omvang van de levering vast aan de hand van de uitkomsten van het onderzoek. Herberekening zal plaatsvinden over de periode dat de meetinrich- ting onjuist heeft gefunctioneerd, doch ten hoog- ste over een tijdvak van vierentwintig maanden wanneer het bedrijf te veel berekend heeft en een tijdvak van achttien maanden wanneer het bedrijf te weinig berekend heeft, teruggerekend vanaf het moment van het verwijderen van de ondeugdelijke meetinrichting. In geval van fraude zal echter herberekening over de volledige perio- de plaatsvinden.
2. Indien het onderzoek geen hanteerbare maatstaf oplevert voor het vaststellen van de omvang van de levering, is het bedrijf bevoegd de omvang van de levering in het desbetreffende tijdvak te schatten naar de beste ter beschikking van het bedrijf staande gegevens hieromtrent, waarbij als maatstaf dient:
- de omvang van de levering in het overeen- komstige tijdvak van het voorafgaande jaar, of
- de gemiddelde omvang van de levering in een eraan voorafgaand en een erop volgend tijdvak, of
- een andere, na overleg met de verbruiker te bepalen, billijke maatstaf.
Artikel 14
Tarieven
1. Voor het tot stand brengen, in stand houden, uit- breiden of wijzigen van een aansluiting en voor de
levering zijn de aanvrager en de verbruiker bedra- gen, waaronder administratiekosten, verschuldigd volgens de tarievenregeling van het bedrijf.
2. Het bedrijf bepaalt welk tarief van toepassing is. De aanvrager en de verbruiker zijn gehouden
desgevraagd de daartoe benodigde gegevens te verstrekken.
3. Alle bedragen die de aanvrager en de verbruiker ingevolge deze algemene voorwaarden ver- schuldigd zijn, kunnen worden verhoogd met
de belastingen en de heffingen die het bedrijf bevoegd is in rekening te brengen. Het bedrijf zal deze verhogingen voor zover mogelijk op de nota nader specificeren.
Artikel 15
Betaling
1. Alle bedragen die de aanvrager en de verbruiker ingevolge deze algemene voorwaarden verschul- digd zijn, brengt het bedrijf hun door middel van een nota in rekening. Dit is niet van toepassing op voorschotten als bedoeld in lid 2 van dit artikel, indien de aanvrager of de verbruiker betaalt door middel van automatische bank- of giro-afschrij- ving.
2. Indien het bedrijf dit verlangt, is de verbruiker voorschotten verschuldigd op hetgeen hij wegens de levering over het lopende tijdvak van afreke- ning zal moeten betalen. Het bedrijf bepaalt in redelijkheid de grootte van de voorschotten, de periode waarop zij betrekking hebben, de tijd- stippen waarop zij in rekening worden gebracht en het tijdstip waarop de afrekening plaatsvindt. Deze afrekening vindt ten minste éénmaal per jaar plaats, onder verrekening van de voorschot- ten. Bij verandering van omstandigheden kan de verbruiker wijziging van de grootte van de voor- schotten verzoeken.
3. Een nota dient te worden voldaan binnen veer- tien kalenderdagen na ontvangst dan wel binnen de door het bedrijf op of bij de nota aangegeven termijn, indien die langer is dan veertien kalen- derdagen. Het bedrijf geeft aan op welke wijzen de nota kan worden voldaan.
4. De verplichting tot betaling wordt niet opgeheven of opgeschort op grond van bezwaren tegen de nota, tenzij de aanvrager of de verbruiker binnen
de in lid 3 van dit artikel bedoelde betalingster- mijn bij het bedrijf een bezwaarschrift indient, waarbij hij zijn bezwaren tegen de nota met redenen omkleedt. In dat geval wordt de beta- lingsverplichting opgeschort totdat het bedrijf op het bezwaarschrift heeft beslist.3
5. De aanvrager en de verbruiker zijn slechts ge- rechtigd de hun in rekening gebrachte bedragen te verrekenen met enig bedrag dat het bedrijf hun schuldig is, indien is voldaan aan de wettelij- ke vereisten voor verrekening. Verrekening met voorschotten als bedoeld in lid 2 van dit artikel is echter niet toegestaan.
6. Indien de aanvrager of de verbruiker niet binnen de in lid 3 gestelde termijn heeft betaald, is deze zonder nadere ingebrekestelling in verzuim. Het bedrijf deelt hem dit schriftelijk mede, onder vermelding van de gevolgen van het uitblijven van betaling binnen veertien kalenderdagen door de aanvrager of de verbruiker. Een gevolg van het uitblijven van betaling binnen laatstbedoelde termijn is het door de aanvrager of verbruiker verschuldigd worden van een vergoeding voor de redelijke kosten4 ter verkrijging van voldoening buiten rechte alsmede van de wettelijke rente voor iedere dag dat betaling te laat wordt ver- richt, onverminderd het bepaalde in artikel 9. De hoogte van deze vergoeding is vastgelegd in de
tarievenregeling. Voor de aanvrager of de verbrui- ker die handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf kan het bedrijf afwijkende vergoedingen vaststellen en opnemen in de tarievenregeling. In laatstgenoemd geval is de wettelijke regeling tot normering van die vergoedingen niet van toepas- sing.
7. Indien de verbruiker binnen de in lid 6 genoemde nieuwe termijn van betaling echter een schriftelijk en gemotiveerd verzoek tot het treffen van een betalingsregeling bij het bedrijf heeft ingediend, dan zullen aan het uitblijven van betaling pas ge- volgen worden verbonden vanaf het moment dat het bedrijf op dit verzoek - eveneens schriftelijk en gemotiveerd - afwijzend heeft beslist. Gedu- rende de looptijd van een door het bedrijf met
de verbruiker gesloten betalingsregeling dient de verbruiker alle uit hoofde van de betalingsrege- ling en alle overige uit hoofde van de overeen- komst aan het bedrijf verschuldigde bedragen
integraal te voldoen. Over deze bedragen kan geen verzoek tot een betalingsregeling worden ingediend. Komt de verbruiker zijn verplichtingen inzake de betalingsregeling niet na, dan is hij ten aanzien hiervan zonder nadere ingebrekestelling in verzuim.
Artikel 16
Borgstelling, vooruitbetaling en waarborgsom
1. Indien daar redelijkerwijs aanleiding voor is, kan het bedrijf van de aanvrager of van de verbruiker een borgstelling of bankgarantie verlangen tot ze- kerheid van de betaling van de op grond van deze algemene voorwaarden verschuldigde bedragen, tenzij het bedrijf toepassing geeft aan het bepaal- de in lid 2 of 3 van dit artikel.
2. Het bedrijf is gerechtigd vooruitbetaling te verlan- gen van het bedrag dat verschuldigd is wegens het tot stand brengen, vervangen, verplaatsen, uitbreiden, wijzigen of wegnemen van een aan- sluiting.
3. Tot zekerheid van de betaling van de ter zake van de levering verschuldigde bedragen kan het be- drijf van de verbruiker de storting van een waar- borgsom eisen. De waarborgsom zal niet hoger zijn dan het bedrag dat de verbruiker naar het oordeel van het bedrijf vermoedelijk gemiddeld voor levering over een periode van zes maan- den zal moeten betalen. De waarborgsom wordt terugbetaald, zodra de noodzaak tot zekerheid- stelling niet meer aanwezig is en in ieder geval zo spoedig mogelijk na beëindiging van de overeen- komst tot levering, onder aftrek van het bedrag dat eventueel nog betaald moet worden.
4. Over de waarborgsom wordt vanaf de datum van ontvangst door het bedrijf rente vergoed, waarvan het percentage gelijk is aan dat van de
wettelijke rente verminderd met 3 procentpunten. Uitbetaling van de rente geschiedt uiterlijk bij de terugbetaling van de waarborgsom.
Artikel 17
Verbodsbepaling
1. Het is de aanvrager en de verbruiker verboden:
a. Door middel van de drinkwaterinstallatie via
3 De verdere gang van zaken bij voortzetting van de bezwaren tot een geschil is geregeld in het Reglement Geschillencommissie Water (zie artikel 21 van deze algemene voorwaarden).
4 Zie artikel 96 boek 6 Burgerlijk Wetboek.
het net van het bedrijf hinder of schade te veroorzaken voor het bedrijf of andere verbrui- kers.
b. Door of vanwege het bedrijf aangebrachte ver- zegelingen te verbreken of te doen verbreken.
c. Handelingen te verrichten of te doen verrich- ten, waardoor de omvang van de levering niet of niet juist kan worden vastgesteld, dan wel een situatie te scheppen, waardoor het
normaal functioneren van de meetinrichting of andere apparatuur van het bedrijf wordt ver- hinderd of de tarievenregeling van het bedrijf niet of niet juist kan worden toegepast.
d. Het net van het bedrijf te gebruiken voor aarding van elektrische installaties, toestellen, bliksemafleiders en dergelijke.
2. Het is de verbruiker verboden zonder schriftelijke toestemming van het bedrijf het geleverde water door te leveren aan de drinkwaterinstallatie van een ander perceel. Het bedrijf kan aan een derge- lijke toestemming voorwaarden verbinden.
Artikel 18
Andere verplichtingen
1. Het bedrijf zal bij de uitvoering van het bepaalde in of krachtens deze algemene voorwaarden die zorg betrachten die van een zorgvuldig handelend bedrijf mag worden verwacht. In het bijzonder
zal het bedrijf zoveel mogelijk trachten te voor- komen dat de aanvrager en de verbruiker bij de uitvoering van werkzaamheden hinder of schade ondervinden.
2. Zowel de aanvrager als de verbruiker zijn verplicht aan het bedrijf de nodige medewerking te ver- lenen bij de toepassing en de uitvoering van het bepaalde in of krachtens deze algemene voor- waarden en de controle op de naleving daarvan, en wel in het bijzonder door:
a. het bedrijf zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen van door hen waargenomen of ver- moede schade, gebreken of onregelmatighe- den in het in hun perceel aanwezige gedeelte van de aansluiting, inclusief de meetinrichting, verbreking van de verzegeling daaronder be- grepen;
b. aan personen, die van een door het bedrijf uitgegeven legitimatiebewijs of machtiging zijn
voorzien, toegang te verlenen tot het perceel - mede ten behoeve van de uitvoering van een van overheidswege op het bedrijf rustende verplichting - van 08.00 tot 20.00 uur, behou- dens op zon- en feestdagen; alsmede in geval van een dringende reden ook op andere dagen en buiten deze uren;
c. het bedrijf tijdig op de hoogte te stellen van adres- c.q. (handels)naamswijzigingen.
3. De aanvrager en de verbruiker zijn verplicht het redelijkerwijs mogelijke te doen om schade aan het in het perceel aanwezige gedeelte van de aansluiting te voorkomen.
4. Indien de aanvrager of de verbruiker geen eige- naar is van het perceel, staat hij ervoor in dat de eigenaar akkoord gaat met het verrichten van alle handelingen die door het bedrijf voor het tot stand brengen, vervangen, verplaatsen, uitbrei- den, wijzigen of wegnemen van een aansluiting of voor de levering noodzakelijk worden geacht, zowel ten behoeve van hemzelf als, ingevolge ar- tikel 4 lid 1 van deze algemene voorwaarden, ten behoeve van derden. Het bedrijf kan verlangen dat de aanvrager of de verbruiker een schriftelijke verklaring van de eigenaar overlegt.
Artikel 19
Aansprakelijkheid
1. a. Het bedrijf is, met inachtneming van het bepaalde in de overige leden van dit artikel, jegens de aanvrager of verbruiker aansprakelijk voor schade als gevolg van onderbreking van de levering van drinkwater, echter uitsluitend indien en voor zover:
- De onderbreking het gevolg is van een aan het bedrijf toerekenbare tekortkoming; en
- het personenschade betreft als gevolg van lichamelijk letsel of overlijden en/ of zaak- schade bestaande uit vernietiging, bescha- diging of verlies van zaken die gewoonlijk voor ge- of verbruik in de privésfeer zijn bestemd en ook in de privésfeer zijn ge- of verbruikt en/of het noodzakelijke kosten betreft ter voorkoming van die zaakschade.
b. Voor zaakschade en voor de noodzakelijke kosten ter voorkoming van zaakschade geldt een drempelbedrag van € 40 (veertig) voor
de aanvrager of verbruiker, met dien verstan- de dat bij overschrijding het drempelbedrag mede wordt vergoed. Voor personenschade als gevolg van lichamelijk letsel of overlijden geldt geen drempelbedrag.
2. Het bedrijf is, met inachtneming van het bepaalde in de overige leden van dit artikel, voorts aan- sprakelijk voor schade aan personen of zaken ten gevolge van een gebrekkige aansluiting of leve- ring dan wel van een onjuist handelen of nalaten in verband met een aansluiting of een levering
- niet zijnde een onderbreking van de levering
- doch niet, indien de schade het gevolg is van een tekortkoming die het bedrijf niet kan worden toegerekend.
3. Van vergoeding zijn in alle gevallen uitgesloten schade aan zaken die door de aanvrager of de verbruiker worden gebruikt voor de uitoefening van een bedrijf of een beroep en schade als ge- volg van bedrijfsstilstand, als gevolg van het niet kunnen uitoefenen van een beroep of als gevolg van winstderving.
4. Indien en voor zover het bedrijf jegens de aan- vrager of de verbruiker in het kader van deze algemene voorwaarden tot schadevergoeding verplicht is, komt schade aan personen en/of za- ken en noodzakelijke kosten ter voorkoming van zaakschade slechts voor vergoeding in aanmer- king tot een bedrag van ten hoogste € 2.000.000 (twee miljoen) per gebeurtenis voor alle aanvra- gers en verbruikers tezamen, met dien verstande dat de vergoeding van noodzakelijke kosten ter voorkoming van zaakschade is beperkt tot € 75 (vijfenzeventig) en de vergoeding van schade aan zaken en noodzakelijke kosten ter voorkoming van zaakschade, ongeacht de omvang van het totaal der schade, is beperkt tot ten hoogste
€ 3.500 (vijfendertighonderd) per aanvrager of verbruiker. Indien het totaal der schaden aan per- sonen en/of zaken meer bedraagt dan
€ 2.000.000 (twee miljoen), is het bedrijf niet gehouden meer schadevergoeding te betalen dan dit bedrag, waarbij met inachtneming van het eerder in dit lid genoemde maximum voor schade aan zaken van € 3.500 (vijfendertighonderd) de aanspraken van de aanvragers en de verbruikers naar evenredigheid zullen worden voldaan.
5. Schade dient zo spoedig mogelijk doch uiterlijk
binnen vier weken na het ontstaan aan het bedrijf te zijn gemeld, tenzij de aanvrager of de ver- bruiker aannemelijk maakt dat hij de schade niet eerder heeft kunnen melden.
6. De aansprakelijkheidsregeling van de vorige leden van dit artikel geldt mede ten aanzien van elk ander waterleidingbedrijf waarmee het bedrijf ten behoeve van de openbare drinkwatervoorziening samenwerkt, alsmede ten aanzien van personen voor wie het bedrijf of dat andere waterleidingbe- drijf aansprakelijk is.
7. De aanvrager of de verbruiker is aansprakelijk voor alle schade aan enige door het bedrijf ten behoeve van de levering in, aan, op, onder of bo- ven het perceel aangebrachte voorziening, tenzij de schade het gevolg is van een tekortkoming die de aanvrager of de verbruiker niet kan worden toegerekend. Indien de aanvrager of de verbruiker schade moet vergoeden, is deze beperkt tot een bedrag van ten hoogste € 3.500 (vijfendertighon- derd) per aanvrager of verbruiker en per gebeur- tenis.
Artikel 20
Boetebeding
1. Indien de aanvrager of de verbruiker toerekenbaar in strijd met het bepaalde in de artikelen 17 en 18 lid 2, sub a en b en lid 3 van deze algemene voor- waarden heeft gehandeld, is het bedrijf bevoegd hem een boete op te leggen van ten hoogste € 350 (driehonderdvijftig) per overtreding, onver- minderd het recht van het bedrijf op nakoming en/of schadevergoeding en/of zijn bevoegdheid om de levering te onderbreken.
2. Op opgelegde boetes is het bepaalde in de arti- kelen 15 van deze algemene voorwaarden voor zover mogelijk van overeenkomstige toepassing.
Artikel 21
Klachten en Geschillen
1. Geschillen tussen de aanvrager/verbruiker en het bedrijf over de totstandkoming of uitvoering van een overeenkomst kunnen zowel door de aanvra- ger/verbruiker als door het bedrijf worden voor- gelegd aan de Geschillencommissie Water (www. xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx) of aan de bevoegde
rechter in Nederland.
2. Een geschil wordt door de Geschillencommissie slechts in behandeling genomen, indien de aan- vrager/verbruiker zijn klacht eerst aan het bedrijf heeft voorgelegd en wel binnen bekwame tijd na- dat hij het feit waarop de klacht gestoeld is heeft ontdekt of redelijkerwijze had kunnen ontdekken. Uiterlijk drie maanden nadat de klacht aan het bedrijf is voorgelegd, dient het geschil schriftelijk of in een andere door de Geschillencommissie te bepalen vorm bij deze aanhangig te zijn gemaakt. Voor gevallen als bedoeld in artikel 9 lid 2 geldt een termijn van tien kalenderdagen.
3. Wanneer de aanvrager/verbruiker een geschil voorlegt aan de Geschillencommissie, is het be- drijf aan deze keuze gebonden.
4. Wanneer het bedrijf een geschil behandeld wil zien, stelt hij de aanvrager/verbruiker schriftelijk voor het geschil te laten behandelen door de Geschillencommissie. Het bedrijf kondigt daarbij aan dat hij het geschil aanhangig zal maken bij de bevoegde rechter als de aanvrager/verbrui- ker niet binnen vijf weken schriftelijk laat weten in te stemmen met behandeling van het geschil door de Geschillencommissie. Indien het bedrijf, in het geval de aanvrager/verbruiker het verzoek
heeft afgewezen of niet binnen de termijn van vijf weken heeft geantwoord, het geschil niet binnen twee maanden aanhangig heeft gemaakt bij de bevoegde rechter, kan de aanvrager/verbruiker het geschil alsnog voor behandeling voorleggen aan de Geschillencommissie.
5. De Geschillencommissie doet uitspraak onder de voorwaarden zoals deze zijn vastgesteld in het Reglement Geschillencommissie Water. De beslis- singen van de Geschillencommissie geschieden bij wege van bindend advies. Voor de behandeling van een geschil is een vergoeding verschuldigd.
Artikel 22
Afwijkingen van deze algemene voorwaarden
1. In bijzondere gevallen, zulks ter beoordeling van het bedrijf, kunnen afwijkingen van deze algeme- ne voorwaarden worden toegestaan. Deze afwij- kingen zullen zoveel mogelijk schriftelijk worden vastgelegd.
2. In alle gevallen waarin deze algemene voorwaar- den niet voorzien, zal het bedrijf een regeling tref- fen naar redelijkheid. Uitgangspunt hierbij zijn het algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht en de overige voor het bedrijf van toepassing zijnde wettelijke bepalingen.
Artikel 23
Wijzigingen van deze algemene voorwaarden
1. Deze algemene voorwaarden en de op grond daarvan van toepassing zijnde voorschriften en regelingen kunnen door het bedrijf worden gewij- zigd. Wijzigingen treden eerst in werking dertig kalenderdagen na de dag waarop de wijzigingen zijn bekend gemaakt, tenzij in de bekendmaking een latere datum van in werking treden is ver- meld. Wijzigingen van de tarievenregeling echter treden in werking tien kalenderdagen na de dag waarop de wijzigingen zijn bekend gemaakt, tenzij in de bekendmaking een latere datum van in werking treden is vermeld.
2. Als bekendmaking geldt een kennisgeving, ge- plaatst in één of meer dag- of weekbladen die in het gebied waarin het bedrijf drinkwater levert verspreid worden, dat de voorwaarden, voor- schriften en regelingen zijn gewijzigd en bij het bedrijf ter inzage liggen en aldaar op aanvraag kosteloos verkrijgbaar zijn.
3. Wijzigingen gelden ook ten aanzien van reeds bestaande overeenkomsten. Indien een verbrui- ker een wijziging niet wenst te accepteren, kan hij de overeenkomst opzeggen overeenkomstig het bepaalde in artikel 6 lid 4 van deze algemene voorwaarden.
Artikel 24
Bijzondere bepalingen
1. De verplichting tot levering ingevolge de overeen- komst, bedoeld in artikel 6 van deze algemene voorwaarden, eindigt in ieder geval indien en voor zover een aan het bedrijf verleende concessie wordt ingetrokken of vervallen verklaard.
2. Voor het geval het bedrijf zijn rechten en ver- plichtingen uit de overeenkomst als bedoeld in artikel 6 van deze algemene voorwaarden aan
een derde dient of wenst over te dragen, verleent de verbruiker/aanvrager hiertoe bij voorbaat zijn toestemming.
Artikel 25
Slotbepalingen
1. Deze algemene voorwaarden treden in werking op 1 augustus 2021. Met ingang van die datum vervallen de tot dan geldende algemene voor- waarden.
2. Deze algemene voorwaarden kunnen worden aangehaald als ‘Algemene Voorwaarden Drinkwater PWN 2021’.
3. Deze algemene voorwaarden liggen bij het bedrijf ter inzage en zijn aldaar op aanvraag kosteloos verkrijgbaar, alsmede op de website xxx.xxx.xx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxx.
Vragen?
Neem dan contact op met onze Klantenservice via xxx.xxx.xx/xxxxxxx of telefonisch via:
Klantenservice Consument 0900 405 07 00 (uw gebruikelijke belkosten)
Klantenservice Zakelijk 0900 406 07 00 (uw gebruikelijke belkosten)
Aansluitvoorwaarden Drinkwater PWN 2021
Inhoud | ||
Hoofdstuk 1 | Algemene bepalingen | 3 |
Artikel 1.1 | Aard van de aansluitvoorwaarden | 3 |
Artikel 1.2 | Begripsomschrijvingen | 3 |
Artikel 1.3 | Aansluiten en leveren | 3 |
Hoofdstuk 2 | Wijze van aansluiten van drinkwater- en andere waterinstallaties | 4 |
Artikel 2.1 | Aansluiting op het leidingnet van het bedrijf | 4 |
Hoofdstuk 3 | Voorzieningen ten behoeve van de aansluiting | 4 |
Artikel 3.1 | Woningen met individuele levering | 4 |
Artikel 3.2 | Andere percelen | 4 |
Artikel 3.3 | Algemene bepalingen | 4 |
Artikel 3.4 | Tijdelijke aansluiting | 5 |
Hoofdstuk 4 | Aangifte van drinkwaterinstallaties | 5 |
Artikel 4.1 | Algemeen | 5 |
Artikel 4.2 | Installatietekeningen | 5 |
Artikel 4.3 | Gereedmelding van installatiewerkzaamheden | 6 |
Hoofdstuk 5 | Uitvoering en beheer van drinkwaterinstallaties | 6 |
Artikel 5.1 | Algemene bepalingen | 6 |
Artikel 5.2 | Eisen voor toestellen en materialen | 6 |
Artikel 5.3 | Beheer van drinkwaterinstallaties | 6 |
Hoofdstuk 6 | Controle van drinkwaterinstallaties | 7 |
Artikel 6.1 | Algemene bepalingen | 7 |
Artikel 6.2 | Uitvoering van de controle | 7 |
Hoofdstuk 7 | Slotbepalingen | 7 |
Artikel 7.1 | Naleving | 7 |
Artikel 7.2 | Afwijkingen | 7 |
Artikel 7.3 | Uitleg | 7 |
Artikel 7.4 | Aansprakelijkheid | 7 |
Artikel 7.5 | Titel | 7 |
Artikel 7.6 | Inwerkingtreding | 7 |
Artikel 7.7 | Overgangsbepaling | 7 |
Hoofdstuk 1
Algemene bepalingen
Artikel 1.1 Aard van de aansluitvoorwaarden
1.1.1. Deze Aansluitvoorwaarden Drinkwater PWN 2021 zijn de technische aansluitvoorwaarden zoals bedoeld in de “Algemene Voorwaarden Drinkwater PWN 2021” of de voorwaarden die daarvoor op enig moment in de plaats komen. De Aansluitvoorwaarden Drinkwater PWN 20211 maken integraal onderdeel uit van genoemde Algemene Voorwaarden en zijn daarom daaraan toegevoegd.
1.1.2. Indien deze Aansluitvoorwaarden Drinkwater PWN 2021 en de krachtens deze voorwaarden geldende voorschriften strijdig mochten blijken met de in 1.1.1 genoemde Algemene Voor- waarden, zijn de laatste beslissend.
Artikel 1.2 Begripsomschrijvingen
1.2.1. In deze voorwaarden wordt verstaan onder:
bedrijf: N.V. PWN Waterleidingbedrijf Noord-Holland gevestigd te Velserbroek
aanvrager: degene die een aanvraag voor de totstandbrenging of wijziging van een aanslui- ting bij het bedrijf heeft ingediend; verbruiker: degene die drinkwater van het bedrijf betrekt en/of de beschikking heeft over een aansluiting;
perceel: elke roerende of onroerende zaak, gedeelte of samenstel daarvan, met inbegrip van de meterkast of -put indien deze buiten het perceel is gelegen, ten behoeve waar- van een aansluiting tot stand is gekomen of zal komen, dan wel levering van drinkwater geschiedt of zal geschieden, een en ander ter beoordeling van het bedrijf; drinkwaterinstallatie: installatie bestaande uit leidingen, fittingen, waterbehandelingstoe- stellen en andersoortige toestellen waarmee drinkwater wordt afgenomen dan wel ter beschikking wordt gesteld;
meetinrichting: de apparatuur van het bedrijf bestemd voor het vaststellen van de omvang van de levering, van de voor de afrekening door het bedrijf nodig geachte gegevens en voor de controle van het verbruik; hoofdleiding: de leiding van het bedrijf waar-
op aansluitingen tot stand kunnen worden gebracht;
aansluiting: de leiding van het bedrijf die de drinkwaterinstallatie met de hoofdleiding ver- bindt, met inbegrip van de meetinrichting en alle andere door of vanwege het bedrijf in of aan die leiding aangebrachte apparatuur, zoals dienstkraan, hoofdkraan, keerklep, begrenzer; levering: de levering respectievelijk de ter beschikking stelling van drinkwater; leveringspunt: het fysieke verbindingspunt tussen de aansluiting en de drinkwaterinstal- latie
NEN 1006: “Algemene voorschriften voor lei- dingwaterinstallaties”, met inbegrip van daarin aangebrachte of nog aan te brengen wijzigin- gen;
Vewin: de Vereniging van Waterbedrijven in Nederland;
Kiwa: Kiwa N.V.
gevaarlijk toestel: een toestel dat, naar zijn aard, nadelige gevolgen voor de kwaliteit van het drinkwater kan opleveren.
1.1.2. Voorts zijn mede van toepassing, voor zover niet strijdig met voorgaande omschrijvingen, de begripsomschrijvingen zoals die voorkomen in de in deze aansluitvoorwaarden bedoelde voorschriften of regelingen.
Artikel 1.3 Aansluiten en leveren
1.3.1. Het bedrijf behoudt zich het recht voor een nieuwe drinkwaterinstallatie slechts aan te sluiten en bij wijziging of vernieuwing van een bestaande drinkwaterinstallatie de levering slechts dan te handhaven, indien de drink- waterinstallatie voldoet aan het bepaalde in of krachtens deze aansluitvoorwaarden.
1.3.2. Het bedrijf behoudt zich het recht voor het aansluiten of heraansluiten van een drink- waterinstallatie te weigeren of de aansluiting te verbreken, dan wel de levering te weigeren of te beëindigen, indien en zolang niet wordt voldaan aan het bepaalde in of krachtens deze aansluitvoorwaarden.
1.3.3. Zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestem- ming van het bedrijf is het niet toegestaan werkzaamheden te (laten) verrichten aan de aansluiting.
1 Of de voorwaarden die daarvoor op enig moment in de plaats komen.
1.3.4. Verzegelingen die door of vanwege het bedrijf zijn aangebracht op de meetinrichting of op toestellen die deel uitmaken van de aansluiting dan wel van de drinkwater installatie, mogen niet zonder uitdrukkelijke toestemming van het bedrijf worden geschonden of worden verbro- ken.
1.3.5. Het bedrijf behoudt zich het recht voor een drinkwaterinstallatie als tijdelijke installatie te aanvaarden en de tijdsduur van de beschik- baarheid van de aansluiting daarvan te bepa- len. Deze tijdsduur zal als regel niet langer zijn dan één jaar.
Hoofdstuk 2
Wijze van aansluiten van drinkwater en andere waterinstallaties
Artikel 2.1 Aansluiting op het leidingnet van het bedrijf
Het bedrijf bepaalt aan de hand van de Vewin publicatie: “Advies over de indeling in risicoklassen van aansluitingen op het leidingwaternet” of aan de daarvoor in de plaats tredende publicatie alsmede de overzichtelijkheid en/of toegankelijkheid van de installatie op welke wijze, rechtstreeks of niet recht- streeks, waterinstallaties met het leidingnet van het bedrijf dienen te zijn verbonden.
Hoofdstuk 3
Voorzieningen ten behoeve van de aansluiting
Artikel 3.1 Woningen met individuele levering
3.1.1. In woningen met individuele levering, al dan niet gemeten, moet voor het onderbrengen van alle tot de aansluiting behorende appa- ratuur op een door het bedrijf goed te keuren plaats, door de aanvrager/verbruiker kosteloos een ruimte ter beschikking worden gesteld. Die ruimte voldoet aan de eisen gesteld in NEN 2768 “Meterruimten en bijbehorende bouw- kundige voorzieningen voor leidingaanleg in een woonfunctie” zijnde het standaard meter- kastblad voor laagbouw woningen of aan de daarvoor in de plaats tredende voorschriften. Dit geldt voor een standaard aansluiting met
een capaciteit van 20 of 50 liter per minuut voor een laagbouw woning met individuele levering. Indien de aanvrager/verbruiker wil afwijken van deze eisen, dan geldt artikel 3.2.
Artikel 3.2 Andere percelen
Bij andere percelen dan de standaard aansluiting zoals bedoeld in artikel 3.1.1 moet de apparatuur be- horende tot de aansluiting worden opgesteld in een door de aanvrager/verbruiker kosteloos ter beschik- king te stellen ruimte, die de goedkeuring behoeft van het bedrijf. Het bedrijf stelt de eisen vast waar- aan deze ruimte moet voldoen. Contact daarover legt u vooraf via xxxxxxxxxxxxx@xxx.xx waarna een adviseur een maatwerk oplossing aanreikt.
Artikel 3.3 Algemene bepalingen
3.3.1. Ten behoeve van een aansluiting moeten conform het Bouwbesluit, of op aanwijzing van het bedrijf bij niet standaard aansluitingen, zodanige voorzieningen zijn getroffen, dat het ondergrondse leidinggedeelte doeltreffend kan worden ingevoerd.2 Zoals het beschikbaar stellen van een vrij tracé voor de aanleg.
3.3.2. De toegang tot de ruimte waarin zich de meetinrichting en de andere tot de aansluiting behorende toestellen bevinden, mag niet op een naar het oordeel van het bedrijf ontoelaat- bare wijze zijn belemmerd.
3.3.3. De opstellingsruimte voor de meetinrichting en de andere tot de aansluiting behorende toestellen dient:
a. zodanig te zijn gedimensioneerd en in- gericht dat deze apparatuur te allen tijde gemakkelijk bereikbaar is;
b. solide te zijn uitgevoerd en stabiel te zijn aangebracht;
c. zodanig te zijn uitgevoerd dat het binnen- dringen van verontreinigingen waaronder grondwater, zoveel mogelijk wordt voorko- men;
d. geschikt te zijn om het ten gevolge van werkzaamheden vrijkomend water, zonder overlast te veroorzaken, op te vangen en af te voeren.
3.3.4. De op te stellen toestellen en leidingen dienen gevrijwaard te zijn tegen bevriezing en boven- matige verwarming (dat wil zeggen hoger dan
2 Zie NEN 2768.
25 graden) en tegen mechanische, chemische en andere wijzen van beschadiging.
3.3.5. Indien verwacht mag worden, dat een perceel gezien de aard van zijn bestemming voor het bedrijf te beperkt toegankelijk is, kan het be- drijf eisen dat zodanige voorzieningen worden getroffen dat van buiten af de meteropname kan geschieden en de opstellingsruimte voor de meetinrichting bereikbaar is.
Artikel 3.4 Tijdelijke aansluiting
Voor tijdelijke aansluitingen kan het bedrijf geheel of ten dele ontheffing verlenen van de bepalingen van dit hoofdstuk.
Hoofdstuk 4
Aangifte van drinkwaterinstallaties
Artikel 4.1 Algemeen
Bij aanleg van nieuwe drinkwaterinstallaties, als- mede bij wijziging of vernieuwing van bestaande drinkwaterinstallaties moet de aanvrager respectie- velijk de verbruiker het bedrijf zo spoedig mogelijk schriftelijk op de door het bedrijf aangegeven wijze opgeven:
a. zijn naam, volledige adres en telefoonnummer;
b. het volledige adres en de bestemming van het perceel, waarin of waarop de werkzaamheden zullen worden verricht;
c. de naam, het volledige adres en het telefoonnum- mer van degene die de werkzaamheden verricht;
d. de datum, waarop met de werkzaamheden zal worden begonnen en de vermoedelijke datum van gereedheid;
e. de gegevens die voor de aard/grootte van de aansluiting doorslaggevend zijn, waaronder be- grepen de plaats van de meetinrichting, alsmede de maximum benodigde volumestroom;
f. de gegevens die benodigd zijn voor het vaststel- len van de risicoklasse als bedoeld in Hoofdstuk 2, waaronder een overzicht van de aan te sluiten/ aangesloten toestellen met de daarbij aan te brengen/aangebrachte beveiligingen.
Artikel 4.2 Installatietekeningen
4.2.1. Bij aanleg van nieuwe drinkwaterinstallaties, alsmede bij wijziging of vernieuwing van
bestaande drinkwaterinstallaties, indien de wijziging of vernieuwing meer dan 10 m lei- ding omvat of indien de som van de minimaal vereiste volumestromen van de aan te sluiten toestellen meer dan 0,5 1/s bedraagt, moet de aanvrager/verbruiker desgevraagd aan het bedrijf een installatietekening inzenden. Bij wijziging of vernieuwing van een bestaande drinkwaterinstallatie moet op een in te zen- den installatietekening duidelijk onderscheid worden gemaakt tussen wijziging of vernieu- wing enerzijds en de niet te wijzigen of te vernieuwen delen van de bestaande installatie anderzijds.
4.2.2. Indien een wijziging of vernieuwing van een bestaande drinkwaterinstallatie ten opzichte van het niet gewijzigde of vernieuwde gedeel- te van de installatie, naar het oordeel van het bedrijf, door omvang of gevaar voor de ge- zondheid van zeer ingrijpende aard is, kan de installatie in zijn geheel als een nieuwe instal- latie worden beschouwd. In dat geval ontvangt de aanvrager/verbruiker hiervan kennisgeving.
4.2.3. Op een installatietekening moeten duidelijk zijn aangegeven:
a. de naam van de aanvrager en/of de ver- bruiker;
b. het adres en de bestemming van het per- ceel, waarvoor de drinkwaterinstallatie is ontworpen;
c. de naam en het adres van xxxxxx die de werkzaamheden verricht;
d. een situatieschets 1 : 1000 of 1 : 2500 van het perceel ten opzichte van aangrenzende wegen en gebouwen;
e. de plattegronden op een schaal van 1 : 100 of 1 : 50, waarin zijn aangegeven:
- de plaats van de meetinrichting en/of de hoofdkraan, alsmede van het leverings- punt zoals deze door het bedrijf
zijn vastgesteld,
- de ligging alsmede het materiaal van de binnenleiding,
- de bestemming van de ruimten,
f. een leidingschema in scheve projectie op een schaal van 1 : 100 of 1 : 50, tenzij door het bedrijf anders wordt bepaald;
g. een in het perceel aanwezige of aan te
brengen andere watervoorziening;
h. een technische omschrijving van een in de installatie aan te brengen drukverhogings- installatie;
i. een overzicht van de aan te sluiten/aan- gesloten (gevaarlijke) toestellen met de daarbij aan te brengen/aangebrachte bevei- ligingen.
4.2.4. Voor zover een installatietekening geen duide- lijk inzicht geeft in belangrijke of gecompliceer- de installatiegedeelten, kan het bedrijf hiervan een detailtekening verlangen.
4.2.5. Leidingschema’s en (installatie)tekeningen moeten zijn vervaardigd volgens en voldoen aan NEN 379 ‘Technische productinformatie; Vouwen en inhechten van tekenbladen’ of aan de hiervoor in de plaats tredende voorschrif- ten, en worden aangeleverd op een door het bedrijf aan te geven wijze.
4.2.6. Voor tijdelijke installaties behoeft de aanvra- ger/verbruiker geen installatietekeningen in te dienen, behoudens in bijzondere gevallen, zulks ter beoordeling van het bedrijf.
Artikel 4.3. Gereedmelding van installatiewerkzaamheden
Het bedrijf is gerechtigd van de aanvrager/verbruiker te verlangen dat deze het bedrijf in kennis stelt van het gereedkomen van een nieuwe installatie res- pectievelijk van de wijziging of vernieuwing van een bestaande installatie. Gereedmelding vindt plaats op door het bedrijf te bepalen wijze.
Hoofdstuk 5
Uitvoering en beheer
van drinkwaterinstallaties
Artikel 5.1 Algemene bepalingen
5.1.1. Drinkwaterinstallaties moeten voldoen aan daarvoor vastgestelde of vast te stellen wette- lijke voorschriften of bepalingen.
5.1.2. Drinkwaterinstallaties moeten, onverminderd het overigens in of krachtens deze aansluit- voorwaarden bepaalde, voldoen aan NEN 1006 en de bijbehorende Waterwerkbladen, met in- begrip van daarin aangebrachte of nog aan te brengen wijzigingen, of aan de daarvoor in de plaats tredende bepalingen, indien en voorzo-
ver deze bepalingen of wijzigingen door Xxxxx zijn aangewezen.
5.1.3. Indien drinkwaterinstallaties door middel van verschillende aansluitingen zijn aangesloten, mag tussen deze installaties geen verbinding bestaan, tenzij het bedrijf anders bepaalt.
5.1.4. Het bedrijf kan ter vermijding van hinder door de drinkwaterinstallatie en de daarvan deel uitmakende toestellen via het net van het bedrijf, voorschrijven dat door de verbruiker dan wel de aanvrager voorzieningen op diens kosten worden getroffen.
Artikel 5.2 Eisen voor toestellen en materialen
5.2.1. Toestellen en materialen mogen slechts dan in een drinkwaterinstallatie aanwezig zijn, indien zij niet in strijd komen met de grondslagen van NEN 1006 en de Regeling Materialen en Chemicaliën drink- en warmtapwatervoor- ziening3 en voldoen aan de voorschriften
die het bedrijf stelt.
5.2.2. Toestellen en materialen worden geacht aan de eisen bedoeld in artikel 5.2.1 te voldoen, indien zij rechtmatig van het Kiwa- of gelijk- waardig certificatiemerk zijn voorzien en ge- bruikt worden in door Kiwa of een gelijkwaar- dig instituut genoemde toepassingen.
Artikel 5.3 Beheer van drinkwaterinstallaties
5.3.1. De aanvrager/verbruiker is verplicht de drink- waterinstallatie op een zorgvuldige en doel- treffende wijze te beheren overeenkomstig het gestelde in Waterwerkblad 1.4 G, opdat deze installatie redelijkerwijs geen gevaar voor verontreiniging van het leidingnet van het be- drijf of het aan derden ter beschikking gestelde water oplevert. Deze verplichting geldt voor alle installaties, ongeacht de risicoklasse. Voor een installatie die op grond van de Vewin- publicatie “Advies over de indeling in risicoklas- sen van aansluitingen op het drinkwaternet”
is ingedeeld in risicoklasse 4 of 5, geldt dat de verbruiker aantoonbaar moet voldoen aan het gestelde in paragraaf 17 van het Waterwerk- blad 1.4 G.
2 Zoals bedoeld in de artikelen 21 lid 3c, 23, 25 lid 1, 29 Drinkwaterwet, artikel 20 Drinkwaterbesluit en artikel 1.8 Bouwbesluit 2012.
Hoofdstuk 6
Controle van drinkwater installaties
Artikel 6.1 Algemene bepalingen
6.1.1. Het bedrijf is te allen tijde bevoegd te contro- leren of de installatie of een gedeelte daarvan voldoet aan het bepaalde in of krachtens deze aansluitvoorwaarden.
6.1.2. Van de bevindingen van een controle wordt aan de aanvrager/verbruiker mededeling gedaan.
6.1.3. Indien een aanvrager/verbruiker bezwaren heeft tegen op grond van een controle ver- langde wijzigingen, dan kan hij deze bezwaren binnen tien werkdagen nadat hij van de ver- langde wijzigingen in kennis is gesteld, schrif- telijk ter kennis van het bedrijf brengen. Het bedrijf zal binnen tien werkdagen na ontvangst van de bezwaren, de aanvrager/verbruiker van zijn beslissing op de hoogte brengen. Indien de aanvrager/ verbruiker van deze mogelijkheid binnen de genoemde termijn geen gebruik maakt, wordt deze geacht geen bezwaren te hebben.
6.1.4. Voor controle van nieuwe installaties, controle op aanvraag en hercontrole kan het bedrijf kosten in rekening brengen, mits zulks is vast- gelegd in of bij deze aansluitvoorwaarden.
Artikel 6.2 Uitvoering van de controle
6.2.1. Indien het bedrijf zulks verlangt, is de aan- vrager/verbruiker verplicht bij een controle respectievelijk hercontrole aanwezig te zijn. De oproep daartoe zal ten minste drie werkdagen vóór het tijdstip waarop de controle respectie- velijk hercontrole zal plaatsvinden, ter kennis van de aanvrager/verbruiker worden gebracht.
6.2.2. De aanvrager/verbruiker moet door het bedrijf verlangde medewerking verlenen, opdat een goede controle of hercontrole van de installatie of een gedeelte daarvan mogelijk is.
6.2.3. Indien een controle of hercontrole niet of on- voldoende kan worden uitgevoerd omdat de aanvrager/verbruiker niet heeft voldaan aan zijn verplichtingen ingevolge 6.2.1 en 6.2.2, is hij aan het bedrijf het voor een hercontrole geldende bedrag verschuldigd.
Hoofdstuk 7
Slotbepalingen
Artikel 7.1 Naleving
Het bedrijf kan zo nodig verlangen dat de verbruiker of aanvrager aantoont dat aan het gestelde in deze aansluitvoorwaarden is voldaan.
Artikel 7.2 Afwijkingen
In bijzondere omstandigheden, zulks ter beoordeling van het bedrijf, kunnen door het bedrijf afwijkingen van het bepaalde in of krachtens deze aansluitvoor- waarden worden toegestaan, of kunnen door het bedrijf nadere eisen worden gesteld. Deze afwijkin- gen zullen schriftelijk worden vastgelegd.
Artikel 7.3 Uitleg
Omtrent de uitleg van het bepaalde in of krachtens deze aansluitvoorwaarden
alsmede in die gevallen waarin deze aansluitvoor- waarden niet voorzien, beslist het bedrijf.
Artikel 7.4 Aansprakelijkheid
Ten aanzien van aansprakelijkheid en de uitsluiting daarvan is het bepaalde in de Algemene Voorwaar- den Drinkwater PWN 2021, of de voorwaarden die daarvoor op enig moment in de plaats komen, on- verkort van toepassing.
Artikel 7.5 Titel
Deze aansluitvoorwaarden kunnen worden aangehaald onder de titel: “Aansluitvoorwaarden Drinkwater PWN 2021”.
Artikel 7.6 Inwerkingtreding
Deze aansluitvoorwaarden treden in werking met in- gang van 1 augustus 2021. De Aansluitvoorwaarden Drinkwater 2017 komen op die datum te vervallen.
Deze aansluitvoorwaarden kunnen worden gedown- load van de website xxx.xxx.xx/xxxxxxxxxxxx- waarden en zijn op aanvraag kosteloos verkrijgbaar.
Artikel 7.7 Overgangsbepaling
Voor installaties die op het tijdstip waarop deze aansluitvoorwaarden in werking treden reeds op het net van het bedrijf zijn aangesloten, kan het bedrijf onder door hem vast te stellen voorwaarden en
voor een door hem vast te stellen termijn geheel of gedeeltelijk ontheffing verlenen van het bepaalde in of krachtens deze aansluitvoorwaarden.