Algemene verhuurvoorwaarden
Algemene verhuurvoorwaarden
Vastgesteld door: Fahner rental en sales, gevestigd te Ede. Gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel (nummer: 55358594)
Artikel 1. Toepasselijkheid.
1. De algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle aanbiedingen, aanvaardingen, overeenkomsten en andere handelingen, die betrekking hebben op de ter beschikking stelling van een huurobject en het in verband daarmee verlenen van diensten door verhuurder.
2. Afwijkingen en/of aanvullingen op de algemene voorwaarden gelden slechts indien zij schriftelijk tussen verhuurder en huurder zijn overeengekomen, en gelden bovendien uitsluitend voor de huurovereenkomst waarbij de afwijkende bepalingen worden gemaakt. De toepasselijkheid van enige andere algemene voorwaarden of bepalingen is uitgesloten, behoudens voor zover die algemene voorwaarden bedingen door verhuurder schriftelijk en uitdrukkelijk zijn aanvaard.
3. De algemene voorwaarden gelden ook voor andere huurovereenkomsten, inclusief vervolg- of aanvullende overeenkomsten, waarbij huurder en verhuurder, dan wel hun rechtsopvolger(s), partij zijn.
Artikel 2. Aanbiedingen.
1. Tenzij uitdrukkelijk anders aangegeven, zijn alle aanbiedingen van verhuurder, in welke vorm ook gedaan, vrijblijvend. Een vrijblijvend aanbod van verhuurder kan door verhuurder worden herroepen, ook nog binnen 10 (tien) werkdagen nadat verhuurder de aanvaarding door huurder heeft ontvangen.
2. Opgaven en specificaties van verhuurder betreffende maat, capaciteit, prestatie of resultaten worden slechts bij benadering verstrekt.
3. Voor zover huurder enige prestatie verricht en/of voorbereidingen daartoe treft, in de kennelijke verwacht- ing of veronderstelling dat een huurovereenkomst tot stand zal komen of is gekomen, doet huurder dat voor eigen rekening en risico.
Artikel 3. Huurprijs en zekerheid.
1. Alle prijzen van de zijde van verhuurder zijn exclusief BTW. De verschuldigde BTW wordt apart in rekening gebracht.
Voor zover voor het ter beschikking stellen van het huurobject door verhuurder kosten moeten worden gemaakt, bijvoorbeeld transportkosten, brandstoffen, etc kan verhuurder deze ook apart aan huurder in rekening brengen.
2. Indien storting door huurder van een waarborgsom is overeengekomen, kan verhuurder het ter beschikking stellen van huurobject opschorten totdat de waarborgsom ten volle is voldaan. De waarborgsom wordt terugbetaald aan huurder na het einde van de huurovereenkomst, zonder vergoeding van rente en onder verrekening met hetgeen verhuurder aan huurder uit welke hoofde ook te vorderen heeft.
3. Indien naar het redelijke oordeel van verhuurder de financiële positie van huurder daartoe aanleiding geeft, is huurder verplicht op eerste verzoek van verhuurder onverwijld (al dan niet aanvullende) zekerheid ten genoegen van huurder te stellen voor de nakoming van de verplichtingen van huurder uit hoofde van de huurovereenkomst. Laat huurder na tijdig genoegzame zekerheid te stellen dan is de verhuurder gerechtigd de huurovereenkomst met onmiddellijke ingang op te zeggen zonder tot enige schadevergoeding gehouden te zijn.
Artikel 4. Betaling.
1. Hetgeen huurder aan verhuurder verschuldigd is, dient hij tijdig te voldoen hetzij contant bij verhuurder, hetzij door overboeking naar een door verhuurder aan te geven bank- of girorekening. Een girale betaling geldt slechts dan als tijdig verricht, indien het verschuldigde uiterlijk op de daarvoor overeengekomen datum is bijgeschreven op de bank- of girorekening in de vorige zin bedoeld.
2. Indien en voorzover (enig deel van de) huurprijs niet uiterlijk op de overeengekomen datum is ontvangen, is verhuurder onverminderd zijn recht op nakoming te vorderen gerechtigd: (a) aan huurder met ingang van die datum rente van 1,5% per maand over (dat deel van) de huurprijs in rekening te brengen, bij de berek- ening waarvan een gedeelte van een maand wordt aangemerkt als een gehele maand en (b) de nakoming van zijn verplichtingen uit hoofde van alle met huurder gesloten huurovereenkomsten op te schorten. Indien huurder ook na een schriftelijke aanmaning nalaat binnen de hem gestelde nadere termijn hetgeen hij aan verhuurder verschuldigd is ten volle te voldoen, is verhuurder voorts gerechtigd de overeenkomst met onmid- dellijke ingang te ontbinden. Verhuurder kan alle kosten, die hij in of buiten recht tot behoud van zijn rechten tegenover huurder moet maken, aan huurder in rekening brengen. De buitengerechtelijke incassokosten bedragen per optreden van verhuurder tegen huurder minimaal€ 1135,--.
3. Een betaling van huurder wordt eerst geboekt ten laste van eventueel verschuldigde rente, daarna ten laste van kosten, die verhuurder in verband met tekortschieten van huurder onder de huurovereenkomst heeft moeten maken, en pas daarna ten laste van verschuldigde huurtermijnen, waarbij de eerst vervallen termijn voorgaat boven de laatst vervallen termijn. Een en ander geldt voor zover verhuurder niet anders bepaalt.
4. Tenzij uitdrukkelijk en schriftelijk anders is overeengekomen, is het huurder niet toegestaan op een betaling enige korting, aftrek of verrekening toe te passen.
Artikel 5. Ter beschikkingstelling en acceptatie van het huurobject.
1. Tenzij uitdrukkelijk en schriftelijk anders is overeengekomen, vervalt de ter beschikkingstelling van het huur- object door verhuurder aan huurder op het daartoe overeengekomen tijdstip plaats bij die bouwplaats, stalling of dat magazijn van verhuurder, die, respectievelijk dat, verhuurder aangeeft. Verhuurder geraakt ter zake van het ter beschikking stellen van het huurobject tegenover huurder pas in verzuim, indien hij het ter beschikking stellen ook nalaat na het verstrijken van een alle omstandigheden in aanmerking genomen redelijke nadere termijn, die hem na de oorspronkelijke termijn schriftelijk is gesteld.
2. Indien huurder het gehuurde niet op het overeengekomen tijdstip afneemt en dat niet aan verhuurder is toe te rekenen, geraakt huurder reeds daardoor in verzuim. Onverminderd zijn recht op vergoeding van alle kosten en schade in verband met de eerste niet-afname, is verhuurder gerechtigd om de huurovereenkomst zonder rechterlijke tussenkomst met onmiddellijke ingang te ontbinden, indien huurder het huurobject ook niet afneemt voor of op het tweede tijdstip dat verhuurder aan huurder heeft aangezegd.
3. Bij het in ontvangst nemen van het huurobject althans onverwijld daarna dient huurder zorgvuldig het huurobject op deugdelijkheid, gaafheid en volledigheid te onderzoeken. Indien huurder daarbij gebreken of tekorten ontdekt, dient hij deze uiterlijk binnen drie werkdagen na ontdekking schriftelijk aan verhuurder te melden. Gebreken, die huurder niet tijdig ontdekt omdat hij nagelaten heeft het huurobject bij althans
onverwijld na het in ontvangst nemen zorgvuldig op deugdelijkheid, gaafheid en volledigheid te onderzoeken, of gebreken, die huurder niet tijdig aan verhuurder schriftelijk heeft gemeld, kunnen geen grond vormen voor mindering van de huurprijs, ontbinding van de huurovereenkomst of vergoeding van schade.
Artikel 6. Gebruik.
1. Huurder is verplicht het huurobject te gebruiken als een goed huurder, hetgeen onder meer inhoudt:
a) dat huurder het huurobject alleen gebruikt voor het doel waarvoor het gehuurd is en binnen dat kader verder naar zijn aard geschikt is;
b) dat huurder het huurobject gebruikt met inachtneming van de aanwijzingen, die verhuurder hem door middel van instructieboeken e.d. of anderszins verstrekt;
c) dat huurder het huurobject doorlopend inspecteert op de goede werking en voor zover niet anders is overeengekomen, tijdig het benodigde dagelijks onderhoud voor behoud van de goede werking geeft, een en ander conform de specificatie van de fabrikant, indien beschikbaar;
d) dat huurder alle redelijke maatregelen treft ter voorkoming van beschadiging en/of verlies van het huurob- ject, de huurder dient het materieel verplicht te verzekeren via verhuurder en de huurder betaald hiervoor een bijdrage aan de verhuurder;
e) dat huurder het huurobject niet verhuist of verplaatst van de locatie waarop het huurobject op basis van de huurovereenkomst bestemd is te worden gebruikt, dan nadat drie (3) dagen van te voren toestemming daartoe van de verhuurder is verkregen.
2. Indien voor het gebruik van het huurobject een vergunning nodig is, draagt, tenzij uitdrukkelijk anders is overeengekomen, huurder zorg voor tijdige verkrijging van de vergunning.
3. Het is huurder verboden het huurobject in huur, onderhuur, gebruik of anderszins aan derden ter beschik- king te stellen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van verhuurder.
4. Indien verhuurder de beschikking over het huurobject wenst te hebben voor keuring, onderhoud of reparatie geeft huurder hieraan onverwijld na een daartoe strekkend verzoek zijn volledige medewerking, die onder meer inhoudt dat huurder desverzocht daartoe een geschikte en veilige werkplek beschikbaar stelt conform de geldende Arbo- en milieuvoorschriften.
Artikel 7. Beslag: aanspraak van derden.
1. Indien op het huurobject beslag wordt gelegd (of dreigt te worden gelegd), danwel derden ten aanzien van het huurobject aanspraak doen gelden, is huurder verplicht verhuurder hiervan onverwijld kennis te geven. Huurder dient verder overeenkomstig de alsdan door verhuurder te geven instructies te handelen. Verhuurder is gerechtigd een vervangend gelijkwaardig huurobject aan huurder ter beschikking te stellen.
Artikel 8. Gebreken.
1. Onverminderd het in artikel 5 punt 3 bepaalde, dient huurder, indien hij tijdens de huur aan het huurobject gebreken, tekorten of beschadigingen ontdekt, deze onverwijld en in ieder geval binnen drie werkdagen schriftelijk aan verhuurder te melden. Gebreken, tekorten of beschadigingen die niet tijdig schriftelijk zijn ge- meld, kunnen geen grond vormen voor vermindering van de huurprijs, ontbinding van de huurovereenkomst of vergoeding van schade door verhuurder.
2. na ontdekking van een gebrek, te kort of beschadiging aan het huurobject, zet huurder het gebruik ervan niet voort dan na overleg met verhuurder. Laat huurder (tijdig) overleg met verhuurder na, dan komt of blijft de schade als gevolg van voortgezet gebruik voor rekening aan huurder.
3. Verhuurder zal, nadat door huurder een gebrek, tekort of beschadiging aan het huurobject gemeld is en gebleken is dat herstel met het oog op het verdere gebruik of het behoud van het huurobject geboden is, het gebrek, het tekort of de beschadiging – gelet op de aard van het gebrek, het tekort of de beschadiging en de beschikbare mankracht en het beschikbare materiaal – zo spoedig mogelijk door reparatie opheffen. Huurder stelt het te herstellen huurobject op verzoek van verhuurder onverwijld ter beschikking van verhuurder op een door deze aan te geven plaats. Huurder laat in geen geval zonder voorafgaande instemming van verhuurder een reparatie door een derde uitvoeren. Verhuurder kan aan huurder al dan niet tijdelijk een vervangend geli- jkwaardig huurobject ter beschikking stellen. De kosten van het herstel komen voor rekening van verhuurder, behoudens indien voor zover verhuurder aantoont dat het gebrek, het tekort of de beschadiging aan huurder is toe te rekenen. Aan huurder is in ieder geval toe te rekenen (I) gebruik van het huurobject, dat geen gebruik als van een goed huurder vormt, of (II) toedoen of nalaten van derden voor wie verhuurder rechtens geen verantwoordelijkheid draagt.
4. Indien huurder als gevolg van een gebrek, tekort of beschadiging aan het huurobject, dat/die niet (mede) aan hem is toe te rekenen, het huurobject meer dan één (1) werkdagen in het geheel niet kan gebruiken, heeft hij het recht op vermindering van de huurprijs in die zin dat hij geen huur verschuldigd is voor de dagen dat hij na genoemde termijn van het huurobject in het geheel geen gebruik kan maken.
5. Indien (I) verhuurder ook na een schriftelijke aanmaning van huurder daartoe, waarbij een – gelet op de aard van het gebrek, het tekort of de beschadiging, de beschikbare mankracht en het beschikbare materiaal – een redelijke termijn voor reparatie is gesteld, er niet in is geslaagd het gebrek, het tekort of de beschadiging op te heffen, (II) vanwege de aard van het gebrek, het tekort of de beschadiging verder gebruik van het huurobject door huurder in redelijkheid niet van hem kan worden verlangd, en (III) er door verhuurder geen vervangend gelijkwaardig huurobject ter beschikking is gesteld, dan is huurder gerechtigd de huurovereen- komst te ontbinden. Huurder is echter niet tot ontbinding gerechtigd, zolang hij niet naar het oordeel van verhuurder genoegzame zekerheid voor de voldoening van de kosten van herstel heeft verstrekt, indien verhuurder daarom op de voet van het bepaalde in artikel 8 punt 3, laatste zin, heeft verzocht.
Artikel 9. Verlies of vergaan van het huurobject.
1. Huurder dient een eventueel geheel of gedeeltelijk verlies (het uit zijn macht geraken) of geheel of gedeeltelijk vergaan in fysieke zin van het huurobject onverwijld na ontdekking ervan aan verhuurder te melden en verder aan verhuurder alle medewerking, die deze in verband met het verlies of het vergaan behoeft, te verlenen. Van een vergaan is mede sprake, indien de kosten van herstel van een beschadiging aan het huurobject naar het oordeel van verhuurder de huurwaarde op dat moment van het huurobject in het economisch verkeer overtreffen.
2. Tenzij verhuurder na de melding van het verlies of het vergaan van het huurobject een vervangend geli- jkwaardig huurobject ter beschikking stelt, eindigt de huurovereenkomst in geval van verlies of vergaan van het huurobject. Indien echter in geval van gedeeltelijk verlies of gedeeltelijk vergaan van het huurobject het resterend gedeelte van het huurobject wil blijven gebruiken, wordt de huurovereenkomst voortgezet tegen een verminderde huurprijs. Tenzij partijen anders overeenkomen, wordt de huurprijs verminderd in dezelfde mate als waarin de huurwaarde van het gehele huurobject in het economisch verkeer door het gedeeltelijke verlies of vergaan is verminderd.
3. Indien het verlies of het vergaan het gevolg is van een omstandigheid, die rechtens aan huurder is toe te rekenen – wat bijvoorbeeld het geval is bij gebruik van huurobject dat niet gebruik als een goed huurder is -, komt schade die verhuurder dientengevolge lijdt voor rekening van huurder.
Artikel 10. Teruggave na einde huurovereenkomst.
1. Tenzij uitdrukkelijk en schriftelijk anders is overeengekomen, geeft huurder het huurobject gereinigd en – afgezien van normale slijtage van het huurobject bij gebruik als goed huurder – in de oorspronkelijke
staat terug aan verhuurder door het huurobject aan verhuurder ter beschikking te stellen op de plaats waar verhuurder het huurobject aan huurder ter uitvoering van de huurovereenkomst ter beschikking heeft gesteld en dat niet later dan op de dag, waarop de huurovereenkomst door het verstrijken van de overeengekomen huurtermijn of anderszins eindigt. 2. Voorts geeft huurder, op de wijze en op het tijdstip als omschreven in artikel 10 punt 1, aan verhuurder terug de onderdelen van het huurobject die tijdens de huurperiode mochten zijn vrijgevallen, onder meer als gevolg van onderhoud door huurder verricht.
3. Stelt huurder het huurobject niet ter beschikking op de voor hem geldende plaats en datum, dan geraakt huurder in verzuim zonder dat enige ingebrekestelling of aanmaning van de zijde van verhuurder vereist is. Huurder verbeurt alsdan een boete ten bedrage van, indien niet anders is overeengekomen, drie (3) % van de prijs (exclusief BTW) voor aankoop van een gelijk of gelijkwaardig huurobject, voor iedere dag dat huurder
tekortschiet in de nakoming van de verplichting om het huurobject op de voor hem geldende plaats en tijdstip ter beschikking te stellen. Naast de boete heeft verhuurder recht op volledige vergoeding van alle schade,
die verhuurder lijdt als gevolg van het tekortschieten door huurder in de nakoming van de verplichting om het huurobject op de voor hem geldende plaats en tijdstip ter beschikking te stellen. Voorts is verhuurder alsdan gerechtigd, en door huurder uitdrukkelijk gemachtigd, om de plaats te betreden waar het huurobject zich bevindt, ten einde het huurobject onder zich te nemen. Ook de daaraan verbonden kosten komen voor rekening van de huurder.
4. Indien na teruggave blijkt dat het huurobject is beschadigd of niet is gereinigd, dan is huurder aansprakelijk voor de schade en kosten, die daardoor voor verhuurder ontstaan, tenzij huurder aantoont dat de beschadig- ing, of het niet schoon zijn het gevolg is van omstandigheden, die hem niet zijn toe te rekenen.
Artikel 11. Opzegging huurovereenkomst.
1. Verhuurder is bevoegd de huurovereenkomst met onmiddellijke ingang op te zeggen, indien:
a) ten aanzien van huurder om surseance van betaling, danwel het uitspreken van het faillissement is verzocht;
b) op (enig onderdeel van) het vermogen van huurder beslag is gelegd;
c) de onderneming van huurder (grotendeels) wordt stilgelegd, gestaakt of geliquideerd;
d) de huurder zijn terrein of vestiging zonder voorafgaande schriftelijke kennisgeving (grotendeels) ontruimt of kennelijk permanent verlaat;
e) dan wel zich enig andere omstandigheid voordoet, die bij de verhuurder redelijke twijfel kan doen rijzen omtrent de nakoming door huurder van zijn verplichtingen uit hoofde van de huurovereenkomst.
Artikel 12. Aansprakelijkheid van verhuurder voor schade. Alles schades zijn voor rekening huurder
Artikel 13. Hoofdelijkheid.
1. Indien huurder uit meer dan één (rechts)persoon bestaat gedurende enig moment van de looptijd van de huurovereenkomst, zijn elk van deze (rechts)personen hoofdelijk verbonden jegens verhuurder voor de uit de huurovereenkomst voortvloeiende verplichtingen.
Artikel 14. Overdracht rechten en verplichtingen.
Huurder kan rechten of verplichtingen uit de huurovereenkomst alleen met voorafgaande schriftelijke toe- stemming van verhuurder overdragen aan respectievelijk doen overnemen voor een derde. Verhuurder kan de toestemming onder voorwaarden verlenen.
Artikel 15. Toepasselijk recht en bevoegde rechter.
1. Op de huurovereenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.
2. Alle geschillen die over of naar aanleiding van de huurovereenkomst ontstaan, geschillen over het bestaan en geldigheid daarvan daaronder begrepen, zullen worden beslecht door de bevoegde rechter in Nederland of België. Zulks belet partijen evenwel met in onderling overleg een gerezen geschil aan een scheidsgerecht te onderwerpen, welk in dat geval zal worden benoemd overeenkomstig de regelen gegeven in de Statuten van de Raad van Arbitrage voor Metaalnijverheid en –Handel te ’s-Gravenhage en welk, met inachtneming van de Statuten van die Raad uitspraak zal doen