Praktijkovereenkomst Beroepsonderwijs
Praktijkovereenkomst Beroepsonderwijs
Ingaande schooljaar 2016/2017 Versie 1.1 d.d. 03.03.16
Inhoud
1 Opleidingsblad praktijkovereenkomst (versie 1) 3
2 Algemene voorwaarden praktijkovereenkomst 5
3 Addendum: wijziging opleidingsblad praktijkovereenkomst 8
Opleidingsblad praktijkovereenkomst (versie 1)
Dit opleidingsblad wordt gebruikt voor de eerste inschrijving van de deelnemer)
Ondergetekenden:
De onderwijsinstelling:
Stichting ROC West-Brabant, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de directeur van het instituut:
• Naam instituut :
• Directeur :
En de deelnemer:
• Naam :
• Straat + huisnummer :
• Postcode + woonplaats :
• Geboortedatum en –plaats : :
• Studentnummer :
En de praktijkbiedende organisatie:
• Naam :
• Leerbedrijf ID :
• Adres :
• Postcode + plaats :
Komen als volgt overeen:
Artikel 1 Opleidingsblad en algemene voorwaarden
1.1 Dit opleidingsblad vormt samen met de algemene voorwaarden de tussen partijen gesloten praktijkovereenkomst. Voor zover daarvan in dit opleidingsblad niet wordt afgeweken, zijn de algemene voorwaarden van toepassing. Deze algemene voorwaarden zijn beschikbaar via xxx.xxxxx.xx. Als het instituut het opleidingsblad voor de tweede of daaropvolgende keer uitgeeft, hoeft deze door partijen niet opnieuw ondertekend te worden. Het nieuwe opleidingsblad wordt geacht alsdan het voorgaande opleidingsblad te vervangen.
1.2 Het instituut schrijft de deelnemer in voor een door de praktijkbiedende organisatie verzorgde beroepspraktijkvorming.
Artikel 2 Duur en omvang van de beroepspraktijkvorming (bpv)
• De bpv begint op …………-………………-……………....
• De bpv eindigt op …………- (met inachtneming van het bepaalde in
artikel 13 van de praktijkovereenkomst).
• Totaal aantal te volgen bpv-uren: Indien van toepassing:
• Verdeling bpv-uren over de studiejaren: zie Onderwijs- en Examenregeling
• Werklokatie :
Adres :
Postcode + plaats :
Artikel 3 Inhoud bpv
Crebocode BOL/BBL Beoogd niveau
Domein …………… ……………. ………… ……………….
Of:
Kwalificatiedossier ……………. ……………. …………. ……………….
Of:
Kwalificatie ……………. …………… …………. ………………..
Bpv in het kader van een keuzedeel: Naam keuzedeel 1:
Identificatiecode keuzedeel 1:
Datum begin bpv keuzedeel 1: Geplande einddatum bpv keuzedeel 1:
Totaal aantal te volgen bpv-uren keuzedeel 1:
Naam keuzedeel 2:
Identificatiecode keuzedeel 2:
Datum begin bpv keuzedeel 2: Geplande einddatum bpv keuzedeel 2:
Totaal aantal te volgen bpv-uren keuzedeel 2:
Artikel 4 Begeleiding
1. Naam praktijkopleider: ...........................................................................
De praktijkopleider, aangewezen door de praktijkbiedende organisatie, is belast met het begeleiden van de deelnemer op de plaats waar de beroepspraktijkvorming wordt verricht.
2. Naam praktijkbegeleider: .................................................................................
De praktijkbegeleider, aangewezen door de onderwijsinstelling, ziet er op toe dat de begeleiding en de ontwikkeling van de deelnemer in de beroepspraktijkvorming zich voltrekt volgens de afgesproken werkwijze in de regeling met betrekking tot het onderwijs en de examinering.
Artikel 5 Ondertekening
5.1 De deelnemer en de praktijkbiedende organisatie verklaren door ondertekening kennis te hebben genomen van en in te stemmen met de algemene voorwaarden die deel uitmaken van deze praktijkovereenkomst. Het instituut verklaart door ondertekening van deze overeenkomst de in de algemene voorwaarden opgenomen verplichtingen te zullen nakomen.
3.2 De deelnemer verklaart door ondertekening van deze overeenkomst kennis te hebben genomen van de documenten waar in deze overeenkomst naar wordt verwezen, dan wel de documenten die onderdeel uitmaken van of als bijlage bij deze overeenkomst zijn gevoegd, te hebben ontvangen dan wel te hebben ingezien.
3.3 Als de deelnemer minderjarig is, ondertekent zijn/haar ouder(s)/wettelijk vertegenwoordiger(s) deze overeenkomst ook.
Aldus overeengekomen en in drievoud opgemaakt:
Plaats : ..........................................................................
Datum : ..........................................................................
De onderwijsinstelling, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de instituutsdirecteur: Naam en voorletters : ............................................
Directeur van : ............................................
Handtekening : ............................................
Datum : ……………………………...
De praktijkbiedende organisatie, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door: Naam en voorletters : .............................
Functie : ...................................…………
Handtekening :..………………………….
Datum : ...................................…………
(ingeval de werkgever een ander is dan de praktijkbiedende organisatie) De werkgever:
te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door:
Naam en voorletters : ...................................
Functie : ........................................................
Handtekening :……………………………..
Datum : .........................................................
De deelnemer:
Naam en voorletters : .....................................
Handtekening :………………………………
Datum : ..........................................................
Bij minderjarigheid deelnemer zijn/haar wettelijk vertegenwoordiger: Naam en voorletters : .....................................
Handtekening :………………………………
Datum : ..........................................................
2. Algemene voorwaarden praktijkovereenkomst
Artikel 6 Randvoorwaarden
1. De studentenraad van ROC West-Brabant heeft ingestemd met de model praktijkovereenkomst van Stichting ROC West-Brabant en de bijbehorende algemene voorwaarden.
2. Deze overeenkomst wordt gesloten tussen deelnemer, het instituut en de praktijkbiedende organisatie, in deze overeenkomst ook wel aangeduid als “partijen”en wordt beheerd door de instelling.
3. De deelnemer is ingeschreven bij de instelling op grond van een onderwijsovereenkomst.
4. De praktijkbiedende organisatie beschikt op de datum van ondertekening van de praktijkovereenkomst over een gunstige beoordeling van de SBB als bedoeld in artikel 7.2.10 van de WEB.
Artikel 7 Aard van de overeenkomst
1. De Algemene voorwaarden vormen samen met het opleidingsblad de praktijkovereenkomst als bedoeld in artikel 7.2.8 van de Wet educatie en beroepsonderwijs.
2. In deze overeenkomst staan de algemene rechten en plichten van partijen. Bepalingen die specifiek gaan over de door de deelnemer te volgen beroepspraktijvorming staan in het opleidingsblad. Het opleidingsblad is een onlosmakelijk onderdeel van deze overeenkomst. Overal waar in deze overeenkomst “opleiding” staat, wordt de opleiding bedoeld zoals vermeld op het opleidingsblad.
3. De opleidingsgegevens zoals opgenomen in artikel 2 en 3 van het opleidingsblad kunnen gedurende de opleiding met wederzijdse instemming van partijen worden gewijzigd of aangevuld. De opleidingsgegevens kunnen alleen worden gewijzigd op verzoek en met instemming van de deelnemer, al dan niet via, in of na overleg met of op advies van een functionaris van de instelling op verzoek van de deelnemer doorgevoerd. De instelling kan de deelnemer hierin altijd actief adviseren. Het opleidingsblad wordt dan gedurende de looptijd vervangen door een nieuw opleidingsblad, dat de instelling schriftelijk (op papier of digitaal) stuurt naar de deelnemer of bij minderjarigheid naar zijn ouder(s)/wettelijk vertegenwoordiger(s).
4. Als de deelnemer of bij minderjarigheid diens ouder(s)/wettelijk vertegenwoordiger(s), niet akkoord gaan met de inhoud van het nieuwe opleidingsblad al dan niet omdat de aangepaste opleidingsgegevens niet correct zijn weergegeven, dan moet de deelnemer (dan wel bij minderjarigheid diens ouder(s) of wettelijk vertegenwoordiger(s)) dit binnen tien werkdagen schriftelijk aan de instelling doorgeven. De opleidingsgegevens worden alsdan gecorrigeerd. In dit geval blijft de deelnemer de opleiding volgen zoals vermeld op het vorige opleidingsblad. Als de deelnemer niet of niet binnen de afgesproken termijn reageert, vervangt het nieuwe opleidingsblad het vorige opleidingsblad en wordt daarmee een onlosmakelijk onderdeel van de praktijkovereenkomst.
Artikel 8 Te realiseren kwalificaties en beoordeling
1. Uitgangspunten voor de beroepspraktijkvorming zijn de door de onderwijsinstelling gehanteerde regeling met betrekking tot het onderwijs en de examinering en alle voor de opleidingen geldende landelijke, regionale of lokale kwalificaties. Aan de beroepspraktijkvorming ligt een inhoudelijk plan voor de beroepspraktijkvorming ten grondslag dat in de regeling met betrekking tot het onderwijs en de examinering is opgenomen, of waarnaar wordt verwezen. Deze regeling is voor elke deelnemer op een toegankelijke plaats in te zien.
2. De onderwijsinstelling beoordeelt of de deelnemer de kwalificaties heeft gerealiseerd. Indien van toepassing betrekt de instelling bij de beoordeling het oordeel van de praktijkbiedende organisatie, met inachtneming van de betreffende door de onderwijsinstelling gehanteerde regeling met betrekking tot het onderwijs en examinering. De procedure van de beoordeling en de wijze van examinering van de te realiseren kwalificaties beroepspraktijkvorming staan beschreven in voornoemde onderwijs- en examenregeling van de opleiding en staan tevens vermeld in de opdrachten beroepspraktijkvorming.
3. Van de opleiding op basis van de herziene kwalificatiedossiers maken keuzedelen een onlosmakelijk onderdeel uit. Het volgen van keuzedelen en het afsluiten met een examen is een verplicht onderdeel van de opleiding. De student kiest bij aanvang van of gedurende de opleiding keuzedelen. Dit wordt vastgelegd in de onderwijsovereenkomst. De student kan kiezen voor een keuzedeel dat in de beroepspraktijkvorming wordt ingevuld. In dat geval wordt dit geregistreerd op het opleidingsblad praktijkovereenkomst. Er kunnen meerdere keuzedelen bij één praktijkbiedende organisatie worden gevolgd, al dan niet aanvullend op de lopende praktijkovereenkomst.
Artikel 9 Gedragsregels
1. De deelnemer is verplicht de binnen de praktijkbiedende organisatie in het belang van de orde, veiligheid en gezondheid gegeven regels, (kleding)voorschriften en aanwijzingen in acht te nemen.
2. De praktijkbiedende organisatie stelt de deelnemer van deze regels in kennis. De artikelen 14 en 15 uit de onderwijsovereenkomst tussen de onderwijsinstelling en de deelnemer inzake strafbepalingen zijn van overeenkomstige toepassing.
3. De deelnemer is verplicht alles geheim te houden wat hem/haar onder geheimhoudingsplicht wordt toevertrouwd of wat hem/haar als geheim ter kennis is gekomen of waarvan hij/zij het vertrouwelijk karakter redelijkerwijs moet begrijpen.
4. In geval van absentie tijdens de beroepspraktijkvorming gelden voor de deelnemer de bepalingen zoals deze zijn opgenomen in artikel 10 van de onderwijsovereenkomst. Tevens is de deelnemer verplicht in het geval van absentie en bij terugkomst na absentie de praktijkopleider alsmede de praktijkbegeleider onverwijld hiervan op de hoogte te stellen.
Artikel 10 Praktijktijd en verlof
1. De dagelijkse praktijktijd is voor de deelnemer in overeenstemming met de arbeidstijd die geldt voor de plaats waar hij/zij is geplaatst, tenzij anders wordt overeengekomen en voor zover niet in strijd met de Arbeidstijdenwet.
2. Ten aanzien van vrijaf en verlof gelden voor de deelnemer die de status heeft van werknemer de bepalingen zoals deze zijn opgenomen in de arbeidsvoorwaarden geldende voor de praktijkbiedende organisatie. Ten aanzien van vrijaf en verlof gelden voor de deelnemer die de status heeft van stagiair de bepalingen zoals deze zijn opgenomen in de vakantieregeling voor deelnemers van de onderwijsinstelling, tenzij de deelnemer en de praktijkbiedende organisatie anders overeen komen.
3. De praktijkbiedende organisatie stelt de deelnemer in de gelegenheid deel te nemen aan toetsen of examens van de onderwijsinstelling die tijdens de periode van de beroepspraktijkvorming plaatsvinden.
Artikel 11 Aansprakelijkheid en verzekeringen
2. De onderwijsinstelling vrijwaart de praktijkbiedende organisatie tegen eventuele aanspraken van derden op grond van artikel 6:170 BW wegens fouten van de deelnemer tijdens de uitoefening van de beroepspraktijkvorming voor de praktijkbiedende organisatie.
3. De onderwijsinstelling is aansprakelijk voor schade toegebracht aan de praktijkbiedende organisatie door een onrechtmatige daad van de deelnemer tijdens de uitoefening van de beroepspraktijkvorming voor de praktijkbiedende organisatie. Deze vrijwaring en aansprakelijkheid geldt uitsluitend en indien en voor zover de aansprakelijkheidsverzekering van de praktijkbiedende organisatie daarvoor geen dekking biedt.
4. Er is geen dekking wanneer de schade is toegebracht met of door een motorvoertuig. Ten behoeve van studenten ‘Motorvoertuigtechniek’ is er wel een dekking voor schade die is toegebracht met of door een motorvoertuig. Daarbij zij opgemerkt dat de dekking van schade aan motorvoertuigen is beperkt tot een verzekerd bedrag van € 12.500,00 en niet van toepassing is indien de schade op de openbare weg is ontstaan. Nadrukkelijk wordt gesteld dat dit geen dekking is in de zin van de WAM (Wet aansprakelijkheidsverzekering Motorvoertuigen).
5. De onderwijsinstelling is niet aansprakelijk voor schade die tijdens of in verband met de beroepspraktijkvorming door de deelnemer aan de praktijkbiedende organisatie of aan derden is toegebracht. Uitsluitend ingeval de verzekering van de praktijkbiedende organisatie niet toereikend is of niet tot uitkering overgaat, zal worden bezien of de geleden schade onder de dekking valt van de door de onderwijsinstelling afgesloten (secundaire) verzekeringen. Dit laat de aansprakelijkheid van de praktijkbiedende organisatie onverlet. De onderwijsinstelling heeft zowel een secundaire aansprakelijkheidsverzekering, alsmede een ongevallenverzekering ten behoeve van haar
1 De werkgever is verplicht de lokalen, werktuigen en gereedschappen waarin of waarmee hij de arbeid doet verrichten, op zodanige wijze in te richten en te onderhouden, alsmede voor het verrichten van de arbeid zodanige maatregelen te treffen, aanwijzingen te verstrekken als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat de medewerker in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt (Burgerlijk Wetboek, boek 7, artikel 658 lid 1).
deelnemers afgesloten.
6. De praktijkbiedende organisatie is verzekerd tegen het financiële risico van wettelijke bedrijfsaansprakelijkheid, ook tegenover deelnemer/stagiaires. De onderwijsinstelling sluit ten behoeve van de deelnemer een verzekering af tegen de risico’s van wettelijke aansprakelijkheid. Dit betreft een secundaire dekking, als gevolg waarvan de aansprakelijkheid van de praktijkbiedende organisatie voorgaat (primaire dekking).
7. De onderwijsinstelling en de praktijkbiedende organisatie kunnen niet aansprakelijk gesteld worden voor diefstal, verduistering, verlies en/of beschadiging van eigendommen of bezittingen van de deelnemer op de plaats waar de beroepspraktijkvorming wordt verricht, dan wel voor schade die de deelnemer lijdt ingeval van schorsing en/of verwijdering als bedoeld in de artikelen 14 en 15 van de onderwijsovereenkomst.
8. De onderwijsinstelling is maximaal aansprakelijk tot de verzekerde bedragen van de afgesloten aansprakelijkheidsverzekering.
Artikel 12 Nadere afspraken
De praktijkbiedende organisatie en de deelnemer kunnen onderling al dan niet algemeen geldende, al dan niet in een overeenkomst vast te leggen afspraken maken over zaken zoals:
• Aparte voorzieningen voor bepaalde groepen deelnemers;
• Taken en werkzaamheden van de deelnemer;
• Werk- en arbeidstijden van de deelnemer (indien wordt afgeweken van artikel 6 lid 1 van deze overeenkomst);
• Verlofregeling van de deelnemer (indien wordt afgeweken van artikel 6 lid 2 van deze overeenkomst);
• Vergoedingen van de deelnemer.
Artikel 13 Einde overeenkomst
Deze overeenkomst eindigt:
1. door het verstrijken van de termijn waarvoor de beroepspraktijkvorming als bedoeld in artikel 2 van deze overeenkomst is aangegaan, dan wel op het moment dat een overstap naar een andere opleiding binnen de onderwijsinstelling wordt gemaakt;
2. na afronding van het examen of de examens van de opleiding waarop deze overeenkomst betrekking heeft;
3. door het (be)eindigen van de onderwijsovereenkomst tussen onderwijsinstelling en deelnemer;
4. indien van de deelnemer die de status van werknemer heeft de arbeidsovereenkomst tussen hem/haar en de praktijkbiedende organisatie wordt verbroken;
5. indien de deelnemer de onderwijsinstelling (voortijdig) verlaat dan wel de deelnemer door de onderwijsinstelling is uitgeschreven;
6. bij onderling goedvinden, nadat een gesprek hierover heeft plaatsgevonden tussen deelnemer, praktijkopleider, praktijkbegeleider en eventueel een vertegenwoordiger van het betreffende kenniscentrum. Deze wijze van beëindiging dient schriftelijk vastgelegd te worden;
7. indien de deelnemer zich niet houdt aan de gedragsregels van de praktijkbiedende organisatie;
8. door ontbinding of door verlies van rechtspersoonlijkheid van de praktijkbiedende organisatie of wanneer de praktijkbiedende organisatie ophoudt het in deze praktijkovereenkomst bedoelde beroep of het genoemde bedrijf uit te oefenen.
9. indien anderszins door toedoen of nalaten van de deelnemer in redelijkheid niet van de praktijkbiedende organisatie verwacht kan worden dat deze overeenkomst in stand blijft;
10.door schriftelijke aanzegging van de onderwijsinstelling aan partijen indien de instelling of het kenniscentrum zich ervan heeft overtuigd dat de plaats waar de beroepspraktijkvorming wordt verricht niet of niet volledig beschikbaar is, de begeleiding tekort schiet of ontbreekt, de praktijkbiedende organisatie niet langer beschikt over een gunstige beoordeling van het desbetreffende kenniscentrum, of er sprake is van andere omstandigheden die maken dat de beroepspraktijkvorming niet naar behoren zal kunnen plaatsvinden.
Artikel 14 Slotbepaling
1. Bij problemen of conflicten tijdens de beroepspraktijkvorming richt de deelnemer zich in eerste instantie tot de praktijkopleider. Wordt voor de deelnemer geen oplossing bereikt, dan wordt een en ander voorgelegd aan de praktijkbegeleider. Indien voornoemde personen in gezamenlijk overleg niet tot een oplossing komen, wordt de zaak voorgelegd aan de directies van de praktijkbiedende organisatie en de onderwijsinstelling.
2. In de gevallen waarin deze overeenkomst niet voorziet, beslissen de directies van de
praktijkbiedende organisatie en de onderwijsinstelling na overleg met de deelnemer. Indien van toepassing wordt het desbetreffende kenniscentrum hierbij betrokken.
3. Geschillen voortvloeiend uit deze overeenkomst worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te Breda.
4. Op deze overeenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.
5. Indien van deze overeenkomst een vertaling is uitgereikt, dan is bij geschillen over de uitleg van de overeenkomst de Nederlandse versie doorslaggevend.
Addendum: Wijziging opleidingsblad praktijkovereenkomst beroepsonderwijs (versie 2)
(Dit opleidingsblad wordt gebruikt bij wijzigingen gedurende de eerste inschrijving van de deelnemer)
Dit opleidingsblad behoort bij de praktijkovereenkomst en wijzigt artikel 2 en/of 3 van het eerste en ondertekende opleidingsblad. Dit opleidingsblad wordt geacht het voorgaande opleidingsblad (versie 1) te vervangen.
:
Op verzoek van de deelnemer:
• Naam :
• Straat + huisnummer :
• Postcode + woonplaats :
• Geboortedatum en –plaats :
• Studentnummer
• Leerbedrijf ID :
Wordt de inschrijving als volgt gewijzigd:
De deelnemer wordt als volgt ingeschreven voor de beroepspraktijkvorming (bpv):
De bpv eindigt op …………- (met inachtneming van het bepaalde in artikel 9 van de
praktijkovereenkomst).
Aantal te volgen bpv-uren :
Indien van toepassing:
Verdeling bpv-uren over de studiejaren: zie Onderwijs- en Examenregeling
Crebocode BOL/BBL Beoogd niveau
Domein …………… ……………. ………… ……………….
Of:
Kwalificatiedossier ……………. ……………. …………. ……………….
Of:
Kwalificatie ……………. …………… …………. ………………..
Bpv in het kader van een keuzedeel:
Naam keuzedeel 1:
Identificatiecode keuzedeel 1:
Datum begin bpv keuzedeel 1:
Geplande einddatum bpv keuzedeel 1:
Totaal aantal te volgen bpv-uren keuzedeel 1:
Naam keuzedeel 2:
Identificatiecode keuzedeel 2:
Datum begin bpv keuzedeel 2:
Geplande einddatum bpv keuzedeel 2:
Totaal aantal te volgen bpv-uren keuzedeel 2: