Oprichting coöperatie “Energierijck Coöperatie U.A.”
52489
Oprichting coöperatie “Energierijck Coöperatie U.A.”
Xxxxx, elf december tweeduizend zeventien, verschenen voor mij, mr. Xxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxx Xxxxxx Xxxxxxx, notaris in de gemeente Berg en Dal.
1. xxxxxxx XXXXXXXX XX XXXXXX, geboren te Zeist op achttien juli negentienhonderdvijfenzeventig, wonende te 0000 XX Xxxxxxxx, gemeente Berg en Dal, Xxxxxxxxxxxxxx 00, houdster van een paspoort genummerd XX0XX0000, afgegeven door de gemeente Groesbeek op zeventien februari tweeduizend vijftien, ongehuwd en nimmer gehuwd geweest, niet geregistreerd als partner in de zin van het geregistreerd partnerschap of als zodanig geregistreerd geweest
2. de heer ing. XXX XXXXXXXX XXX XXX, geboren te Hilversum op zesentwintig januari negentienhonderdvijfenvijftig, wonende te 6562 WV Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxxxxxxx 00, houder van een paspoort genummerd XX00000X0, afgegeven door de gemeente Groesbeek op tien april tweeduizend vijftien, in algehele gemeenschap van goederen gehuwd met xxxxxxx Xxxxx Xxxxxxx Xxxxxx
3. xxxxxxx XXXXX XXXXXXX XXXXXXX XXX XXX XXXXXX, geboren te Amersfoort op zeventien februari negentienhonderdzevenenzestig, wonende te 6578 JB Leuth, gemeente Berg en Dal, Xxxxxxxxxxx 0x, houdster van een paspoort genummerd XX0XX0000, afgegeven door de gemeente Groesbeek op tien juni tweeduizend vijftien, ongehuwd en nimmer gehuwd geweest, niet geregistreerd als partner in de zin van het geregistreerd partnerschap of als zodanig geregistreerd geweest
hierna samen te noemen: ‘de oprichters’.
De verschenen personen hebben mij, notaris, het volgende verklaard: De oprichters richten een coöperatie op met de volgende statuten.
Artikel 1 Naam en zetel
1. De naam van de coöperatie is: Energierijck Coöperatie U.A.
2. De coöperatie is gevestigd in de gemeente Berg en Dal.
Artikel 2
Doel
1. De coöperatie heeft ten doel het bewerkstelligen van economische interactie tussen de coöperatie en de leden en het voorzien in de stoffelijke behoeften van de leden door middel van:
a het stimuleren van het gebruik van duurzame energiebronnen;
b het op duurzame en ecologisch onschadelijke wijze produceren, doen produceren, leveren en doen leveren van energie, direct of indirect ten behoeve van de leden, alles in de ruimste zin;
c. het stimuleren en (helpen) realiseren van energiebesparing in de ruimste zin van het woord;
d. het leveren van een bijdrage aan de lokale energietransitie en het vergroten van duurzaamheidsbewustzijn binnen de lokale gemeenschap in het algemeen en de samenwerking tussen leden in het bijzonder.
2. De coöperatie kan de overeenkomsten die zij met haar leden sluit ook met derden aangaan, maar niet in zodanige mate dat de overeenkomsten met de leden van ondergeschikte betekenis worden.
3. De coöperatie heeft niet de bevoegdheid om eenzijdig de rechten en verplichtingen uit hoofde van de ledenovereenkomsten, welke zij is aangegaan in het bedrijf dat zij te dien einde ten behoeve van de leden uitoefent, te wijzigen, te veranderen, te herroepen of over te dragen.
Artikel 3 Lidmaatschap
1. Leden kunnen zijn
x. xxxxxxxxxxxxx natuurlijke personen;
b. rechtspersonen (indien dit lid een ondernemer is); of
c. samenwerkingsverbanden zonder rechtspersoonlijkheid (maatschappen, vennootschappen onder firma, commanditaire vennootschappen). Het lidmaatschap van een dergelijk samenwerkingsverband betekent het lidmaatschap van de gezamenlijke vennoten. Het samenwerkingsverband wordt daarbij beschouwd als één lid. De lidmaatschapsrechten van het samenwerkingsverband kunnen alleen worden uitgeoefend door een vennoot die bestuursbevoegdheid heeft. De vennoten van het samenwerkingsverband wijzen een van hen aan als de vennoot die namens het samenwerkingsverband de lidmaatschapsrechten zal uitoefenen.
2. Het lidmaatschap van de coöperatie is niet voor overdracht vatbaar.
3. Bij overgang door splitsing van een rechtspersoon kunnen de lidmaatschapsrechten pas worden uitgeoefend nadat de overgang is
goedgekeurd door het bestuur. De regels van artikel 4 leden 1 en 2 zijn van overeenkomstige toepassing op deze goedkeuring. Aan de goedkeuring kunnen voorwaarden worden verbonden.
4. De coöperatie heeft géén in aandelen verdeeld kapitaal. Voorts zal de coöperatie géén fysieke lidmaatschapsbewijzen of enige andere soort van waardepapier uitgeven.
Artikel 4
Toelating en vervanging
1. Het lidmaatschap wordt schriftelijk aangevraagd bij het bestuur onder verstrekking van alle door het bestuur verlangde gegevens.
2. Het bestuur beslist omtrent de toelating van nieuwe leden. Met in achtneming van de statuten bepaalt het bestuur welke gegevens en bescheiden iemand die als lid toegelaten wenst te worden dient te verstrekken. Het bestuur zal zo spoedig mogelijk over de aanvraag beslissen.
3. De toelating of niet-toelating als lid wordt schriftelijk bericht aan de aanvrager. Het bestuur bepaalt bij toelating ook de aanvangsdatum van het lidmaatschap. Bij niet-toelating door het bestuur bestaat geen beroepsmogelijkheid bij de algemene vergadering.
4. Het bestuur houdt een ledenlijst, waarin de volgende gegevens worden bijgehouden:
(i) de namen en adressen van de leden;
(ii) de data van de aanvang en de beëindiging van het lidmaatschap van elk lid;
(iii) het bedrag van de kapitaalrekening van elk lid;
(iv) of het lid kwalificeert als ondernemer; Het bestuur legt het register ten kantore van de coöperatie of op een andere daartoe door het bestuur te bepalen geschikte plaats ter inzage voor de leden.
5. Ieder lid, heeft de verplichting de coöperatie kennis te geven van iedere wijziging in zijn adres en postcode, en andere relevante informatie.
Bij een samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid neemt het bestuur in het ledenregister de naam en het adres op van degene die namens het samenwerkingsverband de lidmaatschapsrechten zal uitoefenen.
6 Een lid dat tijdens zijn lidmaatschap de hoedanigheid van ondernemer verkrijgt of verliest doet daarvan onverwijld schriftelijk mededeling aan het bestuur.
7. Een lid kan door het bestuur voor een periode van ten hoogste drie
maanden worden geschorst als een lid in strijd handelt met de statuten, reglementen of besluiten van de coöperatie, of de coöperatie op onredelijke wijze benadeelt. Gedurende deze periode van schorsing kan het lid zijn lidmaatschapsrechten niet uitoefenen. Zijn lidmaatschapsverplichtingen blijven bestaan.
Artikel 5
Einde van het lidmaatschap
1. Het lidmaatschap is niet overdraagbaar en niet vatbaar voor overgang onder algemene titel, met uitzondering van de overgang door splitsing.
2. Het lidmaatschap eindigt door:
a. het overlijden van het lid;
is een rechtspersoon lid van de coöperatie dan eindigt zijn lidmaatschap wanneer hij ophoudt ondernemer te zijn dan wel ophoudt te bestaan, tenzij dit ophouden te bestaan het gevolg is van splitsing. Bij splitsing gaat het lidmaatschap over op de rechtspersoon die op grond van de beschrijving bij splitsing daartoe is aangewezen;
b. opzegging door het lid;
c. opzegging door de coöperatie;
d. ontzetting.
Door het toe- en uittreden van vennoten eindigt het lidmaatschap van het samenwerkingsverband niet, maar bij uittreding participeert een vennoot niet langer in het lidmaatschap, terwijl toetreding met zich brengt dat een vennoot deel krijgt in het lidmaatschap.
3. Opzegging van het lidmaatschap door het lid kan alleen plaatsvinden tegen het einde van een boekjaar, op voorwaarde dat dit schriftelijk en met inachtneming van een opzeggingstermijn van ten minste een maand gebeurt.
Opzegging kan met onmiddellijke ingang als redelijkerwijs van het lid niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren. De contributie voor het lopende jaar blijft het lid verschuldigd. Te late opzegging heeft tot gevolg dat het lidmaatschap - met inbegrip van de daaraan verbonden verplichtingen - pas eindigt aan het eind van het volgend boekjaar, tenzij het bestuur op grond van bijzondere omstandigheden anders besluit.
Een lid kan zich door opzegging niet onttrekken aan een besluit waardoor de in artikel 6 vermelde verplichtingen van de leden worden verzwaard, tenzij de verzwaring betreft het wijzigen van de aansprakelijkheid bij een tekort na ontbinding van de coöperatie.
Een lid kan zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen binnen een maand nadat hem een besluit tot omzetting van de coöperatie in een andere rechtsvorm, tot fusie of tot splitsing is meegedeeld. In dat geval blijft hij de oorspronkelijk voor dat jaar vastgestelde contributie verschuldigd.
Het lid dat de opzegging doet, ontvangt daarvan binnen veertien dagen een schriftelijke erkenning van het bestuur.
4. Opzegging van het lidmaatschap door de coöperatie vindt plaats door het bestuur, door middel van een schriftelijk bericht aan het lid, met vermelding van de reden(en) van opzegging.
Opzegging is mogelijk:
- als een lid niet meer voldoet aan de statutaire vereisten voor het lidmaatschap; of
- als een lid - ondanks schriftelijke aanmaning - zijn verplichtingen ten opzichte van de coöperatie niet nakomt; of
- als een samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid als bedoeld in artikel 3 van deze statuten wordt ontbonden; of
- wanneer redelijkerwijs van de coöperatie niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
Bij het opzeggingsbesluit wordt ook de datum van beëindiging van het lidmaatschap vastgesteld. De contributie voor het lopende jaar blijft verschuldigd.
5. Ontzetting uit het lidmaatschap vindt plaats door het bestuur, door middel van een schriftelijk bericht aan het lid, met vermelding van de reden(en) van de ontzetting.
Ontzetting is alleen mogelijk als een lid in strijd handelt of heeft gehandeld met de statuten, reglementen of besluiten van de coöperatie, of de coöperatie op onredelijke wijze benadeelt of heeft benadeeld.
De ontzetting gaat onmiddellijk in. De contributie voor het lopende jaar blijft verschuldigd.
6. Binnen één maand nadat het lid van het besluit tot opzegging of ontzetting in kennis is gesteld, kan dat lid tegen dat besluit in beroep gaan bij de algemene vergadering en daar verweer voeren. Het bestuur is verplicht hiertoe de algemene vergadering bijeen te roepen binnen vier weken na ontvangst van het beroepschrift. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid waarvan het lidmaatschap is opgezegd, geschorst.
7. Aan de eis van schriftelijkheid van een opzegging of een bericht van
ontzetting wordt niet voldaan als de opzegging of het bericht van ontzetting uitsluitend elektronisch is gecommuniceerd.
8 Bij beëindiging van het lidmaatschap door een lid zal het saldo van de lidmaatschapsrekening van dat lid worden terugbetaald op een door het bestuur vast te stellen tijdstip.
Artikel 6
Rechten en verplichtingen van leden
1. De leden hebben het recht:
a. om het ledenregister te raadplegen; en
b. om de opgestelde jaarrekening en andere door de wet vereiste aanvullende informatie met betrekking tot de jaarrekening in te zien en, indien gewenst, kosteloos een kopie van de voornoemde documenten te ontvangen;
2. Elk lid dat deelneemt aan de Regeling Verlaagd Tarief is verplicht om met de coöperatie een ledenovereenkomst aan te gaan.
3. Een lid kan niet door opzegging de toepasselijkheid van een door de coöperatie te zijnen laste aangegane verplichting uitsluiten.
4. De leden betalen een jaarlijkse contributie. De hoogte van de contributie wordt jaarlijks vastgesteld door de algemene vergadering. De leden kunnen daarbij in categorieën worden ingedeeld, die een verschillende contributie betalen. Het bestuur is bevoegd om, op grond van bijzondere omstandigheden, een lid geheel of gedeeltelijk ontheffing te verlenen van het betalen van contributie in enig jaar.
5. De algemene vergadering kan aan de leden entreegeld opleggen. Het entreegeld behoort tot het eigen vermogen van de coöperatie en wordt bij uittreding niet terugbetaald.
6. De algemene vergadering kan besluiten dat de jaarlijkse contributie of het entreegeld in gedeelten kan worden betaald en kan daaraan voorwaarden verbinden. Aan een besluit van de algemene vergadering tot het opleggen van entreegeld kan geen terugwerkende kracht worden verleend.
7. Als het lidmaatschap in de loop van het boekjaar eindigt, blijven de contributie, het nog niet betaalde entreegeld en de nog niet betaalde heffingen als bedoeld in lid 8 voor het geheel verschuldigd.. Elke aansprakelijkheid van leden of oud-leden voor een tekort na ontbinding van de coöperatie is uitgesloten.
8. Bij een (dreigend) exploitatietekort kan de algemene vergadering besluiten tot het opleggen van een heffing die over de leden wordt
omgeslagen, volgens een door de algemene vergadering vast te stellen verdeelsleutel.
Voor dit besluit moeten evenveel leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn in de vergadering en is dezelfde meerderheid van stemmen nodig als voor een besluit tot statutenwijziging.
Kan op een of meer van de leden het bedrag van een specifieke heffing niet meer worden verhaald, dan zijn voor het ontbrekende de andere leden ieder naar evenredigheid van zijn aandeel aansprakelijk. Na een besluit tot ontbinding van de coöperatie kunnen geen heffingen meer worden opgelegd.
Artikel 7 Aansprakelijkheid leden
Iedere verplichting van de leden of oud-leden van de coöperatie om in een bij
de ontbinding van de coöperatie blijkend tekort bij te dragen, is uitgesloten.
Artikel 8 Bestuurders
1. Het bestuur bestaat uit één of meer bestuurders. Zowel natuurlijke als rechtspersonen kunnen bestuurder zijn. De algemene vergadering stelt het aantal bestuurders vast.
2. Zowel leden als niet-leden kunnen bestuurder zijn.
Een bestuurder kan tevens bestuurder zijn van een of meer coöperaties met eenzelfde doelstelling.
3. Bestuurders worden benoemd door de algemene vergadering voor drie
(3) jaar. Een bestuurder is maximaal twee (2) keer herbenoembaar.
4. Iedere bestuurder kan te allen tijde door de algemene vergadering worden geschorst of ontslagen. In ontstane vacatures wordt zo spoedig mogelijk voorzien.
5. Een schorsing kan één (1) of meer malen worden verlengd, maar kan in totaal niet langer duren dan drie (3) maanden. Is na verloop van die tijd geen beslissing genomen tot opheffing van de schorsing of ontslag, dan eindigt de schorsing.
6. Indien er vacatures in het bestuur zijn, zullen de overblijvende leden van het bestuur volledig bevoegd en gerechtigd blijven om de coöperatie te besturen en te vertegenwoordigen.
7. Het bestuur is, indien het bestuur niet is samengesteld overeenkomstig het bepaalde in artikel 8 lid 1, verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering bijeen te roepen, waarin de voorziening in de
ontstane vacature(s) aan de orde komt.
8. Het bestuur voorziet zelf in de verdeling van de functies, tenzij de algemene vergadering zich het recht voorbehoudt de voorzitter te benoemen. Indien het bestuur uit meer dan een (1) bestuurder bestaat, kan het bestuur uit zijn midden een plaatsvervangend voorzitter benoemen, die bij afwezigheid van de voorzitter al diens taken en bevoegdheden waarneemt. Het bestuur benoemt voorts uit zijn midden een penningmeester en een secretaris en treft een regeling voor hun vervanging. Indien het bestuur uit meer dan één (1) bestuurder bestaat, dan kan deze bestuurder tegelijkertijd voorzitter, penningmeester en secretaris zijn.
9. Bestuurders treden af volgens een door het bestuur op te maken rooster. Bij het vaststellen van het rooster van aftreden en de periode waarvoor een bestuurder wordt benoemd moet worden voorkomen dat het periodiek aftreden een evenwichtig functioneren van het bestuur in gevaar brengt, om welke reden het bestuur, na daartoe verkregen toestemming van de algemene vergadering, van geval tot geval de zittingsduur van een bestuurder mag verlengen met ten hoogste één jaar.
10. De algemene vergadering stelt de bezoldiging en overige arbeidsvoorwaarden van de bestuurders vast.
Artikel 9
Bestuur: einde functie, schorsing
1. Een bestuurslidmaatschap eindigt:
- door aftreden van een bestuurslid;
- door verloop van de termijn waarvoor het bestuurslid is benoemd;
- door overlijden van een bestuurslid;
- door ondercuratelestelling van een bestuurslid of onder bewindstelling van zijn gehele vermogen;
- door ontslag van het bestuurslid;
- wanneer het bestuurslid in staat van faillissement wordt verklaard, een regeling in het kader van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen op hem van toepassing wordt verklaard of hij surseance van betaling verkrijgt.
2. Een bestuurslid kan te allen tijde door de algemene vergadering worden geschorst. De schorsing beloopt ten hoogste drie maanden en kan door de algemene vergadering eenmaal met die termijn worden verlengd. Volgt gedurende de schorsing geen ontslag, dan is de schorsing na het
verloop van de termijn geëindigd. Het bestuurslid wordt in de gelegenheid gesteld zich in de betreffende algemene vergadering te verantwoorden en kan zich daarin door een raadsman laten bijstaan.
Artikel 10 Bestuurstaak
1. Het bestuur is belast met het besturen van de coöperatie, behoudens de beperkingen volgens de statuten. Vergaderingen van het bestuur aangaande het besturen van de coöperatie worden gehouden in de gemeente waar de coöperatie volgens deze statuten gevestigd is en zullen regelmatig worden gehouden.
2. Het bestuur kan bij reglement of daartoe strekkend besluit regels vaststellen omtrent haar interne werkwijze en besluitvorming in aanvulling op hetgeen daaromtrent in de statuten is bepaald.
3. Het bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taak te doen uitvoeren door commissies die door het bestuur worden benoemd.
4. Het bestuur is bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen. Tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de coöperatie zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt is het bestuur slechts bevoegd na verkregen goedkeuring van de algemene vergadering.
5.. Het bestuur heeft de goedkeuring van de algemene vergadering nodig voor besluiten tot:
a. het aangaan van overeenkomsten tot het verkrijgen, vervreemden en bezwaren van registergoederen;
b. het aangaan van kredietovereenkomsten en van geldleningen ten behoeve en ten laste van de coöperatie, met uitzondering van opnamen ten laste van een bestaand krediet;
c. het aangaan van overeenkomsten waarbij de coöperatie zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich sterk maakt voor een derde of zich tot zekerheidstelling voor de schuld van een derde verbindt;
d. het voeren van rechtsgedingen, het nemen van executoriale maatregelen, het sluiten van vaststellingsovereenkomsten en het onderwerpen van geschillen aan de beslissing van scheidslieden, een en ander met uitzondering van het nemen van maatregelen die
tot het bewaren van recht noodzakelijk zijn;
e. het aangaan of verbreken van duurzame samenwerking van de coöperatie of een afhankelijke maatschappij met een andere rechtspersoon of vennootschap, waaronder begrepen het toe- en uittreden als vennoot in een vennootschap, als deze samenwerking of verbreking van ingrijpende betekenis is voor de coöperatie;
f. het nemen van een deelneming ter waarde van ten minste een vierde van het bedrag van het eigen vermogen volgens de balans met toelichting van de coöperatie, door haar of een afhankelijke maatschappij in het kapitaal van een vennootschap en ook het ingrijpend vergroten of verminderen van een dergelijke deelneming;
g. het vervreemden (van een zelfstandig onderdeel) van de met de coöperatie verbonden onderneming;
h. het doen van investeringen die een bedrag gelijk aan ten minste een vierde gedeelte van het eigen vermogen van de coöperatie volgens haar balans met toelichting vereisen;
i. het aanvragen van faillissement en het aanvragen van surseance van betaling;
j. het doen van een ingrijpende wijziging in de arbeidsomstandigheden van een aanmerkelijk aantal werknemers van de coöperatie of van een afhankelijke maatschappij;
x. het verlenen van volmacht aan procuratiehouders en het vaststellen van hun vertegenwoordigingsbevoegdheid;
l. het aangaan van aandeelhoudersovereenkomsten namens de coöperatie;
m. het uitbrengen van stemrecht op door de coöperatie gehouden aandelen in vennootschappen;
n. het, onverminderd het in de voorafgaande leden vermelde, aangaan van rechtshandelingen die, in samengesteld verband, een bedrag van tienduizend euro (€ 10.000,00) te boven gaan;
o. het nemen van besluiten waartoe de algemene vergadering heeft besloten dat deze aan haar goedkeuring zijn onderworpen. Een dergelijk besluit van de algemene vergadering moet de betreffende bestuursbesluiten duidelijk omschrijven en moet onmiddellijk aan het bestuur worden meegedeeld;
p. het aangaan, wijzigen of beëindigen van arbeidsovereenkomsten.
Op het ontbreken van deze goedkeuring kan tegen en door derden geen beroep worden gedaan.
6. De algemene vergadering kan bij een daartoe strekkend besluit duidelijk te omschrijven andere dan hiervoor omschreven besluiten van het bestuur aan haar goedkeuring onderwerpen. Een dergelijk besluit van de algemene vergadering wordt onmiddellijk aan het bestuur meegedeeld. Op het ontbreken van deze goedkeuring kan tegen en door derden geen beroep worden gedaan.
Artikel 11
Vergaderingen van het Bestuur
1. Iedere bestuurder is bevoegd een vergadering van het bestuur bijeen te roepen.
2. Het bestuur vergadert zo dikwijls een bestuurder het verlangt. Vergaderingen worden bijeengeroepen door middel van schriftelijke mededelingen verzonden naar alle bestuurders.
3. Het bestuur besluit bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Indien de stemmen staken, heeft de voorzitter van het bestuur een beslissende stem. Een bestuurder neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming als hij daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang van de coöperatie en de met haar verbonden onderneming. Wanneer alle bestuurders een tegenstrijdig belang hebben en hierdoor geen bestuursbesluit kan worden genomen, wordt het besluit genomen door de algemene vergadering.
4. Iedere bestuurder kan zich in een bestuursvergadering door een medebestuurder doen vertegenwoordigen, mits schriftelijk daartoe gemachtigd.
5. Het bestuur kan buiten vergadering besluiten nemen, mits (i) dit schriftelijk geschiedt, (ii) de meerderheid van de bestuurders zich vóór schriftelijke besluitvorming uitspreekt en (iii) geen van de bestuurders zich tegen deze wijze van besluitvorming heeft verzet.
6. De bijeenroeping van de vergaderingen van het bestuur vindt schriftelijk plaats, met inachtneming van een termijn van ten minste zeven dagen, de dag van bijeenroeping en die van de vergadering niet meegerekend, onder opgave van de dag, het aanvangstijdstip en de plaats van de vergadering en van de te behandelen onderwerpen (agenda). De bestuurder die voor dit doel een adres aan de coöperatie bekend heeft gemaakt, kan tot de vergaderingen van het bestuur worden opgeroepen door een langs elektronische weg aan dat adres toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht.
7. De vergaderingen van het bestuur worden gehouden op de plaats te bepalen door degene die de vergadering bijeenroept.
8. Als wordt gehandeld in strijd met een van de bepalingen van de twee vorige leden kan het bestuur toch rechtsgeldige besluiten nemen, als alle bestuurders in de vergadering aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
9. Onverminderd het elders in deze statuten bepaalde zijn aan de goedkeuring van de algemene vergadering onderworpen alle besluiten van het bestuur omtrent zodanige rechtshandelingen als door de algemene vergadering duidelijk omschreven en schriftelijk ter kennis van het bestuur zijn gebracht.
Artikel 12
Bestuur: leiding van de vergaderingen, notulen, besluitvorming buiten vergadering
1. De voorzitter leidt de vergaderingen van het bestuur; bij zijn afwezigheid voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
2. De voorzitter van de vergadering bepaalt de wijze waarop de stemmingen in de vergaderingen worden gehouden.
3. Het in de vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter van de vergadering over de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover werd gestemd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel. Wordt onmiddellijk na het uitspreken van het oordeel van de voorzitter de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats als de meerderheid van de vergadering of, als de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk plaatsvond, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
4. Van het verhandelde in de vergaderingen van het bestuur worden notulen gehouden door de secretaris of een daartoe door de voorzitter van de vergadering aangewezen persoon. De notulen worden - nadat zij zijn vastgesteld - door de voorzitter en de notulist van de vergadering ondertekend.
5. Het bestuur kan ook op andere wijze dan in een vergadering besluiten nemen als alle bestuurders zich schriftelijk vóór het voorstel hebben verklaard. Onder een schriftelijke verklaring wordt ook begrepen een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat het bestuur voor dit doel heeft vastgesteld en aan alle bestuurders bekend heeft gemaakt
Artikel 13 Vertegenwoordiging
1. Het bestuur is bevoegd de coöperatie te vertegenwoordigen.
2. Het bestuur kan functionarissen met algemene of beperkte vertegenwoordigingsbevoegdheid aanstellen. Ieder van hen vertegenwoordigt de coöperatie met inachtneming van de beperkingen aan zijn bevoegdheid gesteld. Hun titulatuur wordt door het bestuur bepaald. De vertegenwoordigingsbevoegdheid van een aldus benoemde functionaris kan zich niet uitstrekken tot gevallen waarin de coöperatie een tegenstrijdig belang heeft met de desbetreffende functionaris, enig andere functionaris, of met een (1) of meer bestuurders.
3. In alle gevallen waarin de coöperatie een tegenstrijdig belang heeft met een (1) of meer bestuurders, blijft het bepaalde in artikel 13 lid 1 onverkort van kracht tenzij de algemene vergadering een of meer andere personen heeft aangewezen om de coöperatie in het desbetreffende geval of in dergelijke gevallen te vertegenwoordigen.
Artikel 14
Boekjaar en jaarrekening
1. Het boekjaar van de coöperatie is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Jaarlijks binnen zes (6) maanden na afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn met ten hoogste vijf (5) maanden door de algemene vergadering op grond van bijzondere omstandigheden, maakt het bestuur een jaarrekening op en stuurt een kopie van de jaarrekening naar de leden.
3. Binnen deze termijn zendt het bestuur ook een kopie van het jaarverslag naar de leden tenzij het bepaalde in artikel 2:396, lid 6 of artikel 2:403 Burgerlijk Wetboek op de coöperatie van toepassing is.
4. De jaarrekening bestaat uit een balans en een winst- en verliesrekening met toelichting.
5. De jaarrekening wordt ondertekend door alle bestuurders. Ontbreekt de handtekening van een (1) of meer van hen, dan wordt melding gemaakt van de reden van het ontbreken van de handtekening.
6. De coöperatie kan, en indien daartoe wettelijk verplicht, zal aan een accountant opdracht verlenen tot onderzoek van de jaarrekening. Tot het verlenen van de opdracht is de algemene vergadering bevoegd. Gaat deze daartoe niet over dan is het bestuur bevoegd. De accountant brengt omtrent zijn onderzoek verslag uit aan het bestuur. De accountant geeft de uitslag van zijn onderzoek weer in een verklaring
omtrent de getrouwheid van de jaarrekening. Het bestuur zal een kopie van de accountantsverklaring aan de leden toezenden. Het bepaalde in artikel 2:393 van het Burgerlijk Wetboek is zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.
7. Indien geen accountantsverklaring als bedoeld in artikel 14 lid 6 beschikbaar wordt gesteld, dan benoemt de algemene ledenvergadering uit de leden jaarlijks een commissie van ten minste twee (2) leden die geen deel van het bestuur mogen uitmaken. De commissie onderzoekt de jaarrekening en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit. Vereist het onderzoek van de jaarrekening bijzondere boekhoudkundige kennis, dan kan de commissie van onderzoek zich door een deskundige doen bijstaan. Het bestuur is verplicht de commissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de coöperatiekas en de waarden te tonen en de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de coöperatie voor raadpleging beschikbaar te stellen.
8. De coöperatie zorgt dat de opgemaakte jaarrekening, het jaarverslag en de krachtens artikel 2:392 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek toe te voegen gegevens vanaf de oproep voor de algemene vergadering, bestemd tot behandeling van de jaarrekening, te haren kantore aanwezig zijn. De leden kunnen de stukken aldaar inzien en er kosteloos een afschrift van verkrijgen.
9. De jaarrekening wordt vastgesteld door de algemene vergadering.
10. Na vaststelling van de jaarrekening besluit de algemene vergadering omtrent het verlenen van decharge aan de bestuurders
voor de uitoefening van hun taak, voor zover van die taakuitoefening blijkt uit de jaarrekening of uit informatie die anderszins voorafgaand aan de vaststelling van de jaarrekening aan de algemene vergadering is verstrekt. De reikwijdte van een verleende decharge is onderworpen aan beperkingen op grond van de wet.
Artikel 15 Bestemming winst
1. De algemene vergadering kan op voorstel van het bestuur besluiten het batig saldo (winst) blijkens de jaarrekening of een gedeelte daarvan te reserveren.
2. Van de winst wordt een door de algemene vergadering vastgesteld deel toegevoegd aan de algemene reserve.
3. De winst die niet wordt toegevoegd aan de algemene reserve kan (geheel of gedeeltelijk):
a. onder goedkeuring van de algemene vergadering bestemmen als reservering voor een nieuw project;
b. worden uitgekeerd aan de leden waarbij -afhankelijk van de omvang van het zakelijk verkeer van de leden met de coöperatie of van andere factoren - de uitkering aan ieder lid niet even groot hoeft te zijn.
De criteria voor het al dan niet gelijkgerechtigd zijn in de winst van de
coöperatie worden bepaald door de algemene vergadering.
4. Tenzij de algemene vergadering anders bepaalt, mogen uit de algemene reserve geen uitkeringen aan de leden plaatsvinden.
5. Op voorstel van het bestuur kan door de algemene vergadering een speciale bestemming aan de winst worden gegeven. Een besluit tot een dergelijke uitkering moet worden genomen met een meerderheid van ten minste twee/derde van de uitgebrachte stemmen.
In die vergadering moet ten minste drie/vierde van de leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
6. Een tekort zal in eerste instantie ten laste worden gebracht van de reserves van de coöperatie en daarna ten laste van de ledenrekeningen voor bedragen welke evenredig zijn met de saldi van de ledenrekeningen per de datum van een dergelijke delging. Ten laste van de door de wet
voorgeschreven reserves mag een tekort slechts worden gedelgd voor zover de wet dat toestaat.
Artikel 16
Bevoegdheden algemene vergadering
Aan de algemene vergadering komen in de coöperatie alle
bevoegdheden toe die niet door de wet of deze statuten aan het bestuur zijn opgedragen.
Artikel 17 Jaarvergadering
1. De jaarlijkse algemene vergadering wordt gehouden binnen zes (6) maanden na afloop van ieder boekjaar.
2. De agenda van deze jaarvergadering vermeldt onder meer de volgende onderwerpen:
a. indien van toepassing: het jaarverslag (tenzij het bepaalde in artikel
2:396, lid 6 of artikel 2:403 Burgerlijk Wetboek op de coöperatie van toepassing is)
b. indien van toepassing: het verslag van de in artikel 14 bedoelde commissie;
c. bespreking en vaststelling van de jaarrekening;
x. xxxxxxxxx xxx xxxxxxxx aan bestuurders;
e. tenzij voor het volgende boekjaar reeds aan een accountant een opdracht als bedoeld in artikel 14 is verleend: de benoeming van een accountant of commissie overeenkomstig artikel 14 van deze statuten;
f. voorziening in eventuele vacatures;
g. andere onderwerpen door het bestuur dan wel een lid aan de orde gesteld.
Artikel 18
Andere algemene vergaderingen
1. De algemene vergadering wordt bijeengeroepen door het bestuur.
Een aantal leden, samen bevoegd tot het uitbrengen van ten minste een tiende deel van de stemmen, kan het bestuur schriftelijk verzoeken een algemene vergadering bijeen te roepen binnen vier weken na dat verzoek. Als het bestuur niet binnen veertien dagen na ontvangst van dat verzoek de uitnodiging tot de vergadering heeft laten uitgaan, kunnen de verzoekers zelf de vergadering bijeenroepen.
Aan de eis van schriftelijkheid van het verzoek bedoeld in de vorige alinea wordt ook voldaan als het verzoek elektronisch is vastgelegd.
2. De oproeping tot de algemene vergadering vindt plaats door middel van:
- een schriftelijk bericht aan de adressen van de leden volgens het ledenregister;
De bijeenroeping kan, als een lid hiermee instemt, ook plaatsvinden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat door het lid voor dit doel is bekend gemaakt.
3. De termijn van oproeping bedraagt ten minste eenentwintig (21) dagen, de dag van de oproeping en de dag van de vergadering niet meegerekend.
4. Naast de plaats, datum en tijd van de vergadering, moet de oproeping een agenda bevatten waaruit blijkt welke onderwerpen aan de orde worden gesteld.
5. Als de bijeenroeping van de algemene vergadering niet op de juiste wijze plaatsvond, kan de algemene vergadering niettemin een
rechtsgeldig besluit nemen als het bestuur voorkennis heeft van dat besluit en dat besluit eenstemmig wordt genomen door alle leden. Het bepaalde in de eerste zin van dit lid is van overeenkomstige toepassing op besluitvorming door de algemene vergadering als onderwerpen worden behandeld die niet op de agenda zijn vermeld.
6. Toegang tot de algemene vergadering hebben leden en bestuurders. Leden kunnen zich ter vergadering doen vertegenwoordigen door een schriftelijke gevolmachtigde. Geen toegang hebben geschorste leden en geschorste bestuurders. Een geschorst lid heeft toegang tot de vergadering waarin het besluit tot schorsing wordt behandeld, en is bevoegd daarover het woord te voeren.
7 Een bestuurder die geen lid is, heeft in de algemene vergadering een raadgevende stem.
8. Omtrent toelating van andere personen dan leden en bestuurders tot de vergadering beslist de algemene vergadering.
9. De algemene vergaderingen worden geleid door de voorzitter van het bestuur. In geval van zijn afwezigheid voorziet de algemene vergadering in haar voorzitterschap.
10 De voorzitter van een algemene vergadering wijst een secretaris aan, die niet lid behoeft te zijn, die notulen van de vergadering houdt. De notulen worden in dezelfde of in de eerstvolgende algemene vergadering vastgesteld en ten blijke daarvan ondertekend door de voorzitter en de secretaris van die vergadering.
11. Van een besluit van de algemene vergadering kan te allen tijde worden blijk gegeven door middel van een daartoe strekkende schriftelijke verklaring van de voorzitter of de secretaris van de algemene vergadering.
Artikel 19 Besluitvorming
1. leder lid heeft in een algemene vergadering een (1) stem.
2. Voor zover de wet of de statuten niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met volstrekte meerderheid van stemmen.
3. De algemene vergadering besluit tot:
1. benoeming, schorsing en ontslag van een bestuurder als bedoeld in artikel 8;
2. juridische fusie;
3. juridische splitsing;
4. wijziging van de statuten;
5. ontbinding;
6. het onderwerpen van besluiten van het bestuur aan de goedkeuring van de algemene vergadering als bedoeld in artikel 10.6;
7. goedkeuring van bestuursbesluiten als bedoeld in artikel 10;
Deze besluiten moeten worden genomen met een meerderheid van twee/derde van de uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin ten minste drie/vierde gedeelte van de leden aanwezig of vertegenwoordigd is.
4. Een stemgerechtigd lid kan zijn stemrecht ook uitoefenen door middel van een elektronisch communicatiemiddel, op voorwaarde dat de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen op de vergadering en het stemrecht kan uitoefenen.
Bovendien is vereist dat de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel kan deelnemen aan de beraadslaging.
5. Een stemgerechtigd lid kan zijn stem voorafgaand aan de algemene vergadering via een elektronisch communicatiemiddel uitbrengen, maar niet eerder dan op de dertigste dag voor die van de vergadering. Een dergelijke stem wordt gelijkgesteld met stemmen die gedurende de vergadering worden uitgebracht. Een stem die op die wijze is uitgebracht, kan niet worden herroepen.
6. De algemene vergadering is bevoegd bij reglement nadere regels te stellen voor het deelnemen aan de algemene vergadering door middel van elektronische communicatiemiddelen.
7. Bij de vaststelling in hoeverre leden stemmen, aanwezig of vertegenwoordigd zijn, wordt geen rekening gehouden met leden die krachtens de wet of de statuten geen stem kunnen uitbrengen.
Artikel 20 Stemmen
1. Alle stemmingen geschieden mondeling. De voorzitter van de vergadering kan echter bepalen dat de stemmen schriftelijk worden uitgebracht. Schriftelijke stemming geschiedt bij gesloten, ongetekende briefjes.
2. Xxxxxx stemmen en ongeldige stemmen gelden als niet uitgebracht.
3. Besluiten kunnen bij acclamatie worden genomen, indien geen van de ter vergadering aanwezige leden zich daartegen verzet.
4. Het ter vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter omtrent de
uitslag van een stemming is beslissend, onverminderd het bepaalde bij de wet.
Artikel 21
Besluitvorming buiten vergadering
1. Besluiten van de algemene vergadering kunnen in plaats van in een vergadering schriftelijk genomen worden, mits met algemene stemmen van alle leden. Zodanige besluiten kunnen slechts genomen worden met voorkennis van het bestuur. Het bestuur houdt aantekening van de door de leden genomen besluiten.
2. leder lid is verplicht er voor zorg te dragen dat de aldus genomen besluiten zo spoedig mogelijk schriftelijk ter kennis van het bestuur worden gebracht.
Artikel 22 Statutenwijziging
1. In deze statuten kan geen wijziging worden gebracht dan door een besluit van de algemene vergadering, met inachtneming van artikel 19 lid 3.
2. In de oproeping moet worden gemeld dat een wijziging van de statuten in die vergadering aan de orde komt en de volledige tekst van de voorgenomen wijziging dient in de oproeping te worden opgenomen. Een afschrift als in de vorige volzin bedoeld moet op een daartoe geschikte plaats ten minste vijf dagen voor de dag van de vergadering tot na afloop van de dag waarop die vergadering wordt gehouden op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage liggen.
3. Is het volgens artikel 19 lid 3 vereiste aantal leden niet aanwezig of vertegenwoordigd, dan kan een nieuwe algemene vergadering worden bijeengeroepen waarin het besluit kan worden genomen met een meerderheid van ten minste twee/derde van de uitgebrachte stemmen, onafhankelijk van het aantal op deze vergadering aanwezige of vertegenwoordigde leden. Bij de oproeping voor de nieuwe vergadering moet worden vermeld dat en waarom een besluit kan worden genomen, onafhankelijk van het aantal op de vergadering aanwezige of vertegenwoordigde leden.
De hiervoor bedoelde tweede vergadering wordt niet eerder dan twee weken en niet later dan vier weken na de eerste vergadering gehouden.
4. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is iedere bestuurder bevoegd.
Artikel 23
Fusie, splitsing, omzetting
Op een besluit van de algemene vergadering tot fusie of splitsing in de zin van titel 7 van Boek 2 Burgerlijk Wetboek en op een besluit van de
algemene
vergadering tot omzetting van de coöperatie in een andere rechtsvorm overeenkomstig artikel 2:18 Burgerlijk Wetboek, is het bepaalde in het artikel 22 zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing, onverminderd de eisen van de wet.
Artikel 24
Ontbinding en vereffening
1. De coöperatie kan worden ontbonden door een daartoe strekkend besluit
van de algemene vergadering. Het bepaalde in artikel 22 lid 1 is van overeenkomstige toepassing.
2. In geval van ontbinding van de coöperatie krachtens besluit van de algemene vergadering worden de bestuurders vereffenaars van het vermogen van de ontbonden coöperatie.
3. De coöperatie wordt bovendien ontbonden door:
- insolventie nadat de coöperatie in staat van faillissement is verklaard of door opheffing van het faillissement wegens de toestand van de boedel;
- een daartoe strekkende rechterlijke uitspraak in de bij de wet vermelde gevallen.
4. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten zo veel mogelijk van kracht.
5. Het batig saldo dat resteert na voldoening van alle schulden van de ontbonden coöperatie, welke schulden mede omvatten alle eventuele leningen, die door de leden aan de coöperatie zijn verstrekt en de terugbetaling aan ieder lid van het saldo van zijn ledenrekening ten tijde van de ontbinding van de coöperatie, wordt onder de leden verdeeld in bedragen die in verhouding staan tot de saldi van hun leden rekening ten
tijde van de ontbinding van de coöperatie.
6. Na afloop van de vereffening blijven de boeken en bescheiden van de ontbonden coöperatie gedurende de bij de wet voorgeschreven termijn onder berusting van een daartoe door de vereffenaars aan te wijzen persoon.
7. Op de vereffening zijn voorts van toepassing de desbetreffende bepalingen van Titel 1, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
Artikel 25 Reglementen
1. De algemene vergadering kan een of meer reglementen vaststellen.
2. Een reglement kan nadere regels geven over onder meer het lidmaatschap, de introductie van nieuwe leden, de contributie, de werkzaamheden van het bestuur, werkgroepen of commissies, de vergaderingen. Een reglement mag niet in strijd zijn met de wet of met de statuten en mag geen bepalingen bevatten die bij statuten behoren te worden geregeld.
SLOTVERKLARINGEN
De verschenen personen verklaarden ten slotte:
Toetreding
De oprichters treden bij deze toe als leden van de coöperatie, welke toetreding door de coöperatie wordt aanvaard.
Eerste bestuur
Het eerste bestuur bestaat uit vier (4) leden.
In afwijking van de in de statuten voorgeschreven procedure worden voor de eerste maal tot bestuurslid benoemd:
1. X. xx Xxxxxx, als voorzitter;
2. X.X. xxx Xxx, als secretaris;
3. X. xxx xxx Xxxxxx, als penningmeester;
4. de xxxx XXXXXXX XXXXXXXX XXXXX XX XXXXX, geboren te Millingen aan de Rijn op zeven november negentienhonderdnegenenzestig, wonende te 6566 CC Millingen aan de Rijn, Xxxxxxxxxx 00, als lid;
Eerste boekjaar
Het eerste boekjaar van de coöperatie eindigt op eenendertig december tweeduizend achttien.
Adres
Het eerste adres van de coöperatie is Xxxxxxxxxxxxxx 00, 0000 XX Xxxxxxxxx.
Inschrijving in het handelsregister
Het bestuur zorg voor onmiddellijke eerste inschrijving van de coöperatie in het handelsregister, om te voorkomen dat de bestuursleden hoofdelijk aansprakelijk blijven voor verbintenissen van de coöperatie.
WOONPLAATSKEUZE
Partijen kiezen voor alles wat deze akte betreft woonplaats op het kantoor van de bewaarder van deze akte.
BIJLAGEN
Aan deze akte zijn geen stukken gehecht.
SLOT
De verschenen personen zijn mij, notaris, bekend en de identiteit van de bij deze akte betrokken verschenen personen is door mij, notaris, aan de hand van de hiervoor gemelde en daartoe bestemde documenten vastgesteld.
WAARVAN AKTE
is verleden te Berg en Dal op de datum in het hoofd dezer akte vermeld. De zakelijke inhoud van deze akte is aan de verschenen personen opgegeven en toegelicht.
De verschenen personen hebben verklaard op volledige voorlezing van de akte geen prijs te stellen, tijdig voor het verlijden de conceptakte te hebben ontvangen, van de inhoud van de akte te hebben kennisgenomen, met de inhoud daarvan in te stemmen en voldoende te zijn gewezen op de
gevolgen
die voor partijen of een of meer hunner uit de inhoud van deze akte voortvloeien.
Vervolgens is deze akte onmiddellijk na beperkte voorlezing door de verschenen personen en vervolgens door mij, notaris, ondertekend om zestien uur drieënvijftig minuten.
(Volgen handtekeningen)
UITGEGEVEN VOOR AFSCHRIFT: