OPENBARE PROCEDURE
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 1
OPENBARE PROCEDURE
Algemene administratieve bepalingen en voorwaarden van een overheidsopdracht van DIENSTEN
Aanbestedende entiteit
Vlaamse Vervoermaatschappij ʹDe Lijn
Benaming van de DIENSTEN
EXPLOITATIE VAN BIJZONDERE VORMEN VAN GEREGELD VERVOER VOOR REKENING VAN DE V.V.M.
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 2
Inhoud
Toepasselijke Reglementering 5
Afwijkingen + Eventuele Motivering 7
Eerste deel: Algemene Administratieve Bepalingen 8
1.02 Voorwerp van de opdracht 8
1.03 Structuur van de opdracht 8
1.03.1 Plaatsingsprocedure van de opdracht (art. 117 §1 Wet) 8
1.03.3 Varianten (art. 136 Wet) 8
1.03.4 Opties (art. 136 Wet en 56 KB Plaatsing) 8
1.03.5 Percelen (art. 137 Wet) 8
1.03.6 Raamovereenkomst (art. 135 Wet) 9
1.03.7 Looptijd en mogelijke verlengingen en opzeggingsmodaliteiten (art. 135 Wet) 9
1.04 Selectie van de kandidaten : Uitsluitingsgronden & Kwalitatieve selectie 9
1.04.2 Uniform Europees Aanbestedingsdocument (art. 46 KB Plaatsing) 9
1.04.3 Deelname van landen buiten de Europese Unie 10
1.04.4 Deelname door een combinatie (art. 69 en art. 52 §1 lid 2 KB Plaatsing) 10
1.04.5 Uitsluitingsgronden (art. 151 Wet en art. 67-e.v. KB Plaatsing) 11
1.04.6 Selectiecriteria (art. 70 e.v. KB Plaatsing) 13
1.04.7 Beroepen op draagkracht andere entiteiten (art. 150 Wet en 72§2 en §3 KB Plaatsing) 15
1.05 Gunningcriteria van de opdracht (art. 153 Wet) 15
1.06 Prijsvaststelling en -bestanddelen 16
1.06.1 Hoeveelheden 16
1.06.2 Heffingen ʹBTW (art. 37 KB Plaatsing) 16
1.06.3 Elementen die in de prijzen zijn begrepen (art. 40 §3 KB Plaatsing) 16
1.07 Opmaak van de offerte (art. 75 KB Plaatsing) 17
1.07.1 Gebruik der talen (art. 60 KB Plaatsing) 17
1.07.2 Verbintenistermijn (art. 64 KB Plaatsing) 17
1.07.3 Deelname door een combinatie (art. 52 KB Plaatsing) 17
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 3
1.07.4 Bij de offerte toe te voegen documenten (art. 76 KB Plaatsing) 18
1.07.5 Prijsopgave (art. 33 KB Plaatsing) 20
1.08 Indiening van de offerte (art. 50 KB Plaatsing) 20
1.09 Wijziging of intrekking offerte (art. 51 §2 KB Plaatsing) 21
1.10 Opening van de offertes (art. 82 KB Plaatsing) 22
1.11 Opdracht via onderhandelingsprocedure 22
1.11.1 Algemeen 22
1.11.2 Regelmatigheid offertes (art. 74 KB Plaatsing) 22
Tweede deel: Bepalingen die betrekking hebben op de uitvoering van de opdracht 23
2.01 Algemeen 23
2.02 Leidend ambtenaar (art. 11 KB AUR) 23
2.03 Onderaannemers (art. 12 e.v. KB AUR) 23
2.04 Intellectuele rechten 24
2.04.1 Algemeen (art. 19 KB AUR) 24
2.04.2 Data aangeleverd door De Lijn 24
2.05 Verwerking van persoonsgegevens 25
2.06 Modaliteiten van bestelling (art. 146 KB AUR) 27
2.07 Borgtocht (art. 25 KB AUR) 28
2.08 Betalingen 28
2.08.1 Algemene Bepalingen (art. 160 KB AUR) 28
2.08.2 E-invoicing 28
2.08.3 Prijsherziening (art. 38/7 KB AUR) 30
A. Prijsherziening in geval van wijziging van de opdracht 30
B. Prijsherziening in geval van wijziging van de beschikbaarheid van het voertuig 31
2.09 Aansprakelijkheid van de opdrachtnemer (art. 152-153 KB AUR) en verzekering 32
2.09.01 Aansprakelijkheid 32
2.09.02 Verzekering 32
C. Afsluiten en betalingsverplichting 34
2.10 Wijzigingen aan de opdracht 36
2.10.1 Wijziging op bevel van de aanbestedende entiteit (art. 151 KB AUR) 36
2.10.2 Vervanging van de opdrachtnemer (art. 38/3 KB AUR) 36
2.10.3 Indieningsvoorwaarden (art. 38/14 e.v. KB AUR) 37
2.11 Opleveringen 38
2.11.1 Nazicht van de diensten (art. 150 KB AUR) 38
2.11.2 Voorlopige en definitieve oplevering (art. 156-157 KB AUR) 38
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 4
2.12 Sanctiemiddelen van de aanbestedende entiteit 38
2.12.1 Proces-Verbaal van Ingebrekestelling (art. 44 KB AUR) 38
2.12.2 Bijzondere straffen van de aanbestedende entiteit (art. 45 §1 KB AUR) 38
2.12.3 Algemene straffen van de aanbestedende entiteit (art. 45 §2 KB AUR) 41
2.12.4 Onderaanneming 42
2.12.4.01 Niet-vervanging onderaannemer (art. 12/2 §4 KB AUR) 42
2.12.4.02 Niet respecteren onderaannemingsketen (art. 12/3 §3 KB AUR) 42
2.12.5 Uitsluiting van toekomstige opdrachten (art. 48 KB AUR) 42
Derde deel: Technische en/of functionele bepalingen 43
A. Voorwerp 43
B. Voertuigen 43
C. Wettelijke en reglementaire verplichtingen 46
D. Uitvoering van de overeenkomst 48
E. Bijzondere voorwaarden voor de uitvoering van de opdracht 48
F. Chauffeursapplicatie 49
G. Inlichtingen 50
Vierde deel: Bijlagen 51
Bijlage 1: Opgave van de percelen met de te verzorgen ritten 51
Bijlage 1bis: Frequenties van de te verzorgen ritten 51
Bijlage 2: Prijsherzieningformulier 51
Bijlage 3: Model beroepen op draagkracht van een andere entiteit 52
Bijlage 4: Prijsnazicht 53
Vijfde deel: INSCHRIJVINGSFORMULIER 54
Zesde deel: Prijsopgave/Inventaris 57
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 5
/E>/ ,d/E' E
Aanbestedende entiteit
naam aanbestedende entiteit: Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn1
adres: Ragheno Park - Xxxxxxxxx 00 te 0000 Xxxxxxxx
Inlichtingen i.v.m. het bestek kunnen verkregen worden bij:
naax: Xxxxxx Xxxxxxxxxxx
e-mail: Xxxxxx.Xxxxxxxxxxx@xxxxxx.xx
Vragen omtrent de opdracht.
Alle vragen moeten schriftelijk gesteld worden 10 (tien) dagen voor de limietdatum voor het indienen van de offerte. De antwoorden van de aanbestedende entiteit zullen beschikbaar worden gesteld.
dK W ^^ Z >'/>: <D Ed Z/E'
1. Wet van 17 juni 2016 (BS van 14-07-2016) en latere wijzigingen betreffende de overheidsopdrachten.
2. Koninklijk besluit van 18 juni 2017 (BS van 23-06-2017) plaatsing overheidsopdrachten in de speciale secto- ren.
3. Koninklijk besluit van 14 januari 2013 (BS van 14-02-2013) tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken.
4. Wet van 17 juni 2013 (BS van 21-06-2013) en latere wijzigingen betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.
5. Algemeen Reglement op de Arbeidsbescherming ĂůƐŽŽCoŬde x ĚovĞer he͚t welzijn op het werk͛͘
6. Wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (BS van 18-09-1996) en latere wijzigingen en haar uitvoeringsbesluiten.
7. Alle wetten, Koninklijke, Ministeriële en Regeringsbesluiten van kracht op datum van de publicatie van deze opdracht krachtens de welke wijzigingen of aanvullingen aan de bovenvermelde wetgeving werden aange- bracht.
De in dit deel opgesomde toepasselijke reglementering is niet limitatief. De inschrijver wordt geacht alle van toepassing zijnde bepalingen te kennen en in overeenstemming met de van toepassing zijnde regelgeving te handelen.
Elke inschrijver heeft de plicht om de wettigheid van het bestek en de haalbaarheid van de opdracht aan een ernstig onderzoek te onderwerpen. Het niet naleven van deze verplichting wordt beschouwd als een gebrek in de zorgvuldigheidsplicht van de inschrijver en een ernstige beroepsfout.
Door het indienen van een offerte verklaart de inschrijver:
1 De Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn is een publiekrechtelijk extern vormgegeven verzelfstandigd agentschap (Ondernemingsnum- mer: 0242.069.537)
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 6
- onvoorwaardelijk de inhoud van het bestek te aanvaarden, de invulling van de onderhandelingspro- cedure zoals deze in het bestek geschreven is te aanvaarden en zelf door de bepalingen ervan ge- bonden te zijn
en
- dat het bestek geen enkele onduidelijkheid, onjuistheid, fouten en/of leemten bevat. Indien een inschrijver in dat verband een bezwaar heeft, dient hij dat schriftelijk en per aangetekend schrijven bekend te maken aan de aanbestedende entiteit met omschrijving van de redenen;
en
- uitdrukkelijk en onherroepelijk te verzaken aan zijn algemene en/of bijzondere verkoopsvoorwaar- den;
en
- dat geen enkel persoon die lid is van het bestuur-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, onherroepelijk veroor- deeld is voor het schenden van een verplichte uitsluitingsgrond.
In toepassing van artikel 19, tweede lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State wordt u ervan op de hoogte gesteld dat een verzoekschrift tot nietigverklaring bij de Raad van State kan worden ingediend indien u meent dat het onderhavige bestek onwettig is.
Het verzoekschrift moet, gedateerd en ondertekend, vergezeld worden van het vereiste aantal eensluidend verklaarde afschriften en van een afschrift van de bestreden beslissing en bevat:
x het opschrift 'verzoekschrift tot nietigverklaring' als het niet eveneens een vordering tot schorsing be- vat;
x de naam, hoedanigheid en woonplaats of zetel van de verzoekende partij, en in voorkomend geval, de gekozen woonplaats;
x het voorwerp van het beroep en een uiteenzetting van de feiten en de middelen;
x de naam en het adres van de verwerende partij.
De termijn voor het indienen van een beroep bij de Raad van State bedraagt 60 kalenderdagen vanaf de publi- catie of ontvangst van het bestek bij gebreke van publicatie. Op hetzelfde ogenblik als zij haar verzoekschrift indient, stuurt de verzoekende partij een kopie daarvan ter informatie aan de verwerende partij. De verzoe- kende partij mag zich laten vertegenwoordigen of bijstaan door een advocaat.
De verzending naar de Raad van State gebeurt bij ter post aangetekende brief naar het volgende adres: Weten- schapsstraat 33 Ͷ 0000 Xxxxxxx.
dK W ^^ K> /h:D< E d E
1. de volgende publicaties voor zover de opdracht werken bevat die er het voorwerp van uitmaken:
- niet van toepassing.
2. Alle latere aanvullingen en/of wijzigingen op de bovenvermelde toepasselijke documenten zijn eveneens op deze opdracht van toepassing voor zover ze ten laatste van kracht waren op de datum van de bekend- making van deze opdracht.
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 7
&t/:</нE s' Ed hD K>d / s Z/E'
Hierna volgt de lijst van de bepalingen waarvan voor onderhavige opdracht wordt afgeweken van de bovenver- melde toepasselijke reglementering.
KB van 14 januari 2013 (volgens artikel 9 §4)
- Er wordt afgeweken van artikel 150 - nazicht van de diensten ʹaangezien de aard van de dienst ertoe leidt dat de vervoerder niet aan de aanbestedende overheid een datum meedeelt waarop de diensten kunnen worden gecontroleerd. De diensten die het voorwerp uitmaken van de opdracht, worden gedurende de ganse duur van het contract continu en onaangekondigd aan controles onderworpen teneinde vast te stellen of de uitvoering ervan beantwoordt aan de voorschriften van het bestek.
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 8
Z^d ͗ > ' >D E D /E/^dZ dW/ >s/ E ' E
1.01 Algemeen
Dit eerste deel heeft betrekking op de regeling tot gunning van een overheidsopdracht totdat de opdracht is gegund. De bepalingen die vervat zijn in dit deel, hebben betrekking op de wet van 17 juni 2016 (hierna ook
ŬŽƌƚǁĞŐ ͞tĞƚ͟ ŐĞŶĂĂŵĚͿ ĞŶ ŚĞƚ < ǀĂŶ ϭϴ ũƵŶŝ ϮϬϭϳ
wijzigingen.
De aanbestedende entiteit ziet erop toe dat deze opdracht wordt uitgevoerd met inachtname van de anti-dis- criminatiewetgeving.
Alle verdachte gedragingen en aanwijzingen van vervalsing van de mededinging door de inschrijver(s) zullen worden gemeld aan de Belgische Mededingingsautoriteit (BMA).
1.02 Voorwerp van de opdracht
Deze opdracht bestaat uit het uitvoeren van een bijzondere vorm van geregeld vervoer namelijk het ophalen van leerlingen zoals beschreven in bijlage 1 en bijlage 1 bis bij dit bestek.
ĞŶ ŐĞĚĞƚĂŝůůĞĞƌĚĞ XxXXXxxxxxXX xXX XXxX XXXxXXXx xXXXxxXXXXx xxx Xxx ďĞƐƚĞŬ͘
1.03 Structuur van de opdracht
1.03.1 Plaatsingsprocedure van de opdracht (art. 117 §1 Wet)
De overeenkomst voor onderhavige opdracht wordt gesloten ingevolge een openbare procedure
De inschrijver is verplicht om in de inventaris prijs op te geven voor elk van deze posten.
1.03.3 Varianten (art. 136 Wet)
Vereiste varianten
Er zijn geen vereiste varianten.
Vrije varianten
Er zijn geen vrije varianten toegestaan in deze opdracht.
1.03.4 Opties (art. 136 Wet en 56 KB Plaatsing)
Er zijn geen vereiste opties.
1.03.5 Percelen (art. 137 Wet)
Elke rit die een voertuig maakt in de ochtend om de leerlingen naar school te brengen en in de avond om de leerlingen terug thuis te brengen vertegenwoordigd een perceel.
Deze opdracht omvat 181 percelen. Deze zijn opgesomd in bijlage 1. De inschrijver kan enkel een offerte indie- nen voor de percelen waarvoor men een aanvraag tot deelneming heeft ingediend en waarvoor men geselec- teerd werd.
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 9
De aanbestedende entiteit behoudt zich het recht voor sommige percelen wel en andere percelen niet te gun- nen. Elk perceel kan, maar hoeft niet noodzakelijk, aan een andere inschrijver gegund te worden.
De inschrijver is niet verplicht voor elk perceel een offerte in te dienen. De inschrijver mag slechts 1 offerte per perceel indienen.
Bij de beoordeling van het criterium prijs zal geen rekening worden gehouden met de ingediende kortingen voor het behalen van meerdere percelen.
1.03.6 Raamovereenkomst (art. 135 Wet)
De raamovereenkomst wordt gesloten met één enkele deelnemer per perceel.
1.03.7 Looptijd en mogelijke verlengingen en opzeggingsmodaliteiten (art. 135 Wet)
Elke perceel (dus elke rit) betreft een raamovereenkomst die wordt gesloten met één enkele deelnemer.
De opdrachten, gebaseerd op deze raamovereenkomst, worden aan de deelnemer gegund volgens de voor- waarden en modaliteiten gesteld in deze raamovereenkomst.
Looptijd:
Elk perceel betreft een raamovereenkomt voor zowel gewone bussen als voor bussen uitgerust met lift voor rolwagens met een initiële looptijd van 5 jaar die ingaat op 1 januari 2024. Xxxx xxxxxxxxxxxxxxxx is door de opdrachtgever verlengbaar met telkens 1 jaar, met een maximum aantal verlengingen van 3 keer. De maxi- male looptijd van het contract is derhalve 8 jaar.
Elke verlenging door de opdrachtgever gebeurt via een aangetekende zending, minstens 3 maanden voor de jaarlijkse vervaldatum van de raamovereenkomst.
1.04 Selectie van de kandidaten : Uitsluitingsgronden & Kwalitatieve selectie
De aanbestedende entiteit gaat over tot de selectie van de kandidaten in de mate dat de noodzakelijke inlich- tingen en documenten aantonen dat ze cumulatief voldoen aan:
- De bepalingen betreffende de uitsluitingsgronden zoals verder bepaald;
- De selectiecriteria zoals verder bepaald.
1.04.2 Uniform Europees Aanbestedingsdocument (art. 46 KB Plaatsing)
De kandidaat is verplicht het Uniform Europees Aanbestedingsdocument (UEA) behoorlijk in te vullen en bij zijn aanvraag tot deelneming te voegen.
Richtlijnen bij het invullen van het UEA
- Ga naar de website: xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx en kies uw taal.
- Ga naar de website: xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx en kies uw taal.
- Op de vraag 'Wie bent u' antwoordt u 'Ik ben een ondernemer'.
- Op de vraag 'Wat wilt u doen' antwoordt u 'Een UEA antwoord aanmaken'.
- Selecteer uw land en klik op 'Volgende'.
- Doorloop het formulier en antwoord op de vragen in de onderdelen 'Procedure' en 'Uitsluiting'.
- Betreffende deel IV van het UEA (selectie), mag u 'Nee' antwoorden op de vraag 'Wilt u de selectiecri- ƚĞƌŝĂ xXX xXx XX xXx XXxxXxXXXxx x XxXXx x xxxxxXX xXXx ĂůůĞ ƐĞůĞĐƚŝĞĐƌŝƚĞƌŝĂ͛͘
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 10
- Zodra het volledige formulier ingevuld is, klikt u op 'Overzicht' onderaan de pagina. Het door u inge- vulde UEA wordt weergegeven en kan worden gedownload in PDF formaat om vervolgens bij uw aan- vraag tot deelneming te voegen.
Percelen
Wanneer de opdracht in percelen is verdeeld en de selectiecriteria zijn voor alle percelen identiek moet er per deelnemer één UEA worden ingevuld.
Deelname door een combinatie (art. 48 KB Plaatsing)
Indien een combinatie deelneemt aan de procedure, moet dit worden aangeduid in deel II.A (Gegevens van de ondernemer) van het UEA.
Daarnaast moet voor elk lid van de deelnemende combinatie een afzonderlijk UEA worden ingediend met daarin de in de delen II tot en met V gevraagde gegevens.
Beroep op draagkracht van een andere entiteit
Wanneer de kandidaat zich wenst te beroepen op de draagkracht van een andere entiteit om te voldoen aan de vereisten van de selectieleidraad, dient hij dit aan te geven in deel II, C van het UEA.
Bijkomend moet voor elke betrokken entiteit op wiens draagkracht men beroep doet, een afzonderlijk UEA wor- den ingediend met de informatie die wordt gevraagd in de afdelingen A en B van deel II en deel III, en voor zover dit relevant is voor de specifieke draagkracht waarop de ondernemer steunt, vermeldt voor elk van de betrokken entiteiten de informatie bedoeld in de delen IV en V. Dit formulier moet door de betrokken entiteiten naar behoren worden ingevuld.
De bepaling om een afzonderlijk UEA in te vullen, geldt ook wanneer het gaat om niet rechtstreeks tot de on- derneming van de kandidaat behorende technici of technische organen, in het bijzonder die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole en, in het geval van overheidsopdrachten voor werken, de technici of technische or- ganen die de ondernemer ter beschikking zullen staan om de opdracht uit te voeren.
Op eenvoudig verzoek van de aanbestedende entiteit zal de kandidaat de bedoelde certificaten, attesten en andere vormen van bewijsstukken die hij in het UEA opneemt aan haar verstrekken.
1.04.3 Deelname van landen buiten de Europese Unie
De aanbestedende entiteit behoudt zich het recht voor om kandidaten uit derde landen buiten de Europese Unie te verzoeken een uittreksel aan te leveren van het internationaal verdrag of van de akte van een internati- onale instelling waaraan zij het recht menen te ontlenen om, met inachtneming van de beperkingen en de voor- waarden bepaald in het betrokken verdrag of de betrokken akte, aan de plaatsingsprocedure voor deze opdracht deel te nemen.
1.04.4 Deelname door een combinatie (art. 69 en art. 52 §1 lid 2 KB Plaatsing)
n geval een kandidaat de vorm van een combinatie van ondernemers aanneemt, dient elk lid van de combinatie het bewijs te leveren dat hij niet valt onder de uitsluitingsgronden voor deze opdracht, zoals voorzien in de selectieleidraad. De deelnemers aan een combinatie zullen bovendien hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de Uitvoering van de Opdracht.
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 11
1.04.5 Uitsluitingsgronden (art. 151 Wet en art. 67-e.v. KB Plaatsing)
Verplichte uitsluitingsgronden (art. 67 Wet):
Tenzij de kandidaat overeenkomstig artikel 70 §2 van de Wet aantoont toereikende maatregelen te hebben genomen om zijn betrouwbaarheid aan te tonen, wordt overeenkomstig artikel 67 van de Wet de kandidaat in elk stadium van de plaatsingsprocedure uitgesloten wanneer de aanbestedende entiteit heeft vastgesteld, of anderszins ervan op de hoogte is, dat deze kandidaat door een rechterlijke beslissing met kracht van gewijsde veroordeeld is voor één van de volgende misdrijven:
1° deelname aan een criminele organisatie; 2° omkoping;
3° fraude;
4° witwassen van geld en financiering van terrorisme;
5° terroristische misdrijven of strafbare feiten in verband met terroristische activiteiten, dan wel uitlokking van, medeplichtigheid aan of poging tot het plegen van een dergelijk misdrijf of strafbaar feit;
6° kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel;
7° het tewerkstellen van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen.
Uitsluitingsgronden i.v.m. sociale en fiscale schulden (art. 68 Wet):
De aanbestedende entiteit sluit een kandidaat van deelname aan de plaatsingsprocedure uit wanneer de kandi- daat niet blijkt te voldoen aan zijn verplichtingen tot betaling van:
- belastingen; en/ of
- bijdragen van de sociale zekerheid.
Facultatieve uitsluitingsgronden (art. 69 Wet):
De kandidaat dient op eigen initiatief corrigerende maatregelen voor te dragen indien hij zich in een facultatieve uitsluitingsgrond bevindt. Deze bepaling geldt voor alle facultatieve uitsluitingsgronden. Voor de uitsluitings- grond van art. 69, 3° geldt deze bepaling enkel indien de VVM De Lijn heeft gefungeerd als (mede-)opdrachtge- ver of (mede-)financier. Indien dit niet het geval is, wordt voor deze uitsluitingsgrond de wettelijke regeling gevolgd.
Overeenkomstig artikel 69 van de Wet kan de kandidaat in elk stadium van de plaatsingsprocedure worden uitgesloten indien deze valt onder één van de volgende bepalingen:
1° de aanbestedende entiteit kan met elk passend middel aantonen dat de kandidaat de in artikel 7 van de wet genoemde toepasselijke verplichtingen op het vlak van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht, heeft geschonden.
De kandidaat verbindt zich, door de ondertekening van zijn offerte, tot het eerbiedigen en het toezien doorheen de hele toeleveringsketen op het naleven van de onderstaande normen. Dit als aanvulling op de normen die zijn opgenomen onder artikel 7 van de Wet:
A. De fundamentele mensenrechten uit de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM).
B. Het Internationaal Verdrag van 20 november 1989 inzake de Rechten van het Kind, inzonderheid het artikel 32 betreffende de bescherming tegen kinderarbeid.
C. Nationale wetgeving (in het geval deze hogere of gelijkwaardige normen oplegt dan diegene die zijn opgenomen in bijlage II van de Wet of de hierboven beschreven internationale normen)
Het niet naleven van de in bijlage II van de Wet en hierboven vermelde verdragen zal dus worden be- schouwd als een ernstige schending van het sociaal- en/of arbeidsrecht in de zin van artikel 7 van de Wet.
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 12
2° in staat van faillissement of van vereffening verkeert, zijn werkzaamheden heeft gestaakt, een gerech- telijke reorganisatie ondergaat, of aangifte heeft gedaan van zijn faillissement, voor hem een procedure van vereffening of gerechtelijke reorganisatie aanhangig is, of hij in een vergelijkbare toestand verkeert ingevolge een soortgelijke procedure die bestaat in andere nationale reglementeringen;
3° wanneer de aanbestedende entiteit kan aantonen, met elk passend middel, dat de kandidaat in de uit- oefening van zijn beroep een ernstige fout heeft begaan, waardoor zijn integriteit in twijfel kan worden getrokken;
4° wanneer de aanbestedende entiteit over voldoende plausibele aanwijzingen beschikt om te besluiten dat de kandidaat handelingen zou hebben gesteld, overeenkomsten zou hebben gesloten of afspraken zou hebben gemaakt, die gericht zijn op vervalsing van de mededinging in de zin van artikel 5, lid 2 van de Wet. Het uitwisselen van informatie tussen concurrenten met het oog op de coördinatie van de in- houd van aanvragen tot deelneming en offertes is dan ook ten strengste verboden;
Het uitwisselen van informatie tussen concurrenten is dan ook ten strengste verboden.
5° wanneer een belangenconflict in de zin van artikel 6 van de Wet niet effectief kan worden verholpen met andere minder ingrijpende maatregelen;
6° wanneer zich wegens de eerdere betrokkenheid van de kandidaat bij de voorbereiding van de plaat- singsprocedure een vervalsing van de mededinging als bedoeld in artikel 52 heeft voorgedaan die niet met minder ingrijpende maatregelen kan worden verholpen;
7° wanneer de kandidaat xxxxx heeft gegeven van aanzienlijke of voortdurende tekortkomingen bij de uit- voering van een wezenlijk voorschrift tijdens een eerdere overheidsopdracht, een eerdere opdracht met een aanbesteder of een eerdere concessieovereenkomst en dit geleid heeft tot het nemen van ambts- halve maatregelen, schadevergoedingen of andere vergelijkbare sancties;
Zonder limitatief te zijn, beschouwt De Lijn volgende zaken als een tekortkoming bij de uitvoering van de opdracht:
x Zonder toestemming van De Lijn afwijken van het bestek, andere opdrachtdocumenten of de bevelen van De Lijn;
x Het beledigen of bedreigen van De Lijn of haar personeelsleden;
x Het misleiden of bedriegen van De Lijn of haar personeelsleden;
x Het herhaaldelijk begaan van gelijkaardige of verschillende lichte fouten;
x Afleggen van valse verklaringen;
x Het niet naleven of overtreden van onder meer de artikelen 16, 18, 24§1, 38/13, 38/18, 65 §3 en 78 van het KB AUR tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrach- ten;
x Het weigeren om (een deel van) de opdracht uit te voeren zonder gegronde reden die de ver- dere uitvoering van de opdracht onmogelijk of gevaarlijk maakt;
x De prestaties niet zodanig laten vorderen zodat de opdracht of delen van de opdracht op de bepaalde datum of data niet volledig zullen worden voltooid;
x Elk feit dat aanleiding heeft gegeven tot het opleggen van een ambtshalve maatregel in deze of een andere overheidsopdracht;
x Het nalaten van het tijdig melden van feiten, bezwaren of problemen die de goede uitvoering van de opdracht in het gedrang brengen en die de opdrachtnemer kende of had moeten kennen gelet op zijn beroepskennis of ʹervaring, zelfs wanneer kan aangetoond worden dat de aanbe- stedende entiteit of diens vertegenwoordiger kennis had of had moeten hebben van deze fei- ten, bezwaren of problemen;
x Gebreken in de leiding van en het toezicht op de uitvoering van de opdracht;
x Het (on)bewust geheel of gedeeltelijk niet volledig naleven, dan wel het miskennen, van de internationale, Europese en nationale regelgeving die van toepassing is op het verwerken van
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn
opdrachtnummer bladnummer
LLVV/01/24 13
persoonsgegevens in het algemeen en van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in het bijzonder;
8° wanneer de kandidaat zich in ernstige mate schuldig heeft gemaakt aan valse verklaringen bij het ver- strekken van de informatie die nodig is voor de controle op het ontbreken van uitsluitingsgronden of de naleving van de selectiecriteria, of hij informatie heeft achtergehouden, of niet in staat was de onder- steunende documenten die vereist zijn krachtens artikel 73 of artikel 74 over te leggen;
9° wanneer de kandidaat heeft getracht om het besluitvormingsproces van de aanbestedende entiteit on- rechtmatig te beïnvloeden, om vertrouwelijke informatie te verkrijgen die hem onrechtmatige voorde- len in de plaatsingsprocedure kan bezorgen, of om verwijtbaar misleidende informatie te verstrekken die een belangrijke invloed kan hebben op beslissingen inzake uitsluiting, selectie en gunning.
Indien een kandidaat zich in één van voormelde uitsluitingsgronden bevinden, kan hij in elk stadium van de plaatsingsprocedure worden uitgesloten.
De aanbestedende entiteit kan in elk stadium van de procedure, met alle middelen die zij dienstig acht inlichtin- gen inwinnen over de uitsluitingsgronden van om het even welke kandidaat.
1.04.6 Selectiecriteria (art. 70 e.v. KB Plaatsing)
De aanbestedende entiteit zal zelf de vereiste selectiecriteria bepalen. De artikelen 65, 67 en 68 van het KB plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren van 18 april 2017 zijn dan ook niet van toepassing.
1. Financiële en economische draagkracht
- Een internationale score behalen van A, B of C of minstens D25 in de rating van Graydon-CreditSafe (of gelijkwaardig). In geval van een combinatie dient deze score gehaald te worden door elk lid van de combinatie. Hiervoor zal De Lijn de financiële rapportering opvragen bij Graydon-CreditSafe.
Internationale Score | Score Omschrijving | BE Risico Score |
A | Zeer laag risico | 71 ʹ100 |
B | Laag risico | 51 ʹ70 |
C | Gemiddeld Risico | 30 ʹ50 |
D | Hoog risico | 0 ʹ29 |
E | Geen Score | Geen Score |
Niettemin, wanneer de ondernemer om gegronde redenen niet in staat is de door de aanbestedende overheid gevraagde score voor te leggen, kan hij zijn economische en financiële draagkracht aantonen met andere documenten die de aanbestedende overheid geschikt acht.
2. Technische bekwaamheid of de beroepsbekwaamheid
De technische bekwaamheid kan worden bewezen op volgende wijze:
- Voldoen aan bepaalde kwaliteitsnormen (bij inzet van voertuigen van meer dan 9 inzittenden (inclusief de bestuurder):
De kandidaten dienen aan te tonen dat zij voldoen aan Verordening nr. 1071/2009 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 21 oktober 2009: hetzij door a) werkelijk en op duurzame wijze in een lidstaat gevestigd zijn; b) betrouwbaar zijn; c) voldoende financiële draagkracht bezitten, en d) de vereiste