In deze openbare versie van de aanvraag voor goedkeuring zijn delen van de tekst vervangen of weggelaten om redenen van vertrouwelijkheid. Vervangen of weggelaten delen zijn met vierkante haken […] aangegeven.
In deze openbare versie van de aanvraag voor goedkeuring zijn delen van de tekst vervangen of weggelaten om redenen van vertrouwelijkheid. Vervangen of weggelaten delen zijn met vierkante haken […] aangegeven.
Zorgspecifieke concentratietoets
Aanvraagformulier
Ten behoeve van de aanvraag voor het verkrijgen van goedkeuring voor een concentratie als bedoeld in artikel 49a, eerste lid, van de Wet marktordening gezondheidszorg.
Hierbij verklaren de rechtsgeldig vertegenwoordigers van de in dit document genoemde betrokken organisaties dat dit document volledig en naar waarheid is ingevuld. 1
Stichting Gezondheidscentra Eindhoven e.o. Naam en functie rechtsgeldig vertegenwoordiger[…] Eindhoven, 26 juli 2022 Handtekening | Coöperatie DOH Naam en functie rechtsgeldig vertegenwoordiger[…] Eindhoven, 26 juli 2022 Handtekening |
Indien de aanvraag namens de betrokken organisaties wordt ingediend door een gemachtigde, verklaart deze gemachtigde namens de betrokken organisaties dat dit document volledig en naar waarheid is ingevuld.2
Naam gemachtigde 1 Functie gemachtigde Plaats en datum Handtekening | Naam gemachtigde 2 Functie gemachtigde Plaats en datum Handtekening |
1 Dit formulier gaat uit van maximaal twee betrokken organisaties. Indien meer organisaties betrokken zijn, kunt u de handtekeningvelden kopiëren.
2 In een dergelijk geval dient een door de rechtsgeldige vertegenwoordigers van de betrokken organisaties ondertekende machtiging en een uittreksel uit de handelsregister te worden overgelegd waaruit blijkt dat de ondertekenaars van de machtiging bevoegd zijn de organisatie te vertegenwoordigen.
Artikel 49a van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) bepaalt dat het voor zorgaanbieders verboden is een concentratie tot stand te brengen voordat de concentratie is goedgekeurd door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Dit formulier dient ertoe de goedkeuring van een concentratie bij de NZa aan te vragen. De aanvraag tot goedkeuring van de concentratie is een aanvraag zoals bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht. Dit aanvraagformulier bevat tevens de vragen die beantwoord moeten worden in de effectrapportage, zoals vereist op grond van artikel 49b Wmg.
PROCEDURE
− Per onderdeel vult u het formulier volledig en naar waarheid in.
− Het aanvraagformulier dient zelfstandig leesbaar te zijn. Er kan niet worden volstaan met verwijzingen naar bijlagen en andere documenten. Bijlagen kunnen als ondersteunend aan het aanvraagformulier worden meegezonden.
− Het aanvraagformulier, inclusief bijlagen, kan per e-mail worden verzonden aan xxxx@xxx.xx, onder vermelding van “Zorgspecifieke concentratietoets”.
Een e-mail kan niet groter zijn dan 20mb. U kunt de aanvraag in meerdere e-mails sturen.
− Wij verzoeken u ons het aanvraagformulier ondertekend, voorzien van de juiste datum en zowel in PDF-format als in Word-format toe te sturen. Indien deze versies van elkaar afwijken, wordt de PDF versie als origineel gehanteerd.
− Indien gewenst kunt u het aanvraagformulier, inclusief bijlagen, ook per post versturen aan: Nederlandse Zorgautoriteit
T.a.v. team zorgspecifieke concentratietoets
Xxxxxxx 0000
0000 XX XXXXXXX
− Xxx besluiten, conform artikel 49c, eerste lid, Wmg, in beginsel binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag.
− Indien de aanvraag onvoldoende informatie bevat voor de beoordeling, zullen wij de aanvrager in de gelegenheid stellen de aanvraag aan te vullen. De hierboven genoemde termijn voor het nemen van het besluit wordt daarmee opgeschort.
− Wij dienen een besluit te nemen op grond van een ondertekende versie van het meest recente aanvraagformulier.
PUBLICATIE
In geval de NZa goedkeuring verleent aan de concentratie, wordt naast het besluit ook de aanvraag gepubliceerd, conform artikel 49c, vierde lid, Wmg.
Gegevens die ingevolge artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur niet voor verstrekking in aanmerking komen, worden niet openbaar gemaakt. U dient de informatie die u als vertrouwelijk beschouwt duidelijk herkenbaar te maken in het Word-format van het aanvraagformulier. Van iedere passage die u vertrouwelijk acht dient u de vertrouwelijkheid ervan te motiveren.
Persoonsgegevens in het aanvraagformulier laten wij weg bij openbaarmaking, zie ook ‘Privacyverklaring’.
PRIVACYVERKLARING
Informatie over het verwerken van persoonsgegevens
Op een aantal plekken in dit formulier vragen wij om persoonsgegevens of om documenten waar deze in staan. We gebruiken deze om uw melding te behandelen.
Waarom vragen wij deze gegevens?
We hebben deze gegevens nodig om de zorgspecifieke concentratietoets uit te voeren. Deze toets is een taak van de NZa op grond van de wet. Zonder deze gegevens kunnen wij uw melding niet beoordelen.
Hoe verwerken we de persoonsgegevens?
Onze eigen medewerkers behandelen uw melding en gebruiken daarbij de gegevens die u heeft aangeleverd. Daarnaast kan het nodig zijn dat we deze gegevens delen met medewerkers van de Autoriteit Consument en Markt (ACM). Bij het publiceren van ons besluit op uw verzoek tot goedkeuring van een voorgenomen concentratie maken we uw aanvraagformulier openbaar. In dat geval laten we de persoonsgegevens weg. In voorkomende gevallen kan het zijn dat wij de gegevens die u in het kader van de zorgspecifieke concentratietoets heeft aangeleverd, gebruiken voor andere toezichtsdoeleinden die onder onze wettelijke taak vallen. Hiertoe zijn wij bevoegd op grond van artikel 69, tweede lid, Wet marktordening gezondheidszorg.
Hoe lang bewaren wij deze gegevens?
Na het besluit bewaren we de gegevens uit uw melding in ons archief. Tien jaar na het besluit vernietigen we de gegevens, behalve als we ze dan nog nodig hebben voor ons werk.
Wat zijn uw rechten?
De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) geeft u een aantal rechten. Meer hierover leest u in de privacyverklaring van de NZa.
CONTACT
Voor vragen over de zorgspecifieke concentratietoets kunt u telefonisch contact opnemen met de NZa (000 000 00 00) of contact opnemen via e-mail (xxxx@xxx.xx), onder vermelding van “Zorgspecifieke concentratietoets”.
ONDERDEEL I – Bij de concentratie betrokken organisaties
Als betrokken organisaties worden beschouwd (meer informatie vindt u in paragraaf 1.2 van de Toelichting):
− Bij fusie: de fuserende organisaties.
− Bij verkrijging van zeggenschap over een organisatie of een deel daarvan: de organisatie die zeggenschap verkrijgt en de organisatie, of het deel daarvan, waarover zeggenschap wordt verkregen.
− Bij een openbaar bod: de organisatie die beoogt zeggenschap te verkrijgen en de organisatie die doelwit is van het bod.
− Bij een nieuw op te richten gemeenschappelijke organisatie: de oprichtende organisaties.
− Bij een wijziging in de zeggenschap in een bestaande gemeenschappelijke organisatie: de organisaties die na de concentratie zeggenschap hebben over de gemeenschappelijke organisatie en de gemeenschappelijke organisatie zelf.
I.1 Organisatie 1
Statutaire naam organisatie: Stichting Gezondheidscentra Eindhoven e.o. |
Nummer Kamer van Koophandel: 41088261 |
Zorgaanbieder: Ja |
Indien zorgaanbieder: deze zorgaanbieder doet door 218 fte / 313 personen zorg verlenen.3 |
Contactpersoon
Indien de contactpersoon niet de rechtsgeldig vertegenwoordiger is: voeg machtiging bij.
De heer/mevrouw | […] |
Initialen | […] |
Naam | […] |
E-mailadres | […] |
Postadres | Xxxxxxxxxxxx-xxxx 000, 0000XX, Xxxxxxxxx |
Telefoonnummer | 0407116000 |
Voorzitter ondernemingsraad4
De heer/mevrouw | […] |
Initialen | […] |
Naam | […] |
E-mailadres | […] |
Postadres | Xxxxxxxxxxxx-xxxx 000, 0000XX, Xxxxxxxxx |
Telefoonnummer | 0407116000 |
Voorzitter cliëntenraad5
De heer/mevrouw | […] |
Initialen | […] |
Naam | […] |
E-mailadres | […] |
Postadres | Xxxxxxxxxxxx-xxxx 000, 0000XX, Xxxxxxxxx |
Telefoonnummer | […] |
Geef een beschrijving van de bedrijfsactiviteiten van deze organisatie en in welke zorgsector de organisatie actief is.
Sector: eerstelijns gezondheidszorg (75.000 patiënten) SGE kent 10 multidisciplinaire gezondheidscentra met disciplines huisartsen (41), apothekers (6) en fysiotherapeuten (35). In 1 centrum ook een tandartspraktijk. Daarnaast werken er veel andere zorgverleners (praktijkondersteuners, verpleegkundig specialisten, physician assistants) evenals ondersteunende medewerkers (o.a. assistentes van huisarts en apotheek en bezorgers) en een ondersteuningsbureau (Strijp-Z). |
3 Naast de beoordeling of er door meer of minder dan 50 personen zorg wordt verleend door uw organisatie, krijgen wij graag een beeld van hoe groot uw organisatie is. Om die reden vragen wij u aan te geven hoeveel medewerkers bij betrokken organisaties werken. Een (zo nauwkeurig mogelijke) benadering van het aantal volstaat. Meer informatie over het aantal personen vindt u in paragraaf 1.4 van de Toelichting.
4 De NZa kan contact opnemen met de ondernemingsraad om de betrokkenheid van personeel in het kader van vraag
II.8 van dit aanvraagformulier te beoordelen.
5 De NZa kan contact opnemen met de cliëntenraad om de betrokkenheid van cliënten in het kader van vraag II.8 van dit aanvraagformulier te beoordelen.
Statutaire naam organisatie: Coöperatie DOH U.A. |
Nummer Kamer van Koophandel: 17176897 |
Zorgaanbieder: Ja |
Indien zorgaanbieder: deze zorgaanbieder doet door 9,5fte/15 personen* zorg verlenen.7 |
*Er is geen personeel verbonden aan de Coöperatie DOH U.A. Wel zijn er medewerkers (zoals hierboven genoemd 9,5 fte / 15 personen) verbonden aan de onderliggende BV Zorggroep DOH BV.
Contactpersoon
Indien de contactpersoon niet de rechtsgeldig vertegenwoordiger is: voeg machtiging bij.
De heer/mevrouw | […] |
Initialen | […]. |
Naam | […] |
E-mailadres | […] |
Postadres | Xxxxxxxxxxxx-Xxxx 000 0000XX Xxxxxxxxx |
Telefoonnummer | 040-2310780 |
Voorzitter ondernemingsraad8
De heer/mevrouw | nvt |
Initialen | Initialen |
Naam | Naam |
E-mailadres | E-mailadres |
Postadres | Postadres |
Telefoonnummer | Telefoonnummer |
Voorzitter cliëntenraad9
De heer/mevrouw | nvt, DOH werkt met een Patiënten Advies Raad. |
Initialen | Initialen |
Naam | Naam |
E-mailadres | E-mailadres |
Postadres | Postadres |
Telefoonnummer | Telefoonnummer |
6 Dit formulier gaat uit van maximaal twee betrokken organisaties. Indien meer organisaties betrokken zijn, kunt u de vragenlijst van onderdeel I.1 kopiëren.
7 Naast de beoordeling of er door meer of minder dan 50 personen zorg wordt verleend door uw organisatie, krijgen wij graag een beeld van hoe groot uw organisatie is. Om die reden vragen wij u aan te geven hoeveel medewerkers bij betrokken organisaties werken. Een (zo nauwkeurig mogelijke) benadering van het aantal volstaat. Meer informatie over het aantal personen vindt u in paragraaf 1.4 van de Toelichting.
8 De NZa kan contact opnemen met de ondernemingsraad om de betrokkenheid van personeel in het kader van vraag
II.8 van dit aanvraagformulier te beoordelen.
9 De NZa kan contact opnemen met de cliëntenraad om de betrokkenheid van cliënten in het kader van vraag II.8 van dit aanvraagformulier te beoordelen.
Geef een beschrijving van de bedrijfsactiviteiten van deze organisatie en in welke zorgsector de organisatie actief is.
Zorgsector: eerstelijns gezondheidszorg (132.000 patiënten) Zorggroep DOH is een ondernemende en innovatieve organisatie waarin huisartsenpraktijken en ketenpartners intensief samenwerken. Op die manier biedt DOH kwalitatief hoogwaardige eerstelijnszorg aan ruim 130.000 patiënten in de regio Eindhoven. DOH bestaat uit 19 grootschalige, zelfstandige huisartsenpraktijken/gezondheidscentra. De compacte DOH-organisatie (9,5 fte, 15 medewerkers) faciliteert de onderlinge samenwerking en de verbinding met ketenpartners. Alle huisartsenpraktijken bieden wijkgerichte zorgprogramma's aan voor mensen met een chronische aandoening, zoals diabetes, astma, COPD en (verhoogd risico op) hart- en vaatziekten. Ook zijn er zorgprogramma’s voor kwetsbare ouderen en voor mensen met psychische klachten of aandoeningen. Voor de uitvoering organiseert DOH de samenwerking tussen de huisartsenpraktijken, lokale en regionale zorgaanbieders. Dit zijn onder meer diëtisten, psychologen, apothekers, fysiotherapeuten, medisch specialisten, podotherapeuten, pedicures en diagnostische centra. |
Geef aan in welke regio(‘s) de organisatie actief is en welke locatie(s) de organisatie heeft.
Regio Eindhoven: Eindhoven en omliggende dorpen Oirschot, Geldrop, Mierlo, Heeze, Someren, Son en Breugel. |
I.3 Beschrijf het karakter van de concentratie.
Gaat het om een fusie, verkrijging van zeggenschap, de totstandbrenging van een gemeenschappelijke organisatie (zie artikel 27 Mededingingswet)?
Meer informatie over het begrip concentratie vindt u in paragraaf 1.1 van de Toelichting
a. De voorgenomen concentratie betreft een concentratie in de zin van:
☐ artikel 27, eerste lid, onder a, van de Mededingingswet (fusie).
☒ artikel 27, eerste lid, onder b, van de Mededingingswet (wijziging van zeggenschap).
☐ artikel 27, tweede lid, van de Mededingingswet (totstandbrenging gemeenschappelijke onderneming).
b. Beschrijf het karakter van de voorgenomen transactie in de zin van artikel 27 van de Mededingingswet. Beschrijf de stappen die achtereenvolgens zullen worden gezet om de voorgenomen concentratie tot stand te brengen, het globale tijdspad en de veranderingen in de structuur van betrokken organisaties als gevolg van de voorgenomen transactie.
Er is sprake van een wijziging van zeggenschap omdat de Stichting SGE wijzigt in Stichting DOH/SGE. De aandelen van Zorggroep DOH BV gaan over naar de Stichting DOH/SGE. Naar aanleiding van overleg tussen NZa en ook ACM is bepaald dat de voorgenomen concentratie een wijziging van zeggenschap betreft, dit is daarom vermeld onder 1.3a. Voor de bestuurlijk-juridische vorm van de nieuwe organisatie is gekozen voor een Stichting met vier hieraan verbonden BV’s. De fusie wordt vorm gegeven door een aandelenoverdracht van de coöperatie DOH naar een Stichting samen met SGE. Statuten worden aangepast. De Stichting wordt de statutair bestuurder van de vier BV’s. Zorggroep DOH BV wordt Innovatie & Ontwikkeling BV. De S3-activiteiten van SGE (nu) worden ondergebracht in de Innovatie en ontwikkeling BV. De Coöperatie DOH kan na de fusie worden ontbonden. Hierover moet nog besluitvorming plaatsvinden. BV’s: Innovatie & Ontwikkeling BV Gezondheidscentra BV SGE Apotheek BV |
SGE Werkt BV
- Onder de BV SGE Werkt valt de OCA Meerhoven BV. Zie plaatje hieronder.
NB. De naam van de nieuwe organisatie is nog niet bekend. Zodra de naam bekend is, volgt hieruit ook dat de namen van de Stichting en de hieraan verbonden BV’s zullen wijzigen t.o.v. de hierboven genoemde namen.
Stappen:
Stap 0 Voorgenomen besluit d.d. 12 april 2022, getekende intentieverklaring (bijgesloten, bijlage 1)
Stap 1 globaal tijdspad Q3 2022
Oprichting door Stichting Gezondheidscentra Eindhoven e.o. van Gezondheidscentra B.V., waarbij:
a. De bij de oprichting te plaatsen aandelen in Gezondheidscentra B.V. door de stichting worden volgestort middels inbreng van (de exploitatie van) de gezondheidscentra.
b. De stichting wordt benoemd tot enig statutair bestuurder van Gezondheidscentra B.V.
Stap 2 globaal tijdspad Q4 2022
Statutenwijziging van Stichting Gezondheidscentra Eindhoven e.o., waarbij:
a. De naam wordt gewijzigd in voorlopig Stichting DOH/SGE.
b. De statuten worden gewijzigd conform de wensen voor de nieuwe organisatie.
c. De samenstelling van de raad van toezicht en de raad van bestuur wordt gewijzigd conform de wensen voor de nieuwe organisatie.
Stap 3 globaal tijdspad Q4 2022 Statutenwijziging van Zorggroep DOH B.V., waarbij:
a. De naam wordt gewijzigd in (voorlopig) Innovatie & Ontwikkeling B.V.
b. De statuten worden gewijzigd tot uniforme eenvoudige dochter-B.V. statuten, waarbij de raad van commissarissen komt te vervallen en de huidige commissarissen aldus van rechtswege aftreden als commissaris van de B.V.
Stap 4 globaal tijdspad Q4 2022
Levering van alle door Coöperatie DOH U.A. gehouden aandelen in het kapitaal van Innovatie & Ontwikkeling B.V. (voorheen: Zorggroep DOH B.V.) aan Stichting DOH/SGE, waarbij:
a. De huidige statutaire bestuurders van Zorggroep DOH B.V. vrijwillig aftreden middels ondertekening van een aftredingsbrief.
b. Stichting DOH/SGE wordt benoemd tot enig statutair bestuurder van Innovatie & Ontwikkeling B.V.
Stap 5 globaal tijdspad Q4 2022
Statutenwijziging van SGE Apotheek B.V., SGE Werkt B.V. en OCA Meerhoven B.V., waarbij:
a. De statuten worden gewijzigd tot uniforme eenvoudige dochter-B.V. statuten.
b. Optioneel: de namen van die B.V.'s worden gewijzigd conform de wensen voor de nieuwe organisatie. Stap 6 globaal tijdspad Q1 2023 Ontbinding van Stichting DOH en Coöperatie DOH U.A. |
c. Beschrijf de eventuele (opschortende of ontbindende) voorwaarden die in de transactiedocumentatie of anderszins zijn gesteld aan het tot stand brengen van de voorgenomen concentratie. Vermeld van iedere voorwaarde de status en beschrijf of die status een belemmering vormt voor doorgang van de transactie.
1. Het adviesrecht (medezeggenschap) van de ondernemingsraad en cliëntenraad van SGE, en de inspraak van de patiënten adviesraad van DOH. - Positief advies op voorgenomen besluit OR ontvangen op 23 maart 2022 (bijlage 2) - Positief advies op voorgenomen besluit CR ontvangen op 2 maart 2022 (bijlage 3) - De Patiënten Advies Raad (PAR) van DOH heeft geen formeel adviesrecht. Zij hebben op verschillende momenten in het traject met bestuurders meegedacht over de fusie, het belang van de patiënt en ook hoe dat in de nieuwe organisatie te borgen. 2. De naleving van de SER-Fusiegedragsregels 2015. Gelet op de omvang van DOH en SGE zijn op de fusie de SER-Fusiegedragsregels 2015 van toepassing. DOH en SGE hebben de betreffende vakbonden en de Sociaal-Economische Raad (SER) in kennis gesteld van de voorbereiding van de fusie en de inhoud daarvan. 3. Melding bij de ACM. Gelet op de omvang (omzetregels) van DOH en SGE is de fusie niet meldingsplichtig bij de ACM. Dit is bevestigd door de ACM per mail op 17 maart 2022. 4. Due Diligence onderzoek (boekenonderzoek) Er wordt een Due Diligence onderzoek (DDO) uitgevoerd bij beide organisaties door een onafhankelijke accountant. Adviezen die hieruit volgen, worden benut bij de besluitvorming over het aangaan van de fusie en vervolgens meegenomen in de effectuering en de financiële inrichting. Huidige status: DDO is in uitvoering bij beide organisaties en wordt naar verwachting in juni afgerond. DDO wordt uitgevoerd door QConcepts. Het DDO is inmiddels afgerond en ligt momenteel voor bij de beide toezichthoudende organen. Ook de ALV van DOH moet hierover nog worden geïnformeerd. De uitkomst is op hoofdlijnen positief. De financiële uitgangsposities zijn voldoende goed, risico's zijn in beeld en er liggen degelijke verbeterplannen om financiële risico's te mitigeren of beheersen. De verwachting is dan ook niet dat de uitkomst van het DDO de transactie in de weg staat. Er worden afspraken gemaakt over zichtbaarheid van de resultaten van verbeterplannen, het goed beheersen van de risico‘s en het oplossen van een beperkt aantal minor issues. We verwachten afspraken te kunnen maken die beide organisaties voldoende comfort geven bij de besluitvorming over het aangaan van de fusie. |
d. Motiveer of de benodigde goedkeuring van toezichthoudende organen is verkregen. Hierbij kunt u denken aan benodigde goedkeuring van de raad van toezicht of de raad van comissarissen.
De Raad van Toezicht van SGE heeft goedkeuring verleend aan het voorgenomen besluit tot fusie in haar vergadering van 31 maart 2022. De Raad van Commissarissen van DOH heeft in haar vergadering van 24 januari 2021 besloten om een positief advies gegeven aan de Algemene Ledenvergadering d.d. 24 februari 2021. De Algemene Ledenvergadering van Coöperatie DOH U.A. heeft op 24 februari een positief besluit genomen over het voornemen tot fusie met SGE. Alle leden van DOH hebben hun stem laten horen. Met 55 stemmen voor, één stem tegen en één onthouding is er zelfs sprake van een bijna unaniem besluit. Alle betrokken organen (resp. directie DOH, Raad van Bestuur SGE, Raad van Commissarissen DOH, Raad van Toezicht SGE, ALV DOH, Ondernemingsraad SGE en Cliëntenraad SGE) zullen hun voorgenomen besluit nog bekrachtigen op basis van de uitwerking van o.a. deze NZa aanvraag. |
e. Geef aan op welke documenten de concentratie berust en voeg deze documenten bij.
☒ Intentieovereenkomst (bijvoegen – bijlage 1).
☐ Koopovereenkomst (bijvoegen).
☒ Statuten(wijziging) (bijvoegen – concept statuten bijlage 4).
☐ Oprichtingsakte (bijvoegen).
☐ Aandeelhoudersovereenkomst (bijvoegen).
☐ Voorstel tot fusie ex. art. 2:312 BW (bijvoegen).
☐ Xxxxxx, namelijk: Meerdere documenten mogelijk (bijvoegen).
Het voorgenomen besluit tot fusie is genomen op 12 april en is bekrachtigd door middel van het tekenen van een intentieovereenkomst op die datum.
Met de diverse gremia is een aantal opschortende voorwaarden afgesproken voordat het voorgenomen besluit bekrachtigd kan worden en aldus een definitief besluit tot fusie kan worden genomen. Dit waren:
- Uitkomsten DDO -> zie onder I.3c, inmiddels bijna afgerond
- Concentratietoets NZa
- Conceptstatuten -> deze liggen momenteel ter advies/instemming/goedkeuring voor bij de (voorlopers van de ) raden voor (mede) zeggenschap. De laatste versie van de concept statuten d.d. 17-06-2022 is bijgevoegd (Bijlage 13)
- Duidelijkheid over invulling topstructuur (benoemingen RvB en RvT) -> zie onder I.3b.
Duidelijkheid wordt verwacht rond 1 juli a.s.
Als alle voorwaarden zijn ingevuld kan het voorgenomen besluit tot fusie omgezet worden in een definitief besluit. Het definitieve besluit tot fusie wordt genomen door RvB SGE en directie DOH na:
- Goedkeuring ALV DOH op 6 juli a.s.
- Advies CR SGE voor 14 juli a.s.
- Advies OR SGE voor 14 juli a.s.
- Goedkeuring RvT SGE op 14 juli a.s.
Planning definitief fusiebesluit: omstreeks 15 juli a.s.
ONDERDEEL II – Effectrapportage
Dit onderdeel bevat de effectrapportage, zoals bedoeld in artikel 49b Wmg.
Wij beoordelen of deze rapportage voldoende inzicht biedt in de verwachte effecten van de beoogde concentratie.
II.1 Licht toe waarom betrokken organisaties kiezen voor een concentratie en motiveer de doelstellingen van betrokken organisaties bij de voorgenomen concentratie.
Welke alternatieven anders dan een concentratie zijn in beschouwing genomen? Wat willen de betrokken organisaties bereiken met de concentratie? (Zie paragraaf 2.1 van de Toelichting)
DOH en SGE maken zich graag samen sterk voor een gezondere regio waarin zorg toegankelijk is. Positieve gezondheid, multidisciplinair werken en de mens/patiënt centraal zijn hierbij uitgangspunten. Zorgverleners en partners werken continue aan kwaliteit van zorg en bouwen samenhangende ketens of netwerken rond de patiënt.
DOH en SGE faciliteren professionals daarbij. Door kennis en expertise over groepspraktijken van huisartsen en multidisciplinaire gezondheidscentra te bundelen, door het introduceren van nieuwe zorgvormen, door praktijken en centra te ondersteunen en werk te maken van zorgvernieuwing, door aantrekkelijk te zijn voor vestiging of als werkgever in een krappe arbeidsmarkt.
Uit de regio-analyse 2018: “Enorme krapte op de arbeidsmarkt en toenemende werkdruk en ziekteverzuim zorgen ervoor dat toegang tot huisartsenzorg onder druk staat. Vanwege de stijgende zorgvraag en de vergrijzing stijgt het aantal benodigde medewerkers in de zorg- en welzijnssector in de regio van 11,3% in 2017 naar 12,6% in 2025 (van de beroepsbevolking). Vooral het tekort aan doktersassistentes is zeer zorgwekkend. Dit loopt naar verwachting op naar 250 niet te vervullen vacatures in 2023”.
Uit de recent uitgevoerde regio-analyses blijkt het beeld uit 2018 over de hele linie verslechterd (bijlage 11).
Naast deze krappe arbeidsmarkt liggen de zorgkosten in de regio 2% hoger dan verwacht op basis van de bevolkingsopbouw. In Eindhoven is deze afwijking het grootst (+10%). Er is dus een relatief grote zorgvraag. Dit zorgt voor urgentie: we moeten met hetzelfde aantal zorgprofessionals meer mensen van zorg voorzien. En inzet leveren om deze trend om of af te buigen.
DOH en SGE hebben in het programma Samen op Koers (naam die gegeven is aan het samenwerkingstraject) de samenwerking geïntensiveerd en (informeel) georganiseerd. Waar lopen we o.a. tegen aan?
⮚ Op alle (werk)niveaus worden samenwerkingen aangegaan en gezamenlijke afspraken gemaakt, die vervolgens in beide organisaties besluitvormingsprocedures moeten doorlopen. Dit tast de slagkracht van de organisaties aan als ook een eenduidig beleid naar partners.
⮚ Medewerkers worden in toenemende mate door DOH en SGE gedeeld. De onderlinge in- en uitleen is geregeld met behulp van kosten voor gemene rekening. Door de omvang (in fte) en diffuse verantwoordelijkheid en aansturing is deze regeling op termijn onwenselijk. Arbeidsrechtelijk en ook fiscaal.
⮚ De informele samenwerking is sterk afhankelijk van personen van bestuurders en daardoor mogelijk ook kwetsbaar.
⮚ De veelheid aan coördinatie en afstemming leidt tot veel (bestuurlijke) drukte.
Bovenstaande beperkingen leiden tot vertraging, inefficiëntie en bestuurlijke drukte. Terwijl de inhoudelijke thema’s juist vragen om innovatie en wendbaarheid. Daarnaast is het goed stil te staan bij de toenemende regionalisering waar vanuit hoofdlijnenakkoorden, koepels, ministeries, zorgverzekeraars en externe toezichthouders zoals de Nza op wordt ingezet. En waardoor in veel regio’s al krachtige eerstelijnsorganisaties zijn ontstaan voor 24/7 huisartsenzorg als ook vormen van multidisciplinaire zorg. […]. Met het risico dat de regio minder effectief is dan beoogd en noodzakelijk, gelet op de problemen die er zijn.
Concluderend:
De eerder gekozen netwerk vorm wordt verlaten gelet op ervaren beperkingen in het realiseren van de gedeelde ambities. En kiezen voor het vormen van één organisatie. Voor de fusie-organisatie zijn meerdere rechtsvormen overwogen. Uiteindelijk is in verband met het evenwichtig kunnen inregelen van zeggenschap voor professionals, clienten en medewerkers gekozen voor de Stichting als vorm.
II.2 Neem organogrammen op van de betrokken organisaties die de (eigendoms- en organisatie)structuur voorafgaand aan én na de voorgenomen concentratie weergeven. Maak middels de organogrammen en eventuele toelichting daarop inzichtelijk waar de (activiteiten van) betrokken organisaties na de voorgenomen concentratie ten opzichte van elkaar worden
gepositioneerd. U kunt verschillende organogrammen van één organisatie opnemen om zodoende zowel de eigendomsstructuur als de organisatiestructuur weer te geven. (Zie paragraaf 2.2 van de Toelichting)
Situatie voorafgaand voor beide organisaties (links DOH, rechts SGE): Organogram DOH voorafgaand aan de fusie: |
Organogram SGE voorafgaand aan de fusie Situatie na de fusie: |
Organogram nieuwe organisatie: Stichting DOH/SGE (werktitel): In de nieuwe organisatie wordt overleg, verbinding en de zeggenschap van professionals geregeld in een structuur genaamd het Raadhuis. Het Raadhuis krijgt recht van advies en goedkeuring, dit wordt vastgelegd in de statuten van de nieuwe organisatie. We richten in de structuur een Raadhuis in met daarin drie Kamers voor de disciplines huisartsen, apothekers (incl. tandarts) en fysiotherapeuten. Evenals voor de Ondernemingsraad en Cliëntenraad is de RvB de gesprekspartner voor het zeggenschapsorgaan van de professionals. In het Raadhuis zijn in beginsel alle professionals welkom en iedereen heeft spreekrecht. Bij aanvang hebben toegang huisartsen, fysiotherapeuten, tandarts en apothekers in loondienst (allen SGE) en praktijkhoudend huisartsen (DOH, contractueel aan de BV O&I verbonden), met patiënten ingeschreven op naam. Voor de Ondernemingsraad en de Cliëntenraad zijn de wettelijke rechten in respectievelijk de WOR en de Wmcz 2018 vastgelegd. Daarin is ook opgenomen hoe de RvB kan omgaan met instemming of advies, inclusief de te volgen procedures. Omdat we voor de zeggenschap van professionals in een stichting de kaders, bevoegdheden en inrichting zelf formuleren, en daar ook gewicht aan willen geven hanteren we drie soorten van rechten. Voor het Raadhuis is een aantal vergelijkbare rechten geformuleerd als voor de andere adviesgremia (OR en CR), zoals recht op informatie ed. Daarnaast zijn twee soorten bevoegdheden waarmee het raadhuis (of zijn Kamers) op voorstellen van de Raad van bestuur kan reageren: namelijk het goedkeuringsrecht en het adviesrecht. Bij een goedkeuringsrecht is de Raad van Bestuur verplicht het besluit voor te leggen aan de Raad. Bij adviesrecht moet de Raad van Bestuur het voorstel ook voorleggen, maar dan voor advies. In alle gevallen geldt dat de Raad van Bestuur kan handelen (in afwijking van adviezen) als de belangen van de organisatie ernstig geschaad worden door niet te handelen. |
II.3 Beschrijf, aan de hand van onderdelen a t/m h, wat de gevolgen zijn van de concentratie voor de zorgverlening aan de cliënt en de zorgprocessen van betrokken organisaties. Ga voor beantwoording van onderdelen a t/m j uit van een termijn van vijf jaar na effectuering van de voorgenomen concentratie. (Zie paragraaf 2.3 van de Toelichting)
a. Vermeld wat er verandert in de organisatie van de zorgverlening en in het aanbod van zorg en welke gevolgen dit heeft voor de zorgverlening aan de cliënt.
Denk hierbij aan de vraag of maatschappen/afdelingen worden geïntegreerd, of (een deel van het) zorgaanbod vervalt, of dat het zorgaanbod juist wordt uitgebreid als gevolg van de concentratie.
De toegankelijkheid van zorg en gezondheid voor patiënten en wijkbewoners staat onder druk door forse arbeidsmarkttekorten en een toenemende en complexer wordende zorgvraag. Bij de fusie ontstaat er één ondersteuningsorganisatie: beide bedrijfsbureau’s worden samengevoegd. De schaalvoordelen die ontstaan bij een grotere ondersteuningsorganisatie maken het mogelijk om meer te focus te leggen op (innovatieve) doelen en sneller en beter de inhoudelijke en noodzakelijke ambities te behalen. Met de fusie willen DOH en SGE de gezamenlijke inhoudelijke ambities krachtiger en met meer impact realiseren: - continuïteit en toegankelijkheid van huisartsen- en bredere eerstelijnszorg door focus op duurzame inzetbaarheid en (vernieuwende vormen van) ondersteuning van professionals - zorgvernieuwing, digitalisering en anders werken in de zorg door een ontwikkelgerichte aanpak - aanjagen en verbeteren van wijkgerichte, multidisciplinaire samenwerking waardoor mensen sneller op de juiste plek komen met hun vraag op het gebied van gezondheid, zorg of welzijn Zo houden we zorg kwalitatief goed, betaalbaar en beschikbaar voor inwoners van de regio. Dit is verwoord in onze gezamenlijke missie: toegankelijk voor patiënten, aantrekkelijk voor professionals, krachtig in de regio. De fusie brengt vooralsnog geen wijzigingen ten aanzien van de zorgverlening en het zorgaanbod aan cliënten van SGE en DOH met zich mee. Op termijn is het natuurlijk wel de bedoeling dat ook patiënten/cliënten baat hebben bij de fusie. DOH en SGE bouwen aan netwerken van professionals en organisaties in wijken en dorpen om de complexe zorgvraag beter af te stemmen. Hierdoor worden patiënten met een hulpvraag sneller gezien door de meest passende hulpverlener dan wel worden patiënten beter in staat gesteld om zelf of samen met diverse hulpvragen aan de slag te gaan. Dat is goed voor de patiënt en het belast de zorgverleners in de praktijken en gezondheidscentra minder. DOH en SGE stimuleren ook heel actief vormen van zorgvernieuwing (o.a. digitalisering, taakdelegatie) in alle aangesloten praktijken en gezondheidscentra, met als doel toegang tot de huisarts te garanderen. Voor centra en praktijken, maar ook breder in de regio. Dit zal de komende jaren steeds verder uitgebreid worden. Hierbij zijn ook nieuwe vormen van zorg(aanbod) zoals een volledige digitale praktijk zeker voorstelbaar. Deze ontwikkelingen zouden echter ook zonder de fusie tot stand komen, mogelijk wel minder snel dan vanuit de gezamenlijke focus van de fusie organisatie. De zorginhoudelijke aansturing wijzigt niet. Op dit moment, voor de voorgenomen fusie, gebeurt de zorginhoudelijke aansturing op centrum- (in geval van SGE) en praktijkniveau (DOH). Dit wijzigt na de fusie niet. Het toekomstige lid Raad van Bestuur draagt bestuurlijke verantwoordelijkheid voor kwaliteit en veiligheid, voor continuïteit van de dienstverlening, en voor de aansluiting daarvan op de individuele vraag en de geconstateerde maatschappelijke behoefte. Het Raadhuis, waarin de zeggenschap van de professionals is geborgd, is rondom deze onderwerpen een belangrijke sparringpartner voor de Raad van Bestuur en heeft op aspecten van kwaliteit en continuïteit van zorg ook goedkeuringsrecht bv. voor het starten van een zorgprogramma en het vaststellen van de meerjarenstrategie. |
b. Geef aan of zorgprocessen van de organisaties voorafgaand aan de voorgenomen concentratie van elkaar verschillen, en of deze worden (her)ingericht/op elkaar worden afgestemd. Beschrijf concreet hoe zorgprocessen worden ingericht en welke gevolgen dit heeft voor de cliënt.
Bij SGE zijn huisartsen in loondienst als zelfstandig professionals met eigen ingeschreven patiënten. Via de lijnorganisatie zijn huisartsen medeverantwoordelijk voor het reilen en zeilen in de gezondheidscentra (GZC). En apothekers voor de BV Apotheek. Professionals worden gefaciliteerd door de organisatie. Aan DOH zijn zelfstandige huisartsen met eigen ingeschreven patiënten verbonden. Voor ketenzorg en netwerkzorg wordt een contract gesloten met DOH. Vanuit die relatie vindt monitoring en sturing plaats. Multidisciplinair samenwerken is vanzelfsprekend in beide organisaties. SGE is daarnaast ook multidisciplinair georganiseerd. Bij de voorgenomen fusie blijven SGE-professionals in loondienst van de organisatie. De DOH- huisartsen blijven zelfstandig. Praktijken, centra en wijken hoeven niet ‘hetzelfde’ te zijn, verschillen in posities mogen en zijn juist krachtig. Elke huisarts en andere professional geeft de zorg voor zijn/haar patiënten op een eigen manier – binnen de landelijk gestelde kaders - vorm. Dit zullen professionals blijven doen. De voorgenomen fusie zal niet leiden tot andere zorgprocessen. Voor patiënten die binnen een zorgprogramma vallen (Astma/COPD, Diabetes, CVRM, Kwetsbare Ouderen) en voor patiënten met psychische problemen zullen de zorgprocessen ook niet veranderen door de voorgenomen fusie. SGE en DOH werken al een aantal jaar intensief samen in het ontwikkelen en aanbieden van deze zorgprogramma’s. De fusie maakt deze samenwerking eenvoudiger. |
c. Geef aan of het aantal locaties waar zorg wordt verleend wijzigt en of zorgverlening wordt herverdeeld over verschillende locaties. Licht toe welke gevolgen dit heeft voor de cliënt (bijvoorbeeld in toegankelijkheid van zorg, reistijd, andere zorgverleners, andere zorgprocessen).
Alle gezondheidscentra en huisartsenpraktijken blijven bestaan. Het aantal locaties waar zorg wordt verleend, zal dus niet wijzigen door de voorgenomen fusie. Door andere ontwikkelingen dan de fusie (o.a. arbeidsmarktproblematiek of huisvestingskrapte) kan dit uiteraard wel ontstaan in de toekomst, zoals het opzetten van een digitale praktijk. |
d. Geef aan of er wijzigingen van de schaalgrootte van de zorgverlening op locaties worden voorzien en beschrijf welke gevolgen dit heeft voor de cliënt.
Denk bijvoorbeeld aan de vragen: In hoeverre wordt zorgverlening samengevoegd als gevolg van de concentratie? Verandert de schaalgrootte om een andere reden? Wat merkt de cliënt van de wijziging van de schaalgrootte?
In het ontwikkelen en implementeren van zorgprogramma’s en bijbehorende groepszorgaanbod voor patiënten in de vorm van trainingen en cursussen voor patiënten werken DOH en SGE al enkele jaren intensief samen. Dit zal zo blijven en mogelijk ook verder uitbreiden. Uitbreiding is niet gekoppeld aan de fusie maar vooral als gevolg van bv. een nieuwe meerjarenstrategie (o.b.v. regio analyses) en contractuele afspraken met zorgverzekeraars en gemeenten. Als gevolg van de fusie zullen er geen wijzigingen zijn in de schaalgrootte. |
e. Geef aan welke andere wijzigingen worden voorzien met gevolgen voor de cliënt en welke gevolgen deze wijzigingen hebben voor de cliënt.
De belangrijkste wijzigingen voor de patiënt zijn hierboven genoemd: het ontstaan van meer, nieuwe, innovatieve zorgvormen en meer wijkgerichte, multidisciplinaire samenwerking tussen de huisartsenpraktijk en de andere partijen in de wijken en dorpen. Daardoor is er voor de patiënt een breder en toegankelijk aanbod aan passende zorg (denk bijvoorbeeld aan digitale zorg of goede overdracht aan het sociaal domein). |
f. Beschrijf welke cultuurverschillen er bestaan tussen de betrokken organisaties. Motiveer of deze cultuurverschillen integratierisico’s met zich meebrengen en zo ja, welke maatregelen zullen worden genomen om deze risico’s te ondervangen.
Bij SGE zijn huisartsen in loondienst. Zij zijn medeverantwoordelijk voor het reilen en zeilen van een gezondheidscentra en worden gefaciliteerd door de organisatie. Aan DOH zijn zelfstandige huisartsen verbonden. Huisartsen zijn eigenaar van de coöperatie. Zij hechten aan (h)erkenning van het ondernemerschap. Er zijn twee cultuurverschillen die in deze twee verschillende groepen huisartsen opvallen: - SGE ondersteunt professionals. Bij DOH staat eigenaarschap hoog in het vaandel. Echter neemt bij DOH de behoefte aan ondersteuning van bedrijfsvoering toe. - DOH kent vanuit ondernemerschap een sterke drive tot initiatief nemen vanuit de praktijk. Bij SGE zijn professionals in loondienst en niet eindverantwoordelijk voor de praktijkvoering. Echter is SGE voor zorgvernieuwing gebaat bij eigenaarschap van professionals. De mogelijkheid om in loondienst te treden en de mogelijkheid om als zelfstandig huisarts een eigen praktijk te runnen blijven aanwezig. Daarnaast wordt het mogelijk om tot tussenvormen te komen. Een van de ambities van de nieuwe organisatie is nieuwe vormen van bedrijfsvoering en hiermee samenhangend nieuwe vormen van verbinding van professionals aan de organisatie te ontwikkelen. Zo kan elke huisarts kiezen voor een vorm van praktijkvoering die bij hem/haar past. Deze culturele verschillen mogen blijven bestaan en kunnen elkaar ook aanvullen. Zeggenschap van professionals is een gedeelde waarde. Dit wordt door alle betrokkenen zo gevoeld en is daarom geformaliseerd in een zeggenschapsorgaan genaamd het Raadhuis. Hier ontmoeten professionals elkaar en kunnen ze meepraten over beslissingen. In dit orgaan zal het groepsgevoel, de betrokkenheid en de verbondenheid van de nieuwe organisatie moeten ontstaan. Tijdens de inrichting van het Raadhuis wordt hier rekening mee gehouden. Professionals zijn in een vroeg stadium hierbij betrokken. Een relatief groot aantal medewerkers van de bedrijfsbureau’s werkt al voor beide organisaties. Bovendien zitten SGE en DOH in hetzelfde gebouw. Daardoor kennen veel medewerkers elkaar al. SGE en DOH zijn natuurlijk andere organisaties met elk een eigen cultuur. Ook op het niveau van het bedrijfsbureau zullen we investeren in het creëren van een groepsgevoel en betrokkenheid en verbondenheid aan de nieuwe organisatie. Dit doen we onder andere door het organiseren van gezamenlijke activiteiten. |
g. Beschrijf per kwartaal de te zetten stappen om de veranderingen zoals beschreven onder a tot en met f hierboven te realiseren en welke gevolgen dit heeft voor de cliënt.
Faseplan is bijgevoegd (bijlage 5). |
De afzonderlijke stappen uit het faseplan hebben niet direct gevolgen voor de cliënt.
h. Beschrijf de belangrijke risico’s die zich tijdens en na het integratie-/veranderproces kunnen voordoen en geef per risico aan op welke wijze deze risico’s zullen worden ondervangen. Geef aan welke gevolgen dit heeft voor de cliënt.
Besteed hierbij specifiek aandacht aan de risico’s voor de kwaliteit en bereikbaarheid van zorg.
De fusie heeft geen risico’s voor de reguliere patiëntenzorg van de huisartsenpraktijken en gezondheidscentra. Er zijn wel enkele andere risico’s: Risico: tijdelijk minder strategische focus De fusie tussen DOH en SGE vraagt gedurende 2022 en deels 2023 extra tijd en aandacht van bestuur, raden, professionals en medewerkers. Benodigde tijd en aandacht om tot een nieuwe, gezamenlijke organisatie te komen met gezamenlijke strategie en identiteit. Risico’s die kunnen optreden, zijn te veel interne gerichtheid, toename werkdruk en minder focus op innovatieve ambities, spelbepaler in de regio, doelstellingen en reguliere werkzaamheden. Maatregel om dit risico te beheersen is o.a. de geplande ontwikkeling van de meerjarenstrategie met interne en externe stakeholders. Dit geeft onderlinge verbinding en focus op de buitenwereld. Daarnaast is voldoende aandacht nodig voor de druk van extra werkzaamheden en veranderingen voor alle betrokkenen. We besteden dan ook aandacht aan de positieve gezondheid van alle medewerkers en professionals van de nieuwe organisatie. […] […] Risico: onvoldoende draagvlak voor en synergie binnen nieuwe organisatie Veel tijd en energie van alle betrokkenen binnen DOH en SGE richt zich nu op het besluitvormingstraject. In dit traject hebben diverse betrokkenen binnen DOH en SGE al met elkaar kennis gemaakt (o.a. een gezamenlijk communicatietraject, voor meer informatie zie xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx) . Eenzelfde tijd, energie en persoonlijke aandacht is straks nodig om samen de nieuwe organisatie vorm te geven. We hebben als organisaties, vooral door Covid-19, nog lang niet voldoende kennis kunnen maken met elkaar. Maatregelen om dit risico te beheersen zijn o.a. het organiseren van (kennismakings-) bijeenkomsten en inspirerende en heldere communicatie om alle interne en externe betrokkenen goed op de hoogte te houden en draagvlak te creëren. En het organiseren van inspiratiedagen in het najaar, waarbij we met zoveel mogelijk zorgverleners en staf elkaar leren kennen en samen nieuwe kernwaardes, toekomstige ambities etc. verkennen. Risico: relatie zorgverzekeraars Het investeren op en bouwen aan een goede en strategische relatie met de zorgverzekeraars is belangrijk voor de nieuwe organisatie. […]. Hoe kunnen we de nieuwe organisatie met de gebundelde kennis en expertise op het terrein van praktijkhouderschap/ondernemerschap, multidisciplinaire samenwerking, zorgprogramma’s, vernieuwing, wijkgerichte samenwerking, duurzame inzetbaarheid & continuïteit goed profileren en waarmaken. Met aandacht voor het versterken van de onderlinge synergie. De zorgverzekeraars zijn steeds goed betrokken bij de ontwikkelingen rondom de nieuwe organisatie. Het is belangrijk om te blijven investeren in deze relaties en deze ook om te vormen naar een regionaal partnership waarbij zorgverzekeraars commitment hebben voor de focus en strategie van de nieuwe organisatie. Zorgverzekeraars staan er voor open hierover in gesprek te gaan. |
II.4 Beschrijf het integratie-/veranderproces met betrekking tot de ondersteunende afdelingen/processen (onder meer HR, ICT, (zorg)administratie, facilitair bedrijf). (Zie paragraaf 2.3 van de Toelichting)
a. Beschrijf de veranderingen die gaan plaatsvinden in de ondersteunende afdelingen na de voorgenomen concentratie.
Worden er ondersteunende afdelingen/processen van organisaties geïntegreerd? Worden anderszins ondersteunende processen aangepast? Gaat één organisatie bepaalde ondersteunende processen verzorgen voor alle betrokken organisaties?
SGE en DOH gaan naar één organisatie. Dit betekent dat de ondersteunende afdelingen worden geïntegreerd en dat er één ondersteuningsorganisatie zal komen. Zie ook de organisatiestructuur op pagina 13. De gevolgen voor medewerkers van DOH en SGE zijn arbeidsrechtelijk gezien beperkt. De arbeidsvoorwaarden, anciënniteit, rechten en plichten van medewerkers zoals overeengekomen, blijven gelijk in de nieuwe organisatie. We houden er rekening mee dat in de nieuwe organisatie een enkele nieuwe functie zal ontstaan, dan wel dat de bezetting op termijn efficiënter kan. Aanpassen van de formatie en reorganisatie is geen onderdeel van de fusie. Wij verwachten aanpassingen in de bezetting bij het inrichten en verdelen op te lossen door: In goed overleg met medewerkers nieuwe functies/vacatures in te vullen (eerst intern). Functiewijziging (indien aan de orde) overeen te komen in overleg met en instemming van de medewerker. Of maatregelen te nemen volgens de gebruikelijk arbeidsrechtelijke regels indien nodig of wenselijk. DOH en SGE werken al een aantal jaar actief samen op het gebied van het ontwikkelen en aanbieden van zorgprogramma’s. Sinds 2016 zijn de organisaties gehuisvest in hetzelfde pand, is de samenwerking uitgebreid naar andere thema’s zoals ICT en HRM en wordt kantoorpersoneel uitgewisseld. Er wordt al gebruik gemaakt van dezelfde ICT systemen en dezelfde leveranciers. Medewerkers werken nauw samen en/of vacatures worden gezamenlijk ingevuld. De werkstructuur van de nieuwe organisatie kan worden gezien als een interne netwerkorganisatie met zorgprogramma’s en ontwikkelprogramma’s: Er zijn diverse zorgprogramma’s in de organisatie, die zich elk focussen op één zorgproces. De zorgprogramma’s worden gecoördineerd door een Coördinator Zorgprogramma. Deze coördinator werkt in een werkgroep samen en is verantwoordelijk voor actuele protocollen en instructies waarin ontwikkelingen worden doorgevoerd, voor afstemming in de regio, randvoorwaarden op praktijken (systemen, deskundigheid en patiëntinformatie), financiering en resultaten. De coördinator heeft een positie in de organisatiestructuur. Daarnaast zijn er ontwikkelprogramma’s vastgesteld, waarin te ontwikkelen ambities voor de lange termijn (5 jaar) zijn onder gebracht. Deze ontwikkelprogramma’s worden geleid door een Programmaleider die zelf een ontwikkelteam samenstelt. De programmaleider zit niet vast in de organisatiestructuur. Hieronder is een weergave van de zorgprocessen en ontwikkelprogramma’s. Hierin is ook aangegeven welke relatie het meest intensief is. Op basis daarvan stelt de Programmaleider een ontwikkelteam samen uit betrokkenen binnen de organisatie (in samenspraak met RvB en lijnorganisatie). De samenstelling van het ontwikkelteam kan wijzigen naar gelang de fase van het programma en wat nodig is. |
*) De praktijkhouders van DOH (HA-zorg) zijn apart gemarkeerd. De ontwikkelprogramma’s raken hen ook. Echter praktijkhouders zijn autonoom en maken uiteindelijk zelf de afweging wat wel/niet over te nemen (m.u.v. zorgprogramma’s). De ondernemende praktijken maken als zodanig geen onderdeel uit van de organisatie. De afdelingen HRM en Financiën van SGE zullen opgaan in de nieuwe organisatie. DOH heeft momenteel weinig personele inzet op HRM en Financiën. De huisartsenpraktijken zijn zelf verantwoordelijk voor hun HRM en financieel beleid. Waar nodig wordt nu om de inzet van SGE gevraagd. In de stap naar één organisatie zullen deze afdelingen ook gemakkelijker de DOH- praktijken kunnen ondersteunen in hun behoefte. De integratie van twee organisaties betekent ook dat er daar waar nodig wordt overgestapt naar gezamenlijke digitale systemen, telefonie, leveranciers, lidmaatschappen, abonnementen en contracten met zorgverzekeraars. De huisartsenpraktijken in de regio werken al in dezelfde ICT- systemen, waardoor die processen al geïntegreerd zijn. |
b. Beschrijf de belangrijke keuzes die nog moeten worden gemaakt in het kader van het integratie-/veranderproces.
De inrichting van de werkorganisatie staat vast en is bekend. In de aankomende fase worden de teams ingericht en geïntegreerd. Voorbereidende gesprekken met medewerkers en teams zijn gaande. Het (fiscaal-juridische) uitgangspunt bij de nieuwe organisatie is dat medewerkers werkzaam zijn in de rechtspersoon (Stichting of BV) waar zij de meeste werkzaamheden verrichten. Er volgt nog nadere uitwerking om te bepalen hoe medewerkers over de rechtspersonen verdeeld worden. De financiële inrichting van de nieuwe organisatie wordt momenteel voorbereid en getoetst in het DDO. Dit proces vraagt zorgvuldige afwegingen en keuzes, uitgangspunten hiervoor zijn benoemd in het besluitvormingsdocument (bijlage 6). |
c. Beschrijf het afwegingskader op grond waarvan de in onder b genoemde keuzes zullen worden gemaakt.
In het besluitvormingsdocument is het afwegingskader voor de onder b genoemde keuzes op hoofdlijnen opgenomen:
- Inrichting en integratie teams: uitgangspunt is dat alle medewerkers mee overgaan naar de nieuwe organisatie, op basis van hun functie en werkzaamheden. De overgang naar de nieuwe organisatie gaat gepaard met gesprekken met alle medewerkers en teams, om wensen/behoeften te inventariseren. Dit kan op onderdelen leiden tot aanpassingen in werkzaamheden, altijd op basis van wederzijds goedvinden.
- Fiscaal juridisch advies wordt ingewonnen over de wijze waarop medewerkers in de nieuwe organisatie aan bedrijfsonderdelen worden verbonden. Uitgangspunt is dat medewerkers werkzaam zijn in de rechtspersoon waar zij de meeste werkzaamheden verrichten.
- Afwegingskader voor financiële inrichting is uitgebreid beschreven in het besluitvormingsdocument. In het kort: elk bedrijfsonderdeel is financieel gezond, financiële inrichting & onderbouwing is transparant en wordt jaarlijks vastgesteld.
d. Beschrijf per kwartaal de te zetten stappen om de veranderingen in de ondersteunende processen te realiseren en/of tot de keuzes te komen zoals beschreven onder b.
Faseplan is bijgevoegd (bijlage 5) |
e. Beschrijf de belangrijke risico’s die zich tijdens en na het integratie-/veranderproces kunnen voordoen en geef per risico aan op welke wijze deze risico’s zullen worden ondervangen.
Er zijn enkele risico’s die zich tijdens en na het integratie-/veranderproces kunnen voordoen: Risico: optimalisering nieuwe organisatie kost tijd Het vraag organisatorisch veel tijd om de nieuwe organisatie met alle bijbehorende processen, afspraken, overleggen e.d. goed in te richten en weer als een goed geoliede organisatie te laten werken. Waar mensen op elkaar zijn ingespeeld en alle afspraken en lijntjes helder zijn. Dit betekent dat er eerst een periode volgt waarin meer onduidelijkheden zullen zijn, zaken nog niet optimaal geregeld en ingericht zijn, mensen hun draai niet kunnen vinden in de nieuwe organisatie, soms vragen niet gelijk op de juiste plek komen, et cetera. Maatregelen die we hieromtrent nemen zijn o.a. het ontwikkelen van een plan van aanpak voor de inrichting van de nieuwe organisatie, in de komende maanden. Ook worden kwartiermakers benoemd die voorbereidingen voor een goede overgang en implementatie treffen. Risico: onvoldoende draagvlak voor en synergie binnen nieuwe organisatie Er is veel tijd, energie en persoonlijke aandacht nodig om samen de nieuwe organisatie vorm te geven en gezamenlijk – als één team - aan de slag te gaan met toekomstige ambities. Als hier te weinig aandacht aan wordt besteed, bestaat het risico op onvoldoende draagvlak en synergie binnen de nieuwe organisatie Maatregelen om dit risico te beheersen zijn o.a. het organiseren van (kennismakings-) bijeenkomsten en inspirerende en heldere communicatie om de interne betrokkenen goed op de hoogte te houden en draagvlak te creëren. De eerste periode vraag om goed leiderschap met een sterke focus op de gezamenlijke nieuwe kernwaardes, toekomstige ambities en het stimuleren en faciliteren van een goede samenwerking tussen de verschillende medewerkers en teams. |
II.5 Beschrijf hoe de voorgenomen concentratie wordt gefinancierd en wat de verwachte financiële gevolgen zijn van de voorgenomen concentratie voor de betrokken zorgaanbieders na de concentratie.
Tot en met 2023 zijn zowel DOH als SGE gecontracteerd door verzekeraars en daarmee redelijk voorspelbaar als het gaat om inkomsten. Beide organisaties hebben op basis van deze contractuele afspraken een begroting 2022 en 2023 opgesteld. Investeringen in de organisatie wegen op tegen de besparingen, dan wel SGE heeft voldoende reserve en DOH een voorziening om kosten en eventuele tegenvallers in het fusieproces op te kunnen vangen. Er zijn voldoende liquide middelen beschikbaar om te overbruggen. Ter voorbereiding op de fusie is gestart met het opstellen van een gezamenlijke begroting voor 2023 e.v.. Inclusief een systematiek voor het transparant verdelen van algemene kosten. Medio 2023 formuleert de Raad van Bestuur van de organisatie financiële (meerjaren) doelstellingen, mede als voorbereiding op de contractering met verzekeraars (2024-2025). Er wordt een sluitende begroting opgesteld c.q. worden kostendekkende contracten met zorgverzekeraars afgesloten. Afhankelijkheid van subsidies wordt beperkt tot een -nog geobjectiveerd vast te stellen- aanvaardbaar niveau. |
II.6 Beschrijf welke synergievoordelen ontstaan als gevolg van de voorgenomen concentratie. Indien van toepassing: beschrijf hoe een negatieve financiële situatie van (één van) de betrokken organisatie(s) wordt omgebogen na de voorgenomen concentratie. (Zie paragraaf 2.4 van de Toelichting)
De fusie tussen SGE en DOH stimuleert de samenwerking in de regio en draagt daarmee bij aan de borging van duurzame, toegankelijke, goede eerstelijnszorg nu en in de toekomst voor de inwoners van de regio. Er zijn hoge coördinatiekosten in de regio door veelvuldig afstemmen tussen de zorggroepen op meerdere niveaus. Het bundelen van krachten zorgt voor minder afstemming, meer efficiëntie en daarmee tot kostenbesparing in coördinatiekosten. Daarnaast hebben SGE en DOH een hoog ambitieniveau en daarmee een belangrijke voortrekkersrol in de regio. Door de fusie en de bijbehorende synergie kan er meer focus worden aangebracht en efficiënter worden gewerkt. Dit maakt dat ambities beter behaald kunnen worden. De aanspreekbaarheid van de huisartsenzorg en eerstelijnszorg in de regio zal verbeteren en professionals kunnen beter worden ondersteund vanuit gezamenlijk geleverde diensten. Besturingsfilosofie t.a.v. financiën ⮚ Gecontracteerde gelden worden aangewend voor het doel dat beoogd wordt. Vermengen van geldstromen tussen de verschillende BV’s wordt voorkomen. ⮚ De Stichting resp. iedere BV is verantwoordelijk voor een financieel gezonde bedrijfsvoering. ⮚ Er wordt gestuurd op (mede)budgetverantwoordelijkheid diep in de organisatie. ⮚ Indien kosten en baten uit evenwicht zijn, volgen verbetermaatregelen binnen een af te spreken termijn (bijvoorbeeld 2 jaar). |
II.7 Neem een geconsolideerde meerjarenprognose op (minimaal 5 jaren vanaf de voorgenomen concentratie). Overleg eventuele andere documenten waaruit de verwachte financiële gevolgen blijken. (Zie paragraaf 2.4 van de Toelichting)
De meerjarenbegroting is toegestuurd d.d. 9 juni 2022
☐ Prognose van de balans (bijvoegen).
☐ Prognose van de winst en verliesrekeningen (bijvoegen).
☐ Analyse synergievoordelen (bijvoegen).
☐ Integratiekosten (bijvoegen).
☐ Businessplan (bijvoegen).
☐ Begroting van de organisatie na concentratie (bijvoegen).
☐ Prognose van de financiële ratio’s (bijvoegen).
☐ Xxxxxx, namelijk: Meerdere documenten mogelijk (bijvoegen).
II.8 Beschrijf bij onderdelen a t/m d de wijze waarop de cliënten, personeel en andere stakeholders zijn betrokken bij het concentratievoornemen.
Wij beoordelen of cliënten, personeel en andere stakeholders op een zorgvuldige wijze zijn betrokken bij de voorbereiding van de concentratie. Wij sluiten hierbij aan bij de regels die voortvloeien uit de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen (Wmcz) en de Wet op de ondernemingsraden (WOR).
Dit betekent dat wij onder andere beoordelen of:
1. stakeholders tijdig en op begrijpelijke wijze zijn betrokken bij de concentratieplannen, en;
2. hun oordelen en/of aanbevelingen hierover kenbaar hebben kunnen maken, en;
3. dat zij weten hoe hun eventuele oordelen en/of aanbevelingen zijn meegenomen in de besluitvorming.
a. Beschrijf de wijze waarop cliënten zijn betrokken bij het voornemen om een concentratie tot stand te brengen en hoe is omgegaan met de inbreng van cliënten. Beschrijf hiertoe het proces dat met clïenten is doorlopen en overleg de adviesaanvragen, de adviezen, reacties op de adviezen en andere relevante documenten.10
Belangrijk hierbij is dat wordt beschreven of het oordeel en de aanbevelingen van cliënten overtuigend en beargumenteerd zijn meegewogen. (Zie paragraaf 2.5 van de Toelichting)
Betrokkenheid cliënten - CR & PAR Eind 2019 zijn, net voor het uitbreken van de Covid-19 pandemie, DOH en SGE gestart met een traject gericht op intensievere samenwerking; Samen op Koers. Dit heeft geresulteerd in het ambitiedocument (2020, bijlage 7) en in het besluitvormingsdocument (2022, bijlage 6). Gedurende dit hele proces is Samen op Koers onderwerp van gesprek geweest met de Cliëntenraad van SGE en de Patiënten Advies Raad van DOH. Ook zijn enkele gezamenlijke bijeenkomsten van CR en PAR georganiseerd rondom dit onderwerp. Daarnaast zijn vertegenwoordigers van CR en PAR uitgenodigd voor inspiratiesessies. De betrokkenheid van cliënten is dus m.n. georganiseerd via de CR en de PAR. Daarnaast zijn wijkbewoners/patiënten zo nu en dan via nieuwsbrieven geïnformeerd over de samenwerking, overigens m.n. op het niveau van de inhoudelijke ambities zoals over activiteiten in de wijk, over zorgprogramma’s en over digitale vormen van zorg. De Cliëntenraad heeft op 1 februari 2022 het voorgenomen besluit tot fusie ter advies ontvangen. Op 24 februari 2022 heeft de Cliëntenraad hierover gesproken met de voltallige Raad van Bestuur van SGE, in aanwezigheid van een lid RvT van SGE. Op 2 maart 2022 heeft de CR het positieve advies kenbaar gemaakt. De RvB van SGE heeft hier op gereageerd op 10 maart 2022. Deze stukken zijn als bijlagen toegevoegd onder bijlage nr. 3. De Cliëntenraad heeft een positief advies uitgebracht over de voorgenomen fusie. Later zijn zij geïnformeerd over de wijziging van de aanduiding ‘fusie’ in ‘wijziging van zeggenschap’. Deze informatie en bevestiging CR is opgenomen als bijlage 16. |
b. Beschrijf de wijze waarop het personeel is betrokken bij het voornemen om een concentratie tot stand te brengen en hoe is omgegaan met de inbreng van het personeel. Beschrijf hiertoe
10 Wij sluiten aan bij de Wmcz. Dit betekent dat wij de betrokkenheid van cliënten beoordelen indien uw organisatie op grond van de Wmcz gehouden is een cliëntenraad in te stellen en onder de zorgspecifieke concentratietoets valt omdat uw organisatie door minimaal 50 personen zorg doet verlenen.
het proces dat met het personeel is doorlopen en overleg de adviesaanvragen, de adviezen, reacties op de adviezen en andere relevante documenten.
Belangrijk hierbij is dat wordt beschreven of het oordeel en de aanbevelingen van medewerkers overtuigend en beargumenteerd zijn meegewogen. (Zie paragraaf 2.5 van de Toelichting).
Betrokkenheid personeel In het proces Samen op Koers is veelvuldig meedenken en respons of advies gevraagd. Van professionals, medewerkers, RvT en RvC, patiënten vertegenwoordiging en andere stakeholders (zorgverzekeraars, regionale partners). In werkoverleggen, specifiek daarvoor ingericht overleg of tijdens (informele) toets momenten. In het kader van Samen op Koers zijn georganiseerd: Overleg met een klankbordgroep van professionals van DOH en SGE op het thema inhoudelijke ambities (ambitiedocument) en zeggenschap (besluitvormingsdocument). Ter inspiratie is een ‘digitale busreis en bezoek’ aan de eerstelijnsorganisatie in Zoetermeer afgelegd (SGZ). En zijn SGZ en Huisartsen Oostelijk Zuid-Limburg (HOZL) uitgenodigd om hun zeggenschapsstructuur voor professionals te presenteren. Workshops door Bestuurders/Directie en Toezichthouders met de achterban. Met als doel over en weer beeldvorming te expliciteren en input op te halen over formele (juridische) samenwerkingsvormen (welke criteria zijn belangrijk?). Er zijn interviews gehouden met externe stakeholders (zie hierna). Zij zijn periodiek ook bijgepraat. Bestuurders en leden uit het Management Team (MT) van DOH en SGE hebben gesproken over samenwerking en de organisatie daarvan. Toezichthouders van DOH en SGE, de Cliëntenraad van SGE en de Patiënten Advies Raad van DOH en de Ondernemingsraad van SGE hebben gesproken met elkaar en met bestuurders. Ter ondersteuning van de interne communicatie is een document met veel gestelde vragen en antwoorden opgesteld, een tijdlijn ontwikkeld en zijn in beide organisaties diverse communicatieberichten gedeeld zoals een videoboodschap van bestuurders en kwartaalberichten. Er is een zorgvuldig proces doorlopen. Vanaf maart 2020 is dit proces zo nu en dan onderbroken of verstoord door maatregelen als gevolg van Covid-19. Veel betrokkenen hebben de mogelijkheden, maar ook de beperkingen van digitale bijeenkomsten over een voor hen ingrijpend thema ervaren. OR De OR van SGE is nauw betrokken bij Samen op Koers en heeft hierin ook een actieve rol genomen. OR leden hebben geparticipeerd in diverse activiteiten die zijn georganiseerd en hebben daarnaast onderdeel uitgemaakt van de klankbordgroep van professionals. Samen op Koers is sinds 2020 vast onderwerp op de agenda van de overlegvergaderingen tussen RvB en OR. De Ondernemingsraad heeft op 1 februari 2022 het voorgenomen besluit tot fusie ter advies ontvangen. Hierover is vele malen overleg gevoerd tussen OR en voorzitter RvB van SGE. Op 23 maart 2022 heeft de OR het positieve advies kenbaar gemaakt. De RvB van SGE heeft hier op gereageerd op 31 maart 2022. Deze stukken zijn als bijlagen toegevoegd onder bijlage nr. 2. De Ondernemingsraad heeft een positief advies uitgebracht over de voorgenomen fusie. Later zijn zij geïnformeerd over de wijziging van de aanduiding ‘fusie’ in ‘wijziging van zeggenschap’. Deze informatie en bevestiging CR is opgenomen als bijlage 15. DOH kent geen OR. Zaken rond mens en organisatie worden één keer per kwartaal besproken in het teamoverleg. Daar is de fusie al sinds 2 jaar vast agendapunt. |
c. Geef aan welke andere stakeholders bij de concentratie dienen te zijn betrokken. Xxxxxxx daarnaast of goedkeuring van deze stakeholders is vereist voor de voorgenomen concentratie en neem de contactgegevens van deze stakeholders op.
Andere stakeholders kunnen bijvoorbeeld zijn: zorgverzekeraars/-kantoren, banken, (lokale/regionale) overheden, et cetera.
Zorgverzekeraars […] (bijlage 8) en […] (bijlage 9) zijn nauw betrokken in het gehele proces. Bij de start van Samen op Koers zijn ze beiden geinterviewd over het voornemen tot intensievere samenwerking. Een weerslag van deze interviews is meegenomen in het ambitiedocument (bijlage 7). In de periode vanaf 2020 tot op heden zijn regelmatig “bijpraat sessies” georganiseerd specifiek over Samen op Koers tussen DOH/SGE en zowel […] als […]. Daarnaast zijn anders samenwerkingspartners in de regio regelmatig en op hoofdlijnen op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen rondom Samen op Koers, via de diverse bestuurlijke overleggen en netwerken in de regio. In het bijzonder PoZoB, de zorggroep waarmee DOH en SGE al geruime tijd het samenwerkingsverband DSP vormen t.b.v. ontwikkeling en uitvoering zorgprogramma’s. Andere stakeholders/samenwerkingspartners betreffen de overige huisartsenorganisaties in de regio Zuidoost Brabant, de ziekenhuizen, de VVT organisaties, de GGZ organisaties, gemeenten, welzijnsorganisaties, et cetera. |
d. Beschrijf de wijze waarop de bij c genoemde stakeholders zijn betrokken bij het voornemen om een concentratie tot stand te brengen en beschrijf hoe is omgegaan met de inbreng van de stakeholders. Neem hiertoe een korte inhoudelijke weergave op van het traject dat is doorlopen met betrokken stakeholders. Overleg onderbouwende documentatie.
Betrokkenheid van de onder c genoemde stakeholders is verlopen via de onder c genoemde bestuurlijke overleggen en samenwerkingsverbanden. Documentatie is beschikbaar van de overleggen met zorgverzekeraars CZ en VGZ en van de strategiedagen DSP. Betrokkenheid van de onder c genoemde stakeholders is verlopen via de onder c genoemde bestuurlijke overleggen en samenwerkignsverbanden. Documenatie is beschikbaar van de overgelegen met zorgverzekeraars […] en […] en van de strategieagen DSP. |
ONDERDEEL III – Cruciale zorg
Door de beantwoording van de vragen in dit onderdeel kan de NZa beoordelen of de continuïteit van de cruciale zorg met de voorgenomen concentratie in gevaar komt.
III.1 Geef aan welke vormen van cruciale zorg door de betrokken organisaties worden aangeboden.
Meerdere antwoorden mogelijk (Zie hoofdstuk 3 van de Toelichting).
☐ ambulancezorg
☐ spoedeisende hulp
☐ acute verloskunde
☐ crisisopvang geestelijke gezondheidszorg
☐ Wlz-zorg
☒ geen cruciale zorg
III.2 Beschrijf, indien de betrokken organisaties ambulancezorg aanbieden, de verandering bij ambulancezorg van spreiding en capaciteit per locatie en geef aan of de ambulancezorg na de concentratie binnen de daarvoor geldende normen blijft. Motiveer uw antwoord met onder andere een reistijdenanalyse.
Ten minste 97% van de bevolking moet binnen 15 minuten responstijd bereikt kunnen worden en in ten minste 95% van de spoedmeldingen moet een ambulance binnen 15 minuten na aanname van de melding door een centrale post ambulancevervoer ter plaatse zijn.
Niet van toepassing |
III.3 Beschrijf, indien de betrokken organisaties spoedeisende hulp (SEH) aanbieden, de verandering bij SEH van spreiding en capaciteit per locatie en geef aan of de SEH na de concentratie binnen de daarvoor geldende normen blijft. Motiveer uw antwoord met onder andere een reistijdenanalyse. Een afdeling SEH moet binnen 45 minuten per ambulance bereikbaar zijn en moet 7 x 24 uur over minimaal één SEH-arts en één SEH-verpleegkundige beschikken.
Niet van toepassing |
III.4 Beschrijf, indien de betrokken organisaties acute verloskunde aanbieden, de verandering bij acute verloskunde van spreiding en capaciteit per locatie en geef aan of de acute verloskunde na de concentratie binnen de daarvoor geldende normen blijft. Motiveer uw antwoord met onder andere een reistijdenanalyse.
De zorgaanbieder moet binnen 45 minuten per ambulance bereikbaar zijn en binnen 30 minuten na vaststelling van de diagnose van een spoedeisende situatie moet door een gynaecoloog of geautoriseerd obstetrisch professional de benodigde medisch specialistische behandeling kunnen worden gestart.
Niet van toepassing |
III.5 Indien de betrokken organisaties crisisopvang geestelijke gezondheidszorg aanbieden, geef dan aan wat na de concentratie regionaal wordt vastgelegd met betrekking tot de borging van de geestelijke gezondheidszorg in crisissituaties.
Voor crisisopvang geestelijke gezondheidszorg geldt dat regionaal moet zijn vastgelegd door welke zorgaanbieders de geestelijke gezondheidszorg in crisissituaties wordt geborgd.
Niet van toepassing
III.6 Geef aan, indien de betrokken organisaties Wlz-zorg aanbieden, of de voorgenomen concentratie veranderingen met zich mee zal brengen in de sociale context waarin betrokken organisatie(s) Wlz- zorg levert of leveren.
Denk bij de sociale context onder meer aan aansluiting bij een bepaalde godsdienst of levensovertuiging, wonen (na)bij de partner, de geografische ligging van het zorgaanbod, et cetera.
Niet van toepassing |
ONDERDEEL IV – Overige informatie en bijlagen
IV.1 Welke overige informatie die hiervoor nog niet is genoemd, is voor de NZa relevant voor de beoordeling?
IV.2 Geef een genummerde opsomming van de bijlagen die aan dit formulier zijn toegevoegd.
(Zie voor meer informatie over publicatie van de bijlagen paragraaf 5.1 van de Toelichting)
Bijlagen
1. Intentieovereenkomst DOH-SGE d.d. 12 april 2022
2. Adviesdossier OR (adviesaanvraag + advies op voorgenomen besluit)
3. Adviesdossier CR (adviesaanvraag + advies op voorgenomen besluit + reactie RvB)
4. Concept statuten d.d. 28 april 2022
5. Faseplan
6. Besluitvormingsdocument d.d. 1 februari 2022 met bijlagen (Q&A, Spoorboekje en Overzicht Overlegstructuren, tevens ambitiedocument (= bijlage 7))
7. Ambitiedocument d.d 18 mei 2020
8. Verklaring […] + contactgegevens d.d. 12 april 2022
9. Reactie […] + contactgegevens d.d. 11 april 2022
10. Nieuwsbericht extern d.d. 22 april 2022
11. Nieuwsberichten intern februari 2022 en april 2022
12. Infographics Regioanalyse
13. Concept statuten versie 17 juni 2022
14. Definitief fusiedocument d.d. 14 juli 2022
15. Bericht aan OR over aanduiding concentratie en bevestiging OR d.d. 20 juli 2022
16. Bericht aan CR over aanduiding concentratie en bevestiging CR d.d. 21 juli 2022