OBLIGATIEVOORWAARDEN d.d. 31 augustus 2018
OBLIGATIEVOORWAARDEN d.d. 31 augustus 2018
van de
7% Eeuwigdurende Achtergestelde Obligaties uitgegeven door
Tuk Tuk Holding B.V.
Op 14 december 2016 is een trustakte ondertekend waarin de bepalingen zijn vastgelegd waaronder Stichting Obligatiehoudersbelangen in verband met de uitgifte van de obligaties door de uitgevende instelling zal optreden voor en ten behoeve van de houders van de obligaties. Deze trustakte is op 31 augustus 2018 met terugwerkende kracht vanaf 30 maart 2018 gewijzigd. Tevens hebben de uitgevende instelling en Stichting Obligatiehoudersbelangen op 31 augustus 2018 de overeenkomst inzake aanpassingen met betrekking tot de obligatielening ondertekend op grond waarvan deze obligatievoorwaarden zijn gewijzigd.
Elke obligatiehouder dient de hierna opgenomen voorwaarden te lezen in samenhang met de voorwaarden in de trustakte. Elke obligatiehouder is gebonden aan de hierna opgenomen obligatievoorwaarden alsmede de daarmee samenhangende bepalingen in de trustakte.
De trustakte verklaart de aard en de mate van de rechten van de obligatiehouders. De obligatiehouders worden geacht door acceptatie hiervan in te stemmen met gebondenheid aan alle bepalingen en voorwaarden waaronder de obligaties zijn uitgegeven en gehouden. In het bijzonder worden de obligatiehouder geacht ermee in te stemmen dat hun rechten in verband met de obligaties worden uitgeoefend door Stichting Obligatiehoudersbelangen in de mate en op de wijze als nader bepaald in de trustakte. De positie van Stichting Obligatiehoudersbelangen en de uitoefening van haar taken op grond van de trustakte is – bij wijze van bewind – een eigenschap van de (vorderings)rechten van de obligatiehouders ter zake de door hen gehouden obligaties en berust niet op vertegenwoordiging, volmacht of (overeenkomst tot) lastgeving. Stichting Obligatiehoudersbelangen zal de rechten uitoefenen ten behoeve van de obligatiehouders zoals nader bepaald in de trustakte.
1. DEFINITIES
1.1. In deze obligatievoorwaarden wordt verstaan onder:
a. ‘aflossingsdatum’: de datum waarop de uitgevende instelling een gedeeltelijke aflossing verricht;
b. ‘conversie’: de conversie van een deel van de oorspronkelijke hoofdsom, zijnde van duizend euro (€ 1.000), in certificaten van aandelen in de uitgevende instelling, zoals die heeft plaatsgevonden op 31 augustus 2018;
c. ‘dochtermaatschappij’: een dochtermaatschappij van de uitgevende instelling als bedoeld in artikel 2:24a BW;
d. ‘hoofdsom’: de hoofdsom van een obligatie na conversie, zijnde één miljoen negenhonderdzesduizend zevenhonderdzevenendertig euro (€ 1.906.737);
e. ‘NPEX’: NPEX B.V., statutair gevestigd te Amsterdam;
f. ‘NPEX-platform’: het (online) handelsplatform van NPEX, bereikbaar via de NPEX-website xxx.xxxx.xx;
g. ‘NPEX-reglement’: het door NPEX gehanteerde reglement van april 2018, zoals van tijd tot tijd geldend, dat van toepassing is op de diensten van NPEX en Stichting NPEX Bewaarbedrijf (handelstransacties op) het NPEX-platform;
h. ‘NPEX-rekening’: de op naam van een obligatiehouder gestelde rekening bij Stichting NPEX Bewaarbedrijf en NPEX, waarop de obligaties en andere effecten alsmede gelden (kunnen) worden geadministreerd;
i. ‘obligaties’: de door Euroclear Nederland ten titel van bewaring gehouden en op de NPEX-rekening van de obligatiehouders geadministreerde verhandelbare delen (schuldtitels), waarin de obligatielening is verdeeld, en die door de uitgevende instelling op grond van het prospectus zijn uitgegeven;
j. ‘obligatiehouder’: een natuurlijk persoon, rechtspersoon of vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid, die over een NPEX-rekening beschikt en één of meer obligaties houdt;
k. ‘obligatielening’: de door de uitgevende instelling uitgegeven obligatielening, bestaande uit 2.499 obligaties;
l. ‘obligatievoorwaarden’: deze obligatievoorwaarden, zoals van tijd tot tijd geldend, voor het laatst aangepast op 31 augustus 2018;
m. ‘overeenkomst’: de overeenkomst inzake aanpassingen met betrekking tot de obligatielening tussen de uitgevende instelling en Stichting Obligatiehoudersbelangen van 31 augustus 2018;
n. ‘prospectus’: het prospectus van de uitgevende instelling inzake de aanbieding van de obligaties d.d. 14 december 2016;
o. ‘register’: het obligatiehoudersregister dat wordt bijgehouden door de uitgevende instelling op de wijze als nader bepaald in artikel 6;
p. ‘rente’: de rente die de uitgevende instelling verschuldigd is over de hoofdsom van de obligaties, als nader bepaald in artikel 7;
q. ‘servicekosten’: de maandelijks verschuldigde servicekosten die een obligatiehouder gedurende de looptijd van de obligatielening verschuldigd is aan
NPEX, als vermeld in het prospectus, die bij uitkering van rente door Stichting NPEX Bewaarbedrijf worden ingehouden overeenkomstig artikel 9.2;
r. ‘schriftelijk’: per brief, email of bij boodschap die via een gangbaar elektronisch of ander communicatiemiddel wordt overgebracht en op schrift kan worden ontvangen, een en ander mits de identiteit van de verzender met afdoende zekerheid kan worden vastgesteld;
s. ‘Stichting Obligatiehoudersbelangen’: Stichting Obligatiehoudersbelangen, statutair gevestigd te Amsterdam;
t. ‘Stichting NPEX Bewaarbedrijf’: Stichting NPEX Bewaarbedrijf, statutair gevestigd te Den Haag;
u. ‘transactiekosten’: de bij verkoop van een of meer obligaties op het NPEX- platform eenmalig aan NPEX verschuldigde transactiekosten, als vermeld in het prospectus;
v. ‘trustakte’: de (onderhandse) akte tussen de uitgevende instelling en Stichting Obligatiehoudersbelangen waarin de voorwaarden zijn vastgelegd voor het behartigen van de collectieve belangen van de obligatiehouders door Stichting Obligatiehoudersbelangen van 14 december 2016, zoals van tijd tot tijd gewijzigd, meest recentelijk op 31 augustus 2018, met terugwerkende kracht vanaf 30 maart 2018;
w. ‘uitgevende instelling’: Tuk Tuk Holding B.V., statutair gevestigd te Amsterdam;
x. ‘uitgiftedatum’: 27 januari 2017;
y. ‘verzuimsituatie’: elk van de in artikel 13.1 beschreven gevallen, die een grond voor opeising van de obligaties opleveren.
2. OBLIGATIES
2.1. Euroclear Nederland bewaart de obligaties voor rekening en risico van de obligatiehouders, onder toepassing van het NPEX-reglement.
2.2. NPEX administreert de obligaties op de NPEX-rekening van de obligatiehouders.
2.3. Van de obligaties worden geen bewijzen afgegeven. De uitgevende instelling houdt een register bij op de wijze als nader bepaald in artikel 6.
2.4. De totale obligatielening bedraagt op 31 augustus 2018 na gedeeltelijke conversie één miljoen negenhonderdzesduizend zevenhonderdzevenendertig euro (€ 1.906.737) in hoofdsom. De totale obligatielening bestaat uit 2.499 obligaties.
2.5. De obligaties zijn rentedragend en de uitgevende instelling is periodiek rentebetalingen verschuldigd over de hoofdsom van de obligaties, met inachtneming van artikel 7.
2.6. Alle obligaties moeten integraal worden afgelost en terugbetaald op de aflossingsdatum. De uitgevende instelling is gerechtigd om de obligaties vrijwillig vervroegd af te lossen. (Vervroegde) aflossing vindt plaats overeenkomstig artikel 8.
3. STATUS, RANGORDE EN ACHTERSTELLING
3.1. De obligaties vormen directe en onvoorwaardelijke verplichtingen van de uitgevende instelling.
3.2. De uitgevende instelling draagt er zorg voor dat haar dochtermaatschappijen als hoofdelijk medeschuldenaren verbonden zijn voor de nakoming van haar (betalings)verplichtingen in verband met de obligaties, als nader bepaald in de trustakte.
3.3. De obligaties zijn onderling van gelijke rang, zonder enig verschil in preferentie.
3.4. De vorderingen van de obligatiehouders uit hoofde van de obligaties zijn met ingang van 31 augustus 2018 achtergesteld in de zin van artikel 277, tweede lid, Boek 3 Burgerlijk Wetboek ten opzichte van alle huidige en toekomstige vorderingen van alle andere huidige en toekomstige schuldeisers van de uitgevende instelling. Deze achterstelling heeft tot gevolg dat de vorderingen van de obligatiehouders in elk van de volgende gevallen pas opeisbaar zijn resp. mogen worden betaald door of verrekend worden met een schuld aan de uitgevende instelling nadat alle overige vorderingen volledig zijn voldaan: de uitgevende instelling is opgehouden te bestaan of ontbonden, de uitgevende instelling is is in staat van faillissement verklaard, aan de uitgevende Instelling is, al dan niet voorlopig, surseance van betaling verleend of de uitgevende instelling heeft anderszins het vrije beheer of de vrije beschikking over haar vermogen verloren, een en ander ongeacht of die toestand onherroepelijk is.
4. GEEN ZAKELIJKE ZEKERHEDEN
De verplichtingen van de uitgevende instelling uit hoofde van de obligatielening zijn niet door enige vorm van zakelijke zekerheid, in welke vorm ook, verstrekt door de uitgevende instelling of door een derde, gedekt.
5. BESTEDINGSDOEL
5.1. De uitgevende instelling verklaart de netto-opbrengst van de obligatielening, met inachtneming van het hierna in artikel 5.2 bepaalde, uitsluitend te hebben aangewend overeenkomstig het prospectus.
aandeelhouders en/of haar directieleden een indirect of direct tegenstrijdig belang heeft of hebben.
6. REGISTER, ADMINISTRATIE OP NPEX-REKENING
6.1. De administratie van de obligaties wordt door de uitgevende instelling uitbesteed aan NPEX. NPEX maakt daartoe een register aan en houdt dit nauwkeurig bij. In het register wordt onder meer opgenomen de naam, het (e-mail)adres en het relevante bankrekeningnummer (IBAN) van de obligatiehouders , met vermelding van het aantal door de obligatiehouders gehouden obligaties alsmede de uitgiftedatum van de obligaties.
6.2. De obligatiehouder is verplicht ervoor te zorgen dat zijn of haar registratiegegevens bij NPEX bekend zijn en zijn verder gehouden om alle wijzigingen in die gegevens onverwijld en schriftelijk mede te delen aan NPEX. Gevolgen die voortvloeien uit of verband houden met het door de obligatiehouder niet, niet juist of niet tijdig doen van voornoemde mededeling(en), komen volledig voor rekening en risico van de betreffende obligatiehouder en kunnen niet aan Stichting NPEX Bewaarbedrijf of NPEX worden tegengeworpen.
6.3. Op schriftelijk verzoek van de obligatiehouder aan NPEX, verstrekt NPEX aan de betreffende obligatiehouder kosteloos een kopie van het persoonlijk uittreksel uit het register.
6.4. NPEX houdt op de NPEX-rekening van de obligatiehouders precies bij hoeveel en welke beleggingen elke obligatiehouder heeft. Beleggingen, beleggingen in de obligaties daaronder begrepen, kunnen door obligatiehouders niet naar een andere (effecten)rekening, bijvoorbeeld bij een bank, worden overgeboekt.
7. RENTE EN BETAALBAARSTELLING
7.1. De obligaties dragen rente over hun uitstaande hoofdsom, met ingang van de uitgiftedatum, tegen het tarief van zeven procent (7,00%) enkelvoudig per jaar. De helft van de aldus verschuldigde rente (d.w.z. drie en een half procent (3,5%)) is per renteperiode achteraf betaalbaar uiterlijk op de vijfde (5e) werkdag na ommekomst van de betreffende renteperiode. De renteperiode is gekoppeld aan de uitgiftedatum; elke renteperiode begint op de 27e dag van een maand en eindigt op de 26e dag van de daarop volgende maand. De andere helft van de aldus verschuldigde rente (d.w.z. de resterende drie en een half procent (3,5%)) zal betaalbaar zijn indien voldaan wordt aan de betreffende voorwaarden zoals vastgelegd in de overeenkomst.
7.2. De rente wordt berekend op basis van een jaar van 360 dagen, waarbij iedere maand wordt gesteld op 30 dagen.
7.3. De obligaties houden op rente te dragen op het eerste van (i) enige aflossingsdatum (doch uitsluitend voor wat betreft die obligaties die op de betreffende aflossingsdatum worden afgelost); en (ii) in geval van volledige vervroegde aflossing als bedoeld in artikel 8.2, de datum van vervroegde aflossing als bedoeld in artikel 8.2, in beide gevallen tenzij alsdan betaling ter zake van de hoofdsom ten onrechte uitblijft of wordt geweigerd of sprake is van enige andere nalatigheid ter zake van betaling, in welk geval rente blijft aangroeien tot de datum waarop alle verschuldigde bedragen onder de obligaties onaantastbaar zijn betaald.
8. EEUWIGDUREND KARAKTER VAN DE OBLIGATIES EN (VERVROEGDE) AFLOSSINGEN
8.1. De obligaties zijn eeuwigdurend echter met dien verstande dat de uitgevende instelling gedeeltelijke aflossingen zal verrichten indien voldaan wordt aan de betreffende voorwaarden zoals vastgelegd in de overeenkomst, welke aflossingen ertoe kunnen leiden dat de obligatielening uiteindelijk geheel zal zijn afgelost. Tenzij vervroegd afgelost overeenkomstig het bepaalde in artikel 8.2, lost de uitgevende instelling de obligaties uiterlijk op de aflossingsdatum af. De obligaties worden op enige aflossingsdatum afgelost tegen honderd procent (100,00%) van hun uitstaande hoofdsom, vermeerderd met de aangegroeide maar nog niet uitgekeerde rente.
9. BETALINGEN
9.1. De uitgevende instelling draagt zorg voor betalingen uit hoofde van de obligaties aan Stichting NPEX Bewaarbedrijf. Stichting NPEX Bewaarbedrijf betaalt vervolgens alle ontvangen gelden door aan de (volgens de administratie van NPEX daartoe gerechtigde)
obligatiehouders, met inachtneming van artikel 9.2 hierna. Betalingen door de uitgevende instelling aan Stichting NPEX Bewaarbedrijf en door Stichting NPEX Bewaarbedrijf aan obligatiehouders geschieden in euro’s.
10. BELASTINGEN
Alle betalingen ter zake van de obligaties door of namens de uitgevende instelling worden gedaan zonder inhouding of aftrek voor of wegens huidige of toekomstige belastingen, heffingen, aanslagen of overheidskosten van welke aard ook, tenzij de inhouding of aftrek van de belastingen door de wet wordt vereist. In dat geval verwerkt de uitgevende instelling de vereiste inhouding of aftrek van de desbetreffende belastingen voor rekening van de obligatiehouders en betaalt de uitgevende instelling de obligatiehouders geen extra bedragen.
11. VERJARING
Vorderingen ter zake van rente op en hoofdsom van de obligaties verjaren door tijdsverloop van vijf (5) jaar na de datum waarop de betreffende betaling verschuldigd werd.
12. VERKOOP VAN OBLIGATIES
12.1. De obligaties zijn uitsluitend uitgegeven voor verkoop en verhandeling in Nederland. De uitgevende instelling aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor het aanbieden, verhandelen, verkopen of overdragen van obligaties aan (rechts)personen woonachtig of gezeteld buiten Nederland.
12.2. De juridische eigendom van de obligaties kan worden overgedragen op een wijze als genoemd in dit artikel 12.2 of artikel 12.3. De juridische eigendom kan overgedragen worden (gecedeerd) door middel van een daartoe bestemde onderhandse cessieakte en schriftelijke mededeling van de cessie aan de uitgevende instelling. Van de mededeling wordt melding gemaakt in het register. Het bepaalde in dit artikel 12.2 is van overeenkomstige toepassing op de vestiging van een pandrecht op obligaties en op de vestiging of levering van een recht van vruchtgebruik op obligaties, voor zover relevant.
12.3. Naast de mogelijkheid genoemd in artikel 12.2 geldt dat obligatiehouders hun obligaties kunnen aanbieden, verhandelen, verkopen en overdragen via het NPEX-platform. Daarbij geldt dat (i) obligaties pas verhandelbaar zijn als hiervoor bedoeld op het
moment dat en zolang de obligaties zijn toegelaten tot de notering aan het NPEX- platform; (ii) obligaties tot nader order alléén kunnen worden verhandeld met andere obligatiehouders; en (iii) verhandeling plaatsvindt onder de voorwaarden van het NPEX-reglement.
12.4. Voor het effectueren van de handel in obligaties tussen obligatiehouders brengt NPEX transactiekosten in rekening bij zowel de verkopende als de kopende obligatiehouder.
13. VERZUIM
(a) de uitgevende instelling in gebreke blijft ter zake van de betaling van rente op of de (verplichte aflossing op de) hoofdsom, verschuldigd ter zake van de obligaties of een deel van de obligaties, en de betreffende nalatigheid duurt ten minste veertien (14) dagen nadat de uitgevende instelling een kennisgeving per aangetekende brief heeft ontvangen van Stichting Obligatiehoudersbelangen waarin deze nalatigheid wordt geconstateerd; of
(b) de uitgevende instelling een andere materiële verplichting op grond van deze obligatievoorwaarden, waaronder in ieder geval begrepen haar verplichtingen als opgenomen in artikel 5, dan wel de trustakte niet uitvoert of nakomt en de nalatigheid voortduurt gedurende een periode van ten minste veertien (14) dagen nadat de uitgevende instelling een kennisgeving per aangetekende brief heeft ontvangen van Stichting Obligatiehoudersbelangen waarin deze nalatigheid wordt geconstateerd; of
(c) de uitgevende instelling in staat van faillissement wordt verklaard, er een aanvraag tot verlening van surseance of schuldsanering bij de rechter is ingediend, er een stille bewindvoerder wordt aangesteld, of de uitgevende instelling schriftelijk erkent dat zij niet in staat is zijn schulden te betalen wanneer die opeisbaar worden of een akkoord aangaat met schuldeisers; of
(d) de uitgevende instelling wordt ontbonden, vereffend en/of geliquideerd of ophoudt te bestaan, ook indien dit geschiedt in het kader van een reorganisatie of juridische fusie waarbij de uitgevende instelling de verdwijnende rechtspersoon is;
(e) de uitgevende instelling een vergunning nodig heeft voor haar bedrijf, maar deze vergunning niet heeft, verliest of niet meer aan de voorwaarden van de vergunning voldoet;
(f) de uitgevende instelling zich niet houdt aan de wet en dit als zodanig is komen vast te staan in een niet voor hoger beroep vatbare gerechtelijke uitspraak en
deze vaststelling (voorts) materiële gevolgen heeft voor de (financiële) positie van de obligatiehouder;
(g) de uitgevende instelling in strijd handelt met de wet door een lening te hebben of door een lening aan te gaan;
(h) de uitgevende instelling een licentie nodig heeft voor haar bedrijf, maar deze licentie niet heeft, verliest of niet meer aan de voorwaarden van de licentie voldoet;
(i) de uitgevende instelling haar materiële verplichtingen uit hoofde van een andere lening niet nakomt (kruislings verzuim), waarbij onder ‘materiële verplichting’ voor het doel van dit artikel 13.1(i) moet worden verstaan een verplichting die een geldelijk belang vertegenwoordigt van € 25.000 of meer;
(j) de uitgevende instelling verkeerde of misleidende informatie aan Stichting Obligatiehoudersbelangen, NPEX, Stichting NPEX Bewaarbedrijf of de obligatiehouders heeft verstrekt;
(k) de uitgevende instelling geld uitleent aan derden, zich als borg verbindt of zich anderszins garant stelt voor schulden van derden of zekerheden stelt voor verplichtingen van derden;
(l) de uitgevende instelling haar bedrijfsactiviteiten of een belangrijk deel daarvan verandert, staakt of dreigt te staken; of
(m) een besluit, machtiging, goedkeuring, instemming, aanvraag, registratie of vrijstelling, die noodzakelijk is voor de realisering en levering van de obligaties namens de uitgevende instelling en de nakoming van de verplichtingen van de uitgevende instelling op grond van de obligaties, wordt ingetrokken of gewijzigd of anderszins niet langer volledig van kracht is, of indien het onwettig is voor de uitgevende instelling haar verplichtingen op grond van de obligaties na te komen of de uitgevende instelling de geldigheid of afdwingbaarheid daarvan bestrijdt of deze verwerpt.
13.2. In geval van een verzuimsituatie zal Stichting Obligatiehoudersbelangen hetgeen kunnen doen als bepaald in de trustakte.
14. UITOEFENING VAN RECHTEN
Op elk moment, nadat de obligaties onmiddellijk opeisbaar zijn geworden, kan Stichting Obligatiehoudersbelangen naar haar oordeel en zonder verdere bekendmaking en/of ruggespraak met de obligatiehouders overgaan tot het starten van een procedure tegen de uitgevende instelling, indien en voor zover Stichting Obligatiehoudersbelangen meent dat dit nodig is om de bepalingen van deze obligatievoorwaarden af te dwingen. Een obligatiehouder kan geen eigen, individuele vorderingsrechten en/of rechtstreekse
acties (juridische procedures en verhaalsacties daaronder begrepen) jegens de uitgevende instelling instellen, als nader bepaald in de trustakte.
15. VERGADERING VAN OBLIGATIEHOUDERS
Vergaderingen van obligatiehouders worden bijeengeroepen en gehouden met inachtneming van het daaromtrent bepaalde in de trustakte.
16. KENNISGEVINGEN
Alle kennisgevingen uit hoofde van deze obligatievoorwaarden en de trustakte dienen schriftelijk te geschieden en te worden verzonden naar het adres van de partij aan wie de kennisgeving is gericht. Iedere kennisgeving wordt geacht te zijn ontvangen op de tweede (2e) werkdag na aldus te zijn verzonden.
17. WIJZIGINGEN
Deze obligatievoorwaarden wijzigen de oorspronkelijke obligatievoorwaarden van 14 december 2016. Stichting Obligatiehoudersbelangen en de uitgevende instelling kunnen gezamenlijk zonder toestemming van de obligatiehouders besluiten deze obligatievoorwaarden aan te passen indien het veranderingen betreffen van niet- materiële aard en/of indien het veranderingen betreffen van formele, onderschikte en/of technische aard die de collectieve belangen van de obligatiehouders niet schaden. Wijziging van deze obligatievoorwaarden anders dan hiervoor bedoeld kan echter uitsluitend geschieden op de wijze als bepaald in de trustakte. De obligatiehouders worden schriftelijk geïnformeerd over de wijziging van de obligatievoorwaarden.
18. RECHTS-/FORUMKEUZE
Op de obligaties en de obligatievoorwaarden is uitsluitend Nederlands recht van toepassing. Alle geschillen in verband met of voortvloeiende uit de obligaties, geschillen over het bestaan en de geldigheid daarvan daaronder begrepen, zullen uitsluitend worden beslecht door de bevoegde rechter in Amsterdam.