Uitvoeringsagenda Groen- en Waterplan Zaanstad
Uitvoeringsagenda Groen- en Waterplan Zaanstad
2019 - 2023
2018/36243 Versie 31 januari 2019
Inhoud
1 Inleiding 3
Uitwerking Groen- en Waterplan Zaanstad 3
2 Ambities en beleid 4
Groen- en Waterplan Zaanstad 4
Coalitieakkoord 2018-2022 4
3 Keuze en afweging projecten 4
4 Communicatie 5
5 Projecten 5
DOEN 5
PRIO 1 5
Overige projecten 6
6 Realisatie 6
Planning en fasering 6
Financiering 6
7 Projecten PRIO 1 per thema 7
Algemeen 7
Klimaatadaptatie en Bodemdaling 7
Natuur en biodiversiteit 8
Landelijk Gebied: Landschap, groen en water om de stad 10
Recreatie 15
8 Projecten DOEN per thema 22
9 Projecten PRIO 2 26
Bijlage 1 Projecten PRIO 3 29
Separate bijlagen 31
A. Verslag bijeenkomst 19 september 2018 31
B. Overzichtskaart van de projecten 31
C. Geheim overzicht Exploitatiebudget 31
D. Geheim overzicht Investeringen 31
1 Inleiding
Uitwerking Groen- en Waterplan Zaanstad
Hierbij treft u de Uitvoeringsagenda1 van het Groen- en Waterplan Zaanstad voor de periode 2018 – 2022. De uitvoeringsagenda heeft tot doel de ambities en inspanningsverplichtingen uit het Groen- en Waterplan Zaanstad – zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 15 februari 2018 – tot uitvoering te brengen. Het Groen- en Waterplan biedt het integrale afwegingskader voor het groen en water in de gemeente Zaanstad. Dit beleidskader moet sturing geven aan behoud en versterking van de kernwaarden en ruimtelijke kwaliteiten te midden van alle andere ontwikkelingen, gebiedsopgaven en ambities.
In de Uitvoeringsagenda Groen- en Waterplan Zaanstad wordt onderscheid gemaakt in:
• projecten die al lopen en/of onderdeel uitmaken van reeds vastgesteld beleid DOEN
• projecten die nu aan het college ter besluitvorming worden voorgelegd PRIO 1
• projecten die wachten op een geschikt moment om mee te koppelen PRIO 2
• projecten waarvan de financiering onzekerheden is PRIO 3
In de volgende paragrafen wordt toegelicht hoe de afweging tot stand is gekomen en welke projecten nu als eerste ter besluitvorming aan het College worden voorgelegd. Daarbij moet worden opgemerkt dat het Groen- en Waterplan geen statisch plan is en dat ook de uitvoeringsagenda regelmatig zal worden bijgesteld. Projecten kunnen naar voren of naar achteren schuiven, afhankelijk van de ontwikkelingen in Zaanstad, nieuwe inzichten en nieuwe kansen. Zeker ook de mogelijkheden om projecten mee te koppelen met andere programma’s en werkzaamheden zijn van invloed. Zo kunnen ook nieuwe initiatieven aan de agenda worden toegevoegd. Dat is uiteraard afhankelijk van beschikbare middelen en uitvoerbaarheid en niet te vergeten: de steun en medewerking van belanghebbenden en samenwerkingspartners. Het beoogde resultaat: een gezonde, aantrekkelijke, klimaatbestendige, groene gemeente. Dit kunnen we alleen bereiken als iedereen daaraan meewerkt. Initiatieven van burgers en bedrijven die daaraan bijdragen wil de gemeente dan ook binnen de mogelijkheden faciliteren.
Verder gaat het zeker niet bij alle projecten om geld, maar is het vooral ook zaak bij ontwikkelingen op de juiste momenten rekening te houden met de groene en blauwe ambities, van voortraject t/m beheer- en gebruiksfase.
De projecten en de beoogde doelen zijn geclusterd en te herkennen aan de codering:
- N-projecten zijn gericht op de natuur en de bevordering van de biodiversiteit. Deze projecten kunnen zowel in het stedelijke gebied als in het buitengebied plaatsvinden.
- SG- projecten zijn gericht op het verbeteren van het groen en water in het stedelijke gebied en/of het bevorderen van het gebruik ervan.
- LG-projecten zijn projecten ten behoeve de bescherming en ontwikkeling van het landschap in het buitengebied.
- R- projecten zijn gericht op het verbeteren van recreatieve mogelijkheden in brede zin. Deze projecten kunnen zowel in het stedelijke gebied als in het buitengebied plaatsvinden.
- V-projecten zijn gericht op het verbeteren van de vaarmogelijkheden op het water in zowel stedelijk als landelijk gebied (met uitzondering van de cruisevaart)2.
- F- projecten zijn projecten die gericht zijn op het verbeteren van de fietsmogelijkheden naar en door het landelijke gebied.
- W-projecten zijn projecten die gericht zijn op het verbeteren van de wandelmogelijkheden naar en door het landelijke gebied.
- GWP-projecten betreffen de uitvoering en hernieuwing van beleid.
- K-projecten zijn gericht op klimaatadaptatie en het tegengaan van bodemdaling
1 In het Groen- en waterplan Zaanstad wordt verwezen naar een ‘nader uit te werken maatregelenplan’. Bij nader inzien is gekozen voor de term ‘Uitvoeringsagenda’, omdat het meer flexibiliteit geeft om desgewenst projecten toe te voegen of op basis van nieuwe inzichten aan te passen.
2 Cruisevaart is een belangrijk onderdeel in de ambitie om Zaanstad verder te ontwikkelen als toeristische waterbeleving. Projecten die daaraan ten goede komen zijn opgenomen in de Uitvoeringsagenda Toerisme.
2 Ambities en beleid
Groen- en Waterplan Zaanstad
De belangrijkste beleidslijnen in het Groen- en Waterplan Zaanstad zijn gericht op:
• Bestaande kernwaarden – archeologie, cultuurhistorie, natuur, landschap, beleving, recreatie – behouden en versterken, in combinatie met de andere ontwikkelingsopgaven en ambities i.v.m. woningbouw, klimaatverandering, bodemdaling, toerisme, mobiliteit en alle andere gebruiksfuncties.
• Afwegingskader bij ruimtelijke ontwikkelingen: een stappenplan om de waarden van groen en water te beschermen en de kwaliteit ervan in de gebiedsplannen en projecten zo goed mogelijk verder te ontwikkelen (zie bijlage 8 in GWP).
• Stedelijk gebied: Bouwen met behoud van groen; kan het niet in kwantiteit? Dan in de vorm van waardevoller groen, met ruimte voor waterberging, recreatie, ontspanning en biodiversiteit.
• Indien groen op bepaalde plek dreigt te verdwijnen, wordt dit gecompenseerd: 1. bij voorkeur binnen het plangebied; als dat niet mogelijk is 2. In de wijk, 3. In een groenarme buurt of eventueel 4. Elders in de gemeente.
• Landelijk gebied: de waardevolle kenmerkende landschappen (veenweidegebied en zeekleilandschap) met hoge natuurwaarden beschermen. Ruimtelijke ontwikkelingen zijn slechts kleinschalig mogelijk en alleen als de waarde van het landschap niet wordt aangetast.
• Noordzeekanaalzone: werklandschap met bijzondere natuur en veel mogelijkheden voor recreatie.
• Klimaat: Zaanstad voorbereiden op klimaatverandering door aanpassingen in inrichting, bebouwing en beheer (maatregelen tegen wateroverlast, droogte, hittestress, overstromingsrisico’s). Ook maatregelen om gezondheidsrisico’s, blauwalg, vissterfte en plagen tegen te gaan hebben de aandacht.
• Bodemdaling: in overleg met provincie, waterschappen en andere betrokkenen komen tot brede aanpak om verdere bodemdaling tegen te gaan.
• Natuur: de biodiversiteit vergroten en de ecologische verbindingen in de stad en daarbuiten versterken.
• Speciale aandacht is er voor de kwaliteit en de onderlinge verbindingen van waterlopen, parken, volkstuinen, begraafplaatsen, schooltuinen groenstroken en sportparken als stapstenen in de ecologische hoofdstructuur.
• Recreatie: de gebruikswaarde van de parken verhogen, de recreatieve (wandel-, fiets- en vaar-) routes en verbindingen tussen stad en landschap versterken.
Zie voor de volledige lijst kernwaarden, ambities, gemeentelijke initiatieven en impulsen het Groen- en Waterplan Zaanstad.
Coalitieakkoord 2018-2022
Het collegeakkoord 2018-2022 ziet de duurzame, groene ontwikkeling van Zaanstad als een hoofdopgave. Maatschappelijke en economische voordelen van een groenere stad worden erkend en het college zet in op vergroening van de leefomgeving met hoogwaardig groen. Dit alles ook mede met het oog op de nodige klimaatadaptatie. Het omringende landschap wordt gezien als een kwaliteit, die beter verbonden kan worden met andere kwaliteiten die Zaanstad te bieden heeft en zo kan bijdragen aan Xxxxxxxx als aantrekkelijke, gezonde stad om te wonen, werken en recreëren. De projecten in voorliggende uitvoeringsagenda dragen bij aan deze ambities, door groen toe te voegen, de biodiversiteit te vergroten en recreatieve netwerken te verbeteren.
3 Keuze en afweging projecten
Voor de uitvoering van het beleidsplan zijn een groot aantal projecten en projecten in beeld. Deze zijn tijdens de vele gesprekken en overleggen in het ontwikkel- en uitwerkingstraject van het Groen- en Waterplan naar voren gekomen.
De projecten zijn ondergebracht in de volgende categorieën:
DOEN projecten die al lopen en onderdeel uitmaken van reeds vastgesteld beleid: gewoon doen PRIO 1 kansrijke, urgente en uitvoerbaar geachte projecten waar bestuursbesluit voor nodig is
PRIO 2 win-win projecten van externe partners, waarin wordt meegekoppeld PRIO 3 zinvolle projecten, maar er is nog geen financiering beschikbaar
De focus in deze uitvoeringsagenda ligt in eerste instantie op de PRIO 1 projecten, waarvan op basis van de volgende criteria is ingeschat dat ze zinvol, urgent, kansrijk, haalbaar en uitvoerbaar zijn.
Criteria:
1. Verplichtingen en vastgelegd beleid:
a. Is het project gericht op uitvoering van een wettelijke verplichting of beleid van hogere overheid?
b. Is het project een voortzetting van het lopende beleid en reeds gemaakte afspraken?
2. Gemeentelijke ambitie:
a. Draagt het project bij aan de inspanningsverplichtingen uit het Groen- en Waterplan en de vastgestelde moties?
b. Sluit het project aan op de afspraken uit het Coalitieakkoord?
3. Effectiviteit:
a. Is er een zichtbaar en/of meetbaar effect van het project te verwachten op korte termijn?
b. Wat is het verwachte (zichtbare/meetbare) effect van het project op langere termijn?
4. Draagvlak:
a. Is er sprake van voldoende draagvlak in de omgeving? Of moet dat nog worden verworven?
b. Bevordert het de regionale samenwerking en is het in lijn met regionaal beleid?
5. Betaalbaarheid en uitvoerbaarheid
a. Wat zijn de verwachte kosten: qua investering en/of de jaarlijkse beheerkosten?
b. Leidt het project tot vermeden kosten in de toekomst?
c. Zijn er externe financieringsbronnen?
d. Is de organisatie erop toegerust?
e. Is er dekking voor?
4 Communicatie
De concept Uitvoeringsagenda is in september 2018 breed onder de aandacht gebracht van de stakeholders en belanghebbenden. Er is apart over gesproken met het hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier en de koepelorganisatie ZNMO. Op 19 september heeft een gespreksavond plaatsgevonden. Hierbij waren organisaties, burgers en raadsleden uitgenodigd en aanwezig. Het verslag van de deze bijeenkomst is opgenomen als bijlage.
5 Projecten
DOEN
In hoofdstuk 8 is een overzicht opgenomen van de DOEN projecten. De hier genoemde projecten zijn lopend beleid of komen voort uit van hogerhand opgelegd regelingen en verplichtingen. Ze zijn opgenomen in al vastgestelde plannen of maken deel uit van reeds gemaakte afspraken. Ze dragen bij aan de ambities van het Groen- en waterplan, maar er is geen besluitvorming meer over nodig.
Gewoon (blijven) DOEN dus. De benodigde budgetten zijn overigens wel van invloed op de resterende ruimte voor de rest van de projecten.
PRIO 1
De PRIO 1 projecten worden per thema in hoofdstuk 7 toegelicht. De volgorde van de projecten is willekeurig en zegt niets over de prioritering. De code geeft aan bij welk thema van het Groen- en waterplan3 het project aansluit; deze correspondeert met de code op de kaarten.
3 De projecten in het Noordzeekanaalgebied zijn benoemd bij de thema’s natuur (N) en recreatie (F = fiets, W = wandel, V = vaar, R= recreatie algemeen). Daar waar cultuurhistorie een rol speelt zijn de ambities opgenomen in de projecten voor Stedelijk Gebied (SG) en Landelijk Gebied (LG). Algemene klimaatmaatregelen staan bij K. GWP verwijst naar integrale projecten in het Groen- en waterplan.
Overige projecten
De PRIO 2 projecten zijn te vinden in hoofdstuk 9 en de PRIO 3 projecten zijn opgenomen in bijlage 1.
6 Realisatie
Bij veel projecten zijn meerdere actoren betrokken, waardoor de gemeente de planning niet geheel in eigen hand heeft. Ook zijn er projecten waarvan het initiatief of de verantwoordelijkheid van de uitvoering buiten de gemeente ligt. Het kan gaan om zowel financiële middelen, als ook om ureninzet, materieel en faciliteiten. De realisatie van de projecten wordt in een jaarlijkse voortgangsrapportage verantwoord. De Uitvoeringsagenda wordt op basis daarvan desgewenst geactualiseerd.
Planning en fasering
De uitvoeringsagenda is opgesteld voor een langere termijn. Per project staat aangegeven in welk jaar naar verwachting met het project gestart wordt, en indien van de toepassing, de looptijd. Het betreft met nadruk een dynamische uitvoeringsagenda. Afhankelijk van de mogelijkheden om projecten te koppelen aan andere projecten, ontwikkeltrajecten of werkzaamheden, de uitvoerbaarheid en het beschikbaar komen van de benodigde financiën kunnen de projecten eerder of later worden ingepland.
Financiering
In onderstaande tabel worden de totaalbedragen genoemd die per financieringsbron ingezet worden om deze Uitvoeringsagenda uit te voeren. Een aantal projecten is afhankelijk van het Investeringsfonds of de Kadernota. Indien de raad besluit die bedragen niet toe te kennen gedurende de betreffende P&C cyclus, kunnen deze projecten niet worden uitgevoerd.
De kosten per project zijn vermeld in een vertrouwelijke bijlage, met het oog op toekomstige aanbestedingen. In onderstaand overzicht staan alleen de totaalbedragen per dekkingsbron.
MIP Landschap | gedekt | ongedekt |
DOEN | 800.000 | - |
PRIO 1 | 900.000 | - |
PRIO 2/3 | - | - |
MIP Openbare ruimte | gedekt | ongedekt |
DOEN | 1.185.000 | - |
PRIO 1 | 780.000 | - |
PRIO 2/3 | 150.000 | - |
Exploitatie Landschap | gedekt | ongedekt |
DOEN | - | - |
PRIO 1 | 735.000 | - |
PRIO 2/3 | 10.000 | - |
Investeringsfonds | gedekt | ongedekt |
DOEN | 450.000 | - |
PRIO 1 | 200.000 | - |
PRIO 2/3 | - | - |
Nog onbekend | gedekt | ongedekt |
DOEN | - | - |
PRIO 1 | - | - |
PRIO 2/3 | - | 2.350.000 |
7 Projecten PRIO 1 per thema
Algemeen
Voor de ontwikkeling van een gezonde, aantrekkelijke, groene, duurzame en klimaatbestendige stad is het belangrijk dat de ambities en inspanningsverplichtingen uit het Groen- en waterplan Zaanstad gemeente breed in een samenhangend programma worden uitgevoerd. Dat gebeurt niet vanzelf, maar vergt structureel extra aandacht om in alle stedelijke ontwikkelingen en opgaven tijdig mee te nemen.
Project:
• GWP1: Aanstellen coördinator Groen en Water, die de ambities en projecten uit het Groen- en Waterplan helpt te realiseren en implementeren, te stroomlijnen en te borgen. Een centraal contactpersoon, die intern en extern werkt aan de gewenste samenhang, draagvlak en samenwerking, teneinde de kwaliteiten en potenties van groen en water optimaal te beschermen en versterken. Iemand die oog heeft voor zowel de dagelijkse praktijk als voor nieuwe kansen en ontwikkelingen; binnen en buiten de stad, binnen en buiten de gemeentelijke organisatie. De coördinator zal ook zelf enkele projecten uit de uitvoeringsagenda opstarten/leiden.
De functie valt goed te combineren met de functie coördinator Klimaatadaptatie (zie hieronder).
Kosten: coördinator G/W 0,5 fte
Financiën: uit de in het coalitieakkoord afgesproken extra fte’s voor Duurzaamheid Looptijd: vanaf 2019
Klimaatadaptatie en Bodemdaling
Klimaat
Naar verwachting krijgt Xxxxxxxx steeds vaker te maken met intensieve regenbuien, extreme hitte en droogte en neemt ook de kans op overstromingen toe. Naar aanleiding van de al uitgevoerde klimaatstresstesten worden de zwakke plekken in Zaanstad bepaald en wordt gewerkt aan een voorstel om deze aan te pakken en Zaanstad klimaatrobuust in te richten. Het groen en het water nemen daarbij een belangrijke plek in.
Project
• K1 – Het opstellen van een plan Klimaatadaptatie, om Zaanstad klimaatbestendig te maken. Conform het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie moet dit plan in 2020 klaar zijn, zodat vanaf 2020 klimaatadaptatie onlosmakelijk onderdeel is van beleid en uitvoering en Zaanstad in 2050 zo goed mogelijk klimaatbestendig en waterrobuust is ingericht en dat bij (her)ontwikkelingen geen extra risico op schade en slachtoffers ontstaat voor zover dat redelijkerwijs haalbaar is. In de lijst DOEN staan enkele maatregelen die nu al worden uitgevoerd.
Kosten: coördinator klimaatadaptatie 0,5 fte
Financiën: uit de in het coalitieakkoord afgesproken extra fte’s voor Duurzaamheid Looptijd: 2019 - 2020
Stakeholders: HHNK, GGD, Provincie, Veiligheidsregio, bewoners, bedrijven, TBO’s, etc.
Bodemdaling
Zaanstad ligt nagenoeg geheel op een veenbodem en heeft te maken met bodemdaling. In het stedelijke gebied leidt dit tot verzakkingen vanwege zetting. Het landelijke gebied daalt door veenoxidatie, en levert daarbij een grote bijdrage aan de CO2-uitstoot. De te verwachten periodes van droogte zullen dit proces versnellen. Er zullen de komende jaren belangrijke keuzes gemaakt moeten worden ten aanzien van met name de toekomst van het landelijke gebied. Ook voor het stedelijke gebied liggen er de nodige vraagstukken.
Project
• GWP2 – Onderzoek doen naar de kansrijkheid van het gebruik van lichte (ophoog)materialen bij diverse projecten en een monitoringsprogramma opstarten voor de reeds uitgevoerde projecten waarbij met niet-traditionele materialen is gewerkt vanwege de zettingsgevoeligheid.
Looptijd: vanaf 2019 Financiën: bestaande formatie Rol gemeente: trekker
Natuur en biodiversiteit
Binnen het Groen en Water Plan is het beleid erop gericht de natuurwaarden van het bestaande groen en water kwalitatief te versterken waar dat kan. Doelen hiervan zijn het vergroten van de biodiversiteit, maar ook het creëren van waterberging ten behoeve van klimaatadaptatie.
Ontwikkelen en versterken
Voor het lokaal versterken, beschermen en ontwikkelen van natuur en biodiversiteit is een aantal projecten opgesteld. Een deel daarvan wordt al uitgevoerd en is terug te vinden in het overzicht van de DOEN-projecten.
• N1 – Uitvoeren verbrakking Westzaan. Inlaat brak water in polder Westzaan ter bevordering van de natuurwaarden. Dit project wordt geleid door de provincie en bevindt zich nog in de onderzoeksfase.
Looptijd: vanaf 2019 Financiën: bestaande formatie
Stakeholders: Provincie (trekker), SBB, HHNK, LTO, bewoners Rol gemeente: participerend
• N2 – Kleine aanpassingen ter bevordering van de biodiversiteit
In de openbare ruimte zijn diverse projecten mogelijk om de biodiversiteit te bevorderen. Concreet wordt gedacht aan het aanleggen van fauna uittreedplaatsen (FUP) bij kaderanden, het aanpassen van de straatkolken voor amfibieën, de aanleg van broeihopen voor de ringslang, het bevorderen van de vismigratie en de aanleg van ijsvogelvoorzieningen. Voor de aanpassing van de straatkolken is eerst nader onderzoek nodig. De aanleg van broeihopen, FUP’s en ijsvogelvoorzieningen maakt deel uit van lopende MIP- en bouwprojecten. Ten behoeve van vismigratie wordt geparticipeerd in project Ecologische Verbindingszone Noordzeekanaal en Ommelanden.
Looptijd: vanaf 2020
Financiën: Exploitatie Landschap en MIP Openbare Ruimte Stakeholders: zeer divers
Rol gemeente: trekker
• N13 - Onderzoek drijvend groen langs Zaanoevers
Drijvend groen kan een bijdrage leveren aan de biodiversiteit en de aantrekkelijkheid van de leefomgeving. Onderzocht zal worden in hoeverre dit mogelijk is langs de Zaanoevers. Veiligheid is daarbij een belangrijk onderzoeksaspect.
Looptijd: 2021
Financiën: Exploitatiebudget en GWP1
Stakeholders: gemeente, omwonenden, beroepsvaart, ZNMO Rol gemeente: trekker
Voorbeeld van een FUP. Foto: Xxxx Xxxxxxx Xxxxxxxxxxxxx.xx
Natuur verbinden
Biodiversiteit is gebaat bij het verbinden op afstand van elkaar liggende gebieden met natuurwaarden. We versterken daarom de natuurwaarden door deze gebieden onderling te verbinden. Een aantal projecten heeft hierop betrekking:
• N4 – Onderzoek naar nut en noodzaak van vis- en faunapassages Watering Wormerveer Om vismigratie tussen het Guisveld en het Wormer- en Jisperveld mogelijk te maken zijn maatregelen nodig rondom het spoor en het wegennetwerk. Onderzoek moet uitwijzen hoe noodzakelijk dergelijke maatregelen zijn en wat het zou kosten.
Looptijd: 2021
Financiën: Exploitatie Landschap, bestaande formatie Stakeholders: gemeente, HHNK, Prorail
Rol gemeente: trekker
Meten is weten
Om de natuur te ontwikkelen en te versterken of schade aan natuurwaarden te voorkomen en daarvoor maatregelen te kunnen nemen is goede monitoring noodzakelijk. We kunnen dan een inschatting maken van de situatie in het verleden en de huidige situatie en kijken of onze maatregelen het gewenste effect hebben.
• N5 – Monitoring waterkwaliteit als onderdeel van eco-scan HHNK.
Vervolgonderzoek naar aanleiding van een eerdere ecoscan van het HHNK. Betreft het gehele gemeentelijke grondgebied. Effect: schoon en aantrekkelijk water en oevers.
Looptijd: eens per 4 jaar, vanaf 2019 Financiën: Exploitatie Landschap en HHNK Stakeholders: HHNK (trekker)
Rol gemeente: ondersteuning
Natuurinclusief bouwen
Bij het (her-)inrichten van het stedelijk gebied zijn er goede kansen om stadsnatuur te versterken. Natuurinclusief bouwen noemen we dat. Gebouwen bieden veel kansen om de biodiversiteit van Zaanstad te vergroten. Door relatief simpele en goedkope ingrepen toe te passen kunnen gebouwen een volwaardige plaats in een stedelijk ecosysteem innemen. Denk aan nestplaatsen voor vogels of vleermuizen, groene daken of gevels en natuurspeelplaatsen. Natuurinclusief bouwen zorgt zo voor een gezonde, toekomstbestendige leefomgeving voor mens en dier. Dit heeft een belangrijke relatie met klimaatadaptatie.
• N6 – Bevordering van stadsnatuur en natuurinclusief bouwen
Om gevoelige soorten in de stad een betere leefomgeving te bieden zijn diverse (bovenwettelijke) maatregelen mogelijk. Hier moet een Plan van aanpak voor worden opgesteld. Een van de maatregelen kan een subsidieregeling voor mitigerende maatregelen t.b.v. beschermde soorten zijn.
Looptijd: vanaf 2019, subsidieregeling vanaf 2020 Financiën: Exploitatie Landschap en GWP1
Stakeholders: bewoners, LNH voorlichting, provincie, ontwikkelaars Rol gemeente: trekker
Landelijk Gebied: Landschap, groen en water om de stad
Het Zaanse landschap is voor bewoners en bezoekers van elders waardevol door de kenmerkende landschapstypen met hoge cultuurwaarden en de natuur. Het buitengebied is door bestemmingsplannen planologisch beschermd. Ruimtelijke ontwikkelingen zijn slechts kleinschalig mogelijk en alleen als de waarde van het landschap niet wordt aangetast. Indien er toch grootschalige ontwikkelingen moeten plaatsvinden dan dient het verlies aan groen gecompenseerd te worden door de ruimtelijke kwaliteit te verhogen. Om de openheid en natuurwaarden van de natuurlijke veenweiden te behouden is gericht en actief beheer op met name weidevogels nodig. Het beheer in de veenweidegebieden is waar dat kan gericht op het tegengaan van bodemdaling. In de polder Westzaan kan dit samengaan met verbrakking. In polder Assendelft is de grote openheid van het landschap van grote waarde en een goede agrarische structuur zorgt voor het behoud. In de stadsranden ligt een opgave om gebieden in te richten of te beheren voor recreatie en natuur, zoals het gebied rond Saendelft. Meer fietspaden en wandelpaden door het boerenland en natuurgebieden zijn gewenst om de stedeling het landschap te kunnen laten beleven. Aan de uiterste westkant van Zaanstad ligt de zone met de Kil, de Stelling van Amsterdam en de Wijkermeer, onderdeel van het OERIJ gebied. Dit landschap heeft grote potentie om zich verder te ontwikkelen als cultuurhistorisch waardevol landschapspark met recreatieve mogelijkheden en natuur.
Projecten:
• LG1 – Adviseren bij bouwplannen en erfinrichting in buitengebied.
Bij het verlenen van vergunningen voor bouwwerken in het buitengebied kan advies over inpassing in het landschap en vergroening van erven helpen om bouwplannen te verbeteren en eigenaren te bewegen om bij te dragen aan de kwaliteit van het landschap. Er is een erfhandboek beschikbaar voor inrichting van erven in het buitengebied. Voor maatwerk kan de aanvrager in een vroeg stadium van een bouwplan een ervenconsulent van MOOI Noord Holland om advies vragen. Een goed inpassingsplan met een investering in een ervenconsulent levert winst op met een korter vergunningentraject en meer landschapskwaliteit. Om het gebruik van ervenconsulenten bij aanvragers en andere geïnteresseerden bekend te maken en te stimuleren is een bijdrage van de gemeente nodig van € 15.000 voor 4 jaar.
Looptijd: 2019-2022
Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: aanvragers vergunningen, eigenaren woningen in buitengebied, ervenconsulent. Rol gemeente: ondersteunend
• LG3 – Stimuleren vrijwillig landschapsbeheer voor eigen gronden Zaanstad
Xxxxxxxx heeft veel ervaring opgedaan met het inschakelen van bewoners/vrijwilligers in het stedelijk gebied, in de vorm van groenadoptie en een scala aan eenmalige opschoonacties (Zaanstad schoon). We zijn hierbij in staat om heel flexibel een groot aantal bewoners te ondersteunen en te mobiliseren met advies materiaal en gereedschap. Deze formule is niet 1 op 1 over te zetten naar het landelijk gebied, maar bevat een handvat en bruikbare onderdelen om vrijwillig landschapsbeheer in het buitengebied actief te ondersteunen. Daarbij vormen de gronden die van de gemeente zijn een logische start. Het gaat daarbij in eerste instantie om terreinen met hoge natuurwaarden, veelal in de vorm van veenmosrietland en veenmostrilvenen.
Looptijd: vanaf 2019 doorlopend Financiën: Exploitatie ILG
Stakeholders: gemeente, SBB, de diverse bestaande vrijwilligersgroepen, Landschap Noord- Holland
Rol gemeente: trekker
Stedelijk Gebied: Groen en water in de stad
De voorgestelde projecten onder Stedelijk Groen en Stedelijk Groen gebiedsontwikkeling moeten een impuls geven aan 4 hoofddoelstellingen. Deze doelstellingen gelden algemeen en zijn ook van toepassing buiten de gebieden genoemd in het Uitvoeringsschema:
• van kijkgroen naar gebruiksgroen: het beter bruikbaar maken van het bestaande groen voor een grotere groep gebruikers en een groter scala aan activiteiten.
• het beter bereikbaar maken van de grotere groenelementen en met name de parken door groene aanvoerroutes te maken en barrières op te heffen.
• het vergroten van de leefkwaliteit in de oude groenarme wijken.
• het vergroten van de biodiversiteit
Zaanstad zal de komende jaren stedelijk verdichten en hierbij groeit het inwonertal flink. Dit leidt tot een toenemende gebruiksdruk op het bestaande binnenstedelijk groen.
Op een aantal locaties zal bij het binnenstedelijk bouwen onvermijdelijk groenoppervlak verloren gaan Volgens het Groen en Waterplan wordt hiervoor in ruil een kwaliteitsimpuls gegeven aan het resterende groen. Kwaliteit wordt hier benoemd als meer gevarieerde gebruiksmogelijkheden, hogere
biodiversiteit en een hogere beeldkwaliteit. Hiermee wordt gestart in de parken. Er geldt hierbij maatwerk per park afhankelijk van grootte, ligging en functie van het park.
Door het toevoegen van meer gebruiksmogelijkheden zullen nieuwe gebieden de status van park verwerven, zoals bijvoorbeeld het groengebied rondom de molen de Held Jozua.
Zaanstad kent een aantal zeer groenarme buurten. De mogelijkheden tot vergroening zijn beperkt, omdat de openbare ruimte zeer krap bemeten is. Gesteld voor de keuze kiezen bewoners eerder voor een parkeerplek voor de deur dan voor een boom. We willen hier alle kleine mogelijkheden benutten waarbij we allereerst het weinige groen dat in de buurt zelf aanwezig is een kwaliteitsimpuls geven.
Waar mogelijk heffen we barrières op, zodat bewoners van deze wijken op een veilige en aantrekkelijke manier groenvoorzieningen in de aangrenzende buurten kunnen bereiken. Waar MAAK projecten gelegen zijn in of direct naast deze groenarme buurten biedt dit een extra kans. De MAAK projecten bieden een mogelijkheid om kleine aanpassingen te doen in de stedenbouwkundige verkaveling, waardoor op centrale plekken in de buurt verblijfplekken kunnen ontstaan.
Deze verblijfsplekken hebben bij voorkeur een groen karakter. Door een slimme bestemming van de aanliggende bebouwing kan er een wisselwerking ontstaan tussen gebruik van gebouwen en openbare ruimte. Het gaat om relatief kleine openbare ruimten, die toch een belangrijke impuls kunnen zijn voor de leefbaarheid in de buurt. In het GWP worden deze plekken pocketparks genoemd. Als pocketparks door aangrenzende bewoners of voorzieningen geadopteerd worden is er meer mogelijk, een voorbeeld hiervan is de Tuin van Jonker te Haarlem.
Zaanstad kent een groot aantal aantrekkelijke al of niet groene plekken. Wie goed in Zaanstad bekend en tevens mobiel is, weet deze plekken aaneen te rijgen tot een aantrekkelijk uitstapje, maar voor wie minder mobiel is zijn de barrières en de bijbehorende afstanden te groot en dat is vooral een gemis als voorzieningen hemelsbreed op korte afstand liggen. De Zaan, de beide spoorlijnen en de doorgaande verkeerswegen kunnen op een beperkt aantal plaatsen gekruist worden.
De barrièrewerking speelt op alle niveaus van buurtniveau tot en met stadsniveau en heeft gevolgen voor de leefbaarheid.
In de grotere groenzones langs de hoofd watergangen Gouw, Weer en Watering gaan we door met extra mogelijkheden geven aan natuurontwikkeling. We voegen hier niet alleen belevingswaarde maar ook biodiversiteit toe. Ook in de woonbuurten wordt de biodiversiteit vergroot, door het invoeren van een ander maaibeheer en deels ook door schapenbeweiding. Hieraan gekoppeld is het inzaaien van kruidenmengsels. Waar vanuit het bestaande gebruik gazon nodig is zal dit worden gehandhaafd.
Hondenbeleid, maaibeheer en schapenbeweiding zullen op een aantal locaties opnieuw afgewogen moeten worden.
Projecten bestaand stedelijk gebied
• SG1 – Groenzone Kogerveld Oost variant noordzijde Hoornse Lijn
De groenzone Kogerveld oost is nu een ongebruikte groene restzone langs de spoorlijn waarin een verbindende groene schakel naar het Jagersveld wordt gerealiseerd.
Looptijd: 2020 Financiën: MIP OR
Stakeholders: Gemeente. Bewoners, Prorail, TenneT, school Rol gemeente: trekker
• SG2 – Onderzoek groenarme buurten
Een groenarme buurt wordt gedefinieerd als: een buurt die zelf geen meervoudig bruikbaar groen bezit en van waaruit binnen een werkelijke loopafstand van 500m een dergelijke groenvoorziening niet te bereiken is. Deze 500m komt overeen met een loopafstand van 10 minuten voor ouderen en mensen met kleine kinderen. Voor deze groepen moet het mogelijk moet zijn om in 10 minuten een grotere groenplek te bereiken. Op de kaart is in zwart weergegeven de delen van Zaanstad die groenarm zijn, in bruin de bouwlocaties en in groen de grotere groenvoorzieningen. Relatief veel nieuwe bouwplannen liggen in of direct naast groenarme buurten. Dit betekent voor de nieuwe bewoners dat zij in de nabije omgeving weinig tot geen groenvoorzieningen ter beschikking hebben. Voor de bestaande bewoners betekent het een grotere gebruiksdruk op de beperkt beschikbare voorzieningen
Looptijd: 2021
Financiën: Exploitatie Landschap en GWP1 Stakeholders: gemeente, woningbouwcorporaties Rol gemeente: trekker en financier
• R1 – Aanleg natuurspeelplekken
In het speelruimte beleidsplan 2017 wordt de ambitie uitgesproken om binnen 10 jaar 2 natuurspeelplaatsen aan te leggen. Momenteel wordt met het ZNMC gewerkt aan een projectinitiatief om een natuurspeelplaats in het Darwinpark te maken, aansluitend op het terrein van de kinderboerderij. Vanwege de gewenste spreiding zal een 2de natuurspeelplaats bij voorkeur in de noordelijke helft van Zaanstad liggen. Het is nog niet duidelijk of dit 1 grote speelplek zal worden of een aantal kleinere, verspreid over noord.
Looptijd: 0000 (xxxx), 0000 (xxxxx) Financiën: MIP OR
Stakeholders: gemeente, Xxxxxx Xxxxx, IVN, GGD Rol gemeente: trekker en financier
Inspiratie van het Woeste Westen in Amsterdam
• GWP3 - Onderzoek naar mogelijkheden voor kabelvrije zones.
Er liggen dusdanig veel kabels en leidingen in de grond, dat het steeds meer moeite kost om bomen ergens te kunnen laten groeien. In het proces om te komen tot een Omgevingsvisie wordt het gebruik van de ondergrond in beeld gebracht en zal worden gekeken of het mogelijk is om gebieden aan te wijzen (bijvoorbeeld bij de groene hoofdstructuren waar geen kabels en leidingen mogen komen, zodat daar bomen kunnen wortelen.
Looptijd: 2019 Financiën: GWP1
Stakeholders: gemeente, ZNMO, nutsbedrijven Rol gemeente: trekker
• GWP4- Vernieuwen bomenbeleidsplan en uitwerking structuurkaart
Het huidige bomenbeleidsplan stamt uit 2009 en geeft onvoldoende houvast in de actuele situatie. Het plan zal volledig worden herzien en waar nodig worden aangevuld. Er zal o.a. worden bepaald waar de bomenstructuur moet worden verbeterd.
Looptijd: 2019-2020 Financiën: Bestaande formatie
Stakeholders: gemeente, ZNMO, Groen Zaans, ontwikkelaars Rol gemeente: trekker
Projecten in ontwikkelingsgebieden
• SG6 – Herstellen Belt Cypressehout gebied
De Belt Cypressehout is kort na de eerste aanleg gesloten geweest voor bezoekers, maar ook voor onderhoudspersoneel. Hierbij is grote schade ontstaan aan de jonge beplanting, die hierna niet meer is hersteld. Er wordt de komende jaren geïnvesteerd in het gebied met diverse voorzieningen. Hierdoor is het nodig het gebied deels nieuw in te richten en de beplanting en de paden te herstellen.
Looptijd: 2022 Financiën: MIP OR
Stakeholders: gemeente, Omgevingsdienst, ontwikkelaars Rol gemeente: trekker
• SG7 – Ontwikkeling Molenpark Held Jozua Gebied.
Het gebied heeft nu 3 gebruiksvormen: een natuurspeelplek, een kinderboerderij en een restaurant. Verder is er de Molen de Held Xxxxx als beeldmerk voor het hele gebied. Deze onderdelen staan nu letterlijk geheel los van elkaar. Er kan een gezamenlijke meerwaarde ontstaan als zij onderling worden verbonden binnen een groter geheel van een park. De ligging aan de kop van de Watering en het aanwezige bredere water is hierbij een te benutten kwaliteit.
Looptijd: 2021
Financiën: MIP Landschap
Stakeholders: gemeente, kinderboerderij, exploitant molen en horeca, ontwikkelaar Rol gemeente: trekker en co-financier.
Recreatie
De ambitie voor recreatie richt zich op het verhogen van de gebruikswaarde van de parken en de uitbreiding van de recreatieve verbindingen tussen het stedelijk gebied en het landschap. Daarbij zijn de stadsranden interessante gebieden waar bewoners dicht bij huis het landschap kunnen beleven, zonder de kwetsbare natuur te verstoren.
In het buitengebied is een fiets- en wandelnetwerk aanwezig dat nog verder kan worden uitgebreid met nieuwe routes en voorzieningen. Er zijn mogelijkheden om de fiets- en wandelroutes te koppelen aan het vaarnetwerk. Zaanstad is een waterrecreatiestad en menig toerist bezoekt de stad via het water. De projecten waterrecreatie faciliteren de enorme diversiteit aan gebruikers op doorgaande vaarwegen en in de vaarpolders.
Projecten fiets en wandelnetwerk:
• R2– Haalbaarheidsstudie wandel-, fiets en vaarroutes bij Kreekrijk.
De aanleg van recreatieve voorzieningen bij de uitleglocaties Broekpolder en Saendelft zijn destijds geregeld in het programma ‘Tussen IJ en Z’. Bij Saendelft zou oorspronkelijk veel groen komen als uitloopgebied van de stad (afspraken VINAC/VINEX). Een deel van het programma is uitgevoerd en na bezuinigingen en veranderende ontwikkelingen bij Saendelft zijn er momenteel geen initiatieven en middelen om bij Kreekrijk fiets en wandelpaden aan te leggen. Bovendien zijn er meerdere grondeigenaren. Het is wenselijk om in het gebied tussen het sportpark en Bus en Dam wandel- en fietspaden paden aan te leggen, ook aansluitend aan de paden van de nieuwe woonwijk Kreekrijk. Daarbij kan een plan komen om de waterverbindingen vanuit Kreekrijk aan te laten sluiten aan de Kil en het vaargebied bij het Alkmaardermeer.
Looptijd: vanaf 2022
Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: bewoners, agrariërs, grondeigenaren, Recreatie Noord Holland, HHNK Rol gemeente: uitvoerend
• W1 – Aanleg van boerenlandpaden
Boerenlandpaden zijn gemarkeerde wandelroutes routes over boerenland met kleinschalige voorzieningen als bruggen en hekken. De paden zijn niet toegankelijk voor fietsers. De paden worden deels onderhouden door de agrariër en voor een deel door Recreatie Noord Holland RNH). Voor de boerenlandpaden is de regeling Boerenlandpaden beschikbaar. De boerenlandpaden in Zaanstad zijn opgenomen in een landelijk wandelnetwerk.
Wenselijke nieuwe verbindingen zijn:
- een wandelverbinding van de Zeedijk naar het recreatiegebied De Buitenlanden;
- een wandelroute door het Noorderveen tussen Saendelft en de Vaartdijk;
- een wandelroute vanaf sportpak Omzoom naar de Zuiderweg
- een wandelverbinding tussen de Groenedijk en de Zuiderweg door Polder Assendelft
Met agrariërs zijn al veel gesprekken geweest en enkele paden zijn nu gerealiseerd. Om de komende 4 jaar door te gaan met polsen van agrariërs en zoeken naar mogelijkheden geeft de gemeente opdracht aan RNH.
Looptijd: vanaf 2019
Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: bewoners, agrariërs, grondeigenaren, Recreatie Noord-Holland, natuurvereniging Water Land en Dijken
Rol gemeente: opdrachtgever
Voorbeeld van een boerenlandpad/laarzenpad
• W2 – Aanleg wandelpad Guisveld – fase 2
In het verlengde van het Xxxxx Xxxxxxx loopt het voetpad vanaf station Wormerveer tot aan de Nauernasche Vaart. Met dit wandelpad kan een rondje Guisveld gelopen worden. Aanleg van dit wandelpad betekent dat er net als bij het eerste deel van het pad veel bruggen nodig zijn. Het pad zal vlak langs het spoor lopen om de natuur in het Guisveld met rust te laten.
Looptijd: vanaf 2019
Financiën: MIP Landschap en Exploitatie Landschap
Stakeholders: SBB, Prorail, Vogelbescherming, bewoners Wormerveer. Rol gemeente: trekker
• W3 – Wandelpad Westzaan naar de Reef
Inventarisatie van de mogelijkheden om een natuurwandelpad aan te leggen door de Reef. Voor eventuele uitvoering is nog geen financiering beschikbaar.
Looptijd: 2022 (onderzoek) Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: SBB, RNH, bewoners Westzaan, diverse belangengroepen natuurbescherming, wandelaars, gemeente
Rol gemeente: trekker
• W5- Haalbaarheidsonderzoek wandelpad Rooswijk naar Xxxxx Xxxxxxx
Vanuit de ontwikkeling van de Bannehof is het initiatief ontstaan om een wandelverbinding te maken vanuit de wijk direct naar het Frans Marspad. Zo kunnen bewoners een kleinere ronde wandelen vanuit huis. Het Frans Marspad loopt door het natuurgebied Guisveld en is in het broedseizoen gesloten. Staatsbosbeheer is eigenaar van het gebied. Een eerste stap is de haalbaarheid en wenselijkheid van dit pad te onderzoeken. Voor eventuele uitvoering is nog geen financiering beschikbaar.
Looptijd: vanaf 2021
Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: ontwikkelaar, wijkbewoners, Staatsbosbeheer, natuurorganisaties, provincie, RNH, bewoners Nauerna en Westzaan,
Rol gemeente: uitvoerend
• F1 – Aanleg fietspad Omzoom naar SVA
Het fietspad S04 is de afronding van de aanleg van wandel en fietspaden bij het sportpark Omzoom. Het fietspad S04 is het laatste deel van de verbinding naar de sportvelden van voetbalvereniging SVA in Assendelft. Het pad zal gebruikt worden door bewoners uit Assendelft zuid die naar het sportpark Omzoom willen fietsen of naar Saendelft. De grondpositie is na enige stagnatie geregeld en het project kan van start.
Looptijd: 2018 - 2020 Financiën: MIP Landschap
Stakeholders: Particulieren (grond), bewoners Assendelft, SVA, provincie, RWS. Rol gemeente: vergunningverlener en adviseur
• F4- Haalbaarheidsonderzoek fietspad Wijkermeer
In de Wijkermeerpolder kan het fietsnetwerk nog worden uitgebreid met een doorsteek tussen de Noorder IJ en Zeedijk naar de Kanaalweg. De gemeente heeft geen grondpositie en de aanleg is afhankelijk van medewerking van grondeigenaren. Onderzoek is nodig om te zien in hoeverre grondeigenaren bereid zijn medewerking te verlenen en welke kosten gemoeid zijn bij realisatie. Voor eventuele uitvoering is nog geen financiering beschikbaar.
Looptijd: vanaf 2023
Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: Particulieren (grond), hoogheemraadschap (zeedijk), provincie, RNH, gemeente. Rol gemeente: uitvoerend
• R9 - Wandel/ fietsverbinding Westzijderveld
Om het Westzijderveld recreatief te ontsluiten kan een gecombineerd fiets/ wandelpad worden aangelegd van Westerkoog langs de begraafplaats aan de Dolfijnstraat naar Westzaan. De aanleg van deze fietsverbinding is omstreden omdat het effecten heeft op natuurwaarden en ongeschondenheid van het gebied. Om feiten, belangen en technische randvoorwaarden in beeld te brengen en de haalbaarheid te bepalen is een onderzoek nodig. Voor eventuele uitvoering is nog geen financiering beschikbaar.
Looptijd: 2023 (onderzoek) Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: SBB, bewoners Westzaan en Westerkoog, diverse belangengroepen natuurbescherming, fietsersbond, gemeente, VRA.
Rol gemeente: uitvoerend
Projecten vaarnetwerk
• V1 – Vaarnetwerk in de polders onderhouden en uitbreiden
Het borgen van de doorvaarbaarheid van de polders en uitbreiding van vaarroutes kan bereikt worden door goede afstemming met het baggeronderhoud van het hoogheemraadschap dat jaarlijks in de legger wordt vastgelegd. Jaarlijks wordt de legger vergeleken met de vaarroutekaart. Met deze afstemming en een financiële bijdrage kunnen ook nieuwe vaarroutes mogelijk worden gemaakt.
Looptijd: 2021 - 2023
Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: HHNK, terreineigenaren, Staatsbosbeheer, watersportverenigingen. Rol gemeente: ondersteuner
Varen in de polder
• V2 – Stimuleren duurzaam varen
Voor een duurzame en schone stad is een transitie nodig van verbrandingsmotoren naar een emissievrije vorm van voortstuwing op het water. Er zijn diverse mogelijkheden om deze transitie te stimuleren en mogelijk te maken. Gedacht kan worden aan het stimuleren van elektrisch varen
d.m.v. een netwerkwerk van oplaadpalen in de polder en/of vervuilende buitenboordmotoren te laten vervangen door schonere 4-takt motoren en schone brandstoffen. Het is aan de gemeente om hier visie op te ontwikkelen en er een plan voor te maken.
Looptijd: 2019 - 2020 Financiën: GWP1
Stakeholders: rederijen, bewoners, horeca-bedrijven aan het water Rol gemeente: trekker
• V3 – Handhaven snelvaren in vaarpolders
Bij veel bewoners is ergernis over snel varende motorsloepen in de vaarpolders. Snel varende boten doen ook schade aan natuur en oevers. Het handhaven van snelvaarders en preventieve voorlichting is in Zaanstad voor een deel ondergebracht bij Staatsbosbeheer en voor een deel bij de gemeente. Het ontbreekt momenteel aan voldoende personele capaciteit om het probleem van snelvaren beter te beheersen.
Looptijd: vanaf 2022
Financiën: Exploitatie Landschap Stakeholders: Staatsbosbeheer, wijkteams
Rol gemeente: uitvoerder i.s.m. Staatsbosbeheer
• V4 – Haalbaarheidsstudie realiseren doorvaart bij Heerenhuis naar polder Oostzaan.
Vanuit de Braaksloot bij de Zaanse Schans en Haaldersbroek is polder Oostzaan met een sloep niet direct te bereiken. Een nieuwe doorvaart in de omgeving van het Heerenhuis / het Kalf betekent een grote verbetering van het huidige sloepennetwerk. Er zijn de nodige ontwikkelingen in het gebied zoals de verbreding van A7. Dat biedt een kans om investeringen te kunnen doen in het vaarnetwerk.
Er zullen meerdere aspecten onderzocht moeten worden om de haalbaarheid te bepalen van de doorvaart Xxxxxxxxxx – Oostzanerveld: de onderdoorgang bij Ramsbeek, het probleem van peilverschillen die met een overtoom zijn op te lossen en de meerwaarde voor ecologie. Voor het peilbeheer is nauwe samenwerking met HHNK gewenst.
Looptijd: 2020
Financiën: Exploitatie Landschap en bestaande formatie
Stakeholders: HHNK , gemeente Oostzaan, bewoners Kalf, Rijkswaterstaat, Recreatie NH Rol gemeente: opdrachtgever
• R3 – Onderzoek passantensteigers en toeristische overstappunten
Langs de Zaan en Nauernasche Vaart zijn geschikte openbare en niet openbare plekken te vinden waar mogelijkheden zijn voor aanleg van passantensteigers en toeristische overstappunten. De aanleg van steigers voor kortblijvend gebruik kan het toerisme in Zaanstad bevorderen en zeker wanneer de steigers mogelijkheden bieden om vanaf het water ook per fiets de stad of regio te bezoeken. Het in kaart brengen van geschikte locaties in Zaanstad voor passantensteigers en toeristische faciliteiten richt zich vooral op locaties waar ondernemers al initiatieven hebben getoond. Op de waterrecreatiekaart zijn de volgende potentiele locaties aangegeven: Cacao de Euforij; Kalverringdijk; Kreatief Pakhuis; Monetsteiger; Zaanbocht Wormerveer; Honig Breethuis; jachthaven Nauerna; Noordervaartdijk / Zuidervaartdijk Krommenie en Hembrugkade ‘Steiger Artillerie’ en Nauernasche Vaart oostoever bij Westzaan. Voor de aanleg van passantensteigers stelt de provincie een subsidie ter beschikking. In dit onderzoek moeten ook de bestaande passantensteigers worden betrokken. Het idee bestaat dat het wenselijk is om deze te vergroten.
Looptijd: 2020
Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: ondernemers, toeristen, provincie Rol gemeente: trekker
• R4 – Realiseren van twee passantensteigers/ tops
Het beleid voor de komende jaren voor het watertoerisme is verwoord in de Uitvoeringsagenda Toerisme. Inzetten op verschillende vormen van watertoerisme speelt in op een belangrijke groeimarkt. Een van de ambities op dit gebied is om voldoende aanbod te verzorgen van steigers en aanlegplaatsen op de meest gewenste locaties in het regionale vaarnetwerk en het uitbreiden van passantensteigers en toeristische overstapplaatsen. Deze zijn met name bedoeld voor de passant in kleinere plezierjachten die een aantal dagen in Zaanstad wil verblijven. De investering van de gemeente is ook bedoeld om ondernemers te faciliteren die een steiger bij hun toeristisch bedrijf willen realiseren.
Looptijd: 2019 - 2020
Financiën: Investeringsfonds Agenda Toerisme Stakeholders: ondernemers, toeristen.
Rol gemeente: trekker
• R8 – Maatregelen hengelsport
Voor de 6000 leden van de hengsportverenigingen is behoefte aan voorzieningen zoals open oevers langs watergangen, verlengde steigers en trailerhellingen waar boten kunnen worden ingelaten. De verenigingen kunnen met voorstellen komen en die met de verschillende stakeholders bespreken. Het gaat veelal om afstemming van beheer en nieuwe inrichting, waar de voorzieningen voor de hengelsport kunnen worden gerealiseerd. De gemeente heeft een rol als ondersteuner en coördinator.
Looptijd: vanaf 2019 doorlopend Financiën: bestaande formatie
Stakeholders: grondeigenaren buitengebied, Hoogheemraadschap, hengelsportverenigingen, gemeente.
Rol gemeente: ondersteuner
• V5 – Haalbaarheidsstudie verhuizing ZZV
De zeil- en roeivereniging ZZV aan de Havenstraat heeft aangegeven te willen verhuizen naar de Nauernasche Vaart. Dit in verband met de veiligheid en trainingsfaciliteiten voor de roeiers. De huidige locatie van ZZV is geschikt voor omvorming naar een toeristisch overstappunt. Deze operatie kan een winst opleveren voor ZZV en toerisme, maar er zijn nog veel onzekerheden. Een haalbaarheidsonderzoek is nodig om een geschikte locatie te vinden voor een nieuw clubverblijf met steiger voor ZZV bij de Nauernasche Vaart met daarbij een voorstel om de kosten van deze operatie te dekken. Bij het voorstel wordt ook de herontwikkeling tot toeristisch overstappunt van de huidige locatie bij de Havenstraat betrokken.
Looptijd: 2019-2020
Financiën: Exploitatie Landschap en bestaande formatie
Stakeholders: Waterrecreanten, watertoeristen, ondernemers, ZZV, HHNK, bewoners Havenstraat, beroepsvaart Zaan.
Rol gemeente: opdrachtgever
• V6 – Actueel houden waterrecreatiekaart
De waterrecreatiekaart is een landsdekkende kaart met alle voorzieningen voor de watersport. Het is een interactieve kaart waar gebruikers van het water, beheerders en ondernemers kunnen aangeven wat zij wensen aan nieuwe voorzieningen in het vaarnetwerk. Voor het actueel houden van het gedeelte van de kaart dat Zaanstad beslaat is de gemeente verantwoordelijk. Stichting Waterrecreatie Nederland is beheerder van de kaart. Met het actueel houden van de kaart worden alle betrokkenen uitgenodigd voor input.
Looptijd: 2019, 2021 en verder
Financiën: Exploitatie Landschap en bestaande formatie
Stakeholders: Waterrecreatie NL, Provincie NH, HHNK, Waterondernemers, bewoners Rol gemeente: opdrachtgever
• V7- Herziening Zorg voor de Zaan
Het gedateerde beleidsdocument Zorg voor de Zaan met de Zaanoevernormaallijn is nog steeds vigerend beleid. In het Waterplan Zaans Blauw stond een herziening gepland, maar deze is nog niet uitgevoerd.
Looptijd: vanaf 2019 Financiën: GWP1
Stakeholders: HHNK, waterondernemers, bewoners, buurgemeenten Rol gemeente: trekker
• V14 – Haalbaarheidsonderzoek vaarvoorziening bij Brokking
De locatie Brokking ligt op een potentiele vaarroute tussen de Westzanerpolder en de Zaan. Daar ontbreekt een verbinding van de Zaan naar het Guisveld. Met bijvoorbeeld een overtoom of een zelfbedienbaar sluisje kan voor sloepen en/of kano’s een nieuwe verbinding gemaakt worden.
Daar kunnen ook bewoners van Wormerveer van profiteren. Meerdere aspecten zoals de aanleg- en beheerkosten, mogelijkheden om te koppelen aan bouwprojecten en de effecten op de beroepsvaart in de Zaan zullen onderzocht moeten worden om de haalbaarheid in kaart te brengen. Het onderzoek wordt in nauwe samenwerking met HHNK uitgevoerd.
Looptijd: 2020
Financiën: Exploitatie Landschap en bestaande formatie
Stakeholders: watersportverenigingen, HHNK, provincie, ontwikkelaars Rol gemeente: opdrachtgever
• V16- Ontwikkelen vaar-app
Rijkswaterstaat heeft in 2018 een app (Vaar melder) ontwikkeld waarmee onveilige situaties gemeld kunnen worden. De wens bestaat om hierbij als gemeente aan te sluiten, of een eigen app te ontwikkelen. Dat laatste dan mogelijk in combinatie met een meldingensysteem voor openbare ruimte.
Looptijd: 2023
Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: watersporters, ondernemers, provincie etc. Rol gemeente: trekker
• V18- Onderzoek aanleg van kanovoorzieningen
In de polders zijn veel mogelijkheden om er met de kano op uit te gaan. De wens is uitgesproken om meer in- en uitstapplaatsen aan te leggen en ook steigers om onderweg aan te kunnen leggen. Onderzocht moet worden waar dit mogelijk en wenselijk is.
Looptijd: 2023
Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: RNH, kanoverenigingen, bewoners, grondeigenaren Rol gemeente: Opdrachtgever
• V19- In kaart brengen kanoroutes
In kaart brengen van de hoogtes van vaste bruggen en bevaarbare duikers en de kanoroutes bekend maken door deze op te nemen in de ZaanAtlas en/of de Waterrecreatiekaart.
Looptijd: 2021
Financiën: Exploitatie Landschap
Stakeholders: kanoverenigingen, bewoners, HHNK, Rol gemeente: trekker
8 Projecten DOEN per thema
Onderstaande projecten zijn al in uitvoering op grond van eerdere besluitvorming.
KLIMAATADAPTATIE EN TEGENGAAN BODEMDALING
• K2 - Operatie Steenbreek, een bewustwordingscampagne om particuliere tuinen te vergroenen.
• K3 - Bij herinrichting van de openbare ruimte wordt regenwater zoveel mogelijk afgevoerd richting oppervlaktewater en niet naar het riool.
• K4 – Regionale samenwerking Bodemdaling. Zaanstad is lid van het Platform Slappe Bodem, wat gericht is op kennisverspreiding en lobby. Ook zijn we lid van de stuurgroep van het Innovatie Programma Veen en werken we nauw samen met de provincie en haar Taskforce Bodemdaling.
NATUUR (BIODIVERSITEIT)
Maatregelen natuur ontwikkelen
• N7 – Het ontwikkelen van natuurvriendelijke oevers, zowel binnen als buiten ecologische verbindingszones, waar mogelijk. Deze maatregel kan bijdragen aan het vergroten van de waterbergingscapaciteit. We maken gebruik van de uitkomsten van de ecoscan opgezet door het HHNK.
• N8 – Begrazingsprojecten ten behoeve van stedelijke biodiversiteit. Mogelijk maken van 2e schaapskudde in Zaanstad (planning 2020). Kosten begrazing komen uit besparingen op beheerkosten.
• N9 – Inzaaien/planten van tijdelijke kruidenrijke grasstroken bij vervanging. Kansrijke bermen zijn al deels in beeld.
Meten is weten
• N10 – Het opzetten van een monitoringssysteem biodiversiteit en de jaarlijkse monitoring van specifieke natuurwaarden. Deze zullen jaarlijks gepresenteerd worden. De maatregel loopt sinds 2017
• N11 – Herziening Zaanse gedragscode Flora en Fauna + leidraad: Leidraad in overeenstemming brengen met de nieuwe Wet Natuurbescherming. Naar voorbeeld van de nieuwe landelijke gedragscode en/of die van gemeente Amsterdam
LANDELIJK GEBIED
• LG4 – Participatie werkgroep MRA Landschap
Xxxxxxxx participeert actief in de opgaven voor MRA Landschap. Zie ook: xxxxx://xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxx/00000000-xxxxxxxxxxxxxx-xxxxxxxxxxxxx-xxxxxxxxx- 2016-2020
Acties waaraan o.a. wordt gewerkt zijn:
o Onderzoek naar haalbaarheid van een landschapsfonds
o Uitwerken van concept ‘Buitenpoorten’ bij station Wormerveer
o Promotie Landschap en erfgoed
o Aanpak veenweidegebieden.
Looptijd: vanaf 2019 Financiën: bestaande formatie
Stakeholders: ML, provincie, TBO’s, gemeenten, recreanten, ondernemers, gemeente Rol gemeente: participerend
• LG5 – Advies bouwplannen en bestemmingsplannen
Bij het verlenen van vergunningen voor bouwwerken en in het buitengebied kan advies over inpassing in het landschap en vergroening van erven helpen om bouwplannen te verbeteren en eigenaren te bewegen om zo bij te dragen aan de kwaliteit van het landschap. Het advies bij bouwplannen en bestemmingsplannen buiten rode contour over inpassing en kwaliteitsverbetering landschap is een reguliere taak en wordt afgestemd met de provincie.
Looptijd: vanaf 2019 doorlopend Financiën: bestaande formatie
Stakeholders: vergunningaanvragers, eigenaren woningen en gronden in buitengebied, provincie Rol gemeente: uitvoerend
STEDELIJK GEBIED
• SG8 – Tweede entree Noordsterpark
Het Noordsterpark is relatief slecht bereikbaar en heeft slechts 1 ingang. Dit project maakt een tweede ingang aan de zuid-westzijde van het park. Deze ingang maakt het park toegankelijk voor de bewoners van de Rietlanden (woonbuurt met speciale woonvormen). De aanleg staat gepand in 2019.
Looptijd: voorjaar 2019 Financiën: MIP OR
Stakeholders: gemeente, manege, (gehandicapte) bewoners Rol gemeente: trekker en financier
• SG9 – Groenzone Gouw Oost.
Het opgestelde ontwerp om deze groenzone opnieuw in te richten en op te waarderen wordt opgenomen in de plannen van de herinrichting van de Kleurenbuurt. De omvang van de opwaardering is mede afhankelijk van de inspanning van ZVH om de garageboxen te slopen. Looptijd: voorjaar 2020-2021 fase 1 en 2025-2026 fase 2
Financiën: MIP OR
Stakeholders: gemeente, bewoners, woningcorporatie ZVH Rol gemeente: trekker en financier
RECREATIE
Fiets- en wandelnetwerk
• R5 - Verruimen openingstijden Pontje Molletjesveer
Het pontje Molletjesveer is in de wintermaanden uit de vaart. Daardoor kunnen wandelaars en fietsers in de winter geen gebruik maken van het pontje en moeten voor de ‘Streekroute Stelling van Amsterdam’ kilometers omlopen/fietsen. Het beheer van het pontje is belegd bij het RAUM en voor verruiming van de openingstijden zijn tot op heden geen extra middelen beschikbaar.
Xxxxxxxx zal zich als participant blijven inzetten om de openingstijden te verruimen.
Looptijd: vanaf 2019 doorlopend Financiën: bestaande formatie
Stakeholders: Bewoners, RNH (beheer), Wandelnet NL, Fietsersbond, provincie, omwonenden, gemeente.
Rol gemeente: participerend
• R6 - Aanleg van een fiets/ wandelpad langs de Haansloot
Voor verbetering van de beleefbaarheid van de polders en versterking van de regionale fietsverbindingen wordt een fiets/ wandelpad met uitzichtspunt aangelegd langs de Haansloot in de rand van de Krommenieer Woudpolder. Hiermee ontstaat een regionale fietsroute tussen Zaandam, Krommeniedijk en het Alkmaardermeer.
Looptijd: 2019- 2020
Financiën: MIP Landschap en externe subsidie
Stakeholders: Stichting behoud KWP, HHNK, vogelbescherming, fietsersbond, pachters, provincie NH, VRA, gemeente
Rol gemeente: uitvoerend
• F2 - Verkenning fietsroute Dam tot Dam
Voor een betere en directere fietsverbinding van Zaandam naar Amsterdam en bereikbaarheid van de Noorder IJ en Zeeplas wordt een verkenning uitgevoerd naar de fietsroute ‘Dam tot Dam’. De verkenning moet leiden tot een ontwerp van het fietspad en wordt opgenomen in het gebiedsperspectief van de Achtersluispolder.
Looptijd: vanaf 2019
Financiën: gemeentelijke bijdrage uit Investeringsfonds
Stakeholders: Gemeente Amsterdam, VRA, provincie, havenbedrijf, stakeholders Achtersluispolder, fietsersbond, gemeente.
Rol gemeente: participerend
• F3 - Aanleg fietspad met uitzichtpunt langs Kanaaldijk
De Kanaaldijk is een aantrekkelijke plek voor wandelaars, fietsers en hengelaars met uitzicht op het Noordzeekanaal en de zeehavens. Op de dijk wordt een fietspad aangelegd met enkele voorzieningen als banken.
Looptijd: vanaf 2019
Financiën: bestaande formatie, geen financiële bijdrage
Stakeholders: OHW, parkmanagement Hoogtij, fietsersbond, gemeente Rol gemeente: uitvoerend
Voorbeeld voor een fietsroute
Vaarnetwerk
• V7 - Realiseren ambities waterrecreatiekaart bij ruimtelijke ontwikkelingen.
Om Zaanstad te versterken als waterrecreatiestad worden de ambities van de waterrecreatiekaart ingebracht bij alle ruimtelijke ontwikkelingen (stad, landschap, infra projecten) en het omgevingsplan. De waterambities worden meegenomen in de gebiedsplannen van MAAK en ZAANIJ. De wenselijke investeringen in de waterrecreatie zijn opgenomen worden in stedenbouwkundige voorwaarden of vastgelegd in anterieure overeenkomsten.
Looptijd: vanaf 2019
Financiën: uitvoeringskosten op te nemen in anterieure overeenkomsten, bestaande formatie Stakeholders: Alle betrokkenen bij ontwikkelingen
Externe partners: HHNK, ProRail, provincie en RWS; ook brugbediening. Rol gemeente: uitvoerend
• V8 - Opnemen vaarwegennet in bestemmingsplannen en omgevingsplan.
Om de doorvaarbaarheid van de polders juridisch te borgen worden het vaarwegennet, de aanlegplaatsen en hoogtes van bruggen meegenomen bij wijzigingen van bestemmingsplannen en het omgevingsplan.
Looptijd: vanaf 2019 Financiën: bestaande formatie
Stakeholders: inwoners, provincie, HHNK, TBO’s, Recron, RNH, Waterrecreatie Nederland, horecaondernemers, gemeente
Rol gemeente: uitvoerend
• V9 – Verruimen bedieningstijden sluizen en lage bruggen
Meerdere partijen zijn betrokken bij de (vrijwillige) bediening van sluizen en kleine bruggen. Het goed organiseren van vrijwillige sluisbediening binnen de nieuwe wettelijk veiligheidsregels, het mogelijk technisch aanpassen van de sluizen en kleine bruggen en op sommige plekken overgaan op een zelf bedienbaar systeem kan de doorvaarbaarheid in de Zaanstreek voor diverse categorieën schepen verbeteren. Meer varen in de streek geeft ook een impuls aan de ondernemers in de recreatie sector. Er zijn meerdere partijen die een rol hebben bij de sluisbediening en dit traject wordt met steun van de provincie regionaal opgepakt.
Looptijd: 2019 - 2020
Financiën: bestaande formatie en MIP Landschap
Stakeholders: Beheerders sluizen, vrijwilligers, HHNK, Gemeente Wormerland, provincie. Rol gemeente: trekker
• V10 - Borgen veiligheid beroeps- en recreatievaart
Het is van belang de veiligheid te borgen op het water voor kleinere recreatievaart en beroepsvaart op de Zaan en Noordzeekanaal. Dat gebeurt met handhaving van snelvaren en veilige inrichting van de watergangen en opstelplaatsen voor bruggen. Ook zijn er campagnes als ‘Veilig Varen’ en ‘Varen doe je samen’ om veiligheid op het water te promoten.
Looptijd: vanaf 2019 Financiën: bestaande formatie
Stakeholders: Politie, Centraal Nautisch Beheer NKZ gebied, gebruikers, gemeente Wormerland, Gemeente (Havens en Vaarwegen).
Rol gemeente: uitvoerend
• V12 - Vervangen Haaldersbroekbrug
Om de regionale vaarroute van Zaanstad naar Purmerend en Edam te bestendigen of uit te breiden tot BRTN wordt de nieuwe Haaldersbroekbrug beweegbaar uitgevoerd. De Haaldersbroekbrug ligt in het sloepennetwerk van Laag Holland en de noodzakelijke doorvaarthoogte voor sloepen blijft in stand.
Looptijd: 2019 en 2020 Financiën: MIP OR
Stakeholders: Provincie (Laag Holland) HHNK, vrijwilligers, bewoners Haaldersbroek, watersporters, Zaanse Schans, Wormerland, gemeente.
Rol gemeente: uitvoerend
• R7 - Aanleg toeristisch overstappunt Zaanse Hoekje
Bij het Zaanse Hoekje wordt een steiger aangelegd met diverse voorzieningen als fietsenrekken en bebording. Dit is een uitbreiding van het sloepennetwerk van Laag Holland naar het Oostzanerveld.
Looptijd: vanaf 2018 doorlopend
Financiën: Bijdrage gemeente uit budget EZ
Stakeholders: Waterrecreanten, watertoeristen, ondernemer, waterbeheerder, gemeente. Rol gemeente: participerend
9 Projecten PRIO 2
Projecten met status PRIO 2 zijn afhankelijk van initiatieven en/of planningen van externe partners.
• N3 – Planvorming ecologische verbindingszone tussen Kalverpolder, Jagersveld en Oostzanerveld.
Het Wormer & Jisperveld, de Kalverpolder en het Oostzanerveld zijn Natura 2000 gebieden. Deze gebieden met elkaar verbinden versterkt de natuurwaarden. Er liggen kansen in het verbeteren van de verbinding door het Jagersveld. Dit kan worden uitgevoerd als een compensatiemaatregel voor de verbreding van de A7.
Looptijd: vanaf 2019, afhankelijk van MIRT A7 Financiën: bestaande formatie, Exploitatie Landschap
Stakeholders: Gem Wormerland, Rijkswaterstaat, provincie, bewoners, HHNK Rol gemeente: trekker planvorming
Door GerardM, Wikipedia, Voorbeeld ecologische verbinding onder een viaduct
• N12 – Ecologische verbindingszone Zaandam Oost naar Noorder IJplas.
Binnen het gebied tussen Zaandam Oost en Amsterdam Noord staan de nodige stedelijke ontwikkelingen gepland. Hierin moet ook de regionale ecologische structuur die het gebied heeft, versterkt worden.
Looptijd: Afhankelijk van gebiedsontwikkeling Financiën: Bestaande formatie
Stakeholders: Xxx Xxxxxxxxx, Xxx Xxxxxxxx, Xxxxxxxxx XX, MRA Rol gemeente: participerend
• LG2 – Ontwikkelen landschap bij de Kil
De Kil is een restant van het riviertje de Crommenije en ligt in het OERIJ gebied waar nog kreekruggen in het open landschap te zien zijn. Langs de KIL ligt ook de Stelling van Amsterdam, een beschermd UNESCO gebied. In de omgeving van de Kil zijn de laatste decennia veel ontwikkelingen: de woonwijken Broekpolder, Saendelft en Kreekrijk, golfbaan Heemskerk en studies naar de inpassing van de A8/A9. Dit laatste project heeft ingrijpende gevolgen voor het landschap maar biedt ook kansen om kwaliteiten aan het landschap toe te voegen, zoals meer wandel- en fietspaden en versterking van de ecologische hoofdstructuur langs de Kil.
De provincie neemt het initiatief om voor de inpassing A8/A9 een landschapsplan te maken dat ook anticipeert op de landschapsontwikkeling op de langere termijn. Aan dit landschapsplan levert Xxxxxxxx een actieve bijdrage in de vorm van expertise landschap en natuur.
Looptijd: vanaf 2019
Financiën: binnen de gebiedsontwikkeling A8-A9 en bestaande formatie Stakeholders: provincie (trekker), IJmondgemeenten, Stichting OERIJ, bewoners, belangengroepen, LTO, RAUM
Rol gemeente: adviserend
• LG6 - Stimuleren vrijwillig landschapsbeheer in het gehele buitengebied van Zaanstad
Bij gebleken succes en noodzaak van project LG6a kan dit werk worden uitgebreid. Er zijn ook terreinen in eigendom van particulieren en organisaties waarop het beheer een knelpunt blijkt. De gemeente zal in samenwerking met beheergroepen van vrijwilligers en terreinbeherende organisaties deze knelpunten inventariseren. In onderling overleg wordt een plan van aanpak voorbereid met inbegrip van op welke wijze de ondersteuning van vrijwilligers kan plaatsvinden en welke organisatiestructuur daarbij passend is.
Looptijd: vanaf 2020 Financiën: P.M.
Stakeholders: vrijwilligers, SBB, LNH, provincie Rol gemeente: trekker
• W4 – Aanleg wandelpad Noorder IJ en Zeedijk
En deel van de Westzanerdijk zal door het hoogheemraadschap versterkt gaan worden. Dit biedt een kans om in het ondertalud van de dijk een onverhard wandelpad uit te zetten. Daarmee ontstaat een nieuwe wandelverbinding tussen Westzaan Nauerna met uitzicht op de Reef.
Looptijd: vanaf 2020 Financiën: bestaande formatie
Stakeholders: HHNK (trekker), provincie, RNH, bewoners Nauerna en Westzaan, natuurorganisaties
Rol gemeente: vergunningverlener en adviseur
Voorbeeld van een onverhard wandelpad
• V11 - Vervanging Engewormerbrug in Wormerland.
Om de regionale vaarroute van Zaanstad naar Purmerend en Edam te bestendigen of uit te breiden tot BRTN wordt de nieuwe Engewormerbrug beweegbaar uitgevoerd.
Looptijd: vanaf 2019 doorlopend Financiën: geen bijdrage gemeente
Stakeholders: HHNK, provincie NH, gemeenten Purmerend, Wormerland, Zaanstad, watersporters
Rol gemeente: participerend
• V13- Overdracht sluizen van HHNK naar gemeente
HHNK is in overleg met de gemeente om het eigendom van de kleine sluizen over te dragen. Het gaat in totaal om overdracht van 13 sluizen over een langere periode. Met de overdracht kan de doorvaarbaarheid van de vaarpolders beter worden geborgd.
Looptijd: vanaf 2019 doorlopend Financiën: P.M.
Stakeholders: Hoogheemraadschap HHNK (trekker), provincie, gemeente
Rol gemeente: uitvoerend
• V15 – Haalbaarheidsonderzoek molenrondvaart polder Westzaan
Voor toeristen en bezoekers van de Zaanstreek zijn er in Polder Westzaan nauwelijks voorzieningen en georganiseerde rondvaarten. De NS stations Zaandam en Wormerveer zijn goed bereikbare startpunten om het gebied te kunnen bezoeken. De haalbaarheidstudie richt zich op aanleg van steigers voor rondvaart in polder Westzaan langs de molens Prinsenhof en De Schoolmeester en de bereikbaarheid en opstapmogelijkheden vanaf beide stations. Door middel van dit onderzoek faciliteert de gemeente een initiatief van derden.
Looptijd: afhankelijk van initiatief derden
Financiën: Exploitatie Landschap en bestaande formatie
Stakeholders: Ondernemer, Staatsbosbeheer, Vereniging de Zaansche molens, de Fronik buurtboerderij, toeristen.
Rol gemeente: opdrachtgever
• V17- Vergroten mogelijkheden kleine waterrecreatie
Om de watersportmogelijkheden te vergroten kan gedacht worden aan een watersportcentrum voor kleine waterrecreatie, bijvoorbeeld bij De Poel. Waterfietsen, kleine zeilbootjes en elektrische bootjes kunnen hier ingezet worden om de natuurgebieden vanaf het water te verkennen. Indien zich hier een ondernemer voor aandient, kan de gemeente inspanning leveren om het initiatief mogelijk te maken.
Looptijd: afhankelijk van initiatief derden Financiën: bestaande formatie
Stakeholders: watersporters, ondernemers, provincie etc. Rol gemeente: ondersteuner
Bijlage 1 Projecten PRIO 3
Deze bijlage kan gezien worden als een wensenlijst voor de langere termijn. Voor deze projecten is voorlopig geen zicht op financiering.
• SG3 – Postzegelparken (Pocket park) in groenarme buurten
Postzegelparken zijn één van de instrumenten om de leefbaarheid in de groenarme buurten, zoals de Rosmolenbuurt, te vergroten. Postzegelparken zijn kleine openbare ruimten, centraal gelegen in een verder groenarme buurt. Zij hebben een hoogwaardig verblijfskarakter en kunnen, maar hoeven niet een overwegend groen karakter te hebben. Het succes van een postzegelpark wordt bepaald door de ontwerpcreativiteit, maar nog meer door de sociale processen er om heen. Dit zal worden uitgewerkt in het project “Park om de Hoek”. Er loopt op dit moment een eerste pilot op een locatie in de Rosmolenbuurt in samenwerking met stichting de Gezonde stad en de MRA. Het uiteindelijke pocket park moet een inspirerend voorbeeldproject worden. Het idee is om in de jaren daarna nog 5 pocketparks aan te leggen.
Looptijd: 2020-2030
Stakeholders: gemeente, woningbouwcorporaties Rol gemeente: trekker en financier
• SG4 - Verhogen onderhoudsniveau Zaanse parken
Op de plankaart van het Groen en Waterplan staan 20 grotere groengebieden, die voor een groot deel in de volksmond als park worden gezien. Ze kunnen in 3 categorieën worden onderverdeeld:
o Stadsparken:
Zij ontlenen hun waarde aan het algehele ontwerp. Voorbeelden: Volkspark Koogerpark en ook het particuliere Wilhelminapark behoort tot deze categorie.
o Recreatieparken:
Zij ontlenen hun waarde aan een pakket van recreatievoorzieningen in een groene omgeving. Verder zijn er tijdelijke manifestaties, zoals de Kermis. Voorbeelden: Darwinpark en Veldpark.
o Landschapsparken :
Zij ontlenen hun waarde aan de natuurlijke inrichting met hierin restanten van het oorspronkelijke veenweide landschap. Voorbeelden zijn: Noordsterpark en Vijfhoekpark.
Deze parken/parkstroken hebben een gezamenlijke oppervlakte van 86 hectare. Het gebruik van deze gebieden zal de komende jaren toenemen. Door de verlaging van het onderhoudsniveau in 2013 zijn de meest in het oog springende beplantingen sterk in kwaliteit achteruitgegaan.
Bezuiniging en toenemend gebruik zijn met elkaar in tegenspraak. Gezien de verwachte toename in gebruik door de geplande verstedelijking is het noodzakelijk om de parken op een hoger onderhoudsniveau te brengen. Voor de landschapsparken is dit nodig op 10% van de oppervlakte. Voor de recreatieparken ligt dit percentage op 50% en voor de stadsparken op 100%. Het areaal aan op te waarden parkgebied komt hiermee op 30% van de totale oppervlakte. Naast een intensiever onderhoud dienen klachten sneller verholpen te worden en reparaties niet uitgesteld te worden tot een jaarlijkse ronde.
• SG5 – Aanleg wandel-fietsroute NS Station Kogerveld Jagersveld -Twiske
Deze route begint in het ontwikkelgebied Oostzijderpark. In deze nieuwe bouwlocatie zal de Parklaan worden aangelegd, een ontsluitingslijn en tevens centrale groenzone die een schakel kan worden in een doorgaande route tussen NS station Kogerveld en het recreatiegebied het Twiske. Daartussenin ligt het te vernieuwen sportcomplex Hoornseveld. Er moeten meerdere barrières overwonnen worden om deze route als geheel te realiseren.
Looptijd: 2019-2025
Stakeholders: gemeente (trekker), Rijk, MRA Rol gemeente: trekker
• SG10 – Noordsterpark: voet-/fietspad naar Noorderveld/ Zaanoeverprojecten
De Ned. Benedict weg (N514) beperkt de toegang tot het Noordsterpark vanuit het Noorderveld. Het is een oude wens om het park een functie als lunchlocatie te geven voor mensen die op dat bedrijventerrein werken. Hiervoor is een aansluitend voetpad nodig naar het kruispunt met de Samsonweg. De bouwlocaties Zaans Pijl en Meneba zijn zelf groenarm en hebben in het
Noorderveld een groenarm achterland. Het Noordsterpark zal het ontbreken van groenvoorzieningen moeten compenseren voor deze toekomstige bewoners. Dit betekent dat er een aantrekkelijke route voor langzaam verkeer aangelegd moet worden. Deze route loopt logischerwijs via het kruispunt Witte Bijlweg. Door dit project ontstaat tevens een betere ontsluiting van het park voor de bestaande woonwijken en wordt een oude wens van het wijkoverleg ingelost.
Looptijd: 2020-2021
Stakeholders: gemeente, provincie, MRA, Rol gemeente: trekker en co-financier
• SG11 - Agathapark en Rosariumpark verbinden met fiets-/voetpad, plusvariant. Verbindende route aanleggen en versterken met groen en daarmee route en zichtbaarheid vergroten en de ontbrekende schakel langs de gemeentewerf realiseren. Er is een bedrag opgenomen in MIP OR voor een basisvariant.
Looptijd: 2020
Stakeholders: gemeente, bewoners, Parteon, scholen Rol gemeente: trekker