VOORBEELDOVEREENKOMST KNGF / EN / VVOCM / NHV / NVD / NVLF / VvAA – PRAKTIJKMEDEWERKING PARAMEDICI Beoordeling Belastingdienst nr. 9061636420-B | 26 – 04 – 2016 Versie 24 januari 2017 OVEREENKOMST VAN OPDRACHT PRAKTIJKMEDEWERKING Beoordeling op basis...
VOORBEELDOVEREENKOMST KNGF / EN / VVOCM / NHV / NVD / NVLF / VvAA – PRAKTIJKMEDEWERKING PARAMEDICI
Beoordeling Belastingdienst nr. 9061636420-B | 26 – 04 – 2016
Versie 24 januari 2017
OVEREENKOMST VAN OPDRACHT PRAKTIJKMEDEWERKING
Beoordeling op basis van uw verzoek
Ik ben van mening dat werken volgens de bijgevoegde overeenkomst niet leidt tot de verplichting loonheffingen af te dragen of te voldoen, omdat werken overeenkomstig de door u voorgelegde overeenkomst niet leidt tot een (fictieve) dienstbetrekking tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. Bij mijn beoordeling ga ik uit van de op dit moment geldende regelgeving.
Hierna geef ik een toelichting op mijn beoordeling. Hierbij komen de volgende onderwerpen aan de orde:
De privaatrechtelijke dienstbetrekking.
(Ik concludeer dat bij werken op basis van de door u voorgelegde overeenkomst geen sprake is van een dienstbetrekking vanwege het ontbreken van een gezagsverhouding en het ontbreken van een verplichting om de arbeid persoonlijk te verrichten.)
De fictieve dienstbetrekkingen.
(Voor specifieke arbeidsrelaties gelden ‘fictieve dienstbetrekkingen’. Ik maak op dit punt een voorbehoud bij mijn beoordeling.)
De reikwijdte van deze beoordeling.
(Mijn standpunt geldt onder de voorwaarde dat opdrachtgever en opdrachtnemer in de praktijk ook conform de voorgelegde overeenkomst handelen. Ik heb de overeenkomst uitsluitend beoordeeld voor de loonheffingen.)
Het gebruik van de beoordeelde overeenkomst.
(Kenmerknummer Belastingdienst; geldigheidsduur en gevolgen van aanvullingen en wijzigingen.)
Toelichting bij deze beoordeling
1. Geen privaatrechtelijke dienstbetrekking
Ik ben van mening dat het werken volgens de bijgevoegde overeenkomst niet leidt tot een privaatrechtelijke dienstbetrekking. Uit de beoordeling komt naar voren dat op basis van de overeenkomst geen sprake is van een gezagsverhouding en tevens geen sprake is van een verplichting om de arbeid persoonlijk te verrichten. Hierna zal ik ingaan op de algemene vereisten die gelden voor een arbeidsovereenkomst. Ik zal ook aangeven welke onderdelen van de overeenkomst het meest bepalend zijn voor mijn beoordeling.
Arbeidsovereenkomst
Een echte dienstbetrekking is gebaseerd op de arbeidsovereenkomst (artikel 7:610 BW). Een arbeidsovereenkomst is aanwezig als aan drie voorwaarden is voldaan:
De werknemer moet persoonlijk arbeid verrichten.
De werkgever moet de werknemer een beloning betalen voor de verrichte arbeid.
De werkgever kan de werknemer bindende aanwijzingen en instructies geven over het verrichten van de arbeid op zodanige wijze dat sprake is van een ‘gezagsverhouding’.
Als tenminste één van de drie elementen ontbreekt is geen sprake van een arbeidsovereenkomst. Mogelijk is dan nog wel sprake van een fictieve dienstbetrekking. Aan de hand van voorgelegde overeenkomsten beoordeelt de Belastingdienst of de daarin opgenomen bepalingen al dan niet
bijdragen aan de aanwezigheid van elk van de hiervoor genoemde elementen van een arbeidsovereenkomst.
Geen gezagsverhouding
Ik kom tot het oordeel dat op basis van de voorgelegde overeenkomst geen sprake is van een gezagsverhouding. Hiervoor is van belang in hoeverre de opdrachtgever het recht heeft om opdrachten en aanwijzingen te geven voor het werk dat moet worden gedaan. Uit afspraken over instructie, leiding, toezicht en verantwoordingsplicht, die betrekking hebben op de directe werkzaamheden of andere elementen van de arbeidsrelatie, leidt de Belastingdienst af of sprake kan zijn van werkgeversgezag. Ook afspraken die betrekking hebben op het al dan niet mogen werken voor derden, regeling van klachten, e.d. kunnen hiervoor van belang zijn.
Op basis van de verschillende elementen van de overeenkomst, in samenhang bezien, heb ik geoordeeld dat geen sprake is van een gezagsverhouding. Het meest duidelijk komt dit naar voren in de overwegingen (punt 3, 4, 5 en 6) en de artikelen 1.1, 1.3, 1.6, 1.7, 2, 3.4 en 5.1 van de overeenkomst, waarin de instructiebevoegdheid van de opdrachtgever nadrukkelijk wordt beperkt.
Geen verplichting de arbeid persoonlijk te verrichten
lk kom op basis van de tekst van de voorgelegde overeenkomst tot het oordeel dat voor de opdrachtnemer geen sprake is van een verplichting om de arbeid persoonlijk te verrichten. Voor de beoordeling hiervan is van belang in hoeverre de opdrachtnemer het recht heeft:
zich vrij en willekeurig te laten vervangen door een derde; of
zich vrij te laten vervangen door een derde die voldoet aan objectieve en voor de uitvoering van de opdracht noodzakelijke criteria die vooraf zijn vastgelegd in de beoordeelde overeenkomst.
Let op! Veel situaties die in de praktijk voorkomen, worden volgens het Burgerlijk VVetboek niet aangemerkt als vrije vervanging. In die gevallen kunt u aan deze overeenkomst geen zekerheid ontlenen. Er is bijvoorbeeld geen sprake van vrije vervanging:
als de opdrachtnemer zich slechts met toestemming van de opdrachtgever door een derde mag laat vervangen (art.7:659 BW);
als de opdrachtgever de vervanging zelf regelt;
als de opdrachtnemer zich mag laten vervangen door een derde, die deel uitmaakt van een aan de opdrachtgever bekende of gesloten 'pool' van personen.
Bij een recht op vrije vervanging beslist de opdrachtnemer zelfstandig of hij of zij zich laat vervangen en door welke persoon. Een eventuele meldingsplicht bij de opdrachtgever hoeft niet aan deze vrijheid af te doen, mits de opdrachtgever geen enkele zeggenschap heeft over de keuze van de vervanger. Ook het moeten voldoen aan een objectief en noodzakelijk criterium (zoals bijvoorbeeld het door de vervanger beschikken over een rijbewijs als dit voor de werkzaamheden noodzakelijk is) doet niet af aan de beslissingsvrijheid van de opdrachtnemer.
Het recht om zich vrij te laten vervangen moet passen bij de opdracht en moet stroken met de werkelijke verhoudingen tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. Het is niet voldoende als het recht op vrije vervanging alleen op papier bestaat. Als persoonlijke kwaliteiten van de opdrachtnemer belangrijk zijn voor de uitvoering van een opdracht of als de opdrachtgever specifieke eisen stelt aan de wijze van uitvoering van de opdracht, dan kan een contractueel recht op 'vrije vervanging' realiteitsgehalte missen. Bij een beoordeling achteraf kan, in twijfelgevallen, het feit dat vervanging op initiatief van de opdrachtnemer niet of nauwelijks daadwerkelijk is voorgekomen, een licht werpen op de werkelijke tussen opdrachtgever en opdrachtnemer bestaande verhoudingen.
Op basis van de verschillende elementen van de overeenkomst, in samenhang bezien, heb ik geoordeeld dat geen sprake is van een verplichting om de arbeid persoonlijk te verrichten. Het meest duidelijk komt dit naar voren in artikel 1.2 van de overeenkomst.
2. Voorbehoud toepasselijkheid enkele fictieve dienstbetrekkingen
In gevallen waarin geen sprake is van een privaatrechtelijke dienstbetrekking kennen de loonheffingen voor een aantal situaties ‘fictieve dienstbetrekkingen’ (gelijkstellingen).
Sinds 1 mei 2016 kunnen de opdrachtgever en de opdrachtnemer er samen voor kiezen om de fictieve dienstbetrekkingen voor thuiswerkers en/of gelijkgestelden niet op hun arbeidsrelatie van toepassing te laten zijn. Die gezamenlijke keuze moet blijken uit de afspraken die de opdrachtgever en de opdrachtnemer vóór de eerste betaling hebben vastgelegd. In de onderstaande overeenkomst is opgenomen dat de fictieve dienstbetrekking voor gelijkgestelden niet van toepassing is. (Zie artikel 5.1 van de bijgevoegde overeenkomst.)
Let op! Bij mijn beoordeling, maak ik een voorbehoud voor de situaties waarin andere fictieve dienstbetrekkingen van toepassing zijn, omdat ik dit niet kan beoordelen op basis van de door u voorgelegde overeenkomst. Xxxx de bijlage voor meer informatie over fictieve dienstbetrekkingen.
3. Zekerheid onder voorwaarde conforme feitelijke uitvoering
De opdrachtgever hoeft geen loonheffingen af te dragen of te voldoen als partijen in de praktijk handelen conform hetgeen zij overeen zijn gekomen in de door de Belastingdienst beoordeelde overeenkomst op grond waarvan geen sprake is van een (fictieve) dienstbetrekking.
Ik heb mijn standpunt gegeven naar aanleiding van het door u ingediende verzoek om vooroverleg. Ik heb mijn oordeel uitsluitend gebaseerd op de tekst van de door u voorgelegde (model)overeenkomst. Op mogelijk in uw situatie eerder ingenomen standpunten wordt niet teruggekomen.
Uitsluitend oordeel loonheffingen
Een overeenkomst is de vastlegging van afspraken tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. De Belastingdienst beoordeelt overeenkomsten alleen op de elementen die van belang zijn om de vraag te kunnen beantwoorden of sprake is van de plicht tot het afdragen of voldoen van loonheffingen. De Belastingdienst kan op basis van een voorgelegde overeenkomst geen oordeel geven over de fiscale kwalificatie van de inkomsten van de opdrachtnemer in de inkomstenbelasting. Het standpunt voor de loonheffingen heeft evenmin betekenis voor de omzetbelasting.
Ook als deze overeenkomst gebruikt wordt door een opdrachtnemer die een niet-natuurlijk persoon is (zoals een besloten vennootschap), houdt het oordeel slechts in dat de opdrachtgever geen loonheffingen verschuldigd is. Dit oordeel heeft geen betekenis voor de vennootschapsbelasting. Ook ten aanzien van overige specifieke (niet fiscale) wet- en regelgeving, kan de Belastingdienst geen oordeel geven.
4. Kenmerknummer beoordeling
Deze beoordeling van de overeenkomst is bij de Belastingdienst geregistreerd onder nummer
9061636420-B.
Verwijzing naar de beoordeling
Als opdrachtgever en opdrachtnemer ervoor kiezen om te werken volgens een door de Belastingdienst beoordeelde overeenkomst, is het belangrijk dat dit duidelijk wordt vastgelegd. Daarvoor kan bijvoorbeeld in de overeenkomst tussen opdrachtgever en opdrachtnemer de volgende tekst worden opgenomen:
“Deze overeenkomst is gebaseerd op de door de Belastingdienst op 26 april 2016 onder nummer 9061636420-B, versie 24 januari, beoordeelde overeenkomst.”
Geldigheidsduur beoordeling
Deze beoordeling van de voorgelegde (model)overeenkomst heeft een geldigheidsduur van vijf jaar, te rekenen vanaf de datum van de goedkeuring, onder voorbehoud van wijzigingen in relevante wet- of regelgeving gedurende die vijf jaar. Ook jurisprudentie kan aanleiding zijn deze beoordeling van de (voorbeeld)overeenkomst voor de toekomst in te trekken. Daarbij zal de Belastingdienst de beginselen van behoorlijk bestuur in acht nemen.
Aanvullingen en wijzigingen beoordeelde overeenkomst
Indien in de daadwerkelijk gebruikte (ingevulde) overeenkomst bepalingen worden toegevoegd of worden gewijzigd, kan dit gevolgen hebben voor mijn oordeel. Hetzelfde geldt ten aanzien van niet bij het verzoek aan de Belastingdienst voorgelegde relevante bepalingen, overeenkomsten (met derden), bijlagen, voorschriften, etc., zoals bijvoorbeeld voorschriften van derden.
Aanvullingen en/of wijzigingen zijn wel mogelijk, voor zover deze geen afbreuk doen aan het karakter van de overeenkomst. Hiervoor verwijs ik naar de bovenstaande uitleg over de wijze van beoordelen van deze overeenkomst. Over de voorgelegde overeenkomst is op basis van het verzoek en de daarin opgenomen afspraken geoordeeld dat geen sprake is van een gezagsverhouding. Ingeval van aanvullingen of wijzigingen die afbreuk doen aan dit onderdeel kan aan de overeenkomst na wijziging in elk geval niet meer de zekerheid worden ontleend dat opdrachtgever geen loonheffingen hoeft af te dragen of te voldoen. Wijzigingen of aanvulling op ondergeschikte punten zijn dus mogelijk en hebben geen gevolgen voor de uitkomst van de beoordeling.
Geen aansprakelijkheid voor schade
De Belastingdienst heeft de overeenkomst uitsluitend beoordeeld met het oog op het geven van zekerheid voor het werken buiten dienstbetrekking in het kader van de loonheffingen. De Belastingdienst is niet aansprakelijk voor gevolgen, van welke aard dan ook, van het gebruik van de overeenkomst.
Bijlage
Algemene informatie over fictieve dienstbetrekkingen en de gageregeling voor bepaalde artiesten
Voorbehoud toepasselijkheid enkele fictieve dienstbetrekkingen
In gevallen waarin geen sprake is van een privaatrechtelijke dienstbetrekking kennen de loonheffingen voor een aantal situaties ‘fictieve dienstbetrekkingen’ (gelijkstellingen).
Mocht een van deze situaties zich voordoen, dan kan de opdrachtgever aan deze beoordeling niet de zekerheid ontlenen dat hij geen loonheffingen is verschuldigd.
De onderstaande algemene informatie heb ik volledigheidshalve opgenomen.
Fictieve dienstbetrekkingen
Overzicht arbeidsrelaties die onder voorwaarden worden aangemerkt als fictieve dienstbetrekkingen
Aanneming van werk
Tussenpersonen, agenten
Stagiaires
Meewerkende kinderen
Commissarissen
(Statutaire) bestuurders van lichamen
Sekswerkers
Topsporters
Werken door tussenkomst van een derde (intermediair)
Thuiswerkers
Gelijkgestelden (als niet-ondernemer met een bepaalde regelmaat een periode werken voor dezelfde opdrachtgever)
Opting-in (kiezen voor dienstbetrekking)
(Partners van) xxxxxxx van een aanmerkelijk belang, die arbeid verrichten voor het desbetreffende lichaam
Artiesten en beroepssporters die werken op basis van een overeenkomst van korte duur
Bemanning van vissersvaartuigen (deelvissers)
Meer informatie over de hierboven genoemde regelingen kunt u vinden op de website van de belastingdienst en in het Handboek loonheffingen.
Let op! Sinds 1 mei 2016 kunnen de opdrachtgever en de opdrachtnemer er samen voor kiezen om de fictieve dienstbetrekkingen voor thuiswerkers en gelijkgestelden niet op hun arbeidsrelatie van toepassing te laten zijn. Dat geldt ook voor bepaalde artiesten die optreden op basis van een overeenkomst van korte duur. Die gezamenlijke keuze moet blijken uit de afspraken die de opdrachtgever en de opdrachtnemer vóór de eerste betaling hebben vastgelegd.
Tijdens de parlementaire behandeling van de Wet DBA is aangekondigd dat er een wijziging van regelgeving komt, met betrekking tot de fictieve dienstbetrekking voor de commissaris. Vooruitlopend hierop, bevat het besluit van de Staatssecretaris van Financiën van 14 maart 2016, Stcrt. 2016, nr. 14756 een goedkeuring om de arbeidsverhouding van een commissaris met ingang van 1 mei 2016, niet aan te merken als fictieve dienstbetrekking.
PRAKTIJKMEDEWERKING
Ondergetekenden:
1. ……………………. , te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door
dhr./mw. ……………………………………,
van beroep …………………,
wonende/ gevestigd/ praktijkhoudend te …..…,
aan de ……………………….…………………………,
hierna te noemen: Opdrachtgever;
en
2. ………………….. , van beroep ………………..,
wonende/ gevestigd te ……………….,
aan de ……………………..,
hierna te noemen: Opdrachtnemer.
Hierna gezamenlijk te noemen: Partijen
In aanmerking nemende:
dat opdrachtgever zelfstandig en voor eigen rekening en risico een praktijk in de [keuze: fysiotherapie/ logopedie/ diëtetiek/ ergotherapie/ oefentherapie Cesar/ oefentherapie Mensendieck/ huidtherapie] uitoefent te ....................... en wel vanuit het praktijkpand gelegen aan de ……………………….…aldaar, hierna te noemen: de praktijk;
dat opdrachtgever in verband met toename van de zorgvraag ten behoeve van zijn/haar praktijk meer capaciteit nodig heeft en daarom de wens heeft een (extra) [keuze: fysiotherapeut/ logopedist/ diëtist/ ergotherapeut/ oefentherapeut Xxxxx/ oefentherapeut Mensendieck/ huidtherapeut] (hierna te noemen: paramedicus) werkzaam te laten zijn en dat opdrachtnemer als zodanig in de praktijk van opdrachtgever werkzaam wenst te zijn;
dat opdrachtnemer als zelfstandig paramedicus werkzaam is op het gebied van de [keuze: fysiotherapie/ logopedie/ diëtetiek/ ergotherapie/ oefentherapie Cesar/ oefentherapie Mensendieck/ huidtherapie] (hierna te noemen: paramedische zorg) en als solistisch werkend zorgverlener voor eigen rekening en risico de werkzaamheden uitoefent;
dat opdrachtnemer in praktische zin zelfstandig de feitelijke paramedische zorg verleent aan de patiënt/cliënt en een eigen professionele verantwoordelijkheid heeft en zelf verantwoordelijk is voor- en aanspreekbaar zal zijn op zijn/haar professionele handelen in de praktijk;
dat het opdrachtnemer uitdrukkelijk vrijstaat om ook voor derden werkzaam te zijn;
dat partijen nadrukkelijk beogen met elkaar geen arbeidsovereenkomst aan te gaan noch een fictieve dienstbetrekking tot stand wensen te laten komen en uitsluitend met elkaar wensen te contracteren op basis van een overeenkomst van opdracht in de zin van artikel 7:400 BW.
dat opdrachtnemer voor de werkzaamheden in de praktijk van opdrachtgever naar de mening van partijen niet verplicht verzekerd is voor de werknemersverzekeringen;
dat opdrachtnemer op de hoogte is van de (fiscale) vereisten van (fiscaal) ondernemerschap en meent hieraan te voldoen en het voorts duidelijk is dat de onderhavige overeenkomst geen fiscaal ondernemerschap garandeert;
dat partijen een nadere regeling wensen vast te leggen voor hun onderlinge verhoudingen;
dat voor deze overeenkomst de door de Belastingdienst in het kader van de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties op 26 april 2016 onder nummer 9061636420-B, versie d.d. 25 januari 2017, beoordeelde modelovereenkomst inzake praktijkmedewerking is gebruikt.
komen overeen als volgt:
1. Doelomschrijving
1.1 Opdrachtnemer zal als zelfstandig paramedicus met ingang van .................... 20... voor bepaalde tijd tot .................... 20……. werkzaam zijn in de praktijk van opdrachtgever en wel voor ... dagen per week, te weten op ..................dag tussen ..... uur en ...... uur etc. …...........................................
Opdrachtnemer kan binnen deze uren zijn/haar werkzaamheden naar eigen inzicht indelen. In onderling overleg kan de uitvoering plaatsvinden op andere dagen en/of tijdstippen.
1.2 Indien de opdrachtnemer verhinderd is om de overeenkomst van opdracht zelf uit te voeren, zal de opdrachtnemer onverwijld, nadat de omstandigheid die de verhindering veroorzaakt zich voordoet, opdrachtgever daaromtrent inlichten. Ten aanzien van vakantie of vrijwillige afwezigheid stelt opdrachtnemer de opdrachtgever tijdig vooraf in kennis van zijn/haar vakantie of vrijwillige afwezigheid. Opdrachtnemer kan zich laten vervangen door een [keuze: fysiotherapeut/ logopedist/ diëtist/ ergotherapeut/ oefentherapeut Cesar/ oefentherapeut Mensendieck/ huidtherapeut], waarbij de instemming van de opdrachtgever ter zake van de vervanger niet vereist is. Opdrachtnemer zal zich bij vervanging vergewissen van de geschiktheid van deze vervanger voor het leveren van goede zorg zoals beschreven in de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz). Opdrachtnemer beoordeelt daarbij relevante kwalificaties en het functioneren van de vervanger in het verleden. Opdrachtnemer blijft evenwel zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van het werk en het naleven van de gemaakte afspraken.
1.3 Opdrachtnemer verricht zijn/haar werkzaamheden zelfstandig en naar eigen inzicht, voor eigen verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid. Het staat opdrachtnemer vrij om een door opdrachtgever met een patiënt/cliënt overeengekomen afspraak naar eigen inzicht en in overleg met de betreffende patiënt/cliënt te wijzigen.
1.4 Opdrachtnemer staat als zodanig in het handelsregister van de Kamer van Koophandel en [Keuze: in het Centraal Kwaliteitsregister Fysiotherapie / als kwaliteitsgeregistreerd in het kwaliteitsregister paramedici] ingeschreven.
1.5 Opdrachtgever verplicht zich er toe zich te onthouden van enige aanwijzing c.q. instructie met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden door opdrachtnemer, zoals bijvoorbeeld ten aanzien van de wijze van omgang met derden waaronder patiënten/cliënten. Opdrachtnemer is niet gehouden tot overleg, rapportage of evaluatie betreffende de voortgang of de kwaliteit van zijn/haar werkzaamheden. Opdrachtnemer zal bij de uitvoering van werkzaamheden de binnen de praktijk geldende praktijkrichtlijnen die voortkomen uit de door de beroepsgroep opgestelde veldnormen respecteren. Ten behoeve van het leveren van goede zorg, volgen partijen de in artikel 5 gemaakte onderlinge afspraken over de wijze waarop zij voldoen aan hun verplichtingen in het kader van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz).
1.6 Opdrachtgever zal zijn/haar patiënten-/cliëntenadministratie ter beschikking stellen aan opdrachtnemer, die hiervan naar eigen inzicht gebruik kan maken. Opdrachtnemer zal ervoor zorgdragen dat het gebruik van deze administratie op verantwoorde wijze, zonder nadelige gevolgen voor de patiënten/cliënten en voor opdrachtgever, plaatsvindt. Zo zal de dossiervorming en verslaglegging door opdrachtnemer conform de door de zorgverzekeraar(s) daaraan gestelde eisen plaatsvinden.
1.7 De patiënten-/ cliëntenadministratie zal door de opdrachtgever tijdens de looptijd van deze overeenkomst en gedurende de wettelijke periode als bepaald in artikel 7:454 lid 3 BW worden ingericht en worden bewaard. Opdrachtgever verleent opdrachtnemer toegang tot de voor opdrachtnemer van belang zijnde gegevens in deze patiënten- / cliëntenadministratie. Deze gegevens staan na schriftelijke toestemming van de patiënt/ cliënt ook na het verstrijken van de in artikel 1.1 vermelde periode aan opdrachtnemer ter beschikking voor het voeren van verweer in gerechtelijke-, klacht-, en/of tuchtrechtprocedures waar opdrachtnemer betrokken bij is.
1.8 Voor zover opdrachtgever een overeenkomst heeft met derde(n), zoals zorgverzekeraar(s) of gemeente(n), draagt opdrachtgever er de verantwoordelijkheid voor dat de werkzaamheden van opdrachtnemer binnen de praktijk van opdrachtgever geschiedt met instemming van de desbetreffende derde(n).
1.9 Met inachtneming van de vigerende privacywetgeving verleent opdrachtnemer voor aanvang van de overeenkomst aan opdrachtgever toestemming om een kopie van een legitimatiebewijs van opdrachtnemer in de praktijkadministratie op te nemen opdat opdrachtgever kan (blijven) voldoen aan de wettelijke vereisten die hij/zij als zorgaanbieder heeft, bijvoorbeeld in het kader van de Wkkgz. Opdrachtgever vernietigt genoemde kopie direct na het eindigen van deze overeenkomst. Het in dit artikellid bepaalde geldt overeenkomstig tussen de opdrachtnemer en de door hem/haar ingezette vervanger.
2. Praktijkuitrusting
Opdrachtgever stelt voor zijn/haar rekening, mede ten behoeve van de praktijkmedewerking van opdrachtnemer, ter beschikking zijn/haar praktijk, het praktijkpand met inbegrip van de inrichting (in de meest uitgebreide zin) en de overige personele en materiële praktijkvoorzieningen. Opdrachtnemer heeft de mogelijkheid om zijn/haar eigen instrumentarium te gebruiken.
De aanwezige inrichting kan voor rekening van opdrachtgever slechts met de toestemming van opdrachtgever door opdrachtnemer worden uitgebreid. Opdrachtgever verplicht zich ertoe zich te onthouden van enige instructie met betrekking tot de wijze van gebruik van de praktijk, waarbij opdrachtnemer zich verplicht de praktijk, het praktijkpand met inbegrip van de inrichting (in de meest uitgebreide zin) en de materiële praktijkvoorzieningen op zorgvuldige wijze te gebruiken. Na het einde van de overeenkomst stelt opdrachtnemer de hem/haar ter beschikking gestelde voorzieningen ter vrije beschikking aan opdrachtgever.
3. Medewerkershonorarium
3.1. Opdrachtnemer ontvangt voor zijn/haar werkzaamheden of voor de werkzaamheden van zijn/haar vervanger als de opdrachtnemer zelf een vervanger aanstelt een vergoeding ter grootte van:
Keuze:
€ ……………… per uur exclusief BTW.
een percentage van … % van de door opdrachtnemer of zijn/haar vervanger zelf gerealiseerde omzet. Onder “zelf gerealiseerde omzet” wordt hier verstaan: het totaal te declareren bedrag in verband met verrichtingen die opdrachtnemer of zijn/haar vervanger heeft uitgevoerd bij de patiënt/cliënt, verminderd met de eventuele BTW en terugbetaling van de vergoedingen/bedragen die door de patiënten/cliënten of verzekeraars in redelijkheid worden betwist en waarvan de partijen met de terugbetaling instemmen. Partijen kunnen met elkaar afspraken maken over het onder voorwaarden hanteren van prestatiecodes of combinaties van prestatiecodes, vastgesteld door de Nederlandse Zorgautoriteit. Het totaal te declareren bedrag wordt in opdracht en ten behoeve van de opdrachtnemer door opdrachtgever gedeclareerd aan de patiënt/cliënt of diens zorgverzekeraar.
3.2 Optioneel: Opdrachtnemer brengt bij opdrachtgever als vergoeding € 0,…. per kilometer voor woon-werkverkeer en zakelijke kilometers in rekening.
3.3. Opdrachtnemer stuurt opdrachtgever maandelijks een factuur, maar in ieder geval niet eerder dan dat opdrachtnemer de voor het opmaken van de declaraties aan derden, zoals de zorgverzekeraar(s) en gemeente(n), de daarvoor benodigde gegevens aan de opdrachtgever heeft verstrekt. Deze gegevens worden zo spoedig mogelijk na het eind van iedere maand dan wel aan het eind van de overeenkomst, maar uiterlijk binnen veertien dagen na het einde van de betreffende maand waarin de zorg is verleend aan opdrachtgever verstrekt. Betaling van deze factuur zal zo spoedig mogelijk na ontvangst van de factuur plaatsvinden.
3.4 Opdrachtgever is geen honorarium verschuldigd indien en zolang opdrachtnemer of zijn/haar vervanger door ziekte, ongeval of andere (vrijwillige) oorzaken verhinderd is de overeengekomen werkzaamheden te verrichten.
4. Verzekeringen
Opdrachtnemer draagt er zorg voor dat hij/zij beschikt over een eigen beroepsaansprakelijkheidsverzekering, met een binnen de beroepsgroep gangbare dekking.
Opdrachtnemer dient zelf voorzieningen te treffen voor het risico van inkomensverlies als gevolg van arbeidsongeschiktheid.
5. (Wet) kwaliteit, klachten en geschillen zorg
5.1 Opdrachtnemer is volledig verantwoordelijk voor behandelingen door hem/haar of onder zijn/haar verantwoordelijkheid verricht. Opdrachtnemer kwalificeert als solistisch werkend zorgverlener zoals uitgelegd door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en:
organiseert de zorgverlening zodanig dat hij/zij in staat is goede zorg aan te bieden en biedt die goede zorg ook daadwerkelijk, zoals bedoeld in de artikelen 2 en 3 Wkkgz;
verplicht zich tot geheimhouding van vertrouwelijke informatie verkregen in klachten- of geschillenprocedures, zoals bedoeld in artikel 23 Wkkgz;
informeert de patiënt over onder meer tarieven, kwaliteit, patiëntervaringen, werkzaamheid, wachttijd, incidenten en de mogelijkheden om gevolgen daarvan te beperken en de rechten van patiënt voortvloeiend uit de wet, zoals bedoeld in artikel 10 Wkkgz.
5.2 Opdrachtnemer sluit zich, ten behoeve van het verlenen van goede zorg aan de patiënten van opdrachtgever, aan bij hetgeen opdrachtgever heeft geregeld op de volgende gebieden:
systematische bewaking, beheersing en verbetering van kwaliteit van zorg, zoals bedoeld in artikel 7 Wkkgz;
de meldcode omgaan met signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling, zoals bedoeld in artikel 8 Wkkgz;
de interne procedure van opdrachtgever voor het registreren en onderzoeken van incidenten, ook Veilig Incidenten Melden genoemd, zoals bedoeld in artikel 9.1 tot en met 9.4 Wkkgz;
de procedure omtrent het onverwijld melden van calamiteiten, geweld in de zorgrelatie en het niet voortzetten van een overeenkomst met een zorgverlener wegens ernstig disfunctioneren aan de Inspectie voor de Gezondheidszorg, zoals bedoeld in artikel 11 Wkkgz.
5.3 Opdrachtnemer voorziet in een klachtenregeling zoals bedoeld in de artikelen 13 tot en met 17 Wkkgz.
Een klacht van een patiënt van opdrachtgever die in het kader van deze overeenkomst behandeld is door opdrachtnemer, zal in behandeling worden genomen op basis van de klachtenregeling van opdrachtnemer. Indien de klacht tevens betrekking heeft op het handelen van andere zorgverleners dan zal de opdrachtnemer in overleg treden met de opdrachtgever en andere zorgverleners over een gecombineerde behandeling conform artikel 7.3 Uitvoeringsbesluit Wkkgz.
5.4 Partijen dragen er zorg voor dat patiënten duidelijk worden geïnformeerd over de wijze waarop zij een klacht kunnen indienen over zorgverlening of gedragingen van opdrachtnemer, opdrachtgever en andere zorgverleners in de praktijk van opdrachtgever.
5.5 Partijen zullen elkaar volledig en prompt informeren over de afhandeling van de klacht en zullen, daar waar noodzakelijk, gezamenlijk optreden.
5.6 Opdrachtgever verklaart dat een behandeling van een patiënt door een werknemer of ingehuurde kracht zonder of met een beperkte behandelingsbevoegdheid, in opdracht van opdrachtgever, onder zijn/haar verantwoordelijkheid en voor zijn/haar risico wordt uitgevoerd, ook indien de behandeling bij zijn/haar afwezigheid plaats vindt.
5.7 Opdrachtnemer verklaart dat hij/zij is aangesloten bij een geschilleninstantie als bedoeld in artikel 18 Wkkgz. Wanneer een klager na afhandeling van de klacht als bedoeld in artikel 5.3 van deze overeenkomst, of direct in gevallen waarin de Wkkgz dat mogelijk maakt, een geschil aanhangig maakt, zal de geschilleninstantie waarbij opdrachtnemer is aangesloten dit geschil in behandeling nemen.
5.8 Partijen dragen er zorg voor dat patiënten duidelijk worden geïnformeerd over de wijze waarop zij een geschil aanhangig kunnen maken over de zorgverlening of gedragingen van de opdrachtnemer, opdrachtgever en andere zorgverleners in de praktijk van de opdrachtgever.
6. Vrijwaring
6.1 Partijen beogen met deze overeenkomst noch om een arbeidsovereenkomst aan te gaan in de zin van artikel 7.610 e.v. BW, noch om een fictieve dienstbetrekking tot stand te laten komen. Partijen kiezen ervoor om in voorkomende gevallen de fictieve dienstbetrekking van thuiswerkenden en gelijkgestelden zoals bedoeld in de artikelen 2b en 2c Uitvoeringsbesluit Loonbelasting 1965 en de artikelen 1 en 5 van het Besluit Aanwijzing gevallen waarin een arbeidsverhouding als dienstbetrekking wordt beschouwd (Besluit van 24-12-1986, Stb. 1986, 655) buiten toepassing te laten.
6.2 Indien opdrachtgever ter zake van onderhavige overeenkomst onverhoopt wordt aangeslagen voor loonbelasting, premie volksverzekeringen en/of belastingrente, komen partijen overeen dat opdrachtgever verhaal kan halen op opdrachtnemer voor het bedrag van de door de opdrachtgever verschuldigde loonbelasting en/of premie volksverzekeringen en belastingrente.
7. Einde
De overeenkomst wordt beëindigd:
door het verstrijken van de duur waarvoor zij is aangegaan;
optioneel: door tussentijdse opzegging door één der partijen met inachtneming van een opzeggingstermijn van …. [weken/maanden];
door opzegging van één der partijen door de andere partij met onmiddellijke ingang, om een dringende aan de betrokken partij onverwijld meegedeelde reden; een dringende reden is aanwezig wanneer zich met betrekking tot één der partijen een situatie voordoet, waarin van de andere partij niet in redelijkheid kan worden gevergd dat hij/zij de overeenkomst voortzet;
door overlijden of blijvende aanmerkelijke beroepsinvaliditeit van opdrachtnemer, met directe ingang.
8. Gevolgen van beëindiging
Bij het einde van de overeenkomst staakt opdrachtnemer zijn/haar werkzaamheden in de praktijk van opdrachtgever. Opdrachtnemer heeft het recht elders als paramedicus werkzaam te zijn op welke wijze dan ook, doch hij/zij dient zich te onthouden van een wervende opstelling ten opzichte van de patiënten/cliënten van opdrachtgever, zulks op straffe van een terstond opeisbare boete groot € 500,00 (zegge: vijfhonderd euro) voor iedere dag dat een overtreding voortduurt. Dit verbod geldt voor een termijn van [keuze: zes / twaalf] maanden, te rekenen vanaf de datum, waarop de overeenkomst eindigt.
9. Geschil
9.1 Alle geschillen, welke tussen ondergetekenden mochten opkomen, zowel juridische als feitelijke, met betrekking tot de uitleg of de uitvoering van deze overeenkomst, zullen partijen in eerste instantie gezamenlijk trachten op te lossen met behulp van mediation.
9.2 De partij die mediation verlangt zal daarvan schriftelijk mededeling doen aan de ander partij. De mededeling dient tevens te bevatten een aanduiding van het onderwerp waarover mediation verlangd wordt.
9.3 Wanneer binnen een termijn van 14 dagen geen overeenstemming is bereikt omtrent het voorleggen van het geschil aan een mediator, dan wel indien het niet mogelijk is gebleken het geschil middels mediation op te lossen, staat het partijen vrij het geschil voor te leggen aan de competente Rechtbank.
9.4 Op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing.
Aldus overeengekomen, in tweevoud opgemaakt en ondertekend te ....................
op .................... 20….
…………………………. …………………..
Opdrachtgever Opdrachtnemer