Bijlage 2 bij de Samenwerkingsovereenkomst voor Interventieteams 2017
Bijlage 2 bij de Samenwerkingsovereenkomst voor Interventieteams 2017
Overzicht van de Regionale Platforms Fraudebestrijding met vermelding van de centrumgemeenten:
Naast de gemeenten nemen in ieder geval de volgende landelijke partners in de interventiestructuur deel aan de Regionale Platforms: de Inspectie SZW, de Belastingdienst, het UWV, de SVB, de Politie en het OM. Op ad-hoc basis kunnen andere landelijke partners ook deelnemen.
Regio | Gebiedsomschrijving | Centrumgemeente |
Noord | Alle gemeenten in de provincies Groningen, Friesland en Drenthe, en de gemeente Staphorst in de provincie Overijssel | Groningen |
Overijssel | Alle gemeenten in de provincie Overijssel, met uitzondering van Staphorst | Zwolle |
Gelderland | Alle gemeenten in de provincie Gelderland | Apeldoorn |
Midden Nederland | Alle gemeenten in de provincies Utrecht en Flevoland, en de volgende gemeenten in de provincie Noord- Holland: Blaricum, Bussum, Hilversum, Huizen, Laren, Muiden, Naarden, Weesp en Wijdemeren | Utrecht |
Noord-Holland | Alle gemeenten in de provincie Noord- Holland, met uitzondering van de gemeenten Blaricum, Bussum, Hilversum, Huizen, Laren, Muiden, Naarden, Weesp en Wijdemeren | Hoorn |
Haaglanden- Hollands Midden | De volgende gemeenten in de provincie Zuid-Holland: ’s Gravenhage, Alphen a/d Rijn, Bodegraven-Reeuwijk, Delft, Gouda, Hillegom, Kaag en Braassem,Katwijk, Krimpener-waard, Leiden, Leiderdorp, Leidschendam- Voorburg, Lisse, Midden-Delfland, Nieuwkoop, Noordwijk, Noord- wijkerhout, Oegstgeest, Pijnacker- Nootdorp, Rijswijk, Teylingen, Voorschoten, Waddinxveen, Wassenaar, Westland, Zoetermeer, Zoeterwoude en Zuidplas | Gouda |
Rotterdam Rijnmond | De volgende gemeenten in de provincie Zuid-Holland: Alblasserdam, | Capelle aan den IJssel |
Regio | Gebiedsomschrijving | Centrumgemeente |
Albrandswaard, Barendrecht, Binnenmaas, Brielle, Capelle a/d IJssel, Cromstrijen, Dordrecht, Giessen-landen, Goeree-Overflakkee, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hellevoetsluis, Xxxxxxx-Xxx-Ambacht, Korendijk, Krimpen a/d IJssel,Lansingerland, Leerdam, Maassluis, Molenwaard, Nissewaard, Oud-Beijerland, Papendrecht, Ridderkerk, Rotterdam, Schiedam, Sliedrecht, Strijen, Vlaardingen, Westvoorne, Zederik en Zwijndrecht | ||
Zuidwest Nederland | Alle gemeenten in de provincie Zeeland en de volgende gemeenten in de provincie Noord-Brabant: Aalburg, Alphen-Chaam, Baarle-Nassau, Bergen op Zoom, Breda, Dongen, Drimmelen, Etten-Leur, Geertruidenberg, Glize en Rijen, Goirle, Halderberge, Loon op Zand, Moerdijk, Oisterwijk, Oosterhout, Reusel-de Mierden , Roosendaal, Rucphen, Steenbergen, Tilburg, Waalwijk, Werkendam, Woensdrecht, Woudrichem en Zundert | Tilburg |
Zuidoost Nederland | Alle gemeenten in de provincie Limburg en de volgende gemeenten in de provincie Noord-Brabant: ’s Hertogen- bosch, Asten, Bergeijk, Bernheze, Best, Bladel, Boekel, Boxmeer, Boxtel, Cranendonck, Cuijk, Deurne, Eersel, Eindhoven, Geldrop-Mierlo, Gemert- Bakel, Grave, Haaren, Heeze-Leende, Helmond, Heusden, Laarbeek, Landerd, Mill en Sint Hubert, Nuenen, Gerwen en Nederwetten, Oirschot, oss, Schijndel, Sint Athonis, Sint Michielsgestel, Sint Oedenrode, Someren, Son en Breugel, Uden, Valkenswaard, Veghel, Veldhoven, Vught en Waalre | Eindhoven |
Format Projectvoorstel Interventieteam
Projectvoorstel
Project: <naam project invullen>
Bestandsnaam: Plan Auteur: X
Versie: 1.0 Xxxxxx.XX: ?
In het projectvoorstel moet uitsluitend worden beschreven wat men wil gaan doen, waarom, met wie en hoe men dit wil aanpakken. In het projectplan wordt dit vervolgens nader uitgewerkt.
1. Achtergrond
1.1 Aanleiding (waarom dit project)
o aanleiding voor het project;
o relatie met de afgesproken thema’s
o probleemstelling;
o meerwaarde optreden in multidisciplinair verband.
1.2 Opdrachtgever
Het project wordt uitgevoerd onder door de LSI gedelegeerde verantwoordelijkheid aan
stuurgroeplid (naam) van (dienst).
1.3 Projectnaam
1.4. Risicoanalyse
Indien voor dit project een risicoanalyse met toepassing van SyRI noodzakelijk is, zullen de projectdeelnemers, na goedkeuring van dit projectvoorstel,bij de minister van SZW een verzoek om toepassing van SyRI indienen.
Bestandsnaam: | Plan | Auteur: | X |
Versie: | 1.0 | Xxxxxx.XX: | ? |
2 Projectdefinitie
2.1 Doelstellingen (wat wil men bereiken)
Naast de algemene, in het samenwerkingsconvenant vermelde, doelstellingen zijn de meer specifieke doelstellingen voor dit project:
Hieronder de meer specifieke doelstellingen/beoogde effecten vermelden zoals:
• Via publiciteit spontane naleving (subjectieve pakkans) vergroten.
• Het tegengaan van verloedering en het versterken van een gevoel van veiligheid
2.2 Activiteiten (hoe wil men de doelstellingen realiseren)
• Welke inspanningen worden binnen het project geleverd om te komen tot de beoogde resultaten.
2.3 Relaties met andere projecten
Hier dient te worden aangegeven of en zo ja welke lopende of beoogde (interventie) projecten een raakvlak hebben met dit projectvoorstel.
Bestandsnaam: | Plan | Auteur: | X |
Versie: | 1.0 | Xxxxxx.XX: | ? |
3 Organisatiestructuur
3.1 Verantwoordelijke organisatie / projectleiderschap
Het project wordt uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van (naam trekkende organisatie). Deze dienst/gemeente levert de projectleider voor de duur van het project.
3.2 Belanghebbende partijen en in te zetten capaciteit
Ketenpartner | Inzet kernteam | Inzet operationeel |
Inspectie SZW | ||
UWV | ||
Belastingdienst Belastingen | ||
Belastingdienst Toeslagen | ||
SVB | ||
IND | ||
Gemeente (naam en afdeling benoemen) | ||
Sociale recherche (regio/samenwerkingsverband) | ||
AVIM Politie-eenheid (naam) | ||
Basispolitiezorg Politie-eenheid ( naam) | ||
Overige w.o. Inspectie SZW analyse capaciteit |
Bestandsnaam: Plan Auteur: X
Versie: 1.0 Xxxxxx.XX: ?
4 Projectplanning
4.1 Voorbereiding : van … tot….
4.2 Uitvoering : van … tot....
4.3 Afronding : van … tot….
Motivering van de planning:
Bestandsnaam: Plan Auteur: X
Versie: 1.0 Xxxxxx.XX: ?
Bijlage 3b bij de Samenwerkingsovereenkomst voor Interventieteams 2017
model 20161007
Projectplan Interventieteam
Projectplan
Project: <naam project invullen>
Inhoudsopgave
1. Doel projectplan Interventieteam 4
1.1 Definities en afkortingen 4
2 Algemeen 6
2.1 Projectnaam 6
2.2 Deelnemende convenantpartners 6
2.3 Projectverantwoordelijke convenantpartner 6
2.4 Operationeel projectleider en kernteam 6
2.5 Benodigde capaciteit (in uren) 6
2.6 Looptijd 7
2.7 Omgang met de media 7
3 Projectdefinities 8
3.1 Te onderzoeken doelgroep/branche 8
3.2 Geografisch onderzoeksgebied 8
3.3 Doelstellingen 8
3.4 Activiteiten 8
3.5 Projectrisico’s 9
3.6 Relaties met andere projecten 9
4 Gegevensuitwisseling 10
4.1 Verwerking van gegevens 10
4.2 Wettelijk kader 10
4.2.1 Wettelijke grondslag en de te verstrekken gegevens 10
4.2.2 Verplichtingen verstrekkende convenantpartner 11
4.2.3 Gegevensverstrekking door derden 12
4.3 Gegevensverwerking binnen het Interventieteam 12
4.3.1 Gebruik Interventieteaminformatiesysteem (IVT-applicatie) 12
4.4 Doorverstrekking van gegevens 12
4.5 Verwerking voor ander doel 12
4.6 Bewaartermijnen en vernietiging 12
4.7 Geheimhouding 13
4.8 Systeem Risico Indicatie (SyRI) 13
4.8.1 Gebruik SyRI 13
4.8.2 Register Risicomeldingen 13
4.9 Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) 13
4.9.1 Verantwoordelijke 13
4.9.2 Aanspreekpunt 14
4.9.3 Melding verwerking persoonsgegevens 14
4.9.4 Informatieplicht en rechten betrokkene 14
4.9.5 Beveiliging en datalekken 14
5 Projectwerkzaamheden 15
5.1 Vooronderzoeksfase 15
5.1.1 Omschrijving van de activiteiten van de vooronderzoeksfase 15
5.1.2 Planning van de activiteiten 15
5.1.3 Risicoanalyse en selectie van de te controleren subjecten/objecten 15
5.2 Onderzoeksfase 16
5.2.1 Controlestrategie, werkwijze en inzet van bevoegdheden 16
5.2.2 Omschrijving van de (interventie)activiteiten 16
5.2.3 Planning van de activiteiten 17
5.2.4 Aantal te verrichten controles 17
5.2.5 Veiligheidsmaatregelen 17
6 Rapportage en communicatie 18
6.1 Tussentijdse rapportage over significante afwijkingen 18
6.2 Voortgangsrapportage aan de LSI 18
6.3 Rapportage deelnemende convenantpartners 18
6.4 Eindrapportage aan de LSI 18
1. Doel projectplan Interventieteam
Dit projectplan geeft invulling aan de artikelen 7 en 9 van het Xxxxxxxxx XXX 0000. In dit projectplan wordt het op <datum> door de LSI goedgekeurde projectvoorstel <naam projectvoorstel invullen> nader uitgewerkt, en worden de afspraken vastgelegd over de inrichting en de activiteiten van het Interventieteam. Tevens bevat dit projectplan de afspraken bedoeld in artikel 9, tweede lid, van het Xxxxxxxxx XXX 0000 met betrekking tot de gegevens die in het kader van de uitvoering van het Interventieteam door de deelnemende convenantspartners worden verwerkt.
1.1 Definities en afkortingen
In dit projectplan wordt verstaan onder:
a. AP: Autoriteit Persoonsgegevens;
b. Betrokkene: degene op wie een persoonsgegeven betrekking heeft ( art. 1 onder f Wbp);
c. Bijzondere persoonsgegevens: strafrechtelijke persoonsgegevens en persoonsgegevens over onrechtmatig of hinderlijk gedrag in verband met een opgelegd verbod naar aanleiding van dat gedrag, alsmede een persoonsgegeven betreffende iemands godsdienst of levensovertuiging, ras, politieke gezindheid, gezondheid, seksuele leven alsmede het lidmaatschap van een vakvereniging ( art. 16 Wbp);
d. Xxxxxxxxx XXX 0000: Samenwerkingsovereenkomst voor Interventieteams 2017, in werking getreden op <datum> 2017;
e. Convenantpartner: : iedere partij die het Xxxxxxxxx XXX 0000 heeft getekend;
f. Deelnemende convenantpartner: de convenantpartner die deelneemt aan dit Interventieteamproject;
g. Gegevens: persoonsgegevens (elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon zoals bedoeld in art. 1 onder a Wbp) en andere gegevens dan persoonsgegevens zoals bijvoorbeeld bedrijfs- en fabricagegegevens;
h. Instantie: organisatie zoals bedoeld in art. 7, zevende lid, Xxxxxxxxx XXX 0000 die deelneemt aan dit Interventieteamproject;
i. Interventieteam: tijdelijk samenwerkingsverband, in de vorm van een projectorganisatie, tussen twee of meer deelnemende convenantpartners waardoor het integraal overheidsoptreden ter voorkoming en terugdringing van belasting- en premiefraude, toeslagenfraude, uitkeringsfraude, overtredingen van arbeidswetgeving en daarmee samenhangende misstanden zoals door de LSI aangeduid, gestalte krijgt;
j. IVT-applicatie: Interventieteaminformatiesysteem dat wordt gebruikt voor de vastlegging van gegevens van het Interventieteam;
k. LSI: Landelijke Stuurgroep Interventieteams zoals bedoeld in art. 3 Xxxxxxxxx XXX 0000;
l. Kernteam: entiteit van de deelnemende convenantpartners die werkzaamheden verricht voor het Interventieteam en bemand wordt door medewerkers van de deelnemende convenantpartners;
m. Operationeel projectleider: de persoon als bedoeld in onderdeel 2.4 dit projectplan;
n. Projectverantwoordelijke convenantpartner: de deelnemende convenantpartner die, conform art. 7, tweede lid, Convenant LSI 2017, door de LSI is aangewezen als verantwoordelijke voor de uitvoering van het Interventieteam;
o. SyRI: Systeem Risico Indicatie zoals bedoeld in art. 65 Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Wet SUWI);
p. Verantwoordelijke: de natuurlijke persoon, rechtspersoon of ieder ander die of het bestuursorgaan dat, alleen of tezamen met anderen, het doel van en de middelen voor de verwerking van persoonsgegevens vaststelt ( art. 1 onder d Wbp);
q. Verwerking van persoonsgegevens: elke handeling of elk geheel van handelingen met betrekking tot persoonsgegevens, waaronder in ieder geval het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiding of enige andere vorm van ter beschikking stelling, samenbrengen, met elkaar in verband brengen, alsmede het afschermen, uitwissen of vernietigen van gegevens ( art. 1, onder b van de Wbp);
r. Wbp: Wet bescherming persoonsgegevens;
s. Wbp-taken: de verplichtingen van de verantwoordelijke voor de persoonsgegevensverwerking door het Interventieteam zoals bedoeld in de artt. 15, 27, 33, 34, 34a, 35 en 36 Wbp;
t. WTP: waarneming ter plaatse ten behoeve van het verzamelen van controle- informatie;
u. WTP-dag: dag of dagdeel waarop één of meerdere WTP’s worden gehouden. Op één WTP-dag kunnen meerdere locaties/subjecten worden gecontroleerd.
2 Algemeen
2.1 Projectnaam
De naam van dit Interventieteam is: <naam project invullen>.
2.2 Deelnemende convenantpartners
De deelnemende convenantpartners in dit Interventieteam zijn:
• <naam convenantpartner/gemeente>;
• <naam convenantpartner/gemeente>;
• <naam convenantpartner/gemeente>;
<enz. enz.>.
2.3 Projectverantwoordelijke convenantpartner
Conform art. 7, tweede lid, Xxxxxxxxx XXX 0000 is <naam convenantpartner> aangewezen als projectverantwoordelijke convenantpartner.
2.4 Operationeel projectleider en kernteam
De projectverantwoordelijke convenantpartner heeft <Naam operationeel projectleider> benoemd als operationeel projectleider voor de duur van het project. Het Interventieteam wordt gehuisvest bij de <naam organisatie> te <plaatsnaam>.
De operationeel projectleider formeert een kernteam. Het kernteam is verantwoordelijk voor de operationele voorbereiding en afhandeling van de WTP’s. Het kernteam en de operationeel projectleider selecteren de te bezoeken ondernemingen. Het kernteam komt voor en na de WTP’s bij elkaar om de voortgang en afwikkeling van zaken te bespreken en daar waar nodig bij te sturen.
De operationeel projectleider stelt periodiek overleg in om met de vertegenwoordigers van de deelnemende organisaties de voortgang van het Interventieteam te bespreken. Dit kan zijn in de vorm van een regiegroep.
2.5 Benodigde capaciteit (in uren)
Voorafgaand aan de onderzoeksfase van het Interventieteam maakt de operationeel projectleider een planning van de WTP’s en de hierbij in te zetten capaciteit per deelnemende convenantpartner.
Hierbij wordt onderscheid gemaakt voor de inzet van het kernteam en de ad hoc benodigde capaciteit voor de WTP’s.
Deelnemende convenantpartner | Uren kernteam | Uren WTP |
Belastingdienst/Belastingen en Toeslagen | ||
Inspectie SZW | ||
UWV | ||
Gemeente <naam en afdeling> | ||
SVB | ||
OM |
Deelnemende convenantpartner | Uren kernteam | Uren WTP |
AVIM eenheid: ………….. | ||
Basispolitiezorg eenheid:…………….. | ||
IND |
Naast deze planning moet rekening gehouden worden met de benodigde capaciteit voor afhandeling van signalen, zoals uitvoering boekenonderzoeken, opmaken rapportages, etc. In overleg met de operationeel projectleider wordt hiervoor per deelnemende convenantpartner een inschatting gemaakt.
2.6 Looptijd
Dit interventieteamproject loopt van <datum> t/m <datum>.
2.7 Omgang met de media
Communicatie met derden over het Interventieteam verloopt uitsluitend via de voorlichter van de projectverantwoordelijke convenantpartner. Deze legt, in overleg met de operationeel projectleider, conceptpersberichten en verzoeken voor het bijwonen van een WTP-dag voor aan de persvoorlichters van de andere deelnemende convenantpartners.
De voorlichter zorgt kort voor aanvang van het project voor een persbericht waarin de doelstellingen van het Interventieteam benadrukt worden (samenwerking, actieve overheid bij fraudebestrijding etc.). Dit persbericht dient tevens als vooraankondiging van de Belastingdienstactiviteiten binnen het Interventieteam.
Na afloop van het project stelt de persvoorlichter een persbericht op waarin de resultaten van het project worden weergegeven.
Meeloopverzoeken van de media worden in beginsel - in overleg met de deelnemende convenantpartners- niet gehonoreerd.
Namens het Interventieteam kan over dit project geïnterviewd worden:
• <naam directeur of vervanger van de projectverantwoordelijke convenantpartner>;
• <naam woordvoerder van de projectverantwoordelijke convenantpartner>.
Bij vragen die op het terrein van een andere deelnemende convenantpartner liggen, zoekt de betreffende persvoorlichter in overleg met de andere deelnemende convenantpartner naar het meest geschikte aanspreekpunt.
Met betrekking tot strafrechtelijke zaken is de betrokken persofficier van Justitie bevoegd als woordvoerder op te treden.
3 Projectdefinities
3.1 Te onderzoeken doelgroep/branche
<invullen>.
Omschrijf hier:
- Algemene gegevens/cijfers over de branche of over de wijk of de sector;
- Op welke sector(en) binnen de branche of op welk specifiek onderdeel van de wijk het Interventieteam gericht is;
- Waar het nalevingsniveau het laagst is en wat de oorzaak daarvan is;
- Welke effecten worden met de inzet van het Interventieteam beoogd?
3.2 Geografisch onderzoeksgebied
De controles zullen uitgevoerd worden in <Naam gemeente(n)/regio/provincie>. Er is gekozen voor deze geografische afbakening omdat: <invullen>.
3.3 Doelstellingen
Onderstaande doelstellingen kunnen per interventieteamproject verschillen. Deze opsomming is niet limitatief en dient per project te worden ingekort of aangevuld. De doelen moeten ‘SMART’ worden geformuleerd.
De algemene doelstellingen van het Interventieteam in dit project zijn:
• Het terugdringen van illegale tewerkstelling;
• Het tegengaan van onderbetaling van werknemers (onder wettelijk minimumloon);
• Het terugdringen van belasting- en toeslagenfraude;
• Het terugdringen van uitkeringsfraude;
• Het uitoefenen van vreemdelingentoezicht;
• Het terugdringen van handelen in strijd met gemeentelijke vergunningen en overtreding van bijzondere wetten;
• Het aanpakken van illegaliteit en illegale bewoning in combinatie van bedrijf en woning;
• Het bestrijden van misstanden zoals mensenhandel en uitbuiting;
• Het nakomen van de identificatieplicht van werknemers;
• Via publiciteit spontane naleving (gepercipieerde pakkans) vergroten.
Voor dit project zijn de specifieke, meetbare doelstellingen:
• < specifiek doel conreet invullen>;
• < specifiek doel conreet invullen>
• <enz.>.
3.4 Activiteiten
In art. 7, zesde lid, Xxxxxxxxx XXX 0000 is bepaald dat voor zover mogelijk wordt vastgelegd welke instrumenten van het toezichtspalet worden ingezet.
Hierbij kan worden gedacht aan o.a.:
- Voorlichting
- Handhavingscommunicatie
- Branchecontacten
- Convenant
- Administratief onderzoek
- Repressief toezicht door werkplekcontroles/waarnemingen ter plaatse.
Voor dit project worden de volgende instrumenten ingezet:
• <instrument>;
• <instrument>;
• <instrument>;
• <enz.>.
3.5 Projectrisico’s
Mogelijke projectrisico’s die zijn geïdentificeerd en die de voortgang van dit Interventieteam kunnen belemmeren en/of vertragen dan wel het behalen van de gestelde doelen bedreigen en/of onmogelijk maken zijn:
Denk hierbij aan :
- het niet leveren aan de toegezegde capaciteit
- het niet honoreren van het verzoek om toepassing van het instrument SyRI
- politieke besluitvorming die het project belemmert
- automatiseringsperikelen,
- ongewenste aandacht van de media
- etc etc.
• <projectrisico's invullen>;
• <projectrisico's invullen>;
• <enz.>.
3.6 Relaties met andere projecten
Als er projecten zijn met raakvlakken in de te controleren sector/bedrijven zorgen de operationeel projectleiders van de desbetreffende projecten voor onderlinge afstemming.
4 Gegevensuitwisseling
4.1 Verwerking van gegevens
Om de doelstellingen van dit Interventieteam succesvol te kunnen uitvoeren is uitwisseling van gegevens tussen de deelnemende convenantpartners noodzakelijk. Door het Interventieteam worden voor het uitvoeren van dit projectplan (persoons)gegevens verzameld, opgeslagen, geanalyseerd en verstrekt aan de deelnemende convenantpartners.
4.2 Wettelijk kader
De deelnemende convenantpartners verstrekken binnen de bestaande wettelijke kaders gedurende de looptijd van dit project tijdig gegevens aan het Interventieteam (doorlopend verzoek). De levering van gegevens mag pas plaatsvinden nadat de LSI dit projectplan heeft goedgekeurd.
4.2.1 Wettelijke grondslag en de te verstrekken gegevens
Elke convenantpartner dient zo concreet mogelijk aan te geven welke informatie op basis van welke wettelijke grondslag wordt verstrekt. Bijvoorbeeld: De Belastingdienst verstrekt inkomenscomponenten, vermogensindicaties, winst uit onderneming, overige inkomsten, bankrekeningnummers op grond van at. 67 AWR, jo. art. 43c, eerste lid, onderdeel w, Uitv. Reg. AWR 1994.
Ten behoeve van de uitvoering van dit Interventieteamproject verplichten de deelnemende convenantpartners de volgende (categorieën van) gegevens onderling uit te wisselen met inachtneming van de daarvoor geldende grondslagen.
Belastingdienst/Belastingen en Belastingdienst Toeslagen
De Belastingdienst/Belastingen en de Belastingdienst Toeslagen verstrekt relevante fiscale en Toeslagen toezichtinformatie. Onder relevante toezichtsinformatie worden de volgende gegevens verstaan: <invullen>;
De wettelijke grondslag voor de Belastingdienst/Belastingen is art. 67, tweede lid, onderdeel b, AWR jo. art. 43c, eerste lid, onderdeel w, Uitv. Reg. AWR 1994.
De wettelijke grondslag voor de Belastingdienst/Toeslagen is <invullen>.
Inspectie SZW
De Inspectie SZW verstrekt relevante toezichtinformatie. Onder relevante toezichtsinformatie worden de volgende gegevens verstaan: <invullen>;
De wettelijke grondslag is <invullen>.
UWV
Het UWV verstrekt relevante toezichtinformatie. Onder relevante toezichtsinformatie worden de volgende gegevens verstaan: <invullen>;
De wettelijke grondslag is <invullen>.
Gemeente
De gemeente(n) verstrekt/verstrekken relevante toezichtinformatie. Onder relevante toezichtsinformatie worden de volgende gegevens verstaan: <invullen>;
De wettelijke grondslag is <invullen>.
SVB
De SVB verstrekt relevante toezichtinformatie. Onder relevante toezichtsinformatie worden de volgende gegevens verstaan: <invullen>;
De wettelijke grondslag is <invullen>.
OM
Het Openbaar Ministerie verstrekt relevante strafvorderlijke gegevens en justitiële gegevens. Hierbij geldt het regime van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens.
Onder relevante strafvorderlijke gegevens en justitiële gegevens worden de volgende gegevens verstaan: <invullen>;
De wettelijke grondslag is <invullen>.
Politie
De politie verstrekt relevante politiegegevens en persoonsgegevens, voor zover deze ook ten behoeve van de eigen politietaak zijn verwerkt. Hierbij gelden de regimes van de Wet politiegegevens respectievelijk de Wbp. Onder relevante politiegegevens en persoonsgegevens worden de volgende gegevens verstaan: <invullen>;
De wettelijke grondslag is <invullen>.
IND
De IND verstrekt relevante toezichtinformatie. Onder relevante toezichtsinformatie worden de volgende gegevens verstaan: <invullen>.
De wettelijke grondslag is <invullen>.
Andere dan bovengenoemde gegevens worden niet verstrekt. Mocht blijken dat andere gegevens noodzakelijk zijn voor het bereiken van de in onderdeel 3.3 van dit projectplan omschreven doelstellingen, worden deze gegevens niet eerder verstrekt dan nadat dit is vastgelegd in een addendum bij dit projectplan.
4.2.2 Verplichtingen verstrekkende convenantpartner
Voorafgaand aan elke verstrekking van gegevens aan een andere deelnemende convenantpartner(s) toetst de verstrekkende convenantpartner:
- of er een wettelijke grondslag voor de verstrekking aanwezig is en aan welke deelnemende convenantpartner(s) de gegevens mogen worden verstrekt. Indien bepaalde gegevens niet aan één van de deelnemende convenantpartners mag worden verstrekt, wordt hiervan expliciet melding gemaakt;
- of de uit te wisselen gegevens nodig zijn voor voor het realiseren van de in onderdeel 3.3 van dit projectplan omschreven doelstellingen (doelbinding);
- of er niet meer informatie wordt uitgewisseld dan strikt noodzakelijk is (proportionaliteitsbeginsel);
- of de informatie-uitwisseling wordt ingericht op een voor de betrokkenen minst belastende manier (subsidiariteitsbeginsel);
- of de beoogde verstrekking in overeenstemming is met het (oorspronkelijke) doel waarvoor de persoonsgegevens zijn verzameld en niet om andere reden op bezwaren stuit.
4.2.3 Gegevensverstrekking door derden
Indien gegevens worden verstrekt door een instantie dat niet tot de deelnemende convenantpartners behoort, zorgt de operationeel projectleider ervoor dat hiertoe een separaat convenant gegevensuitwisseling wordt opgesteld. Hierbij geldt het wettelijk regime van de desbetreffende instantie.
4.3 Gegevensverwerking binnen het Interventieteam
Door het Interventieteam worden voor het uitvoeren van dit projectplan (persoons)gegevens verzameld, opgeslagen, geanalyseerd en verstrekt aan de deelnemende convenantpartners.
4.3.1 Gebruik Interventieteaminformatiesysteem (IVT-applicatie)
De binnen het Interventieteam verzamelde gegevens worden opgeslagen in het informatiesysteem IVT-applicatie. Voor de vastlegging van gegevens van het Interventieteam wordt standaard de IVT-applicatie toegepast. Indien in dit project hiervan wordt afgezien, dient in het projectplan gedetailleerd worden aangegeven op welke wijze de vastlegging van gegevens en de verantwoording daarover plaatsvindt.
De betreffende bestanden en gegevens zijn uitsluitend toegankelijk voor daartoe geautoriseerde medewerkers van het Interventieteam. De informatiesystemen worden beheerd onder de verantwoordelijkheid van de operationeel projectleider. De gegevensverwerkingen vallen onder het regime van de Wbp en voor zover van toepassing sectorale wet- en regelgeving.
4.4 Doorverstrekking van gegevens
Doorverstrekking door een deelnemende convenantpartner van gegevens aan een derde vindt alleen plaats met instemming van de convenantpartner(s) van wie de persoonsgegevens oorspronkelijk afkomstig zijn en de doorverstrekking noodzakelijk is voor een goede vervulling van de taak van de doorverstrekkende partner dan wel van die derde. De operationeel projectleider houdt bij aan welke convenantpartner(s)/derden gegevens worden doorverstrekt.
4.5 Verwerking voor ander doel
Verwerking of doorverstrekking door de ontvangende convenantpartner(s) van persoonsgegevens voor een ander doel dan het doel waarvoor ze oorspronkelijk zijn verstrekt, vindt alleen plaats met instemming van de convenantpartner(s) van wie de persoonsgegevens oorspronkelijk afkomstig zijn en de doorverstrekking noodzakelijk is voor een goede vervulling van de taak van de doorverstrekkende partner dan wel van die derde. De operationeel projectleider houdt bij aan welke convenantpartner(s)/derden gegevens worden doorverstrekt.
4.6 Bewaartermijnen en vernietiging
In een Interventieteam, waarin het instrument SyRI niet wordt toegepast, worden gegevens die ten behoeve van de uitvoering van het project door de deelnemende
convenantpartners uit de eigen administratie zijn geleverd en gegevens die in de IVT- applicatie zijn opgenomen, vernietigd binnen vier weken vanaf het moment waarop die gegevens voor de uitvoering van het Interventieteamproject niet meer nodig zijn.
De operationeel projectleider ziet erop toe dat van de vernietiging van bestanden een proces-verbaal van vernietiging wordt opgesteld.
4.7 Geheimhouding
Zoals vastgelegd in art. 24 van het Xxxxxxxxx XXX 0000 zijn de deelnemende convenantpartners verplicht tot geheimhouding van de in het kader van dit interventieteamproject ontvangen gegevens en over al hetgeen waarvan redelijkerwijs is aan te nemen dat bekendmaking en/of ander gebruik daarvan de belangen van een deelnemende convenantpartner zou schaden, behoudens voor zover de uitvoering van de taak met het oog waarop de gegevens zijn verkregen tot het ter kennis brengen daarvan noodzaakt.
4.8 Systeem Risico Indicatie (SyRI)
4.8.1 Gebruik SyRI
In aanvulling op, en zo nodig in afwijking van hetgeen in bovenstaande onderdelen is vermeld, gelden voor het Interventieteam waarin het instrument SyRI wordt toegepast, de in art. 65 Wet SUWI en in hoofdstuk 5a van het Besluit SUWI daartoe opgenomen regels.
Indien de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een voorstel voor toepassing van XxXX afkeurt, zal geen datalevering plaatsvinden met toepassing van het instrument SyRI; eventuele reeds voor dit besluit aan de deelnemende convenantpartners verzonden verzoeken om levering van gegevens worden door de operationeel projectleider ingetrokken.
4.8.2 Register Risicomeldingen
De operationeel projectleider zorgt er voor dat, bij toepassing van XxXX in dit interventieteamproject, alle uit het interventieteamproject voortkomende risicomeldingen in het Register Risicomeldingen worden opgenomen.
4.9 Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp)
Op de verwerking van persoonsgegevens door de deelnemende convenantpartners is het regime van de Wbp van toepassing. Elke verwerking van persoonsgegevens door de deelnemende convenantpartners is gebaseerd op de in art. 8 van de Wbp genoemde grondslagen. In geval sprake is van bijzondere persoonsgegevens gelden aanvullende eisen zoals vermeld in de artikelen 16 t/m 23 van de Wbp.
4.9.1 Verantwoordelijke
Elke deelnemende convenantpartner is verantwoordelijke als bedoeld in de Wbp voor de verwerking van persoonsgegevens waarover hij de formeel-juridische zeggenschap heeft. De projectverantwoordelijke convenantpartner wordt, tenzij de deelnemende convenantpartners schriftelijk anders zijn overeengekomen, aangemerkt als de verantwoordelijke als bedoeld in de Wbp voor de verwerking van de gezamenlijke gegevens in de IVT-applicatie. Met de vastlegging van de verwerkingen van
persoonsgegevens in dit projectplan wordt tevens uitvoering gegeven aan art. 14, tweede lid, Wbp.
4.9.2 Aanspreekpunt
De operationeel projectleider draagt zorg voor de uitvoering van de Wbp-taken en kan worden benaderd als eerste aanspreekpunt.
4.9.3 Melding verwerking persoonsgegevens
De verwerking van persoonsgegevens door het Interventieteam wordt door de operationeel projectleider namens alle deelnemende convenantpartners gemeld aan de AP. Wanneer er sprake is van relevante wijzigingen in het projectplan wordt daarvan door de operationeel projectleider opnieuw melding gedaan bij de AP.
4.9.4 Informatieplicht en rechten betrokkene
De verantwoordelijke is als gevolg van het bepaalde in Hoofdstuk 5 van de Wbp verplicht om de betrokkene op eigen initiatief op de hoogte te stellen van de persoonsgegevensverwerking (informatieplicht), tenzij er sprake is van een situatie als bedoeld in art. 43 Wbp.
De betrokkene richt een verzoek tot uitoefening van diens rechten ten aanzien van de op hem betrekking hebbende gegevens ingevolge Hoofdstuk 6 van de Wbp aan de operationeel projectleider. De operationeel projectleider zorgt voor afstemming tussen de convenantpartners. De verantwoordelijke beslist binnen vier weken overeenkomstig het bepaalde in Hoofdstuk 6 van de Wbp op het verzoek.
Bij de behandeling van verzoeken om inzage wordt rekening gehouden met de belangen van elke deelnemende convenantpartner die de persoonsgegevens heeft aangeleverd, en de belangen van betrokkene. Wanneer sprake is van één van de situaties zoals genoemd in art. 43 Wbp, kan het verzoek worden afgewezen. De beslissing is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht.
4.9.5 Beveiliging en datalekken
De operationeel projectleider ziet er op toe dat de IVT-applicatie wordt gebruikt dan wel dat passende technische en organisatorische maatregelen worden getroffen ter beveiliging van persoonsgegevens tegen verlies of tegen enige vorm van onrechtmatige verwerking.
De deelnemende convenantpartners melden een mogelijk verlies of enige vorm van onrechtmatige verwerking (datalekken) direct bij de operationeel projectleider en de andere deelnemende convenantpartners. De operationeel projectleider onderzoekt een melding van een mogelijk datalek, neemt direct passende maatregelen en maakt van het mogelijke datalek binnen 72 uur melding bij de AP.
5. Projectwerkzaamheden
5.1 Vooronderzoeksfase
5.1.1 Omschrijving van de activiteiten van de vooronderzoeksfase
Binnen het vooronderzoek worden onder meer de volgende werkzaamheden verricht:
• Raadplegen van systemen van de verschillende diensten ten behoeve van risicoanalyse voor het vaststellen welke bedrijven voor een WTP in aanmerking komen;
• Afstemmen met de deelnemende convenantpartners over de planning en de capaciteitsinzet binnen het project;
• Samenstelling lijst te controleren ondernemingen met planning controles;
• Het instellen van vooronderzoek bij geselecteerde controlelocaties ter voorbereiding op de WTP’s;
• Opstellen persbericht en plaatsen vooraankondiging;
• <toevoegen>.
5.1.2 Planning van de activiteiten
De operationeel projectleider maakt een planning van de activiteiten in de vooronderzoeksfase.
5.1.3 Risicoanalyse en selectie van de te controleren subjecten/objecten
Dit tekstblok gebruiken ingeval SyRI wordt toegepast:
Gebruik SyRI
De operationeel projectleider neemt ten behoeve van dit project met toepassing van het instrument SyRI contact op met een door de Inspectie SZW, Afdeling Onderzoek & Analyse aangewezen analist. Deze analist stelt in overleg met de operationeel projectleider vast welke gegevens door elke deelnemende convenantpartner moeten worden aangeleverd ten behoeve van de risicoanalyse, opdat de selectie van te inspecteren bedrijven zo veel mogelijk gericht is op bedrijven waarbij het risico op overtreding het hoogst wordt geschat.
De te hanteren termijnen zijn:
• termijn datauitvraag: <Termijn invullen>;
• termijn levering aan analist: <Termijn invullen>;
• termijn gereedkoming risicoanalyse: <Termijn invullen>.
Levering van gegevens mag pas plaatsvinden, nadat de LSI het projectvoorstel heeft goedgekeurd en de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft besloten dat ten behoeve van het project het instrument SyRI mag worden toegepast.
Op basis van deze risicoanalyse bepaalt de operationeel projectleider in overleg met de deelnemende convenantpartners dan wel het kernteam welke subjecten/objecten worden geselecteerd voor nader onderzoek.
Dit tekstblok gebruiken ingeval SyRI niet wordt toegepast:
Geen gebruik SyRI
Voor dit Interventieteam wordt géén gebruik gemaakt van de mogelijkheid om door de Inspectie SZW een risicoselectie te laten maken.
Op basis van een gemaakte risicoanalyse bepaalt de operationeel projectleider in overleg met de deelnemende convenantpartners dan wel het kernteam welke subjecten/objecten worden geselecteerd voor nader onderzoek.
5.2 Onderzoeksfase
5.2.1 Controlestrategie, werkwijze en inzet van bevoegdheden
Vul hier de strategie in. Hierbij kan worden gedacht aan:
o Voorlichting, handhavingscommunicatie;
o Het leggen van branchecontacten om informatie in te winnen over de sector en informatie te verstrekken over het Interventieteam;
o Afsluiten van een convenant met daaraan gekoppeld een vervolgtraject van WTP’s;
o Administratief onderzoek; op basis hiervan kan besloten worden om al dan niet werkplekcontroles/WTP’s te gaan verrichten;
o Werkplekcontroles/WTP’s; deze kunnen leiden tot een selectie van bedrijven voor verdergaand administratief onderzoek dan wel tot een hercontrole.
Voor dit Interventieteam wordt de volgende strategie gevolgd:
• <invullen>.
5.2.2 Omschrijving van de (interventie)activiteiten
Tijdens de onderzoeksfase worden onder meer de volgende werkzaamheden verricht:
a) Het uitvoeren van WTP’s;
b) Het uitvoeren van hercontroles;
c) Het verwerken van gegevens uit alle controles in de IVT-applicatie;
d) Het organiseren van een of meerdere tussenevaluaties en zonodig het bijsturen van de aanpak door het Interventieteam om de doelstellingen van het project te kunnen realiseren;
e) <toevoegen>.
Ad a) De gegevens die het Interventieteam bij deze WTP verzamelt, worden genoteerd op een uniforme vragenlijst. Elke deelnemer maakt gebruik van hetzelfde formulier, dat per arbeidskracht wordt opgemaakt. Een gedetailleerde beschrijving van de controles is opgenomen in een algemeen draaiboek, dat aan de deelnemers van de WTP ter beschikking wordt gesteld. Voor elke WTP-dag worden de bijzonderheden van die dag in een dagdraaiboek beschreven. De leden van het kernteam bespreken de bijzonderheden kort voor de WTP-dag met de deelnemers aan de WTP. Xxxx XXX-dag start met een briefing, waarbij door de dagcoördinator diverse zaken met de deelnemers worden doorgenomen. Hierbij moet worden gedacht aan bijzonderheden met betrekking tot te bezoeken ondernemingen, instructie invulling formulieren, werkwijze, taakverdeling, etc. Elke WTP-dag wordt afgesloten met een debriefing, waarbij een korte inventarisatie wordt gemaakt van de resultaten en bijzonderheden. Geconstateerde tekortkomingen of overtredingen worden door de deelnemende convenantpartner op de door hun gebruikelijke wijze afgehandeld. Indien dit betekent dat vervolgonderzoek buiten Interventieteamverband plaatsvindt, worden de resultaten van dit onderzoek
zodanig geregistreerd door de desbetreffende convenantpartner dat zij herleidbaar zijn tot het Interventieteam.
Met het Openbaar Ministerie worden in voorkomende gevallen afspraken gemaakt over de wijze van aanlevering van zaken en over de afhandeling daarvan. Daar waar sprake is van meer omvangrijke vormen van fraude of recidive zal na overleg met het OM zonodig de directie Opsporing van de Inspectie SZW en/of FIOD worden ingeschakeld.
Ad b) <invullen>. Ad c) <invullen>. Ad d) <invullen>. ad e) <invullen>.
5.2.3 Planning van de activiteiten
De operationeel projectleider maakt een planning van de activiteiten in de onderzoeksfase.
5.2.4 Aantal te verrichten controles
Gedurende de looptijd van het Interventieteam plant de operationeel projectleider in overleg met de deelnemende convenantpartners (<aantal invullen> WTP-dagen.
5.2.5 Veiligheidsmaatregelen
Het uitgangspunt binnen het Interventieteam is dat de veiligheid van de deelnemers voorop staat. Het is verplicht dat de deelnemers aan een WTP-dag over de benodigde veiligheidsmiddelen en –kleding beschikken en hiervan ook gebruik maken tijdens WTP-dag. De operationeel projectleider ziet hierop toe. De operationeel projectleider is verantwoordelijk voor het in gang zetten van de benodigde veiligheidsmaatregelen en – instructies. Hierbij kan gedacht worden aan het maken van afspraken met de politie voor de benodigde ondersteuning of het zorgen voor voorlichting over veiligheid door deskundigen.
In het draaiboek wordt een gedetailleerde beschrijving gegeven van de veiligheidsmiddelen en –maatregelen die gelden voor dit Interventieteam.
De operationeel projectleider of de dagcoördinator zal tevens bij elke briefing voorafgaande aan een WTP aandacht vragen voor de veiligheid en de deelnemers nadrukkelijk wijzen op het draaiboek en de (interne) veiligheidsinstructies.
6. Rapportage en communicatie
6.1 Tussentijdse rapportage over significante afwijkingen
De tussentijdse rapportage is bedoeld voor de LSI. Als er gedurende de looptijd van het project dusdanige ontwikkelingen optreden die de voortgang ervan belemmeren of verstoren wordt de LSI geïnformeerd. De operationeel projectleider beoordeelt of een dergelijke rapportage opgesteld moet worden.
6.2 Voortgangsrapportage aan de LSI
Indien de looptijd van een project langer duurt dan één jaar, stelt de operationeel projectleider een jaar na de aanvang van het project een rapportage op voor de LSI. Hierin wordt de stand van zaken weergegeven.
6.3 Rapportage deelnemende convenantpartners
De operationeel projectleider maakt periodiek een verslag van de stand van zaken van het Interventieteam. Dit verslag stuurt hij naar de deelnemende convenantpartners. Dit verslag wordt tevens ingebracht in de reguliere RPF- of LSI-vergadering.
6.4 Eindrapportage aan de LSI
De operationeel projectleider stelt ten behoeve van de LSI binnen drie maanden na afloop van het project een eindverslag op en de LSI verleent, door middel van de goedkeuring van het eindrapport, décharge aan de operationeel projectleider.
De rapportage van dit Interventieteam is in principe in <maand en jaartal invullen> gereed.
Format Eindrapport Interventieteam
Eindrapport
Project: <naam project invullen>
Bestandsnaam: | Eindrapport | Auteur: X |
Versie: | 1.0 | Xxxxxx.XX: E01 |
Richtlijnen voor de eindrapportage
1 Managementsamenvatting (1-2 pag.)
Bevat een korte samenvatting van de belangrijkste bevindingen en resultaten.
2 Algemeen (2-3 pag.)
In dit hoofdstuk wordt kort aandacht besteed aan de volgende onderdelen:
- Aanleiding van het interventieteamproject;
- Doelgroepbeschrijving;
- Doel van het project;
- Looptijd van het project;
- Opdrachtgever;
- Operationeel projectleider en bijbehorende organisatie (trekker);
- Deelnemers;
- Capaciteit (inspanningen).
3 Opzet en uitvoering van de actie (2-3 pag.)
In dit hoofdstuk wordt het oorspronkelijk projectplan en de werkelijke loop van het project vergeleken.
4 Resultaten per deelnemer (5-8 pag.)
In dit hoofdstuk wordt per deelnemer de bevindingen en de gerealiseerde resultaten beschreven.
Dit hoofdstuk bevat per deelnemer specifieke informatie.
5 Conclusies (1 pag.)
In dit hoofdstuk worden de eindconclusie(s) n.a.v. alle onderzoeksresultaten weergegeven.
Bijlage: Format financiële resultaten
Zie volgende pagina.
XX. Xxxxxxxxxxxxx (0-0 pag.)
Indien er aanbevelingen zijn, dan worden die in een aparte notitie opgenomen. Deze maken geen onderdeel uit van het eindrapport.
Bestandsnaam: | Eindrapport | Auteur: X |
Versie: | 1.0 | Xxxxxx.XX: E01 |
Format voor de (financiële) resultaten per Interventieteam Naam interventieteam : ……………………………..
Regio : ……………………………..
Periode : ……………………………..
Deelnemende organisatie | Omschrijving (financiële) resultaten | |
UWV | -Geschatte benadeling (correcties) uitkeringsfraude -Uitkeringen beëindigd -Uitkeringen aangepast -Rapporten uitkeringsfraude -PV’s uitkeringsfraude -Overige | |
SVB | -Correcties AOW/Anw -Correcties AKW - Correcties AIO - Besparing beëindigde uitkeringen -Terugvordering uitkeringsfraude -Uitkeringen beëindigd -Uitkeringen aangepast -Overige | |
Inspectie SZW | -Opbrengst opgelegde bestuurlijke boete -Boeterapporten WAV en WML -Overige | |
Gemeenten | -Besparing beëindigde PW- uitkeringen -Terugvordering uitkeringsfraude -Opgelegde bestuurlijke boetes -Uitkeringen beëindigd -Uitkeringen aangepast -Overige | |
Rijk | -Besparingen op beëindigde PW- uitkeringen | |
Belastingdienst Belastingen | Geïnde bedragen en aanslagen waarvoor geheel of gedeeltelijk beslag is gelegd |
Bestandsnaam: | Eindrapport | Auteur: X |
Versie: | 1.0 | Xxxxxx.XX: E01 |
Belastingdienst Toeslagen | -Correcties toeslagen: Huurtoeslag Zorgtoeslag Kinderopvangtoeslag Kindgebonden budget | |
OM | -Aantal dossiers voor vervolging -Aantal opgelegde boetes en straffen -Aantal opgelegde PV’s -Overige | |
Politie | -Aangetroffen illegalen -PV’s WID -Overige | |
IND | -Ingetrokken vergunningen -afgewezen aanvragen -intrekkingen referentschap -intrekkingen Nederlander- schap -aantal opgelegde boetes -aantal aangiften -voorstellen wijziging beleid -voorstellen aanscherping wetgeving -aanpassing risicoprofielen / nalevingsbeelden | |
TOTAAL |
Toelichting bij het Format.
De LSI vindt het belangrijk om naast de bevindingen (conclusies)/ uitkomsten van een interventieteamproject, ook inzicht te verkrijgen in de (financiële) resultaten. Daarom dient de operationeel projectleider in het eindrapport dat bij het beëindigen van een interventieteamproject wordt opgeleverd, ook de (financiële) resultaten conform het onderhavige format te vermelden.
Uitgangspunt bij de opgave is dat objectief meetbare, concrete opbrengsten die via de uitvoering van het interventieteamproject worden geboekt, ook als zodanig worden verantwoord. Indien mogelijk worden de ontvangen baten opgegeven. Daarnaast worden opbrengsten die (nog) niet hard zijn maar wel op termijn kunnen worden gerealiseerd, zo reëel mogelijk verantwoord met een toelichting waarin de haalbaarheid van de opbrengst wordt aangegeven.
Toelichting bij Omschrijving (financiële) resultaten en bedragen
Hier worden de (financiële) resultaten op basis van ontvangen dan wel berekende invorderbare bedragen weergegeven.
De Belastingdienst Belastingen verantwoordt vanaf 2015 alleen werkelijk geïnde bedragen.
Bestandsnaam: | Eindrapport | Auteur: X |
Versie: | 1.0 | Xxxxxx.XX: E01 |
De periode waarover teruggerekend wordt, is afhankelijk van de situatie en het wordt aan de operationeel projectleider in overleg met de uitvoerende medewerkers overgelaten om deze te bepalen.
Bij opgave van de gemeentelijke en rijksbesparingen voor de PW-uitkeringen wordt uitgegaan van een gemiddelde uitkeringsduur van 4 jaar, waarvan 1 jaar gemeentelijk voordeel is en het restant rijksvoordeel is.
Bestandsnaam: | Eindrapport | Auteur: X |
Versie: | 1.0 | Xxxxxx.XX: E01 |
Bijlage 4a bij de Samenwerkingsovereenkomst voor Interventieteams 2017
Geen verzoek om toepassing
SyRI
nee
Is uitkomst
toets positief ?
ja
Samenwerkingsverband dient
onderbouwd verzoek in bij minister van SZW
Elke partij in samenwerkings- verband toetst of zij kan instemmen met het verzoek en of de gegevenslevering voldoet aan de eisen van noodzakelijk- heid, proportionaliteit en subsidiariteit
Samenwerkingsverband van partijen genoemd in artikel 64 SUWI heeft voornemen tot indiening verzoek SyRI in een concreet project
STROOMSCHEMA INDIENEN VERZOEK OM TOEPASSING SyRI
LSI toetst of verzoek aan voorwaarden voldoet
LSI brengt advies uit aan minister
Minister vraagt advies aan LSI of aan de voorwaarden van XxXX is voldaan
Indien toepassing van SyRI wordt toegestaan, volgt publicatie van de aanvangs- datum van het SyRI-project in de Staatscourant
Minister xxxxx zijn besluit aan het samenwerkings- verband mee
Bijlage 4b bij de Samenwerkingsovereenkomst voor Interventieteams 2017
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, t.a.v. ………………………………
…………………………………………………………….. Postbus 90801
2509 LV DEN HAAG
Betreft: verzoek om toepassing van het instrument SyRI in het samenwerkingsproject………..
Geachte heer/mevrouw ,
Het college van B & W van de gemeente , het Uitvoeringsinstituut
werknemersverzekeringen, de Sociale verzekeringsbank, de Inspectie SZW, de Immigratie- en Naturalisatiedienst en de Belastingdienst (onderdelen Belastingen en Toeslagen) hebben besloten om binnen de doelstelling van artikel 64 Wet SUWI samen te werken in het project
…………………………….
De genoemde organisaties hebben het voornemen om ten behoeve van de selectie van te onderzoeken risicoadressen gebruik te maken van het instrument Systeem Risico Indicatie en verzoeken u om ten behoeve van het opstellen van de risicoanalyse capaciteit bij de Inspectie SZW ter beschikking te stellen.
De in het project samenwerkende organisaties zijn van oordeel dat het verzoek voldoet aan
de in het Besluit SUWI daaraan gestelde eisen. Het resultaat van deze toetsing is op het bij deze brief gevoegde formulier ‘Verzoek op grond van artikel 65, 1e lid, Wet SUWI en met inachtneming van artikel 5a.1, 2e t/m 4e lid, Besluit SUWI, vastgelegd.
Met het oog op de voortgang van het project vernemen de in het project samenwerkende
organisaties vernemen graag vóór uw antwoord op dit verzoek.
Namens de in het project samenwerkende organisaties,
Hoogachtend,
…………………………..
………………………….. (verantwoordelijk bestuurder)
Bijlage: ‘Verzoek op grond van artikel 65, 1e lid, Wet SUWI en met inachtneming van artikel 5a.1, 2e t/m 4e lid, Besluit SUWI
Verzoek om toepassing Systeem Risico Indicatie (SyRI)
(verzoek op grond van artikel 65, 1e lid, Wet SUWI en met inachtneming van artikel 5a.1, 2e t/m 4e lid, Besluit SUWI)
1. Verzoek
Het College van B&W van de gemeente , het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, de Sociale
verzekeringsbank, de Belastingdienst (onderdelen Belastingen en Toeslagen), de Inspectie SZW en de Immigratie- en Naturalisatiedienst, werken samen in het interventieteamproject en verzoeken de Minister van
Sociale Zaken en Werkgelegenheid om ten behoeve van de uitvoering van dit project de in dit verzoek onder 2b genoemde persoonsgegevens te verwerken.
2. Nadere specificatie van het project ten behoeve waarvan de verwerking van persoonsgegevens wordt verzocht
In de tabel wordt de nummering van artikel 5a.1, 2e lid, Besluit SUWI, gevolgd:
Wettelijke eisen | Onderbouwing door het samenwerkingsverband | Oordeel LSI |
2a. Doelstelling, samenstelling, organisatie, aanvangsdatum en duur van de samenwerking | ||
Welke bestuursorganen en personen werken samen | • College van B&W van de gemeente …………………. • Belastingdienst (Belastingen en Toeslagen) • Inspectie SZW (personen belast met het houden van toezicht op de naleving en de uitvoering van regelgeving op het terrein van de minister van SZW) • UWV • SVB • IND |
Wettelijke eisen | Onderbouwing door het samenwerkingsverband | Oordeel LSI |
Wat is de doelstelling van de samenwerking | Integraal overheidsoptreden ter voorkoming en bestrijding van onrechtmatig gebruik van overheidsgelden en overheidsvoorzieningen op het terrein van de sociale zekerheid en de inkomensafhankelijke regelingen, de voorkoming en bestrijding van belasting- en premiefraude en het niet naleven van de arbeidswetten. Toelichting op het specifieke project . | |
Op welke wijze is de samenwerking vormgegeven | De doelstellingen van de samenwerking zijn het voorkomen en terugdringen van belasting- en premiefraude, uitkeringsfraude en illegale tewerkstelling. Deze doelstellingen zijn vastgelegd in de Samenwerkingsovereenkomst voor interventieteams van 8 oktober 2003 en vallen binnen de doelstellingen van artikel 64 Wet SUWI. De opdrachtgever voor het interventieproject is de Landelijke Stuurgroep Interventieteams (LSI). Het project wordt uitgevoerd onder bestuurlijke verantwoordelijkheid van de burgemeester van de gemeente Rotterdam. Het project is een ……………………………………………………………. | |
Wat is de beoogde aanvangsdatum van de samenwerking | …………… 201.; SyRI-project start op moment van goedkeuring door de minister van SZW. | |
Wat is de beoogde duur van de samenwerking | …………….. | |
2b. Te leveren gegevens | ||
Welke concrete gegevens worden door de bestuursorganen en personen geleverd | De gegevens die ten behoeve van dit project worden geleverd, zijn benodigd voor de bestandskoppelingen in het kader van de in SyRI opgenomen risico-indicatoren voor adresfraude of adresgerelateerde fraude (zie bijlage). Van de benodigde gegevens is vastgesteld dat deze gegevens noodzakelijk zijn voor het realiseren van het in dit project gestelde doel. | |
2c. Terugkoppeling van |
Wettelijke eisen | Onderbouwing door het samenwerkingsverband | Oordeel LSI |
risicomeldingen | ||
Op welke wijze zullen de risicomeldingen door de Minister worden teruggekoppeld | Risicomeldingen worden door de minister door middel van versleutelde email aan de projectleider van het interventieteam teruggekoppeld. | |
2d. Indicatoren en risicomodel | ||
Op welke indicatoren en welk risicomodel heeft het verzoek betrekking | Het verzoek heeft betrekking op het onder 2a genoemde pilot en de daarmee samenhangende risico-indicatoren (zie bijlage). De risico-indicatoren vormen een onderdeel van het SyRI-risicomodel Wijkgerichte aanpak. Met het oog op de proportionaliteit van de bestandskoppelingen worden daaruit uitsluitend de aan adresfraude of adresgerelateerde fraude opgenomen. | |
3. Verklaring overeenkomstig artikel 5a.1, 4e lid, besluit SUWI | De hieronder genoemde bestuursorganen en personen verklaren hierbij: a. dat zij instemmen met het verzoek aan de Minister van Sociale Zaken en Werkge- legenheid om ten behoeve van het project de onder 2b. van de tabel genoemde persoons- en bedrijfsgegevens te verwerken, b. dat zij elk na toetsing hebben vastgesteld dat de te leveren bestanden noodzakelijk zijn om de risicoanalyse te kunnen uitvoeren, c. dat de mogelijke aantasting van belangen van de personen van wie gegevens worden verwerkt, niet onevenredig is in verhouding tot het doel dat met de inzet van XxXX wordt beoogd, d. dat zij elk alleen die gegevens verstrekken die voor de risicoanalyses nodig zijn,dat in redelijkheid geen minder ingrijpende wijze door de personen of rechtspersonen kan worden gehanteerd om het doel dat met de inzet van XxXX wordt beoogd, te bereiken. |
De bestuursorganen en personen die samenwerken in het interventieteamproject ……………………………………………………….
College van B&W van de gemeente ………………………
Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
Sociale verzekeringsbank
Inspectie SZW
Belastingdienst (onderdelen Belastingen en Toeslagen)
Minister van Xxxxxxxxxx & Justitie/Immigratie- en Naturalisatiedienst
Bijlage:
…………………………………..
Interventieteams 2017
Bijlage 4d bij de Samenwerkingsovereenkomst voor
> Retouradres Xxxxxxx 00000 0000 XX Xxx Xxxx
........................
Voorzitter Landelijke Stuurgroep Interventieteams Postbus 90801
2509 LV S GRAVENHAGE
2509 LV90801
Datum Betreft
Geachte
Directie Stelsel en Volksverzekeringen Taakveld Handhaving & Gegevensuitwisseling
Xxxxxxx 00000 0000 XX Xxx Xxxx Xxxxxxxxxxxxxx 0
T 070 333 44 44
F 070 333 44 00
Contactpersoon
dhr. drs. J.W. Xxxxxxx
T 070 333 53 51
Onze referentie
2017-0000063139
Het college van B & W van de gemeente , het Uitvoeringsinstituut
werknemersverzekeringen, de Sociale verzekeringsbank, de Inspectie SZW, de Immigratie- en Naturalisatiedienst en de Belastingdienst hebben besloten om binnen de doelstelling van artikel 64 Wet SUWI samen te werken in het project
…………………………….
De genoemde organisaties hebben het voornemen om ten behoeve van de selectie van te onderzoeken risicoadressen gebruikt maken van het instrument Systeem Risico Indicatie en hebben mij verzocht om ten behoeve van het opstellen van de risicoanalyse capaciteit bij de Inspectie SZW ter beschikking te stellen.
De in het project samenwerkende organisaties zijn van oordeel dat het
verzoek voldoet aan de in het Besluit SUWI daaraan gestelde eisen. Het resultaat van deze toetsing is op het bij deze brief gevoegde formulier ‘Verzoek op grond van artikel 65, 1e lid, Wet SUWI en met inachtneming van artikel 5a.1, 2e t/m 4e lid, Besluit SUWI vastgelegd.
Voordat ik op het verzoek zal besluiten, verzoek ik de Landelijke Stuurgroep Interventieteams te toetsen of het verzoek aan de daaraan gestelde wettelijke eisen voldoet en mij daarover advies uit te brengen.
Met het oog op de voortgang van het project ontvang ik uw advies graag vóór
……………………..…..
Met vriendelijke groet,
de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
namens deze,
……………………….
………………………………………………..
Bijlage: verzoek om toepassing XxXX
Directie Stelsel en Volksverzekeringen Taakveld Handhaving & Gegevensuitwisseling
Datum
Onze referentie
2017-0000063139
Bijlage 4e bij de Samenwerkingsovereenkomst voor Interventieteams 2017
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
t.a.v. ……………………….
…………………………………………………………………... Postbus 90801
2509 LV DEN HAAG
Betreft: verzoek om toepassing van het instrument SyRI in het samenwerkingsproject………..
Geachte ,
In antwoord op uw brief van , waarin u de Landelijke Stuurgroep Interventieteams te
verzoekt om te toetsen of het verzoek om toepassing van het instrument SyRI in het project
………………. aan de daaraan gestelde wettelijke eisen voldoet en u daarover advies uit te brengen, bericht ik u als volgt.
De Landelijke Stuurgroep Interventieteams heeft het verzoek op behandeld en is van
oordeel dat het bovengenoemde verzoek om toepassing van het instrument SyRI (wel/niet) aan de daaraan gestelde wettelijke eisen voldoet en adviseert u om (positief op het verzoek te beslissen/het verzoek af te wijzen.
(Eventuele onderbouwing van het advies)
De Landelijke Stuurgroep Interventieteams ontvangt graag een afschrift van uw besluit. Namens de Landelijke Stuurgroep Interventieteams.
Hoogachtend,
………………………….., (voorzitter)
Bijlage: ‘Verzoek op grond van artikel 65, 1e lid, Wet SUWI en met inachtneming van artikel 5a.1, 2e t/m 4e lid, Besluit SUWI
De ,
t.a.v. de heer/mevrouw ……………………
Directeur …………………….
Postbus …..
…. .. …………………
Betreft; verzoek om toepassing van het instrument SyRI in het samenwerkingsproject………..
Geachte heer/mevrouw ,
In antwoord op uw brief van , waarin u mij verzoekt om capaciteit bij de Inspectie
SZW ter beschikking te stellen voor toepassing van het instrument SyRI ten behoeve van het samenwerkingsproject , deel ik u hierbij mijn besluit mee.
Alvorens op uw verzoek te besluiten heb ik de Landelijke Stuurgroep Interventieteams gevraagd om mij advies uit te brengen. De Landelijke Stuurgroep Interventieteams heeft mij geadviseerd om het verzoek te honoreren. Een afschrift van het advies van de LSI treft u als bijlage aan.
Ik zie op basis van dit advies aanleiding om de Inspectie SZW opdracht te geven om de benodigde capaciteit voor de toepassing van SyRI in het project ter beschikking te stellen.
Ik stel de aanvangsdatum van het SyRI-project vast op …………………..
Deze datum zal in de Ned. Staatscourant worden gepubliceerd.
Voor het maken van afspraken over de uitvoering van de risicoanalyse kunt u zich in verbinding stellen met de , van de Inspectie SZW.
Ik wens u veel succes toe bij de uitvoering van dit samenwerkingsproject.
Hoogachtend,
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Namens deze,
……………………………………… Bijlage: Advies van de LSI
Model toetreding als bedoeld in artikel 19, 2e lid respectievelijk 4e lid, van het Xxxxxxxxx XXX 0000
Mededeling van toetreding van tot het Convenant LSI 2017 ten behoeve van
samenwerking in interventieteams, ex artikel 19, 2e lid/ex artikel 19, 4e lid van het Xxxxxxxxx XXX 0000
Overwegende dat:
• <Toetredende partij>/de Convenantpartners van oordeel is/zijn dat toetreding van
<Toetredende partij> van toegevoegde waarde is voor het bereiken van het doel van de samenwerking als beschreven in artikel 2 van het Xxxxxxxxx XXX 0000;
• <Toetredende partij>`op grond van artikel 19, 2e lid, van het Xxxxxxxxx XXX 0000 een verzoek heeft ingediend om tot het Xxxxxxxxx XXX 0000 toe te treden;
• <Toetredende partij> voldoet aan de in artikel 19, 1e lid, van het Convenant LSI 2017 gestelde voorwaarden voor toetreding tot het Convenant LSI 2017 en stemt in met alle rechten en verplichtingen die uit het Xxxxxxxxx XXX 0000 voortvloeien;
• De Convenantpartners hebben gelet hierop ingestemd met het verzoek tot toetreding van deze partij.
of
• de Convenantpartners <Toetredende partij> op grond van artikel 19, 4e lid, van het Xxxxxxxxx XXX 0000 hebben uitgenodigd om tot het Xxxxxxxxx XXX 0000 toe treden;
• <Toetredende partij> voldoet aan de in artikel 19, 1e lid, van het Convenant LSI 2017 gestelde voorwaarden voor toetreding tot het Convenant LSI 2017 en heeft ingestemd met alle rechten en verplichtingen die uit het Xxxxxxxxx XXX 0000 voortvloeien.
<Toetredende partij> treedt met ingang van <DATUM> toe tot het Xxxxxxxxx XXX 0000. Van deze toetreding wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.
Opgemaakt op<DATUM> te<plaats>
De convenantpartners, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de voorzitter LSI
……………………………….. (………………, voorzitter LSI)
<Toetredende partij> te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door
………………………………………………..,
( ,(functie)