TRAC T A TENBLAD
22 (1998) Nr. 1
TRAC T A TENBLAD
VAN HET
K O N I N K R I J K D E R N E D E R L A N D E N
JAARGANG 1998 Nr. 203
A. TITEL
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Macedonische Regering inzake de bevordering en de wederzijdse bescherming van investeringen;
Skopje, 7 juli 1998
B. TEKST1)
Agreement on encouragement and reciprocal protection of investments between the Government of the Kingdom of the Netherlands and the Macedonian Government
The Government of the Kingdom of the Netherlands and
The Macedonian Government
(their States hereinafter referred to as ‘‘The Contracting States’’),
Desiring to strengthen their traditional ties of friendship and to extend and intensify the economic relations between them, particularly with respect to investments by the nationals of one Contracting State in the territory of the other Contracting State,
Recognizing that agreement upon the treatment to be accorded to such investments will stimulate the flow of capital and technology and the economic development of the Contracting States and that fair and equi- table treatment of investment is desirable,
Have agreed as follows:
Article 1
For the purposes of this Agreement:
a) the term ‘‘investments’’ means every kind of asset and more par- ticularly, though not exclusively
(i) movable and immovable property as well as any other rights in rem in respect of every kind of asset;
(ii) rights derived from shares, bonds and other kinds of interests in companies and joint ventures;
(iii) claims to money, to other assets or to any performance having an economic value;
(iv) rights in the field of intellectual property, technical processes, goodwill and know-how;
(v) rights granted under public law or under contract, including rights to prospect, explore, extract and win natural resources.
b) the term ‘‘nationals’’ comprises with regard to either Contracting State:
(i) natural persons having the nationality of that Contracting State;
1) De Macedonische tekst is niet afgedrukt.
Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Macedonische Regering inzake de bevordering en de wederzijdse bescherming van investeringen
De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en
de Macedonische Regering
(hun Staten hierna te noemen ,,de Verdragsluitende Staten’’),
Geleid door de wens de van oudsher bestaande vriendschapsbanden tussen hun xxxxxx xx versterken en de economische betrekkingen tussen hen uit xx xxxxxxx en te intensiveren, met name wat betreft investeringen door de onderdanen van de ene Verdragsluitende Staat op het grondge- bied van de andere Verdragsluitende Staat,
In het besef dat overeenstemming omtrent de aan dergelijke investe- xxxxxx toe xx xxxxxx behandeling het kapitaalverkeer en de overdracht van technologie tussen, alsmede de economische ontwikkeling van de Verdragsluitende Staten zal stimuleren, en dat een eerlijke en rechtvaar- dige behandeling van investeringen wenselijk is,
Zijn het volgende overeengekomen:
Artikel 1 Voor de toepassing van dit Verdrag:
a. wordt onder de term ,,investeringen’’ verstaan: alle soorten vermogensbestanddelen en in het bijzonder, doch niet uitsluitend:
i. roerende en onroerende zaken, alsmede andere zakelijke rechten met betrekking tot alle soorten vermogens-bestanddelen;
ii. rechten ontleend aan aandelen, obligaties en andere soorten xxxxx- gen in ondernemingen en joint ventures;
iii. aanspraken op geld, op andere vermogensbestanddelen of op iedere prestatie die economische waarde heeft;
iv. rechten op het gebied van de intellectuele eigendom, technische werkwijzen, goodwill en know-how;
v. rechten verleend krachtens het publiekrecht of bij overeenkomst, met inbegrip van rechten tot het opsporen, exploreren, ontginnen en xxxxxx van natuurlijke rijkdommen;
b. omvat de term ,,onderdanen’’ met betrekking tot elk van de Verdragsluitende Staten:
i. natuurlijke personen die de nationaliteit van die Verdragsluitende Staat hebben;
(ii) legal persons constituted under the law of that Contracting State;
(iii) legal persons not constituted under the law of that Contracting State but controlled, directly or indirectly, by natural persons as defined in (i) or by legal persons as defined in (ii).
c) the territory of the Contracting States comprises respectively;
(i) The Netherlands territory, including any area adjacent to the ter- ritorial sea within which the Netherlands Contracting State, in accordance with international law, exercises jurisdiction or sover- eign rights with respect to the sea bed, its sub-soil and its super- xxxxxx xxxxxx, and their natural resources;
(ii) The Macedonian territory, meaning areas in land, water and air, over which the Macedonian Contracting State exercises sovereign rights and jurisdiction according to international law.
d) the term ‘‘returns’’ shall mean money yielded by an investment and in particular, though not exclusively the profit, the interest, the divi- dends, compensation with respect to licenses, as well as other similar compensation.
Article 2
Either Contracting State shall, within the framework of its laws and regulations, promote economic cooperation through the protection in its territory of investments of nationals of the other Contracting State. Sub- ject to its right to exercise powers conferred by its laws or regulations, each Contracting State shall admit such investments.
Article 3
1. Each Contracting State shall ensure fair and equitable treatment of the investments of nationals of the other Contracting State and shall not impair, by unreasonable or discriminatory measures, the operation, man- agement, maintenance, use, enjoyment or disposal thereof by those nationals. Each Contracting State shall accord to such investments full physical security and protection.
2. More particularly, each Contracting State shall accord to such investments treatment which in any case shall not be less favourable than that accorded either to investments of its own nationals or to invest- ments of nationals of any third State, whichever is more favourable to the national concerned.
ii. rechtspersonen die zijn opgericht krachtens het recht van die Verdragsluitende Staat;
iii. rechtspersonen die niet zijn opgericht krachtens het recht van die Verdragsluitende Staat, maar die onder al xxx niet rechtstreeks toezicht staan van natuurlijke personen zoals omschreven onder i of van rechtspersonen zoals omschreven onder ii;
c. omvat het grondgebied van de Verdragsluitende Staten respectie- velijk:
i. het Nederlandse grondgebied, met inbegrip van alle aan de xxxxx- toriale zee grenzende gebieden waarin de Nederlandse Verdrag- sluitende Staat, overeenkomstig het internationale recht, rechts- macht of soevereine rechten uitoefent met betrekking tot de zeebodem, de ondergrond daarvan en de wateren boven xx xxx- xxxxx, en hun natuurlijke rijkdommen;
ii. het Macedonische grondgebied, zijnde land, wateren en xxxxx, waarover de Macedonische Verdragsluitende Staat overeen- komstig het internationale recht soevereine rechten en rechts- macht uitoefent.
d. wordt onder de term ,,opbrengsten’’ verstaan: het geld dat een investering heeft opgebracht en in het bijzonder doch niet uitsluitend winst, interest, dividenden, vergoedingen met betrekking tot licenties, alsmede andere soortgelijke vergoedingen.
Artikel 2
Elke Verdragsluitende Staat bevordert, binnen het kader van zijn wet- ten en voorschriften, de economische samenwerking door middel van de bescherming op zijn grondgebied van investeringen van onderdanen van de andere Verdragsluitende Staat. Met inachtneming van het recht van elke Verdragsluitende Staat de door zijn wetten of voorschriften ver- leende bevoegdheden uit te oefenen, xxxxx xxxx Verdragsluitende Partij dergelijke investeringen toe.
Artikel 3
1. Elke Verdragsluitende Staat waarborgt een eerlijke en rechtvaar- dige behandeling van de investeringen van onderdanen van de andere Verdragsluitende Staat en belemmert niet, door onredelijke of discrimi- natoire maatregelen, xx xxxxxxx, het beheer, de instandhouding, het gebruik, het genot of de vervreemding daarvan door deze onderdanen. Elke Verdragsluitende Xxxxx xxxx aan die investeringen volledige fysieke zekerheid en bescherming toe.
2. In het bijzonder xxxx xxxx Verdragsluitende Staat aan die investe- xxxxxx een behandeling toe, die in ieder geval niet minder gunstig is xxx die xxxxx wordt toegekend aan investeringen van zijn eigen onderdanen of aan investeringen van onderdanen van een derde Staat, naar gelang van wat het gunstigst is voor de betrokken onderdaan.
3. If a Contracting State has accorded special advantages to nationals of any third State by virtue of agreements establishing customs unions, economic unions, monetary unions or similar institutions, or on the basis of interim agreements leading to such unions or institutions, that Con- tracting State shall not be obIiged to accord such advantages to nation- als of the other Contracting State.
4. Each Contracting State shall observe any obligation it may have entered into with regard to investments of nationals of the other Con- tracting State.
5. If the provisions of law of either Contracting State or obligations under international law existing at present or established hereafter be- tween the Contracting States in addition to the present Agreement con- tain a regulation, whether general or specific, entitling investments by nationals of the other Contracting State to a treatment more favourable than is provided for by the present Agreement, such regulation shall, to the extent that it is more favourable, prevail over the present Agreement.
Article 4
With respect to taxes, fees, charges and to fiscal deductions and exemptions, each Contracting State shall accord to nationals of the other Contracting State who are engaged in any economic activity in its xxxxx- xxxx, treatment not less favourable than that accorded to its own nation- als or to those of any third State who are in the same circumstances, whichever is more favourable to the nationals concerned. For this pur- pose, however, there shall not be taken into account any special fiscal advantages accorded by that State:
a) under an agreement for the avoidance of double taxation: or
b) by virtue of its participation in a customs union, economic union or similar institution; or
c) on the basis of reciprocity with a third State.
Article 5
The Contracting States shall guarantee that payments relating to an investment may be transferred. The transfers shall be made in a freely convertible currency, without restriction or delay. Such transfers include in particular though not exclusively:
a) profits, interests, dividends and other current income;
b) funds necessary
(i) for the acquisition of raw or auxiliary material, semi-fabricated or finished products, or
3. Indien een Verdragsluitende Staat onderdanen van een derde Staat bijzondere voordelen heeft toegekend uit hoofde van overeenkomsten tot oprichting van douane-unies, economische unies, monetaire unies of soortgelijke instellingen, xxx wel op grond van interim-overeenkomsten die tot zodanige unies of instellingen leiden, is die Verdragsluitende Staat niet verplicht zodanige voordelen toe xx xxxxxx aan onderdanen van de andere Verdragsluitende Staat.
4. Elke Verdragsluitende Staat komt alle verplichtingen na die hij is aangegaan met betrekking tot de behandeling van investeringen van onderdanen van de andere Verdragsluitende Staat.
5. Indien naast dit Verdrag de wettelijke bepalingen van een van beide Verdragsluitende Staten of verplichtingen krachtens internationaal recht die thans tussen de Verdragsluitende Staten bestaan of op een later tijdstip onderling xxxxxx aangegaan, een algemene of bijzondere xxxx- xxxx bevatten op grond waarvan investeringen door onderdanen van de andere Verdragsluitende Staat aanspraak kunnen maken op een xxxxx- xxxxxx die gunstiger is xxx in dit Verdrag is voorzien, heeft een xxxxx- lijke regeling, in zoverre zij gunstiger is, voorrang boven dit Verdrag.
Artikel 4
Met betrekking tot belastingen, heffingen, lasten en verminderingen en vrijstellingen van belasting kent iedere Verdragsluitende Staat aan xxxxx- xxxxx van de andere Verdragsluitende Staat die zich op zijn grondgebied met economische activiteiten bezighouden, een behandeling toe die niet minder gunstig is xxx die xxxxx wordt toegekend aan zijn eigen xxxxx- xxxxx of aan die van een derde Staat die zich in dezelfde omstandighe- den bevinden, naar gelang van wat het gunstigst is voor de betrokken onderdanen. Hierbij wordt evenwel geen rekening gehouden met bijzon- dere belastingvoordelen door die Staat toegekend:
a. krachtens een verdrag ter vermijding van dubbele belasting; of
b. uit hoofde van zijn deelneming aan een douane-unie, economische unie of soortgelijke instelling; of
c. op basis van wederkerigheid met een derde Staat.
Artikel 5
De Verdragsluitende Staten waarborgen dat betalingen die verband houden met een investering kunnen xxxxxx overgemaakt. De overma- xxxxxx geschieden in vrij inwisselbare valuta, zonder beperking of ver- traging. Deze overmakingen omvatten in het bijzonder, doch niet uitslui- tend:
x. xxxxxxx, interest, dividenden en andere lopende inkomsten;
x. xxxxxx nodig
i. voor het verwerven van grondstoffen of hulpmaterialen, halffabri- xxxxx of eindproducten, of
(ii) to replace capital assets in order to safeguard the continuity of an investment;
c) additional funds necessary for the development of an investment;
d) funds in repayment of loans;
e) royalties or fees;
f) earnings of natural persons;
g) proceeds of sale or liquidation of the investment;
h) compensation in case of expropriation pursuant to Article 6;
i) payments arising under Article 7.
Article 6
Neither Contracting State shall take any measures depriving, directly or indirectly, nationals of the other Contracting State of their investments unless the following conditions are complied with:
a) the measures are taken in the public interest and under due pro- cess of law;
b) the measures are not discriminatory or contrary to any undertak- ing which the Contracting State which takes such measures may have given;
c) the measures are taken against just compensation. Such compen- sation shall represent the genuine value of the investments affected, shall include interest at a normal commercial rate until the date of payment and shall, in order to be effective for the claimants, be paid and made transferable, without delay, to the country designated by the claimants concerned and in the currency of the country of which the claimants are nationals or in any freely convertible currency accepted by the claimants.
Article 7
Nationals of the one Contracting State who suffer losses in respect of their investments in the territory of the other Contracting State owing to war or other armed conflict, revolution, a state of national emergency, revolt, insurrection or riot shall be accorded by the latter Contracting State treatment, as regards restitution, indemnification, compensation or other settlement, no less favourable than that which that Contracting State accords to its own nationals or to nationals of any third State, whichever is more favourable to the nationals concerned.
ii. om kapitaalgoederen te vervangen teneinde de continuïteit van investering te waarborgen;
c. bijkomende gelden nodig voor de ontwikkeling van een investe- ring;
x. xxxxxx voor de terugbetaling van leningen;
e. royalty’s of honoraria;
f. inkomsten uit arbeid van natuurlijke personen;
g. opbrengsten van de verkoop of liquidatie van de investering;
h. schadeloosstelling in geval van onteigening uit hoofde van artikel
6;
i. betalingen uit hoofde van artikel 7.
Artikel 6
Geen der Verdragsluitende Staten neemt maatregelen waardoor direct of indirect aan onderdanen van de andere Verdragsluitende Staat hun investeringen xxxxxx ontnomen, tenzij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
a. de maatregelen xxxxxx genomen in het algemeen belang en met inachtneming van een behoorlijke rechtsgang,
b. de maatregelen zijn niet discriminatoir of in strijd met enige ver- bintenis die de Verdragsluitende Staat die deze maatregelen neemt, is aangegaan;
c. de maatregelen gaan vergezeld van een billijke schadeloosstelling. Deze schadeloosstelling dient overeen te komen met de werkelijke waarde van de desbetreffende investeringen, dient rente te omvatten tegen een gewone commerciële rentevoet tot de datum van betaling en dient, wil zij doeltreffend zijn voor de gerechtigden, zonder vertraging xx xxxxxx betaald en xx xxxxxx xxxxxx overgemaakt naar het door de betrokken gerechtigden aangewezen land en in de valuta van het land waarvan de gerechtigden onderdaan zijn of in een door de gerechtigden aanvaarde vrij inwisselbare valuta.
Artikel 7
Aan onderdanen van de ene Verdragsluitende Staat die verliezen lij- den met betrekking tot hun investeringen op het grondgebied van de andere Verdragsluitende Staat xxxxxx xxxxxx of een ander gewapend conflict, revolutie, een nationale noodtoestand, opstand, oproer of onge- regeldheden, wordt de laatstbedoelde Verdragsluitende Staat wat restitu- tie, schadevergoeding, schadeloosstelling of een andere regeling betreft, geen minder gunstige behandeling toegekend xxx die xxxxx die Verdrag- sluitende Staat toekent aan zijn eigen onderdanen of aan onderdanen van een derde Staat, naar gelang van wat het gunstigst is voor de betrokken onderdanen.
Article 8
If the investments of a national of the one Contracting State are insured against non-commercial risks or otherwise give rise to payment of indemnification in respect of such investments under a system estab- lished by law, regulation or government contract, any subrogation of the insurer or re-insurer or Agency designated by the one Contracting State to the rights of the said national pursuant to the terms of such insurance or under any other indemnity given shall be recognized by the other Contracting State.
Article 9
Each Contracting State hereby consents to submit any legal dispute arising between that Contracting State and a national of the other Con- tracting State concerning an investment of that national in the territory of the former Contracting State to the International Centre for Settlement of Investment Disputes for settlement by conciliation or arbitration under the Convention on the Settlement of Investment Disputes between States and Nationals of other States, opened for signature at Washington on 18 March 1965. A legal person which is a national of one Contract- ing State and which before such a dispute arises is controlled by nationals of the other Contracting State shall, in accordance with Article 25 2 b) of the Convention, for the purpose of the Convention be treated as a national of the other Contracting State.
Article 10
The provisions of this Agreement shall, from the date of entry into force thereof, also apply to investments which have been made before that date. The provisions of this Agreement shall not apply to disputes concerning investments which are subject of a dispute settlement proce- dure under the Agreement on the Protection of Investments between the Kingdom of the Netherlands and the Socialist Federal Republic of Yugo- slavia of 16 February 1976. In that case the latter Agreement shall con- tinue to apply to these investments, as far as it concerns the disputes referred to, until a final settlement for these disputes has been reached.
Artikel 8
Indien de investeringen van een onderdaan van de ene Verdrag- sluitende Staat verzekerd zijn tegen niet-commerciële risico’s of xxxxxx- xxxx aanleiding geven tot de betaling van schadevergoeding ter zake van die investeringen krachtens een bij wet, voorschrift of overheidscontract ingesteld xxxxxxx, wordt de subrogatie van de verzekeraar of de herver- zekeraar of de door de ene Verdragsluitende Staat aangewezen instantie in de rechten van de bedoelde onderdaan, ingevolge de voorwaarden van deze verzekering of krachtens een andere gegeven schadeloosstelling, door de andere Verdragsluitende Staat erkend.
Artikel 9
Elke Verdragsluitende Staat stemt ermee in juridische geschillen die ontstaan tussen die Verdragsluitende Staat en een onderdaan van de andere Verdragsluitende Staat betreffende een investering van die onder- daan op het grondgebied van de eerstbedoelde Verdragsluitende Staat voor te leggen aan het Internationale Centrum voor de Beslechting van Investeringsgeschillen ter beslechting door conciliatie of arbitrage xxxxx- tens het Verdrag inzake de beslechting van geschillen met betrekking tot investeringen tussen Staten en onderdanen van andere Staten, dat op 18 maart 1965 xx Xxxxxxxxxx werd opengesteld voor ondertekening. Een rechtspersoon die onderdaan is van de ene Verdragsluitende Staat en die, voordat een dergelijk geschil ontstaat, onder toezicht staat van onderda- nen van de andere Verdragsluitende Staat, wordt in overeenstemming met artikel 25, tweede lid, letter b, van het Verdrag van Washington voor de toepassing van dat Verdrag behandeld als onderdaan van de andere Verdragsluitende Staat.
Artikel 10
De bepalingen van dit Verdrag zijn, vanaf de datum waarop dit in wer- king treedt, ook van toepassing op investeringen die vóór die datum zijn gedaan. De bepalingen van dit Verdrag zijn niet van toepassing op geschillen die onderworpen zijn aan een procedure ter regeling van geschillen krachtens de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Xxxxx- xxxxxx en de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië inzake de bescherming van investeringen, ondertekend op 16 februari 1976. In een dergelijk geval blijft laatstgenoemde Overeenkomst, voor zover deze betrekking heeft op de desbetreffende geschillen, van toepassing op deze investeringen totdat een definitieve regeling voor deze geschillen is getroffen.
Article 11
Either Contracting State may propose to the other State that consul- tations be held on any matter concerning the interpretation or applica- tion of the Agreement. The other State shall accord sympathetic consid- eration to the proposal and shall afford adequate opportunity for such consultations.
Article 12
1. Any dispute between the Contracting States concerning the inter- pretation or application of the present Agreement, which cannot be set- tled within a reasonable lapse of time by means of diplomatic negotia- tions, shall, unless the States have otherwise agreed, be submitted, at the request of either State, to an arbitral tribunal, composed of three mem- bers. Each State shall appoint one arbitrator and the two arbitrators thus appointed shall together appoint a third arbitrator as their chairman who is not a national of either State.
2. If one of the States fails to appoint its arbitrator and has not pro- ceeded to do so within two months after an invitation from the other State to make such appointment, the latter State may invite the President of the International Court of Justice to make the necessary appointment.
3. If the two arbitrators are unable to reach agreement, in the two months following their appointment, on the choice of the third arbitra- tor, either State may invite the President of the International Court of Justice to make the necessary appointment.
4. If, in the cases provided for in the paragraphs 2 and 3 of this Arti- cle, the President of the International Court of Justice is prevented from discharging the said function or is a national of either Contracting State, the Vice-President shall be invited to make the necessary appointments. If the Vice-President is prevented from discharging the said function or is a national of either State the most senior member of the Court avail- able who is not a national of either State shall be invited to make the necessary appointments.
5. The tribunal shall decide on the basis of respect for the law. Before the tribunal decides, it may at any stage of the proceedings propose to the States that the dispute be settled amicably. The foregoing provisions shall not prejudice settlement of the dispute ex aequo et xxxx if the States so agree.
6. Unless the States decide otherwise, the tribunal shall determine its own procedure.
7. The tribunal shall reach its decision by a majority of votes. Such decision shall be final and binding on the States.
Artikel 11
Elk van beide Verdragsluitende Staten kan aan de andere Staat voor- stellen overleg te plegen over een aangelegenheid betreffende de uitleg- ging of toepassing van dit Verdrag. De andere Staat neemt dit voorstel in welwillende overweging en biedt passende gelegenheid voor een der- gelijk overleg.
Artikel 12
1. Enig geschil tussen de Verdragsluitende Staten betreffende de uit- legging of de toepassing van dit Verdrag dat niet binnen een redelijke termijn langs diplomatieke weg xxx xxxxxx beslecht, wordt, tenzij de Staten anders zijn overeengekomen, op verzoek van een van beide Sta- ten voorgelegd aan een uit drie leden samengesteld scheidsgerecht. Xxxx Xxxxx benoemt één scheidsman en de twee aldus benoemde scheidslie- den benoemen xx xxxxx een derde scheidsman, die geen onderdaan van een der Staten is, tot hun voorzitter.
2. Indien een van beide Staten nalaat zijn scheidsman te benoemen en indien hij binnen twee maanden geen gevolg heeft gegeven aan het verzoek van de andere Staat tot deze benoeming over te gaan, kan de laatstgenoemde Staat de President van het Internationale Gerechtshof verzoeken de noodzakelijke benoeming te verrichten.
3. Indien de beide scheidslieden niet binnen twee maanden na hun benoeming overeenstemming kunnen bereiken over de keuze van de derde scheidsman, kan elk der Staten de President van het Internationale Gerechtshof verzoeken de noodzakelijke benoeming te verrichten.
4. Indien in de in het tweede en derde lid van dit artikel bedoelde gevallen de President van het Internationale Gerechtshof verhinderd is genoemde functie uit te oefenen, of onderdaan is van een van beide Verdragsluitende Staten, wordt de Vice-President verzocht de noodzake- lijke benoemingen te verrichten. Indien de Vice-President verhinderd is de genoemde functie uit te oefenen, of onderdaan is van een van beide Staten, wordt het lid van het Gerechtshof dat de hoogste anciënniteit heeft, beschikbaar is en geen onderdaan is van een der Staten, verzocht de noodzakelijke benoeming te verrichten.
5. Het scheidsgerecht doet uitspraak op basis van eerbiediging van het recht. Alvorens uitspraak te doen, kan het scheidsgerecht in elke stand van het geding een minnelijke schikking van het geschil aan de Staten voorstellen. De voorgaande bepalingen doen geen afbreuk aan regeling van het geschil ex aequo et xxxx, indien de Staten dit overeen- komen.
6. Tenzij de Staten anders beslissen, stelt het scheidsgerecht zijn eigen procedureregels vast.
7. Het scheidsgerecht neemt zijn beslissing bij meerderheid van stem- men. Deze beslissing is onherroepelijk en bindend voor de Staten.
Article 13
As regards the Kingdom of the Netherlands, the present Agreement shall apply to the part of the Kingdom in Europe, the Netherlands Antilles and to Aruba, unless the notification provided for in Article 14, paragraph 1 provides otherwise.
Article 14
1. The present Agreement shall enter into force on the first day of the second month following the date on which the Contracting States have notified each other in writing that their constitutionally required proce- dures have been complied with, and shall remain in force for a period of fifteen years.
2. Unless notice of termination has been given by either Contracting State at least six months before the date of the expiry of its validity, the present Agreement shall be extended tacitly for periods of ten years, whereby each Contracting State reserves the right to terminate the Agreement upon notice of at least six months before the date of expire of the current period of validity.
3. In respect of investments made before the date of the termination of the present Agreement, the foregoing Article shall continue to be effective for a further period of fifteen years from that date.
4. Subject to the period mentioned in paragraph 2 of this Article, the Kingdom of the Netherlands shall be entitled to terminate the applica- tion of the present Agreement separately in respect of any of the parts of the Kingdom.
5. Upon entry into force of the present Agreement, the Agreement on the Protection of Investments between the Kingdom of the Netherlands and the Socialist Federal Republic of Yugoslavia, signed on 16 Febru- ary 1976, shall be terminated in the relation between the Contracting States, and replaced by the present Agreement, except for the purpose of settlement of existing disputes as referred to in Article 10 of the present Agreement.
The present Agreement will only terminate the Agreement on the Pro- tection of Investments between the Kingdom of the Netherlands and the Socialist Federal Republic of Yugoslavia, signed on 16 February 1976, in relation with those parts of the Kingdom of the Netherlands to which the present Agreement applies in conformity with the notification men- tioned in Article 14 (1) of this Agreement.
IN WITNESS WHEREOF, the undersigned representatives, duly au- thorized thereto, have signed the present Agreement.
Artikel 13
Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden is dit Verdrag van toepas- sing op het xxxx van het Rijk in Europa, de Nederlandse Antillen en Aruba, tenzij anders is bepaald in de in artikel 14, eerste lid, bedoelde mededeling.
Artikel 14
1. Dit Verdrag treedt in xxxxxxx op de eerste dag van de tweede maand die volgt op de datum waarop de Verdragsluitende Staten elkaar schriftelijk hebben medegedeeld dat aan hun grondwettelijk vereiste pro- cedures is voldaan, en blijft xxx xxxxxx gedurende een tijdvak van vijf- tien jaar.
2. Tenzij ten minste zes maanden voor het verstrijken van de geldig- heidsduur door een van beide Verdragsluitende Staten mededeling van beëindiging is gedaan, wordt dit Verdrag telkens stilzwijgend verlengd voor een tijdvak van tien jaar, waarbij elke Verdragsluitende Staat zich het recht voorbehoudt dit Verdrag te beëindigen met inachtneming van een opzegtermijn van ten minste zes maanden vóór het verstrijken van de lopende termijn van geldigheid.
3. Ten aanzien van investeringen die zijn gedaan vóór de datum van beëindiging van dit Verdrag, blijven de voorgaande artikelen xxx xxxxxx gedurende een tijdvak van vijftien jaar vanaf die datum.
4. Met inachtneming van de in het tweede lid van dit artikel ge- noemde termijn is het Koninkrijk der Nederlanden gerechtigd de toepas- sing van dit Verdrag ten aanzien van een xxxx van het Koninkrijk afzon- derlijk te beëindigen.
5. Bij de inwerkingtreding van dit Verdrag wordt de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië inzake de bescherming van investeringen, onder- tekend op 16 februari 1976, in de betrekkingen tussen de Verdrag- sluitende Staten beëindigd en vervangen door dit Verdrag, behalve ten aanzien van de regeling van bestaande geschillen bedoeld in artikel 10 van dit Verdrag.
Dit Verdrag beëindigt slechts de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië inzake de bescherming van investeringen, ondertekend op 16 februari 1976, voor zover deze die delen van het Koninkrijk der Nederlanden betreft, voor xxxxx dit Verdrag van toepassing is overeenkomstig de mededeling in artikel 14, eerste lid, van dit Verdrag.
TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekende vertegenwoordigers, daartoe naar behoren gemachtigd, dit Verdrag hebben ondertekend.
DONE in two originals, at Skopje on 07-07-1998, in the Netherlands, Macedonian and English languages, the three texts being authentic. In case of difference of interpretation the English text will prevail.
For the Government of the Kingdom of the Netherlands,
(sd.) M. A. STIBBE
For the Macedonian Government,
(sd.) XXXXXXXXX XXXXXXXX
GEDAAN in tweevoud te Skopje op 07-07-1998, in de Nederlandse, de Macedonische en de Engelse taal, zijnde de drie teksten authentiek. In geval van verschil in interpretatie is de Engelse tekst doorslaggevend.
Voor de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden:
(w.g.) M. A. STIBBE
Voor de Macedonische Regering:
(w.g.) XXXXXXXXX XXXXXXXX
D. PARLEMENT
Het Verdrag behoeft ingevolge artikel 91 van de Grondwet de goed- keuring der Staten-Generaal, alvorens het Koninkrijk aan het Verdrag xxx xxxxxx gebonden.
G. INWERKINGTREDING
De bepalingen van het Verdrag zullen ingevolge artikel 14, eerste lid, in xxxxxxx xxxxxx op de eerste dag van de tweede maand die volgt op de datum waarop de Verdragsluitende Staten elkaar schriftelijk hebben medegedeeld dat aan hun grondwettelijk vereiste procedures is voldaan.
J. GEGEVENS
Van het op 26 juni 1945 te San Francisco tot stand gekomen Statuut van het Internationaal Gerechtshof – naar de Secretaris-Generaal van het Hof wordt in artikel 12 van het onderhavige Verdrag verwezen – is de tekst geplaatst in Trb. 1971, 55 en een herziene vertaling in Trb. 1987, 114; zie ook, laatstelijk, Trb. 1997, 106.
Van het op 18 maart 1965 xx Xxxxxxxxxx tot stand gekomen Verdrag inzake de beslechting van geschillen met betrekking tot investeringen tussen Staten en onderdanen van andere Staten, naar xxxx Verdrag in artikel 9 van het onderhavige Verdrag wordt verwezen, zijn tekst en ver- taling geplaatst in Trb. 1966, 152; zie ook, laatstelijk, Trb. 1994, 126.
Van de op 16 februari 1976 te Belgrado tot stand gekomen Xxxxxxx- xxxxx tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Socialistische Fede- ratieve Republiek Joegoslavië inzake de bescherming van investeringen, naar xxxxx Overeenkomst in de artikelen 10 en 14 van het onderhavige Verdrag wordt verwezen en xxxxx Overeenkomst in de relatie tussen het Koninkrijk der Nederlanden en De Voormalige Joegoslavische Repu- xxxxx Macedonië door het onderhavige Verdrag wordt vervangen, zijn tekst en vertaling geplaatst in Trb. 1976, 40; zie ook, laatstelijk, Trb. 1998, 177.
Uitgegeven de achttiende augustus 1998.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
X. X. XXX XXXXXXX
TRB1987
ISSN 0920 - 2218
Sdu Uitgevers
’s-Gravenhage 1998