P&V Levensverzekering
Algemene voorwaarden
P&V Levensverzekering
Verzekeringsbon
REF. D006 – 08.2024
P&V is een merk van P&V Verzekering cv | TEL. x00 (0)0 000 00 00 | ||
Xxxxxxxxxxxxx 000 - 0000 Xxxxxxx | XXX XX 0402 236 531 | IBAN XX00 0000 0000 0000 | |
Verzekeringsonderneming toegelaten onder code 0058 | RPR Brussel | BIC XXXXXXXX |
Hoofdstuk 1. Bestanddelen van deze overeenkomst 3
Hoofdstuk 3. Verzekerde prestaties en kenmerken 3
Artikel 1 – Verzekerde prestaties 3
Artikel 2 – Uitgesloten risico’s bij de waarborg in geval van overlijden 4
Artikel 3 – Wereldwijde waarborg 4
Hoofdstuk 4. Rechten van de verzekeringnemer en verzekerde 5
Artikel 7 – Wijziging van de verzekeringsovereenkomst 6
Artikel 9 – Overdracht van de rechten bij overlijden van de verzekeringsnemer 6
Hoofdstuk 5. Uitkering van de verzekerde prestaties 7
Artikel 12 – Uitkering bij leven op einddatum 7
Artikel 13 – Uitkering in geval van overlijden 7
Artikel 14 – Uitkering bij afkoop van de reserve 8
Artikel 15 – Wettelijke, fiscale en parafiscale (voor)heffingen 8
Hoofdstuk 6. Algemene bepalingen 8
Artikel 16 – Aanvang en beëindiging van de verzekering 8
Artikel 17 – Technische grondslagen van de tarifering 8
Artikel 19 – Toepasselijk recht en bevoegde rechtbanken 9
Artikel 22 – Uitwisseling van fiscale inlichtingen 9
Artikel 23 – Politiek prominente personen 10
P&V Levensverzekering
Verzekeringsbon
Hoofdstuk 1. Bestanddelen van deze overeenkomst
Deze verzekeringsovereenkomst is een levensverzekering waarbij de premies belegd worden in tak 21 met een gewaarborgde intrestvoet zonder winstdeelname.
De verzekeringsovereenkomst bestaat uit de Algemene Voorwaarden en de Bijzondere Voorwaarden.
Al deze documenten vormen een geheel en moeten samen worden gelezen, maar bij tegenstrijdigheden hebben de Bijzondere Voorwaarden voorrang. Daarnaast kan de verzekeringsovereenkomst ook voorzien in een bijkomende waarborg bij overlijden. De gekozen waarborg wordt bepaald in de Bijzondere Voorwaarden.
De premies die belegd worden in deze verzekeringsovereenkomst komen niet in aanmerking voor enig fiscaal voordeel en mogen dus ook niet als dusdanig worden aangegeven in de aangifte personenbelasting.
De maatschappij
P&V Verzekeringen CV, gevestigd te België, 0000 XXXXXXX, Xxxxxxxxxxxxx 000.
De verzekeringsnemer
De natuurlijke persoon die de verzekeringsovereenkomst sluit met de maatschappij.
De verzekerde
De natuurlijke persoon op wiens hoofd het risico van het zich voordoen van het verzekerde voorval ligt.
De begunstigde(n) bij leven
De persoon die recht heeft op de verzekerde prestaties in geval van leven van de verzekerde op eindvervaldag.
De begunstigde(n) bij overlijden
De persoon (personen) die recht heeft (hebben) op de verzekerde prestaties in geval van overlijden van de verzekerde voor de eindvervaldag.
Netto premie
De betaalde premie, na aftrek van de premietaksen en de kosten.
Toezichthouders
De instellingen die toezicht houden op de Belgische financiële sector. Dit toezicht verloopt via twee autonome instellingen, namelijk de Nationale Bank van België en de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten.
Hoofdstuk 3. Verzekerde prestaties en kenmerken
Artikel 1 – Verzekerde prestaties
Opbouw reserve
Het bedrag dat wordt gevormd door de kapitalisatie van de netto premies geïnvesteerd in tak 21.
De netto premies worden gekapitaliseerd tegen de intrestvoet die van toepassing is op het ogenblik van ontvangst van de storting.
Winstdeelname
Deze reserve geeft geen recht op winstdeelname. Waarborg bij leven
Bij leven van de verzekerde op einddatum van de verzekeringsovereenkomst, ontvangt de begunstigde bij leven de opgebouwde reserves.
Xxxxxxxx bij overlijden
Bij overlijden van de verzekerde voor de einddatum van de verzekeringsovereenkomst, ontvangt de begunstigde bij overlijden de opgebouwde reserves op het ogenblik van overlijden.
Indien in de Bijzondere Voorwaarden een bijkomende waarborg bij overlijden is voorzien, ontvangt de begunstigde bij overlijden het kapitaal overlijden zoals vermeld in de Bijzondere Voorwaarden of, indien deze hoger zijn, de reserves op het ogenblik van overlijden. In dit geval wordt de kost van de bijkomende waarborg bij overlijden maandelijks vooraf van de opgebouwde reserves afgehouden. Deze kost wordt berekend op basis van het verzekerd kapitaal overlijden verminderd met de opgebouwde reserves. De reserves worden bepaald zoals vermeld verder in deze algemene voorwaarden.
Artikel 2 – Uitgesloten risico’s bij de waarborg in geval van overlijden
Bij de in dit artikel uitgesloten risico's, betaalt de maatschappij de opgebouwde spaarreserve, berekend op de dag van het overlijden. De maatschappij zal echter geen enkel bedrag uitkeren aan die begunstigde die opzettelijk het overlijden van de verzekerde heeft veroorzaakt of ertoe aangespoord heeft.
Zelfmoord van de verzekerde
De zelfmoord van de verzekerde is slechts gewaarborgd indien die plaats heeft na het eerste jaar volgend op de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst. Voor iedere verhoging van de verzekerde prestaties bij overlijden is de zelfmoord gewaarborgd indien die plaats heeft na het eerste jaar volgend op de datum van inwerkingtreding van de nieuwe Bijzondere Voorwaarden.
Opzettelijk feit
Het overlijden van de verzekerde veroorzaakt door een opzettelijke daad of op aansporen van een persoon die belang heeft bij de uitkering is niet gewaarborgd. Een opzettelijke daad is een daad die gesteld wordt met de bedoeling om letselschade toe te brengen aan de verzekerde. Indien de begunstigde slechts aangewezen is voor een gedeelte van de verzekerde prestatie, wordt deze bepaling slechts toegepast op het overeenkomstig gedeelte.
Luchtvaart
Het overlijden van de verzekerde aan de gevolgen van een ongeval met een luchtvaartuig waarop hij inscheepte als passagier is niet gewaarborgd, wanneer het een toestel betreft:
- dat geen vliegvergunning heeft voor het vervoer van personen of goederen;
- van een luchtmacht; het overlijden wordt evenwel gewaarborgd wanneer het een toestel betreft dat op het ogenblik van het ongeval bestemd was voor personenvervoer;
- dat producten met strategische kenmerken vervoert in streken waar vijandelijkheden aan de gang zijn of opstand heerst;
- dat zich voorbereidt tot of deelneemt aan een sportwedstrijd;
- dat proefvluchten uitvoert;
- van het type "ultra-licht gemotoriseerd". Oproer
Er wordt geen waarborg verleend voor het overlijden als gevolg van oproer, burgerlijke onlusten, alle collectieve gewelddaden van politieke, ideologische of sociale aard, al of niet gepaard gaande met opstand tegen de overheid of tegen welke gevestigde macht ook, indien de verzekerde er op vrijwillige en actieve wijze deel aan heeft genomen.
Oorlog
Er wordt geen waarborg verleend voor het overlijden veroorzaakt noch door oorlog of gelijkaardige feiten, noch door burgeroorlog. Deze uitsluiting wordt tot ieder overlijden uitgebreid, van welke oorzaak ook, wanneer de verzekerde aan de vijandelijkheden actief deelneemt. Dit risico kan evenwel gewaarborgd worden door een bijzondere overeenkomst, mits verantwoording door de omstandigheden en instemming van de toezichthouder.
Artikel 3 – Wereldwijde waarborg
Het overlijdensrisico is gewaarborgd over de hele wereld, ongeacht de oorzaak ervan onder voorbehoud van de bepalingen in dit hoofdstuk.
Artikel 4 – Terrorisme
Schade die veroorzaakt wordt door terrorisme is verzekerd overeenkomstig de Wet van 1 april 2007. Wij zijn hiervoor toegetreden tot de vzw TRIP (Terrorism Reinsurance and Insurance Pool). In het kader van deze wet werd een Comité opgericht dat bevoegd is voor de erkenning van de schadegevallen en de vaststelling van de uit te keren schadebedragen. Voor het geheel van onze verbintenissen aangegaan ten opzichte van al onze verzekerden dekken wij, overeenkomstig de bepalingen van deze wet, gezamenlijk met alle andere verzekeringsondernemingen die lid zijn van de vzw TRIP en met de Belgische staat de door het Comité per kalenderjaar erkende schadegevallen tot een bedrag van 1 miljard euro. Dit bedrag wordt jaarlijks op 1 januari aangepast aan het indexcijfer van de consumptieprijzen met als basis het indexcijfer van december 2005.
De schade veroorzaakt door nucleaire wapens is altijd uitgesloten van dekking.
Onder terrorisme wordt verstaan: een clandestien georganiseerde actie of dreiging van actie met ideologische, politieke, etnische of religieuze bedoelingen, individueel of door een groep uitgevoerd, waarbij geweld wordt gepleegd op personen of de economische waarde van een materieel of immaterieel goed geheel of gedeeltelijk wordt vernield, ofwel om indruk te maken op het publiek, een klimaat van onveiligheid te scheppen of de autoriteiten onder druk te zetten, ofwel om het verkeer of de normale werking van een dienst of een onderneming te belemmeren.
Voorkoming van de financiering van terrorisme – Nationale lijst van personen en entiteiten verdacht van terroristische daden:
Het KB van 28 december 2006 verbiedt eenieder om tegoeden of economische middelen direct of indirect ter beschikking te stellen van de personen en entiteiten die voorkomen op de Nationale lijst van personen en entiteiten verdacht van terroristische daden en vereist dat financiële instellingen deze tegoeden of economische middelen bevriezen. Onverminderd de toepasselijke voorschriften inzake rapportering, vertrouwelijkheid en beroepsgeheim zijn financiële instellingen verplicht om onverwijld alle informatie die betrekking heeft op de bevriezing van dergelijke tegoeden en economische middelen te verstrekken aan de Minister van Financiën.
Hoofdstuk 4. Rechten van de verzekeringnemer en verzekerde
Artikel 5 – Premiebetaling
Het contract voorziet in de storting van een koopsom (éénmalige premie) bij aanvang van het contract. Bijkomende koopsommen zijn niet mogelijk. De verzekeringsnemer wordt uitgenodigd om de in de Bijzondere Voorwaarden overeengekomen premie te betalen.
De verzekeringsnemer kan op geen enkel moment verplicht worden om gelden te betalen. De betaling geschiedt op één van de verschillende bank- of postrekeningen van de maatschappij.
De kapitalisatie van de netto premie begint vanaf haar registratie op een financiële rekening bij de maatschappij, maar niet voor de ingangsdatum van de verzekeringsovereenkomst.
De maatschappij behoudt zich het recht voor om een minimaal premiebedrag te bepalen.
Artikel 6 – Bedenktijd
De verzekeringsnemer heeft het recht om zijn verzekeringsovereenkomst op te zeggen binnen een termijn van 30 dagen vanaf de inwerkingtreding ervan. Indien de verzekeringsovereenkomst dient tot waarborg van een krediet, dan heeft de verzekeringsnemer het recht de verzekeringsovereenkomst, binnen de 30 dagen nadat hij vernomen heeft dat het krediet hem niet wordt toegekend, op te zeggen.
In beide gevallen moet de opzegging geschieden via een aangetekende brief, door een deurwaardersexploot of door afgifte van de opzeggingsbrief tegen ontvangstbewijs. De datum van afgifte aan de post, de datum van de betekening of de datum vermeld op het ontvangstbewijs geldt als opzeggingsdatum. In voorkomend geval moet de verzekeringsnemer het exemplaar van de verzekeringsovereenkomst in zijn bezit naar de maatschappij opsturen of, bij gebrek hieraan, een ondertekende verklaring van verlies.
De maatschappij stort in dat geval de betaalde premies terug, verminderd met de bedragen die eventueel werden verbruikt om het risico te dekken.
Verkoop op afstand
Indien het gaat om een verzekeringsovereenkomst op afstand in de zin van het Wetboek van economisch recht, geldt een herroepingsrecht van de verzekeringsovereenkomst.
Zowel de verzekeringnemer als de maatschappij kunnen de overeenkomst zonder boete en zonder motivering opzeggen per aangetekende brief binnen 30 kalenderdagen. Deze termijn loopt vanaf de dag waarop de maatschappij aan de verzekeringnemer heeft meegedeeld dat de overeenkomst gesloten is of vanaf de dag waarop de verzekeringnemer de contractvoorwaarden en de precontractuele informatie op een duurzame gegevensdrager heeft ontvangen, indien dit later is. De opzegging door de verzekeringnemer heeft onmiddellijk gevolg op het ogenblik van de kennisgeving. De opzegging door de maatschappij treedt in werking acht dagen na de kennisgeving ervan.
Als de overeenkomst wordt opgezegd door de verzekeringnemer of door de maatschappij en op verzoek van de verzekeringnemer met de uitvoering van de overeenkomst reeds begonnen was voor de opzegging, is de verzekeringnemer gehouden tot betaling van de premie in verhouding tot de periode gedurende welke dekking werd verleend. Dit is de vergoeding voor reeds verstrekte diensten.
Met uitzondering van de vergoeding voor reeds verstrekte diensten en de kosten voor het medisch onderzoek, betaalt de maatschappij alle bedragen terug die hij van de verzekeringnemer krachtens deze overeenkomst heeft ontvangen. Hij beschikt hiervoor over een termijn van 30 kalenderdagen die loopt:
- wanneer de verzekeringnemer opzegt, vanaf de dag waarop de maatschappij de kennisgeving van de opzegging ontvangt;
- wanneer de maatschappij opzegt, vanaf de dag waarop hij de kennisgeving van opzegging verzendt.
Artikel 7 – Wijziging van de verzekeringsovereenkomst
De maatschappij kan eenzijdig geen enkele wijziging aanbrengen in de Algemene of in de Bijzondere Voorwaarden van de verzekeringsovereenkomst.
De verzekeringnemer kan op elk ogenblik schriftelijk de aanpassing van zijn verzekeringsovereenkomst vragen.
De maatschappij bevestigt elke aanpassing door het opstellen van nieuwe Bijzondere Voorwaarden of door het opstellen van een bijvoegsel aan de Bijzondere Voorwaarden.
Artikel 8 – Begunstigden
De verzekeringsnemer wijst vrij de begunstigde(n)van de verzekeringsovereenkomst aan. Hij kan zolang de begunstiging niet werd aanvaard die aanstelling op elk ogenblik wijzigen, via een gedateerde en ondertekende aanvraag.
Elke begunstigde mag het voordeel van deze verzekeringsovereenkomst aanvaarden. Om tegenstelbaar te zijn, moet een aanhangsel opgemaakt worden, ondertekend door de begunstigde die het voordeel aanvaardt, de verzekeringsnemer en de maatschappij.
Vanaf dat moment kan de verzekeringsnemer de verzekeringsovereenkomst niet meer wijzigen en de rechten die voor hem uit de verzekeringsovereenkomst voortvloeien niet meer uitoefenen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de begunstigde die het voordeel van de verzekeringsovereenkomst heeft aanvaard.
Artikel 9 – Overdracht van de rechten bij overlijden van de verzekeringsnemer
Indien de polis onderschreven is door één verzekeringsnemer draagt hij bij zijn overlijden, voor zover de polis door dit overlijden niet volledig wordt uitgekeerd, al zijn rechten en plichten onverkort over aan de verzekerde (die hierdoor verzekeringsnemer wordt).
Indien de polis door 2 verzekeringsnemers onderschreven is, draagt de verzekeringsnemer die eerst overlijdt, voor zover de polis door dit overlijden niet volledig wordt uitgekeerd, zijn rechten en plichten onverkort over aan de andere verzekeringsnemer.
Van de bepalingen in dit punt kan afgeweken worden in de Bijzondere Voorwaarden.
Artikel 10 – Inpandgeving
De verzekeringnemer kan de polis in pand geven. De inpandgeving wordt vastgelegd in een afzonderlijk bijvoegsel bij uw polis.
Indien de begunstigde de begunstiging aanvaard heeft, moeten wij ook zijn schriftelijke toestemming in ons bezit hebben bij de aanvraag van de inpandgeving.
Artikel 11 – Afkopen
Principe
De verzekeringnemer heeft de mogelijkheid op elk ogenblik de verzekeringsovereenkomst volledig af te kopen. Een gedeeltelijke afkoop is niet mogelijk.
De afkoopwaarde van het contract stemt overeen met de theoretische afkoopwaarde, desgevallend rekening houdend met een conjuncturele correctie gedurende de eerste 8 jaar, en indien van toepassing, verminderd met de afkoopvergoeding, zoals hierna beschreven.
De afkoopwaarde wordt berekend op de datum van ontvangst van de schriftelijke aanvraag. Bij (volledige) afkoop wordt de verzekeringsovereenkomst beëindigd door uitbetaling van de afkoopwaarde van de opgebouwde reserves.
Deze afkoopwaarde wordt verminderd met de eventuele wettelijke en/of (para)fiscale (voor)heffingen, zoals bijvoorbeeld de roerende voorheffing.
Afkoopvergoeding
De afkoopvergoeding is niet hoger dan het maximum van de volgende twee bedragen:
▪ 5 % berekend op de afkoopwaarde. Deze vergoeding neemt de laatste 5 jaar telkens af met 1% per jaar.
▪ een forfaitair bedrag van 75 EUR, geïndexeerd in functie van de gezondheidsindex der consumptieprijzen (basis 1988
= 100). Het indexcijfer dat in aanmerking moet worden genomen is dat van de tweede maand van het trimester dat de datum van afkoop voorafgaat.
De maatschappij behoudt zich het recht voor om deze bepaling geheel of gedeeltelijk te wijzigen indien de regelgeving op dit gebied zou worden aangepast.
Conjuncturele vergoeding
Bij een afkoop tijdens de eerste periode van 8 jaar, kan de theoretische afkoopwaarde vervangen worden door de theoretische afkoopwaarde die wordt verkregen door de rentevoet te vervangen door de spot rate die op het ogenblik van de afkoop van toepassing is op de verrichtingen met een duur gelijk aan het verschil tussen de looptijd van de overeenkomst beperkt tot acht jaar en de ouderdom van de overeenkomst.
De maatschappij behoudt zich het recht voor om deze bepaling geheel of gedeeltelijk te wijzigen indien de regelgeving op dit gebied zou worden aangepast.
Hoofdstuk 5. Uitkering van de verzekerde prestaties
Artikel 12 – Uitkering bij leven op einddatum
Op einddatum van de verzekeringsovereenkomst zal de maatschappij de waarde van de polis uitkeren aan de begunstigde bij leven.
De uitkering gebeurt na ontvangst van de volgende documenten:
• kopie identiteitskaart van de begunstigde bij leven (indien natuurlijk persoon);
• elk document waarvan de maatschappij het voorleggen nodig acht voor de afhandeling van het dossier, bijvoorbeeld een kopie van de identiteitskaart van de verzekerde (indien de verzekerde verschillend is van de begunstigde bij leven);
• ondertekende uitkeringskwijting.
Binnen 30 dagen na ontvangst op de maatschappij van deze documenten, maar niet voor de einddatum van de verzekeringsovereenkomst, zal de waarde van de polis uitgekeerd worden. Deze waarde is gelijk aan de opgebouwde reserve op de einddatum van de verzekeringsovereenkomst.
Artikel 13 – Uitkering in geval van overlijden
Bij overlijden van de verzekerde voor einddatum van de verzekeringsovereenkomst, zal de verzekerde prestatie worden uitgekeerd aan de begunstigde(n) bij overlijden.
De uitkering gebeurt na ontvangst van de volgende documenten:
• officieel uittreksel uit de overlijdensakte;
• kopie van de identiteitskaart van de begunstigde(n) bij overlijden, indien deze met naam zijn aangeduid in de verzekeringsovereenkomst
OF een akte van erfopvolging (bij de notaris) of een attest van erfopvolging (bij de notaris of bij de ontvanger van het successiekantoor) indien de begunstigde(n) bij overlijden niet bij naam werden aangeduid in de verzekeringsovereenkomst;
• elk document waarvan de maatschappij het voorleggen nodig acht voor de afhandeling van het dossier, bijvoorbeeld een getuigschrift over de doodsoorzaak, opgesteld door de maatschappij en volledig in te vullen door de geneesheer die de verzekerde gedurende zijn laatste ziekte en/of op het ogenblik van overlijden verzorgd heeft.
Na ontvangst van deze documenten op de maatschappij zal een uitkeringskwijting opgesteld en verstuurd worden naar de begunstigde(n). Binnen 30 dagen na ontvangst op de maatschappij van de ondertekende uitkeringskwijting(en) zal de verzekerde prestatie bij overlijden uitgekeerd worden. Deze prestatie is gelijk aan de opgebouwde reserve op de datum van het overlijden.
Artikel 14 – Uitkering bij afkoop van de reserve
De afkoop wordt aangevraagd door middel van een gedateerd en ondertekend schrijven. De uitkering gebeurt na ontvangst van de volgende documenten:
• kopie van de identiteitskaart van de verzekeringnemer
• elk document waarvan de maatschappij het voorleggen nodig acht, bijvoorbeeld een akkoord met de afkoop van de eventuele aannemende begunstigde
• ondertekende uitkeringskwijting.
Binnen de 30 dagen na ontvangst bij de maatschappij van deze documenten, zal het nettobedrag vermeld op de uitkeringskwijting uitgekeerd worden.
De verzekeringsovereenkomst wordt beëindigd op het ogenblik van de ondertekening van de uitkeringskwijting door de partij die het afkooprecht uitoefent.
Artikel 15 – Wettelijke, fiscale en parafiscale (voor)heffingen
De uitkeringen waarvan sprake in de vorige artikels zullen desgevallend worden verminderd met de wettelijke en/of parafiscale en fiscale (voor)heffingen die de maatschappij verplicht dient af te houden.
Hoofdstuk 6. Algemene bepalingen
Artikel 16 – Aanvang en beëindiging van de verzekering
De verzekeringsovereenkomst gaat in op de aanvangsdatum vermeld in de Bijzondere Voorwaarden ongeacht de datum van de eerste premiebetaling met uitzondering van de eventuele bijkomende overlijdenswaarborg.
De eventuele bijkomende overlijdenswaarborg vangt aan na de eerste premiebetaling maar ten vroegste op de aanvangsdatum vermeld in de bijzondere voorwaarden. Behalve in geval van fraude is de verzekeringsovereenkomst onbetwistbaar vanaf haar inwerkingtreding.
De verzekeringsovereenkomst eindigt:
• indien binnen een periode van 30 dagen na het ingaan van de overeenkomst geen premie werd gestort
• van rechtswege op eindvervaldag van de verzekeringsovereenkomst;
• bij opzegging, vernietiging of afkoop;
• bij overlijden van de verzekerde.
Artikel 17 – Technische grondslagen van de tarifering
De toeslagen, de technische interestvoet en de voorvalswetten vormen het geheel van de technische grondslagen die gebruikt worden bij het opstellen van onze tarieven en bij het samenstellen van de reserve. De technische grondslagen zijn opgenomen in het technisch dossier van het product neergelegd bij de toezichthouder.
De technische grondslagen kunnen op elk moment door de maatschappij gewijzigd worden overeenkomstig de geldende wetgeving.
Het tarief voor de bijkomende waarborg bij overlijden is gebaseerd op ervaringstafels en is niet gegarandeerd. Het tarief voor niet-rokers wordt toegekend indien de verzekerde verklaard heeft dat hij niet rookt of dat hij gestopt is met roken gedurende minstens 12 maanden.
De instapkosten worden vermeld in de Bijzondere Voorwaarden. Er wordt geen beheerkost ingehouden op de opgebouwde reserve.
Artikel 18 – Fiscaliteit
Dit contract is onderworpen aan de Belgische (para)fiscale wetgeving en -in voorkomend geval -aan de internationale overeenkomsten tot het vermijden van dubbele belasting.
De fiscale informatie vermeld in de verzekeringsovereenkomst en de informatiefiche van het product is gebaseerd op de regelgeving in voege op het moment van onderschrijving van de verzekeringsovereenkomst en kan wijzigen in de toekomst.
De maatschappij kan op geen enkele manier aansprakelijk worden gesteld voor het eventuele nadeel dat uit een dergelijke wijziging zou voortvloeien in hoofde van de verzekeringnemer(s) en/of zijn begunstigden.
Alle in het kader van dit contract toepasselijke huidige en toekomstige belastingen, bijdragen, rechten en taksen, zijn rechtstreeks ten laste van de verzekeringsnemer(s) of van de begunstigde(n) (naargelang het geval) of kunnen desgevallend aan hem(n) worden doorgerekend.
De verzekeringnemer(s) dient(en) de maatschappij te informeren over elke wijziging in zijn (hun) professionele of persoonlijke situatie die een impact kan hebben op de fiscale behandeling van de premies en/of prestaties van het contract.
De maatschappij is niet verantwoordelijk voor de eventuele fiscale gevolgen voor de verzekeringnemer(s) en/of zijn (hun) begunstigden die het rechtstreeks of onrechtstreeks gevolg zijn van het niet of laattijdig voldoen van deze informatieplicht.
Voor nadere inlichtingen omtrent het toepasselijke belastingregime kan de verzekeringnemer zich wenden tot de maatschappij.
Artikel 19 – Toepasselijk recht en bevoegde rechtbanken
Op deze verzekeringsovereenkomst is het Belgisch recht van toepassing.
Betwistingen tussen de partijen betreffende de uitvoering van de verzekeringsovereenkomst vallen onder de bevoegdheid van de Belgische rechtbanken.
Artikel 20 – Kennisgevingen
De maatschappij bezorgt de verzekeringsnemer tenminste jaarlijks een overzicht met de stand van zijn verzekeringsovereenkomst.
De aan de verzekeringsnemer en de aannemende begunstigde te richten kennisgevingen geschieden geldig op hun meest recente aan de maatschappij meegedeelde adres. Elke kennisgeving van een partij aan de andere wordt geacht gedaan te zijn op de datum van afgifte ervan aan de post.
Artikel 21 – Verblijfplaats
Wanneer de verzekeringsnemer of de verzekerde zijn woonplaats of gebruikelijke verblijfplaats in het buitenland vestigt, dient hij de maatschappij hiervan in kennis te stellen.
Artikel 22 – Uitwisseling van fiscale inlichtingen
1° P&V Verzekeringen heeft zich geëngageerd om de Wet van 16 december 2015 met betrekking tot de regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen, door de Belgische financiële instellingen en de FOD Financiën, in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen op internationaal niveau en voor belastingdoeleinden (hierna “de Wet”) loyaal uit te voeren.
De Wet regelt de verplichtingen van de Belgische financiële instellingen (waaronder P&V Verzekeringen) en van de FOD Financiën met betrekking tot de inlichtingen die aan een bevoegde autoriteit van een ander rechtsgebied moeten medegedeeld worden in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen betreffende welbepaalde verzekeringscontracten.
2° Om te voldoen aan deze Wet evenals de bijhorende verdragen dient P&V Verzekeringen onder meer:
- Gegevens te verzamelen over alle verzekeringsnemers die een onderworpen contract afsluiten om de rapporteerbare contracten te identificeren.
o Voor FATCA (“Foreign Account Taks Compliance Act”) geeft de hoedanigheid van “US Person” aanleiding tot
de toepassing van de Wet;
o voor CRS (“Common Reporting Standard”) wordt gekeken naar de fiscale woonplaats van de verzekeringsnemer.
- De nodige procedures en normen van zorgvuldigheid te voorzien en uit te voeren om de verplichtingen betreffende identificatie en documentatie van de rapporteerbare financiële rekeningen na te leven;
- Jaarlijks aangifte te doen van verzekeringsnemers en hun reserves die op basis van de Wet aan de deelnemende landen (voor “CRS”) evenals aan de Verenigde Staten van Amerika (voor “FATCA”) moeten worden meegedeeld door de FOD Financiën;
- Vragen te beantwoorden die bij een controle op de naleving van de voormelde Wet zouden worden gesteld door de FOD Financiën.
3° De verzekeringsnemer aanvaardt dat P&V Verzekeringen de gevraagde persoonlijke gegevens en informatie over de betrokken contracten en de hierin opgenomen reserves zal doorgeven aan de FOD Financiën.
Zo nodig zullen op het moment van een uitkering ook de gegevens van eventuele andere begunstigden dan de verzekeringsnemer worden verzameld en worden doorgegeven aan de FOD Financiën.
4° De verzekeringsnemer verbindt er zich toe om in geval van relevante wijzigingen van de persoonlijke omstandigheden P&V Verzekeringen hiervan onmiddellijk op de hoogte te brengen. Deze relevante wijzigingen kunnen onder meer (maar niet uitsluitend) betrekking op een wijziging van: de naam; het correspondentie- of verblijfadres; de fiscale woonplaats of het land waar de verzekeringsnemer onderworpen is aan belasting op het inkomen evenals het (de) bijhorende fiscale identificatienummer(s); de zetel van fortuin; de nationaliteit; een telefoonnummer uitgereikt door een buitenlandse operator; een bankrekeningnummer uitgereikt door een buitenlandse financiële instelling; … of bij twijfel elke andere informatie die mogelijks een impact zou kunnen hebben op de hoedanigheid van de betrokken verzekeringsnemer voor toepassing van deze Wet.
P&V Verzekeringen zal deze wijzigingen onderzoeken en zo nodig de betrokken contracten als rapporteerbaar aanmerken.
In geval van bijkomende vragen dient de verzekeringsnemer op verzoek van P&V Verzekeringen alle gegevens en stukken te verstrekken die volgens de Wet mogen worden opgevraagd. Voor verzekeringsnemers die (mogelijks) onderworpen zijn aan het FATCA-verdrag kunnen meer in het bijzonder de gekende formulieren W9 en W8-BEN worden opgevraagd evenals andere relevante bewijsstukken.
5° Indien de verzekeringsnemer verzaakt aan de voormelde bepalingen, kan P&V Verzekeringen een vraag om inlichtingen overmaken aan de verzekeringsnemer met een verzoek om de nodige gegevens binnen een in het verzoek aangegeven periode aan te leveren.
Indien de verzekeringsnemer niet overgaat tot het verstrekken van de gevraagde gegevens, behoudt P&V Verzekeringen zich het recht voor om het contract als rapporteerbaar aan te merken.
Artikel 23 – Politiek prominente personen
De wet tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten verplicht verzekeringsondernemingen om over procedures te beschikken die de identificatie mogelijk maken van hun klanten (de verzekeringsnemer en, voor de rechtspersonen, de uiteindelijke begunstigden en de lasthebbers) en de begunstigden van de overeenkomsten (in voorkomend geval hun uiteindelijke begunstigden als de begunstigde een rechtspersoon is) die politiek prominente personen (PPP) zijn, familieleden van PPP’s of personen bekend als naaste geassocieerden van PPP’s.
De wet definieert PPP’s als volgt: een natuurlijke persoon die een prominente publieke functie bekleedt of bekleed heeft, en
met name:
1. staatshoofden, regeringsleiders, ministers en staatssecretarissen :
x. xx Xxxxxx;
b. de Eerste minister, Minister-president, Vice-Eerste ministers,
2. parlementsleden of leden van soortgelijke wetgevende organen :
x. xx Xxxxxxxxxxxxxxx, Senaatsvoorzitter, Parlementsvoorzitter, parlementsleden, senatoren, gecoöpteerde senatoren, commissievoorzitters en commissieleden;
3. leden van bestuurslichamen van politieke partijen :
a. de leden van het partijbestuur, de politieke raad, de partijraad, het directiecomité, het dagelijks bestuur en het partijsecretariaat;
4. leden van hooggerechtshoven, grondwettelijke hoven of van andere hoge rechterlijke instanties, met inbegrip van administratieve rechterlijke instanties, die arresten wijzen waartegen geen beroep openstaat, behalve in uitzonderlijke omstandigheden :
a. raadsheer in het Hof van Cassatie (met inbegrip van de eerste voorzitter, de voorzitter en de sectievoorzitters);
b. xxxxxxxxx in het hof van beroep (met inbegrip van de eerste voorzitter en de kamervoorzitters);
c. raadsheer in het arbeidshof (met inbegrip van de eerste voorzitter en de kamervoorzitters);
d. plaatsvervangende raadsheren bij deze drie hoven;
e. de eerste Voorzitter, voorzitters, kamervoorzitters, staatsraden, assessoren, en auditeurs bij de Raad van State;
f. rechters in het Grondwettelijk Hof (met inbegrip van de voorzitters);
5. leden van rekenkamers of van raden van bestuur van centrale banken :
a. de Gouverneur en de leden van het Directiecomité en van de Regentenraad van de Nationale Bank van België;
b. de eerste voorzitter, de voorzitters en raadsheren bij het Rekenhof;
6. ambassadeurs, consuls, zaakgelastigden en hoge officieren van de strijdkrachten :
a. de ambassadeurs, consuls en zaakgelastigden;
b. de officieren bekleed met de graad van generaal of van admiraal die door de Koning voor een specifieke functie aangewezen zijn;
c. de officieren bekleed met de graad van luitenant-generaal of vice-admiraal die, naargelang het geval, door de Koning of de minister van Defensie, voor hun ambt aangewezen zijn;
x. xx officieren bekleed met de graad van generaal-majoor of divisieadmiraal die, naargelang het geval, door de Koning of de minister van Defensie, voor hun ambt aangewezen zijn;
e. de officieren bekleed met de graad van brigadegeneraal of flottielje-admiraal die door de Koning voor een specifieke functie aangewezen zijn;
7. leden van het leidinggevend, toezichthoudend of bestuurslichaam van overheidsbedrijven :
a. de Chief Executive Officer, de Afgevaardigd of Gedelegeerd Bestuurder, de voorzitter, bestuurders en leden van de raad van bestuur, de voorzitter en de leden van het directiecomité en het uitvoerend comité, de regeringscommissarissen;
b. bestuurders, plaatsvervangend bestuurders en leden van de raad van bestuur of bekleders van een gelijkwaardige functie bij een internationale organisatie gevestigd op het Belgisch grondgebied.
Onder “familielid” verstaat de wet:
1. de echtgenoot of een persoon die als gelijkwaardig met de echtgenoot wordt aangemerkt;
2. de kinderen en de echtgenoten van die kinderen of de personen die als gelijkwaardig met de echtgenoot worden aangemerkt;
3. de ouders.
EN voor de “personen bekend als naaste geassocieerden”:
1. de natuurlijke personen die, samen met een politiek prominente persoon, de uiteindelijke begunstigden zijn van een entiteit bedoeld in de bepaling onder 27°, a), b), c), of d) van artikel 4 van de wet of waarvan bekend is dat zij met een politiek prominente persoon andere nauwe zakelijke relaties hebben;
2. de natuurlijke personen die als enige de uiteindelijke begunstigden zijn van een entiteit bedoeld in de bepaling onder 27°, a), b), c) of d) van artikel 4 van de wet waarvan bekend is dat deze in feite werd opgericht ten behoeve van een politiek prominente persoon.
Verplichting van de verzekeringsnemer:
Bij de opdracht tot verzekering verbindt de verzekeringsnemer zich ertoe mee te delen of hij, volgens de definitie opgenomen in de wet (zie hoger), beschouwd wordt als een politiek prominente persoon, een familielid van PPP’s of een persoon bekend als naaste geassocieerde van PPP’s. Die verplichting wordt uitgebreid tot de andere betrokken personen, met name de rechtspersonen, de uiteindelijke begunstigden, de lasthebbers en de begunstigden van de overeenkomsten (in voorkomend geval hun uiteindelijke begunstigden als de begunstigde een rechtspersoon is).
Door de algemene voorwaarden te aanvaarden, verbindt de verzekeringsnemer zich ertoe om de verzekeringsonderneming onmiddellijk op de hoogte te brengen mocht hijzelf, alsook de uiteindelijke begunstigde, de lasthebber en de begunstigde (en de uiteindelijke begunstigde van de begunstigde als het om een rechtspersoon gaat) in de loop van de overeenkomst politiek prominente persoon, familielid van PPP’s of een persoon bekend als naaste geassocieerde van PPP’s worden of niet meer als politiek prominente persoon, familielid van PPP’s of persoon bekend als naaste geassocieerde van PPP’s beschouwd worden.
Algemene verordening met betrekking tot de gegevensbescherming
De maatschappij verbindt zich ertoe, als verwerkingsverantwoordelijke, om de persoonsgegevens te verwerken overeenkomstig de geldende privacywetgeving. Voor meer informatie wordt verwezen naar de klantenbrochure van de maatschappij of de website xxxxx://xxx.xx.xx/xxxxxxx
Mededeling van gegevens aan het centraal aanspreekpunt
Voor niet-fiscale levensverzekeringsovereenkomsten (met uitzondering van overlijdensverzekeringen), gesloten buiten het kader van de pensioenpijlers, is de maatschappij wettelijk verplicht onder meer volgende gegevens mee te delen aan het centraal aanspreekpunt (CAP), gehouden door de Nationale Bank van België (NBB), de Berlaimontlaan 14, 1000 Brussel: uw identificatiegegevens, het bestaan of einde van de contractuele relatie met de bijhorende datum en het geglobaliseerd bedrag van de afkoopwaarden van deze verzekeringen.
Het CAP verwerkt de gegevens onder meer voor fiscaal onderzoek, opsporing van strafbare inbreuken, bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en zware criminaliteit, inzamelen van gegevens door de inlichtingen- en veiligheidsdiensten en door gerechtsdeurwaarders in het kader van beslag en voor notariële opzoekingen in het kader van de aangifte van nalatenschappen, mits de door de wet opgelegde voorwaarden worden nageleefd.
De betrokkene heeft een recht tot inzage bij de NBB en kan bij de maatschappij onjuiste gegevens laten verbeteren of verwijderen. Het CAP bewaart deze gegevens gedurende 10 jaar. De NBB bewaart de lijst van de aanvragen om informatie van het CAP gedurende twee kalenderjaren.
Meer informatie hierover kan u terugvinden in de wet van 8 juli 2018 houdende organisatie van een centraal aanspreekpunt.
Klachten
Voor elke klacht met betrekking tot dit contract kan de verzekeringsnemer zich richten tot :
- de dienst Klachtenmanagement van P&V, Xxxxxxxxxxxxx 000, 0000 Xxxxxxx, tel: 02/000.00.00 E-mail: xxxxxx@xx.xx,
- de Ombudsman van de Verzekeringen, de Xxxxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx, xxx.xxxxxxxxx-xxxxxxxxx.xx. Dergelijke klacht sluit de mogelijkheid om een gerechtelijke procedure te starten niet uit.