IGV 2022.09
Productvoorwaarden
Inventaris- en Goederenverzekering
IGV 2022.09
Wij vinden het belangrijk dat u weet wat u kunt verwachten als u bij ons verzekerd bent. In deze voorwaarden staan de afspraken tussen u en ons en wat er gebeurt als u zich hier niet aan houdt. Zo weet u precies waar u aan toe bent.
In deze Productvoorwaarden leest u waarvoor u verzekerd bent. Naast deze Productvoorwaarden gelden voor uw verzekering ook de Algemene Voorwaarden, de polis en de eventuele Aanvullende Voorwaarden van de keuzedekkingen en de clausules. Samen vormen deze documenten de inhoud van de verzekeringsovereenkomst.
Als de voorwaarden of clausules op de polis van elkaar afwijken gelden eerst de clausules die op de polis staan. Daarna gelden de voorwaarden die per verzekering gelden. En tenslotte gelden de Algemene Voorwaarden.
Om het u gemakkelijk te maken hebben wij een begrippenlijst gemaakt van de woorden die cursief gedrukt zijn. Zo weet u precies wat we met deze begrippen bedoelen.
Korte omschrijving van de verzekering
Met de Inventaris- en Goederenverzekering verzekert u uw inventaris, goederen en huurdersbelang tegen bijvoorbeeld ’brand, blikseminslag, ontploffing, braak, storm en waterschade.
U kunt de Inventaris- en Goederenverzekering uitbreiden met keuzedekkingen. Op uw polis staat welke keuzedekkingen u heeft gekozen.
Bel dan uw verzekeringsadviseur, het telefoonnummer staat op uw polis.
Heeft u schade? Geef dit dan zo snel mogelijk door. Dat kan op verschillende manieren:
▪ U belt naar uw verzekeringsadviseur, het telefoonnummer staat op uw polis.
▪ U geeft de schade schriftelijk of online door met een schadeformulier.
Heeft u glasschade?
▪ Bel dan zo snel mogelijk De Glaslijn op het gratis nummer (0000) 000 00 00.
Inhoudsopgave
Korte omschrijving van de verzekering 2 Heeft u vragen? 2 Hoe geeft u een schade door? 2 Wie is verzekerd? En wie is de verzekeraar? 6
2. Wie zijn wij? Wie is de verzekeraar? 6 Wat is verzekerd? 6 Waarvoor bent u verzekerd? 7
3. Verzekerde gebeurtenissen 7
Waarvoor bent u nog meer verzekerd? 8
4. Storing of uitval van het vries- of koelproces 8 Keuze: verhoging verzekerd bedrag 8
5. Huurdersbelang 8 Keuze: verhoging verzekerd bedrag 9
8. Contant geld en waardepapieren 10 Keuze: uitgebreidere dekking en verhoging verzekerd bedrag 10
Welke zaken zijn buiten het gebouw verzekerd? 10
10. Beplanting en tuinaanleg 10
11. Andere zaken buiten het gebouw 10 Keuze: verhoging verzekerd bedrag 11
12. Zaken buiten het gebouw op het bedrijfsterrein 11
13. Zaken buiten het bedrijfsterrein 11 De zaken bevinden zich binnen een gebouw: 12 De zaken bevinden zich buiten een gebouw: 12
Welke extra kosten zijn naast de schade verzekerd? 12
15. Kosten om acute schade te voorkomen of te beperken (bereddingskosten) 12
19. Kosten door overheidsvoorschriften 14
20. Kosten vervoer en opslag 14
22. Waarvoor bent u niet verzekerd? 14
24. Welke schadeoorzaken zijn niet verzekerd? 14
Hoe vergoeden wij uw schade? 16
27. Schade aan inventaris, goederen of huurdersbelang op basis van herstelkosten 16
28. Schade aan inventaris: schadevergoeding op basis van de nieuwwaarde 16
29. Schade aan inventaris: schadevergoeding op basis van de dagwaarde 16
30. Schade aan goederen: schadevergoeding op basis van de inkoopwaarde 16
31. Schade aan huurdersbelang: schadevergoeding op basis van de dagwaarde 17
32. Wanneer vergoeden wij de antiquiteits- of zeldzaamheidswaarde? 17
33. Hoe vergoeden wij de schade 17
Voor welk bedrag bent u verzekerd? 17
35. Verzekerd bedrag en onderverzekering 17
36. Garantie tegen onderverzekering 18
37. Verzekerd bedrag bij premier risque 18
40. Heeft u een eigen risico? 19
42. Hoe stellen wij de schade vast? 19
43. Welke wijzigingen moet u aan ons doorgeven? 20
44. Meldt u een wijziging niet of niet op tijd? 20
45. Wat gebeurt bij overlijden van de verzekeringnemer? 20
46. Uw gebouw staat leeg, is buiten gebruik of wordt verbouwd? 21
48. U brengt de verzekerde zaken in een vennootschap 21
1. Antiquiteits- of zeldzaamheidswaarde 21
3. Beplanting en tuinaanleg 21
13. Geld, waardepapier en vals geld 22
27. Overstroming van niet-primaire waterkeringen 24
29. Primaire en niet-primaire waterkeringen 25
Wie is verzekerd? En wie is de verzekeraar?
1. Wie is verzekerd?
Verzekerd is de verzekeringnemer.
Met ‘verzekeringnemer’ bedoelen wij de persoon of rechtspersoon die de verzekering bij ons heeft afgesloten, de premie moet betalen en op de polis staat.
Verzekerd zijn ook de andere (rechts)personen voor wie de verzekering is afgesloten.
Met ‘u’ bedoelen wij alle personen die bij ons verzekerd zijn. Als een bepaling niet voor alle verzekerden maar alleen voor de verzekeringnemer geldt, spreken we van ‘u als verzekeringnemer’.
2. Wie zijn wij? Wie is de verzekeraar?
Met ‘ons’, ‘we’ of ‘wij’ bedoelen wij rhion. rhion is een handelsnaam van Rhion Versicherung AG, High Tech Campus 68, 5656 AG in Eindhoven. Wij werken onder een vergunning die is verleend door Bundesanstalt für Finanzdienstleistungsaufsicht (BaFin) en deze is aangemeld bij De Nederlandse Bank (DNB). Wij zijn bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) ingeschreven in het register financiële dienstverleners onder nummer 12047025. Bij de Kamer van Koophandel zijn we ingeschreven onder nummer 75875837.
Wij worden vertegenwoordigd door de gevolmachtigde die op uw polis staat.
Met deze verzekering bent u verzekerd voor schade aan of verlies van:
▪ uw inventaris,
▪ uw goederen en
▪ huurdersbelang.
Op uw polis staat op welk adres en voor welk bedrag uw zaken in het gebouw zijn verzekerd. Ook eventuele Aanvullende Voorwaarden van de keuzedekkingen en clausules staan op uw polis.
U bent alleen verzekerd als aan alle van de volgende voorwaarden is voldaan:
▪ Het gaat om materiële schade en verlies van zaken. Hiermee bedoelen wij beschadiging, vernietiging of diefstal.
▪ De schade is veroorzaakt door een verzekerde gebeurtenis.
▪ De schade moet zijn ontstaan of veroorzaakt door een onverwachte gebeurtenis:
Op het moment dat u de verzekering afsloot of wijzigde kon u niet weten dat deze schade zou kunnen ontstaan.
▪ De schade moet zijn ontstaan of veroorzaakt tijdens de looptijd van deze verzekering.
▪ Er geldt geen uitsluiting.
3. Verzekerde gebeurtenissen
Schade aan uw inventaris, goederen of huurdersbelang is verzekerd als deze schade is ontstaan door één (of meer) van de volgende gebeurtenissen:
▪ Brand. Ook als deze ontstaat door de aard of een eigen gebrek van de verzekerde zaak.
▪ Het blussen van brand.
▪ Blikseminslag.
▪ Ontploffing.
▪ Implosie.
▪ Diefstal van verzekerde zaken die zich in het gebouw bevinden. Of als iemand probeert deze zaken te stelen. Dit is alleen verzekerd als de dader het gebouw is binnengekomen door braak van buitenaf.
▪ Afpersing of beroving met geweld of bedreiging.
▪ Een aanrijding of aanvaring door een voer- of vaartuig of door lading die valt of vloeit uit een voer- of vaartuig.
▪ Glasscherven die door breuk van ruiten en spiegels schade toebrengen. Het glas zelf is niet verzekerd.
▪ Luchtverkeer, waaronder het neerstorten van een vliegtuig of een ruimtevaartuig op uw
gebouw.
▪ Meteorieten die uit de ruimte vallen en op uw gebouw neerstorten.
▪ Luchtdruk als gevolg van startende en/of proefdraaiende lucht-of ruimtevaartuigen, of het doorbreken van de geluidsbarrière.
▪ Instorten van (een deel) van een gebouw naast uw gebouw.
▪ Vandalisme na braak.
▪ Rel/opstootje, die/dat buiten uw gebouw is ontstaan.
▪ Onregelmatigheden bij werkstakingen.
▪ Olie die onvoorzien uit verwarmingsinstallaties of bijbehorende leidingen en tanks lekt.
▪ Omvallende bomen, gebouwen, antennes, heistellingen, hoogwerkers, kranen, vlaggenmasten en windmolens of het losraken van delen daarvan.
▪ Kappen of snoeien van bomen.
▪ Rook of roet die plotseling en onvoorzien uit een kachel, haard of verwarmingsinstallatie wordt uitgestoten. De installatie moet zijn aangesloten op een schoorsteen van uw gebouw.
▪ Bijtende stoffen. Dit geldt niet als gevolg van reiniging, bewerking, reparatie of productiefouten.
▪ Storm.
▪ Neerslag: schade door het onvoorzien binnendringen van regen, sneeuw, hagel of smeltwater in uw gebouw. Maar niet als dit komt door openstaande ramen, ventilatiegaten, luiken of deuren. De reparatiekosten van daken, dakgoten en regenpijpen zijn niet verzekerd.
▪ Belasting door xxxxx, sneeuw, ijs of (smelt)water op de buitenkant van het gebouw. Let op:
U bent niet verzekerd als de schade ontstaat door opslag van materialen op het dak.
▪ Wateroverlast door water dat uw gebouw in stroomt door hevige plaatselijke regenval. Met hevige plaatselijke regenval bedoelen we:
Er is minstens 40 millimeter regen in 24 uur of 53 millimeter in 48 uur of 67 millimeter in 72 uur gevallen op en/of nabij de plaats waar de schade is ontstaan.
▪ Water dat onvoorzien het gebouw is binnengedrongen als gevolg van een overstroming van een niet-primaire waterkering.
Let op: We maken onderscheid tussen primaire en niet-primaire waterkeringen.
▪ Schade door rioolwater dat onverwacht uw gebouw binnenstroomt omdat het rioolwater uit de openbare riolering is teruggestroomd. Het rioolwater komt plotseling en onverwacht via de leiding (en een aangesloten toestel) in het gebouw.
▪ Schade door onvoorziene lekkage van water of van stoom die onvoorzien ontsnapt uit
- de waterleiding
- het sanitair
- de verwarmingsinstallatie
- de sprinklerinstallatie. Maar niet tijdens aanleg of reparatie van de sprinkler of bij schade door slechte constructie of aanleg van de sprinkler.
- Of uit andere apparaten die altijd op de waterleiding zijn aangesloten.
▪ Schade aan een waterleiding en/of een leiding van een daarop aangesloten toestel door vorst.
Buiten het gebouw bent u niet verzekerd voor schade door vorst.
▪ Water dat onvoorzien is weggestroomd uit een aquarium of waterbed.
▪ Schade ontstaan door paarden en vee.
Waarvoor bent u nog meer verzekerd?
4. Storing of uitval van het vries- of koelproces
Is de inhoud van xx xxxxx- en/of koelinrichting bedorven?
Dan bent u voor deze schade verzekerd als het bederf het gevolg is van:
▪ een onvoorziene stroomuitval die 6 aaneengesloten uren of langer heeft geduurd.
▪ een storing aan de koel- en/of vriesinrichting doordat hieraan plotseling iets kapot is gegaan. Wij vergoeden maximaal € 2.500 per gebeurtenis. Er geldt dan geen eigen risico.
Keuze: verhoging verzekerd bedrag
Heeft u voor deze schade een hoger bedrag gekozen, dan staat dat op uw polis.
5. Huurdersbelang
Bent u een huurder van het gebouw? Dan is het huurdersbelang verzekerd voor alle
gebeurtenissen uit artikel 3 van deze Productvoorwaarden. Wij vergoeden maximaal € 10.000 per gebeurtenis.
Let op:
De volgende zaken vallen niet onder huurdersbelang:
▪ Vitrines en eilandetalages inclusief de inhoud.
▪ Zonneschermen, markiezen en uithangborden die aan het gebouw zijn bevestigd.
▪ Parkeerautomaten, parkeerinstallaties, laadpalen, antennes en camera’s.
Deze bovengenoemde zaken zijn verzekerd volgens artikel 11 van deze productvoorwaarden.
Ook zonnepanelen vallen niet onder huurdersbelang:
▪ Zonnepanelen op of aan het gebouw zijn alleen verzekerd als u deze heeft meeverzekerd als keuzedekking. Op uw polis staat of u de keuzedekking zonnepanelen heeft afgesloten.
Keuze: verhoging verzekerd bedrag
Heeft u voor deze schade een hoger bedrag gekozen, dan staat dat op uw polis.
6. Eigendom van anderen
Is er schade aan het eigendom van anderen die u gebruikt of in bewerking heeft voor de uitoefening van uw bedrijf?
Dan vergoeden wij de schade voor alle gebeurtenissen die worden genoemd in artikel 3 van deze Productvoorwaarden. Maar alleen als deze zaken niet of onvoldoende elders verzekerd zijn.
Wij vergoeden maximaal het verzekerde bedrag per gebeurtenis op basis van de dagwaarde.
7. Gehuurde gebouwen
Bent u huurder van een gebouw?
▪ En volgens de huurovereenkomst aansprakelijk voor schade aan het eigendom van de verhuurder?
▪ En is de verhuurder voor de schade niet of onvoldoende verzekerd?
▪ En gaat het om schade aan zaken die aan het gebouw vastzitten, zoals behang, betimmering en schilderwerk die u niet zelf hebt aangebracht?
Dan bent u verzekerd voor alle gebeurtenissen uit artikel 3 van deze Productvoorwaarden. Wij vergoeden maximaal € 25.000 per gebeurtenis.
▪ Is er schade door een onvoorziene lekkage van water of van stoom die onvoorzien ontsnapt uit de waterleiding, het sanitair, de verwarmingsinstallatie of de sprinklerinstallatie of uit andere apparaten die vast op de waterleiding zijn aangesloten?
Dan vergoeden wij de kosten voor:
- Het opsporen van de beschadiging aan de leidingen. Waaronder: het breken en herstellen van muren, vloeren en andere onderdelen onder en in het gebouw.
- Het herstellen van leidingen.
- Het herstellen van de toestellen die op de leidingen zijn aangesloten.
Deze kosten vergoeden wij alleen als u de eigenaar van het gebouw niet kunt verplichten de schade te (laten) herstellen.
Wij vergoeden maximaal € 25.000 per gebeurtenis.
8. Contant geld en waardepapieren
Hoe zijn uw contant geld en waardepapieren verzekerd?
Uw contant geld en waardepapieren zijn verzekerd voor alle gebeurtenissen die worden genoemd in artikel 3 van deze Productvoorwaarden.
Wij vergoeden maximaal € 2.500 per gebeurtenis. Let op:
Niet verzekerd is schade door misbruik van een bankpas of creditcard. Vals geld of valse waardepapieren zijn ook niet verzekerd.
Keuze: uitgebreidere dekking en verhoging verzekerd bedrag
Wilt u een uitgebreidere dekking en een hoger verzekerd bedrag? Dan kunt u de Keuze Geld meeverzekeren. Op uw polis ziet u of u hiervoor heeft gekozen.
9. Vervangen van sloten
Zijn uw sleutels of toegangskaarten van het gebouw gestolen? En kunt u dit bewijzen?
Dan vergoeden wij de kosten voor het vervangen van sloten, cilinders, toegangskaarten en andere afsluitmiddelen standaard tot maximaal € 5.000 per gebeurtenis.
Welke zaken zijn buiten het gebouw verzekerd?
10. Beplanting en tuinaanleg
Bent u huurder van het gebouw waarvan de beplanting of de tuin is beschadigd? En de
beplanting is uw eigendom? En niet onder een andere polis verzekerd? Dan is deze schade verzekerd als deze is ontstaan door:
▪ ontploffing
▪ brand en blussen van brand.
Voor deze gebeurtenissen geldt de omschrijving zoals genoemd in artikel 3 van deze Productvoorwaarden.
Wij vergoeden maximaal € 15.000 per gebeurtenis.
11. Andere zaken buiten het gebouw
Is er schade aan de volgende zaken buiten het gebouw?
▪ Vitrines en eilandetalages inclusief de inhoud.
▪ Zonneschermen, markiezen en uithangborden die aan het gebouw zijn bevestigd.
▪ Parkeerautomaten, parkeerinstallaties, laadpalen, antennes en camera’s.
En is deze schade niet verzekerd op de verzekering van het gebouw?
Dan bent u voor deze zaken verzekerd voor de gebeurtenissen die worden genoemd in artikel 3 van deze Productvoorwaarden.
Let op:
▪ Deze zaken zien wij niet als huurdersbelang.
▪ Schade die is veroorzaakt door braak, (poging tot) diefstal, vandalisme, opstootjes, rellen en onregelmatigheden bij werkstakingen is niet verzekerd.
▪ Het glas van de vitrines en eilandetalages is niet verzekerd. Wij vergoeden maximaal € 10.000 in totaal per gebeurtenis.
Keuze: verhoging verzekerd bedrag
Heeft u voor deze schade een hoger bedrag gekozen, dan staat dat op uw polis.
12. Zaken buiten het gebouw op het bedrijfsterrein
Bevinden uw zaken zich buiten het gebouw op het bedrijfsterrein? En het gaat niet om zonnepanelen en de zaken genoemd in artikel 11?
Dan zijn deze zaken ook verzekerd. Maar alleen voor schade door:
▪ Brand en blussen van brand.
▪ Blikseminslag.
▪ Ontploffing.
▪ Implosie.
▪ Afpersing of beroving met geweld of bedreiging.
▪ Een aanrijding of aanvaring.
▪ Glasscherven.
▪ Luchtverkeer en meteorieten.
▪ Olie uit verwarmingsinstallaties.
▪ Kappen of snoeien van bomen.
▪ Rook of roet.
▪ Bijtende stoffen.
▪ Paarden en vee.
Voor deze gebeurtenissen geldt de omschrijving zoals genoemd in artikel 3 van deze Productvoorwaarden.
Let op:
Zonnepanelen op of aan het gebouw zijn alleen verzekerd als u deze heeft meeverzekerd als keuzedekking. Op uw polis staat of u de keuzedekking zonnepanelen heeft afgesloten.
13. Zaken buiten het bedrijfsterrein
Bevinden uw zaken zich buiten het bedrijfsterrein van het verzekerde adres, maar wel in Europa? En ontstaat er schade aan uw zaken?
Dan zijn deze zaken onder de volgende voorwaarden verzekerd:
De zaken bevinden zich binnen een gebouw:
Binnen een gebouw in Europa zijn uw zaken voor dezelfde risico´s en op dezelfde manier verzekerd als op het verzekerde adres zoals beschreven in artikel 3.
Deze dekking geldt maximaal 3 aaneengesloten maanden gerekend vanaf het moment dat de zaken in het gebouw aanwezig zijn.
Wij vergoeden het verzekerd bedrag tot maximaal € 125.000 per locatie per verzekerde
gebeurtenis.
De zaken bevinden zich buiten een gebouw:
Buiten een gebouw in Europa zijn uw zaken alleen verzekerd voor schade door:
▪ Brand en blussen van brand.
▪ Blikseminslag.
▪ Ontploffing.
▪ Luchtverkeer en meteorieten.
Voor deze gebeurtenissen geldt de omschrijving zoals genoemd in artikel 3 van deze Productvoorwaarden.
Deze dekking geldt maximaal 3 aaneengesloten maanden gerekend vanaf het moment dat de zaken zich buiten het bedrijfsterrein van het verzekerde adres bevinden.
Wij vergoeden de schade tot maximaal € 125.000 per locatie per gebeurtenis. Let op:
Is de schade ontstaan tijdens vervoer en transport? Dan zijn uw zaken buiten het bedrijfsterrein niet verzekerd. Ook schade aan uw zaken tijdens het laden en lossen en tijdens het stilstaan van het transportmiddel is niet verzekerd.
14. Thuiswerkplekken
Heeft u aan uw werknemer(s) kantooruitrusting beschikbaar gesteld om thuis te werken? Dan zijn deze op dezelfde manier verzekerd als kantoormiddelen in het verzekerde gebouw.
Wij vergoeden maximaal € 5.000 per verzekerde gebeurtenis.
Welke extra kosten zijn naast de schade verzekerd?
Is de schade verzekerd? Dan vergoeden wij naast het verzekerd bedrag ook de volgende kosten. Voor deze kosten geldt geen eigen risico.
15. Kosten om acute schade te voorkomen of te beperken (bereddingskosten)
Dreigt er acuut een plotselinge en directe schade te ontstaan aan uw inventaris, goederen of huurdersbelang? En moet u direct maatregelen nemen om die schade te voorkomen of te beperken en maakt u daarvoor kosten?
Dan vergoeden wij deze kosten tot maximaal een bedrag dat gelijk is aan het verzekerde bedrag. De kosten moeten wel redelijk en noodzakelijk zijn en de schade moet zijn verzekerd op deze verzekering.
Ook de schade aan zaken die u bij de maatregelen inzet, vergoeden wij.
Moeten er kosten gemaakt worden voor een noodoplossing omdat de schade niet direct kan worden hersteld? Dan vergoeden wij deze kosten tot maximaal een bedrag dat gelijk is aan het verzekerde bedrag. Ook in dit geval moet het gaan om noodzakelijke en redelijke kosten.
16. Salvagekosten
De Stichting Salvage biedt eerste ondersteuning na brand, zorgt voor persoonlijke hulp en beperkt de schade zo veel mogelijk (zie xxx.xxxxxxxxxxxxxxxx.xx).
Zijn er door of namens deze stichting kosten gemaakt? Dan vergoeden wij die tot maximaal een bedrag dat gelijk is aan het verzekerde bedrag.
17. Kosten van experts
▪ De expert helpt om de omvang van de schade vast te stellen. Wij vergoeden de kosten van onze eigen expert.
▪ U kunt bij schade ook zelf een expert inschakelen. Wij vergoeden de kosten van uw expert als aan alle van de volgende voorwaarden is voldaan:
- Er is een redelijke aanleiding om een eigen expert in te schakelen. U bent het bijvoorbeeld niet eens met de hoogte van de schade die onze expert heeft vastgesteld.
- De kosten van de expert zijn redelijk.
De kosten van uw expert vinden wij in ieder geval redelijk tot het bedrag van de kosten van onze eigen expert. Zijn de kosten van uw expert hoger dan de kosten van onze eigen expert? Dan vragen wij u om uit te leggen waarom deze extra kosten in uw specifieke geval redelijk zijn.
- U informeert ons voordat u een eigen expert inschakelt.
- Kiest u een eigen expert? Xxx xxxxxxxx uw en onze expert samen een derde expert voordat zij de schade vaststellen.
- Zijn uw en onze expert het niet met elkaar eens? Dan bepaalt de derde expert het bedrag van de schade. Dit bedrag ligt tussen het bedrag dat onze expert noemt en het bedrag dat uw expert noemt. Het bedrag dat de derde expert vaststelt, is bindend.
- Wij vergoeden dan ook de redelijke kosten van de derde expert.
18. Opruimingskosten
Maakt u kosten voor het afbreken, wegruimen en afvoeren van beschadigde verzekerde zaken
door een verzekerde gebeurtenis? En zijn dit noodzakelijke kosten? En is deze schade niet verzekerd op de verzekering van het gebouw?
Dan vergoeden wij deze opruimingskosten tot een bedrag van maximaal 20% van het verzekerde bedrag.
Let op:
Onder opruimingskosten verstaan wij niet:
▪ Kosten voor het opruimen van verontreiniging of aantasting van bodem, water, lucht en overige zaken;
▪ Kosten voor het verwerken, bewerken, verwijderen of vernietigen van chemische of andere milieugevaarlijke stoffen die u volgens wettelijke voorschriften moet maken.
19. Kosten door overheidsvoorschriften
Moet u van de overheid na een verzekerde gebeurtenis noodzakelijke veranderingen of noodvoorzieningen in of aan het gebouw maken? En is deze schade niet verzekerd op de verzekering van het gebouw?
Dan vergoeden wij deze kosten tot maximaal een bedrag dat gelijk is aan het verzekerd bedrag. Had u deze kosten ook zonder de verzekerde gebeurtenis moeten maken?
Dan vergoeden wij deze kosten niet.
20. Kosten vervoer en opslag
Maakt u na een verzekerde gebeurtenis kosten voor het vervoeren en opslaan van uw zaken? Dan vergoeden wij deze kosten tot een bedrag van maximaal 20% van het verzekerde bedrag.
21. Terugreiskosten
Maakt u als eigenaar of huurder van het gebouw redelijke extra kosten voor het eerder afbreken van een reis als gevolg van een verzekerde gebeurtenis? En gaat het om een reis van tenminste 4 dagen? En de verzekerde gebeurtenis veroorzaakt een schade aan uw inventaris, goederen of huurdersbelang van tenminste € 25.000?
Dan vergoeden wij deze terugreiskosten tot maximaal € 5.000 per gebeurtenis.
22. Waarvoor bent u niet verzekerd?
U bent niet verzekerd in de volgende gevallen:
▪ De schade is uitgesloten volgens onze ‘Algemene Voorwaarden Zakelijk’.
▪ De schade is volgens deze Productvoorwaarden uitgesloten.
▪ De schade is volgens de Aanvullende Voorwaarden van de keuzedekkingen uitgesloten.
▪ Op uw polis of in een clausule(s) staat dat u voor deze schade niet verzekerd bent.
23. Opzet of roekeloosheid
U bent niet verzekerd voor schade die ontstaat door uw opzet of roekeloosheid Ook als u zich niet bewust was van uw roekeloosheid. Is de schade veroorzaakt door een (rechts)persoon die in uw opdracht of met uw goedkeuring de leiding heeft over uw bedrijf of over een deel daarvan?
En is de schade het gevolg van zijn opzet of roekeloosheid? Ook dan krijgt u geen vergoeding.
24. Welke schadeoorzaken zijn niet verzekerd?
U bent niet verzekerd voor schade door:
▪ Verzakking en/of verschuiving van de grond.
We verzekeren deze schade ook niet als deze in verband staat
- met de aanwezigheid van water als gevolg van een gedekte gebeurtenis of
- met een sinkhole.
▪ Onvoldoende of slecht onderhoud aan het gebouw of de inventaris.
▪ Fouten in de constructie of het ontwerp, montagefouten of installatiefouten van het gebouw
of de inventaris. Ook door het gebruik van onjuiste of gebrekkige materialen. Ontstaat hierdoor brand of ontploffingsschade? Dan vergoeden wij de schade wel.
▪ Slijtage en normaal gebruik van het gebouw of de inventaris. Bijvoorbeeld vlekken, barsten, krassen, deuken en schrammen.
▪ Corrosie of verrotting van het gebouw of de inventaris.
▪ Ongedierte, plantengroei, schimmels of zwammen in/aan/ van het gebouw of de inventaris.
▪ Onderhouds-, reparatie- of reinigingswerkzaamheden aan het gebouw of de inventaris die ondeskundig zijn uitgevoerd.
▪ Overheidsmaatregelen, bijvoorbeeld als de overheid uw gebouw in beslag neemt, opeist of beschadigt.
▪ Het geheel of gedeeltelijk verloren gaan van software, data of bestanden.
▪ Regen, sneeuw, hagel of smeltwater uw gebouw is binnengekomen via openstaande ramen, luiken, ventilatiegaten of deuren.
▪ Vocht door de muren, schoorsteen of vloeren komt.
▪ Dit komt door invloed van het weer over langere tijd.
▪ Grondwater uw gebouw binnenkomt.
▪ Bij windschade de windsnelheid minder was dan windkracht 7.
▪ Waterschade aan inventaris en/of voorraad ontstaat in kelders en souterrains die met pallets, stellingen en dergelijke lager dan 15 cm boven de vloer zijn geplaatst.
▪ Waterschade die veroorzaakt is door een overstroming die het gevolg is van het bezwijken, beschadigen, overlopen of falen van primaire waterkeringen.
Dan bent u niet verzekerd voor schade door:
- water dat helemaal of gedeeltelijk afkomstig is van de zee;
- overstroming doordat een primaire waterkering is bezweken, is beschadigd, is overgelopen of heeft gefaald;
- water dat buiten de oevers is getreden in buitendijkse gebieden. Bijvoorbeeld in buitendijkse havens, uiterwaarden en gebieden die door de overheid zijn aangewezen voor waterberging;
- overstroming die veroorzaakt wordt door directe actie en/of nalaten van de overheid en/of overheidsinstellingen.
Let op: Vinden er tegelijkertijd overstromingen plaats door het bezwijken, beschadigen, overlopen of falen van niet-primaire waterkering(en) en primaire waterkering(en)? En heeft het water van deze overstromingen zich gemengd? Dan bent u niet verzekerd. U bent wel verzekerd als er geen vermenging van water plaatsvindt en u alleen schade hebt door water afkomstig van de overstroming door het bezwijken, beschadigen, overlopen of falen van een niet-primaire waterkering.
Deze uitsluiting geldt niet voor schade die is veroorzaakt door een brand en ontploffing die is ontstaan door een overstroming.
25. Milieuaantasting
U bent niet verzekerd voor schade door milieuaantasting en schade die daaruit voortvloeit.
26. Lichtreclame
U bent niet verzekerd voor schade aan lichtreclame.
De schade is het verschil tussen de waarde direct voor en direct na de gebeurtenis. Hoe hoog het schadebedrag is hangt af van de mogelijkheden om de schade te herstellen, de soort zaken die zijn beschadigd en hoe oud de zaken zijn.
Wij stellen de hoogte van het schadebedrag vast op basis van de herstelkosten, de nieuwwaarde
of de dagwaarde.
27. Schade aan inventaris, goederen of huurdersbelang op basis van herstelkosten Kan de schade aan uw inventaris, goederen of huurdersbelang worden hersteld? Dan stellen wij het schadebedrag vast op basis van de herstelkosten.
Wij vergoeden nooit meer dan het verschil in de waarde direct vóór de gebeurtenis en de waarde direct na de gebeurtenis.
Als uw inventaris, goederen of huurdersbelang na de reparatie minder waard zijn, dan vergoeden wij ook de waardevermindering.
28. Schade aan inventaris: schadevergoeding op basis van de nieuwwaarde
Kan de schade aan uw inventaris niet worden hersteld? En was de inventaris voor de
gebeurtenis meer waard dan 40% van de nieuwwaarde?
Dan stellen wij het schadebedrag vast op basis van de nieuwwaarde. De waarde die uw
inventaris na de schade nog heeft trekken wij hiervan af. Let op:
Dit geldt alleen voor inventaris binnen een gebouw. Bevindt uw inventaris zich buiten een gebouw? Dan vergoeden we in het eerste jaar na aanschaf de nieuwwaarde. Daarna vergoeden wij de dagwaarde.
29. Schade aan inventaris: schadevergoeding op basis van de dagwaarde
▪ Kan de schade aan uw inventaris niet worden hersteld? En was de inventaris voor de
gebeurtenis minder waard dan 40% van de nieuwwaarde? Of:
▪ Ontstaat er schade aan inventaris die niet meer of anders wordt gebruikt dan waarvoor zij bedoeld is? Of:
▪ Wordt het bedrijf binnen 12 maanden beëindigd of geen nieuwe inventaris aangeschaft?
Dan stellen wij het schadebedrag vast op basis van de dagwaarde. De waarde die uw inventaris
na de schade nog heeft trekken wij hiervan af.
30. Schade aan goederen: schadevergoeding op basis van de inkoopwaarde
Kan de schade aan uw goederen niet worden hersteld?
Dan stellen wij het schadebedrag vast op basis van de inkoopwaarde. De waarde die uw
goederen nog heeft na de schade trekken wij hiervan af.
31. Schade aan huurdersbelang: schadevergoeding op basis van de dagwaarde
Is de schade niet te herstellen? Of zijn de herstelkosten hoger dan het verschil van de waarde direct vóór en na de gebeurtenis?
Dan stellen wij het schadebedrag vast op basis van de dagwaarde.
De waarde die uw goederen nog hebben na de schade trekken wij hiervan af.
32. Wanneer vergoeden wij de antiquiteits- of zeldzaamheidswaarde?
Voor antiek, kunst en verzamelingen vergoeden wij de antiquiteits- of zeldzaamheidswaarde.
33. Hoe vergoeden wij de schade
Is de schadevergoeding niet gebaseerd op de kosten van herstel? Dan wordt de schadevergoeding in één termijn uitbetaald.
Is de vergoeding wel gebaseerd op kosten van herstel? Dan spreken wij met u af hoe wij de schade vergoeden. Meestal vergoeden wij in delen en krijgt u een deel van de vergoeding voordat u met herstel begint. Het laatste deel krijgt u als u klaar bent met herstel en wij het bewijs daarvan hebben ontvangen. Bijvoorbeeld een foto van herstel en de rekening.
34. Wettelijke rente
Wordt er wettelijke rente over een schadevergoeding gerekend, dan vergoeden wij deze.
Voor welk bedrag bent u verzekerd?
Bij de aanvraag van de verzekering zijn er verschillende mogelijkheden om het verzekerd bedrag vast te stellen. Het verzekerd bedrag staat op uw polis.
Afhankelijk daarvan kunnen wij uw inventaris, goederen en huurdersbelang op basis van premier risque verzekeren of garantie tegen onderverzekering verlenen.
35. Verzekerd bedrag en onderverzekering
Blijkt na een gebeurtenis dat het verzekerd bedrag lager is dan de nieuwwaarde van uw inventaris of de inkoopwaarde van uw goederen of uw huurdersbelang? Dan bent u onderverzekerd en krijgt u niet alles vergoed.
Stel:
Uw verzekerd bedrag is € 200.000.
De nieuwwaarde van uw inventaris of de inkoopwaarde van uw goederen of u huurdersbelang is
€ 400.000.
U bent dan onderverzekerd met een percentage van 400.000/200.000 x 100% = 50%. Uw schade is € 100.000.
Dan krijgt u 50% van € 100.000, dus € 50.000 vergoed.
36. Garantie tegen onderverzekering
Hebben wij bij uw aanvraag van de verzekering het verzekerd bedrag vastgesteld met een waardebepaling of een vaste taxatie? Dan geven wij voor inventaris en huurdersbelang garantie tegen onderverzekering. Bij garantie tegen onderverzekering vergoeden wij de werkelijke schade. Ook als er een lager verzekerd bedrag op uw polis staat.
Op uw polis staat of u garantie tegen onderverzekering heeft voor inventaris en huurdersbelang. De garantie tegen onderverzekering geldt niet voor goederen.
37. Verzekerd bedrag bij premier risque
Heeft u ons bij de aanvraag van de verzekering een aantal gegevens verstrekt, zoals de
(nieuw)waarde van uw inventaris, de inkoopwaarde van uw goederen en uw huurdersbelang?
En heeft u uw inventaris, goederen en huurdersbelang op basis van premier risque verzekerd? Dan is het verzekerde bedrag op uw polis het bedrag dat wij bij schade of verlies maximaal vergoeden, ongeacht de werkelijke waarde. De onderverzekering uit artikel 36 is dan dus niet van toepassing.
Op uw polis staat of u uw inventaris, goederen en huurdersbelang op basis van premier risque
heeft verzekerd.
38. Indexeren
Ieder jaar indexeren wij het verzekerd bedrag met 3% per de premievervaldatum. Hierdoor verandert ook de premie.
De aanpassing van de premie is geen premiewijziging of wijziging van de voorwaarden zoals omschreven in de Algemene Voorwaarden van deze verzekering.
39. Verbrugging
Als u bent onderverzekerd bekijken wij of u van de verbruggingsregeling gebruik kunt maken. Dit is mogelijk als:
▪ uw andere gebouwen of inventaris/goederen ook bij ons zijn verzekerd; en
▪ zich op hetzelfde risicoadres bevinden; en
▪ als het verzekerd bedrag van die verzekeringen hoger is dan de werkelijke waarde daarvan.
U hebt dan voor deze zaken te veel premie betaald. Dit overschot gebruiken we dan voor de onderverzekerde zaken.
De verbruggingsregeling werkt als volgt:
Wij berekenen de premie voor alle te hoog en te laag verzekerde gebouwen of inventaris/goederen opnieuw naar de waarde direct vóór de gebeurtenis. Dit vergelijken wij met de eerder betaalde premie:
Is de premie die u had moeten betalen gelijk of lager dan de eerder betaalde premie? Dan hebben wij al voldoende premie ontvangen om alle verzekerde gebouwen of inventaris/goederen te verzekeren. Dan passen we de onderverzekering niet toe.
Is de premie die u had moeten betalen hoger dan de eerder betaalde premie? Dan hebben wij niet voldoende premie ontvangen om alle verzekerde gebouwen of inventaris/goederen te verzekeren. In dit geval passen we de onderverzekering wel toe.
Hoe groot de onderverzekering na deze herberekening nog is, hangt af van de verhouding tussen de premie die u in totaal heeft betaald en de premie die wij nodig hebben om alle verzekerde gebouwen of inventaris/goederen te verzekeren.
Let op:
Wij passen verbrugging niet toe bij:
▪ Gebouwen of inventaris/goederen die volgens de polis getaxeerd zijn of waar een waardebepaling heeft plaatsgevonden.
▪ Keuzedekkingen in de Aanvullende Voorwaarden.
40. Heeft u een eigen risico?
Op uw polis staat of u een eigen risico heeft en welk bedrag dit is.
Is het schadebedrag lager dan uw eigen risico? Xxx ontvangt u geen vergoeding van ons. Is het schadebedrag hoger? Dan trekken wij het eigen risico daarvan af.
Heeft u een verzekerde schade op deze verzekering en ook op onze Gebouwenverzekering? Dan geldt voor beide schades eenmaal het hoogste eigen risico.
41. Wat doet u bij schade?
Wij verwachten dat u er alles aan doet om schade te voorkomen. Heeft u toch schade? Dan moet u zich in elk geval houden aan de afspraken die staan genoemd in artikel 25 van de Algemene Voorwaarden Zakelijk. Daarnaast geldt het volgende als u schade heeft:
▪ u moet de schade kunnen aantonen. Bewaar beschadigde zaken zodat wij deze eventueel kunnen opvragen of kunnen laten onderzoeken;
▪ u moet de schade in ieder geval melden binnen 3 jaar nadat u bekend bent geworden met de schade. Na deze 3 jaar heeft u geen recht meer op vergoeding.
▪ u meldt ons direct als de gestolen, vermiste, verduisterde zaken weer terug zijn.
Doet u niet wat wij u vragen? En kunnen wij daardoor de schade niet goed vaststellen? Of wordt de schade daardoor groter? Dan vergoeden wij de schade niet of wij vergoeden minder.
42. Hoe stellen wij de schade vast?
▪ Wij stellen in overleg met u de schade vast.
▪ Of onze expert doet dit.
▪ Of onze expert doet dit samen met een expert van u.
▪ Of een derde expert doet dit.
Meer informatie hierover kunt u lezen in artikel 17 van deze Productvoorwaarden.
Wijzigingen die van belang zijn voor deze verzekering moet u zo snel mogelijk maar uiterlijk binnen 30 dagen na de wijziging aan ons doorgeven.
Zo zorgt u ervoor dat u goed verzekerd bent en blijft. Hieronder leest u welke wijzigingen u in ieder geval moet melden en wat dit voor uw verzekering betekent.
43. Welke wijzigingen moet u aan ons doorgeven?
Belangrijke wijzigingen geeft u via uw adviseur aan ons door.
U leest in de Algemene Voorwaarden welke wijzigingen u moet doorgeven. Verder geeft u in ieder geval aan ons door als:
▪ de verzekerde bedrijfsactiviteiten, de rechtsvorm, de bedrijfsnaam en /of het adres veranderen;
▪ u andere zaken en/of diensten levert of aanbiedt dan op uw polis staat;
▪ uw bezittingen langer dan 3 maanden buiten het terrein van het verzekerde adres zullen zijn;
▪ de bestemming, de bouwaard of het gebruik van het gebouw verandert;
▪ het gebouw geheel of gedeeltelijk leeg staat;
▪ het gebouw (naar verwachting) langer dan 2 maanden niet wordt gebruikt;
▪ het gebouw (gedeeltelijk) is gekraakt;
▪ het gebouw wordt verbouwd;
▪ de verzekeringnemer overlijdt.
Wij laten u dan weten dat:
▪ wij de verzekering ongewijzigd voortzetten; of
▪ onder welke voorwaarden en/of tegen welke premie wij de verzekering voortzetten; of
▪ wij de verzekering stoppen.
44. Meldt u een wijziging niet of niet op tijd?
Dan leest u in de Algemene Voorwaarden welke gevolgen dit kan hebben.
45. Wat gebeurt bij overlijden van de verzekeringnemer?
Is de verzekeringnemer overleden?
Dan loopt de verzekering nog 2 maanden door. Sluit de nieuwe eigenaar van de inventaris en goederen in deze tijd een andere verzekering voor de inventaris en goederen af? Dan geldt deze verzekering niet meer.
Let op:
Is de verzekeringnemer en het bedrijf een eenmanszaak? Dan stopt de verzekering zonder opzegging op de dag na overlijden van de verzekeringnemer.
46. Uw gebouw staat leeg, is buiten gebruik of wordt verbouwd?
▪ Wordt het gebouw of een gedeelte van het gebouw langer dan 2 aaneengesloten maanden niet gebruikt?
▪ Staat het gebouw geheel of gedeeltelijk leeg? Of:
▪ Wordt het gebouw verbouwd?
Dan bent u vanaf 2 maanden daarna alleen verzekerd voor schade door brand en het blussen van brand, blikseminslag, ontploffing en het neervallen van (onderdelen van) lucht- of ruimtevaartuigen en meteorieten.
47. Is uw gebouw gekraakt?
Dan bent u direct vanaf het moment van kraak alleen verzekerd voor schade door brand en het blussen van brand, blikseminslag, ontploffing en het neervallen van (onderdelen van) lucht- of ruimtevaartuigen en meteorieten.
48. U brengt de verzekerde zaken in een vennootschap
Dan blijven deze zaken verzekerd. U als verzekeringnemer blijft verantwoordelijk voor de betaling van de premie.
1. Antiquiteits- of zeldzaamheidswaarde
De waarde die men aan iets toekent uit hoofde van de zeldzaamheid.
2. Bereddingskosten
De kosten die u moet maken om schade te voorkomen of te beperken als er acuut een plotselinge en directe schade dreigt te ontstaan. En de schade die ontstaat aan de zaken die u daarbij gebruikt.
3. Beplanting en tuinaanleg
Planten, bomen en bestrating, inclusief terreinafscheiding van struiken, bomen en planten.
4. Blikseminslag
Blikseminslag, onder-/overspanning en inductie door bliksemactiviteiten.
5. Braak
Iemand dringt het gebouw binnen door de afsluitingen aan de buitenkant van het gebouw te verbreken waardoor zichtbare schade aan dat gebouw ontstaat.
6. Brand
Vuur met vlammen dat tot verbranding leidt en in staat is zich uit eigen kracht te verspreiden. Onder brand valt onder andere niet:
▪ Zengen, schroeien, smelten, verkolen, broeien.
▪ Doorbranden van elektrische apparaten en motoren.
▪ Oververhitten, doorbranden of doorbreken van ovens en ketels.
▪ Vuur dat binnen een speciaal daarvoor aangelegde haard blijft.
7. Dagwaarde
De nieuwwaarde onder aftrek van een bedrag wegens waardevermindering door veroudering, slijtage of bestaande gebreken.
8. Dak
De gehele dakconstructie. Dat omvat de dakbedekking, de dakbalken, het dakbeschot en de dakisolatie.
9. Eigen gebrek
Een slechte eigenschap van de zaak zelf die niet is veroorzaakt door een gebeurtenis van buitenaf en die niet het gevolg is van slecht of achterstallig onderhoud of van slijtage.
Bijvoorbeeld: fouten of defecten van het gebruikte materiaal of een ontwerp- of constructiefout.
10. Europa
De landen van de Europese Unie, Andorra, (Turks) Cyprus, IJsland, Kanaaleilanden, Liechtenstein, Monaco, Noorwegen, San Xxxxxx, Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk.
11. Gebeurtenis
Een voorval of een reeks van voorvallen die met elkaar verband houden, waardoor schade ontstaat. De gebeurtenis moet onvoorzien plaatsvinden tijdens de looptijd van de verzekering.
12. Gebouw
Het (deel van het) gebouw dat bij u in gebruik is op het risicoadres dat op de polis staat.
13. Geld, waardepapier en vals geld
Muntgeld en bankbiljetten die wettig betaalmiddel zijn.
Met waardepapier bedoelen wij: papieren waar men in het algemeen een zekere geldwaarde aan toekent zoals spaarzegels, waardebonnen en postzegels. Maar ook creditcards en elektronische betaalmiddelen die van uw bedrijf zijn en voor de bedrijfsvoering beschikbaar zijn.
Met vals geld bedoelen wij: geld dat is vervalst en niet direct als vals geld te herkennen is, ook niet met beschikbare hulpmiddelen die bij het in ontvangst nemen gebruikelijk zijn.
14. Glas
Het glas dat onderdeel is van het gebouw en bedoeld is om licht door te laten.
15. Goederen
Grond- en hulpstoffen, halffabricaten, eindproducten, voorraden, zaken in bewerking, emballage, brandstoffen en reinigingsmiddelen. Deze moeten verband houden met of horen bij het beroep, bedrijf of de activiteiten die u uitoefent en die op uw polis staan.
16. Herstelkosten
De kosten van het herstel van uw beschadigde inventaris, goederen of huurdersbelang.
17. Huurdersbelang
De bouwkundige wijzigingen, verbeteringen en uitbreidingen die door de huurder op eigen kosten aan het gebouw of op het terrein zijn aangebracht. Bijvoorbeeld sanitair-, keuken- en beveiligingsinstallaties, parketvloeren, betimmeringen, schilder-, wit- en metselwerk, verwarmings- en airconditioninginstallaties, terreinafscheidingen, schuttingen, zonweringen en rolluiken.
De volgende zaken vallen niet onder huurdersbelang:
▪ Vitrines en eilandetalages inclusief de inhoud.
▪ Zonneschermen, markiezen en uithangborden die aan het gebouw zijn bevestigd.
▪ Parkeerautomaten, parkeerinstallaties, laadpalen, antennes en camera’s.
▪ Zonnepanelen op of aan het gebouw.
18. Implosie
Een plotselinge, onvoorzienbare instorting van een hol voorwerp door uitwendige overdruk die het gevolg is van inwendige onderdruk.
19. Inkoopwaarde
Het bedrag dat u betaalt als u uw goederen direct voor de schade opnieuw zou kopen. Dit geldt voor de inkoopwaarde voor goederen van zowel halfproduct als gereed product.
20. Inventaris
Alle zaken die u gebruikt voor de uitoefening van uw bedrijf en beroep.
Hieronder vallen o.a. niet: gebouwen, geld en geldwaardige papieren, goederen, motorvoertuigen, aanhangwagens en vaartuigen.
21. Leidingen
Leidingen die deel uitmaken van het vaste leidingnetwerk in het gebouw. Dit zijn leidingen die water transporteren en bedoeld zijn om zonder toezicht te functioneren, die zijn aangesloten en die constant dezelfde druk als de waterleiding of de centrale verwarmingsleiding kunnen weerstaan.
Met leidingen bedoelen wij niet:
een elektriciteitsleiding, een vulslang van een CV-installatie of een tuinslang, ook niet als deze is aangesloten op het vaste leidingnet, een gasleiding en een rookgasafvoer.
22. Luchtverkeer
▪ Een vertrekkend, vliegend, landend of vallend lucht- of ruimtevaartuig;
▪ of een hieraan verbonden, hiervan losgeraakt, hieruit geworpen of gevallen projectiel, ontploffingsmiddel of ander voorwerp.
23. Milieuaantasting
Het vrijkomen van gassen, vloeistoffen en/of fijnverdeelde stoffen. Deze stoffen veroorzaken een besmettende, bedervende of verontreinigende werking in of op de lucht, de bodem, het oppervlaktewater of een al dan niet ondergronds(e) water(gang). Dit omvat ook schade veroorzaakt door geluid, hoogenergetisch ioniseren, radiogolven of elektromagnetische velden.
24. Nieuwwaarde
Het bedrag dat nodig is om nieuwe zaken van dezelfde soort en van gelijkwaardige kwaliteit en specificaties te kopen.
25. Ontploffing
Een plotselinge explosieve reactie van gassen, dampen, vloeibare en/of vaste stoffen.
▪ Is de ontploffing ontstaan buiten een vat?
Dan moet die het directe gevolg zijn van een scheikundige reactie.
▪ Is de ontploffing ontstaan binnen een vat (al dan niet gesloten)?
Dan moet er een opening in de wand van het vat zijn ontstaan door de druk van de gassen of dampen in het vat en door die opening is de druk binnen en buiten het vat plotseling aan elkaar gelijk geworden.
Het maakt niet uit hoe de gassen of dampen zijn ontstaan. En ook niet of deze al vóór de
ontploffing aanwezig waren, of juist niet.
26. Opruimingskosten
De noodzakelijke kosten om de beschadigde verzekerde zaken van uw gebouw of een ander verzekerd gebouw af te breken, weg te ruimen en/of daarna af te voeren.
27. Overstroming van niet-primaire waterkeringen
Een overstroming van water uit rivieren, meren, kanalen of sloten door het onvoorzien bezwijken, beschadigen, overlopen of falen van dijken, kaden, sluizen of andere niet-primaire waterkeringen.
Het maakt daarbij niet uit of de overstroming de oorzaak of het gevolg is van een gebeurtenis die verzekerd is. Waterkeringen zijn objecten, werken of constructies die water kunnen tegenhouden in geval van hoogwater. We maken onderscheid tussen primaire en niet-primaire waterkeringen.
Primaire waterkeringen zijn objecten, werken of constructies die bescherming bieden tegen overstroming bij hoogwater vanuit bijvoorbeeld de Noordzee, de Waddenzee, de grote rivieren Rijn, Maas en Westerschelde, de Oosterschelde, het IJsselmeer, het Markermeer, het Volkerak- Zoommeer, het Grevelingenmeer, het getijdedeel van de Hollandsche IJssel en de Veluwerandmeren.
De primaire waterkeringen zijn vastgelegd in de Waterwet en het Nationaal Basisbestand Primaire Waterkeringen.
Niet-primaire waterkeringen zijn objecten, werken of constructies die beveiliging bieden tegen overstroming en die volgens de Waterwet niet als primaire waterkering zijn vastgelegd.
28. Premier Risque
Een verzekering waar een vast bedrag is verzekerd. Dit is het bedrag dat bij schade of verlies maximaal wordt vergoed, ongeacht de werkelijke waarde. Onderverzekering is dan niet van toepassing.
29. Primaire en niet-primaire waterkeringen
Ga naar begrip “Overstroming van niet-primaire waterkeringen”.
30. Rellen en opstootjes
Ongeregeldheden, die kunnen worden omschreven als kortstondige incidentele geweldsuitingen.
31. Storm
Een windsnelheid van ten minste 14 meter per seconde. Dat is windkracht 7 of hoger op de schaal van beaufort.
32. Vandalisme
Het opzettelijk en onrechtmatig vernietigen, beschadigen, bekladden, onbruikbaar maken of wegmaken van eigendom van een ander.
33. Verbouwing
Bouwactiviteiten aan het gebouw op het risicoadres waarbij het gebouw helemaal of voor een deel niet wind- en waterdicht is.
34. Verbrugging
Als bij onderverzekering een overschot van premie voor een andere gebouwen of inventaris/goederen verzekering op hetzelfde adres ten goede komt aan de onderverzekerde inventaris/goederen.
35. Verzekerde zaken
Dit zijn de inventaris en goederen, waaronder voorraden, voorwerpen en andere spullen die uw bedrijf heeft. Welke zaken wij verzekeren en hoe wij dat doen, hangt af van deze polisvoorwaarden en de polis.
36. Werkstakingen
Wanneer werknemers bewust en zonder toestemming van de werkgever het werk neerleggen om actie te voeren.