CONSORTIUMOVEREENKOMST RAAK-MKB PROJECT
CONSORTIUMOVEREENKOMST RAAK-MKB PROJECT
Ruimte voor landbouw- en voedseltransitie Projectnummer: 19400189
CONSORTIUMPARTIJEN:
1. Stichting HAS Opleidingen, gevestigd te Xxxxxxxxxxxxxxxxxx 000, 0000 XX ‘s Hertogenbosch, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door , Voorzitter College van Bestuur, hierna verder te noemen: “HAS”;
2. Ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit, gevestigd te ’s-Gravenhage, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door , hierna verder te noemen: “LNV”;
3. Provincie Zuid-Holland, gevestigd te ’s-Gravenhage, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw A. Bom-Lemstra, gedeputeerde Landbouw van de provincie Zuid-Holland, hierna verder te noemen: “PZH”;
4. LTO-Noord, gevestigd te Zwolle , hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door , directeur LTO-Noord, hierna verder te noemen: “LTO-N”;
5. ZLTO, gevestigd te ‘s-Hertogenbosch , hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door
, voorzitter XXXX, hierna verder te noemen: “ZLTO”;
6. Stichting Atelier Waarden van het Land, gevestigd te ’s-Hertogenbosch , hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door , hierna verder te noemen: “WhL”;
7. Het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt, gevestigd te Utrecht, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door , hierna verder te noemen: “NAJK”;
8. N&M Noord-Holland, gevestigd te Zaandam, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door voorzitter, hierna verder te noemen: “N&M NH”;
9. Flynth adviseurs, gevestigd te Arnhem, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door
hierna verder te noemen: “Flynth”;
10. Hogeschool Inholland, gevestigd te Amsterdam, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door
, hierna verder te noemen: “Inh”;
Gezamenlijk tevens te noemen: “Partijen”, en ieder afzonderlijk: “Partij”;
Overwegende dat:
- De HAS voor en namens Partijen voor de financiering van het Project Ruimte voor landbouw- en voedseltransitie
- het Project Ruimte voor landbouw- en voedseltransitie] een subsidieaanvraag heeft ingediend bij het programma Subsidieregeling RAAK-MKB, die wordt uitgevoerd door Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek SIA (hierna: SIA), onderdeel van Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO);
- In het subsidiebesluit genomen door het bestuur van SIA d.d. 28 januari 2019 met kenmerk: SVB
/ RAAK.PUB05.044 de aangevraagde subsidie is toegekend op grond van het ingediende Projectvoorstel;
- Partijen zich akkoord verklaren met de uitvoering van het Project Ruimte voor landbouw- en voedseltransitie
- Partijen in deze Overeenkomst hun onderlinge verhouding willen regelen conform ieders aandeel in het Project en in overeenstemming met de geldende subsidieregels en andere wet- en regelgeving.
Partijen komen overeen als volgt:
Artikel 1 Definities
Achtergrondkennis: Alle niet openbare kennis, knowhow en technische informatie en alle
Intellectuele Eigendomsrechten die eigendom zijn van of gecontroleerd worden door een Partij, die niet in het kader van het Project is gegenereerd, maar die door die Partij ter beschikking wordt gesteld omdat ze door die Partij noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering van het Project, daaronder begrepen alle Vertrouwelijke Informatie;
Kennisinstellingen: De kennisinstellingen die Partij zijn bij deze Overeenkomst, in dit geval de HAS en Inh;
Penvoerder: Stichting HAS Opleidingen;
Projectresultaten: Alle resultaten die voortvloeien uit de uitvoering van het Project door
Partijen, met inbegrip van knowhow en Intellectuele Eigendomsrechten met betrekking tot zulke resultaten, en die vallen binnen de doelstelling van het Project;
Projectvoorstel: Het door SIA goedgekeurde Projectvoorstel inclusief de daaraan
gehechte projectbegroting zoals opgenomen in Bijlage 1 bij deze Overeenkomst; het Projectvoorstel maakt integraal onderdeel uit van deze overeenkomst;
Subsidiebesluit: Het subsidiebesluit genomen door het bestuur van SIA d.d. 28-1-2019
met kenmerk: SVB / RAAK.PUB05.044 zoals opgenomen in Bijlage 2 bij deze Overeenkomst; het subsidiebesluit maakt integraal onderdeel uit van deze overeenkomst;
Vertrouwelijke Informatie: Alle informatie van welke aard of vorm dan ook, die tijdens het Project door de ene Partij wordt verstrekt aan een andere Partij, met uitzondering van Projectresultaten, en die:
- indien schriftelijk verstrekt, gemerkt is als vertrouwelijk op het moment van verstrekken, of
- indien mondeling meegedeeld, als vertrouwelijk is aangemerkt op het moment van verstrekken en binnen 30 dagen na het verstrekken schriftelijk als vertrouwelijk is bevestigd.
Artikel 2 Doel en randvoorwaarden
2.1 Partijen verklaren en verzekeren elkaar dat er geen bijzondere contractuele verplichtingen zijn die partijen zouden kunnen belemmeren of beperken in het sluiten of uitvoeren van de onderhavige overeenkomst.
2.2 Partijen zullen gezamenlijk het Project uitvoeren conform het ingediende Projectvoorstel en onder de voorwaarden gesteld in de regeling RAAK-MKB (call juni 2018), het Subsidiebesluit, de NWO regeling subsidies van 1 mei 2017 en het NWO Fraudeprotocol van 15 mei 2013.
2.3 In het geval bepalingen uit de verschillende van toepassing zijnde regelingen niet met elkaar verenigbaar zijn, geldt de volgende rangorde: het Subsidiebesluit, de regeling RAAK-MKB (call call juni 2018 ), de NWO regeling subsidies, het NWO Fraudeprotocol, deze Overeenkomst, het Projectvoorstel.
2.4 Het Project wordt uitgevoerd conform de principes van goed wetenschappelijk onderzoek zoals weergeven in de meest recente versies van de richtlijnen ten aanzien van Wetenschapsbeoefening van de VSNU (Nederlandse Gedragscode Wetenschapsbeoefening) en voor zover een Partij een Integriteitscode hanteert, handelt die Partij ook conform haar Integriteitscode.
2.5 Indien data uitgewisseld wordt tussen Partijen, zullen die Partijen de wettelijke voorschriften en relevante regelgeving daaromtrent naleven.
2.6 Indien er gewerkt wordt met persoonsgegevens zullen Partijen de principes van de meest recente versie van de richtlijnen van de VSNU (Gedragscode voor gebruik persoonsgegevens in wetenschappelijk onderzoek) naleven alsmede alle voor hen geldende interne regelgeving.
Artikel 3 Financiën
3.1 Partijen zijn ieder voor zich verantwoordelijk om de door hen uit te voeren werkzaamheden volgens de Projectvoorstel en de daaraan gerelateerde Projectbegroting uit te voeren (Bijlage 1).
3.2 SIA betaalt de subsidie aan de Penvoerder. De Penvoerder draagt zorg voor de verdeling van de ontvangen subsidiebijdragen.
3.3 De verdeling van het subsidiebedrag is als volgt:
Partners | Inspanningsverplichting | Cash bijdrage | ||||||
Totaal: | … waarvan gesubsidieerd: | … waarvan In kind bijdrage: | ||||||
HAS | € | 310.832 | € | 201.032 | € | - | € | - |
LNV | € | 19.200 | € | - | € | 19.200 | € | 30.000 |
PZH | € | 28.800 | € | - | € | 28.800 | € | 58.530 |
LTO-N | € | 25.797 | € | 9.600 | € | 16.197 | € | 20.000 |
ZLTO | € | 20.134 | € | 4.200 | € | 15.934 | € | - |
WHL | € | 20.134 | € | 4.200 | € | 15.934 | € | - |
NAJK | € | 17.618 | € | 3.700 | € | 13.918 | € | - |
N&M NH | € | 20.134 | € | 8.000 | € | 12.134 | € | - |
Flynth | € | 39.010 | € | 20.000 | € | 19.010 | € | 20.000 |
Inh | € | 55.640 | € | 27.820 | € | 27.820 | € | - |
€ | 557.300 | € | 278.552 | € | 168.948 | € | 128.530 |
3.4 Partijen zijn bij de start van de samenwerking overeengekomen dat partijen hun werkzaamheden uitvoeren tegen een tarief in € van:
Partners | Tarief |
HAS | € 63-€ 103 |
LNV | € 100,00 |
PZH | € 100,00 |
LTO-N | € 157,30 |
ZLTO | € 157,30 |
WHL | € 157,30 |
NAJK | € 157,30 |
N&M NH | € 157,30 |
Flynth | € 157,30 |
Inh | € 63- € 103 |
3.5 Doorbetaling van de subsidie door de Penvoerder aan de andere Partijen geschiedt op basis van declaratie door de andere Partijen van de daadwerkelijk gemaakte uren aan de hand van urenstaten. Uitbetaling door de Penvoerder van de subsidiebedragen aan Partijen vindt pas plaats nadat betaling door SIA aan de Penvoerder heeft plaatsgevonden.
3.6 Aan een Partij die minder dan het toegekende bedrag uitgeeft, zal een dienovereenkomstig lager bedrag worden uitgekeerd. Partijen zullen niet meer subsidie ontvangen dan de aan hen volgens de begroting toegekende bedragen.
3.7 De Penvoerder draagt conform het Subsidiebesluit zorg voor een doelmatige (financiële) administratie van het project ten behoeve van SIA.
3.8 Elke Partij draagt zorg voor een adequate financiële vastlegging van haar deel in het project. Elke Partij is verantwoordelijk voor een deugdelijke administratie van haar deel in het project en zorgt voor een controleverklaring die voldoet aan de in de subsidievoorwaarden gestelde eisen.
3.9 Elke Partij stelt tijdig adequate gegevens ter beschikking aan de Penvoerder volgens de eisen van de SIA inzake termijnen en deugdelijkheid van voortgangsrapportages, tussen- en eindrapportage.
3.10 De toekenningsbijdrage van SIA wordt definitief vastgesteld aan de hand van de eindverantwoording. Dit kan leiden tot een bijstelling van de toekenningsbijdrage. Indien SIA een lager bedrag uitbetaalt dan in de begroting is opgenomen dan wordt dit bedrag gekort op de subsidie van een Partij die minder uren heeft gemaakt dan begroot, zoals blijkt uit de ingediende urenstaten met daadwerkelijk gemaakte uren. Indien of voor zover een van de Partijen die niet in aanmerking komt voor een subsidie minder uren maakt dan begroot dan wordt eerst onderling een oplossing gezocht. Indien een oplossing niet wordt bereikt en SIA daarom minder uitbetaalt dan wordt de uitbetaling aan iedere Partij verminderd naar rato van het bedrag dat ze conform het subsidiebesluit zouden ontvangen.
Artikel 4 Rechten op resultaten
4.1 Achtergrondkennis blijft eigendom van de inbrengende Partij en zal voor zover het vertrouwelijke Achtergrondkennis betreft door de andere Partijen worden behandeld als Vertrouwelijke Informatie, zoals uitgewerkt in artikel 5. Elke Partij heeft het recht de Achtergrondkennis van elk van de andere Partijen te gebruiken voor de uitvoering van het Project, tenzij andere verplichtingen die zijn aangegaan door de inbrengende Partij dit in de weg staan. Indien dit het geval is dient de inbrengende Partij dat aan te geven op het moment dat een andere Partij aangeeft die Achtergrondkennis te willen gebruiken. Dit recht voor gebruik van Achtergrondkennis binnen het Project is zonder kosten, niet-exclusief, niet- overdraagbaar, bevat niet het recht om sub-licenties aan derden te verstrekken en is beperkt tot de duur en de uitvoering van het Project.
4.2 Projectresultaten zijn eigendom van de Partij die de Projectresultaten heeft gegenereerd. Een Projectresultaat kan door de eigenaar vrij worden gebruikt voor commerciële en niet- commerciële doeleinden.
4.3 Indien meerdere Partijen gezamenlijk Projectresultaten genereren, komt aan die Partijen het gezamenlijke intellectuele eigendomsrecht toe dat rust op die Projectresultaten. Partij(en) die gezamenlijk Projectresultaten genereren maken zo nodig nadere afspraken over bescherming, gebruik en opbrengst van die gezamenlijke Projectresultaten. Elk van de eigenaren van de gezamenlijke Projectresultaten mag die gebruiken voor niet-commerciële doeleinden, waaronder onderzoeks- en opleidingsactiviteiten. Voor gebruik voor commerciële doeleinden van een dergelijk Projectresultaat is voorafgaande toestemming van de mede-eigenaren nodig en dient aan de andere eigenaren een nader overeen te komen vergoeding betaald te worden.
4.4 Partijen erkennen dat de Kennisinstellingen onder meer als taak hebben om studenten op te leiden en onderzoek te doen. De Kennisinstellingen zijn derhalve gerechtigd alle Projectresultaten kosteloos en zonder voorafgaande toestemming van de andere betrokken Partij(en) voor onderwijs- en onderzoekdoeleinden aan te wenden, met inachtneming van hetgeen is bepaald in artikel 5.
4.5 Indien noodzakelijk voor commercieel gebruik van haar Projectresultaten en behoudens rechten van derden, heeft iedere Partij het recht om van ieder van de Partijen een licentie te verkrijgen voor het gebruik van diens Projectresultaten en/of Achtergrondkennis op nader overeen te komen redelijke, marktconforme voorwaarden. Een dergelijke licentie dient binnen zes maanden na het einde van het Project te worden overeengekomen.
4.6 Bij voortijdige beëindiging van deze Overeenkomst door een Partij wordt door die Partij afstand gedaan van alle rechten op de Projectresultaten van andere Partijen. De rechten die de Partij die de Overeenkomst voortijdig beëindigt aan de overige Partijen heeft verstrekt, blijven ook na beëindiging in stand.
Artikel 5 Geheimhouding en publicatie
5.1 Elke Partij houdt de aan haar door de andere Partijen ter beschikking gestelde Vertrouwelijke Informatie geheim en gebruikt deze niet voor enig ander doel dan de uitvoering van het Project. Deze verplichting geldt niet voor zover een ontvangende Partij kan aantonen dat:
a. de Vertrouwelijke Informatie al in het bezit is van de ontvangende Partij op het moment dat de Vertrouwelijke Informatie aan die Partij wordt medegedeeld;
b. de Vertrouwelijke Informatie van algemene bekendheid is of wordt, zonder dat dit het gevolg is van enig verwijtbaar handelen of nalaten van de ontvangende Partij;
c. Vertrouwelijke Informatie op rechtmatige wijze door de ontvangende Partij wordt verkregen van een derde (tenzij de ontvangende Partij weet of in redelijkheid moet vermoeden dat die derde niet gerechtigd is de informatie te verstrekken);
d. Vertrouwelijke Informatie wordt verkregen uit eigen onderzoek zonder dat daarbij op enigerlei wijze gebruik wordt gemaakt van Vertrouwelijke Informatie uit het Project;
e. Vertrouwelijke Informatie geopenbaard dient te worden op bevel van een bevoegde rechterlijke instantie of op grond van een wettelijke verplichting.
5.2 Elk der Partijen staat er voor in dat ook haar personeel en eventueel door haar ten behoeve van het Project ingeschakelde derden zich zullen houden aan de in dit artikel genoemde verplichtingen. Partijen zullen Vertrouwelijke Informatie volstrekt geheim houden tijdens en gedurende een periode van twee (2) jaar na het einde van deze Overeenkomst, behoudens anders luidende overeenstemming.
5.3 Partijen zullen de Projectresultaten zo spoedig mogelijk voor het publiek en voor verder onderzoek toegankelijk maken, door middel van presentaties op symposia en beurzen, via posters of folders, door publicatie in tijdschriften of middels een andere vorm van schriftelijke openbaarmaking. De Kennisinstellingen zijn in beginsel de Partijen die de Projectresultaten in vakbladen publiceren, met gebruikmaking van de standaarden die gelden ten aanzien van auteurschap bij wetenschappelijke publicaties.
5.4 Een Partij die het voornemen heeft tot publicatie of openbaarmaking van Projectresultaten over te gaan, legt de voorgenomen publicatie of openbaarmaking voor aan de andere Partijen (een “Voorgenomen Publicatie”). Deze andere Partijen kunnen gedurende een periode van ten hoogste dertig (30) dagen na de datum van ontvangst van de Voorgenomen Publicatie schriftelijk bezwaar indienen tegen de publicatie daarvan met het oog op: a. het veiligstellen van Intellectuele Eigendomsrechten en/of b. bescherming van Vertrouwelijke Informatie. Van deze mogelijkheid bezwaar aan te tekenen zal op een redelijke manier gebruik gemaakt worden. Indien de andere Partijen niet binnen een periode van dertig (30) dagen na ontvangst van de Voorgenomen Publicatie hebben gereageerd wordt de toestemming geacht te zijn verleend. Indien een Partij bezwaar maakt tegen een Voorgenomen Publicatie omdat die
meent dat de ze Vertrouwelijke Informatie bevat, zullen die Partij en de publicerende Partij in goed onderling overleg binnen een redelijke termijn (maximaal zestig (60) dagen na ontvangst van de Voorgenomen Publicatie) een oplossing zoeken waarbij Vertrouwelijk Informatie wordt verwijderd en de wetenschappelijke kwaliteit van de publicatie gewaarborgd blijft. Na ommekomst van bovengenoemde termijn(en) is publicatie van de Voorgenomen Publicatie mogelijk. Partijen zullen samenwerken om de tijdige indiening, publicatie en verdediging van een proefschrift of scriptie mogelijk te maken.
Artikel 6 Aansprakelijkheid
6.1 De aansprakelijkheid van Partijen jegens elkaar is beperkt tot schade van andere Partij(en) die het rechtstreekse gevolg is van een toerekenbare tekortkoming van de ene Partij in de nakoming van de verplichtingen uit deze Overeenkomst, en is in elk geval beperkt tot maximaal het aan de aansprakelijke Partij uitgekeerde subsidiebedrag van de SIA, tenzij sprake is van opzet of grove schuld.
6.2 Elke Partij vrijwaart elke andere Partij voor alle aanspraken van derden wegens door deze derden geleden schade veroorzaakt door het gebruik van Projectresultaten die door de eerstgenoemde Partij aan die derden ter beschikking zijn gesteld, tenzij er sprake is van opzet of grove schuld aan de zijde van een andere Partij.
6.3 Met inachtneming van hetgeen is bepaald in artikel 3 geldt dat indien Partijen verplicht zijn tot terugbetaling van subsidie jegens SIA, elke Partij aansprakelijk is voor terugbetaling van het deel van de subsidie van SIA tot een hoogte van het aan die Partij uitgekeerde subsidiebedrag van de SIA. Indien een gedeelte van de subsidie moet worden terugbetaald omdat blijkt dat een Partij dat gedeelte van de subsidie onterecht heeft ontvangen, dan wel niet binnen de geldende voorwaarden heeft aangewend, dan vrijwaart die Partij de andere Partijen tegen de betreffende vordering van SIA.
Artikel 7 Overmacht
7.1 Een Partij zal niet aansprakelijk worden gehouden met betrekking tot het uitvoeren van enige van haar verplichtingen onder deze Overeenkomst en zal de gelegenheid worden gegeven om deze verplichtingen binnen een redelijke verlengde periode na te komen indien het uitvoeren wordt belemmerd door een onvoorzienbare gebeurtenis buiten de macht van die Partij, inclusief maar niet beperkt tot molest, industriële gebeurtenissen, oproer, oorlog, ongelukken, embargo’s of vordering (door de overheid), hierna aangeduid als “Overmacht”.
7.2 De niet-aansprakelijkheid in geval van Overmacht zal gelden ongeacht of de oorzaak van het niet kunnen uitvoeren of de vertraging op is getreden voorafgaande aan of na de afgesproken datum voor het completeren van de uit te voeren taak. Als de Overmacht ontstaat op een tijdstip dat de betreffende taak al afgerond had moeten zijn, is een Partij wel aansprakelijk voor de schade die is ontstaan vanaf het moment dat de taak afgerond had moeten zijn tot aan het moment dat de Overmacht optreedt.
7.3 In geval van Overmacht zal de getroffen Partij prompt de andere Partijen hiervan in kennis stellen en hen alle relevante informatie hieromtrent doen toekomen.
7.4 Indien een geval van Overmacht langer dan drie (3) maanden voortduurt, heeft elke Partij die hierdoor in de voortgang van haar eigen bijdrage aan het Project wordt belemmerd het recht om de Overeenkomst te beëindigen.
Artikel 8 Duur en beëindiging
8.1 Deze Overeenkomst treedt in werking op 1 februari 2019 en wordt aangegaan voor de gehele duur van het Project.
8.2 De Overeenkomst kan door Partijen worden beëindigd in onderling overleg en indien geen verdere subsidie wordt verkregen op het Project zoals na een negatieve beoordeling van SIA na indiening van de tussentijdse rapportages. Partijen maken in dat geval afspraken omtrent
de financiële afwikkeling, waarbij het Projectvoorstel en de Projectbegroting als leidraad dienen.
8.3 Indien SIA in enig stadium van het Project de verlening of verdere uitbetaling van subsidiebedragen beëindigt, respectievelijk beëindiging in het vooruitzicht stelt, zullen Partijen in onderling overleg treden teneinde te bezien of en in hoeverre het Project niettemin kan worden voortgezet, dan wel in gewijzigde vorm kan worden uitgevoerd. Partijen dienen hiertoe nadere schriftelijke afspraken te formuleren ter vervanging en/of aanvulling van deze Overeenkomst. Indien Partijen hierbij niet tot overeenstemming komen, heeft ieder van de Partijen het recht om de overeenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden, zonder dat rechterlijke tussenkomst vereist is.
8.4 Toetreding van nieuwe Partijen en/of uittreding of vervanging van een van de Partijen is slechts mogelijk door een besluit van de Partijen en met goedkeuring van SIA.
8.5 Indien en zodra:
a. een Partij toerekenbaar tekortschiet in de nakoming van haar verplichtingen onder deze Overeenkomst of de subsidieovereenkomst en deze tekortkoming niet ongedaan kan worden gemaakt of niet ongedaan wordt gemaakt binnen zestig (60) dagen nadat zij door de andere Partijen schriftelijk in gebreke is gesteld of;
b. een Partij in staat van faillissement wordt verklaard of aan haar surseance van betaling wordt verleend; dan wel een verzoek daartoe bij een rechtbank wordt ingediend; of
c. de zeggenschap over een Partij of haar bedrijf direct of indirect aan een derde wordt overgedragen; of
d. het bedrijf van een Partij wordt stilgelegd of geliquideerd;
hebben de overige Partijen gezamenlijk het recht deze Overeenkomst schriftelijk en met onmiddellijke ingang geheel of gedeeltelijk jegens die Partij te ontbinden zonder dat rechterlijke tussenkomst vereist is.
8.6 Indien en voor zover deze Overeenkomst jegens een Partij conform lid 5 wordt ontbonden, hebben de overige Partijen het recht om, in onderling overleg en behoudens goedkeuring van SIA, de rechten en verplichtingen van die Partij uit het Subsidiebesluit en deze Overeenkomst over te nemen, te herverdelen en/of aan een derde over te dragen en het Projectdeel van die Partij en daarop betrekking hebbende (deel-)betalingen van SIA te ontvangen.
8.7 De bepalingen uit deze Overeenkomst die naar hun aard bedoeld zijn ook na de beëindiging van deze Overeenkomst van kracht te blijven, zoals onder andere de bepalingen betreffende geheimhouding, publicatie en intellectueel eigendomsrecht, zullen ook na beëindiging onverminderd van kracht blijven.
Artikel 9. Toepasselijk recht en Geschillen
9.1 Op deze Overeenkomst is Nederlands recht van toepassing.
9.2 Alle geschillen tussen Partijen met betrekking tot of voortkomend uit deze Overeenkomst, die Partijen niet onderling kunnen oplossen, zullen worden voorgelegd aan de rechtbank te ‘s- Hertogenbosch.
Artikel 10 Slotbepalingen
10.1 Het gestelde onder “overwegende dat” maakt integraal onderdeel uit van deze overeenkomst.
10.2 Deze Overeenkomst en de bijgevoegde bijlagen kunnen slechts worden gewijzigd na schriftelijke overeenstemming tussen alle Partijen en na toestemming van XXX.
10.3 Het is geen der Partijen toegestaan haar rechten en verplichtingen onder deze Overeenkomst over te dragen aan een derde zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van de andere Partijen en, indien vereist, van SIA.
10.4 De ongeldigheid van enige bepaling van onderhavige Overeenkomst laat de verbindendheid van de overige bepalingen onverlet. Partijen zullen voorts trachten de nietige bepaling te vervangen door een wel geldende bepaling, die de bedoelingen van de Partijen bij en/of de strekking van de nietige bepaling zoveel mogelijk tot uitdrukking brengt.
Aldus overeengekomen en ondertekend,
Namens PZH
Naam: mevrouw A. Bom-Lemstra, gedeputeerde Landbouw Datum: