Contract
1.1. Algemeen
Karakter van de pensioenregeling | - Premieovereenkomst voor de beschikbare premie - Uitkeringsovereenkomst voor PP, WzP, Anw, WIA-excedent, PVI |
Pensioensysteem | Beschikbare premie |
Soort regeling | - Basis pensioenregeling (de enige pensioentoezegging van de werkgever) - Excedent pensioenregeling (extra toezegging naast een basisregeling die niet bij Aegon Cappital PPI loopt) - Hybride pensioenregeling (er is nog een andere toezegging bij Aegon of Aegon/Cappital PPI) |
Pensioendatum | Dit is de standaard pensioendatum, namelijk de eerste dag van de maand waarin de deelnemer 68 jaar wordt. Deze leeftijd volgt de pensioenrichtleeftijd in de Wet op de loonbelasting. Dit geldt ook voor al opgebouwde pensioenen. |
Persoonlijke pensioendatum | Eerste dag van de maand waarin de deelnemer daadwerkelijk met pensioen gaat. |
Opname in pensioenregeling | - Direct bij indiensttreding van de werknemer met inachtneming van de opnameleeftijd of; - Vanaf de ingangsdatum van de regeling. - Vanaf 1 januari 2024 is een opnameleeftijd van 18 jaar verplicht. |
Deelnemer | Xxxxxx is deelnemer als hij: - werknemer is bij de werkgever van de pensioenregeling; - met de werkgever een pensioenovereenkomst voor deze pensioenregeling heeft gesloten volgens het Pensioenreglement van Aegon Cappital; - geen werknemer meer is, maar nog wel pensioenaanspraken opbouwt omdat hij arbeidsongeschikt is. |
DGA/Zelfstandige zonder personeel | DGA’s en ZZP-ers mogen niet deelnemen aan deze regeling. |
Minimum opnameleeftijd in de regeling | - Geen - Vanaf 1 januari 2024 is de toetredingsleeftijd vanaf 18 jaar verplicht. Bepaalde partner: werknemers die jonger zijn dan de opnameleeftijd en een partner en/of kinderen hebben, moeten worden aangemeld. Onbepaalde partner: werknemers die jonger zijn dan de opnameleeftijd moeten worden aangemeld. |
Drempelperiode (wachttijd) | Geen |
Deeltijdarbeid | Pensioenopbouw evenredig aan arbeidstijd. Het parttime percentage is het werkelijke aantal arbeidsuren gedeeld door het aantal uren bij een fulltime dienstbetrekking. |
Voortzetting bij onbetaald verlof | Keuze deelnemer: - Volledige pensioenopbouw wordt voortgezet; |
- Alleen het partner- en wezenpensioen en eventueel het Anw- hiaatpensioen worden voortgezet. Aegon: in beide gevallen is geen premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid meeverzekerd. elipsLife: in beide gevallen is premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid meeverzekerd. De deelnemer kan wel extra inleggen. | |
Salarisdefinitie | Contracten met een ingangsdatum vanaf 01-01-2020: Het door de werkgever opgegeven pensioengevend salaris jaar exclusief variabele loonbestanddelen. Contracten met een ingangsdatum voor 01-01-2020: Het door de werkgever opgegeven pensioengevend salaris per maand exclusief loonbestanddelen. Afwijkingen hierop zijn mogelijk en ook toegestaan. |
Maximum salaris | - Fiscaal maximum. Voor 2024 € 137.800,00 of; - Eigen maximum bepaald door de werkgever |
Indexatie eigen maximum salaris | Keuze werkgever: - volgens AOW gehuwden; - volgens loonindex (CAO-lonen per maand inclusief bijzondere beloningen (totaal) voor de maand september); - volgens opgave werkgever. |
Datum aanpassing maximum salaris | 1 januari |
Franchise OP | - Fiscale franchise middelloon (100/75 * AOW gehuwd). Voor 2024 € 17.545,00 - Fiscale franchise eindloon (100/66,28 * AOW gehuwd). Voor 202 € 19.853,00 - Eigen franchise bepaald door de werkgever mits niet lager dan de fiscale franchise middelloon. |
Franchise PP en WzP | - Fiscale franchise middelloon (100/75 * AOW gehuwd). Voor 2024 € 17.545,00 - Fiscale franchise eindloon (100/66,28 * AOW gehuwd). Voor 2024 € 19.853,00 - Eigen franchise bepaald door de werkgever mits niet lager dan de fiscale franchise middelloon. In de POT is geen validatie ingebouwd in relatie tot de knip. |
Franchise basisregeling | Maximaal € 25.000 |
Franchise excedentregeling | Minimaal € 25.001 |
Indexatie eigen franchise | Keuze werkgever: - volgens AOW gehuwden; - volgens loonindex (CAO-lonen per maand inclusief bijzondere beloningen (totaal) voor de maand september); - volgens opgave werkgever. |
Pensioengrondslag | Pensioengevend salaris minus franchise |
Eigen bijdrage werknemer | Tussen werkgever en werknemer overeen te komen. |
1.2. Acceptatie
Medische waarborgen | Geen. |
Stijging pensioengevend salaris | Aegon: maximaal 15% per jaar. Geldt voor het partner- en wezenpensioen en de premievrijstelling over de beschikbare premie. elipsLife: maximaal 25% per jaar. Geldt voor het partner- en wezenpensioen, WIA-excedentpensioen en de premievrijstelling over de beschikbare premie. Het maximum salaris is het minimum van 2 bedragen: 1. Het salaris van 1 jaar terug verhoogd met 15% of 25% 2. Het salaris op de startdatum verhoogd met 15% of 25% per jaar (= salaris * 1,15n of 1,25n) |
Aanmelden vrijwillig Anw-hiaatpensioen | De deelnemer moet binnen drie maanden nadat hij is gaan deelnemen aan de regeling of een partner of kind heeft gekregen, doorgeven of hij een Anw-hiaatpensioen wil verzekeren. Latere aanmelding is mogelijk, er zijn dan wel gezondheidswaarborgen nodig. Voor een deelnemer die gaat samenwonen zonder samenlevingscontract gaat de termijn van drie maanden lopen zodra voldaan wordt aan de definitie van partnerschap (na 6 maanden). |
Beperking dekking overlijden | Xxxxxxxxx uitkering bij overlijden binnen een jaar bij - aanvang deelname - huwelijk - geregistreerd partnerschap - gezamenlijke huishouding - als het overlijden was te voorzien. Was er al een soortgelijke verzekering voor deze werknemer bij een pensioenuitvoerder direct voorafgaand aan de deelname aan deze regeling? Dan geldt de beperking alleen voor een uitbreiding of verhoging daarvan. |
2. Contract
2.1. Algemeen
Ingangsdatum contract | 1e van de maand. Op het moment dat de offerte wordt gemaakt, moet deze in de toekomst liggen. |
Einddatum contract | Laatste dag van de maand voorafgaand aan de ingangsdatum + contractduur. |
Contractduur | 3 of 5 jaar |
Minimum aantal deelnemers | 10 |
Maximum aantal deelnemers extern offreren | Aegon en elipsLife: 250 |
Juridische documenten | De op maat gemaakte juridische documenten worden als bijlage toegevoegd aan de offerte. Aanpassing alleen mogelijk op feebasis. Elk jaar worden de geactualiseerde flexfactoren in laag 3 geplaatst. |
Opzegtermijn | n.v.t. |
IAS/IFRS | De pensioenregeling kwalificeert in beginsel als DC-regeling in de zin van IAS/IFRS. Uiteindelijk bepaalt de accountant of er sprake is van een DC-regeling in de zin van IAS/IFRS. |
Indexering bedragen | Bedragen waarop indexatie van toepassing is: Jaarlijks op 1 januari op basis van het gemiddelde van loon- en prijsindex. De eerstvolgende aanpassing is op 1 januari 2025. Bedragen waarop geen indexatie van toepassing is, kunnen jaarlijks door ons worden aangepast. |
Wijziging contract door werkgever | De gewenste wijzigingen moeten binnen het contract passen. De werkgever is mogelijk wijzigingskosten verschuldigd. Doorvoeren van de wijziging(en) vindt in goed onderling overleg plaats. |
Beëindiging contract | - Premievrij maken (default); - Nieuwe uitvoeringsovereenkomst sluiten met Aegon Cappital; - Collectieve waardeoverdracht rechten en plichten naar andere pensioenuitvoerder. |
2.2. Administratie en premiebetaling
Facturering | De werkgever ontvangt elke maand rond de 15e een factuur voor de premie voor die maand. Deze moet binnen ca. 7 dagen betaald zijn. Als de werkgever te laat betaalt, dan wordt er een maand later belegd. De exacte data van de factuur en de betaling staan in de notaplanning op het werkgeversportaal. |
Betalingstermijn | Maand |
Premietermijn | 1e van elke maand |
Betalingsmogelijkheden | Maandelijks op basis van een nota. De werkgever kan kiezen voor zakelijke Europese incasso of voor handmatige betalingen. |
3. Beleggingspensioen
3.1 Algemeen
Beschikbare premiestaffel | Netto staffel |
Rekenrente staffel | Keuze werkgever: |
- 4% - 3% - 2% - 1,5% - Eigen staffel (alleen via offertemedewerker) | |||
Herkomst fiscale 3% en 4%-staffel | Staffel II (OP/PP) volgens het besluit van 12 februari 2013 (BLKB2013/43M) / 17 december 0000 (XXXX0000-0000X) / 00 december 2019, nr. 2019-21333. Ps. De impact van het staffelbesluit van 26 juni 2023 was fractioneel. De staffels zijn hierop niet aangepast. | ||
Fiscale 3% en 4% staffel (besluit van 20 december 2019) | Staffel II (OP/PP) | ||
Vanaf leeftijd | 3% rekenrente | 4% rekenrente | |
15 | 7,0% | 3,9% | |
20 | 7,7% | 4,4% | |
25 | 9,0% | 5,4% | |
30 | 10,4% | 6,6% | |
35 | 12,1% | 8,0% | |
40 | 14,0% | 9,8% | |
45 | 16,3% | 12,0% | |
50 | 19,1% | 14,6% | |
55 | 22,4% | 18,0% | |
60 | 26,5% | 22,4% | |
65 | 30,7% | 26,9% | |
2%-staffel | Staffel II (OP/PP) | ||
Vanaf leeftijd | 2% rekenrente | ||
15 | 12,8% | ||
20 | 13,8% | ||
25 | 15,2% | ||
30 | 16,8% | ||
35 | 18,6% | ||
40 | 20,5% | ||
45 | 22,7% | ||
50 | 25,3% | ||
55 | 28,2% | ||
60 | 31,7% | ||
65 | 34,9% | ||
WTP (38r) staffel gebaseerd op 1,5 % | Staffel II (OP/PP) Vanaf leeftijd WTP staffel gebaseerd op 1,5%rr 15 19,00% 20 19,80% 25 21,00% 30 22,60% 35 24,40% 40 26,40% 45 28,60% 50 31,00% 55 33,80% 60 37,00% |
65 40,00% | |
WTP (18a Wlb) vlakke staffel gebaseerd op 1,0 % | Vlakke staffel percentage bedraagt 30 of 33 (bij compensatie) |
Leeftijdsbepaling voor staffel | Leeftijd op het einde van de maand. De leeftijd wordt elke 1e van de maand opnieuw bepaald. De beschikbare premie wordt verhoogd per de 1e van de maand waarin de deelnemer in een nieuw leeftijdscohort valt. |
Staffelpercentage in stappen van 0,01% | - Minimaal 50% van de staffel. Gemaximeerd op de staffel volgens het fiscaal regime en conform het staffelbeleid van Aegon. Het maximum percentage voor de staffels uit het besluit van 2013 en 2014 wordt bepaald door het percentage behorend bij het laatste cohort van de 2% staffel te delen door het percentage behorend bij het laatste cohort van de gekozen 3% of 4% staffel uit het oude besluit. - Vast percentage ook mogelijk. |
RSC kostprijsstaffel | X% van 38r staffel (ingangsdatum 01-01-2023).(zie staffelbesluit 2023) De RSC-factor voor de kostprijsstaffel wordt 1 keer per jaar vastgesteld op basis van de marktomstandigheden ultimo september en geldt vanaf 1 januari van het jaar erna. Maandelijks vindt een toetsing plaats of de RSC op actuele marktomstandigheden niet onder deze RSC ligt. Als dat het geval is, wordt de RSC-factor opnieuw vastgesteld. De kostprijsstaffel is de 38r-staffel verhoogd met deze RSC. Zodra de RSC-factor is vastgesteld voor een contract ligt deze voor de gehele contractduur vast met een maximum van 5 jaar. |
Fiscale kostprijsstaffel | Dit is de 38r-staffel opgehoogd met de RSC voor de kostprijsstaffel. |
Fiscaal regime | - 4%, voor klanten met een inlegpercentage <= 100% van de 4% staffel uit het besluit van 20 december 2019 tenzij de werkgever ruimte voor extra inleg >100% wil aanbieden. - kostprijs (2%) met fiscale toets voor alle overige situaties - kostprijs (1,5%) met fiscale toets voor alle overige situaties |
Fiscale toets (eventtoets) | Van toepassing als er sprake is van het kostprijsregime. Bij bovenmatigheid wordt het surplus toegevoegd aan de van toepassing zijnde winstdelingspool R of S voor bruto regelingen van Aegon Cappital. |
Dienstjaren vanaf | Ingangsdatum regeling of latere indiensttreding. Voor dienstjaren voor de ingangsdatum van de regeling kan de werkgever een eenmalige koopsom storten. |
Aanwending beschikbare premie | De deelnemer kan de beschikbare premie aanwenden voor: - Life Cycle Beleggen |
- Vrij Beleggen vrije keuze fondsen - Aankopen van Garantpensioen (alleen bij keuze voor Xxxx Xxxxxxxx) - Een combinatie van Xxxx Xxxxxxxx en aankopen van Garantpensioen | |
Extra inleg door de deelnemer | Xxxx keuze van de werkgever. - Alleen mogelijk als de werkgever minder inlegt dan de kostprijsstaffel - Eenmalig of periodiek - Vrijwillige deelname - PVI verzekerd over periodieke extra inleg indien elipsLife de verzekeraar is. |
Bepaling ruimte voor extra inleg | - 4%-regime: tot 100% van de fiscale 4%-staffel - kostprijsregime: door Aegon Cappital vastgestelde fiscale maximum op de ingangsdatum van het contract. Dit fiscale maximum is gelijk aan de fiscale kostprijsstaffel (de 2% staffel verhoogd met de RSC-factor). |
Tool voor berekening ruimte voor extra inleg | In de Mijn Omgeving staat een tool die de ruimte voor extra inleg berekent. De ruimte voor extra inleg wordt berekend over het lopende kalenderjaar. |
Aankoop pensioenuitkering | De beleggingswaarde wordt op de pensioendatum omgezet in - een vaste pensioenuitkering of - een variabele pensioenuitkering |
3.2 Beleggen
Storting beschikbare premie | De beschikbare premie wordt belegd in fondsen. De beleggingswaarde vormt het kapitaal op de einddatum. Het fonds berekent instap- en uitstapkosten die zijn verwerkt in de koers. In de POT wordt gerekend met aan- en verkoopkosten. |
Moment van beleggen | Verwerken van een wijziging Moeten uw beleggingen worden aangepast? Dan verwerken we de wijziging in onze administratie en geven we de fondsbeheerder opdracht om de wijziging uit te voeren. Vervolgens kan het enkele dagen duren voordat alles is afgerond. We kunnen dus niet precies zeggen wat het exacte moment van aankoop of verkoop is. En ook niet tegen welke koers de aan- of verkoop plaatsvindt. Sommige wijzigingen kosten wat meer tijd. Stapt u bijvoorbeeld vóór de 20e van de maand over naar een ander beleggingsprofiel? Dan verwerken we dit in de loop van de volgende maand. Pas op dat moment werken we uw rekeningoverzicht bij. |
Laatste premiebetaling | Wordt direct bijgeschreven bij het eindkapitaal en niet eerst belegd. |
Beleggingsfondsen | AAM Single Manager (4 wrapperfondsen): |
AEGON Fixed Income Stability Fund AEGON Fixed Income Spread Fund AEGON Equity Return Fund AEGON Equity Diversification Fund - En 4 Pensioenstabilisatorfondsen - AEAM Liability Matching 10 Year Receiver Fund - AEAM Liability Matching 20 Year Receiver Fund - AEAM Liability Matching 30 Year Receiver Fund - AEAM Liability Matching 40 Year Receiver Fund - Xxxx Xxxxxxxx Single manager met keuze uit 9 Aegon fondsen AAM Multi Manager: Multi Manager fondsen - Xxxx Xxxxxxxx met keuze uit 17 fondsen Zie Hoofdstuk 9 voor meer info. | |
Risicoprofiel | - Zeer defensief profiel - Defensief profiel - Neutraal profiel (default) - Offensief profiel - Zeer offensief profiel |
Default risicoprofiel | Voor iedere deelnemer wordt, totdat zijn persoonlijke risicoprofiel bekend is, belegd in het neutrale profiel. |
Bepaling risicoprofiel | De deelnemer aan de pensioenregeling vult de Profielwijzer in via Mijn Omgeving. Daarmee kan een voor de deelnemer persoonlijk risicoprofiel worden vastgesteld. Het is niet mogelijk af te wijken van de uitkomst uit de Profielwijzer. |
Afbouw beleggingsrisico | Jaarlijkse afbouw tot aan de oorspronkelijke pensioendatum |
Rebalancen Life Cycles | Jaarlijks per de 1e van de maand waarin de deelnemer jarig is op basis van het glidepath. |
Rebalancen vrij beleggen | Xxxx rebalancing totdat de deelnemer opnieuw beleggingskeuzes doorgeeft. |
Richtdatum glidepath | 68 jaar |
Switchen (aanpassing door leeftijd of koersontwikkeling, wijziging beleggingsprofiel, overgang van Life Cycle naar Vrij Beleggen, aanpassing beleggingen) | Bij de jaarlijkse afbouw van Life Cycle beleggen wordt alleen dat deel van de waarde verkocht en vervangen door aankoop van één van de andere twee fondsen dat nodig is om het risicoprofiel aan te passen. Het fonds berekent in- en uitstapkosten. Een switch van of naar Vrij Beleggen kan tot gevolg hebben dat het hele fondsvermogen verkocht moet worden en vervolgens dat het gehele vermogen wordt aangewend voor de gemaakte keuze. Dit betekent dus ook dat er transactiekosten over het gehele vermogen in rekening worden gebracht. |
Switchen (overhevelen waarde van beleggingen naar Garantpensioen) | Het fonds berekent in- en uitstapkosten. |
Als maandelijks (een deel van) de beschikbare premie wordt vastgeklikt in Garantpensioen dan zijn geen in- en uitstapkosten verschuldigd. | |
Vrij beleggen: wijzigen verdeling beschikbare premie over de fondsen | Gratis voor toekomstige premies. Voor wijzigen van de liggende waarde naar een ander fonds worden in- en uitstapkosten voor switchen in rekening gebracht. |
Netto inleg | Beschikbare premie In de POT worden aankoopkosten in mindering gebracht op de beschikbare premie. |
Voorbeeldkapitalen | In de offerte staan voorbeeldkapitalen die worden berekend op basis van: - URM scenarios en - een standaard rendement van 4% en 6% |
3.3 Bestemming Beleggingspensioen bij overlijden vóór de pensioendatum
Optimalisatie en winstdeling | Algemeen De in deze paragraaf beschreven optimalisatie wordt uitgevoerd door de uitvoerder (Aegon of elipsLife) van het partner- en wezenpensioen van de geldende pensioenregeling. We onderscheiden 2 winstdelingspools voor bruto regelingen binnen Aegon Cappital die we vanaf 01-01-2020 als volgt hebben benoemd: - Winstdelingspool R (voorheen winstdelingspool Aegon Cappital Variant Aegon Leven en Aegon Schade); deze pool geldt voor alle regelingen binnen Contract met de rentemethode voor het partner- en wezenpensioen; - Winstdelingspool S (voorheen winstdelingspool Aegon Cappital Variant elipsLife); deze pool geldt voor alle regelingen binnen Contract met de saldomethode voor het partner- en wezenpensioen. - Winstdelingspool W (sterftewinstdeling = winstdelingspool S bij Abo): wordt vanaf 1 januari 2023 aangeboden binnen Contract. Actieve deelnemer met partner en/of kinderen Het Beleggingspensioen, voor zover dit niet nodig is om het partner- en wezenpensioen te financieren uit paragraaf 8.2 en 8.4 van het pensioenreglement (saldomethode), wordt in beginsel omgezet in een verhoging van het partner- en of wezenpensioen. Een verhoging is mogelijk: - Als de franchise voor vaststelling van het partner- en wezenpensioen hoger is dan de fiscaal minimale franchise die van toepassing is op de betreffende pensioenregeling (voor een excedentregeling geldt het grenssalaris). In geval van eindloon is dit de fiscaal minimale |
eindloonfranchise. In geval van middelloon is dit de fiscaal minimale middelloonfranchise;
- Als het opbouwpercentage van het partner- en wezenpensioen lager is dan het fiscaal maximaal toegestane opbouwpercentage voor eind- resp. middelloon;
- Door het inkopen van een samengestelde stijging van het partner- en wezenpensioen volgens de mogelijkheden van de uitvoerder (Aegon/elipsLife) met een maximum van 3%.
In geval van eindloon wordt het partner- en wezenpensioen herrekend met toepassing van de fiscale franchise en maximale opbouwpercentages.
In geval van middelloon wordt het tijdsevenredig pensioen bij overlijden gehanteerd verhoogd met de toekomstige opbouw op basis van de fiscale franchise en maximale opbouwpercentages
Een eventueel bijzonder partnerpensioen wordt in mindering gebracht op het “gewone” partnerpensioen en komt niet in aanmerking voor verhoging.
Het partner- en wezenpensioen wordt altijd in combinatie eerst maximaal ingekocht op basis van het stijgingspercentage van het partner- en wezenpensioen van de pensioenregeling, en vervolgens wordt, indien mogelijk, een (extra) samengestelde stijging ingekocht. Zo is het partner- en wezenpensioen altijd in de verhouding 100:20 en heeft het altijd dezelfde stijging.
Als na verhoging van pensioen nog waarde overblijft wordt deze toegevoegd aan de van toepassing zijnde winstdelingspool R of S voor bruto regelingen van Aegon Cappital.
Xxxxxxx deelnemer met partner en/of kinderen
Het Beleggingspensioen wordt omgezet in een partner- en/of wezenpensioen. Hiervoor gelden de volgende uitgangspunten voor de vaststelling van dit partner- en/of wezenpensioen:
* Pensioengevend salaris en parttimepercentage: het laatst bekende salaris en parttimepercentage (gewogen en actueel) waarmee het partner- en/of wezenpensioen is vastgesteld vlak voor einde deelname;
* Opbouwpercentage partner- en wezenpensioen: fiscaal maximale opbouwpercentages eind- of middelloon op het moment van overlijden die van toepassing zijn op de betreffende pensioenregeling;
* Franchise: fiscaal minimale franchise eind- of middelloon op het moment van overlijden die van toepassing is op de betreffende pensioenregeling (voor een excedentregeling geldt het grenssalaris);
* Diensttijd: diensttijd tot einde deelname zoals in
de administratie van TKP is vastgelegd. Het gaat hier uitsluitend om de diensttijd (tot einde deelnemerschap) waarmee rekening is gehouden tijdens het deelnemerschap.
In geval van eindloon wordt het tijdsevenredig pensioen vastgesteld op basis van het salaris bij uitdiensttreding en de fiscale franchise en maximaal opbouwpercentage op het moment van overlijden. In geval van middelloon wordt het tijdsevenredig pensioen bij uitdiensttreding vastgesteld op basis van het salaris bij uitdiensttreding, voor de toekomstige opbouw wordt de fiscale franchise en maximaal opbouwpercentage op moment van overlijden toegepast.
Knipbedragen partner- en wezenpensioen en elders verzekerde bedragen, indien vastgelegd in de administratie, tellen mee bij de vaststelling van het partner- en wezenpensioen zoals hierboven omschreven. Ook een eventueel bijzonder partnerpensioen wordt in mindering gebracht op het “gewone” partnerpensioen en komt niet in aanmerking voor verhoging.
Als er sprake is van een door uitruil verkregen partnerpensioen, dan geldt de volgende uitzondering:
* omdat bij de uitruilmutatie alleen een partnerpensioen kan worden ingekocht geldt dat, indien nodig, er eerst wezenpensioen wordt ingekocht ter grootte van 20% van het partnerpensioen met dezelfde indexatie;
* vervolgens wordt eerst maximaal ingekocht en daarna een (extra) samengestelde stijging met een maximum van 3% ingekocht.
Het partner- en wezenpensioen wordt altijd in combinatie eerst maximaal ingekocht op basis van het stijgingspercentage van het partner- en wezenpensioen van de pensioenregeling, en vervolgens wordt, indien mogelijk, een (extra) samengestelde stijging ingekocht volgens de mogelijkheden van de uitvoerder (Aegon/elipsLife) met een maximum van 3%. Zo is het partner- en wezenpensioen altijd in de verhouding 100:20 en heeft het altijd dezelfde stijging.
Als na de hiervoor beschreven omzetting nog waarde overblijft wordt deze waarde toegevoegd aan de van toepassing zijnde winstdelingspool R of S voor bruto regelingen van Aegon Cappital.
(Gewezen) deelnemer zonder partner en/of kinderen
De waarde van het Beleggingspensioen wordt toegevoegd aan de van toepassing zijnde winstdelingspool R of S voor bruto regelingen van Aegon Cappital.
3.4 Garantpensioen
Aanspraakbepaling | De beleggingswaarde wordt periodiek of eenmalig omgezet in een gegarandeerd ouderdoms- en partnerpensioen na pensioendatum. |
Financiering Garantpensioen | |
Tarief Garantpensioen | Aegon Tarief 2011. Het Aegon Tarief 2011 is gebaseerd op de Pensioentafel 2010 zoals opgenomen in het rapport Generatietafels Pensioenen 2010 van het Verbond van Verzekeraars. Vanwege de lange termijn uitkeringsverplichting is het Aegon Tarief 2011 gebaseerd op de sterftekansen van het jaar 2033 voor mannen en 2036 voor vrouwen. |
Rekenrente | 3% |
Financieringswijze | Eenmalige koopsom |
Toeslagverlening | |
Soort toeslag | Voorwaardelijke toeslag voor opgebouwde en ingegane pensioenen. Indexatie vanuit overrente (OA Pool) |
4.Partner- en wezenpensioen
4.1 Algemeen
Deelname | Verplicht voor werkgever en werknemer |
Soort partner- en wezenpensioen | Risico. Aegon: Tot 50 deelnemers bepaalde partner, vanaf 50 deelnemers onbepaalde partner. Uitgangspunt is het aantal deelnemers in de getekende offerte. Afwijking van de default is mogelijk na het doorlopen van de escalatieprocedure. elipsLife: Uitsluitend onbepaalde partner vanaf 1 deelnemer. |
Regelingssoort | Keuze: - Eindloon (default) - Middelloon |
Dienstjaren vanaf | - Datum in dienst - Datum ingang regeling - Zelf te kiezen datum |
Totaal aantal dienstjaren | Fictieve dienstjaren + Gewogen dienstjaren + Toekomstige dienstjaren |
Fictieve dienstjaren | Als de werkgever heeft gekozen voor ‘datum in dienst’ of ‘zelf te kiezen datum’ dan moet hij na het inregelen van het contract zelf de fictieve dienstjaren per deelnemer invoeren. |
Dit zijn de gewogen dienstjaren vóór ingang van de uitvoeringsovereenkomst: het werkelijk aantal dienstjaren vermenigvuldigd met het gemiddelde parttimepercentage. | |
Toeslagverlening/ Gelijkblijvend of stijgend na ingang | - Gelijkblijvend - 1% samengesteld stijgend. Het pensioen stijgt na ingang levenslang - 2% samengesteld stijgend. Het pensioen stijgt na ingang levenslang - 3% samengesteld stijgend. Het pensioen stijgt na ingang levenslang. De uitkering wordt op 1 januari aangepast. De eerste stijging is een pro rata stijging. |
Knip partner- en wezenpensioen 2015 | Mogelijk mits de werkgever dit op 01-01-2015 heeft toegezegd. De werkgever geeft het juiste bedrag op bij aanvang van het contract via het mutatiesjabloon. Dit bedrag kan daarna niet meer worden gewijzigd. Het bedrag wordt opgeteld bij de aanspraak. De knip wezenpensioen bedraagt 20% van de knip partnerpensioen. Voorwaarde: alleen mogelijk in combinatie met middelloonsysteem of eindloonsysteem met bijbehorende fiscale franchise. |
Elders verzekerde aanspraken | Het is mogelijk om elders verzekerd partner- en wezenpensioen in mindering te brengen op de aanspraak. De werkgever geeft het juiste bedrag op. In PPS kunnen deze aanspraken jaarlijks worden geïndexeerd (opgave indexatie door werkgever). |
Uitkeringsperiode partner- en wezenpensioen | |
Start uitkering | Aegon:1e van de maand waarin de verzekerde overlijdt elipsLife: vanaf de dag van overlijden Het overlijden moet plaatsvinden voor de pensioendatum. |
Einde uitkering | Einde van de maand waarin recht op pensioen eindigt |
Uitkeringstermijn | Per maand achteraf |
Financiering partner- en wezenpensioen | |
Tarief | Aegon Risicotarieven 2024. De Aegon Risicotarieven 2024 zijn gebaseerd op de prognosetafel AG2022 van het Actuarieel Genootschap, waarbij voor risicoverzekeringen de sterftekansen in het jaar 2024 worden gehanteerd. Op deze sterftekansen wordt een ervaringscorrectie toegepast voor verzekerdensterfte. elipsLife: elipsLife risicotarieven 2023. Deze tarieven zijn gebaseerd op de prognosetafel AG2020, waarbij voor risicoverzekeringen de |
sterftekansen in het jaar 2024 worden gehanteerd. Op deze sterftekansen wordt een ervaringscorrectie toegepast voor verzekerdensterfte. | |
Rekenrente | Aegon: 3% elipsLife: DNB-curve per juni 2023 |
Financieringswijze | Eenjarige risicopremie |
Leeftijdsbepaling | Leeftijd op het einde van de maand in hele jaren. De leeftijd wordt elke maand opnieuw bepaald. |
Differentiatiecorrectie | De afgeronde differentiatiecorrectie maximaal. De differentiatiecorrectie kan nooit lager zijn dan -99. Een negatief percentage is een korting. Een positief percentage een opslag. |
4.2 Partnerpensioen
Partnerdefinitie | Persoon die voor de pensioeningangsdatum met de deelnemer is gehuwd, geregistreerd partner is of een partnerschap is aangegaan |
Partnerschap | Gezamenlijke huishouding, tenminste half jaar of notariële akte, geen bloed- of aanverwant in rechte lijn, hetzelfde adres in BRP |
Partnerpensioen opbouwpercentage | Standaard: - Eindloon: 1,16% van de pensioengrondslag per dienstjaar - Middelloon: 1,313% van de pensioengrondslag per dienstjaar |
Excasso-opslag | 2% van de netto premie |
Opslag voor premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid | 7,35% van de bruto premie. |
Termijnopslag | 1,5% van de bruto premie. |
Differentiatiecorrectie | 0%. Een negatief percentage is een korting. Een positief percentage een opslag. |
Rentestandcorrectie (RSC) | De RSC wordt maandelijks ultimo vastgesteld op basis van de actuele marktomstandigheden. Bepalend voor de definitieve vaststelling van de RSC is het moment van tekenen van de offerte. De geldende RSC voor de gehele looptijd van het contract is de RSC voorafgaand aan de maand waarin wordt getekend. |
4.3 Wezenpensioen
Aanspraakgerechtigde | - Kinderen jonger dan 18 of 21 jaar - Voor arbeidsongeschikte of studerende kinderen tot 27 jaar |
Wezenpensioen opbouwpercentage | - Eindloon: 0,232% van de pensioengrondslag per dienstjaar - Middelloon: 0,263% van de pensioengrondslag per dienstjaar |
Volle wezen | Verdubbeling voor volle wezen |
Excasso-opslag | 2% van de netto premie |
Opslag voor premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid | 7,35% van de bruto premie. |
Differentiatiecorrectie | 0%. Een negatief percentage is een korting. Een positief percentage een opslag. |
Rentestandcorrectie (RSC) | De RSC wordt maandelijks ultimo vastgesteld op basis van de actuele marktomstandigheden. Bepalend voor de definitieve vaststelling van de RSC voor het contract is het moment van tekenen van de offerte. De geldende RSC voor de gehele looptijd van het contract is de RSC voorafgaand aan de maand waarin wordt getekend. |
5. Anw-hiaatpensioen
Deelname | Keuze werkgever. Vrijwillig of verplicht voor de deelnemer. |
Dekking | Tot AOW-datum van de deelnemer. Vrijwillig: dekking is alleen aanwezig als deelnemer is aangemeld voor verzekering van Anw-hiaatpensioen. Zie ook Hoofdstuk 1.2. Bepaalde partner. Verplicht: alle deelnemers automatisch aangemeld, onbepaalde partner. |
Hoogte aanspraak | Jaarlijks vastgesteld aan de hand van de ontwikkeling van de wettelijke Anw-uitkering. Voor 2024 € 19.080,00. |
Gelijkblijvend of stijgend na ingang | Gelijkblijvend, voor elipsLife ook 2% stijgend |
Uitkeringsperiode Anw-hiaatpensioen | |
Start uitkering | Aegon: 1e van de maand waarin de verzekerde overlijdt elipsLife: vanaf de dag van overlijden |
Uitkeringsduur | - Tot en met maand van overlijden van de partner - Uiterlijk tot de eerste van de maand waarin de partner 68 wordt of de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt als dat eerder is |
Uitkeringstermijn | Per maand achteraf |
Financiering Anw-hiaatpensioen | |
Rekenrente | Aegon: 3% elipsLife: DNB-curve per mei 2022 |
Financieringswijze | Eenjarige risicopremie |
Leeftijdsbepaling | Leeftijd op het einde van de maand. De leeftijd wordt elke maand opnieuw bepaald. We bepalen de leeftijd in hele jaren. |
Excasso-opslag | 2% van de netto premie |
Opslag voor premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid | 5,30% van de bruto premie. |
Opslag in verband met verbod op medische keuring | 0% van de netto premie van het Anw-hiaatpensioen. |
Termijnopslag | 1,5% van de bruto premie. |
Differentiatiecorrectie | 0%. Een negatief percentage is een korting. Een positief percentage een opslag. |
Rentestandcorrectie (RSC) | De RSC wordt maandelijks ultimo vastgesteld op basis van de actuele marktomstandigheden. Bepalend voor de definitieve vaststelling van de RSC voor het contract is het moment van tekenen van de offerte. De geldende RSC voor de gehele looptijd van het contract is de RSC voorafgaand aan de maand waarin wordt getekend. |
6. Arbeidsongeschiktheid
Vrijstelling van premiebetaling bij (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid | - Meeverzekerd voor beschikbare premie, partner- en wezenpensioen en Anw-hiaatpensioen - Volgens 6 klassensysteem - Aegon: alleen bij volledige arbeidsongeschiktheid worden de administratiekosten vrijgesteld, voor elipsLife geldt dit ook voor gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid voor dat gedeelte. - Staffelvolgend | |
Klasse indeling | Arbeidsongeschiktheid | Percentage vrijstelling |
0 tot 35% | 0% | |
35 tot 45% | 40% | |
45 tot 55% | 50% | |
55 tot 65 % | 60% | |
65 tot 80% | 72,5% | |
80 tot 100% | 100% | |
Arbeidsongeschiktheidspensioen (WIA- excedent) | Aegon: Niet van toepassing. (Niet toegezegd en niet verzekerd in het contract. Is dekking echter wel gewenst, dan kan dit rechtstreeks bij a.s.r. worden opgevraagd via a.s.r. elipsLife: Alleen verplichte variant met keuze tussen dekkingspercentage van 70% of 80%. Keuze tussen gelijkblijvende of 2% stijgende uitkering. Uitkering wordt gebaseerd op het salaris dat gold op de eerste ziektedag. |
7. Administratiekosten
Onderstaande bedragen gelden voor 2024.
Eenmalige inregelkosten | € 1.500. Vanaf 100 deelnemers zijn er geen inregelkosten verschuldigd. |
Administratiekosten | Per actieve en gedeeltelijk arbeidsongeschikte deelnemer per jaar: |
- € 99,60 bij < 10 deelnemers - € 94,80 bij >= 10 deelnemers en < 20 deelnemers - € 83,40 bij >= 20 deelnemers en < 50 deelnemers - € 68,40 bij >= 50 deelnemers en < 100 deelnemers - € 57,60 bij >= 100 deelnemers en < 200 deelnemers - € 54,00 bij >= 200 deelnemers. De administratiekosten worden per maand in rekening gebracht. Bij in dienst, uit dienst en overlijden gedurende de maand worden de administratiekosten pro rata berekend. Ook voor deelnemers aan de wachttijdregeling zijn administratiekosten verschuldigd. De administratiekosten worden tijdens de contractduur elk jaar geïndexeerd met getal G. |
8. Flexibilisering, scheiding, waardeoverdracht en afkoop
Flexibilisering | |
Eerder met pensioen (Vervroegen) | Niet eerder dan 5 jaar voor de AOW-leeftijd. De beleggingshorizon wordt niet aangepast. |
Later met pensioen (Uitstellen) | Niet later dan 5 jaar na de AOW-leeftijd. Pensioenopbouw en risicopremies worden voortgezet. De beleggingshorizon wordt niet aangepast. |
Eerst een periode hoger pensioen en daarna lager pensioen | Verhouding hoog : laag is 100 : 75. Periode hoog mogelijk tot 65-, 70- of 75-jarige leeftijd. |
Tijdelijk ouderdomspensioen | Mogelijk als de deelnemer voor de AOW-gerechtigde leeftijd met pensioen gaat. Uitkering tot de 1e van de maand volgend op de AOW-datum. |
Deeltijdpensioen | Mogelijk. Niet eerder dan 5 jaar voor de AOW-leeftijd. |
Uitruil op pensioendatum | Op basis van sekseneutrale factoren. Uitruil van ouderdomspensioen naar partnerpensioen mogelijk en andersom. |
Uitruil bij dienstverlating | Uitruil van Beleggingspensioen naar partnerpensioen mogelijk. Er wordt uitgeruild naar een levenslang partnerpensioen dat alleen ingaat als het overlijden plaatsvindt voor de pensioendatum. Het partnerpensioen heeft dezelfde vorm (gelijkblijvend, 1% en 2% samengesteld stijgend) als de hoofdregeling. Het PP na uitruil moet hoger zijn dan het afkoopbedrag klein pensioen voor een partnerpensioen. Uitruil is alleen mogelijk als er op het moment van dienstverlating een partner is die aan de voorwaarden voldoet. Het uitgeruilde PP vervalt bij overlijden van deze partner. Het door extra inleg gevormde Beleggingspensioen mag meegenomen worden in de uitruil. |
Scheiding | |
Echtscheiding PP | Partner heeft recht op een bijzonder partnerpensioen |
Verevening OP | Partner heeft recht op verevening volgens Wet Verevening pensioenrechten bij scheiding |
Automatische waardeoverdracht | Klein pensioen (< € 592,51 in 2024) wordt automatisch overgedragen naar de nieuwe pensioenuitvoerder. Als overdracht niet lukt binnen vijf jaar dan mogen wij een afkoopvoorstel doen. |
Afkoop klein pensioen | Afkoop door verzekeraar mogelijk bij ingang klein pensioen of als er na vijf jaar geen nieuwe uitvoerder is. Heel klein pensioen (< € 2 per jaar) ontstaan vanaf 1 januari 2019 vervalt automatisch. |
9. Fondsinformatie
9.1 Life cycle fondsen AAM Single Manager
Fondsen | Beleggings-categorie | Kosten die de fondsbeheer-der in rekening brengt LKF | Inhouding door Aegon Cappital |
AEAM Liability Matching 10 Year Receiver Fund | Pensioen stabilisatie | 0,140%*** | 0,xx% |
AEAM Liability Matching 20 Year Receiver Fund | Pensioen stabilisatie | 0,140%*** | 0,xx% |
AEAM Liability Matching 30 Year Receiver Fund | Pensioen stabilisatie | 0,140%*** | 0,xx% |
AEAM Liability Matching 40 Year Receiver Fund | Pensioen stabilisatie | 0,140%*** | 0,xx% |
AEGON Fixed Income Stability Fund | Vast-rentende waarden | Gemiddeld 0,200% | 0,xx% |
AEGON Fixed Income Spread fund | Vast-rentende waarden | Gemiddeld 0,200% | 0,xx% |
AEGON Equity Return fund | Zakelijke waarden | Gemiddeld 0,180% | 0,xx% |
AEGON Equity Diversification fund | Zakelijke waarden | Gemiddeld 0,180% | 0,xx% |
* | Naast de LKF maakt het fonds kosten om (gewezen) deelnemers in en uit te laten stappen. Deze in- en uitstapkosten worden door de fondsbeheerder verrekend in de koers van het beleggingsfonds. Er worden geen afzonderlijke in- en uitstapkosten bij de (gewezen) deelnemers in rekening gebracht. Zie ook het betreffende hoofdstuk in deze offerte. |
** | De hoogte van de kosten staat vast tot en met 31 december van ieder jaar. Bij een inkomende collectieve waardeoverdracht berekenen we de kosten opnieuw en kunnen we deze wijzigen. Wij stellen de hoogte van deze kosten elk jaar opnieuw vast. Dit doen wij aan de hand van de stand van de administratie op 1 oktober. Het nieuwe percentage geldt dan vanaf 1 januari van het daaropvolgende jaar. |
*** | Per 2025 zal de fondsbeheerder de beheerfee aanpassen waardoor de LKF naar verwachting op 0,16% uitkomt. |
9.2 Fondsen voor vrij beleggen AAM Single Manager
Fondsen | Beleggings- categorie | Kosten die de fondsbeheer-der in rekening brengt LKF | Inhouding door Aegon Cappital |
AEAM World Equity Index Fund (EUR) | Zakelijke waarden | 0,299% | n.v.t. |
AEAM Global Sustainable Real Estate Fund | Zakelijke waarden | 0,571% | n.v.t. |
AEGON Global Commodity Fund (EUR) | Zakelijke waarden | 0,330% | n.v.t. |
AEGON Core Eurozone Government Bond Index Fund | Vast-rentende waarden | 0,079% | n.v.t. |
AEGON Emerging Market Debt Fund (EUR) | Vast-rentende waarden | 0,636% | n.v.t. |
AEGON Global High Yield Fund (EUR) | Vast-rentende waarden | 0,449% | n.v.t. |
AEGON European Credit Fund | Vast-rentende waarden | 0,185% | n.v.t. |
AEGON ABS Fund | Vast-rentende waarden | 0,150% | n.v.t. |
AEAM Money Market Euro Fund | Vast-rentende waarden | 0,114% | n.v.t. |
∗ Naast de LKF maakt het fonds kosten om (gewezen) deelnemers in en uit te laten stappen. Deze in- en uitstapkosten worden separaat in rekening gebracht en niet verrekend in de koers van het beleggingsfonds. De percentages kunnen periodiek aangepast worden en onder bijzondere omstandigheden vaker.
9.3 Life cycle fondsen AAM Multi Manager
Fondsen | Beleggings-categorie | Kosten die de fondsbeheer-der in rekening brengt LKF 2022 | Inhouding door Aegon Cappital |
AEAM Liability Matching 10 Year Receiver Fund | Pensioenstabilisatie | 0,140%*** | 0,xx% |
AEAM Liability Matching 20 Year Receiver Fund | Pensioenstabilisatie | 0,140%*** | 0,xx% |
AEAM Liability Matching 30 Year Receiver Fund | Pensioenstabilisatie | 0,140%*** | 0,xx% |
AEAM Liability Matching 40 Year Receiver Fund | Pensioenstabilisatie | 0,140%*** | 0,xx% |
MM Fixed Income Stability Fund Class C EUR Hedged Acc | Vastrentende waarden | Gemiddeld 0,233% | 0,xx% |
MM Fixed Income Spread Fund | Vastrentende waarden | Gemiddeld 0,323% | 0,xx% |
MM Equity Return Fund | Zakelijke waarden | Gemiddeld 0,138% | 0,xx% |
MM Equity Diversification Fund | Zakelijke waarden | Gemiddeld 0,226% | 0,xx% |
∗ Naast de LKF maakt het fonds kosten om (gewezen) deelnemers in en uit te laten stappen. Deze in- en uitstapkosten worden door de fondsbeheerder verrekend in de koers van het beleggingsfonds. Er worden geen
afzonderlijke in- en uitstapkosten bij de (gewezen) deelnemers in rekening gebracht. Zie ook het betreffende hoofdstuk in deze offerte.
*** Per 2025 zal de fondsbeheerder de beheerfee aanpassen waardoor de LKF naar verwachting op 0,16% uitkomt.
9.4 Fondsen voor vrij beleggen AAM Multi Manager
Fondsen | Beleggings-categorie | Kosten die de fondsbeheerder in rekening brengt LKF | Inhouding door Aegon Cappital |
MM World Equity Index Fund (UCITS) Class C EUR Hedged Acc | Zakelijke waarden | 0,095% | 0,xx% |
MM Global Emerging Markets Equity Fund (UCITS) Class C EUR Acc | Zakelijke waarden | 0,445% | 0,xx% |
MM Global Listed Index Real Estate Fund Class C EUR Hedged Acc | Zakelijke waarden | 0,132% | 0,xx% |
MM European Fixed Income Extra Long Fund (UCITS) Class C EUR Acc | Vastrentende waarden | 0,147% | 0,xx% |
MM Credit Fund (UCITS) Class C EUR Acc | Vastrentende waarden | 0,289% | 0,xx% |
MM Global High Yield Fund (UCITS) Class C EUR Hedged Acc | Vastrentende waarden | 0,289% | 0,xx% |
MM Emerging Market Debt Fund (UCITS) Class C Eur Hedged Acc | Vastrentende waarden | 0,296% | 0,xx% |
MM World Equity Index SRI Fund Class C EUR Hedged Acc | Zakelijke waarden | 0,147% | 0,xx% |
MM World Equity Fund Class C EUR Hedged Acc | Zakelijke waarden | 0,350% | 0,xx% |
MM Global Credit Ex Financials Fund Class C EUR Hedged Acc | Vastrentende waarden | 0,138% | 0,xx% |
MM German Inflation Index Linked Bond Fund Class C EUR Acc | Vastrentende waarden | 0,145% | 0,xx% |
AEGON Global Commodity Fund (EUR) | Zakelijke waarden | 0,330% | 0,xx% |
AEAM Money Market Euro Fund | Vastrentende waarden | 0,114% | 0,xx% |
- Naast de LKF maakt het fonds kosten om (gewezen) deelnemers in en uit te laten stappen.
Deze in- en uitstapkosten worden door de fondsbeheerder verrekend in de koers van het beleggingsfonds. Er worden geen afzonderlijke in- en uitstapkosten bij de (gewezen) deelnemers in rekening gebracht.
- De hoogte van de ‘ inhouding door Aegon Cappital’ staat vast voor de contractperiode.
De hoogte van de ‘inhouding door Aegon Cappital’ staat vast tot en met 31 december van ieder jaar. Bij een inkomende collectieve waardeoverdracht berekenen we de kosten opnieuw en kunnen we deze wijzigen.
Wij stellen de hoogte van deze kosten elk jaar opnieuw vast. Dit doen wij aan de hand van de stand van de administratie op 1 oktober. Het nieuwe percentage geldt dan vanaf 1 januari van het daaropvolgende jaar.
∗ Naast de LKF maakt het fonds kosten om (gewezen) deelnemers in en uit te laten stappen. Deze in- en uitstapkosten worden door de fondsbeheerder verrekend in de koers van het beleggingsfonds. Er worden geen afzonderlijke in- en uitstapkosten bij de (gewezen) deelnemers in rekening gebracht. Zie ook het betreffende hoofdstuk in deze offerte.
** De hoogte van de kosten staat vast tot en met de einddatum van het contract. Bij een inkomende collectieve waardeoverdracht berekenen we de kosten opnieuw en kunnen we deze wijzigen.
9.5 Beleggingskosten AAM
Swing pricing | Voor het aan- en verkopen van beleggingen worden altijd transactiekosten gemaakt. Bij de methode van swing pricing worden deze kosten verrekend in de koers van het beleggingsfonds op het moment van in- en uitstappen. Dit gebeurt op een efficiënte wijze door de aan- en verkopen van beleggingen op elkaar af te stemmen en alleen transactiekosten te maken voor beleggingen die per saldo moeten worden aangekocht of verkocht. Dit werkt als volgt: 1. Aan het eind van de beursdag wordt vastgesteld hoeveel geld er in het fonds in en uit is gegaan en dus wat de netto instroom of uitstroom is. 2. Bij een netto instroom van fondsvermogen wordt de waarde per participatie (net asset value) met een bepaald percentage verhoogd en bij een netto uitstroom juist verlaagd. Het percentage waarmee de net asset value wordt aangepast heet de swing factor. Het principe van swing pricing is dat in- en uitstapkosten toegerekend worden aan diegene die de kosten veroorzaakt hebben (principe de vervuiler betaalt). Op dit moment is swing pricing de beste methode in de markt om deze toerekening het meest zuiver te kunnen doen. |
Fondsbeheerder | Het bedrijf dat beleggingsfondsen aanbiedt en beheert. Aegon Cappital maakt gebruik van de fondsen die worden aangeboden door Aegon Investment Management. Deze bestaat uit 2 onderdelen: Aegon Asset Management (AAM) Single Manager en AAM Multi Manager. Beide onderdelen kunnen als fondsbeheerder worden aangeduid. |
Propositie | Aegon Cappital biedt regulier 2 proposities aan: Single Manager en Multi Manager. Beide proposities kennen in principe hetzelfde beleggingsbeleid. Single Manager maakt gebruik van de huisfondsen van AAM. Multi Manager bestaat uit fondsen die beleggen in fondsen van externe beheerders. |
Beleggingskosten | Deze vallen uiteen in: - de kosten die de fondsbeheerder in rekening brengt (LKF en in- en uitstapkosten); |
- de kosten die Aegon Cappital in rekening brengt (inhoudingen door Aegon Cappital, de beheerkosten). | |
Lopende kosten factor (LKF) | De LKF betreft de doorlopende kosten die de fondsbeheerder maakt om te beleggen. De hoogte van deze kosten verschilt per beleggingsfonds. De fondsbeheerder berekent deze kosten als jaarlijks percentage over het belegd vermogen en verrekent dit dagelijks in de koers van het fonds. Uw werknemers zien deze kosten daarom niet terug in hun rekeningoverzicht. Onder de LKF vallen kosten voor het beheren van het fondsvermogen inclusief de kosten als gevolg van wettelijke verplichtingen (bijvoorbeeld accountantscontrole en jaarrapportages). |
LKF voor de berekening van de voorbeeldkapitalen | Bij de berekening van de voorbeeldkapitalen in de offerte wordt rekening gehouden met een fictieve LKF van 0,432%. Als een klant recht heeft op een lagere beheervergoeding, dan houden we daar in de fictieve LKF rekening mee. De fictieve LKF wordt dan met hetzelfde percentage verlaagd als de beheervergoeding. |
In- en uitstapkosten | Dit zijn kosten die het fonds maakt om beleggers in en uit te laten stappen. Het fonds moet dan namelijk beleggingen kopen of verkopen en daar zijn transactiekosten aan verbonden. Het fonds berekent deze kosten door aan diegene die in- of uitstapt. Dit gebeurt op een efficiënte wijze door iedere dag de beleggingen van diegene die instappen te salderen met de beleggingen van diegene die uitstappen. Dan hoeven er alleen nog maar in- of uitstapkosten te worden berekend voor de beleggingen die per saldo moeten worden aangekocht of verkocht. Dit principe noemen we ‘netting’. Voor AAM Single Manager geldt bij Life Cycle Beleggen dat de in- en uitstapkosten door de fondsbeheerder worden verrekend in de koers van het beleggingsfonds. Bij Xxxx Xxxxxxxx verrekenen we de kosten met de inleg van premies of met de verkoop van beleggingen. Deze kosten staan apart vermeld in het rekeningoverzicht. Voor AAM Multi Manager geldt dat de in- en uitstapkosten worden verrekend in de koers van het beleggingsfonds. De fondsbeheerder stelt de percentages die in de koers worden verrekend voor in-en uitstappen periodiek vast op basis van de werkelijke gemaakte kosten. Deze verschillen per fonds. Als gevolg van netting kunnen de werkelijke kosten voor diegene die in- of uitstappen lager uitvallen. In de offerte wordt gerekend met een gemiddelde van 0,16% instapkosten. |
In de offerte wordt gerekend met een gemiddelde van 0,16% uitstapkosten. |