Online handboek visserij STCW-F

Contents

Elk bemanningslid dat dienstdoet aan boord van een zeegaand, commercieel schip moet in het bezit zijn van een monsterboekje en een vaarbevoegdheidsbewijs.

Een buitenlandse zeevarende kan zijn nationale documenten laten erkennen in Nederland, zodat hij kan dienstdoen op een schip onder de Nederlandse vlag. Een buitenlandse zeevarende mag met een buitenlands monsterboekje varen op een schip onder de Nederlandse vlag, mits dit boekje in de Engelse taal is opgesteld.

Dit is wettelijk vastgelegd in:

• Wet zeevarenden

• Besluit zeevarenden

• Regeling zeevarenden

• Regeling Bemanning zeegaande zeilschepen

2 Producten

2.1 Monsterboekje

Elke Nederlandse zeevarende die dienstdoet aan boord van een zeegaand, commercieel schip moet een monsterboekje hebben. In het monsterboekje staan persoonsgegevens van de zeevarende, gegevens over werkervaring, afgeronde cursussen en medische geschiktheid. Het monsterboekje is tien jaar geldig.

Een buitenlandse zeevarende mag dienstdoen aan boord van een zeegaand, commercieel schip onder Nederlandse vlag met zijn buitenlandse monsterboekje, mits deze in de Engelse taal is opgesteld.

2.2 Vaarbevoegdheidsbewijs

Een vaarbevoegdheidsbewijs is een bewijs voor een zeevarende om een bepaalde functie aan boord te mogen uitoefenen. Zonder vaarbevoegdheidsbewijs mag er geen dienst gedaan worden aan boord van een zeegaand, commercieel schip.

Er zijn drie typen vaarbevoegdheidsbewijzen:

• voor zeevarenden die in Nederland een opleiding hebben voltooid voor de koopvaardij of zeilvaart;

• voor zeevarenden die in Nederland een opleiding hebben voltooid voor de zeevisvaart;

• voor gezellen.

Een vaarbevoegdheidsbewijs voor een kapitein, schipper of een officier kent een geldigheidsduur van vijf jaar. Een vaarbevoegdheidsbewijs voor een gezel is onbeperkt geldig. Een vaarbevoegdheidsbewijs wordt geprint op blauw waardepapier.

3 Aanvraag monsterboekje

3.1 Wettelijke eisen

Wet- en regelgeving:

• Artikel 97 Besluit zeevarenden en Artikel 98 Besluit zeevarenden

• Artikel 2.2 Regeling zeevarenden

Een monsterboekje wordt afgegeven als er is voldaan aan de wettelijke vereisten:

• bewijs dat een arbeidsovereenkomst voor de vaart ter zee is aangegaan;

• bewijs dat een opleiding gevolgd wordt voor een beroep waarvoor een vaarbevoegdheidsbewijs is vereist;

• bewijs dat aanvragen behoort tot een andere, door de minister aan te wijzen categorie personen of;

• bewijs dat het monsterboekje benodigd is voor zijn beroepsuitoefening;

• geldig paspoort of ander geldig nationaliteitsbewijs (geen rijbewijs);

• een identieke, recent, goedgelijkende pasfoto van de aanvrager.

3.2 Aanvraagprocedure

U kunt de aanvraag volledig digitaal indienen via onze aanvraagportal . Klik hier voor instructies van de aanvraagportal.

3.3 Eerste aanvraag

In deze paragraaf zullen de benodigde documenten voor een eerste aanvraag worden besproken. Bij de eerste aanvraag moet u de volgende documenten meesturen:

• kopie van uw geldige nationaliteitsbewijs (paspoort of identiteitskaart;

• een recente pasfoto;

• één van onderstaande documenten:

o voor werknemers: een verklaring van een scheepsbeheerder of zeewerkgever waaruit blijkt dat u voor uw werk een monsterboekje nodig hebt. De verklaring dient minimaal uw functie te vermelden, ondertekend te zijn en de naam van het schip waarop u dienst doet te vermelden;

o voor kapitein/eigenaar: een verklaring van uw accountant dat u kapitein eigenaar bent of een kopie inschrijvingsbewijs van de Kamer van de Koophandel;

o voor studenten: een officieel bewijs van een geldige inschrijving van de zeevaartschool ;

o ZZP’er: verklaring van opdrachtgever.

In de wet staan een aantal functies opgenomen die in aanmerking komen voor het monsterboekje, deze functies zijn:

• Nautisch/technisch surveyors van erkende organisaties

• Registerloodsen

• Noordzeeloodsen (certificaatloodsen)

• Maritiem wetenschappelijk onderzoekers

• Personeel met dienstverlenende taken aan boord van schepen

• Nautisch/technisch onderhoudspersoneel

• Nautisch/technisch ondersteunend personeel

• Medewerkers van nautische/technische inspecties van scheepsbeheerders

• Andere zeevarenden dan bedoeld in artikel 97, tweede lid, onderdeel a, van het Besluit zeevarenden die in het bezit zijn van een geldig Nederlands vaarbevoegdheidsbewijs

• Detacheringsmedewerkers, te werk gesteld via een uitzendbureau of een detacheringsbureau, voor het verrichten van werkzaamheden aan boord van zeeschepen

• Ambtenaren belast met toezichthoudende of handhavende taken aan boord van zeeschepen

Naast deze functies is het mogelijk dat ook andere functies geaccepteerd kunnen worden. Dit kan enkel worden bekeken aan de hand van de functie in combinatie met het type schip, een aantal voorbeelden:

• Laborant aan boord van een onderzoeksschip

• Een duiker aan boord van een bergingsschip

• Entertainers, koks en hotelpersoneel aan boord van een passagiersschip

Bovenstaande mensen voeren reguliere werkzaamheden uit welke horen bij het schip. Deze groep kan in het kader van de uitgifte van het monsterboekje worden aangemerkt als een zeevarende.

3.4 Duplicaat

Indien u een duplicaat aanvraagt, moet u de volgende documenten overleggen:

• kopie van uw geldige nationaliteitsbewijs (paspoort of gemeentelijke identiteitskaart, geen rijbewijs);

• een recente pasfoto voorzien van uw naam en geboortedatum;

• ingevulde verklaring van vermissing, klik hier voor het formulier.

3.5 Verlenging of vernieuwing

Om in aanmerking te komen voor een vernieuwing van uw monsterboekje moet u de volgende documenten overleggen:

• kopie van uw geldige nationaliteitsbewijs (paspoort of identiteitskaart, geen rijbewijs);

• een recente pasfoto;

• eerste pagina van uw monsterboekje, en de pagina met een aan- en afmonstering (er moet minimaal één reis in staan die in de afgelopen zes maanden heeft plaatsgevonden.

Indien u geen recente aan- en afmonstering heeft in de afgelopen zes maanden, kunt u alleen een aanvraag indienen als u voldoet aan de eisen voor een eerste aanvraag.

3.6 Overzicht verplichte documenten

In dit hoofdstuk worden een aantal bewijsstukken verder beschreven.

3.6.1 Arbeidsovereenkomst voor de vaart ter zee

Voor het verkrijgen van een monsterboekje moet bewijs overgelegd worden dat de aanvrager een arbeidsovereenkomst voor de vaart ter zee is aangegaan of zal aangaan of aantoont het monsterboekje nodig te hebben ten behoeve van zijn beroepsuitoefening.

Dit bewijs kan zijn:

• een werkgeversverklaring, arbeidsovereenkomst of contract met scheepsbeheerder of;

• een maatschapsovereenkomst (bij zeevisserij) of;

• een accountantsverklaring bij zelfstandige, zeebrief of nationaliteitsverklaring (kapitein/eigenaar).

Op de arbeidsovereenkomst moeten de volgende gegevens vermeld te zijn:

• vermelding van persoonsgegevens van de begunstigde;

• handtekening van de werkgever (eventueel een stempel of bedrijfslogo);

• vermelding van de functie waarvoor de arbeidsovereenkomst is aangegaan;

• daadwerkelijk sprake van een arbeidsovereenkomst voor de vaart ter zee;

• accountantsverklaring: voorzien van persoonsgegevens (naam- en geboortedatum).

Het is belangrijk dat u werkzaamheden verricht aan boord. Het kan dus zijn dat u werkt als horecamedewerker aan boord van een cruiseschip of als duiker aan boord van een bergingsschip. Om misverstanden te voorkomen raden wij u aan de volgende informatie op te nemen in de verklaring:

• naam van het schip;

• doel van het schip;

• uw functie

• uw personalia.

3.6.2 Bewijs van het volgen of te volgen beroepsopleiding

Voor het verkrijgen van een monsterboekje moet aangetoond worden dat de aanvrager een opleiding gaat volgen voor een beroep waarvoor een vaarbevoegdheidsbewijs vereist is. Het bewijs dat hiervoor aangeleverd moet worden is een inschrijvingsbewijs of een verklaring van een school.

Een ontvangstbevestiging van de school dat een inschrijving is ontvangen of een bewijs van studielink volstaat niet.

Op het bewijs moeten de volgende gegevens vermeld zijn:

• persoonsgegevens (naam, geboortedatum en geboorteplaats) van de begunstigde;

• maritieme opleiding.

Het inschrijfbewijs mag niet ouder zijn dan één jaar.

3.6.3 Bewijs dat aanvrager behoort tot een andere beroepsgroep

Beroepsgroepen die eveneens in aanmerking komen:

• Nautische/technische surveyors van erkende organisaties

• Registerloodsen

• Noordzeeloodsen (certificaatloodsen)

• Maritiem wetenschappelijk onderzoekers

• Personeel met dienstverlenende taken aan boord van schepen

• Nautische/technisch ondersteunend personeel

• Medewerkers van nautische/technische inspecties van scheepsbeheerders

• Andere zeevarenden die in het bezit zijn van een Nederlands vaarbevoegdheidsbewijs

• Detacheringsmedewerkers, te werk gesteld via een uitzendbureau of een detacheringsbureau voor het verrichten van werkzaamheden aan boord van zeeschepen en

• Ambtenaren belast met toezichthoudende of handhavende taken aan boord van zeeschepen

Indien u één van bovenstaande functies heeft en een monsterboekje wilt aanvragen kunt u hiervoor een werkgeversverklaring overleggen.

3.6.4 Geldig paspoort of ander nationaliteitsbewijs

Voor de aanvraag van een vaarbevoegdheidsbewijs, een bekwaamheidsbewijs of een monsterboekje, moet een kopie van een geldig identiteitsbewijs ingediend worden. Dit kan een paspoort of een identiteitsbewijs zijn. Op het moment van aanvraag moet het nationaliteitsbewijs geldig zijn. Een rijbewijs is geen geldig nationaliteitsbewijs.

3.6.5 Recente pasfoto

Voor de aanvraag van een vaarbevoegdheidsbewijs, een bekwaamheidsbewijs of een monsterboekje, moet een recente pasfoto aangeleverd worden.

Voor de pasfoto op het monsterboekje gelden de eisen zoals opgenomen in artikel 98 van het Besluit zeevarenden.

De pasfoto’s van Nederlandse monsterboekjes voor buitenlanders moeten ‘passport like’ te zijn; de pasfoto moet vergelijkbaar zijn met de pasfoto op het identiteitsbewijs.

3.6.6 Verklaring van vermissing

Een ingevulde verklaring van vermissing is nodig als u een duplicaat wilt aanvragen. Klik hier voor de verklaring van vermissing.

3.6.7 De eerste pagina van uw monsterboekje

Als u een aanvraag doet voor een vernieuwing moet u de eerste pagina van uw monsterboekje bijvoegen. Het gaat om de houderpagina waar de gegevens en de geldigheid van het document op staan in combinatie met een recente af- of aanmonstering.

3.6.8 Pagina recente aan- en afmonstering

De pagina met de laatste reis die u heeft gemaakt die in het monsterboekje is aangemonsterd. Deze reis moet in de afgelopen zes maanden hebben plaatsgevonden. Recent wilt zeggen in de afgelopen zes maanden.

3.6.9 Laatste pagina aan- en afmonstering

Als u een vol boekje vervangt, moet u de laatste pagina van uw monsterboekje meesturen waaruit blijkt dat er geen reizen meer aan- en afgemonsterd kunnen worden.

4 Aanvraag Vaarbevoegdheidsbewijs

4.1 Wettelijke eisen

Artikel 8 besluit zeevarenden

Artikel 28a t/m 28h besluit zeevarenden

Wet- en regelgeving

Een vaarbevoegdheidsbewijs wordt afgegeven een degene die voldoet aan de wettelijke vereisten:

• een kennisbewijs of bekwaamheidsbewijs;

• vereiste bekwaamheidsbewijzen en schriftelijke bewijzen;

• geldig identiteitsbewijs;

• een identieke, recente pasfoto;

• originele, geldige geneeskundige verklaring van geschiktheid voor de zeevaart;

• bewijs dat voldaan is aan de vereiste ervaring.

4.2 Aanvraagprocedure

Uw aanvraag kunt u volledig digitaal indienen via onze aanvraagportal. Klik hier om direct uw aanvraag te starten.

4.3 Eerste aanvraag

Een eerste aanvraag kan worden gedaan mits uw kennisbewijs (diploma) of bekwaamheidsbewijs niet ouder is dan vier jaar. Recht op één of meerdere functies is afhankelijk van uw kennisbewijs of bekwaamheidsbewijs. Klik hier voor een volledig overzicht van kennisbewijzen (diploma’s), bekwaamheidsbewijzen en functies.

Naast de documenten die in de matrix staan, moet het volgende ook meegestuurd worden met de aanvraag:

• kopie van uw geldige nationaliteitsbewijs (paspoort of gemeentelijke identiteitskaart, geen rijbewijs);

• een recente pasfoto;

• medische keuring.

4.4 Duplicaat

Als uw vaarbevoegdheidsbewijs verloren is, kunt u een duplicaat aanvragen. Stuur hiervoor het volgende mee met de aanvraag:

• kopie van uw geldige nationaliteitsbewijs (paspoort of gemeentelijke identiteitskaart, geen rijbewijs);

• een recente pasfoto;

• medische keuring.

4.5 Vernieuwing

Om uw vaarbevoegdheidsbewijs te vernieuwen moet u over voldoende certificaten en ervaring beschikken. Bij de aanvraag moeten het volgende meegestuurd worden:

• kopie van uw geldige nationaliteitsbewijs (paspoort of gemeentelijke identiteitskaart, geen rijbewijs);

• een recente pasfoto;

• 360 vaardagen uit de afgelopen vijf jaar of 90 dagen uit de afgelopen zes maanden voorafgaand aan uw aanvraag;

• medische keuring;

• medische eerste hulp aan boord en medische zorg aan boord. Deze certificaten zijn alleen nodig voor de functie schipper. Zie voor een uitleg hoofdstuk 4.7.9 en 4.7.10.

4.6 Verhoging

In sommige gevallen is het mogelijk om een bevoegdheid te verhogen. Klik hier om te zien wat de exacte eisen zijn.

Naast de eisen uit de matrix moeten ook de volgende documenten ingediend worden:

• kopie van uw geldige nationaliteitsbewijs (paspoort of gemeentelijke identiteitskaart, geen rijbewijs);

• een recente pasfoto;

• medische keuring.

Wij kunnen alleen vaartijd accepteren dat is opgedaan op visserij schepen terwijl u in bezit bent van een geldig vaarbevoegdheidsbewijs.

4.7 Overzicht verplichte documenten

In dit hoofdstuk en in de matrix worden een aantal bewijsstukken genoemd. Hieronder worden ze verder beschreven.

4.7.1 Recente pasfoto

Voor de aanvraag van een vaarbevoegdheidsbewijs, een bekwaamheidsbewijs of een monsterboekje, moet de begunstigde een recente pasfoto aanleveren.

Voor de pasfoto’s op de Nederlandse vaarbevoegdheidsbewijzen en bekwaamheidsbewijzen gelden de eisen uit de Paspoortwet. U kunt deze eisen terugvinden in de fotomatrix 2007. Klik hier voor meer informatie over de fotomatrix.

4.7.2 Geldig paspoort of ander nationaliteitsbewijs

Voor de aanvraag van een vaarbevoegdheidsbewijs of een bekwaamheidsbewijs of een monsterboekje, moet de begunstigde een kopie van een geldig identiteitsbewijs aanleveren. Dit kan een paspoort of een identiteitsbewijs zijn. Op het moment van aanvraag moet het nationaliteitsbewijs geldig zijn. Een rijbewijs is geen geldig nationaliteitsbewijs.

4.7.3 Medische keuring

Bij de aanvraag van een vaarbevoegdheidsbewijs moet een geldige, geneeskundige verklaring van de zeevarende aangeleverd worden. In de medische claim wordt de geneeskundige verklaring gecontroleerd op geldigheid, functie, ondertekening en of de arts is geautoriseerd om de keuring uit te voeren.

De medische keuring wordt uitgevoerd door een door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) geaccepteerde keuringsarts of een arts welke is goedgekeurd door een andere autoriteit. Klik hier voor een overzicht van artsen in Nederland en in het buitenland die zijn goedgekeurd door de ILT.

Sinds 20 oktober 2007 kunnen geneeskundige verklaringen afkomstig uit een andere lidstaat van de EU, EER en Noorwegen, IJsland, Liechtenstein of Zwitserland gebruikt worden bij een aanvraag voor een vaarbevoegdheidsbewijs of bij het aanmonsteren aan boord van een zeeschip onder de Nederlandse vlag.

Uit de medische keuring moet duidelijk blijken dat de zeevarende is goedgekeurd voor de betreffende functie. Dit houdt in dat iemand met een nautische functie goedgekeurd moet zijn voor het wachtlopen op dek, terwijl iemand in de machinekamer minimaal gekeurd moet zijn voor het wachtlopen in de machinekamer.

4.7.4 Diploma

Voor het verkrijgen van een eerste vaarbevoegdheidsbewijs moet u een diploma hebben dat niet ouder is dan vier jaar. Wij adviseren u daarom om altijd binnen vier jaar na afgifte van uw diploma een eerste aanvraag in te dienen.

U kunt in de matrix terugvinden welk diploma u kunt overleggen en welke functies hieruit voortvloeien.

Als uw diploma ouder is dan vier jaar, moet u drie maanden boven de sterkte varen voordat u de beginnersbevoegdheden kunt aanvragen.

4.7.5 Certificaat Radiocommunicatie (Marcom A/B)

Om in aanmerking te komen voor een vaarbevoegdheidsbewijs voor een nautische functie dient u in het bezit te zijn van een certificaat Radiocommunicatie Algemeen (Marcom-A) of een certificaat Radiocommunicatie beperkt (Marcom B). Deze verplichting geldt niet voor de aanvraag voor een wachtlopend gezel en voor een scheepskok.

Na het behalen van de training kunt u uw examen om laten zetten in een Marcom-A of B certificaat bij het Agentschap Telecom.

Certificaten van de BES-eilanden worden geaccepteerd als gelijkwaardig aan die van de Nederlandse certificaten.

4.7.6 Reddingsmiddelen (Proficiency in survival craft other than fast rescue boats)

Deze cursus (gebaseerd op punten uit de IMO Model course 1.23) beslaat training in de verplichte minimum eisen om een certificaat ‘proficiency in survival craft’ of ‘reddingsmiddelen’ te ontvangen volgens STCW code A-VI/2-1. Het doel van deze cursus is, de kandidaat te trainen in het lanceren van en leiding nemen over een reddingssloep / survival craft of hulpverleningsboot / rescue boat in een noodsituatie.

Het certificaat moet eenmalig bij de eerste aanvraag worden meegestuurd. Er geldt geen refreshverplichting.

4.7.7 Brandbestrijding voor gevorderden ( Advanced Firefighting)

De cursus brandbestrijding voor gevorderden (advanced firefighting) is gericht op de organisatie van brandbestrijding aan boord. Dit certificaat dient in sommige gevallen bij een eerste aanvraag te worden meegestuurd. Er geldt geen refreshverplichting.

4.7.8 Basisveiligheidstraining voor vissersvaartuigen ( BST-F)

De cursus heeft betrekking op veiligheid aan boord van vissersschepen, brandbestrijding en overleven in noodsituaties. Het certificaat moet eenmalig bij een eerste aanvraag worden meegestuurd. Er geldt geen refreshverplichting.

4.7.9 Medische eerste hulp aan boord (Medical First Aid)

Het certificaat medische eerste hulp aan boord (medical first aid) moet altijd bij een eerste aanvraag worden aangeleverd.

Als de aanvraag voor een verlenging is, moet alleen de schipper hierover beschikken en eventueel de zeevarende die is aangewezen om medische hulp aan boord van het schip te verlenen.

Het certificaat is geldig voor een periode van vijf jaar en moet elke 5 jaar herhaald worden.

U kunt bij uw aanvraag het reguliere certificaat of de herhalingstraining aanleveren.

4.7.10 Medische zorg aan boord ( Medical Care)

De schipper en de zeevarende die is aangewezen om medische hulp aan boord van het schip te verlenen, zijn in het bezit van het certificaat medische eerste hulp aan boord en van het certificaat medische zorg aan boord.

Het certificaat is geldig voor een periode van vijf jaar en moet elke vijf jaar herhaald worden.

U kunt bij uw aanvraag het reguliere certificaat of de herhalingstraining aanleveren.

De eis om over dit certificaat te beschikken geldt niet voor de schipper die een vaarbevoegdheidsbewijs aanvraagt voor een beperkt vaargebied. Deze kunnen volstaan met het certificaat medische eerste hulp aan boord.

4.7.11 Vaartijd

Een geldig vaarbevoegdheidsbewijs kan verlengd worden als de houder hiervan kan aantonen dat hij:

• voorafgaand aan de aanvraagdatum minimaal twaalf maanden ervaring heeft opgedaan;

• in de afgelopen vijf jaar voorafgaand aan de datum van de aanvraag tot vernieuwing of drie maanden in de afgelopen zes maanden voorafgaand aan de datum van de aanvraag tot vernieuwing in een relevante functie of in een vergelijkbare functie een relevante functie is een of meerdere functies die op het vaarbevoegdheidsbewijs staat vermeld.

De ervaring kan alleen opgedaan worden aan boord van vissersschepen. Ervaring kan niet behaald worden op:

• Onbemande schepen

• Oorlogsschepen en marinehulpschepen

• Reddingsvaartuigen

• Onoverdekte vissersvaartuigen

• Pleziervaartuigen/jachten

Bij het aantonen van de vaartijd is het voor ons zeer belangrijk dat het duidelijk is hoeveel u heeft gevaren, op welk schip en in welke functie. Wij tellen uw vaartijd aan de hand van de aan- en afmonsteringen uit uw monsterboekje of gespecificeerde vaartijdverklaringen van uw werkgever. U kunt enkel vaartijd aantonen in functies waarvoor u het vaarbevoegdheidsbewijs bezit.

Voor het overleggen van de vaartijd mag u zowel het monsterboekje, verklaringen van de werkgever als de verklaring van de website gebruiken.

In sommige gevallen is het mogelijk om vaartijd, opgedaan op een geldig koopvaardij vaarbevoegdheidsbewijs, te gebruiken om uw visserij bevoegdheid te verlengen.

Neem contact met ons op als u hiervan gebruik wilt maken.

4.7.12 Verklaring van eisen van bekwaamheid

Als u een aanvraag doet voor een vaarbevoegdheidsbewijs gezel, moet u naast de documenten die zijn genoemd in de matrix ook een verklaring van eisen van bekwaamheid overleggen. Deze verklaring vindt u hier .

5 Aanvraag Erkenning van een buitenlands visserij vaarbevoegdheidsbewijs

5.1 Wettelijke eisen

Artikel 20 besluit zeevarenden

5.2 Aanvraagprocedure

Uw aanvraag kunt u volledig digitaal indienen via onze aanvraagportal. Klik hier om direct uw aanvraag te starten.

Vooralsnog zijn er geen landen waar Nederland een overeenkomst mee is aangegaan. Hierdoor is het op dit moment nog niet mogelijk een aanvraag te doen voor een erkenning van een buitenlands visserij vaarbevoegdheidsbewijs.

5.3 Eerste aanvraag

Omdat elke aanvraag voor een erkenning gebaseerd is op een nieuwe buitenlandse erkenning wordt elke erkenning gezien als een “eerste aanvraag’’.

5.4 Vereiste documenten

Tijdens de aanvraag moet u een aantal documenten overleggen, namelijk;

• kopie van uw geldige nationaliteitsbewijs (paspoort of gemeentelijke

• Identiteitskaart, geen rijbewijs);

• een recente pasfoto;

• medische keuring;

• buitenlands vaarbevoegdheidsbewijs ( COC );

• GMDSS ( alleen voor nautische functies);

• module wetgeving ( voor de functie schipper).

5.4.1 Recente pasfoto

Voor de aanvraag van een vaarbevoegdheidsbewijs, een bekwaamheidsbewijs of een monsterboekje, moet een recente pasfoto ingediend worden.

5.4.2 Geldig paspoort of ander nationaliteitsbewijs

Voor de aanvraag van een vaarbevoegdheidsbewijs of een bekwaamheidsbewijs of een monsterboekje, moet een kopie van een geldig identiteitsbewijs ingediend worden.

Dit kan een paspoort of een identiteitsbewijs zijn. Op het moment van aanvraag moet uw nationaliteitsbewijs geldig te zijn. Een rijbewijs is geen geldig nationaliteitsbewijs.

5.4.3 Medische keuring

De medische keuring wordt uitgevoerd door een door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) geaccepteerde keuringsarts of een arts welke is goedgekeurd door

een andere autoriteit. Klik hier voor een overzicht van artsen in Nederland en in het buitenland welke zijn goedgekeurd door de ILT.

5.4.4 Buitenlands vaarbevoegdheidsbewijs

Bij de aanvraag moet een geldig en compleet buitenlands vaarbevoegdheidsbewijs overlegd worden. Op het buitenlandse vaarbevoegdheidswijs moet minimaal het certificaatnummer, functies, limitaties, personalia en einddatum staan.

Wij verifiëren buitenlandse vaarbevoegdheidsbewijzen bij de autoriteit die het document heeft uitgegeven.

5.4.5 Radiocertificaat Marcom-A of Marcom-B.

Als u een aanvraag voor een nautische functie indient, moet u ook een GMDSS certificaat overleggen. Bij nautische functies kunt u denken aan:

• Wachtstuurman

• Eerste stuurman

• Kapitein

Ook bij het GMDSS hebben wij eventuele pagina’s waarop de afloopdatum staat nodig.

5.4.6 Certificaat wetgeving en openbaar gezag

Als u een aanvraag wilt doen voor een buitenlandse schipper, moet u als aanvullende eis het certificaat wetgeving en openbaar gezag overleggen. Er zijn meerdere instituten die deze cursus geven, namelijk:

• Nova College

• De Ruyter Training & Consultancy

• Scheepvaart en Transport College

5.4.7 Geldigheidsdatum en tenaamstelling de erkenning

De erkenning heeft een geldigheidsdatum welke gelijk is aan het buitenlandse vaarbevoegdheidsbewijs.

Bij nautische officieren zoals stuurman en kapitein kan het voorkomen dat het GMDSS een kortere einddatum heeft. In dit geval wordt de kortste datum aangehouden.

Vanuit het STCW-F verdrag geldt de eis dat de naam op de erkenning gelijk is aan de naam op het erkende buitenlandse vaarbevoegdheidsbewijs. In sommige landen kan het voorkomen dat het paspoort en het document afwijken qua benaming, wij hanteren in dit geval altijd de naam welke op het buitenlandse vaarbevoegdheidsbewijs staat.

6 Persoonsdispensatie

6.1 Wettelijke eisen

Artikel 25 wet zeevarenden Artikel 2 besluit zeevarenden

6.2 Aanvraagprocedure

Anders dan bij onze overige producten is het enkel mogelijk om uw aanvraag het dispensatieformulier in te dienen. Wij raden u aan om zoveel mogelijk relevante informatie mee te sturen bij uw aanvraag. Denk hierbij aan:

• Paspoort

• Medische keuring

• Safe Manning Certificate

• Eventuele STCW of STCW-F certificaten

• Kopie huidig vaarbevoegdheidsbewijs

• Eventuele vaartijd

Wij adviseren u om uw documenten in combinatie met het dispensatieformulier per e- mail (XX.Xxxxxxxxxxx@xxxx.xx) naar ons te sturen.

Als uw dispensatie spoed heeft, neem dan telefonisch contact met ons op nadat u de aanvraag heeft ingestuurd. Wij zullen in dit geval uw aanvraag met spoed behandelen.

6.3 Onvoorziene omstandigheid

Een persoonsdispensatie kan alleen afgegeven worden aan personen die in het bezit zijn van een geldig vaarbevoegdheidsbewijs.

Om in aanmerking te komen voor een dispensatie moet er sprake zijn van een

onvoorziene omstandigheid.

Een geldige reden voor een dispensatie kan zijn:

1. Ziekte of ongeval aan boord:

Door een ziekte of ongeval op een schip kan het zijn dat er een bemanningslid niet kan functioneren aan boord of van boord af moet, reden om voor de duur van een reis een ander bemanningslid tijdelijk een dispensatie te geven om te varen in een hogere functie.

2. Ernstige problemen in de thuissituatie van een zeevarende zoals het overlijden van een naaste verwante of een ernstige ziekte naaste verwante.

3. Verplicht vertrekken uit haven zonder alle bemanningsleden op orders van havenmeester/locale autoriteit/Nederlandse autoriteit door bijvoorbeeld oorlog/terroristische dreiging of natuurgeweld.

4. Onmogelijkheden om bemanningslid aan boord te krijgen(langdurige visum aanvraag, politieke situatie, negatief reisadvies).

6.4 Vereiste documenten

In dit hoofdstuk worden de verplichte documenten beschreven.

6.4.1 Ingevuld dispensatieformulier

Klik hier voor het formulier.

6.4.2 Bemanningslijst

Om uw dispensatieverzoek te beoordelen hebben wij een bemanningslijst nodig.

6.4.3 Minimum Safe Manning document van het schip

Om uw dispensatieverzoek te beoordelen hebben wij een Minimum Safe Manning document nodig.

6.4.4 Vaarbevoegdheidsbewijs van de begunstigde

Omdat dergelijke aanvragen over het algemeen bijzonder veel spoed hebben, adviseren wij u om een kopie van het vaarbevoegdheidsbewijs mee te sturen.

7 Overige informatie en uitzonderingen

7.1 Uitwisseling ervaring verschillende sectoren

Onderstaande tekst komt uit de toelichting behorende bij artikel 10.6 van de regeling zeevarenden. Vanaf de tweede alinea wordt beschreven op welke wijze vaartijd gebruikt kan worden in een andere sector. Mocht u naar aanleiding hiervan nog vragen hebben, neem dan contact met ons op.

In het kader van het wetsvoorstel is geconstateerd dat de uitwisselbaarheid van bemanningsleden op schepen tussen de verschillende bedrijfstakken handelsvaart, zeegaande zeilvaart, zeevisvaart en de Koninklijke Marine, wordt bemoeilijkt omdat de vaarbevoegdheden niet op elkaar aansluiten. Daarom zijn er in artikel 18, tweede lid, Wz vaarbevoegdheden toegevoegd teneinde de uitwisselbaarheid tussen verschillende bedrijfstakken mogelijk te maken. Om de uitwisseling van zeevarenden verder te verbeteren is het ook van belang dat er wordt voorzien in de mogelijkheid om relevante ervaring, opgedaan in de verschillende bedrijfstakken, in acht te kunnen nemen. In artikel 10.6 is daarin voorzien door de mogelijkheid te bieden om ervaring die is opgedaan in de ene bedrijfstak mee te kunnen tellen in het kader van een aanvraag van een vaarbevoegdheidsbewijs voor een andere bedrijfstak. Dit is bijvoorbeeld van belang voor een zeevarende die een overstap maakt van de visserij naar de handelsvaart. Voordat een dergelijke zeevarende in aanmerking komt voor een vaarbevoegdheidsbewijs in een andere bedrijfstak, zal hij in het bezit moeten zijn van een relevant kennisbewijs voor die andere bedrijfstak. Een zeevarende die een overstap wil maken van de zeevisserij naar de handelsvaart zal beschikken over een kennisbewijs voor de zeevisvaart, dat geen recht geeft op een vaarbevoegdheidsbewijs voor de handelsvaart. Voor een zodanige zeevarende staat de weg open om volgens de zogenaamde EVC-procedure op grond van de WEB in het bezit te komen van een adequaat kennisbewijs, in dit geval een kennisbewijs dat is toegesneden op de bedrijfstak handelsvaart. Na het verkrijgen van dat kennisbewijs kan een aanvraag worden gedaan voor een initieel vaarbevoegdheidsbewijs voor de handelsvaart.

Hiernaast voorziet artikel 10.6, eerste lid, in de mogelijkheid dat zeevarenden die een vaarbevoegdheidsbewijs voor 2 of meer verschillende bedrijfstakken bezitten, hun ervaring in een relevante functie voor het behoud van hun vaarbevoegdheid in beide (of meer) bedrijfstakken kunnen aanwenden. Zo zal een stuurman zeevisvaart zijn ervaring in de zeevisvaart niet alleen kunnen aanwenden voor de vernieuwing van zijn vaarbevoegdheid voor de zeevisvaart maar tevens (en tegelijkertijd) voor de vernieuwing van zijn vaarbevoegdheid in de handelsvaart.

In het eerste lid is bepaald dat voordat gebruik kan worden gemaakt van de eerder opgedane relevante ervaring in de andere bedrijfstak eerst 3 maanden ervaring wordt opgedaan in een functie in de bedrijfstak waarvoor de vernieuwing van het vaarbevoegdheidsbewijs is aangevraagd. Na deze praktijkperiode bestaat de mogelijkheid om gebruik te maken van de eerdere opgedane ervaring, hetgeen recht kan geven op een hogere vaarbevoegdheid. Hiermee wordt bijvoorbeeld gefaciliteerd dat een persoon die beschikt over een vaarbevoegdheid als schipper in de zeevisvaart na bovenvermelde praktijkperiode van 3 maanden in de handelsvaart in aanmerking komt voor een vaarbevoegdheid op een vergelijkbaar niveau, in dit specifieke geval een vaarbevoegdheid als kapitein. Zonder deze mogelijkheid zou de desbetreffende zeevarende een geruime periode ervaring moeten opdoen vooraleer in aanmerking te kunnen komen voor een vaarbevoegdheid in de handelsvaart op het hetzelfde niveau als hij bezat in de zeevisvaart.

De eis van 3 maanden ervaring in

de andere bedrijfstak is niet van toepassing op zeevarenden die reeds een

vaarbevoegdheidsbewijs voor 2 of meer verschillende bedrijfstakken bezitten en hun ervaring voor het behoud van hun vaarbevoegdheid in beide (of meer) bedrijfstakken willen aanwenden. Evenmin is deze eis van toepassing op scheepswerktuigkundigen op schepen in de handelsvaart en in de zeevisvaart omdat deze functies vergelijkbaar zijn.

In het geval van vaartijd bij de Koninklijke Marine zullen wij met de Inspectie Leefomgeving en Transport beoordelen in hoeverre de ervaring kan worden gebruikt.

7.2 Reintegratie

Een zeevarende die in de ziektewet zit, kan geen geldige keuring aantonen. Een re- integratieperiode kan maximaal twee jaar duren. Het risico dat het geldige vaarbevoegdheidsbewijs verloopt, is hierdoor aanwezig.

De zeevarende moet bij zijn aanvraag voor vernieuwing van het vaarbevoegdheidsbewijs, een verklaring van een bedrijfsarts (of indien niet aanwezig een verklaring van een keuringsarts met daarin vermeld een geschatte re- integratiedatum).

De aanvraag wordt in behandeling genomen en wordt op pauze gezet. De duur van de pauze is afhankelijk van de re-integratiedatum die vermeld is op de verklaring. De pauze mag niet langer duren dan twee jaar. In het dossier wordt een notitie gemaakt. Na afloop van de re-integratiedatum wordt direct een geldige medische keuring ingediend door de aanvrager. Deze keuring wordt toegevoegd aan de “gepauzeerde” aanvraag. De aanvraag wordt nu verder in behandeling genomen.

8 Betaal informatie

8.1 Algemeen

Alle aanvragen voor persoonsdocumenten voor de scheepvaart worden alleen dan in behandeling genomen, als de verplichte leges zijn betaald. Er vindt geen restitutie plaats als de behandeling voortijdig wordt geannuleerd door de aanvrager. Ook in het geval van een afwijzing zal geen restitutie plaatsvinden.

9 Levertijden

De levertijdtijden staan vermeld in de overeenkomst en op de ontvangstbevestiging die de aanvrager ontvangt na het indienen van een aanvraag.

Als u gebruikt maakt van onze Express Service, dan wordt het product op de tweede werkdag afgegeven.

De producten worden verzonden met de reguliere post. U kunt er ook voor kiezen om uw document op te halen aan onze balie in Rijswijk. Geef dit aan tijdens de aanvraag. In dit geval nemen wij met u contact op wanneer uw product gereed is.

Document Metadata

Table of Contents

Online handboek visserij STCW-F

Document Metadata