TRAC T A TENBLAD
74 (2005) Nr. 1
TRAC T A TENBLAD
VAN HET
K O N I N K R I J K D E R N E D E R L A N D E N
JAARGANG 2005 Nr. 191
A. TITEL
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Chili inzake wederzijdse administratieve bijstand ten behoeve van de juiste toepassing van de douanewetgeving en de voorkoming, opsporing en bestrijding van inbreuken op de douanewetgeving;
’s-Gravenhage, 15 juni 2005
B. TEKST1)
Agreement between the Kingdom of the Netherlands and the Republic of Chile on mutual administrative assistance for the proper application of customs law and for the prevention, investigation and combating of customs offences
The Kingdom of the Netherlands and
the Republic of Chile,
hereafter referred to as the Contracting Parties,
Considering the importance of accurate assessment of customs duties and other taxes collected at importation or exportation and of ensuring proper enforcement of measures of prohibition, restriction and control;
Considering that offences against customs law are prejudicial to their economic, fiscal, social, cultural, public health and commercial interests;
Considering that cross-frontier trafficking in narcotic drugs and psy- chotropic substances, hazardous goods, endangered species and toxic waste constitutes a danger to society;
Recognizing the need for international co-operation in matters related to the application and enforcement of their customs laws;
Convinced that action against customs offences can be made more effective by close co-operation between their customs administrations based on clear legal provisions;
Having regard to the relevant instruments of the Customs Co-operation Council, now known as the World Customs Organization, in particular the Recommendation on mutual administrative assistance of 5 Decem- ber 1953;
Having regard also to international conventions containing prohibi- tions, restrictions and special measures of control in respect of specific goods;
have agreed as follows:
1) De Spaanse tekst is niet afgedrukt.
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Chili inzake wederzijdse administratieve bijstand ten behoeve van de juiste toepassing van de douanewetgeving en de voorkoming, opsporing en bestrijding van inbreuken op de douanewetgeving
Het Koninkrijk der Nederlanden en
de Republiek Chili,
hierna te noemen de Verdragsluitende Partijen,
Gelet op het belang van een juiste vaststelling van de douanerechten en andere belastingen die bij invoer of uitvoer worden geïnd en van het waarborgen van een juiste handhaving van verboden, beperkingen en controlemaatregelen;
Overwegende dat inbreuken op de douanewetgeving hun economi- sche, fiscale, sociale en culturele belangen en hun volksgezondheids- en handelsbelangen schaden;
Overwegende dat de grensoverschrijdende handel in verdovende mid- delen en psychotrope stoffen, gevaarlijke stoffen, bedreigde diersoorten en giftig afval een gevaar voor de samenleving vormt;
Erkennende de noodzaak van internationale samenwerking ter zake van aangelegenheden die verband houden met de toepassing en handha- ving van hun douanewetgeving;
Ervan overtuigd dat het optreden tegen inbreuken op de douane- wetgeving doeltreffender kan worden door middel van nauwe samenwer- king tussen hun douaneadministraties op basis van duidelijke wettelijke bepalingen;
Gelet op de van belang zijnde instrumenten van de Internationale Douaneraad, tegenwoordig bekend als de Wereld Douane Organisatie, in het bijzonder de Aanbeveling inzake wederzijdse administratieve bij- stand van 5 december 1953;
Tevens gelet op verdragen die verboden, beperkingen en bijzondere controlemaatregelen met betrekking tot bepaalde goederen bevatten;
Zijn het volgende overeengekomen:
CHAPTER I DEFINITIONS
Article 1
For the purposes of this Agreement,
1. the term ‘‘customs administration’’ shall mean:
for the Republic of Chile: el Servicio Nacional de Aduanas;
for the Kingdom of the Netherlands : the central administration responsible for the implementation of customs law;
2. the term ‘‘customs law’’ shall mean: any legal and administrative provisions applicable or enforceable by the customs administrations in connection with the importation, exportation, transhipment, transit, stor- age and circulation of goods, including legal and administrative provi- sions relating to measures of prohibition, restriction and control;
3. the term ‘‘customs offence’’ shall mean: any breach of customs law as defined by the legislation of either Contracting Party as well as any such attempted breach;
4. the term ‘‘person’’ shall mean: either a human being or a legal entity;
5. the term ‘‘personal data’’ shall mean: any data concerning an iden- tified or identifiable human being;
6. the term ‘‘information’’ shall mean: any data, documents, reports, or other communications in any format, including electronic, as well as certified or authenticated copies thereof;
7. the term ‘‘requesting administration’’ shall mean: the customs administration which requests assistance;
8. the term ‘‘requested administration’’ shall mean: the customs ad- ministration from which assistance is requested.
CHAPTER II
SCOPE OF THE AGREEMENT
Article 2
1. The Contracting Parties shall through their customs administra- tions afford each other administrative assistance under the terms set out in this Agreement, for the proper application of customs law and for the prevention, investigation and combating of customs offences.
HOOFDSTUK I BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
Artikel 1
Voor de toepassing van dit Verdrag,
1. wordt onder ,,douaneadministratie’’ verstaan:
wat de Republiek Chili betreft: de Servicio Nacional de Aduanas; wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft: de centrale administratie
die verantwoordelijk is voor de toepassing van de douanewetgeving.
2. wordt onder ,,douanewetgeving’’ verstaan: alle wettelijke en admi- nistratieve bepalingen die door de douaneadministraties worden toege- past of gehandhaafd in verband met de invoer, uitvoer, overslag, door- voer, opslag en het vervoer van goederen, met inbegrip van wettelijke en administratieve bepalingen met betrekking tot verboden, beperkingen en controlemaatregelen;
3. wordt onder ,,inbreuk op de douanewetgeving’’ verstaan: elke schending van de douanewetgeving zoals omschreven in de wetgeving van elk der Verdragsluitende Partijen, alsmede elke poging tot een der- gelijke schending;
4. wordt onder ,,persoon’’ verstaan: een individu of een rechtsper- soon;
5. wordt onder ,,persoonsgegevens’’ verstaan: gegevens betreffende een geïdentificeerd of identificeerbaar individu;
6. wordt onder ,,informatie’’ verstaan: alle gegevens, documenten, rapporten of andere mededelingen in ongeacht welke vorm, met inbegrip van de elektronische vorm, alsmede gewaarmerkte of gelegaliseerde afschriften daarvan;
7. wordt onder ,,verzoekende administratie’’ verstaan: de douane- administratie die om bijstand verzoekt;
8. wordt onder ,,aangezochte administratie’’ verstaan: de douane- administratie die om bijstand wordt verzocht.
HOOFDSTUK II TOEPASSINGSGEBIED VAN HET VERDRAG
Artikel 2
1. De Verdragsluitende Partijen verlenen elkaar door tussenkomst van hun douaneadministraties administratieve bijstand onder de in dit Ver- drag genoemde voorwaarden ten behoeve van de juiste toepassing van de douanewetgeving en de voorkoming, opsporing en bestrijding van inbreuken op de douanewetgeving.
2. All assistance under this Agreement by either Contracting Party shall be performed in accordance with its legal and administrative pro- visions and within the limits of its customs administration’s competence and available resources.
3. This Agreement is without prejudice to the obligations of xxx Xxxx- dom of the Netherlands under the legislation of the European Union con- cerning its present and future obligations as a Member State of the Euro- pean Union and any legislation enacted to implement those obligations, as well as its present and future obligations resulting from international agreements between the Member States of the European Union.
4. This Agreement is intended solely for the mutual administrative assistance between the Contracting Parties; the provisions of this Agree- ment shall not give rise to a right on the part of any private person to obtain, suppress or exclude any evidence or to impede the execution of a request.
5. This Agreement is without prejudice to rules governing mutual assistance in criminal matters. If mutual assistance should be afforded in accordance with another agreement in force between the Contracting Parties, the requested administration shall indicate which relevant au- thorities are concerned.
CHAPTER III SCOPE OF ASSISTANCE
Article 3
1. The customs administrations shall provide each other, either on request or on their own initiative, with information which helps to ensure proper application of the customs law and the prevention, inves- tigation and combating of customs offences.
2. Either customs administration shall, in making inquiries on behalf of the other customs administration, act as if the inquiries were being made on its own account or at the request of another authority of its own State.
Article 4
1. On request, the requested administration shall provide all informa- tion about the customs law and procedures applicable in that Contract- ing Party and relevant to inquiries relating to a customs offence.
2. Either customs administration shall communicate, on its own ini- tiative and without delay, any available information relating to:
2. Alle bijstand uit hoofde van dit Verdrag door een van de Verdrag- sluitende Partijen wordt verleend in overeenstemming met haar wette- lijke en administratieve bepalingen en binnen de grenzen van de be- voegdheden en beschikbare middelen van haar douaneadministratie.
3. Dit Verdrag laat onverlet de verplichtingen van het Koninkrijk der Nederlanden ingevolge de wetgeving van de Europese Unie inzake zijn huidige en toekomstige verplichtingen als lidstaat van de Europese Unie en alle wetgeving die is vastgesteld om die verplichtingen ten uitvoer te leggen, alsmede zijn huidige en toekomstige verplichtingen die voort- vloeien uit internationale overeenkomsten tussen de lidstaten van de Europese Unie.
4. Dit Verdrag is uitsluitend bedoeld voor de wederzijdse administra- tieve bijstand tussen de Verdragsluitende Partijen; particulieren kunnen aan de bepalingen van dit Verdrag niet het recht ontlenen bewijs- materiaal te doen verkrijgen, te doen achterhouden of ontoelaatbaar te doen verklaren dan wel de uitvoering van een verzoek te doen beletten.
5. Dit Verdrag laat onverlet de regelgeving inzake wederzijdse bij- stand in strafzaken. Indien wederzijdse bijstand dient te worden verleend in overeenstemming met een ander geldend Verdrag tussen de Verdrag- sluitende Partijen, geeft de aangezochte administratie aan welke autori- teiten het betreft.
HOOFDSTUK III REIKWIJDTE VAN DE BIJSTAND
Artikel 3
1. De douaneadministraties verstrekken elkaar op verzoek of uit eigen beweging informatie met het oog op de juiste toepassing van de douane- wetgeving en de voorkoming, opsporing en bestrijding van inbreuken op de douanewetgeving.
2. Elk van beide douaneadministraties handelt bij het instellen van een onderzoek namens de andere douaneadministratie alsof het onder- zoek werd ingesteld ten behoeve van haarzelf of op verzoek van een andere autoriteit van haar eigen staat.
Artikel 4
1. De aangezochte administratie verstrekt, op verzoek, alle informa- tie over de in die Verdragsluitende Partij toepasselijke douanewetgeving en -regelingen die van belang is voor het onderzoek met betrekking tot een inbreuk op de douanewetgeving.
2. Elk van beide douaneadministraties verstrekt, uit eigen beweging en onverwijld, alle beschikbare informatie met betrekking tot:
a) new customs law enforcement techniques having proved their effectiveness;
b) new trends, means or methods of committing customs offences.
CHAPTER IV
SPECIAL INSTANCES OF ASSISTANCE
Article 5
On request, the requested administration shall in particular provide the requesting administration with the following information:
a) whether goods which are imported into the customs territory of the requesting Contracting Party have been lawfully exported from the customs territory of the requested Contracting Party;
b) whether goods which are exported from the customs territory of the requesting Contracting Party have been lawfully imported into the customs territory of the requested Contracting Party and about the cus- toms procedure, if any, under which the goods have been placed.
Article 6
On request, the requested administration shall maintain special sur- veillance over:
a) persons known to the requesting administration to have commit- ted a customs offence or suspected of doing so, particularly those mov- ing into and out of the customs territory of the requested Contracting Party;
b) goods either in transport or in storage notified by the requesting administration as giving rise to suspected illicit traffic towards the cus- toms territory of the requesting Contracting Party;
c) means of transport suspected by the requesting administration of being used to commit customs offences in the customs territory of the requesting Contracting Party.
Article 7
1. The customs administrations shall provide each other, either on request or on their own initiative, with information on transactions, com- pleted or planned, which constitute or appear to constitute a customs offence.
2. In serious cases that could involve substantial damage to the economy, public health, public security or any other vital interest of one Contracting Party, the customs administration of the other Contracting Party shall, wherever possible, supply information without delay on its own initiative.
a. nieuwe handhavingstechnieken betreffende de douanewetgeving die hun doeltreffendheid hebben bewezen;
b. nieuwe trends, middelen of werkwijzen betreffende het maken van inbreuken op de douanewetgeving.
HOOFDSTUK IV BIJZONDERE VORMEN VAN BIJSTAND
Artikel 5
De aangezochte administratie verstrekt op verzoek de verzoekende administratie met name de volgende informatie:
a. of goederen die worden ingevoerd in het douanegebied van de ver- zoekende Verdragsluitende Partij op rechtmatige wijze zijn uitgevoerd uit het douanegebied van de aangezochte Verdragsluitende Partij;
b. of goederen die worden uitgevoerd uit het douanegebied van de verzoekende Verdragsluitende Partij op rechtmatige wijze zijn ingevoerd in het douanegebied van de aangezochte Verdragsluitende Partij en over de douaneregeling waaronder de goederen eventueel zijn gebracht.
Artikel 6
De aangezochte administratie houdt op verzoek bijzonder toezicht op:
a. personen ten aanzien van wie het de verzoekende administratie bekend is dat zij een inbreuk op de douanewetgeving hebben gemaakt of die daarvan worden verdacht, met name diegenen die het douane- gebied van de aangezochte Verdragsluitende Partij betreden en verlaten;
b. goederen in vervoer of in opslag ten aanzien waarvan door de ver- zoekende administratie is medegedeeld dat er een vermoeden van onge- oorloofde handel naar het douanegebied van de verzoekende Verdrag- sluitende Partij bestaat;
c. vervoermiddelen waarvan de verzoekende administratie vermoedt dat zij worden gebruikt voor het maken van inbreuken op de douane- wetgeving in het douanegebied van de verzoekende Verdragsluitende Partij.
Artikel 7
1. De douaneadministraties verstrekken elkaar, op verzoek of uit eigen beweging, informatie over verrichte of voorgenomen transacties die een inbreuk op de douanewetgeving vormen of lijken te vormen.
2. In ernstige gevallen die aanzienlijke schade voor de economie, volksgezondheid, openbare veiligheid of enig ander vitaal belang van de ene Verdragsluitende Partij met zich mee zouden kunnen brengen, ver- strekt de douaneadministratie van de andere Verdragsluitende Partij waar mogelijk onverwijld uit eigen beweging informatie.
Article 8
1. The customs administrations shall afford each other assistance with a view to the recovery of customs claims, provided that both Contract- ing Parties have enacted the necessary legal and administrative provi- sions.
2. Once the conditions of paragraph 1 of this Article are met, the cus- toms administrations shall by mutual agreement prescribe rules concern- ing the application of this Article in accordance with paragraph 1 of Arti- cle 18 of this Agreement.
CHAPTER V INFORMATION
Article 9
1. Copies of documents requested shall be provided duly certified or authenticated. Original information shall only be requested in cases where certified or authenticated copies would be insufficient and shall only be provided where the legal and administrative provisions of the requested Contracting Party so allow. Such original information shall be returned as soon as possible; rights of the requested administration or of third parties relating thereto shall remain unaffected.
2. Any information to be exchanged under this Agreement shall be accompanied by all relevant information for interpreting or utilizing it.
CHAPTER VI EXPERTS AND WITNESSES
Article 10
On request, the requested administration may authorize its officials, on such terms and conditions as may be agreed upon with the requesting administration, to appear before a court or tribunal in the other Contract- ing Party as experts or witnesses in the matter of a customs offence.
CHAPTER VII COMMUNICATION OF REQUESTS
Article 11
1. Requests for assistance under this Agreement shall be addressed directly to the customs administration of the other Contracting Party, shall be made in writing and shall be accompanied by any documents deemed useful.
Artikel 8
1. De douaneadministraties verlenen elkaar bijstand met het oog op de invordering van douanevorderingen, mits beide Verdragsluitende Par- tijen de noodzakelijke wettelijke en administratieve bepalingen hebben vastgelegd.
2. Wanneer aan de in het eerste lid van dit artikel bepaalde voorwaar- den is voldaan, stellen de douaneadministraties in onderlinge overeen- stemming regels vast betreffende de toepassing van dit artikel in over- eenstemming met artikel 18, eerste lid, van dit Xxxxxxx.
HOOFDSTUK V INFORMATIE
Artikel 9
1. Afschriften van verzochte documenten worden naar behoren ge- waarmerkt of gelegaliseerd verstrekt. Om originele informatie wordt slechts verzocht in gevallen waarin niet met gewaarmerkte of gelegali- seerde afschriften kan worden volstaan en deze wordt uitsluitend ver- strekt wanneer de wettelijke en administratieve bepalingen van de aan- gezochte Verdragsluitende Partij zulks toestaan. Deze originele informatie wordt zo spoedig mogelijk teruggezonden; rechten van de aangezochte administratie of van derden ter zake blijven onverlet.
2. Alle ingevolge dit Xxxxxxx uit te wisselen informatie gaat verge- zeld van alle gegevens die van belang zijn om deze te interpreteren of te gebruiken.
HOOFDSTUK VI DESKUNDIGEN EN GETUIGEN
Artikel 10
De aangezochte administratie kan op verzoek haar ambtenaren mach- tigen, op de met de verzoekende administratie overeen te komen voor- waarden, om ter zake van een inbreuk op de douanewetgeving als des- kundige of getuige te verschijnen voor een rechterlijke instantie van de andere Verdragsluitende Partij.
HOOFDSTUK VII TOEZENDING VAN VERZOEKEN
Artikel 11
1. Verzoeken om bijstand uit hoofde van dit Verdrag worden, schrif- telijk en vergezeld van nuttig geachte documenten, rechtstreeks aan de douaneadministratie van de andere Verdragsluitende Partij gericht.
When the circumstances so require, a request may also be made ver- bally or by electronic means. Such a request shall be promptly confirmed in writing. As long as the confirmation in writing has not been received, compliance with that request may be suspended.
2. Requests made pursuant to paragraph 1 of this Article, shall in- clude the following details:
a) the administration making the request;
b) the subject of and reason for the request;
c) a brief description of the matter, the legal elements and the nature of the proceeding;
d) the names and addresses of the parties concerned with the pro- ceeding, if known.
3. A request by either customs administration that a certain procedure be followed shall be complied with, subject to the legal and administra- tive provisions of the requested Contracting Party.
4. The information referred to in this Agreement shall be communi- cated to officials who are specially designated for this purpose by each customs administration. A list of officials so designated shall be fur- nished to the customs administration of the other Contracting Party in accordance with paragraph 1 of Article 18 of this Agreement.
5. A request for assistance shall be complied with within three months or, in urgent cases, within one month from the date of its receipt. Where the requested administration is not in a position to do so within the said period, it shall inform the requesting administration to that effect, indi- cating the period within which it expects to be in a position to comply with the request.
CHAPTER VIII EXECUTION OF REQUESTS
Article 12
1. If the requested administration is the appropriate authority and does not have the information requested, it shall, in accordance with its national legal and administrative provisions, initiate inquiries to obtain that information.
2. If the requested administration is not the appropriate authority in the circumstances, it shall, in accordance with its national legal and administrative provisions, either:
a) promptly transmit the request to the appropriate authority; or
Wanneer de omstandigheden dit vereisen, kan een verzoek ook mon- deling of langs elektronische weg worden gedaan. Een dergelijk verzoek wordt onmiddellijk schriftelijk bevestigd. Zolang de schriftelijke beves- tiging niet is ontvangen, kan de inwilliging van dat verzoek worden opgeschort.
2. Verzoeken ingevolge het eerste lid van dit artikel bevatten de vol- gende bijzonderheden:
a. de administratie die het verzoek doet;
b. het onderwerp van en de reden voor het verzoek;
c. een korte beschrijving van de zaak, de juridische aspecten en de aard van de procedure;
d. de namen en adressen van de bij de procedure betrokken partijen, voorzover bekend.
3. Een verzoek van een van de douaneadministraties om een bepaalde procedure te volgen wordt ingewilligd, met inachtneming van de wette- lijke en administratieve bepalingen van de aangezochte Verdragsluitende Partij.
4. De in dit Verdrag bedoelde informatie wordt aan ambtenaren me- degedeeld die door elke douaneadministratie hiertoe speciaal zijn aange- wezen. Een lijst van aldus aangewezen ambtenaren wordt aan de douane- administratie van de andere Verdragsluitende Partij verstrekt in overeenstemming met artikel 18, eerste lid, van dit Verdrag.
5. Aan een verzoek om bijstand wordt voldaan binnen drie maanden of, in spoedeisende gevallen, binnen een maand na de datum van ont- vangst ervan. Wanneer de aangezochte administratie niet in staat is bin- nen de genoemde periode aan het verzoek te voldoen, brengt zij de ver- zoekende administratie daarvan op de hoogte, met vermelding van de periode waarbinnen zij verwacht in staat te zijn aan het verzoek te kun- nen voldoen.
HOOFDSTUK VIII UITVOERING VAN VERZOEKEN
Artikel 12
1. Indien de aangezochte administratie de aangewezen autoriteit is en niet over de gevraagde informatie beschikt, stelt zij in overeenstemming met haar nationale wettelijke en administratieve bepalingen een onder- zoek in om die informatie te verkrijgen.
2. Indien de aangezochte administratie in het onderhavige geval niet de aangewezen autoriteit is, zal zij in overeenstemming met haar natio- nale wettelijke en administratieve bepalingen:
a. het verzoek onmiddellijk naar de aangewezen autoriteit doorzen- den; of
b) indicate to which authority the request should be sent.
3. Any inquiry under paragraph 1 of this Article may include the tak- ing of statements from persons from whom information is sought in con- nection with a customs offence and from witnesses and experts.
Article 13
1. On written request, officials specially designated by the requesting administration may, with the authorization of the requested administra- tion and subject to conditions the latter may impose, for the purpose of investigating a customs offence be present during an inquiry conducted by the requested administration in the customs territory of the requested Contracting Party and relevant to the requesting administration.
2. When officials of the requesting administration are present in the territory of the other Contracting Party in the circumstances provided for in Article 10 or in paragraph 1 or 3 of this Article, they must at all times be able to furnish proof of their official capacity.
3. Officials of a Contracting Party may with the agreement of the other Contracting Party and within the conditions laid down by the lat- ter, obtain from the offices of the requested administration information relating to a customs offence.
4. They shall, while in the territory of the other Contracting Party, enjoy such protection and assistance from that Contracting Party as is available under the national law of that Contracting Party, and be respon- sible for any offence they might commit.
CHAPTER IX CONFIDENTIALITY OF INFORMATION
Article 14
1. Any information received under this Agreement shall be used solely for the purposes of this Agreement and by the customs adminis- trations, except in cases in which the customs administration which fur- nished such information expressly approves its use for other purposes or by other authorities. Such use shall then be subject to any restrictions laid down by the customs administration which furnished the informa- tion. Any such information may, if the national law of the furnishing
b. aangeven aan welke autoriteit het verzoek dient te worden gezon- den.
3. Onderzoeken uit hoofde van het eerste lid van dit artikel kunnen mede omvatten het optekenen van verklaringen van personen van wie informatie wordt verlangd in verband met een inbreuk op de douane- wetgeving en van getuigen en deskundigen.
Artikel 13
1. Op schriftelijk verzoek, kunnen door de verzoekende administratie speciaal hiertoe aangewezen ambtenaren, met instemming van de aan- gezochte administratie en onder de door laatstgenoemde hieraan verbon- den voorwaarden, ten behoeve van de opsporing van een inbreuk op de douanewetgeving, aanwezig zijn bij een onderzoek door de aangezochte administratie in het douanegebied van de aangezochte Verdragsluitende Partij dat van belang is voor de verzoekende administratie.
2. Wanneer, onder de in artikel 10 of in het eerste of derde lid van dit artikel bedoelde omstandigheden, ambtenaren van de verzoekende admi- nistratie aanwezig zijn op het grondgebied van de andere Verdrag- sluitende Partij, moeten zij te allen tijde in staat zijn hun ambtelijke hoe- danigheid aan te tonen.
3. Ambtenaren van een Verdragsluitende Partij kunnen, met instem- ming van de andere Verdragsluitende Partij en onder de door laatstge- noemde vastgestelde voorwaarden, informatie met betrekking tot een inbreuk op de douanewetgeving vergaren ten kantore van de aange- zochte administratie.
4. Gedurende hun verblijf op het grondgebied van de andere Verdrag- sluitende Partij genieten zij de bescherming en bijstand van die Verdrag- sluitende Partij die ingevolge het nationale recht van die Verdragsluitende Partij verleend wordt en zijn zij verantwoordelijk voor de strafbare fei- ten die zij eventueel begaan.
HOOFDSTUK IX VERTROUWELIJK KARAKTER VAN INFORMATIE
Artikel 14
1. Alle uit hoofde van dit Verdrag ontvangen informatie mag slechts voor de doeleinden van dit Verdrag en door de douaneadministraties worden gebruikt, behalve in gevallen waarin de douaneadministratie die deze informatie heeft verstrekt, uitdrukkelijk haar goedkeuring hecht aan het gebruik daarvan voor andere doeleinden of door andere autoriteiten. In dat geval is dat gebruik onderworpen aan eventuele beperkingen die zijn vastgesteld door de douaneadministratie die de informatie heeft ver-
Contracting Party so prescribes, only be used in criminal prosecutions after the public prosecution or judicial authorities of the furnishing Con- tracting Party have agreed to such use.
2. Any information received under this Agreement shall at least be subject to the same protection and confidentiality as the same kind of information is subject to under the national law of the Contracting Party where it is received.
Article 15
1. Personal data may only be exchanged subject to the conditions laid down in paragraph 2 of Article 2 of this Agreement.
2. Personal data exchanged under this Agreement shall be subject to a level of protection equivalent to the level of protection maintained by the Contracting Party providing the data.
3. Contracting Parties shall provide each other with all legislation rel- evant to this Article, concerning personal data protection of their respec- tive States.
4. Personal data exchange shall not begin until the Contracting Par- ties have agreed in accordance with paragraph 1 of Article 18 of this Agreement that the level of protection is equivalent in either Contract- ing Party.
CHAPTER X EXEMPTIONS
Article 16
1. The requested administration shall not be required to give the assistance provided for by this Agreement if it is likely to jeopardize public order or any other essential interest of the requested Contracting Party or would involve the violation of an industrial, commercial or pro- fessional secret.
2. If the requesting administration would be unable to comply if a similar request were made by the requested administration, it shall draw attention to that fact in its request. Compliance with such a request shall be at the discretion of the requested administration.
3. Assistance may be postponed by the requested administration on the ground that it will interfere with an ongoing investigation, prosecu- tion or proceeding. In such a case the requested administration shall con-
strekt. Deze informatie mag, indien de nationale wetgeving van de ver- strekkende Verdragsluitende Partij dat voorschrijft, slechts bij strafrech- telijke vervolgingen worden gebruikt nadat het openbaar ministerie of de rechterlijke autoriteiten van de verstrekkende Verdragsluitende Partij met dit gebruik hebben ingestemd.
2. Voor alle uit hoofde van dit Verdrag ontvangen informatie gelden ten minste dezelfde bescherming en vertrouwelijkheid als die welke voor soortgelijke informatie gelden krachtens de nationale wetgeving van de Verdragsluitende Partij waar deze wordt ontvangen.
Artikel 15
1. Persoonsgegevens mogen uitsluitend worden uitgewisseld onder de in artikel 2, tweede lid, van dit Verdrag vervatte voorwaarden.
2. Uit hoofde van dit Verdrag uitgewisselde persoonsgegevens genie- ten een beschermingsniveau dat gelijk is aan het beschermingsniveau dat door de Verdragsluitende Partij die de gegevens verstrekt, wordt gehan- teerd.
3. De Verdragsluitende Partijen verschaffen elkaar alle wetgeving inzake de bescherming van persoonsgegevens in hun respectieve staten welke van belang zijn voor dit artikel.
4. De uitwisseling van persoonsgegevens zal niet eerder beginnen tot- dat de Verdragsluitende Partijen overeenkomstig artikel 18, eerste lid, van dit Verdrag zijn overeengekomen dat het beschermingsniveau in de Verdragsluitende Partijen gelijk is.
HOOFDSTUK X ONTHEFFING
Artikel 16
1. De aangezochte administratie is niet gehouden de in dit Verdrag bedoelde bijstand te verlenen indien deze de openbare orde of enig ander wezenlijk belang van de aangezochte Verdragsluitende Partij zou kun- nen schaden of tot een schending van een industrieel, commercieel geheim of, beroepsgeheim zou kunnen leiden.
2. Indien de verzoekende administratie niet in staat zou zijn een soortgelijk verzoek van de aangezochte administratie in te willigen, wijst zij daarop in haar verzoek. Inwilliging van een dergelijk verzoek wordt overgelaten aan het oordeel van de aangezochte administratie.
3. De bijstand kan door de aangezochte administratie worden uitge- steld op grond van het feit dat een lopend onderzoek of een lopende ver- volging of procedure hiermee wordt doorkruist. In een dergelijk geval
sult with the requesting administration to determine if assistance can be given subject to such terms or conditions as the requested administration may require.
4. Where assistance is denied or postponed, reasons for the denial or postponement shall be given.
CHAPTER XI COSTS
Article 17
1. The customs administrations shall waive all claims for reimburse- ment of costs incurred in the execution of this Agreement, except for expenses and allowances paid to experts and to witnesses as well as costs of interpreters other than Government employees, which shall be borne by the requesting administration.
2. If expenses of a substantial and extraordinary nature are or will be required to execute the request, the Contracting Parties shall consult to determine the terms and conditions under which the request will be executed as well as the manner in which the costs shall be borne.
CHAPTER XII IMPLEMENTATION OF THE AGREEMENT
Article 18
1. The customs administrations shall decide on further detailed ar- rangements, within the framework of this Agreement, to facilitate the implementation of this Agreement.
2. The customs administrations shall endeavour to resolve by mutual accord any problem or doubt arising from the interpretation or applica- tion of this Agreement.
3. Conflicts for which no solutions are found, shall be settled through diplomatic channels.
CHAPTER XIII APPLICATION
Article 19
1. As far as the Republic of Chile is concerned, this Agreement shall apply to its national territory.
pleegt de aangezochte administratie overleg met de verzoekende admi- nistratie om te bepalen of de bijstand kan worden verleend onder de voorwaarden of omstandigheden die de aangezochte administratie ver- langt.
4. Wanneer de bijstand wordt geweigerd of uitgesteld, dienen de redenen voor de weigering of het uitstel te worden gegeven.
HOOFDSTUK XI KOSTEN
Artikel 17
1. De douaneadministraties zien af van alle vorderingen tot vergoe- ding van ter uitvoering van dit Verdrag gemaakte kosten, met uitzonde- ring van bedragen en vergoedingen betaald aan deskundigen en getuigen alsook de kosten van tolken die niet in dienst zijn van de regering, welke worden gedragen door de verzoekende administratie.
2. Indien met de uitvoering van het verzoek aanmerkelijke kosten van buitengewone aard zijn of zullen zijn gemoeid, plegen de Verdrag- sluitende Partijen overleg om de voorwaarden te bepalen waaronder het verzoek zal worden uitgevoerd, alsmede de wijze waarop de kosten wor- den gedragen.
HOOFDSTUK XII UITVOERING VAN HET VERDRAG
Artikel 18
1. De douaneadministraties besluiten over nadere regelingen, binnen het kader van dit Verdrag, ter vergemakkelijking van de uitvoering van dit Verdrag.
2. De douaneadministraties streven ernaar eventuele problemen of twijfels naar aanleiding van de interpretatie of toepassing van dit Ver- drag in onderlinge overeenstemming op te lossen.
3. Conflicten waarvoor geen oplossing wordt gevonden, worden langs diplomatieke weg geregeld.
HOOFDSTUK XIII TOEPASSING
Artikel 19
1. Wat de Republiek Chili betreft, is dit Verdrag van toepassing op haar nationale grondgebied.
2. As far as the Kingdom of the Netherlands is concerned, this Agree- ment shall apply to its territory in Europe. It may, however, be extended either in its entirety or with any necessary modifications to the Nether- lands Antilles or to Aruba.
3. Such extension shall take effect from such date and be subject to such modifications and conditions, including conditions as to termina- tion, as may be specified and agreed in notes to be exchanged through diplomatic channels.
CHAPTER XIV
ENTRY INTO FORCE AND TERMINATION
Article 20
This Agreement shall enter into force sixty (60) days after the Con- tracting Parties have notified each other in writing through diplomatic channels that the constitutional or legal requirements for the entry into force of this Agreement have been complied with.
Article 21
1. This Agreement is intended to be of unlimited duration but either Contracting Party may terminate it at any time by notification through diplomatic channels.
2. The termination shall take effect ninety (90) days from the date of the notification of denunciation to the other Contracting Party. Ongoing proceedings at the time of termination shall nonetheless be completed in accordance with the provisions of this Agreement.
Article 22
The Contracting Parties shall meet in order to review this Agreement on request or at the end of five years from the date of its entry into force, unless they notify one another in writing that no such review is neces- sary.
IN WITNESS WHEREOF the undersigned, being duly authorized thereto, have signed this Agreement.
DONE at The Hague, on 15 June 2005, in duplicate, in the Nether-
2. Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, is dit Verdrag van toe- passing op zijn grondgebied in Europa. Het kan echter, hetzij in zijn geheel, hetzij met de nodige wijzigingen, worden uitgebreid tot de Nederlandse Antillen of Aruba.
3. Bedoelde uitbreiding wordt van kracht met ingang van een datum en met inachtneming van wijzigingen en voorwaarden, met inbegrip van voorwaarden ten aanzien van de beëindiging, die nader worden vastge- steld en overeengekomen bij diplomatieke notawisseling.
HOOFDSTUK XIV INWERKINGTREDING EN BEËINDIGING
Artikel 20
Dit Verdrag treedt in werking zestig (60) dagen nadat de Verdrag- sluitende Partijen elkaar langs diplomatieke weg schriftelijk ervan in kennis hebben gesteld dat aan de grondwettelijke of wettelijke vereisten voor de inwerkingtreding van dit Verdrag is voldaan.
Artikel 21
1. Dit Verdrag wordt in principe voor onbepaalde tijd gesloten, maar elk van beide Verdragsluitende Partijen kan het te allen tijde langs diplo- matieke weg opzeggen.
2. De beëindiging wordt van kracht negentig (90) dagen na de datum van de kennisgeving van opzegging aan de andere Verdragsluitende Par- tij. Lopende procedures op het tijdstip van beëindiging worden niette- min voltooid in overeenstemming met de bepalingen van dit Verdrag.
Artikel 22
De Verdragsluitende Partijen komen op verzoek of na het verstrijken van vijf jaar vanaf de inwerkingtreding van dit Verdrag bijeen om het te heroverwegen, tenzij zij elkaar schriftelijk ervan in kennis stellen dat een dergelijke heroverweging niet nodig is.
TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe naar behoren gemachtigd, dit Verdrag hebben ondertekend.
GEDAAN te Den Haag, op de vijftiende dag van de maand juni van
lands, Spanish and English languages, all texts being equally authentic. In case of divergence of interpretation, the English text shall prevail.
For the Kingdom of the Netherlands,
B. R. BOT
For the Republic of Chile,
X. XXXXXX
het jaar twee duizend vijf, in tweevoud, in de Nederlandse, de Spaanse en de Engelse taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek. In geval van verschil in interpretatie is de Engelse tekst doorslaggevend.
Voor het Koninkrijk der Nederlanden,
B. R. BOT
Voor de Republiek Chili,
X. XXXXXX
D. PARLEMENT
Het Verdrag behoeft ingevolge artikel 91 van de Grondwet de goed- keuring van de Staten-Generaal, alvorens het Koninkrijk aan het Verdrag kan worden gebonden.
G. INWERKINGTREDING
De bepalingen van het Verdrag zullen ingevolge zijn artikel 20 in wer- king treden zestig dagen nadat de Verdragssluitende Partijen elkaar langs diplomatieke weg schriftelijk ervan in kennis hebben gesteld dat aan de grondwettelijke of wettelijke vereisten voor de inwerkingtreding van dit Verdrag is voldaan.
J. VERWIJZINGEN
Titel : Verdrag houdende instelling van een Internationale Douaneraad;
Xxxxxxx, 00 december 0000
Xxxxx : Trb. 1951, 120 (Frans en Engels)
Trb. 1953, 51 (vertaling)
Laatste Trb. : Trb. 2001, 156
Titel : Verdrag betreffende de Europese Unie; Maastricht, 7 februari 0000
Xxxxx : Trb. 1992, 74 (Nederlands)
Laatste Trb. : Trb. 2004, 122
Uitgegeven de tiende augustus 2005.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
B. R. BOT
TRB3865
ISSN 0920 - 2218
Sdu Uitgevers
’s-Gravenhage 2005