PROTOCOL
PROTOCOL
tot uitvoering van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Democratische Republiek Sao Tomé en Principe en de Europese Gemeenschap
Artikel 1
Beginselen
1. Met het voorliggende protocol wordt uitvoering gegeven aan de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Democratische Republiek Sao Tomé en Principe en de Europese Gemeenschap (hierna “de overeenkomst” genoemd).
Het bevat een bijlage en aanhangsels die daarvan een integrerend onderdeel vormen.
2. De Europese Unie (hierna “de Unie” genoemd) en de Democratische Republiek Sao Tomé en Principe (hierna “Sao Tomé en Principe” genoemd), (hierna “partijen” genoemd), verbinden zich ertoe verantwoorde visserij in de visserijzone van Sao Tomé en Principe te bevorderen op basis van het beginsel van niet-discriminatie.
Sao Tomé en Principe verbindt zich ertoe om op alle buitenlandse industriële tonijnvisserijvloten die in zijn visserijzone actief zijn, dezelfde technische en instandhoudingsmaatregelen toe te passen, met als doel bij te dragen tot een goede governance van de visserij.
3. De partijen verbinden zich ertoe te waarborgen dat het protocol wordt uitgevoerd overeenkomstig artikel 9 van de Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, enerzijds en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds (1), als laatst gewijzigd (hierna “de overeenkomst van Cotonou” genoemd), met als titel “Essentiële elementen op het gebied van de rechten van de mens, de democratische beginselen en de rechtsstaat, en fundamenteel element met betrekking tot goed bestuur”.
4. De partijen verbinden zich ertoe een duurzame ontwikkeling en een duurzaam en deugdelijk beheer van het milieu te bevorderen.
5. De partijen verbinden zich ertoe informatie openbaar te maken en uit te wisselen over elke overeenkomst waarbij aan buitenlandse vaartuigen toegang tot de visserijzone van Sao Tomé en Principe wordt verleend, en over de daaruit voortvloeiende visserijinspanning, en met name het aantal afgegeven machtigingen en de vangsten.
6. Overeenkomstig artikel 6 van de overeenkomst mogen vaartuigen van de Unie slechts visserijactiviteiten in de visserijzone van Sao Tomé en Principe uitoefenen als ze in het bezit zijn van een vismachtiging die op grond van dit protocol en overeenkomstig de bijbehorende bijlage is afgegeven.
Artikel 2
Vangstmogelijkheden
1. De krachtens artikel 5 van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij aan de Europese Unie verleende vangstmogelijkheden worden voor een op de datum van voorlopige toepassing van het dit protocol ingaande periode van vijf jaar vastgesteld voor de vangst van over grote afstanden trekkende soorten (soorten vermeld in bijlage I bij het Zeerechtverdrag van de Verenigde Naties van 1982, en met name tonijnen, zwaardvissen en oceanische witpunthaaien), met uitzondering van de door de Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (Iccat) beschermde of verboden soorten.
2. De vangstmogelijkheden worden toegewezen aan:
a) 28 vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen, en
b) 6 vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug.
3. De leden 1 en 2 van dit artikel zijn van toepassing onverminderd de artikelen 6, 7 en 9 van dit protocol.
(1) PB L 317 van 15.12.2000, blz. 3.
Artikel 3
Financiële tegenprestatie — betalingswijze
1. De in artikel 7 van de overeenkomst bedoelde financiële tegenprestatie wordt voor de in artikel 2 van dit protocol bepaalde periode vastgesteld op 4 200 000 EUR.
2. De in lid 1 bedoelde financiële tegenprestatie omvat:
a) een jaarlijks bedrag van 400 000 EUR voor de toegang tot de visserijzone van de Sao Tomé en Principe, hetgeen overeenkomt met een referentiehoeveelheid van 8 000 ton per jaar, en
b) een specifiek bedrag van 440 000 EUR per jaar voor de ondersteuning van de tenuitvoerlegging van het sectorale visserijbeleid van Sao Tomé en Principe.
3. Het geraamde bedrag van de visrechten die overeenkomstig dit protocol in de loop van een jaar worden gegenereerd uit de activiteiten van vaartuigen met een vismachtiging, zoals berekend op basis van de in lid 2 bedoelde referentiehoe veelheid, bedraagt gemiddeld 560 000 EUR.
4. Lid 2 van dit artikel is van toepassing onverminderd de artikelen 4, 6, 7 en 9 van dit protocol en de artikelen 12 en 13 van de overeenkomst.
5. De Unie betaalt ieder jaar gedurende de gehele termijn van toepassing van dit protocol de in lid 2 bedoelde financiële tegenprestatie van 840 000 EUR, hetgeen overeenkomt met het totaal van de in lid 2, onder a) en b), bedoelde jaarlijkse bedragen.
6. Indien de vaartuigen van de Unie in de wateren van Sao Tomé en Principe in totaal meer dan de in lid 2, onder a), genoemde referentiehoeveelheid vangen, wordt de jaarlijkse financiële tegenprestatie met 50 EUR per extra ton verhoogd.
7. De extra vangsten worden betaald na overeenstemming over de eindafrekening als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling 2, van de bijlage. De Unie mag evenwel voor deze extra vangsten jaarlijks niet meer betalen dan het dubbele van het in lid 2, onder a), vermelde bedrag. Indien het bedrag dat de Unie voor deze vangsten verschuldigd is, meer is dan het dubbele van het in lid 2, onder a), bedoelde jaarlijkse bedrag, wordt het verschil in het jaar daarop betaald.
8. Voor het eerste jaar vindt de betaling van de in lid 2, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie uiterlijk negentig dagen na de datum van voorlopige toepassing van dit protocol plaats, en voor de jaren daarop uiterlijk op de verjaardag van de voorlopige toepassing van dit protocol.
9. De besteding van de in lid 2, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie is de exclusieve bevoegdheid van de autoriteiten van Sao Tomé en Principe en strookt met de beginselen van een goed financieel beheer.
10. De financiële tegenprestatie moet worden overgemaakt naar rekeningen van de overheid: de in lid 2, onder a), bedoelde bijdrage wordt overgemaakt naar een rekening van het Ministerie van Financiën bij de centrale bank van Sao Tomé en Principe; de in lid 2, onder b), bedoelde specifieke bijdrage en de in lid 7 bedoelde bijdrage worden overgemaakt naar de rekening van het visserijontwikkelingsfonds en worden in de begroting opgenomen. De gegevens van de bankrekeningen worden jaarlijks door de autoriteiten van Sao Tomé en Principe aan de Commissie meegedeeld.
Artikel 4
Sectorale steun
1. De in het kader van dit protocol verleende sectorale steun draagt bij tot de uitvoering van de nationale strategie voor de visserij en tot de ontwikkeling van de blauwe economie van Sao Tomé en Principe. De steun beoogt het duurzame beheer van de visbestanden en de ontwikkeling van de sector, door met name:
a) verbetering van de monitoring, controle en bewaking van visserijactiviteiten;
b) verbetering van de wetenschappelijke kennis over de visbestanden;
c) verbetering van de kwaliteit van visserijproducten;
d) ondersteuning van de ontwikkeling van de ambachtelijke visserij;
e) versterking van de internationale samenwerking;
f) ondersteuning van de ontwikkeling van de aquacultuur.
2. De partijen bereiken uiterlijk drie maanden na aanvang van de voorlopige toepassing van dit protocol in de in artikel 9 van de partnerschapsovereenkomst voor de visserij bedoelde gemengde commissie (hierna “gemengde commissie” genoemd) overeenstemming over een meerjarig sectoraal programma en de daarbij behorende uitvoeringsbe palingen, en met name:
a) de op meerjarige en jaarbasis vastgestelde richtsnoeren voor het gebruik van het in artikel 3, lid 2, onder b), van dit protocol, genoemde specifieke deel van de financiële tegenprestatie;
b) de doelstellingen die op jaarbasis en op meerjarige basis moeten worden bereikt om een duurzame en verantwoorde visserij te bevorderen, waarbij rekening wordt gehouden met de prioriteiten die Sao Tomé en Principe stelt voor het visserijbeleid;
c) de criteria en procedures voor de jaarlijkse beoordeling van de resultaten.
3. De Europese Commissie wordt van tevoren in kennis gesteld van wijzigingen in de doelstellingen en acties van het sectorale jaar- of meerjarenprogramma. Wanneer de Europese Commissie bezwaar aantekent, kan de beoogde wijziging worden voorgelegd aan de gemengde commissie, die zich met het oog op de goedkeuring van de partijen daarover uitspreekt, in voorkomend geval via briefwisseling.
4. Beide partijen verrichten elk jaar een beoordeling van de resultaten van de uitvoering van het meerjarige sectorale programma op basis van een schriftelijk verslag van de autoriteiten van Sao Tomé en Principe. Wanneer uit deze beoordeling blijkt dat de doelstellingen niet conform de programmering zijn verwezenlijkt of de gemengde commissie de uitvoering ervan ontoereikend acht, wordt de betaling van de financiële tegenprestatie herzien of opgeschort.
5. Nadat de partijen met elkaar overleg hebben gepleegd en hun toestemming hebben gegeven, wordt de betaling van de financiële tegenprestatie hervat zodra de gemengde commissie oordeelt dat voldoende vooruitgang is geboekt met de uitvoering, in voorkomend geval per briefwisseling. De in artikel 3, lid 2, onder b), bedoelde financiële tegenprestatie kan evenwel slechts worden betaald tot uiterlijk zes maanden na het verstrijken van dit protocol.
Artikel 5
Wetenschappelijke en technische samenwerking met het oog op verantwoorde visserij
1. Gedurende de toepassingsperiode van dit protocol verbinden de Unie en Sao Tomé en Principe zich ertoe om samen te werken bij de bewaking van de toestand van de visbestanden in de visserijzone van Sao Tomé en Principe.
2. De partijen verbinden zich ertoe in de Centraal-Afrikaanse regio de samenwerking op het gebied van verantwoorde visserij te bevorderen.
3. De partijen verbinden zich ertoe de aanbevelingen en resoluties van de Iccat in acht te nemen.
4. Overeenkomstig artikel 4 van de overeenkomst plegen de partijen op basis van de aanbevelingen en resoluties van de Iccat en het beste beschikbare wetenschappelijke advies overleg in de bedoelde gemengde commissie over eventuele maatregelen voor een duurzaam beheer van de onder dit protocol vallende visbestanden die van belang zijn voor de activiteiten van de Unievaartuigen.
5. De partijen komen met het oog op een goed beheer en de instandhouding van het haaienbestand overeen om de haaienvangsten nauwlettend te volgen door middel van de uitwisseling van vangstgegevens als bedoeld in de bijlage, hoofdstuk III. De gemengde commissie stelt zo nodig aanvullende beheersmaatregelen vast om de activiteiten van de beugvisserijvloot beter te omkaderen.
6. De partijen werken samen aan de versterking van de mechanismen voor controle, inspectie en bestrijding van illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij in Sao Tomé en Principe.
Artikel 6
Herziening van de vangstmogelijkheden en de technische maatregelen
1. De in artikel 2 bedoelde vangstmogelijkheden kunnen door de gemengde commissie worden herzien, mits de aanbevelingen en resoluties van de Iccat bevestigen dat deze herziening strookt met een duurzaam beheer van de onder dit protocol vallende visbestanden.
2. In dat geval moet de in artikel 3, lid 2, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie pro rata temporis worden aangepast en moeten dit protocol dienovereenkomstig worden gewijzigd.
3. De gemengde commissie kan de voorwaarden voor de uitoefening van de visserij en de technische uitvoerings maatregelen van dit protocol onderzoeken en, zo nodig, in onderling overleg aanpassen.
Artikel 7
Nieuwe vangstmogelijkheden
1. De autoriteiten van Sao Tomé en Principe kunnen de Unie vragen de mogelijkheid tot bevissing van niet onder dit protocol vallende visbestanden in overweging te nemen. Bij ontstentenis van voldoende gegevens over de situatie van de bestanden komen de partijen voorwaarden voor de uitvoering van een verkenningsactie overeen, waarbij rekening wordt gehouden met de beste wetenschappelijke adviezen die zijn ingediend bij de wetenschappelijke deskundigen van de partijen.
2. In het licht van die resultaten en indien de Unie belangstelling toont voor die bevissing, plegen de partijen overleg in de gemengde commissie voordat de autoriteiten van Sao Tomé en Principe besluiten om al dan niet toestemming te verlenen. In voorkomend geval spreken de partijen voorwaarden voor deze nieuwe vangstmogelijkheden af en indien nodig passen zij dit protocol aan.
Artikel 8
Stimuleringsmaatregelen voor aanlandingen en bevordering van de samenwerking tussen marktdeelnemers
1. De partijen werken samen bij de verbetering van de aanlandingsmogelijkheden in de havens van Sao Tomé en Principe.
2. Sao Tomé en Principe spant zich in om een strategie en stimuleringsmaatregelen in te voeren die de aanlandingen bevorderen. In het kader van deze strategie spant de Unievloot zich in om een deel van deze vangsten, en met name de bijvangsten, aan te landen.
3. De partijen spannen zich in om de voorwaarden te creëren die de betrekkingen tussen de bedrijven op technisch, economisch en commercieel gebied bevorderen, en een kader voor de ontwikkeling van de handel en investeringen te bevorderen.
Artikel 9
Schorsing van de uitvoering van dit protocol
1. De uitvoering van dit protocol kan worden geschorst op initiatief van een van de partijen als zich een of meer van de volgende situaties voordoen:
a) abnormale omstandigheden, zoals gedefinieerd in artikel 2, onder h), van de overeenkomst, waardoor in de visserijzone van Sao Tomé en Principe geen visserijactiviteiten kunnen plaatsvinden;
b) belangrijke wijzigingen in de inhoud en uitvoering van het visserijbeleid van een van de partijen die gevolgen hebben voor dit protocol;
c) een van beide partijen constateert een schending van de essentiële elementen van de mensenrechten als bedoeld in artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou en naar aanleiding van de procedure van de artikelen 8 en 96 van die overeenkomst;
d) de in artikel 3, lid 2, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie wordt niet betaald door de Unie om andere dan de in dit artikel genoemde redenen;
e) een ernstig en onopgelost geschil tussen beide partijen over de toepassing of de interpretatie van dit protocol.
2. De toepassing van dit protocol kan pas worden geschorst indien de betrokken partij haar voornemen daartoe schriftelijk en ten minste drie maanden vóór de datum van inwerkingtreding van de schorsing meldt.
3. Bij schorsing blijven de partijen in onderling overleg streven naar een minnelijke schikking van het geschil. Wanneer zij daarin slagen, wordt de toepassing van dit protocol hervat en wordt het bedrag van de financiële tegenprestatie evenredig en pro rata temporis verlaagd overeenkomstig de duur van de periode waarin de toepassing van dit protocol was geschorst.
Artikel 10
Toepasselijke wetgeving
1. De activiteiten van de vissersvaartuigen van de Unie die in de wateren van Sao Tomé en Principe actief zijn, vallen onder het recht van Sao Tomé en Principe, tenzij anders is bepaald in de overeenkomst of in dit protocol.
2. De autoriteiten van Sao Tomé en Principe stellen de Unie in kennis van iedere wetswijziging of nieuwe wetgeving op het gebied van de visserij. De wijzigingen zijn binnen zestig dagen na deze kennisgeving afdwingbaar bij de vaartuigen van de Unie.
3. De Europese Commissie stelt de autoriteiten van Sao Tomé en Principe in kennis van iedere wetswijziging of nieuwe wetgeving in verband met de visserijactiviteiten van de externe vloot van de Europese Unie.
Artikel 11
Elektronische uitwisseling van informatie
1. Sao Tomé en Principe en de Unie verbinden zich ertoe de informaticasystemen operationeel te maken en te houden die nodig zijn voor de elektronische uitwisseling van alle met de uitvoering van de overeenkomst verband houdende informatie en documenten.
2. De elektronische vorm van een document wordt als volledig gelijkwaardig aan de papieren versie beschouwd.
3. Sao Tomé en Principe en de Unie stellen elkaar onmiddellijk in kennis van iedere storing van een informaticasysteem. De met de uitvoering van de overeenkomst verband houdende gegevens en documenten worden dan automatisch via een alternatief communicatiemiddel verzonden.
Artikel 12
Vertrouwelijkheid van de gegevens
1. Sao Tomé en Principe en de Unie zien erop toe dat alle in het kader van de overeenkomst verkregen nominatieve gegevens over de Unievaartuigen en hun visserijactiviteiten te allen tijde worden behandeld overeenkomstig de beginselen van vertrouwelijkheid en bescherming van gegevens.
2. De partijen zien erop toe dat alleen de geaggregeerde gegevens over de visserijactiviteiten in de wateren van Sao Tomé en Principe openbaar worden gemaakt overeenkomstig de ter zake geldende Iccat-bepalingen.
3. Gegevens die als vertrouwelijk kunnen worden beschouwd, worden door de bevoegde autoriteiten uitsluitend gebruikt voor de uitvoering van de overeenkomst en voor visserijbeheer, ‐controle en ‐bewaking.
4. Wat de door de Unie verstrekte persoonsgegevens betreft, kan de gemengde commissie passende waarborgen en rechtsmiddelen vaststellen overeenkomstig Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad (2) (algemene verordening gegevensbescherming).
Artikel 13
Toepassingsperiode
Dit protocol geldt voor een periode van vijf jaar vanaf de voorlopige toepassing ervan overeenkomstig artikel 15, tenzij het overeenkomstig artikel 14 wordt opgezegd.
(2) Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1).
Artikel 14
Opzegging
1. In geval van opzegging van dit protocol stelt de betrokken partij de andere partij ten minste zes maanden vóór de datum waarop de opzegging in werking treedt, schriftelijk in kennis van haar voornemen om dit protocol op te zeggen.
2. Met de verzending van de in lid 1 bedoelde kennisgeving wordt overleg geopend tussen de partijen.
Artikel 15
Voorlopige toepassing
Dit protocol is voorlopig van toepassing met ingang van de datum van ondertekening ervan.
Artikel 16
Inwerkingtreding
Dit protocol treedt in werking op de datum waarop de partijen elkaar ervan in kennis stellen dat de daartoe vereiste procedures zijn voltooid.
Съставено в Брюксел на деветнадесети декември две хиляди и деветнадесета година. Hecho en Bruselas, el diecinueve de diciembre de dos mil diecinueve.
V Bruselu dne devatenáctého prosince dva tisíce devatenáct. Udfærdiget i Bruxelles den nittende december to tusind og nitten.
Geschehen zu Brüssel am neunzehnten Dezember zweitausendneunzehn.
Kahe tuhande üheksateistkümnenda aasta detsembrikuu üheksateistkümnendal päeval Brüsselis. Έγινε στις Βρυξέλλες, στις δέκα εννέα Δεκεμβρίου δύο χιλιάδες δεκαεννέα.
Done at Brussels on the nineteenth day of December in the year two thousand and nineteen. Fait à Bruxelles, le dix-neuf décembre deux mille dix-neuf.
Sastavljeno u Bruxellesu devetnaestog prosinca godine dvije tisuće devetnaeste. Fatto a Bruxelles, addì diciannove dicembre duemiladiciannove.
Briselē, divi tūkstoši deviņpadsmitā gada deviņpadsmitajā decembrī.
Priimta du tūkstančiai devynioliktų metų gruodžio devynioliktą dieną Briuselyje.
Xxxx Xxxxxxxxxxx, a kétezer-tizenkilencedik év december havának tizenkilencedik napján. Magħmul fi Brussell, fid-dsatax-il jum ta’ Diċembru fis-sena elfejn u dsatax.
Gedaan te Brussel, negentien december tweeduizend negentien.
Sporządzono w Brukseli dnia dziewiętnastego grudnia roku dwa tysiące dziewiętnastego. Feito em Bruxelas, em dezanove de dezembro de dois mil e dezanove.
Întocmit la Bruxelles la nouăsprezece decembrie două mii nouăsprezece. V Bruseli devätnásteho decembra dvetisícdevätnásť.
V Bruslju, dne devetnajstega decembra leta dva tisoč devetnajst.
Tehty Brysselissä yhdeksäntenätoista päivänä joulukuuta vuonna kaksituhattayhdeksäntoista. Som skedde i Bryssel den nittonde december år tjugohundranitton.
BIJLAGE
VOORWAARDEN VOOR DE UITOEFENING VAN DE VISSERIJ DOOR VAARTUIGEN VAN DE UNIE IN DE VISSERIJZONE VAN SAO TOMÉ EN PRINCIPE
HOOFDSTUK I
1. Aanwijzing van de bevoegde autoriteit
ALGEMENE BEPALINGEN
Voor de toepassing van deze bijlage wordt, tenzij anders bepaald, met elke verwijzing naar de Unie of Sao Tomé en Principe als bevoegde autoriteit het volgende bedoeld:
a) voor de Unie: de Europese Commissie, in voorkomend geval de voor Sao Tomé en Principe bevoegde EU-delegatie;
b) voor Sao Tomé en Principe: de directie visserij van het voor visserij bevoegde ministerie.
2. Visserijzone
De vaartuigen van de Unie die in het kader van dit protocol vissen, mogen hun visserijactiviteiten in de exclusieve economische zone (EEZ) van Sao Tomé en Principe uitoefenen, met uitzondering van de zones die voorbehouden zijn aan ambachtelijke en semi-industriële visserij.
De EEZ-coördinaten zijn die welke zijn vermeld in de kennisgeving aan de Verenigde Naties van 7 mei 1998. Sao Tomé en Principe deelt elke wijziging in de visserijzone onverwijld mee aan de Unie.
3. Zones die gesloten zijn voor de scheepvaart en de visserij
Zonder onderscheid is elke visserijactiviteit in de voor gezamenlijke exploitatie door Sao Tomé en Principe en Nigeria bestemde zone verboden. De coördinaten van deze zone zijn vermeld in aanhangsel 1.
4. Bankrekening
Sao Tomé en Principe stelt de Unie vóór de inwerkingtreding van dit protocol in kennis van de gegevens van de bankrekening(en) waarnaar de financiële bedragen ten laste van de vissersvaartuigen in het kader van de overeenkomst moeten worden overgemaakt. De aan de bankoverschrijvingen verbonden kosten zijn voor rekening van de reders.
5. Contactpunten
De partijen stellen elkaar in kennis van hun respectieve contactpunten met het oog op de uitwisseling van informatie over de uitvoering van dit protocol, met name over kwesties in verband met de uitwisseling van algemene vangstgegevens en gegevens over de visserijinspanning, de procedures voor de vismachtigingen en de uitvoering van de sectorale steun.
6. Werktalen
De partijen komen overeen dat de werktalen in de vergaderingen over de uitvoering van dit protocol, voor zover mogelijk, het Portugees en het Frans zijn.
HOOFDSTUK II
VISMACHTIGINGEN
Voor de toepassing van deze bijlage is de term “vismachtiging” synoniem met de term “visvergunning” in de wetgeving van Sao Tomé en Principe.
AFDELING 1:
Toepasselijke procedures
1. Voorwaarden voor het verkrijgen van een vismachtiging
Alleen daarvoor in aanmerking komende Unievaartuigen kunnen een vismachtiging krijgen voor de visserijzone van Sao Tomé en Principe.
Een Unievaartuig komt slechts voor een vismachtiging in aanmerking als voor de reder, de kapitein en het vaartuig zelf geen verbod tot uitoefening van de visserij in de wateren van Sao Tomé en Principe geldt. Evenmin mogen zij bij Sao Tomé en Principe verplichtingen hebben uitstaan uit hoofde van eerdere visserijactiviteiten in het kader van de met de Unie gesloten visserijovereenkomsten. Verder moeten zij zich houden aan Verordening (EU) 2017/2403 van het Europees Parlement en de Raad (1) inzake het duurzame beheer van externe vissersvloten.
2. Aanvraag van een vismachtiging
De bevoegde autoriteiten van de Unie dienen ten minste 15 werkdagen vóór het begin van de aangevraagde geldigheidsduur bij het voor visserij bevoegde ministerie van Sao Tomé en Principe elektronisch een aanvraag in voor elk vaartuig dat op grond van dit protocol wil vissen, met een kopie aan de voor Sao Tomé en Principe bevoegde Uniedelegatie.
Voor het indienen van de aanvragen bij het voor visserij bevoegde ministerie van Sao Tomé en Principe wordt gebruikgemaakt van het formulier volgens het model in aanhangsel 2.
Elke vismachtigingsaanvraag gaat vergezeld van de volgende documenten:
a) het bewijs van betaling van het forfaitaire voorschot en van de forfaitaire bijdragen voor de waarnemers voor de geldigheidsduur van de vismachtiging;
b) een recente kleurenfoto van het vaartuig (zijaanzicht);
c) een kopie van het registratiecertificaat van het vaartuig;
d) in voorkomend geval, elk ander document dat op grond van de toepasselijke nationale bepalingen afhankelijk van het vaartuigtype vereist is en dat door Sao Tomé en Principe is gemeld in de gemengde commissie.
De betaling van het jaarlijkse forfaitaire visrecht wordt gestort op dezelfde rekening van het Ministerie van Financiën als die welke wordt gebruikt voor de financiële tegenprestatie als bedoeld in artikel 3, lid 2, onder a) van dit protocol.
De visrechten omvatten alle nationale en lokale belastingen, met uitzondering van havenbelastingen en kosten voor dienstverlening.
In elke vismachtigingsaanvraag moeten de doelsoorten duidelijk zijn aangegeven.
De vismachtigingsaanvraag kan een kennisgeving bevatten van het voornemen om haaienvinnen aan boord van het vaartuig gedeeltelijk in te snijden, alsmede van andere activiteiten aan boord, zoals het ontweien.
3. Afgifte van de vismachtiging
De vismachtigingen worden uiterlijk 15 werkdagen na de datum van ontvangst van alle in punt 2 van deze afdeling bedoelde documenten afgegeven door het voor visserij bevoegde ministerie van Sao Tomé en Principe.
De originelen worden aan de Unie toegezonden via de voor Sao Tomé en Principe bevoegde delegatie van de Unie.
De machtiging vermeldt de soorten of categorieën waarop mag worden gevist (tonijnen, zwaardvissen en haaien voor zover toegestaan).
Teneinde de mogelijkheid om in het visserijgebied van Sao Tomé en Principe te vissen niet te vertragen, wordt langs elektronische weg een kopie van de vismachtiging aan de reders toegezonden. Die kopie mag gedurende een periode van ten hoogste zestig dagen na de datum van afgifte van de vismachtiging worden gebruikt. Gedurende die periode wordt de kopie als gelijkwaardig aan het origineel beschouwd.
4. Uitzonderlijke vervanging van een vismachtiging
De vismachtiging wordt afgegeven voor een bepaald vaartuig en is niet overdraagbaar. Niettemin kan de vismachtiging, wanneer wordt aangetoond dat er sprake is van overmacht, op verzoek van de Unie worden ingetrokken en kan voor een ander vaartuig van dezelfde categorie een nieuwe vismachtiging worden afgegeven voor de resterende geldigheidsduur, volgens nader te bepalen voorwaarden.
De reder zendt de oorspronkelijke vismachtiging terug naar het voor visserij bevoegde ministerie van Sao Tomé en Principe. De machtiging voor het vervangende vaartuig gaat in op die datum. Sao Tomé en Principe stelt de Unie in kennis van de overdracht van de vismachtiging en van de datum waarop deze ingaat.
5. Aan boord houden van de vismachtiging
Onverminderd punt 3 van deze afdeling wordt de vismachtiging permanent aan boord bewaard.
(1) Verordening (EU) 2017/2403 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2017 inzake het duurzame beheer van externe vissersvloten, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1006/2008 van de Raad (PB L 347 van 28.12.2017, blz. 81).
6. Ondersteuningsvaartuigen
Op verzoek van de Unie en na onderzoek door zijn bevoegde autoriteiten machtigt Sao Tomé en Principe de vissersvaartuigen van de Unie die over een vismachtiging beschikken, om zich te laten bijstaan door ondersteunings vaartuigen.
De ondersteuningsvaartuigen mogen niet voor de visvangst zijn uitgerust. Bijtanken en overladen van vangsten worden niet als ondersteuning beschouwd.
De in dit hoofdstuk bedoelde procedure voor toezending van de vismachtigingsaanvragen geldt ook voor de ondersteuningsvaartuigen, voor zover deze procedure op deze vaartuigen van toepassing is. Sao Tomé en Principe stelt de lijst van gemachtigde ondersteuningsvaartuigen op en deelt deze onverwijld mee aan de Unie.
Deze vaartuigen betalen een jaarlijks recht van 3 500 EUR aan het in artikel 3, lid 10, van dit protocol bedoelde visserijontwikkelingsfonds.
AFDELING 2
Visrechten en voorschotten
1. De vismachtigingen zijn een jaar geldig.
2. De visrechten voor vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen en voor vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug worden per ton in de visserijzone van Sao Tomé en Principe gevangen vis voor de gehele toepassingsperiode van dit protocol vastgesteld op 70 EUR.
3. De vismachtigingen worden afgegeven na betaling van de volgende jaarlijkse forfaitaire bedragen:
a) voor vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen: 9 100 EUR per vaartuig, wat overeenkomt met de visrechten voor een vangst van 130 ton;
b) voor vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug: 3 255 EUR per vaartuig, wat overeenkomt met de visrechten voor een vangst van 46,5 ton.
De visrechten worden betaald op de rekening van het Ministerie van Financiën die ook gebruikt wordt voor het overmaken van de in artikel 3, lid 2, onder a) van dit protocol, bedoelde financiële tegenprestatie.
4. Op basis van de vangstaangiften van de Unievaartuigen stelt de Unie voor elk vaartuig een afrekening op van de vangsten en een afrekening van de visrechten die het vaartuig verschuldigd is voor het visseizoen van het vorige kalenderjaar. Zij dient vóór 30 juni van het lopende jaar de eindafrekening in bij de autoriteiten van Sao Tomé en Principe en, via de lidstaten van de Unie, bij de reder. Sao Tomé en Principe kan deze eindafrekening binnen dertig dagen na de ontvangst ervan betwisten op basis van bewijsstukken. Bij verschil van mening plegen de partijen, in voorkomend geval, overleg in de gemengde commissie. Indien Sao Tomé en Principe niet binnen de termijn van dertig dagen bezwaar aantekent, geldt de eindafrekening als vastgesteld.
5. Valt de eindafrekening hoger uit dan het voor het verkrijgen van de vismachtiging betaalde geanticipeerde forfaitaire visrecht, dan maakt de reder het saldo binnen 45 dagen over aan Sao Tomé en Principe, behalve wanneer hij daartegen bezwaar maakt. Het saldo wordt overgemaakt naar de rekening van het visserijontwikkelingsfonds. Is het bedrag van de eindafrekening evenwel lager dan het geanticipeerde forfaitaire visrecht, dan wordt het verschil niet aan de reder terugbetaald.
HOOFDSTUK III
MONITORING EN AANGIFTE VAN VANGSTEN
AFDELING 1
Elektronische visserijlogboeken
1. De kapitein van een vaartuig van de Unie dat in het kader van dit protocol visserijactiviteiten verricht, houdt een elektronisch visserijlogboek bij dat gekoppeld is aan een elektronisch registratie- en communicatiesysteem (ERS).
2. Vaartuigen zonder ERS mogen de visserijzone van Sao Tomé en Principe niet binnenvaren om daar visserijactiviteiten te verrichten.
3. De kapitein is verantwoordelijk voor de juistheid van de gegevens die in het elektronische visserijlogboek zijn vermeld. Het visserijlogboek is overeenstemming met de toepasselijke resoluties en aanbevelingen van de Iccat.
4. De kapitein registreert dagelijks voor elke visserijactiviteit de geraamde hoeveelheden van elke soort die gevangen is en aan boord wordt gehouden of is teruggegooid. De geraamde hoeveelheden van een soort die gevangen of teruggegooid is, moeten worden geregistreerd ongeacht het gewicht in kwestie.
5. Bij aanwezigheid zonder visserijactiviteit wordt de positie van het vaartuig om 12.00 uur ’s middags geregistreerd.
6. De gegevens van het visserijlogboek worden automatisch en dagelijks verzonden naar het visserijcontrolecentrum (VCC) van de vlaggenstaat. De verzonden informatie omvat ten minste:
a) de identificatienummers en de naam van het vissersvaartuig;
b) de FAO-drielettercode van elke soort;
c) de betrokken geografische zone waar de vangsten zijn gedaan;
d) de datum en, in voorkomend geval, het tijdstip van de vangsten;
e) de datum van vertrek uit en aankomst in de haven en de duur van de visreis;
f) het soort vistuig, de technische specificaties en de afmetingen;
g) de geraamde aan boord gehouden hoeveelheden van iedere soort in kilogram levend gewicht of, indien mogelijk, het aantal vissen.
h) de geraamde teruggegooide hoeveelheden van iedere soort in kilogram levend gewicht of, indien mogelijk, het aantal vissen.
7. De vlaggenstaat zorgt voor de ontvangst en de registratie in een elektronische gegevensbank waarin die gegevens gedurende ten minste 36 maanden op beveiligde wijze kunnen worden bewaard.
8. De vlaggenstaat en Sao Tomé en Principe zien erop toe dat zij zijn uitgerust met de nodige hardware en software voor de automatische verzending van de ERS-gegevens. Voor de verzending van de ERS-gegevens wordt gebruikgemaakt van de door de Europese Commissie beheerde elektronische communicatiemiddelen voor de uitwisseling van visserijgegevens in gestandaardiseerde vorm. Wijzigingen van normen worden binnen zes maanden ingevoerd.
9. Het VCC van de vlaggenstaat zorgt ervoor dat de visserijlogboeken dagelijks automatisch via het ERS aan het VCC van Sao Tomé en Principe ter beschikking worden gesteld voor de periode van aanwezigheid van het vaartuig in de visserijzone, zelfs bij nulvangsten.
10. De wijze waarop de vangsten per ERS worden meegedeeld, alsmede de procedures bij storingen zijn omschreven in aanhangsel 4.
11. De autoriteiten van Sao Tomé en Principe behandelen de gegevens over de visserijactiviteiten van de individuele vaartuigen op vertrouwelijke en veilige wijze.
AFDELING 2
Geaggregeerde vangstgegevens
1. De vlaggenstaat levert elk kwartaal de gegevens over de gevangen en de teruggegooide hoeveelheden van elk vaartuig, die per maand zijn geaggregeerd, aan de databank van de Europese Commissie. Voor de soorten waarvoor krachtens dit protocol of de Iccat-aanbevelingen een totale toegestane vangst geldt, worden de gegevens over de hoeveelheden maandelijks geleverd voor de voorafgaande maand.
2. De vlaggenstaat verifieert de gegevens door middel van kruiscontroles met aanlandings-, verkoop-, inspectie- en observatiegegevens en met alle andere relevante informatie waarvan de autoriteiten kennis hebben gekregen. De na deze verificaties vereiste actualisering van de databank vindt zo snel mogelijk plaats. Bij de verificaties wordt gebruikgemaakt van de geografische coördinaten van de visserijzone zoals vastgesteld volgens het onderhavige protocol.
3. De Unie verstrekt Sao Tomé en Principe vóór het einde van elk kwartaal de uit de databank afkomstige geaggregeerde gegevens voor de vorige kwartalen van het lopende jaar, met opgave van de gevangen hoeveelheden per vaartuig, per vangstmaand en per soort. Deze gegevens zijn voorlopig en evolutief.
4. Sao Tomé en Principe analyseert de in lid 3 bedoelde geaggregeerde gegevens en rapporteert alle belangrijke inconsistenties met gegevens van de elektronische visserijlogboeken die met het ERS zijn verstrekt. De vlaggenstaten verrichten onderzoek en werken de gegevens zo nodig bij.
HOOFDSTUK IV
MONITORING, CONTROLE EN BEWAKING
AFDELING 1
Controle en inspectie
De vissersvaartuigen van de Unie moeten de maatregelen en aanbevelingen van de Iccat in acht nemen met betrekking tot het vistuig, de technische specificaties en andere, voor hun visserijactiviteiten en hun vangsten geldende technische maatregelen.
1. Binnenvaren en verlaten van de visserijzone
De vaartuigen van de Unie die in het kader van dit protocol in de wateren van Sao Tomé en Principe actief zijn, stellen de bevoegde autoriteiten van Sao Tomé en Principe ten minste drie uur van tevoren in kennis van hun voornemen om de EEZ van Sao Tomé en Principe binnen te varen of te verlaten.
Wanneer een vaartuig zijn voornemen om de EEZ van Sao Tomé en Principe binnen te varen of te verlaten meedeelt, moet het tegelijk ook zijn positie en de reeds aan boord aanwezige vangsten, geïdentificeerd door zijn FAO- drielettercode, uitgedrukt in kilogram levend gewicht of, in voorkomend geval, in aantal vissen, meedelen.
Deze mededelingen moeten per ERS of anders per e‐mail worden gezonden naar het door de autoriteiten van Sao Tomé en Principe meegedeelde adres.
Vaartuigen die hun voornemen om de wateren van Sao Tomé en Principe binnen te varen, niet hebben meegedeeld en op visserijactiviteiten worden betrapt, worden beschouwd als vaartuigen zonder vismachtiging en dragen de gevolgen ervan zoals vastgelegd in de nationale wetgeving van Sao Tomé en Principe.
2. Inspectieprocedures
De inspectie op zee, in de haven of op de rede in de visserijzone van Sao Tomé en Principe van vaartuigen van de Unie die over een vismachtiging beschikken, wordt uitgevoerd door inspecteurs van Sao Tomé en Principe die duidelijk herkenbaar zijn als visserijcontroleurs en die gebruikmaken van vaartuigen van de autoriteiten van Sao Tomé en Principe.
Alvorens aan boord te gaan, stellen de inspecteurs van Sao Tomé en Principe de vaartuigen van de Unie in kennis van hun besluit om een inspectie uit te voeren. De inspectie wordt verricht door maximaal twee inspecteurs, die hun identiteit en kwalificatie als inspecteur moeten aantonen alvorens met de inspectie te beginnen.
De inspecteurs van Sao Tomé en Principe blijven niet langer aan boord van de vaartuigen van de Unie dan nodig is om de met de inspectie verband houdende taken te verrichten. Zij voeren de inspectie zo uit dat deze zo weinig mogelijk gevolgen heeft voor het vaartuig, de visserijactiviteit en de lading.
De beelden (foto’s en video’s) die tijdens inspecties worden gemaakt, zijn bestemd voor de autoriteiten die belast zijn met de controle en bewaking van de visserij. Deze beelden mogen niet openbaar worden gemaakt, tenzij in de nationale wetgeving anders is bepaald.
De kapiteins van de vaartuigen van de Unie faciliteren het aan boord gaan en de werkzaamheden van de inspecteurs van Sao Tomé en Principe.
Aan het einde van elke inspectie stellen de inspecteurs van Sao Tomé en Principe een inspectieverslag op. De kapitein van het Unievaartuig mag opmerkingen toevoegen aan het inspectieverslag. Het inspectieverslag wordt ondertekend door de inspecteur die het opstelt, en door de kapitein van het Unievaartuig.
De ondertekening van het inspectieverslag door de kapitein laat het recht van verweer van de reder bij een eventuele inbreukprocedure onverlet. De kapitein van het vaartuig verleent zijn medewerking tijdens de inspectieprocedure. Weigert de kapitein het document te ondertekenen, dan moet hij dit schriftelijk motiveren en brengt de inspecteur de vermelding “weigert te ondertekenen” aan. De inspecteurs van Sao Tomé en Principe overhandigen een kopie van het inspectieverslag aan de kapitein van het vaartuig van de Unie alvorens het vaartuig te verlaten. De autoriteiten van Sao Tomé en Principe stellen de Unie binnen 24 uur na een inspectie in kennis van deze inspectie en van de eventueel geconstateerde inbreuken en zenden haar het inspectieverslag toe. In voorkomend geval wordt binnen ten hoogste zeven dagen na terugkeer van de inspecteur in de haven een kopie van het proces-verbaal naar de Unie gezonden.
3. Toegestane activiteiten aan boord
De vismachtigingen die zijn afgegeven door Sao Tomé en Principe, vermelden welke activiteiten aan boord zijn toegestaan, zoals het ontweien en het gedeeltelijk insnijden van haaienvinnen.
4. Overlading en aanlanding
Vaartuigen van de Unie die in het kader van dit protocol in de wateren van Sao Tomé en Principe vissen en die hun vangsten in deze wateren willen overladen, doen dat in de havens Xxxxxx Xxxx, Neves of Xxx Xxxxxx.
De reders van die vaartuigen of hun vertegenwoordigers die willen aanlanden of overladen, stellen de bevoegde autoriteiten van Sao Tomé en Principe ten minste 48 uur van tevoren in kennis van:
a) de naam van de vissersvaartuigen waaruit wordt overgeladen of aangeland;
b) de naam van het vrachtschip waarop wordt overgeladen;
c) de over te laden of aan te landen hoeveelheid (in ton) van elke soort;
d) de dag waarop het overladen of het aanlanden plaatsvindt;
e) de bestemming van de overgeladen of aangelande vangsten.
De kennisgeving aan Sao Tomé en Principe mag worden gedaan met het ERS of per e‐mail. Overlading op zee is verboden.
De kapiteins van de vaartuigen dienen de vangstaangiften bij de bevoegde autoriteiten van Sao Tomé en Principe in en delen mee of zij de visserij willen voortzetten of dat zij de wateren van Sao Tomé en Principe willen verlaten.
Overladen of aanlanden op een andere dan de in deze afdeling beschreven wijze is niet toegestaan in de wateren van Sao Tomé en Principe. Overtredingen worden bestraft met de sancties waarin de geldende regelgeving van Sao Tomé en Principe voorziet.
AFDELING 2
Satellietvolgsysteem voor vaartuigen (VMS)
Elk vaartuig van de Unie dat in het kader van dit protocol mag vissen, moet zijn uitgerust met een satellietvolgsysteem voor vaartuigen (hierna “VMS” genoemd) (Vessel Monitoring System).
Het is verboden het satellietcommunicatiesysteem voor permanente lokalisering dat voor gegevenstransmissie aan boord van het vaartuig is geplaatst, te verplaatsen, los te koppelen, te vernietigen, te beschadigen of onklaar te maken of om de door VMS verzonden of geregistreerde gegevens te manipuleren, te verdraaien of te vervalsen.
De vaartuigen van de Unie delen hun positie automatisch en permanent ten minste om het uur voor vaartuigen voor de visserij met de zegen en ten minste om de twee uur voor alle overige vaartuigen mee aan het VCC van hun vlaggenstaat. Deze frequentie kan worden verhoogd in het kader van maatregelen om de activiteiten van een vaartuig te onderzoeken.
Het VCC van de vlaggenstaat zorgt voor de automatische terbeschikkingstelling van de VMS‐posities voor de periode van aanwezigheid van het vaartuig in de visserijzone.
Elk positiebericht moet de volgende informatie bevatten:
a) de identificatiegegevens van het vaartuig;
b) de meest recente geografische positie van het vaartuig (lengtegraad, breedtegraad), met een foutenmarge van minder dan 500 meter en een betrouwbaarheidsinterval van 99 %;
c) de datum en het tijdstip van registratie van de positie;
d) de snelheid en koers van het vaartuig.
De wijze waarop de posities van de vaartuigen per VMS worden meegedeeld, alsmede de procedures bij storingen zijn omschreven in aanhangsel 5.
De VCC’s communiceren met elkaar in het kader van de bewaking van de activiteiten van de vaartuigen.
HOOFDSTUK V
AANMONSTERING VAN ZEELIEDEN
1. Aantal aan te monsteren zeelieden
Voor de uitoefening van hun visserijactiviteiten in de wateren van Sao Tomé en Principe moeten de vaartuigen van de Unie zeelieden uit Sao Tomé en Principe aanmonsteren onder de volgende voorwaarden en binnen de volgende grenzen:
a) voor de vloot van de vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen: in totaal zes zeelieden voor de gehele vloot voor het eerste jaar na de toepassing van dit protocol, in totaal acht zeelieden voor het tweede jaar na de toepassing van dit protocol en in totaal tien zeelieden voor de laatste drie jaar van het protocol;
b) de vloot van de vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug: in totaal twee zeelieden per jaar voor de gehele vloot.
2. Deze aanmonsteringsverplichting geldt alleen als de autoriteiten van Sao Tomé en Principe vóór de toepassing van het protocol en vervolgens elk jaar in januari aan de Unie een lijst van geschikte en gekwalificeerde zeelieden toezenden. De reders rekruteren de zeelieden uit deze lijst.
3. De kwalificaties waarover de zeelieden uit Sao Tomé en Principe moeten beschikken, zijn vermeld in aanhangsel 6.
4. De reder of diens vertegenwoordiger deelt aan de bevoegde autoriteit van Sao Tomé en Principe de namen van de op het betrokken vaartuig aangemonsterde zeelieden mee, met vermelding van hun inschrijving op de bemanningslijst.
5. De verklaring van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) over de fundamentele beginselen en rechten op het werk is van rechtswege van toepassing op zeelieden die zijn aangemonsterd op vaartuigen van de Unie. Het gaat daarbij met name om de vrijheid van vereniging, de erkenning van het recht op collectieve onderhandeling van werknemers en de bestrijding van discriminatie op het gebied van werk en beroep.
6. De arbeidsovereenkomsten van de zeelieden uit Sao Tomé en Principe, waarvan het Ministerie van Arbeid, het ministerie dat bevoegd is voor visserij en de ondertekenende partijen een afschrift ontvangen, worden gesloten tussen de reders of hun vertegenwoordigers en de zeelieden of hun vakverenigingen of vertegenwoordigers. Die overeenkomsten garanderen de zeelieden de aansluiting bij de socialezekerheidsregeling die op hen van toepassing is overeenkomstig het geldende recht, met inbegrip van een levens-, ziekte- en ongevallenverzekering.
7. Het loon van de zeelieden komt ten laste van de reder. Het loon wordt vastgesteld in onderling overleg tussen de reders of hun vertegenwoordigers en de zeelieden of hun vakverenigingen of vertegenwoordigers. De bezoldigings voorwaarden van de zeelieden mogen evenwel niet ongunstiger zijn dan die welke gelden voor de bemanning uit eigen land, en mogen in geen geval ongunstiger zijn dan de IAO-normen.
8. Alle op Unievaartuigen aangemonsterde zeelieden moeten zich daags vóór de afgesproken datum van aanmonstering melden bij de kapitein van het aangewezen vaartuig. Als de zeeman zich niet op de voor de aanmonstering vastgestelde datum en tijd meldt of als deze niet de vereiste kwalificaties voorlegt, wordt de reder automatisch ontheven van zijn plicht die zeeman aan te monsteren.
9. Indien de vaartuigen van de Unie om door de reders naar behoren gemotiveerde uitzonderlijke redenen niet het in punt 1 genoemde aantal zeelieden uit Sao Tomé en Principe kunnen aanmonsteren, moeten zij een forfaitair bedrag betalen van 20 EUR per niet-aangemonsterde zeeman voor elke dag van aanwezigheid in de visserijzone van Sao Tomé en Principe. De gemengde commissie maakt regelmatig de stand van zaken op met betrekking tot de aanmonstering van zeelieden uit Sao Tomé en Principe.
HOOFDSTUK VI
1. Waarneming van visserijactiviteiten
WAARNEMERS
Zolang er geen systeem van regionale waarnemers is, nemen de vaartuigen die in het kader van dit protocol in de visserijzone van Sao Tomé en Principe mogen vissen, in plaats van regionale waarnemers, waarnemers aan boord die door Sao Tomé en Principe zijn aangewezen overeenkomstig dit hoofdstuk.
2. Aangewezen vaartuigen en waarnemers
De vaartuigen van de Unie die in het kader van dit protocol in de wateren van Sao Tomé en Principe vissen, nemen overeenkomstig de onderstaande bepalingen waarnemers aan boord die zijn aangewezen door het ministerie dat bevoegd is voor visserij van Sao Tomé en Principe.
a) Op verzoek van de bevoegde autoriteiten van Sao Tomé en Principe nemen de vaartuigen van de Unie een door de desbetreffende autoriteit aangewezen waarnemer aan boord, die de in de wateren van Sao Tomé en Principe gedane vangsten moet controleren.
b) De bevoegde autoriteiten van Sao Tomé en Principe stellen een lijst op van vaartuigen die zijn aangewezen om een waarnemer aan boord te nemen, alsmede een lijst van waarnemers die zijn aangewezen om aan boord te gaan. Deze lijsten worden geactualiseerd. Ze worden meteen na de opstelling ervan en vervolgens, als ze zijn bijgewerkt, om de drie maanden aan de Europese Commissie meegedeeld.
c) Bij de afgifte van de vismachtiging of uiterlijk 15 dagen vóór de datum waarop de waarnemer aan boord moet gaan, delen de bevoegde autoriteiten van Sao Tomé en Principe, bij voorkeur per e‐mail, aan de delegatie van de Unie en aan de betrokken reders de naam van de waarnemer mee die is aangewezen om aan boord te gaan van het desbetreffende vaartuig.
d) De waarnemer blijft gedurende één visreis aan boord. Op uitdrukkelijk verzoek van de bevoegde autoriteiten van Sao Tomé en Principe kan de periode aan boord, naargelang van de verwachte gemiddelde duur van de visreizen voor een bepaald vaartuig, evenwel over meerdere visreizen worden gespreid. Een dergelijk verzoek wordt door de bevoegde autoriteit gedaan bij de opgave van de naam van de waarnemer die is aangewezen om aan boord van het desbetreffende vaartuig te gaan.
3. Voorwaarden voor het aan boord nemen en het van boord gaan
a) De voorwaarden voor het aan boord nemen van de waarnemer worden in onderling overleg tussen de reder of zijn vertegenwoordiger en de bevoegde autoriteit vastgesteld.
b) De waarnemer gaat aan en van boord in een door de reder gekozen haven. De waarnemer gaat aan boord aan het begin van de eerste visreis die na de mededeling van de lijst van aangewezen vaartuigen plaatsvindt in de wateren van Sao Tomé en Principe.
c) De betrokken reders krijgen twee weken de tijd om de data en de havens in de subregio te melden die voor het aan en van boord gaan van de waarnemers zijn vastgesteld, met dien verstande dat deze melding ten minste tien dagen van tevoren plaatsvindt.
d) Als de waarnemer in een land buiten Sao Tomé en Principe aan boord gaat, zijn de reiskosten van de waarnemer voor rekening van de reder. Als een vaartuig dat een waarnemer aan boord heeft, de visserijzone van Sao Tomé en Principe verlaat, wordt alles in het werk gesteld om ervoor te zorgen dat de waarnemer zo spoedig mogelijk op kosten van de reder kan terugkeren.
e) Als de waarnemer zich binnen twaalf uur na het afgesproken tijdstip nog niet op de afgesproken plaats heeft gemeld, is de reder automatisch ontheven van zijn verplichting om hem aan boord te nemen.
f) De kapitein neemt binnen de grenzen van zijn bevoegdheid de nodige maatregelen om de fysieke en morele veiligheid van de waarnemer bij de uitoefening van zijn taken te garanderen.
g) De waarnemer krijgt alle faciliteiten die nodig zijn voor de uitoefening van zijn taken. De kapitein laat de waarnemer de communicatiemiddelen gebruiken die hij voor zijn werk nodig heeft, stelt hem de documenten ter beschikking die rechtstreeks met de visserijactiviteit van het vaartuig verband houden, en met name het visserijlogboek en het navigatieboek, en verleent hem toegang tot de delen van het vaartuig waar hij dient te zijn voor de uitvoering van zijn taken.
h) De reder zorgt op zijn kosten en volgens de praktische mogelijkheden van het vaartuig voor kost en logies van de waarnemer, die op dit punt als officier wordt behandeld.
i) Het loon en de sociale premies voor de waarnemer zijn voor rekening van Sao Tomé en Principe.
4. Forfaitaire financiële bijdrage
Als bijdrage in de kosten van de plaatsing van de waarnemers maakt de reder bij de betaling van het forfaitaire voorschot ook een bedrag van 250 EUR per jaar en per schip over naar dezelfde rekening.
5. Taken van de waarnemer
De waarnemer wordt aan boord als een officier behandeld. Wanneer het vaartuig zich in de wateren van Sao Tomé en Principe bevindt, verricht hij de volgende taken:
a) hij observeert de visserijactiviteiten van de vaartuigen;
b) hij controleert de positie van de vaartuigen die bij visserijactiviteiten betrokken zijn;
c) hij noteert welk vistuig wordt gebruikt;
d) hij controleert de in het visserijlogboek opgenomen gegevens over de vangsten die in de wateren van Sao Tomé en Principe zijn gedaan;
e) hij controleert de percentages van de bijvangsten en raamt de hoeveelheden teruggegooide verhandelbare vis;
f) hij deelt aan zijn bevoegde autoriteit met elk passend middel de visserijgegevens mee, waaronder de aan boord aanwezige hoeveelheden hoofd- en bijvangst.
6. Verplichtingen van de waarnemer
Tijdens zijn verblijf aan boord:
a) zorgt de waarnemer ervoor dat zijn inscheping en zijn verblijf aan boord de visserijactiviteiten niet onderbreken of hinderen;
b) gaat de waarnemer zorgvuldig om met de goederen en de installaties aan boord van het vaartuig en bewaart hij geheimhouding over alle documenten van het betrokken vaartuig;
c) stelt de waarnemer aan het einde van de waarnemingsperiode, voordat hij van boord gaat, een verslag van zijn activiteiten op, dat wordt overgelegd aan de bevoegde autoriteiten van Sao Tomé en Principe en waarvan een kopie wordt toegezonden aan de Europese Commissie. Hij ondertekent dat verslag in aanwezigheid van de kapitein, die er de nodige opmerkingen aan kan toevoegen of laten toevoegen en daarbij zijn handtekening plaatst. De waarnemer geeft bij het verlaten van het vaartuig een kopie van het verslag aan de kapitein.
HOOFDSTUK VII
1. Behandeling van inbreuken
INBREUKEN
Elke inbreuk door een vaartuig van de Unie dat over een vismachtiging overeenkomstig deze bijlage beschikt, moet worden vermeld in een proces-verbaal dat onverwijld aan de Unie en de vlaggenstaat wordt toegezonden.
2. Aanhouding van het vaartuig/opbrenging — informatievergadering
a) Elk vaartuig van de Unie dat een inbreuk begaat, mag worden verplicht zijn visserijactiviteit te beëindigen en zich, wanneer het zich op zee bevindt, naar een haven van Sao Tomé en Principe te begeven, indien de geldende wetgeving van Sao Tomé en Principe daar voor de betrokken inbreuk in voorziet.
b) Sao Tomé en Principe stelt de Unie uiterlijk binnen 24 uur in kennis van iedere aanhouding van een vaartuig van de Europese Unie met een vismachtiging. Deze kennisgeving gaat vergezeld van bewijsmateriaal betreffende de betrokken inbreuk.
c) Alvorens tegen het vaartuig, de kapitein, de bemanning of de lading maatregelen te nemen, met uitzondering van maatregelen voor het veiligstellen van bewijsstukken, belegt Sao Tomé en Principe op verzoek van de Unie binnen één werkdag na de kennisgeving van de aanhouding van het vaartuig een informatievergadering om de feiten die hebben geleid tot de aanhouding van het vaartuig, toe te lichten en de eventuele verdere maatregelen uiteen te zetten. Aan deze informatievergadering kan een vertegenwoordiger van de vlaggenstaat van het vaartuig deelnemen.
3. Vervolging van de inbreuk — schikkingsprocedure
a) De op de inbreuk toe te passen sanctie wordt door Sao Tomé en Principe overeenkomstig de geldende nationale wetgeving vastgesteld.
b) Wanneer de afhandeling van de inbreuk een gerechtelijke procedure meebrengt, wordt vóór het begin ervan en voor zover de inbreuk geen strafbaar feit inhoudt, een schikkingsprocedure tussen Sao Tomé en de Unie ingeleid om de aard en de hoogte van de sanctie te bepalen. Vertegenwoordigers van de vlaggenstaat van het vaartuig en van de Unie kunnen aan deze schikkingsprocedure deelnemen. De schikkingsprocedure wordt uiterlijk drie dagen na de kennisgeving van de aanhouding van het vaartuig afgesloten.
4. Gerechtelijke procedure — bankgarantie
Indien geen minnelijke schikking tot stand komt en de inbreuk aan de bevoegde gerechtelijke instantie wordt voorgelegd, stelt de reder van het vaartuig dat de inbreuk heeft begaan, een bankgarantie bij een door Sao Tomé en Principe opgegeven bank ter hoogte van een door Sao Tomé en Principe vast te stellen bedrag dat de kosten van de aanhouding, de geraamde boetesom en de eventuele compenserende vergoedingen dekt. De bankgarantie wordt niet vrijgegeven voordat de gerechtelijke procedure is voltooid.
De bankgarantie wordt onmiddellijk na de uitspraak vrijgegeven en aan de reder terugbetaald:
a) in haar geheel, wanneer geen sanctie wordt opgelegd;
b) ten bedrage van het saldo, indien de boetesom lager uitvalt dan de bankgarantie.
Sao Tomé en Principe stelt de Unie uiterlijk zeven dagen na de uitspraak in kennis van de uitkomst van de gerechtelijke procedure.
5. Vrijgave van het vaartuig en de bemanning
Het vaartuig en de bemanning mogen de haven verlaten zodra de uit de schikkingsprocedure voortvloeiende sanctie is vereffend of zodra de bankgarantie is gesteld.
AANHANGSELS BIJ DE BIJLAGE
Aanhangsel 1 Coördinaten van de zone van gezamenlijke exploitatie door Sao Tomé en Principe en Nigeria Aanhangsel 2 Formulier voor de aanvraag van een machtiging voor vissersvaartuigen en ondersteuningsvaartuigen Aanhangsel 3 Technische fiche
Aanhangsel 4 Elektronisch registratie- en communicatiesysteem voor visserijactiviteiten (ERS) Aanhangsel 5 VMS (vessel monitoring system — volgsysteem voor vaartuigen)
Aanhangsel 6 Kwalificaties waarover de zeelieden uit Sao Tomé en Principe moeten beschikken aan boord van Unievaartuigen voor de visserij met de zegen en Unievaartuigen voor de visserij met de drijvende beug
Aanhangsel 1
COÖRDINATEN VAN DE ZONE VAN GEZAMENLIJKE EXPLOITATIE DOOR SAO TOMÉ EN PRINCIPE EN NIGERIA
Breedtegraad
Lengtegraad
(Graden Minuten Seconden)
03 02 22 N | 07 07 31 O |
02 50 00 N | 07 25 52 O |
02 42 38 N | 07 36 25 O |
02 20 59 N | 06 52 45 O |
01 40 12 N | 05 57 54 O |
01 09 17 N | 04 51 38 O |
01 13 15 N | 04 41 27 O |
01 21 29 N | 04 24 14 O |
01 31 39 N | 04 06 55 O |
01 42 50 N | 03 50 23 O |
01 55 18 N | 03 34 33 O |
01 58 53 N | 03 53 40 O |
02 02 59 N | 04 15 11 O |
02 05 10 N | 04 24 56 O |
02 10 44 N | 04 47 58 O |
02 15 53 N | 05 06 03 O |
02 19 30 N | 05 17 11 O |
02 22 49 N | 05 26 57 O |
02 26 21 N | 05 36 20 O |
02 30 08 N | 05 45 22 O |
02 33 37 N | 05 52 58 O |
02 36 38 N | 05 59 00 O |
02 45 18 N | 06 15 57 O |
02 50 18 N | 06 26 41 O |
02 51 29 N | 06 29 27 O |
02 52 23 N | 06 31 46 O |
02 54 46 N | 06 38 07 O |
03 00 24 N | 06 56 58 O |
03 01 19 N | 07 01 07 O |
03 01 27 N | 07 01 46 O |
03 01 44 N | 07 03 07 O |
03 02 22 N | 07 07 31 O |
Aanhangsel 2
AANVRAAGFORMULIER
FORMULIER VOOR DE AANVRAAG VAN EEN MACHTIGING VOOR VISSERSVAARTUIGEN EN ONDERSTEUNINGS- VAARTUIGEN VISSERIJOVEREENKOMST SAO TOMÉ EN PRINCIPE — EUROPESE UNIE
I AANVRAGER
1. Naam van de reder: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Nationaliteit: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2. Naam van de organisatie of van de vertegenwoordiger van de reder:
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3. Adres van de organisatie of van de vertegenwoordiger van de reder:
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4. Tel.: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5. E‐mail: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
6. Naam van de kapitein: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Nationaliteit: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7. Naam en adres van de gemachtigde agent in Sao Tomé en Principe (in voorkomend geval):
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
II VAARTUIG EN IDENTIFICATIE
8. Naam vaartuig: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9. Vlaggenstaat: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
10. Vroegere vlag (indien van toepassing): . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
11. Vaart onder de huidige vlag sinds: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
12. Extern registratienummer: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
13. Haven van registratie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . MMSI: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
14. IMO-nummer: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Iccat-nummer: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
15. Jaar waarin en plaats waar het vaartuig is gebouwd: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
16. Radioroepnaam: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Radiofrequentie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
17. Materiaal van de romp: staal hout polyester ander
III TECHNISCHE KENMERKEN VAN HET VAARTUIG EN UITRUSTING
18. Lengte over alles: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Breedte: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
19. Xxxxxxxxxxxx (in GT): . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
20. Vermogen van de hoofdmotor in kW: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Merk: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Type: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
21. Vaartuigtype: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Visserijcategorie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
22. Vistuig: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
23. Visserijzones: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
24 Doelsoorten: tonijnen zwaardvissen haaien voor zover toegestaan
25. Bijvangstsoorten: tonijnen zwaardvissen haaien voor zover toegestaan
26. Beoogde bewerkingen aan boord: ontweien gedeeltelijk insnijden van de vinnen
overige (xxxxx xxxxxxxxxxx): . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
27. Totale bemanning aan boord: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
28. Conserveringsmethode aan boord: vers koelen gemengd invriezen
29. Invriescapaciteit per 24 uur (in ton): . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
30. Capaciteit van de ruimen: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Aantal: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Gedaan te . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . op . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Handtekening van de aanvrager: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Aanhangsel 3
TECHNISCHE FICHE
VRIESVAARTUIGEN VOOR DE TONIJNVISSERIJ MET DE ZEGEN EN VAARTUIGEN VOOR DE VISSERIJ MET DE DRIJVENDE BEUG
1. Verboden soorten
Overeenkomstig het Verdrag inzake de bescherming van trekkende wilde diersoorten en overeenkomstig de resoluties van de Iccat is de visserij op de reuzenmanta (Manta birostris), de reuzenhaai (Cetorhinus maximus), de witte haai (Carcharodon carcharias), de grootoog-voshaai (Alopias superciliosus), hamerhaaien van de familie Sphyrnidae (met uitzondering van de kaphamerhaai (Sphyrna tiburo)), de oceanische witpunthaai (Carcharhinus longimanus) en de zijdehaai (Carcharhinus falciformis) verboden. Voorts is de visserij op de walvishaai (Rhincondon typus) verboden.
Krachtens de Uniewetgeving, namelijk Verordening (EG) nr. 1185/2003 van de Raad (1), is het verboden haaienvinnen aan boord van vaartuigen af te snijden en haaienvinnen aan boord te houden, over te laden of aan te landen. Onverminderd het voorgaande mogen haaienvinnen, om de opslag aan boord te vergemakkelijken, gedeeltelijk worden ingesneden en tegen het karkas worden aangevouwen, maar mogen ze niet vóór het aanlanden van het karkas worden verwijderd.
Conform de aanbevelingen van de Iccat streven de partijen naar beperking van de incidentele gevolgen van hun visserijactiviteiten voor schildpadden en zeevogels, door maatregelen te treffen om de overlevingskansen van incidenteel gevangen dieren zo groot mogelijk te maken.
2. Vistuig en vangsten
VAARTUIGEN VOOR DE TONIJNVISSERIJ MET DE ZEGEN
1) Toegestaan vistuig: zegennet.
2) Doelsoorten: geelvintonijn (Thunnus albacares), grootoogtonijn (Thunnus obesus) en gestreepte tonijn (Katsuwonus pelamis).
3) Bijvangsten: inachtneming van de aanbevelingen van de Iccat en de FAO.
VAARTUIGEN VOOR DE VISSERIJ MET DE DRIJVENDE BEUG
1) Toegestaan vistuig: drijvende beug.
2) Doelsoorten: zwaardvis (Xiphias gladius), blauwe haai (Prionace glauca), geelvintonijn (Thunnus albacares) en grootoogtonijn (Thunnus obesus).
3) Bijvangsten: inachtneming van de aanbevelingen van de Iccat en de FAO.
3. Door de reders te betalen rechten — aantal vaartuigen
Aanvullend visrecht per gevangen ton | 70 EUR/ton voor de gehele toepassingsperiode van dit pro- tocol |
Jaarlijks forfaitair visrecht | Voor vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen: 9 100 EUR Voor vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug: 3 255 EUR |
Voor de waarnemers te betalen forfaitair recht | 250 EUR/vaartuig/jaar |
Voor de ondersteuningsvaartuigen te betalen recht | 3 500 EUR/vaartuig/jaar |
Aantal vaartuigen | 28 vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen |
dat mag vissen | 6 vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug |
(1) Verordening (EG) nr. 1185/2003 van de Raad van 26 juni 2003 betreffende het afsnijden van haaienvinnen aan boord van vaartuigen (PB L 167 van 4.7.2003, blz. 1).
Aanhangsel 4
ELEKTRONISCH REGISTRATIE- EN COMMUNICATIESYSTEEM VOOR VISSERIJACTIVITEITEN (ERS)
1. ERS-berichten
1) De vlaggenstaat en Sao Tomé en Principe wijzen elk een ERS-correspondent aan die fungeert als contactpunt voor aangelegenheden in verband met de uitvoering van de onderhavige voorschriften. De vlaggenstaat en Sao Tomé en Principe stellen elkaar in kennis van de contactgegevens van hun ERS-correspondent en werken deze informatie zo nodig onverwijld bij.
2) Het vaartuig stuurt de ERS-gegevens naar zijn vlaggenstaat, die ze automatisch ter beschikking van Sao Tomé en Principe stelt.
3) De gegevens zijn in UN/Cefact-formaat en worden doorgestuurd via het FLUX-net dat de Europese Commissie ter beschikking stelt.
4) De partijen mogen evenwel een overgangsperiode overeenkomen waarin de gegevens via DEH (Data Exchange Highway) worden doorgestuurd in formaat EU‐ERS (v 3.1).
5) Het VCC van de vlaggenstaat zendt de instantberichten (COE, COX en PNO) die van het vaartuig afkomstig zijn, onverwijld automatisch door naar het VCC van Sao Tomé en Principe. De andere berichttypen worden vanaf de datum van daadwerkelijke ingebruikname van het formaat UN/Cefact ook automatisch eenmaal per dag doorgestuurd of worden tot die datum onverwijld ter beschikking van het VCC van Sao Tomé en Principe gesteld wanneer daartoe via het centrale knooppunt van de Europese Commissie automatisch een verzoek aan het VCC van de vlaggenstaat wordt gericht. Na de daadwerkelijke invoering van het nieuwe formaat zal deze wijze van terbeschikkingstelling enkel nog betrekking hebben op specifieke aanvragen betreffende historische gegevens.
6) Het VCC van Sao Tomé en Principe bevestigt de ontvangst van de toegezonden instant‐ERS-gegevens met een ontvangstbevestiging waarin ook de geldigheid van het ontvangen bericht wordt bevestigd. Er wordt geen ontvangstbevestiging verstuurd voor gegevens die Sao Tomé en Principe ontvangt naar aanleiding van een aanvraag die het zelf heeft ingediend. Sao Tomé en Principe behandelt alle ERS-gegevens als vertrouwelijk.
2. Mankement van het systeem voor elektronische transmissie aan boord van het vaartuig of van het communicatiesysteem
1) Het VCC van de vlaggenstaat en het VCC van Sao Tomé en Principe stellen elkaar onmiddellijk in kennis van alle gebeurtenissen die een weerslag kunnen hebben op de transmissie van de ERS-gegevens van een of meer vaartuigen.
2) Indien het VCC van Sao Tomé en Principe de gegevens die een vaartuig moet toezenden, niet ontvangt, stelt het het VCC van de vlaggenstaat daarvan onmiddellijk in kennis. Het laatstgenoemde VCC onderzoekt zo spoedig mogelijk waarom de ontvangst van de ERS-gegevens uitblijft en brengt het VCC van Sao Tomé en Principe op de hoogte van het resultaat van dit onderzoek.
3) Als er een mankement is in de transmissie tussen het vaartuig en het VCC van de vlaggenstaat, meldt dit VCC dit onverwijld aan de kapitein of exploitant van het vaartuig of, bij ontstentenis, aan zijn vertegenwoordiger. Na ontvangst van deze kennisgeving stuurt de kapitein van het vaartuig de bevoegde autoriteiten van de vlaggenstaat elke dag uiterlijk om 00.00 uur de ontbrekende gegevens toe via een daartoe geschikt telecommunicatiemiddel.
4) Bij een storing van het systeem voor elektronische transmissie dat aan boord van het vaartuig is geïnstalleerd, zorgt de kapitein of exploitant van het vaartuig ervoor dat het ERS-systeem binnen tien dagen na de ontdekking van de storing wordt hersteld of vervangen. Na die termijn mag het vaartuig niet langer in de visserijzone vissen en moet het binnen 24 uur die zone verlaten of een haven van Sao Tomé en Principe aandoen. Het vaartuig mag de haven pas verlaten of pas naar de visserijzone terugkeren nadat het VCC van zijn vlaggenstaat heeft geconstateerd dat het ERS-systeem weer naar behoren functioneert.
5) Als Sao Tomé en Principe geen ERS-gegevens ontvangt wegens een storing van de elektronische systemen die onder controle van de Unie of Sao Tomé en Principe staan, neemt de betrokken partij onverwijld alle maatregelen die deze storing zo spoedig mogelijk kunnen verhelpen. De oplossing van het probleem wordt onmiddellijk ter kennis gebracht van de andere partij.
6) Het VCC van de vlaggenstaat zendt het VCC van Sao Tomé en Principe om de 24 uur via een ter beschikking staand elektronisch communicatiemiddel alle ERS-gegevens door die de vlaggenstaat sinds de meest recente transmissie heeft ontvangen. Op verzoek van Sao Tomé en Principe kan dezelfde procedure worden toegepast bij onderhoud dat langer dan 24 uur duurt en een weerslag heeft op de systemen die onder controle van de Unie staan. Sao Tomé en Principe waarschuwt zijn bevoegde controlediensten, zodat niet wordt aangenomen dat de vaartuigen van de Unie in overtreding zijn wat de transmissie van hun ERS-gegevens betreft. Het VCC van de vlaggenstaat zorgt ervoor dat de ontbrekende gegevens worden opgenomen in de elektronische databank die het overeenkomstig aanhangsel 5, punt 1, bijhoudt.
3. Alternatieve communicatiemiddelen
Het bij mankementen in de ERS/VMS-meldingen te gebruiken e‐mailadres van het VCC van Sao Tomé en Principe wordt vóór de toepassing van dit protocol meegedeeld.
Het e‐mailadres moet worden gebruikt voor:
a) de meldingen inzake binnenvaren en verlaten en inzake de vangsten aan boord bij het binnenvaren en verlaten;
b) de meldingen inzake het aanlanden en overladen en inzake de vangsten die worden overgeladen, xxxxxxxxx of aan boord blijven;
c) de bij mankementen tijdelijk te verzenden vervangende ERS- en VMS-berichten.
Aanhangsel 5
VESSEL MONITORING SYSTEM (VMS — VOLGSYSTEEM VOOR VAARTUIGEN)
1. Vaartuigpositieberichten — VMS
De eerste positie die na het binnenvaren van de visserijzone van Sao Tomé en Principe wordt geregistreerd, wordt aangeduid met de code “ENT”. Alle daaropvolgende posities worden aangeduid met de code “POS”, met uitzondering van de eerste na het verlaten van de visserijzone van Sao Tomé en Principe geregistreerde positie, die wordt aangeduid met de code “EXI”.
Het VCC van de vlaggenstaat zorgt ervoor dat de positieberichten automatisch worden verwerkt en, in voorkomend geval, elektronisch worden doorgestuurd. De positieberichten moeten op een beveiligde manier worden geregistreerd en drie jaar lang worden bewaard.
2. Versturen van positieberichten bij uitval van het VMS
De kapitein ziet er op elk moment op toe dat het VMS-systeem van zijn vaartuig volledig operationeel is en dat de positieberichten correct worden verstuurd naar het VCC van de vlaggenstaat.
Bij uitval wordt het VMS van het vaartuig binnen dertig dagen hersteld of vervangen. Verstrijkt deze termijn zonder herstel of vervanging, dan mag het vaartuig niet langer in de visserijzone van Sao Tomé en Principe vissen.
Vaartuigen die in de visserijzone van Sao Tomé en Principe vissen en waarvan het VMS-systeem defect is, sturen hun positieberichten ten minste om de vier uur per e‐mail, per radio of per fax door aan het VCC van de vlaggenstaat, met opgave van alle verplichte gegevens.
3. Beveiligde verzending van de positieberichten aan Sao Tomé en Principe
Het VCC van de vlaggenstaat stuurt de positieberichten van de betrokken vaartuigen automatisch door aan het VCC van Sao Tomé en Principe. Het VCC van de vlaggenstaat en het VCC van Sao Tomé en Principe wisselen hun e‐mailadres uit en stellen elkaar onverwijld in kennis van elke wijziging daarvan.
De transmissie van de positieberichten tussen de VCC’s van de vlaggenstaat en Sao Tomé en Principe vindt op elektronische wijze plaats via een beveiligd communicatiesysteem.
Het VCC van Sao Tomé en Principe stelt het VCC van de vlaggenstaat en de Unie onmiddellijk in kennis van iedere onderbreking in de ontvangst van de opeenvolgende positieberichten van een vaartuig met een vismachtiging, voor zover dat vaartuig niet heeft gemeld dat het de visserijzone verlaat.
4. Storing in het communicatiesysteem
Sao Tomé en Principe verzekert zich ervan dat zijn elektronische uitrusting compatibel is met die van het VCC van de vlaggenstaat, en stelt de Unie onverwijld in kennis van elke storing in de transmissie en ontvangst van positieberichten, met het oog op een zo spoedig mogelijke technische oplossing. Eventuele geschillen worden door de gemengde commissie beslecht.
De kapitein wordt verantwoordelijk geacht voor elke bewezen manipulatie van het VMS van het vaartuig die tot doel heeft de werking ervan te verstoren of de positieberichten te vervalsen. Inbreuken worden bestraft met de sancties waarin de geldende wetgeving van Sao Tomé en Principe voorziet.
5. Herziening van de frequentie van de positieberichten
Op basis van gefundeerde aanwijzingen voor een overtreding kan Sao Tomé en Principe het VCC van de vlaggenstaat, een van het verzoek dat is verzonden aan de Unie, om het interval voor het versturen van de positieberichten van een vaartuig voor een bepaalde onderzoeksperiode te verkorten tot dertig minuten. Sao Tomé en Principe legt deze stavingselementen over aan het VCC van de vlaggenstaat en aan de Unie. Het VCC van de vlaggenstaat stuurt de positieberichten onmiddellijk volgens de nieuwe frequentie door naar Sao Tomé en Principe.
Aan het eind van de onderzoeksperiode stelt Sao Tomé en Principe de Unie en het VCC van de vlaggenstaat in kennis van de eventuele follow-up.
6. Melding van de VMS-gegevens aan Sao Tomé en Principe
De code “ER”, gevolgd door een dubbele schuine streep (//) geeft het einde van het bericht aan.
Gegeven | Code | Verplicht (V)/ facultatief (F) | Inhoud |
Begin record | SR | V | Systeeminformatie — geeft het begin van de re- cord aan |
Gegeven | Code | Verplicht (V)/ facultatief (F) | Inhoud |
Geadresseerde | AD | V | Berichtinformatie ISO-alfa‐3-landcode (ISO 3166) van de geadres- seerde |
Verzender | FR | V | Berichtinformatie ISO-alfa‐3-landcode (ISO 3166) van de verzen- der |
Vlaggenstaat | FS | V | Berichtinformatie ISO-alfa‐3-landcode (ISO 3166) van de vlaggen- staat |
Type bericht | TM | V | Berichtinformatie — type bericht (ENT, POS, EXI, MAN) |
Radioroepnaam (IRCS) | RC | V | Vaartuiginformatie — internationale radioroep- naam van het vaartuig (IRCS) |
Intern referentienummer van de overeenkomstsluitende partij | IR | V | Vaartuiginformatie — uniek nummer van de overeenkomstsluitende partij, ISO-alfa‐3-code (ISO 3166), gevolgd door het nummer |
Extern registratienummer | XR | V | Vaartuiginformatie — nummer aangebracht op de romp van het vaartuig (ISO 8859.1) |
Breedtegraad | LT | V | Positie-informatie — positie in graden en deci- male graden N/Z GG.ggg (WGS84) |
Lengtegraad | LG | V | Positie-informatie — positie in graden en deci- male graden O/W GG.ggg (WGS84) |
Vaarrichting | CO | V | Vaarrichting van het vaartuig, op een schaal van 360° |
Snelheid | SP | V | Vaarsnelheid van het vaartuig in tiental knopen |
Datum | DA | V | Positie-informatie — datum van registratie van de positie in UTC (JJJJMMDD) |
Tijdstip | TI | V | Positie-informatie — tijdstip van registratie van de positie in UTC (UUMM) |
Einde record | ER | V | Systeeminformatie — geeft het einde van de re- cord aan |
In NAF-formaat is de structuur van de gegevenstransmissie als volgt:
— de gebruikte tekens moeten in overeenstemming zijn met ISO-norm 8859.1. Een dubbele schuine streep (//) en de letters “SR” geven het begin van een bericht aan;
— elk gegevenselement wordt aangegeven met de code ervan en wordt van de andere gegevenselementen gescheiden door een dubbele schuine streep (//);
— een enkele schuine streep (/) scheidt code en gegeven.
Sao Tomé en Principe deelt vóór de voorlopige toepassing van dit protocol mee of de VMS-gegevens in UN/Cefact-formaat moeten worden verzonden via FLUX TL.
Aanhangsel 6
KWALIFICATIES WAAROVER DE ZEELIEDEN UIT SAO TOMÉ EN PRINCIPE MOETEN BESCHIKKEN AAN BOORD VAN UNIEVAARTUIGEN VOOR DE VISSERIJ MET DE ZEGEN EN UNIEVAARTUIGEN VOOR DE VISSERIJ MET DE DRIJVENDE BEUG
De autoriteiten van Sao Tomé en Principe zorgen ervoor dat personeel dat op een Unievaartuig in dienst wordt genomen, aan de volgende eisen voldoet:
1) de zeelieden zijn ten minste 18 jaar oud;
2) de zeelieden beschikken over een geldig medisch certificaat waaruit blijkt dat zij medisch geschikt zijn voor de uitoefening van hun taken op zee. Dit certificaat is afgegeven door een gekwalificeerde arts;
3) de zeelieden hebben de inentingen die in de regio om preventieve gezondheidsdoeleinden zijn voorgeschreven. Deze inentingen zijn nog geldig;
4) de zeelieden beschikken ten minste over een geldig certificaat voor de volgende basisopleiding in veiligheid:
a) technieken inzake persoonlijke overleving, waaronder het aantrekken van zwemvesten;
b) brandbestrijding en –preventie;
c) elementaire eerstehulpverlening;
d) persoonlijke veiligheid en verantwoordelijkheidszin, en
e) voorkoming van verontreiniging van de zee.
5) Zeelieden op grote vissersvaartuigen moeten:
a) vertrouwd zijn met de op vissersvaartuigen gebruikte scheepsterminologie en instructies;
b) bekend zijn met de gevaren die aan de visserijactiviteiten zijn verbonden;
c) inzicht hebben in de bedrijfsomstandigheden op een vissersvaartuig en in de gevaren die deze meebrengen;
d) vertrouwd zijn met en kennis hebben van het gebruik van vistuig dat in de ringzegenvisserij wordt gebruikt;
e) een algemeen inzicht hebben in en kennis hebben van de stabiliteit en daarmee samenhangende zeewaardigheid van het vaartuig, en
f) over een algemene kennis beschikken van aan- en afmeeractiviteiten en het gebruik van trossen en hetgeen daarmee samenhangt.