3e Directie Dienst 32 Wegen
3e Directie Dienst 32 Wegen
Provincieraadsbesluit
betreft SUBSIDIËRING FIETSPADEN
Reglement voor het toekennen van subsidies voor de aanleg en verbetering van fietspaden op het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk kaderend in het fietsfonds
verslaggever de heer Xxxxx Xxxxxx De Provincieraad,
Gelet op de artikelen 42 § 1 en 43 § 2, 2° van het provinciedecreet ;
Gelet op de Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen ;
Gelet op het Provincieraadsbesluit van 12 oktober 2005 met betrekking tot de controle op de toekenning en op de aanwending van toelagen en de reservevorming met provinciale subsidies ;
Overwegende dat het ontwerp van de samenwerkingsovereenkomst "Fietsfonds" in de huidige zitting ter goedkeuring wordt voorgelegd :
Overwegende dat door de goedkeuring van de samenwerkings- overeenkomst de huidige subsidiereglementen dienen te worden aangepast conform de overeenkomst ;
Op voorstel van de Deputatie ;
besluit :
Artikel 1 - Algemene bepalingen
Binnen de perken van de daartoe op de begroting van de provincie Oost- Vlaanderen goedgekeurde kredieten en overeenkomstig de bepalingen van dit reglement kan de deputatie een subsidie toekennen aan gemeenten en autonome gemeentelijke overheidsbedrijven voor de aanleg en verbetering van fietspaden op het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk (BFF).
De aanvragen worden afgehandeld in volgorde van indiening en tot uitputting van het krediet.
Dit reglement kadert in de samenwerkingsovereenkomst "fietsfonds" tussen de provincie Oost-Vlaanderen en het Vlaamse gewest betreffende de subsidiëring
./...
van de aanleg en verbetering van fietspaden die deel uitmaken van het BFF. Volgens de bepalingen van die overeenkomst kunnen projecten voor 40 % gesubsidieerd worden door de provincie en voor 40 % door het Vlaamse gewest.
Artikel 2 - Toekenningsvoorwaarden
§ 1. De grond waarop het fietspad zal aangelegd worden moet eigendom zijn van de aanvrager of de aanvrager moet een onteigeningsplan ter verwerving ervan kunnen voorleggen. De aanvrager kan ook een overeenkomst aangaan waardoor zij een zakelijk recht verwerft op de grond en/of infrastructuur.
§ 2. Het fietspad waarvoor de provinciale subsidie wordt gevraagd, moet deel uitmaken van het BFF.
§ 3. In afwijking van paragraaf 2 kan een gemeente een alternatief traject voorstellen, indien zij van mening is dat dit alternatief beter geschikt is. Bij de aanvraag zal de gemeente deze afwijking voldoende motiveren. De wijzigingen van het BFF zijn mogelijk binnen de hiervoor geldende procedure.
§ 4. Fietspaden langs wegen in eigendom of beheer van het Vlaamse gewest of de provincie komen niet in aanmerking voor deze subsidie evenals fietspaden die via modules van het mobiliteitsconvenant door het Vlaams gewest worden gesubsidieerd.
§ 5. Fietspaden in gemeenten die geen conform verklaard mobiliteitsplan hebben, komen niet in aanmerking voor deze subsidie.
§ 6. De aanleg van een nieuw fietspad en de verbetering van een fietspad, zoals hier onder bepaald, komt in aanmerking voor subsidiëring :
1° Aanleg van een nieuw fietspad :
a. aanleg van een fietspad in de rijrichting(en) waarin nog geen fietspad ligt;
b. aanleg van een fietspad ter vervanging van een fietspad in één van de of in beide rijrichtingen dat minder dan 1 m breed is (in geval van overlangse fietspadmarkering de breedte van de onderbroken lijnen die het fietspad aanduiden inbegrepen).
2° Verbetering van een fietspad :
a. verbetering van een gemarkeerd fietspad van minimaal 1 meter en maximaal 1,5 meter breed (de breedte van de onderbroken lijnen die het fietspad aanduiden inbegrepen). Deze werken komen enkel in aanmerking indien gemotiveerd kan aangetoond worden dat het een verbetering betreft die de veiligheid ten goede komt.
Artikel 3 - Technische eisen gesteld aan het fietspad
§ 1. De fietspaden moeten voldoen aan de richtlijnen van het Vademecum Fietsvoorzieningen van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.
./...
§ 2. De aanvrager kan gemotiveerd voorstellen om van deze richtlijnen af te wijken. De deputatie zal oordelen, op basis van het advies van de externe auditor van de provinciale auditcommissie, of deze afwijking toegestaan wordt.
Artikel 4 - Subsidieerbare werken
De subsidieerbare kosten voor werken inherent aan de fietsinfrastructuur worden gedefinieerd als kosten voor werken aan het fietspad met daarbij:
• de voorbereidende werken, de opbraakwerken en de grondwerken aan de bermlichamen waarin de fietspaden worden aangelegd, inbegrepen zonodig het verbeteren van de ondergrond, met uitsluiting van een eventuele milieuhygiënische sanering;
• de aanleg en de uitrusting van de fietspaden: onderfundering, fundering, verharding, eventuele kantopsluiting en signalisatie;
• de afdekking van de wegberm:
- aan weerszijden van het fietspad, in het geval van een fietspad onafhankelijk van een rijbaan (d.w.z. een fietspad dat niet het tracé van de rijbaan volgt);
- aan één zijde van het fietspad, nl. tussen de rijbaan/verharde zijstrook en het fietspad, in het geval van een fietspad aangelegd in een buitenberm naast een rijbaan, inbegrepen het planten van eventuele functionele hagen;
• de herstelling van de bermverhardingen gelegen tussen het fietspad en de rooilijn;
• de constructie van kantopsluitingen, ter plaatse gestort of met geprefabriceerde lijnvormige elementen, nieuw of hergebruik, de waterslikkers in de straatgoten inbegrepen, voor zover deze werken fysisch niet te scheiden zijn van de aanleg van de fietspaden;
• voor zover het door de aanleg of de verbetering van de fietspaden noodzakelijk is, het aanpassen, verplaatsen of nieuw aanleggen van een waterafvoersysteem. Dat waterafvoersysteem kan bestaan uit: bermsloten (inbegrepen de duikers in de bermsloten), draineersleuven of RWA-rioolleidingen, nodig voor de afvoer van het hemelwater dat valt op de fietspaden (of op de rijbaan en fietspaden).
In het geval van een nieuw aan te leggen RWA-rioolleiding, die water afvoert van de fietspaden en de rijbaan en/of de aangelanden, slechts het deel van de kosten, pro rata het aandeel van het hemelwater dat van de fietspaden afstroomt.
Het vernieuwen, zelfs het aanpassen van de DWA-riolering wordt uitgesloten, behalve het op de juiste hoogte brengen van de bovenbouw van bestaande inspectieputten in de verharding van de fietspaden en het leveren en plaatsen van geschikte riooldeksels;
• het verlengen van dwarse duikers of onderbruggingen onder de fietspaden;
• alle werken die inherent zijn aan de aanleg van het fietspad zoals het bouwen van fietsbruggen over de onbevaarbare waterlopen en de beschermmiddelen zoals paaltjes en hekkens;
• het aanpassen van de kruispunten, ingevolge de inplanting van de fietspaden, ter plaatse van uitmondende zijstraten;
• de aanleg en het uitrusten, waar nodig, van gelijkvloerse fietsoversteekplaatsen;
./...
• prijsherzieningen, eventuele verrekeningen, bijakten of bijwerken;
• btw.
De subsidieerbare werken dienen verplicht in een afzonderlijk hoofdstuk in de raming, samenvattende opmetingsstaat, offerte en eindafrekening ondergebracht te worden.
De volgende werken en kosten komen uitdrukkelijk niet in aanmerking voor financiële tussenkomst binnen het kader van het Fietsfonds:
• de erelonen, studiekosten en toezichtskosten;
• de proefkosten;
• de grondverwervingen;
• de verplaatsing van nutsleidingen;
• rioolleidingen, die gesubsidieerd worden door het gewest en/of andere instanties;
• de reinigingskosten of stortkosten van bodem als gevolg van eventuele verontreiniging van de aanwezige bodem;
• de herstelling van de bermverhardingen gelegen tussen het nieuwe fietspad en de rooilijn bij de gelijktijdige aanleg van voetpaden;
• werkuren;
• werken uitgevoerd met eigen personeel;
• onderhoudswerken;
• het zaaien van gras en het planten van hoogstammen;
• onderhoud van groenaanleg tijdens de waarborgtermijn;
• de aanleg van stoepen en straatmeubilair;
• de openbare verlichting.
Artikel 5 - Subsidiebedrag
§ 1. Het bedrag van de provinciale subsidie bedraagt 40 % van de subsidieerbare werken.
§ 2. Indien de subsidieerbare werken minder dan € 50 000 (inclusief btw) bedragen komt het project niet in aanmerking voor subsidiëring.
§ 3. Het gecumuleerde bedrag van de provinciale subsidie en andere subsidies mag niet meer bedragen dan 100 % van het uiteindelijke gunningsbedrag, btw inbegrepen. In voorkomend geval zal de provinciale subsidie verminderd worden.
Artikel 6 – Aanvraag via provinciale auditcommissie (PAC)
§ 1. De aanvraag voor de provinciale subsidie gebeurt op basis van een beslissing van de aanvrager.
De aanvrager organiseert een gemeentelijke begeleidingscommissie (GBC) ter bespreking van een startnota. De provincie maakt deel uit van deze GBC.
De startnota omvat minstens: de probleem-en doelstellingen, de ruimtelijke en verkeerskundige analyse, de randvoorwaarden, de visie van de partners en
./...
actoren, de mogelijke oplossingsrichtingen met hun effecten, de kostenraming, de afweging en de keuze van de oplossing en verdere procedure.
§ 2. De aanvrager dient bij de provincie de door de GBC goedgekeurde startnota in, vergezeld van het (de) verslag(en) van de GBC. De provincie onderzoekt de aanvraag op conformiteit met de richtlijnen van het Vademecum Fietsvoorzieningen en het subsidiereglement en legt het dossier voor aan de provinciale auditcommissie (PAC). De startnota moet conform verklaard worden door de PAC.
§ 3. De aanvrager organiseert een GBC ter bespreking van de projectnota. De provincie maakt deel uit van deze GBC.
De projectnota omvat minstens: korte recapitulatie van de startnota met de eventuele gewijzigde elementen, een detaillering en verantwoording van de gekozen oplossing met ontwerpplan(nen), te nemen begeleidende maatregelen ter ondersteuning van het project en een kostenraming.
§ 4. De aanvrager dient bij de provincie de door de GBC goedgekeurde projectnota in, vergezeld van het (de) verslag(en) van de GBC. De provincie onderzoekt de aanvraag op conformiteit met de richtlijnen van het Vademecum Fietsvoorzieningen en het subsidiereglement en legt het dossier voor aan de PAC. De projectnota moet conform verklaard worden door de PAC.
§ 5. Voor kleinere projecten tot een bedrag van € 100.000 (inclusief btw) aan subsidieerbare werken volstaat een projectnota. Er kan steeds vrijblijvend een startnota voor advies voorgelegd worden.
Artikel 7 – Procedure voor het indienen en behandelen van de subsidieaanvraag
§ 1. De aanvraag voor de provinciale subsidie gebeurt op basis van een gemeenteraadsbesluit houdende de goedkeuring van het definitieve ontwerpdossier voor de werken waarin het fietspad vervat zit. De aanvraag vermeldt uitdrukkelijk dat de provinciale subsidie wordt aangevraagd en onderschrijft de verbintenissen, zoals vermeld in artikel 8.
§ 2. Op zicht van het voorgelegde ontwerp beslist de deputatie principieel over de toekenning van de subsidie. Hierbij kunnen bindende voorwaarden naar uitvoering bepaald worden. Deze principiële belofte houdt vanwege het provinciebestuur geen enkele verbintenis in.
De principiële belofte vervalt indien er na 12 maanden, te rekenen vanaf de datum van toekenning ervan, geen aanbestedingsdossier werd ingestuurd.
§ 3. Op zicht van het aanbestedingsdossier verleent de deputatie de vaste belofte van subsidie. Het aanbestedingsdossier bestaat uit een kopie van de laagste of voordeligste regelmatige offerte, het aanbestedingsverslag en het gunningsbesluit.
De subsidie wordt forfaitair berekend op basis van de laagste of voordeligste regelmatige offerte. De werken mogen niet worden aangevat voor deze subsidie door de deputatie werd goedgekeurd.
./...
§ 4. De uitbetaling van de subsidie gebeurt in twee fasen.
§ 4.1. Na ontvangst van het bevel tot aanvang der werken wordt een eerste schijf van 50% van het subsidiebedrag betaald.
§ 4.2. Het saldobedrag van de subsidie wordt berekend op basis van de door de subsidieaanvrager goedgekeurde eindafrekening.
De eindafrekening dient te bestaan uit een cumulatieve eindstaat, overzicht van de uitgevoerde proeven en attesten met betrekking tot de gesubsidieerde posten, overzicht uitvoeringstermijn, gedetailleerde opmeting van de gesubsidieerde posten, proces-verbaal van voorlopige oplevering en college- of gemeenteraadsbeslissing houdende goedkeuring eindafrekening.
Bij de saldoberekening van de subsidie kunnen prijsherzieningen, eventuele verrekeningen, bijakten of bijwerken mee in rekening gebracht worden tot het oorspronkelijk vastgelegde subsidiebedrag bereikt is. De uitbetaalde subsidie wordt vastgesteld op basis van de eindafrekening, beperkt tot het bedrag van de vaste belofte.
§ 5. Het eindafrekeningsdossier wordt binnen een maximumtermijn van vijf jaar na de toekenning van de vaste belofte ingestuurd; nadien vervalt de subsidie.
Artikel 8 - Verbintenissen
De aanvrager verbindt zich ertoe om :
- alle maatregelen te treffen om het onderhoud van de fietspaden te garanderen ;
- bij elke publiciteit die zij omtrent deze werken maakt, zowel op de werf als in de media, melding te maken van de steun die zij daarvoor ontvangt van de provincie en van het Vlaamse gewest ;
- elke daartoe gemachtigde afgevaardigde van de provincie de toestemming te geven om ter plaatse het gebruik van de toegekende subsidie te controleren, toegang tot de werf te verlenen en deel te nemen aan werfvergaderingen.
- de bestemming van de werken of grondinnemingen waarvoor het een subsidie wenst te bekomen in het kader van onderhavig reglement niet te wijzigen zonder de toelating van de deputatie ;
- in geval van bestemmingswijziging zonder toelating van de deputatie, het bedrag van de uitbetaalde subsidie aan de provincie terug te betalen.
- een signalisatieplan op te stellen ter verwezenlijking van de signalisatie van het provinciaal fietsnetwerk en het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk.
Artikel 9 - Sancties
De subsidie wordt slechts voorwaardelijk toegekend. Ingeval de aanvrager één of meer bepalingen van dit reglement niet naleeft; onjuiste of onvolledige gegevens meedeelt aan de provinciale administratie, de voorgeschreven
./...
termijnen niet respecteert kan de deputatie één of meerdere van volgende sancties opleggen :
- de subsidie wordt geheel of gedeeltelijk teruggevorderd ;
- de uitbetaling van reeds toegekende, maar nog niet of slechts gedeeltelijk uitbetaalde subsidies wordt stopgezet ;
- de subsidieaanvrager wordt uitgesloten van verdere subsidiëring gedurende een bepaalde periode.
Artikel 10 - (Overgangs- en) Slotbepaling
Aanvragen, bestaande uit een gemeenteraadsbesluit houdende de goedkeuring van het definitieve ontwerpdossier voor de werken waarin het fietspad vervat zit, die bij het provinciebestuur werden ontvangen voor 01-03- 2007 worden nog behandeld volgens het Provinciaal reglement ter subsidiëring van de verwezenlijking van het provinciaal fietsnetwerk en het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk, dat in werking trad op 01-01-2003.
Artikel 11.
Het provinciaal reglement ter subsidiëring van de verwezenlijking van het provinciaal fietsnetwerk en het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk, waarvan de gecoördineerde versie in werking vanaf 01-01-2003, wordt opgegeven.
Artikel 12.
Dit reglement treedt in werking op 01-03-2007.
Gent,
Namens de Provincieraad :
de Provinciegriffier de Voorzitter