Voorwaarden
Voorwaarden
Pleziervaartuig FGD 2013-01
Inhoudsopgave
Algemene voorwaarden 3
Artikel 1 | Begripsomschrijvingen | 3 |
Artikel 2 | Omschrijving van de dekking | 4 |
Artikel 3 | Vaartuigenhulp | 6 |
Artikel 4 | Dekkingsgebied | 7 |
Artikel 5 | Zekerheidstelling | 8 |
Artikel 6 | Uitsluitingen en beperkingen | 8 |
Artikel 7 | Vaststelling van de schade | 11 |
Artikel 8 | Schade | 11 |
Artikel 9 | Verplichtingen na schade/verval van rechten | 13 |
Artikel 10 | Schaderegeling en beoordeling schuldvraag | 13 |
Artikel 11 | Verhaalsrecht | 13 |
Artikel 12 | Begripsomschrijvingen Terrorismeschade | 14 |
Artikel 13 | Begrenzing van de dekking voor het terrorismerisico | 15 |
Artikel 14 | Uitkeringsprotocol XXX | 00 |
Artikel 15 | Aanpassing van premie of voorwaarden | 16 |
Artikel 16 | Premie | 16 |
Artikel 17 | Overgang van het verzekerde belang | 18 |
Artikel 18 | Looptijd van de verzekering | 18 |
Artikel 19 | Algemene informatie | 18 |
Artikel 20 | Nadere Omschrijvingen | 19 |
Algemene voorwaarden
Definitie verzekerings- Deze overeenkomst beantwoordt, tenzij partijen uitdrukkelijk anders zijn overeenkomst overeengekomen, aan het vereiste van onzekerheid als bedoeld in artikel 7:925
BW, als en voor zover de schade op vergoeding waarvan aanspraak wordt gemaakt, het gevolg is van een gebeurtenis waarvan voor partijen ten tijde van het sluiten van de verzekering onzeker was dat daaruit voor de verzekerde schade was ontstaan dan wel naar de normale loop van omstandigheden nog zou ontstaan.
Mededelingsplicht Verzekeringnemer is verplicht om voor het sluiten van de overeenkomst aan
verzekeraar alle feiten mede te delen die hij kent of behoort te kennen en waarvan hij weet of behoort te begrijpen dat die van belang (kunnen) zijn voor de acceptatiebeslissing van de verzekeraar. Als niet of niet volledig aan de mededelingsplicht is voldaan, kan dat ertoe leiden dat het recht op uitkering wordt beperkt of zelfs vervalt. Als met opzet tot het misleiden van verzekeraar is gehandeld of deze bij kennis omtrent de ware stand van zaken de verzekering niet zou hebben gesloten, heeft verzekeraar ook het recht de verzekering op te zeggen.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
1.1 Verzekeringnemer De natuurlijke of rechtspersoon die als zodanig in de polis is vermeld.
1.2 Verzekerde De verzekeringnemer, de eigenaar en degenen die door een daartoe bevoegde
persoon uitdrukkelijk of stilzwijgend tot het gebruik van het vaartuig gemachtigd zijn.
1.3 Vaartuig Het in deze polis omschreven pleziervaartuig met de daarbij behorende standaarduitrusting en toebehoren, alsmede de zich aan boord bevindende gereedschappen en indien medeverzekerd, de motor en/of de bij het vaartuig behorende bijboot of een ander soortgelijk vaartuig met de daarbij behorende standaard-uitrusting.
1.4 Snel motorvaartuig Het hierboven omschreven vaartuig, indien daarmee een snelheid van meer dan
30 km per uur kan worden bereikt.
1.5 Inboedel De gehele zich aan boord bevindende huishoudelijke inboedel, zowel van verzekerde als van opvarenden, echter met uitsluiting van geld, geldswaardig papier, sieraden, brillen, horloges, camera's en dergelijke kostbaarheden.
1.6 Voortstuwingsinstallatie De tot de mechanische voortstuwing van het vaartuig dienende installatie(s) en
toebehoren, waaronder begrepen zijn:
− De motor met omkeermechanisme;
− De aandrijving, bestaande uit: schroefas, schroefaskoppeling en schroef;
− De koeling, voor zover op of aan de motor bevestigd;
− Het instrumentenpaneel met bekabeling, voor zover het de voortstuwingsinstallatie direct dient.
1.7 Originele scheepsmotor Onder originele scheepsmotor wordt verstaan: een nieuw, als scheepsmotor
geleverde en door de fabriek of boten/motorleverancier ingebouwde motor. Hieronder valt zowel de scheepsmotor, die uitsluitend als scheepsmotor is ontworpen, als de motor met een zogenaamd "universeel" blok, die door een fabrikant is opgebouwd als scheepsmotor.
Een motor, die eerder dienst heeft gedaan als voertuig- of industriemotor en daarna is omgebouwd tot scheepsmotor wordt niet als zodanig beschouwd. Voor zover van toepassing wordt onder originele scheepsmotor mede verstaan een buitenboordmotor.
1.8 Verzekeraar FGD Assuradeuren BV als gevolmachtigde van de op het polisblad genoemde ondertekenaar(s) van deze verzekering.
Artikel 2 Omschrijving van de dekking
2.1 Vaartuig De verzekering dekt de schade door verlies of beschadiging van het verzekerde vaartuig of een deel daarvan als gevolg van:
2.1.1 Dekking Beperkt Casco:
a) Brand, zelfontbranding, ontploffing en/of blikseminslag, ongeacht of deze binnen of buiten het vaartuig is ontstaan;
b) Diefstal, verduistering, joy-varen en/of pogingen daartoe;
c) Storm en/of hagel.
2.1.2 Dekking Casco:
a) Alle onder beperkt casco genoemde gebeurtenissen;
b) Een van buiten komend onheil;
c) Eigen gebrek, met dien verstande dat:
− Het eigen gebrek zelf is verzekerd gedurende een periode van 10 jaren, te rekenen vanaf het moment dat het verzekerde object voor de eerste maal te water is gelaten. Deze dekking geldt niet voor een niet- originele scheepsmotor.
− Na afloop van deze periode van 10 jaren zijn uitsluitend de gevolgen van eigen gebrek verzekerd.
2.2 Inboedel Verzekerde heeft aanspraak op vergoeding van schade aan de inboedel ontstaan door:
2.2.1 Dekking Beperkt Casco:
a) Brand, zelfontbranding, ontploffing en/of blikseminslag, ongeacht of deze binnen of buiten het vaartuig is ontstaan;
b) Diefstal en verduistering, indien het gehele vaartuig wordt ontvreemd;
c) Diefstal, mits voorafgegaan door braak aan afgesloten ruimten van het vaartuig.
2.2.2 Dekking Casco:
a) Alle onder beperkt casco genoemde gebeurtenissen;
b) Schipbreuk, zinken, stranden of aanvaring van het vaartuig.
De aan verzekeringnemer toebehorende inboedel van het vaartuig blijft eveneens verzekerd indien deze zich, bij niet gebruik van het vaartuig, in afgesloten bergruimten aan de wal of het woonhuis van verzekeringnemer bevindt, voor schade als gevolg van brand, ontploffing, zelfontbranding, blikseminslag en diefstal na braak, voor zover niet of niet voldoende elders verzekerd.
2.3 Inboedel opvarenden Het voor de inboedel verzekerde bedrag dekt in de eerste plaats de inboedel
van de verzekerde en voor zover het verzekerde bedrag toereikend is vervolgens de inboedel van de overige opvarenden, mits deze niet zelf verzekerd zijn.
2.4 Hulp- en bergloon Verzekerde heeft recht op vergoeding van de door hem te betalen hulp- en
berglonen die met goedkeuring door de verzekeraar of in redelijkheid zijn gemaakt ter voorkoming of vermindering van schade. Deze kosten worden vergoed tot maximaal voor het vaartuig en inboedel tezamen geldende verzekerde bedrag. Vergoeding vindt plaats boven het verzekerde bedrag.
2.5 Lichtings- en opruimings- Na totaal verlies van het vaartuig als gevolg van een onder de polis gedekte kosten schade vergoedt de verzekeraar de lichtings- en opruimingskosten indien de verzekerde op grond van een verordening of wettelijke bepaling tot lichting of
opruiming verplicht is, respectievelijk indien hij lichting en/of opruiming noodzakelijk oordeelt. Deze kosten worden vergoed tot maximaal het voor het vaartuig en inboedel tezamen geldende verzekerde bedrag. Vergoeding vindt plaats boven het verzekerde bedrag.
2.6 Bewaking en vervoer Vergoed worden de noodzakelijke kosten van bewaking en vervoer van het
vaartuig naar de dichtstbijzijnde herstelplaats waar de gedekte schade kan worden hersteld indien het vaartuig deze herstelplaats niet op eigen kracht kan bereiken. Voorwaarde voor vergoeding is dat het maken van deze kosten vooraf of naderhand door de verzekeraar is goedgekeurd.
De vergoeding bedraagt maximaal het voor het vaartuig en inboedel tezamen geldende verzekerde bedrag. Vergoeding vindt plaats boven het verzekerde bedrag.
2.7 Vervangend vakantie- Indien het vaartuig als vakantieverblijf gebruikt wordt en als zodanig onbruikbaar verblijf wordt tengevolge van een gedekte schadeoorzaak, heeft verzekerde aanspraak op vergoeding van de kosten van het huren van een vervangend vakantieverblijf
tot ten hoogste een bedrag van € 200,00 per dag voor alle verzekerden tezamen met een maximum van € 2.000,00 per gebeurtenis.
2.8 Wettelijke Verzekerd is de wettelijke aansprakelijkheid van de verzekerde, in zijn aansprakelijkheid hoedanigheid van eigenaar of gebruiker van het vaartuig voor schade
veroorzaakt met of door het verzekerde vaartuig en/of volgboot die tijdens de duur van de verzekering veroorzaakt is en wel voor alle verzekerden tezamen tot ten hoogste het aan de voorzijde van de polis genoemde bedrag per gebeurtenis.
2.9 Sistershipclausule Indien het verzekerde vaartuig schade veroorzaakt aan een vaartuig dat
eveneens aan de verzekeringnemer in eigendom toebehoort, zal, mits met beide vaartuigen hoofdzakelijk door de verzekeringnemer of de bij hem inwonende gezinsleden wordt gevaren, de verzekeraar de schade aan het andere vaartuig vergoeden, indien en voor zover zij daartoe krachtens de algemene verzekeringsvoorwaarden gehouden zou zijn geweest, als de schade niet door de verzekeringnemer maar door een willekeurige derde zou zijn geleden.
2.10 Kosten van verweer in Zo nodig boven het verzekerde bedrag vergoedt de verzekeraar xxxx
een burgerlijk- of aanleiding van een (gedekte)gebeurtenis in de zin van deze dekking de kosten strafproces van verweer in een tegen de verzekerde aanhangig gemaakt burgerlijk en/of
strafproces, mits de verzekerde zich in dat proces laat bijstaan dooreen door de verzekeraar aangewezen raadsman.
Onder kosten van verweer wordt eveneens verstaan de eventuele overige kosten die verbonden zijn aan de door of via de verzekeraar verleende rechtsbijstand in een burgerlijk of strafproces.
Er bestaat geen recht op vergoeding van opgelegde boeten, afkoopsommen en (andere) met een strafproces samenhangende gerechtskosten.
2.11 Persoonlijke ongevallen Mocht aan een opvarende terwijl hij zich aan boord van het vaartuig bevindt, of opvarenden zich aan of van boord van dit vaartuig begeeft, een ongeval overkomen, dan zal
door de verzekeraar worden betaald:
− € 5.000,00 bij overlijden binnen 14 dagen na het ongeval en als enig en rechtstreeks gevolg daarvan;
− € 15.00,00 bij blijvende invaliditeit als gevolg van het ongeval;
Bij overlijden en blijvende invaliditeit zal de schaderegeling geschieden overeenkomstig de voorwaarden van de Ongevallenverzekering van de verzekeraar, zoals deze ten tijde van het ongeval worden gehanteerd.
De maximum vergoeding bedraagt € 2.500,00 voor de binnen drie maanden na een ongeval en als rechtstreeks gevolg daarvan gemaakte noodzakelijke dokterskosten en de op medisch advies gemaakte genees- en heelkundige kosten. Indien hier al een verzekering respectievelijk voorziening voor bestaat, gaat deze verzekering respectievelijk voorziening voor;
Xxxxx bij één en dezelfde gebeurtenis of door een reeks van gebeurtenissen, die dezelfde oorzaak hebben meer dan één opvarende gedood of gewond, dan zullen de in totaal uit hoofde van dit artikel aan hen te betalen vergoedingen
niet meer dan € 25.000,00 bedragen. De aan ieder toekomende vergoedingen zullen zo nodig naar evenredigheid worden verminderd.
2.12 Wedstrijden, vervoer, De verzekering is eveneens van kracht: verblijf en slepen
2.12.1 Tijdens het deelnemen aan wedstrijden, openings- en prestatietochten. Voor snelle motorvaartuigen geldt de regeling als opgenomen in artikel 6.12.
2.12.2 Tijdens het vervoer per boot, spoor, auto of een ander bij het transport van vaartuigen gebruikelijk vervoermiddel;
2.12.3 Tijdens verblijf van het vaartuig op de wal, op de helling, op een werf, in een werkplaats, in een bergplaats, onverschillig waar binnen het verzekeringsgebied;
2.12.4 Tijdens slepen en gesleept worden.
Artikel 3 Vaartuigenhulp
3.1 Juridische verhaals- De verzekering geeft recht op juridische belangenbehartiging bij het
service verhalen van schade aan het vaartuig, de inboedel en de opvarenden, indien en voor zover:
− Een derde (een ander dan een verzekerde of een opvarende) voor die schade aansprakelijk is, en;
− De schade niet krachtens een verzekering of andere voorziening in aanmerking komt.
3.1.1 De belangenbehartiging wordt uitgevoerd door de deskundigen van de verzekeraar, tenzij, na goedkeuring van de verzekeraar, wordt overgegaan tot inschakeling van een advocaat of andere (externe) deskundige. In dat geval worden de daaraan verbonden kosten vergoed tot maximaal € 2.500,00 (per gebeurtenis voor alle verzekerden tezamen), voor zover uit andere hoofde geen aanspraak op vergoeding bestaat.
3.2 Repatriëring vaartuig De kosten van vervoer van het verzekerde vaartuig en/of boottrailer naar de
vaste ligplaats zullen, mits economisch verantwoord, na overleg en met goedkeuring vooraf door de verzekeraar worden vergoed, indien:
3.2.1 Het vaartuig tengevolge van een gedekte schade zodanig defect of beschadigd is geraakt dat het niet meer als vervoermiddel geschikt is en ook niet door een reparatie binnen redelijke termijn ter plaatse geschikt kan worden gemaakt;
3.2.2 Het motorrijtuig of de boottrailer waarmee het vaartuig wordt vervoerd zodanig beschadigd is geraakt dat het niet meer als vervoermiddel geschikt is en ook niet door een reparatie binnen 3 werkdagen ter plaatse geschikt kan worden gemaakt;
3.2.3 De schipper tengevolge van een ziekte of ongeval op medisch advies niet meer binnen redelijke termijn in staat moet worden geacht de besturing van het vaartuig voort te zetten en de overige verzekerden niet in staat en bevoegd zijn de besturing over te nemen.
3.2.4 Indien het verzekerde vaartuig dient als vervoermiddel naar en van de vakantiebestemming en door een gedekte gebeurtenis in het buitenland, doch binnen het verzekeringsgebied, verloren is gegaan of zodanig is beschadigd dat het niet meer als vervoermiddel kan dienen en ter plaatse niet door een noodreparatie kan worden gemaakt, zullen worden vergoed de transportkosten van de opvarenden naar Nederland met een maximum van € 2.500,00 per gebeurtenis, na overleg en met goedkeuring door de verzekeraar.
3.3 Bemiddeling onvoorzien Indien verzekerde in geval van een gedekte schade in een situatie komt te tekort aan geld verkeren waarin voor het normale gebruik van het vaartuig een tekort aan
geldmiddelen is ontstaan draagt de verzekeraar zorg voor de bemiddeling bij het overmaken van geld aan verzekerde.
Verzekerde heeft bij de bemiddeling door de verzekeraar recht op:
− Vergoeding van de overmakingskosten;
− Het verstrekken van voorschotten tot ten hoogste 5% van de verzekerde som van het vaartuig met een maximum van € 5.000,00, inclusief de overmakingskosten, voor alle verzekerden tezamen.
Het overmaken van geld en het verstrekken van voorschotten kan alleen geschieden indien er voldoende waarborgen bestaan voor de terugbetaling. De verstrekte voorschotten dienen binnen 14 dagen nadat verzekerde in zijn land van vestiging is teruggekeerd, doch uiterlijk binnen 6 weken na de datum van verstrekking te worden terugbetaald.
3.4 Bemiddeling toezending De verzekeraar bemiddelt bij het verzenden van onderdelen die noodzakelijk onderdelen zijn voor de reparatie van een gedekte schade aan het verzekerde vaartuig
en/of boottrailer indien deze onderdelen ter plaatse niet beschikbaar zijn. Verzekerde heeft hierbij recht op vergoeding van:
− De aan deze bemiddeling verbonden organisatiekosten;
− De kosten van verzending en bijkomende kosten zoals douaneheffing.
Artikel 4 Dekkingsgebied
Het van toepassing zijnde dekkingsgebied is op het polisblad vermeld.
4.1 Vaste ligplaats De verzekering is uitsluitend van kracht indien de verzekerde objecten een
vaste ligplaats hebben in Nederland of in het buitenland binnen een straal van 50 kilometer vanaf de Nederlandse grens. De verzekering is uitsluitend van kracht binnen het in de polis vermelde dekkingsgebied.
4.2 Europese binnenwateren De verzekering is van kracht in Nederland en op alle Europese binnenwateren. beperkt De kustlijn vormt hierbij de grens. De verzekering is van kracht voor zover er
sprake is van een aaneengesloten verblijf van niet langer dan 6 maanden buiten Nederland, binnen de begrenzingen van het dekkingsgebied.
4.3 Europese binnenwateren De verzekering is van kracht in Nederland en op alle Europese
Uitgebreid binnenwateren. De kustlijn vormt hierbij de grens. Gedurende de periode 1 maart tot 1 november is de verzekering ook van kracht voor de vaart op zee tot 10 mijl uit de kust van de Europese landen, voor zover er sprake is van een aaneengesloten verblijf van niet langer dan 6 maanden buiten Nederland, binnen de begrenzingen van het dekkingsgebied. Uitgesloten is de Atlantische Oceaan voor de kust van Noorwegen, IJsland, Groenland, het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Frankrijk, Spanje en Portugal.
4.4 Europese zeeën beperkt De verzekering is van kracht in Nederland en op alle Europese binnenwateren.
Indien op de polis het dekkingsgebied Europese zeeën beperkt is aangegeven, is deze verzekering het hele jaar van kracht, voor zover er sprake is van een aaneengesloten verblijf van niet langer dan 6 maanden buiten Nederland, binnen de begrenzingen van het gebied zoals hieronder omschreven:
− de Noordzee en Ierse Zee, tot de denkbeeldige rechte lijnen van Bergen
(N) via de Shetland Eilanden, Hebriden en Cork naar Brest;
− de Oostzee, Botnische en Finse Golf tot de 62e graad Noorderbreedte;
− de Zwarte Zee en de Middellandse Zee tot 30 mijl uit de kust van de Europese landen.
4.5 Europese zeeën uitgebreid De verzekering is van kracht in Nederland en op alle Europese binnenwateren.
Indien op de polis het dekkingsgebied Europese zeeën uitgebreid is aangegeven, is deze verzekering het hele jaar van kracht, voorzover er sprake is van een aaneengesloten verblijf van niet langer dan 6 maanden buiten Nederland binnen de begrenzingen van het gebied zoals hieronder omschreven:
− Botnische en Finse Golf, Oostzee en Noordzee;
− Noorse Zee en Atlantische Oceaan binnen de begrenzing van 70° Noorderbreedte, 18° Westerlengte en 28° Noorderbreedte;
− de Zwarte Zee en de Middellandse Zee tot 10 zeemijlen uit de kust van de niet Europese landen.
Artikel 5 Zekerheidstelling
5.1 Zekerheidsstelling Indien ter waarborging van de rechten van de benadeelden door een overheid
het stellen van een zekerheid wordt verlangd om de opheffing van een op het vaartuig gelegd beslag of de invrijheidstelling van de verzekerde te verkrijgen, zal de verzekeraar deze zekerheid stellen tot ten hoogste
€ 50.000,00 voor alle verzekerden tezamen;
5.2 Aanspraak De verzekerde, voor wie de zekerheid wordt gesteld, dient ter zake van de
gebeurtenis jegens de verzekeraar aanspraak op vergoeding te hebben;
5.3 Vrijgeven zekerheid Uitsluitend de verzekeraar is gerechtigd over de zekerheidstelling te beschikken,
zodra deze wordt vrijgegeven. De verzekerde is verplicht alle medewerking te verlenen om terugbetaling te verkrijgen.
Artikel 6 Uitsluitingen en beperkingen
Deze verzekering geeft geen dekking voor schade door:
6.1 Onvoldoende zorg en Schade voortvloeiende uit of mogelijk geworden door aan verzekerde onderhoud te verwijten onvoldoende onderhoud en onvoldoende zorg voor de verzekerde
objecten. Deze uitsluiting geldt niet voor schaden die gedekt zijn onder het onderdeel 'wettelijke aansprakelijkheid'.
6.1.1 Toelichting op artikel 6.1
In dit artikel wordt een aantal omstandigheden en (schade) situaties omschreven waaronder de verzekeraar zich met betrekking tot schade en/of kosten die ingevolge artikel 2 voor vergoeding in aanmerking komen, kan beroepen op een uitsluiting. De verzekeraar zal dit alleen doen wanneer er redelijkerwijs sprake is van een direct verband tussen die omstandigheden/situatie en de betreffende schade en/of kosten. Het beroep op een uitsluiting betekent dat de betreffende schade en/of kosten niet–of niet volledig– worden uitgekeerd.
6.1.2 De uitsluiting geldt voor schade die de verzekerde met opzet of merkelijke schuld heeft veroorzaakt. Hierbij zal de verzekeraar de begrippen ‘opzet’ en ‘merkelijke schuld’ toepassen overeenkomstig de actuele visie die de Nederlandse rechtspraak hierover heeft ontwikkeld.
6.2 Onvoldoende zorg Van onvoldoende zorg is sprake bij:
6.2.1 achterstallig onderhoud
het nalaten van (het doen plegen van) de onderhouden controlewerkzaamheden die van de verzekeringnemer/belanghebbende verwacht mogen worden;
6.2.2 ook het nalaten om een ‘eigen gebrek’ (zie artikel 2.1.2), waarmee de verzekeringnemer/-belanghebbende bekend is, te (laten) verhelpen of anderszins maatregelen te treffen om schade als gevolg van een bekend eigen gebrek te voorkomen, wordt beschouwd als achterstallig onderhoud;
6.2.3 bestaande schade / ondeugdelijke reparatie
het niet (laten) repareren van bestaande schade aan het vaartuig; als bestaande schade wordt ook beschouwd de situatie dat een schade ondeugdelijk is gerepareerd en dit voor de verzekeringnemer/-belanghebbende bekend moet zijn;
6.2.4 onvoldoende preventie bij buitengebruik stelling
het niet - of onvoldoende - treffen van maatregelen die van de verzekeringnemer/belanghebbende verwacht mogen worden ter voorkoming van schade door blootstelling aan neerslag, vochtinwerking en vorst gedurende de periode dat het vaartuig en de daarin aanwezige inboedel voor langere tijd buiten gebruik is; de jaarlijkse (winter)stalling is een voorbeeld van zo’n periode.
6.3 Onvoldoende maatregelen Op deze uitsluiting zal in het algemeen een beroep mogelijk zijn bij ter voorkoming van het niet - of onvoldoende - treffen van maatregelen die van de
diefstal verzekeringnemer/belanghebbende verwachten mogen worden ter voorkoming van diefstal van het vaartuig, de daarin aanwezige inboedel en de eventuele ander verzekerde objecten. De uitsluiting is in ieder geval van toepassing wanneer niet is voldaan aan bepaalde preventiemaatregelen in de hierna omschreven gevallen.
6.3.1 Diefstalgevoelige vaartuigen Indien sprake is van:
− een vaartuig met een lengte van zes meter of minder, en/of
− een open sloep,
dient de verzekeringnemer/belanghebbende het vaartuig tegen diefstal te beveiligen wanneer het onbeheerd is achtergelaten.
De vereiste beveiliging moet een verankering zijn die minimaal bestaat uit (de combinatie van):
− een kabel - al dan niet ommanteld - met eenhardstalen kern van minimaal 10 millimeter;
− een of meer (hang)sloten van deugdelijke kwaliteit.
Van onbeheerd achterlaten is sprake wanneer het vaartuig zich zonder toezicht van de verzekeringnemer/ belanghebbende op een andere locatie bevindt dan in een deugdelijk afgesloten ruimte (zoals een loods, schuur, garage of botenhuis).
6.3.2 Vervoer van uitrusting/onderdelen van het vaartuig
Bij het vervoer van en naar het vaartuig van zaken die tot de vaartuiguitrusting behoren (ook onderdelen van het vaartuig) wordt van de verzekeringnemer/ belanghebbende extra zorg verwacht om diefstal van die zaken uit het vervoermiddel te voorkomen.
Aan de vereiste zorg is in ieder geval niet voldaan wanneer die zaken van buiten af zichtbaar in het onbeheerd achtergelaten vervoermiddel aanwezig zijn.
6.3.3 Diefstalgevoelige inboedel
Al naar gelang zich in het vaartuig tot de inboedel behorende zaken bevinden die gelet op de waarde daarvan als ‘diefstalgevoelig’ gelden (zoals niet vast in, op of aan het vaartuig gemonteerde audiovisuele en computerapparatuur), wordt van de verzekeringnemer/belanghebbende extra zorg verwacht om diefstal daarvan bij het onbemand achterlaten van het vaartuig te voorkomen; indien mogelijk dienen dergelijke zaken van boord te worden meegenomen. De van de verzekerde verlangde extra zorg geldt ook bij de dekking voor de inboedelzaken tijdens het vervoer van en naar het vaartuig; aan de vereiste zorg is in ieder geval niet voldaan wanneer diefstalgevoelige zaken van buiten af zichtbaar in het onbeheerd achtergelaten vervoermiddel aanwezig zijn.
6.3.4 Diefstalpreventie buitenboordmotor
De eventueel meeverzekerde buitenboordmotor moet met een speciaal voor buitenboordmotoren ontwikkeld slot, gericht op diefstalpreventie, aan het vaartuig bevestigd zijn.
6.3.5 Diefstalpreventie bij trailervervoer
Wanneer gebruikt wordt gemaakt van een trailer dient deze gedurende de tijd dat er geen direct toezicht is van de verzekerde - of van degene die van de trailer gebruik maakt - tegen diefstal te zijn beveiligd met minimaal een disselslot en een wielklem.
Het nalaten van deze maatregel leidt niet alleen tot toepassing van de uitsluiting ten opzichte van het vaartuig dat zich op de trailer bevond, maar ook ten opzichte van de trailer, indien deze is meeverzekerd. De uitsluiting is in dat geval ook van toepassing wanneer alleen sprake is van diefstal van de trailer
6.4 Niet nakomen van Het recht op vergoeding van schade en/of kosten vervalt indien enige uit verplichtingen deze verzekeringsovereenkomst voortvloeiende verplichting niet is nagekomen
en daardoor de belangen van de verzekeraar zijn geschaad.
6.5 Opzet Als omschreven in artikel 20.
6.6 Verhuur Schade veroorzaakt terwijl het vaartuig is verhuurd.
6.7 Vervoer van personen Schade veroorzaakt terwijl het vaartuig wordt gebruikt voor vervoer van
personen tegen betaling.
6.8 Ander gebruik vaartuig Schade veroorzaakt bij elk ander gebruik van het vaartuig dan aan de
verzekeraar is opgegeven of bij gebruik voor een ander doel dan door de wet is toegestaan.
6.9 Geleidelijke inwerking Schade door de geleidelijke inwerking van: van licht, vocht enz.
− Licht en vocht;
− Bodem-, water- en luchtverontreiniging, tenzij de geleidelijke inwerking wordt ingezet door een plotselinge hevige uiting van verontreiniging en verzekeringnemer de gevolgen daarvan redelijkerwijs niet kon voorkomen.
6.10 Slijtage Schade bestaande uit normale slijtage.
6.11 Osmose Schade bestaande uit of voortvloeiende uit blaasvorming in polyester die wordt
veroorzaakt door osmose en die zich openbaart na drie jaren nadat het vaartuig voor de eerste keer te water is gelaten.
6.12 Snelle motor- Niet gedekt is: vaartuigen
6.12.1 Schade veroorzaakt terwijl met het vaartuig aan wedstrijden wordt deelgenomen, tenzij het de deelname betreft aan wedstrijden waarbij waterskiërs door het vaartuig worden getrokken. Xxxxxx, veroorzaakt terwijl met het vaartuig wordt deelgenomen aan het z.g. "Skiracen" is echter uitgesloten.
6.12.2 Schaden aan derden toegebracht door de door het vaartuig getrokken waterskiër(s) tenzij de schade veroorzaakt is door de schuld van degene die het vaartuig bestuurt.
6.12.3 Bij het varen met een snel motorvaartuig dient aan boord tenminste één persoon van 18 jaar of ouder aanwezig te zijn die verantwoordelijk is voor de wijze van varen. Indien een waterskiër wordt getrokken dient zich naast deze persoon nog iemand aan boord te bevinden van tenminste 14 jaar, belast met het toezicht op de waterskiër en de skilijn.
6.13 Wettelijke Niet gedekt is: aansprakelijkheid
6.13.1 Schade toegebracht aan inwonende gezinsleden van verzekerde
6.13.2 Schade toegebracht aan de verzekeringnemer en schade aan eigendommen van derden, die zich bevinden aan boord van het vaartuig, of daarin geladen of daaruit gelost worden.
6.13.3 Boeten, afkoopsommen en met een strafproces samenhangende gerechtskosten.
6.14 Molest Als omschreven in artikel 20.
6.15 Atoomkernreacties Als omschreven in artikel 20.
6.16 Lek raken van rubber- Schade door het lek raken van rubberboten, tenzij dit een gevolg is van een boten aanvaring met één of meer vaartuigen.
Artikel 7 Vaststelling van de schade
7.1 Schadevaststelling De schade zal in onderling overleg of door een door de verzekeraar te
benoemen expert worden vastgesteld, tenzij wordt overeengekomen dat twee experts, waarvan de verzekeringnemer en de verzekeraar er ieder een benoemen, de schade zullen vaststellen.
7.2 Derde expert In het laatste geval benoemen beide experts samen, voor de aanvang van hun
werkzaamheden een derde expert, die bij gebrek aan overeenstemming de grootte van de schade binnen de grenzen van de beide taxaties bindend zal vaststellen na de beide experts gehoord of behoorlijk opgeroepen te hebben.
7.3 Deskundigen Indien de schade niet in onderling overleg vastgesteld wordt, zal als uitsluitend
bewijs van de grootte van de schade gelden een taxatie opgemaakt door de expert(s). De experts hebben het recht zich, afzonderlijk of gezamenlijk, door deskundigen te doen bijstaan.
7.4 Aansprakelijkheid Door medewerking aan de vaststelling van de schade kan de verzekeraar niet
worden geacht aansprakelijkheid te erkennen.
Artikel 8 Schade
8.1 Schadevergoeding Als de inboedel verzekerd is naar nieuwwaarde, wordt de omvang van de inboedel schade gesteld op het verschil tussen de nieuwwaarde van het beschadigde
onmiddellijk voor de schade veroorzakende gebeurtenis en van de restanten onmiddellijk na de gebeurtenis, of indien dit minder is, op het bedrag van de herstelkosten eventueel vermeerderd met een door de schade veroorzaakte en door de reparatie niet opgeheven waardevermindering.
8.1.1 Voor de volgende zaken echter wordt uitgegaan van de dagwaarde:
− Zaken, waarvan de dagwaarde voor de schade veroorzakende gebeurtenis minder bedraagt dan 40% van de nieuwwaarde;
− Zaken, die onttrokken zijn aan het gebruik waarvoor ze bestemd waren;
− Zaken met een antiquarische of zeldzaamheidswaarde;
− Motorvoertuigen (waaronder bromfietsen), indien zij zijn medeverzekerd.
8.1.2 Onder nieuwwaarde wordt verstaan het bedrag dat onmiddellijk voor het evenement nodig zou zijn geweest om nieuwe voorwerpen van dezelfde soort en kwaliteit aan te schaffen.
Onder dagwaarde wordt verstaan de nieuwwaarde onder aftrek van een bedrag wegens waarde-vermindering door de veroudering of slijtage. Als de inboedel niet verzekerd is naar nieuwwaarde wordt de schade vergoed op basis van dagwaarde.
8.1.3 Ingeval van schade aan de inboedel vergoedt de verzekeraar tot maximaal het op het polisblad voor de inboedel verzekerde bedrag. De schade zal met inachtneming van het bepaalde in artikel 8 geregeld worden op basis van nieuwwaarde. De verzekeraar zal geen beroep doen op onderverzekering.
8.2 Schaderegeling De regeling ter zake van de vaartuigenhulp geschiedt na onderling overleg vaartuigenhulp vooraf en met goedkeuring door de verzekeraar.
8.3 Schadevergoeding Schadevergoeding vaartuig: vaartuig
8.3.1 Indien ingeval van schade het verzekerde vaartuig wordt gerepareerd, worden - met terzijdestelling van hetgeen daaromtrent in de wet is geregeld - de reparatiekosten vergoed, tot ten hoogste de dagwaarde van het verzekerd object.
Onder repareren wordt verstaan het vervangen van (onder)delen van het verzekerde vaartuig.
De verzekeraar heeft het recht vergoeding van de reparatiekosten op te schorten zolang de schade niet deugdelijk is gerepareerd.
De verzekeraar dient in de gelegenheid te worden gesteld de reparatie te controleren.
8.3.2 Waardegarantie bij schade binnen 3 jaar.
Indien binnen3 jaar na de aanschafdatum van het vaartuig sprake is van een totaal verlies schade, geldt als dagwaarde de aanschafwaarde van het vaartuig zoals vermeld op een (originele) aankoopnota, afgegeven door een bij de Kamer van Koophandel ingeschreven watersportbedrijf of jachtmakelaar.
8.3.3 Extra uitkering bij aanschaf nieuw vaartuig.
Indien de verzekerde naar aanleiding van totaal verlies overgaat tot aanschaf van een ander vaartuig, bestaat recht op een extra uitkering indien en voor zover de aanschafprijs meer bedraagt dan het voor uitkering in aanmerking komende schadebedrag.
De extra uitkering bedraagt maximaal 10% van de dagwaarde van het (verzekerde) vaartuig, met dien verstande dat de uit te keren vergoeding niet meer dan 110% van het verzekerde bedrag zal zijn. Verzekerde dient de aanschaf van het vervangende vaartuig alsmede de hoogte van de verschuldigde en betaalde aanschafprijs aan te tonen.
8.3.4 Op de vergoeding wordt in mindering gebracht de waarde van de restanten:
− Van de vervangen onderdelen bij toepassing van de regeling in artikel 8.3.1;
− Van het verzekerde vaartuig bij toepassing van de regeling in artikel 8.3.2.
8.3.5 De verzekeraar zal geen beroep doen op onderverzekering en er zal geen aftrek nieuw voor oud worden toegepast, tenzij het beschadigde onderdeel of een deel een dagwaarde heeft kleiner dan 40% van de nieuwwaarde.
Voor mast en bijbehorende rondhouten, zeilen, lopend- en staand want geldt dat bij schade altijd op basis van dagwaarde wordt vergoed.
8.4 Noodreparaties Noodreparaties tot € 250,00 kan de verzekerde laten uitvoeren zonder
voorafgaande machtiging van de verzekeraar, mits eventueel vervangen onderdelen worden bewaard tot het onderzoek door de deskundige.
Een gespecificeerde nota van de reparateur dient te worden overlegd.
8.5 Elders lopende Indien de inboedel door een elders gesloten verzekering geheel of gedeeltelijk is inboedelverzekering gedekt, of zou zijn gedekt als deze verzekering niet bestond, is de verzekeraar
slechts tot uitkering verplicht voor zover de schade het bedrag te boven gaat dat uit hoofde van de elders ten behoeve van de verzekerde gesloten verzekeringen wordt uitgekeerd, of zou zijn uitgekeerd, indien deze verzekering niet bestond.
8.6 Subrogatie Door het ontvangen van schadevergoeding gaan de rechten van de verzekerde
tegen een derde, die de schade veroorzaakte op de verzekeraar over. De eigendomsrechten op het verzekerde object, dat door diefstal verloren is gegaan, zullen door verzekerde ingeval van schadevergoeding aan de verzekeraar worden overgedragen
8.7 Abandonnement Uitdrukkelijk wordt hierbij bepaald dat het vaartuig en de inboedel onder geen
beding aan de verzekeraar kunnen worden geabandonneerd.
Artikel 9 Verplichtingen na schade/verval van rechten
9.1 Verplichtingen na schade Zodra een verzekerde kennis draagt van een gebeurtenis, aanspraak of
omstandigheid die voor de verzekeraar tot een verplichting tot uitkering kan leiden, is hij verplicht:
9.1.1 Die gebeurtenis, aanspraak of omstandigheid zo spoedig mogelijk aan de verzekeraar te melden.
9.1.2 Alle maatregelen te nemen ter voorkoming en beperking van onmiddellijk dreigende schade.
9.1.3 In geval van inbraak, diefstal, beroving, afpersing of vandalisme terstond aangifte te doen bij de politie.
9.1.4 Zijn volle medewerking te verlenen bij de regeling van de schade en alles na te laten, wat de belangen van de verzekeraar zou kunnen schaden.
9.1.5 Aan de verzekeraar op te geven welke andere verzekeringen op het verzekerde belang ten tijde van de schade van kracht zijn.
9.1.6 De aanwijzingen van de verzekeraar nauwkeurig op te volgen en de ter zake van de schade gestelde vragen volledig en naar waarheid te beantwoorden.
9.1.7 De verzekeraar desgevraagd een volledig ingevuld en ondertekend schadeaangifteformulier te zenden.
9.2 Belangenbenadeling Elk recht op schadevergoeding vervalt, indien een verzekerde een van deze
verplichtingen niet is nagekomen en daardoor de belangen van de verzekeraar heeft geschaad.
9.3 Onjuiste gegevens Elk recht op schadevergoeding vervalt, indien de verzekerde bij schade
opzettelijk onjuiste gegevens verstrekt.
9.4 Verval van rechten Elk uit deze verzekering voortvloeiend recht op schadevergoeding vervalt,
indien binnen 1 jaar na de schriftelijke definitieve beslissing van de verzekeraar deze beslissing niet gemotiveerd is aangevochten. In elk geval vervalt het recht op schadevergoeding indien een schade niet wordt gemeld binnen 3 jaar na de gebeurtenis, aanspraak of omstandigheid. Deze termijn geldt niet als de verzekeringnemer aantoont, dat hem de te late aanmelding redelijkerwijs niet valt te verwijten.
Artikel 10 Schaderegeling en beoordeling schuldvraag
10.1 Schuldvraag De verzekeraar belast zich met de beoordeling van de schuldvraag en met de
regeling en de vaststelling van de schade. De verzekeraar heeft het recht benadeelden rechtstreeks schadeloos te stellen en met hen schikkingen aan te gaan. Zij zal daarbij de belangen van de verzekerden steeds in het oog houden.
Artikel 11 Verhaalsrecht
11.1 Verhaalsrecht In alle gevallen waarin de verzekeraar op grond van de wet schadevergoeding
is verschuldigd, terwijl de verzekerde geen rechten aan de verzekering kan ontlenen, zal de verzekeraar de schadevergoeding en de kosten verhalen op de verzekeringnemer of op de aansprakelijke verzekerde;
11.2 Geen Verhaal Als de verzekerde geen rechten kan ontlenen aan de verzekering op grond van
omstandigheden die zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en hem daarvan redelijkerwijs geen verwijt treft, maakt de verzekeraar tegenover hem geen gebruik van haar verhaalsrecht.
Artikel 12 Begripsomschrijvingen Terrorismeschade
Naast de specifieke uitsluitingen als nader in de voorwaarden omschreven, evenals de uitsluitingen onder algemeen omschreven, is voor deze verzekering de dekking voor het terrorismerisico begrensd.
Begripsomschrijvingen In de artikelen 12, 13 en 14 en de daarop berustende bepalingen wordt – voor zover niet anders blijkt– verstaan onder:
12.1 Terrorisme Gewelddadige handelingen en/of gedragingen – begaan buiten het kader van
een van de zes in artikel 3:38 van de Wet op het financieel toezicht genoemde vormen van molest - in de vorm van een aanslag of een reeks van in tijd en oogmerk met elkaar samenhangende aanslagen als gevolg waarvan letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, en/of schade aan zaken ontstaat dan wel anderszins economische belangen worden aangetast, waarbij aannemelijk is dat deze aanslag of reeks - al dan niet in enig organisatorisch verband - is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.
12.2 Kwaadwillige besmetting Het – buiten het kader van een van de zes in artikel 3:38 van de Wet op het
financieel toezicht genoemde vormen van molest - (doen) verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen die als gevolg van hun (in)directe fysische, biologische, radioactieve of chemische inwerking letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, bij mensen of dieren kunnen veroorzaken en/of schade aan zaken kunnen toebrengen dan wel anderszins economische belangen kunnen aantasten, waarbij aannemelijk is dat het (doen) verspreiden - al dan niet in enig organisatorisch verband - is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.
12.3 Preventieve maatregelen Van overheidswege en/of door verzekerden en/of derden getroffen maatregelen
om het onmiddellijk dreigend gevaar van terrorisme en/of kwaadwillige besmetting af te wenden of - indien dit gevaar zich heeft verwezenlijkt - de gevolgen daarvan te beperken.
12.4 NHT Nederlandse Herverzekeringmaatschappij voor Terrorismeschaden N.V. (NHT). Een door het Verbond van Verzekeraars in Nederland opgerichte herverzekeringsmaatschappij, waarbij uitkeringsverplichtingen uit hoofde van verzekeringsovereenkomsten, die voor in Nederland toegelaten verzekeraars direct of indirect kunnen voortvloeien uit de verwezenlijking van de in artikel 12.1, 12.2 en 12.3 omschreven risico’s, in herverzekering kunnen worden ondergebracht.
12.5 Overeenkomsten Verzekeringsovereenkomsten:
a) Overeenkomsten van schadeverzekering voor zover zij overeenkomstig het bepaalde in artikel 1.1 onder ‘staat waar het risico is gelegen’ van de Wet op het financieel toezicht betrekking hebben op in Nederland gelegen risico's.
b) Overeenkomsten van levensverzekering voor zover gesloten met een verzekeringnemer met gewone verblijfplaats in Nederland, of, indien verzekeringnemer een rechtspersoon is, met de in Nederland gevestigde vestiging van de rechtspersoon waarop de verzekering betrekking heeft.
c) Overeenkomsten van natura-uitvaartverzekering voor zover gesloten met een verzekeringnemer met een gewone verblijfplaats in Nederland, of, indien verzekeringnemer een rechtspersoon is, met de in Nederland gevestigde vestiging van de rechtspersoon waarop de verzekering betrekking heeft.
12.6 In Nederland toegelaten Levens-, natura-uitvaart- en schadeverzekeraars die op grond van de Wet verzekeraars op het financieel toezicht bevoegd zijn om in Nederland het verzekeringsbedrijf
uit te oefenen.
Artikel 13 Begrenzing van de dekking voor het terrorismerisico
13.1 Indien en voor zover, met inachtneming van de in artikel 12.1, 12.2 en 12.3 gegeven omschrijvingen, en binnen de grenzen van de geldende polisvoorwaarden, dekking bestaat voor gevolgen van een gebeurtenis die (direct of indirect) verband houdt met:
a) terrorisme, kwaadwillige besmetting of preventieve maatregelen,
b) handelingen of gedragingen ter voorbereiding van terrorisme, kwaadwillige besmetting of preventieve maatregelen, hierna gezamenlijk aan te duiden als ‘het terrorismerisico’, geldt dat de uitkeringsplicht van de verzekeraar terzake van iedere bij haar ingediende aanspraak op schadevergoeding en/of uitkering, is beperkt tot het bedrag van de uitkering die de verzekeraar terzake van die aanspraak ontvangt onder de herverzekering voor het terrorismerisico bij de NHT, in het geval van een verzekering met vermogensopbouw vermeerdert met het bedrag van de uit hoofde van de betrokken verzekering reeds gerealiseerde vermogensopbouw. Bij levensverzekeringen wordt het bedrag van de gerealiseerde vermogensopbouw gesteld op de krachtens de Wet op het financieel toezicht aan te houden premiereserve ten aanzien van de betrokken verzekering.
13.2 De NHT biedt herverzekeringsdekking voor de hiervoor genoemde aanspraken tot maximaal 1 miljard euro per kalenderjaar. Vorengenoemd bedrag kan van jaar tot jaar worden aangepast en geldt voor alle bij de NHT aangesloten verzekeraars tezamen. Van een eventuele aanpassing zal mededeling worden gedaan in drie landelijk verschijnende dagbladen.
13.3 In afwijking van het in de voorgaande leden van dit artikel bepaalde, geldt voor verzekeringen die betrekking hebben op:
a) Xxxxxx aan onroerende zaken en/of de inhoud daarvan;
b) Gevolgschade van schade aan onroerende zaken en/of de inhoud daarvan, dat per verzekeringnemer per verzekerde locatie per jaar maximaal 75 miljoen euro onder deze overeenkomst zal worden uitgekeerd, voor alle deelnemende verzekeraars zoals bedoeld in artikel 12 tezamen, ongeacht het aantal afgegeven polissen.
Voor de toepassing van dit artikellid wordt onder verzekerde locatie verstaan: alle op het risicoadres aanwezige door verzekeringnemer verzekerde objecten, evenals alle buiten het risicoadres gelegen door verzekeringnemer verzekerde objecten waarvan het gebruik en/of de bestemming in relatie staat tot de bedrijfsactiviteiten op het risicoadres. Als zodanig zullen in ieder geval worden aangemerkt alle door verzekeringnemer verzekerde objecten die op minder dan 50 meter afstand van elkaar gelegen zijn en waarvan er ten minste een op het risicoadres is gelegen. Voor de toepassing van dit artikellid geldt voor rechtspersonen en vennootschappen die zijn verbonden in een groep, zoals bedoeld in artikel 2:24b van het Burgerlijk Wetboek, dat alle groepsmaatschappijen tezamen worden aangemerkt als een verzekeringnemer, ongeacht door welke tot de groep behorende groepsmaatschappij(en) de polis(sen) is (zijn) afgesloten.
Artikel 14 Uitkeringsprotocol NHT
14.1 Op de herverzekering van de verzekeraar bij de NHT is van toepassing het Protocol afwikkeling claims (hierna te noemen het Protocol). Op grond van de in dit protocol vastgestelde bepalingen is de NHT onder meer gerechtigd de uitkering van de schadevergoeding of het verzekerde bedrag uit te stellen tot het moment waarop zij kan bepalen of en in hoeverre zij over voldoende financiële middelen beschikt om alle vorderingen waarvoor zij als herverzekeraar dekking biedt, voor het geheel te voldoen. Voor zover de NHT niet over voldoende financiële middelen blijkt te beschikken, is zij gerechtigd overeenkomstig bedoelde bepalingen een gedeeltelijke uitkering aan de verzekeraar te doen.
14.2 De NHT is, met in achtneming van het gestelde in bepaling 7 van het Protocol afwikkeling claims, bevoegd om te beslissen of een gebeurtenis in verband waarmee aanspraak op uitkering wordt gedaan, als een gevolg van de verwezenlijking van het terrorismerisico moet worden aangemerkt. Een daartoe strekkend en overeenkomstig voornoemde bepaling genomen besluit van de NHT, is bindend jegens verzekeraar, verzekeringnemer, verzekerden en tot uitkering gerechtigden.
14.3 Eerst nadat de NHT aan de verzekeraar heeft medegedeeld welk bedrag, al dan niet bij wijze van voorschot, xxxxxxx van een vordering tot uitkering aan haar zal worden uitgekeerd, kan de verzekerde of de tot uitkering gerechtigde op de in artikel 14.1 bedoelde uitkering terzake tegenover de verzekeraar aanspraak maken.
14.4 De herverzekeringsdekking bij de NHT is ingevolge bepaling 16 van het Protocol slechts van kracht voor aanspraken op schadevergoeding en/of uitkering die worden gemeld binnen twee jaar nadat de NHT van een bepaalde gebeurtenis of omstandigheid heeft vastgesteld dat deze als een verwezenlijking van het terrorismerisico in de zin van deze voorwaarden wordt beschouwd.
Artikel 15 Aanpassing van premie of voorwaarden
15.1 Wijziging voorwaarden en Indien de verzekeraar haar tarieven of voorwaarden voor verzekeringen van tarieven dezelfde soort als deze verzekering aanpast en in gewijzigde vorm bekend
maakt en toepast, dan heeft zij het recht ook deze verzekering aan de nieuwe tarieven en voorwaarden aan te passen en wel met ingang van de eerste premievervaldag na de invoering van de aanpassing.
15.2 Mededeling De verzekeraar zal, indien zij van dit recht gebruik maakt, hiervan mededeling
doen aan de verzekeringnemer.
15.3 Recht weigering De verzekeringnemer heeft het recht schriftelijk bedoelde aanpassing te
weigeren uiterlijk tot het einde van een termijn van 30 dagen van de premievervaldag af.
15.4 Einde verzekering Wordt er van dit recht gebruik gemaakt, dan eindigt de verzekering op de
desbetreffende vervaldag of - indien de weigering daarna plaatsvindt - op het tijdstip van weigering. Heeft de verzekeringnemer van dit recht geen gebruik gemaakt, dan wordt de verzekeringnemer geacht de aanpassing te hebben aanvaard.
15.5 Beperking De verzekeringnemer heeft de in dit artikel gegeven bevoegdheid niet, indien:
a) de aanpassing een verlaging van de tarieven dan wel een verbetering van de voorwaarden inhoudt;
b) de aanpassing van de premie en/of de voorwaarden voortvloeit uit wettelijke regelingen of bepalingen.
c) de aanpassing van de premie een gevolg is van wijziging van het indexcijfer bij geïndexeerde verzekeringen.
Artikel 16 Premie
16.1 Betaling van de premie De verzekeringnemer dient de premie, de kosten en de assurantiebelasting
vooruit te betalen, op de premievervaldatum;
16.1.1 Indien de verzekeringnemer de aanvangspremie niet uiterlijk op de dertigste dag na ontvangst van het betalingsverzoek betaalt of weigert te betalen, wordt zonder dat een nadere ingebrekestelling door de verzekeraar is vereist geen dekking verleend ten aanzien van alle gebeurtenissen die nadien hebben plaatsgevonden;
16.1.2 Indien de verzekeringnemer de vervolgpremie weigert te betalen, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die nadien hebben plaatsgevonden;
16.1.3 Indien de verzekeringnemer de vervolgpremie niet tijdig betaalt, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden vanaf de vijftiende dag nadat de verzekeraar de verzekeringnemer na de vervaldag schriftelijk heeft aangemaand en betaling is uitgebleven. De verzekeringnemer blijft gehouden de premie te voldoen
16.1.4 De dekking wordt weer van kracht voor gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden na de dag waarop hetgeen de verzekeringnemer verschuldigd is, voor het geheel door de verzekeraar is ontvangen. In geval van overeengekomen termijnbetalingen geldt dat de dekking eerst in kracht wordt hersteld nadat alle onbetaald gebleven termijnen zijn voldaan.
16.1.5 Onder vervolgpremie wordt mede verstaan de premie die de verzekeringnemer bij stilzwijgende verlenging van de verzekering verschuldigd wordt
16.1.6 Onder aanvangspremie wordt mede verstaan de premie die de verzekeringnemer in verband met een tussentijdse wijziging van de verzekering verschuldigd wordt
16.2 No-claim Nadat bij het sluiten van de verzekering de no-claim korting is vastgesteld, wordt
na elk verzekeringsjaar de korting voor de premie voor het volgende jaar bepaald volgens onderstaand schema.
No-claim trede | Kortings- percentages | Toekomstige N/C trede na een verzekeringsjaar | ||
Zonder schade | Met 1 schade | Met 2 of meer schaden | ||
14 | 50 | 14 | 10 | 1 |
13 | 50 | 14 | 10 | 1 |
12 | 50 | 13 | 9 | 1 |
11 | 50 | 12 | 8 | 1 |
10 | 50 | 11 | 7 | 1 |
9 | 45 | 10 | 7 | 1 |
8 | 40 | 9 | 6 | 1 |
7 | 35 | 8 | 5 | 1 |
6 | 30 | 7 | 4 | 1 |
5 | 25 | 6 | 3 | 1 |
4 | 20 | 5 | 2 | 1 |
3 | 15 | 4 | 1 | 1 |
2 | 10 | 3 | 1 | 1 |
1 | 0 | 2 | 1 | 1 |
Een gemelde schade heeft echter geen invloed op de no-claim korting indien:
a) De verzekeraar geen schadevergoeding verschuldigd is (ongeacht eventuele door hem gemaakte kosten);
b) De verzekeraar de gehele door hem uitgekeerde schadevergoeding heeft verhaald of deze niet (geheel) heeft kunnen verhalen tengevolge van een tussen verzekeringsverzekeraaren gesloten schaderegelingsovereenkomst of tengevolge van wettelijke bepalingen, die de vergoedingsplicht van een schuldige partij beperken.
Onder een schadevrij verzekeringsjaar wordt verstaan een periode van 12 maanden vanaf de laatste premievervaldatum.
16.3 Premierestitutie Behalve bij opzegging wegens opzet de verzekeraar te misleiden, heeft
verzekeringnemer bij tussentijdse beëindiging recht op restitutie van premie over de nog niet verstreken verzekeringstermijn.
Artikel 17 Overgang van het verzekerde belang
17.1 Overgang belang Bij overgang van het verzekerde belang eindigt de dekking 30 dagen na die
overgang - tenzij de verzekeraar met de nieuwe belanghebbende overeenkomt de verzekering voort te zetten - of zoveel eerder als de nieuwe belanghebbende elders een verzekering sluit.
17.2 Overlijden Bij overgang van het verzekerde belang tengevolge van overlijden van de
verzekeringnemer blijft de verzekering van kracht, tenzij de nieuwe belanghebbende de verzekering binnen 9 maanden na het overlijden opzegt.
Artikel 18 Looptijd van de verzekering
18.1 Duur en beëindiging De verzekering is aangegaan voor de contractduur die in de polis is
aangegeven. De contractduur wordt daarna stilzwijgend verlengd voor 12 maanden, tenzij uitdrukkelijk een einddatum of bepaalde termijn op het polisblad is vermeld.
18.2 Beëindiging De verzekering of een onderdeel daarvan kan door verzekeringnemer door verzekeringnemer schriftelijk worden opgezegd:
a) Na stilzwijgende verlenging, zoals omschreven in artikel 18.1, op iedere willekeurige datum met inachtneming van een opzegtermijn van 30 dagen;
b) Indien deze, overeenkomstig het bepaalde in artikel 15, niet akkoord gaat met een wijziging van premie en/of voorwaarden.
c) Binnen 30 dagen na een schademelding die voor de verzekeraar tot een verplichting tot uitkering kan leiden.
d) Binnen 30 dagen nadat de verzekeraar een schade heeft betaald of heeft afgewezen.
18.3 Beëindiging De verzekering of een onderdeel daarvan kan door de verzekeraar door de verzekeraar schriftelijk worden opgezegd:
a) Per contractvervaldatum, met een opzegtermijn van ten minste 2 maanden;
b) Indien verzekeringnemer de verschuldigde premie na 3 maanden nog niet heeft betaald.
c) Binnen 30 dagen na een schademelding die voor de verzekeraar tot een verplichting tot uitkering kan leiden, met een opzegtermijn van ten minste 2 maanden
d) Binnen 30 dagen nadat de verzekeraar een schade heeft betaald of heeft afgewezen, met een opzegtermijn van ten minste 2 maanden; In het geval van opzet van een verzekerde om de verzekeraar te misleiden, kan direct door de verzekeraar worden opgezegd.
e) Binnen een termijn van 2 maanden na ontdekking door de verzekeraar dat de verzekeringnemer de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering niet is nagekomen en verzekeringnemer daarbij heeft gehandeld met het opzet de verzekeraar te misleiden en/of de verzekeraar de verzekering bij kennis van de ware stand van zaken niet zou hebben gesloten. De verzekering eindigt op de datum die in de opzeggingsbrief is vermeld.
f) Na een zodanige wijziging van het risico, dat de verzekeraar niet of niet onder dezelfde voorwaarden of tegen dezelfde premie zou hebben verzekerd, met een opzegtermijn van ten minste 2 maanden;
Artikel 19 Algemene informatie
19.1 Adres Kennisgevingen van de verzekeraar aan de verzekeringnemer kunnen worden gedaan aan zijn laatste bij de verzekeraar bekende adres, of aan het adres van de tussenpersoon via wiens bemiddeling deze verzekering loopt.
19.2 Persoonsgegevens 1. Het door de verzekeringnemer ondertekende aanvraagformulier en/of de
direct of later door hem verstrekte inlichtingen en gegeven verklaringen vormen de grondslag van de verzekering.
2. Bij de aanvraag of wijziging van een verzekering of financiële dienst vraagt de verzekeraar om persoonsgegevens en andere gegevens. Deze gegevens worden gebruikt voor het aangaan en uitvoeren van de verzekeringsovereenkomst of financiële dienst, het beheren van de daaruit voortvloeiende relaties, voor marketingactiviteiten, voor statistische analyses, om te kunnen voldoen aan wettelijke verplichtingen en in het kader van het waarborgen van de veiligheid en integriteit van de financiële sector, de verzekeraar, medewerkers en cliënten. Als u geen prijs stelt op informatie over producten of diensten, dan kunt u de verzekeraar hierover informeren.
3. Op de verwerking van persoonsgegevens is de ‘Gedragscode Verwerking Persoonsgegevens Financiële Instellingen’ van toepassing. De volledige tekst van de gedragscode is via de website van het Verbond van Verzekeraars (xxx.xxxxxxxxxxxx.xx) te vinden. De gedragscode kan ook
worden opgevraagd bij het Verbond van Verzekeraars (Postbus 93450, 2509 AL Den Haag, telefoonnummer 070-333 85 00).
4. In verband met een verantwoord acceptatie-, risico- en fraudebeleid kan de verzekeraar gegevens van de verzekeringnemer raadplegen en vastleggen in het Centraal informatiesysteem van de in Nederland werkzame verzekeringsmaatschappijen (Stichting CIS), Xxxxxxxxxxxxx 0, 0000 XX xx Xxx Xxxx. Doelstelling van de verwerking van persoonsgegevens bij Stichting CIS is voor verzekeraars en gevolmachtigd agenten risico’s te beheersen en fraude tegen te gaan. Zie voor meer informatie xxx.xxxxxxxxxxxx.xx. Hier vindt u ook het privacyreglement van Stichting CIS.
19.3 Toepasselijk recht en Op de verzekering is Nederlands recht van toepassing.
klachteninstanties Voor klachten naar aanleiding van de verzekeringsovereenkomst kan men zich wenden tot:
a) De directie van FGD Assuradeuren BV, xxxxxxx 0000, 0000 XX Xxxxxxxxxx;
b) De eerste ondertekenaar van de polis;
c) Stichting Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid), Xxxxxxx 00000, 0000 XX Xxx Xxxx.
Of de zaak in aanmerking komt voor behandeling door het Kifid kan men vinden op de website van Kifid (xxx.xxxxx.xx). Dit kan afhankelijk zijn van de aard van de klacht
Een en ander laat uiteraard onverlet het recht om geschillen bij de bevoegde rechter aanhangig te maken.
Artikel 20 Nadere Omschrijvingen
20.1 Molest Onder molest wordt verstaan schade veroorzaakt door:
1. Gewapend conflict:
Onder gewapend conflict wordt verstaan elk geval waarin staten of andere georganiseerde partijen elkaar, of in ieder geval de één de ander, gebruik makend van militaire machtsmiddelen, bestrijden. Onder gewapend conflict wordt ook verstaan optreden van een vredesmacht van de Verenigde Naties.
2. Burgeroorlog:
Onder burgeroorlog wordt verstaan een min of meer georganiseerde gewelddadige strijd tussen de inwoners van een zelfde staat, waarbij een belangrijk deel van de inwoners van die staat betrokken is.
3. Opstand:
Onder opstand wordt verstaan georganiseerd gewelddadig verzet binnen een staat, gericht tegen het openbaar gezag.
4. Binnenlandse onlusten:
Onder binnenlandse onlusten worden verstaan min of meer georganiseerde gewelddadige handelingen op verschillende plaatsen zich voordoend binnen een staat.
5. Oproer:
Onder oproer wordt verstaan een min of meer georganiseerde plaatselijke gewelddadige beweging, gericht tegen het openbaar gezag.
6. Muiterij:
Onder muiterij wordt verstaan een min of meer georganiseerde gewelddadige beweging van leden van enige gewapende macht gericht tegen het gezag waaronder zij gesteld zijn
De verzekeraar dient te bewijzen dat de schade direct veroorzaakt is of ontstaan is uit één van de in dit artikelgenoemde oorzaken.
De 6 genoemde vormen van molest, en de definities van deze vormen van molest, vormen een onderdeel van de tekst die door het Verbond van Verzekeraars op 2 november 1981 ter griffie van de Arrondissementsrechtbank te Den Haag is gedeponeerd.
20.2 Atoomkernreacties Atoomkernreacties
20.2.1 De verzekering geeft geen dekking indien de schade is veroorzaakt door, opgetreden bij of voortgevloeid uit atoomkernreacties, onverschillig hoe deze zijn ontstaan.
20.2.2 De uitsluiting onder lid 1 geldt niet met betrekking tot schade veroorzaakt door radioactieve nucliden, die zich buiten een kerninstallatie bevinden en gebruikt worden of bestemd zijn om gebruikt te worden voor industriële, commerciële, landbouwkundige, medische, wetenschappelijke, onderwijskundige, of (niet- militaire) beveiligingsdoeleinden, mits er een door enige overheid afgegeven vergunning (voor zover vereist) van kracht is voor vervaardiging, gebruik, opslag en het zich ontdoen van radioactieve stoffen.
Onder 'kerninstallatie' wordt verstaan een kerninstallatie in de zin van de Wet Aansprakelijkheid Kernongevallen (Staatsblad 1979-225), alsmede een kerninstallatie aan boord van een schip.
20.2.3 Voor zover krachtens enige wet of enig verdrag een derde voor de geleden schade aansprakelijk is, vindt lid 2 geen toepassing.
20.3 Opzet Hieronder wordt verstaan schade die voor de verzekerde het beoogde of zekere gevolg is van zijn handelen of nalaten dan wel die met goedvinden van de verzekerde is toegebracht. De verzekeringnemer behoudt recht op dekking indien hij aannemelijk maakt dat de opzet zich buiten zijn weten of tegen zijn wil heeft voorgedaan en dat hem ter zake geen verwijt treft.