Samengevoegd reglement betoelaging jeugwerkbeleidsplan en kadervormingssubsie jeugdverenigingen
Samengevoegd reglement betoelaging jeugwerkbeleidsplan en kadervormingssubsie jeugdverenigingen
Aanpasssing van het subsidiereglement voor betoelaging in het kader van het jeugdwerkbeleidsplan
- erkenning als jeugdwerkvorm;
- jeugdprojecten;
- kadervorming;
- infrastructuur;
- werkingskosten;
- kampen;
- jeugdclubs en jeugdhuizen.
Overwegende dat het stadsbestuur het jeugdbeleid in het kader van het jeugdwerkbeleidsplan in de stad wenst te bevorderen en te ondersteunen;
Gelet op de noodzaak het subsidiereglement voor de betoelagingen in het kader van het jeugdwerkbeleidsplan, goedgekeurd bij raadsbesluit van 14 december 1998, aan te passen;
Gelet op de wet van 16 juli 1973, waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen wordt gewaarborgd;
Gelet op het decreet van 28 januari 1974, betreffende het cultuurpact;
Gelet op de wet van 14 november 1983, betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen;
Gelet op het decreet van 24 juli 1991, houdende het overleg en de inspraak in het gemeentelijk cultuur-beleid; Gelet op het advies van de stedelijke jeugdraad van 17 februari 2001;
Gelet op de artikelen 117 en 119 van de nieuwe gemeentewet; BESLUIT met algemene stemmen:
Artikel 1.
Het vorige subsidiereglement voor de betoelagingen in het kader van het jeugdwerkbeleidsplan, goedgekeurd bij raadsbesluit van 14 december 1998, in te trekken en te vervangen door navolgend reglement:
Artikel 1.
Binnen de perken van de daartoe in de begroting voorziene kredieten worden aan de jeugdverenigingen toelagen verleend op basis van de normen en voorwaarden vermeld in de navolgende rubrieken:
- Erkenning als jeugdwerkvorm;
- Jeugdprojecten;
- Kadervorming;
- Infrastructuur;
- Werkingskosten
- Kampen;
- Jeugdclubs en jeugdhuizen. ERKENNING ALS JEUGDWERKVORM
Artikel 2.
Elke jeugdwerkvorm die in aanmerking wil komen voor subsidiëring of gebruik wil maken van de in de reglementen voorziene faciliteiten voor jeugdwerk, moet erkend worden door het gemeentebestuur. Het gemeentebestuur wordt hierin geadviseerd door de jeugdraad en de jeugdconsulent(e) die beiden hun advies overmaken aan het gemeentebestuur.
Artikel 3.
…
subsidiereglement voor betoelaging in het kader van het jeugdwerkbeleidsplan
- erkenning als jeugdwerk- met invoeging nieuw reglement kadervorming 21 juni 2021
Om voor erkenning in aanmerking te komen moet de jeugdwerkvorm:
• voor tenminste 3/4 bestaan uit -30jarige begeleiding die bij voorkeur uit eigen rangen komt;
• voor tenminste 2/3 bestaan uit leden die in Herk-de-Stad wonen;
• groepsgerichte sociaal-culturele initiatieven met de jeugd in de vrije tijd opzetten, onder educatieve begeleiding;
• deze initiatieven met een vrijwillig karakter dienen te streven naar een algemene ontplooiing van de kinderen en de jongeren tot 25 jaar;
• over een periode van minstens 1 jaar, voorafgaand aan de erkenningaanvraag, regelmatig activiteiten aan de dag gelegd hebben en in de gemeente gevestigd zijn.
Artikel 4.
Het gemeentebestuur beslist over de erkenning van een jeugdwerkvorm, na advies van de jeugdraad en de jeugdconsulent(e).
Artikel 5.
De aanvraag tot erkenning moet schriftelijk worden ingediend op de jeugddienst. Aanvraagformulieren kan men bekomen op de jeugddienst.
Artikel 6.
De erkenning moet jaarlijks aangevraagd worden en dit vóór 15 januari van het jaar waarvoor men subsidies aanvraagt.
Artikel 7.
Uitsluitend vzw opgezet met als doel jeugdwerkvormen te ondersteunen en als dusdanig erkend door het gemeentebestuur, komen in aanmerking voor subsidies infrastructuurwerken.
Artikel 8.
Jeugdwerkvormen die enkel opgericht worden met het doel om projecten te organiseren, kunnen erkend worden als ‘tijdelijke’ jeugdwerkvormen TH. voor de duur van het project. Deze jeugdwerkvormen dienen hun aanvraag gelijktijdig in met de aanvraag voor projectsubsidies.
Artikel 9.
Indien het gemeentebestuur positief beslist over de erkenning van een jeugdwerkvorm, wordt deze jeugdwerkvorm vermeld op de herkenningslijst.
Artikel 10.
Een jeugdwerkvorm die erkend wordt door het gemeentebestuur kan niet (als dusdanig) zetelen in een ander gemeentelijk adviesorgaan en daarvan subsidiëring genieten.
WERKINGSKOSTEN
Artikel 11.
Door het gemeentebestuur erkende jeugdwerkvormen (met uitzondering van ‘tijdelijk’ erkende jeugdwerkvormen) kunnen een beroep doen op een toelage werkingskosten.
Artikel 12.
De volgende documenten dienen bijgehouden en voorgelegd te worden:
• De officiële leden- en leidingslijst, van het subsidieerbare werkjaar (van 1 september tot en met 31 augustus);
• Een lijst met het aantal activiteiten (enkel ledenactiviteiten) van het voorbije werkjaar;
• Namenlijst, huurovereenkomst en programma per dag van de weekends;
• Uitnodigingen en affiches van groepoptredens + programma-inhoud;
• Uitnodigingen en affiches + gedetailleerde programma-inhoud van maximum 3 open activiteiten; Definiëring open activiteiten : inhoud van een open activiteit verschilt van een normale activiteit; de open activiteit staat open voor leden en niet-leden. Bedoeling is dat de niet-leden kennismaken met de werking van de jeugdwerkvorm. Minstens 2 weken op voorhand publieke uitnodiging, parochieblad, krant, affiches en dergelijke binnenbrengen op de jeugddienst.
• Alle edities van het uitgegeven tijdschrift.
Artikel 13.
De subsidiecommissie wordt jaarlijks samengesteld bij het begin van het werkjaar (september) en zal bestaan uit: de jeugdconsulente, de voorzitter van de jeugdraad, maximum één afgevaardigde per subsidieerbare jeugdwerkvorm en eventueel andere leden van de jeugdraad die echter geen jeugdwerkvorm vertegenwoordigen. Deze commissie komt op schriftelijke uitnodiging en vóór 31 oktober samen en beoordeelt de subsidieaanvragen op basis van dit reglement.
Het verdelingsvoorstel wordt voorgelegd aan de algemene van de jeugdraad. Na de beoordeling wordt het voorstel overgemaakt aan het gemeentebestuur dat op zijn beurt de beslissing meedeelt aan de jeugdwerkvormen.
Artikel 14.
Het puntenstelsel.
Op basis van de volgende zeven items worden de punten verdeeld.
Het totaal beschikbare subsidiegeld wordt gedeeld door het totaal aantal punten van alle jeugdwerkvormen samen. Zo komen we aan het aantal euro per punt. Het bedrag per groep wordt dan berekend door het aantal behaalde punten te vermenigvuldigen met de waarde van één punt.
Bijvoorbeeld : totaal behaalde punten : 10.000 punten
subsidiebedrag : 3100 € euro per punt : 0,31 €
jeugdwerkvorm X : 2.700 punten x 0,31 € = 837 €
* Leden:
De totale officiële (*) leden x 10 punten
(*) Voor regionale verenigingen worden enkel leden die activiteiten in Herk-de-Stad bijwonen in aanmerking genomen.
Controlemogelijkheid : een officiële ledenlijst, of het betaalbewijs van het aantal ingeschreven leden (lidkaarten e.d.) dient voorgelegd te worden.
* Regelmatige werking:
Wekelijks: 500 punten
Veertiendaags: 250 punten
Maandelijks: 125 punten
Omdat niet iedere jeugdwerkvorm of leeftijdsgroep heel regelmatig werkt, berekenen we een gemiddelde: Wekelijks: minimum 35 activiteiten per jaar
Veertiendaags: minimum 20 activiteiten per jaar Maandelijks: minimum 10 activiteiten per jaar
Het aantal activiteiten van alle leeftijdsgroepen samen in het subsidieerbare jaar wordt opgeteld en gedeeld door het aantal leeftijdsgroepen, waardoor we een gemiddelde van de jeugdwerkvorm krijgen.
Leidingactiviteiten tellen niet mee.
Controlemogelijkheid : de activiteitenlijst met duidelijke vermelding met de aard van de activiteiten bv. voetbal, honkbal, bosspel, trollenavond, dient voorgelegd te worden. De daarvoor bestemde formulieren kunnen afgehaald worden op de jeugddienst.
Een activiteit niet georganiseerd door een gemeentelijke jeugdwerkvorm, wordt aanzien als 1 activiteit per leeftijdsgroep ook al bestaat ze uit meerdere dagen.
* Weekends : maximum 4 dagen
Het aantal leden x het aantal overnachtingen
Controlemogelijkheid: er dient een namenlijst en een huurovereenkomst (of betalingsbewijs) voorgelegd te worden. Tevens dient een uitgeschreven programma per dag voorgelegd te worden.
* Groepsoptreden
200 punten. (maximum 3 x dezelfde opvoering)
Enkel zelfgeorganiseerde activiteiten waarvan het opzet en de uitvoering in handen zijn van de leden van de jeugdwerkvorm, worden als groepsoptreden aanvaard. Een groepsoptreden staat open voor buitenstaanders. Belangrijk is dat de leden optreden. Bv. Bonte avond, toneelspel.
Controlemogelijkheid: Voor elk groepsoptreden wordt vooraf een uitnodiging gestuurd naar de jeugdraad/jeugddienst. Andere uitnodigingen en affiches dienen voorgelegd te worden.
* Open activiteit
100 punten. (beperking: maximum 3 x per jaar)
Enkel zelfgeorganiseerde activiteiten voor iedereen zijn toegelaten: dus zowel leden, ouders als buitenstaanders moeten kunnen deelnemen aan het gebeuren, met de bedoeling dat buitenstaanders kunnen kennismaken met de werking van de jeugdwerkvorm. Bv. open-spel-namiddag, wijkenspel, verkeersplein.
Activiteiten met winstoogmerk worden principieel niet betoelaagd. Bv. fuif, pannenkoekenslag, mosselfeest, ....
Controlemogelijkheid: Voor elke activiteit wordt vooraf een uitnodiging gestuurd naar de jeugdraad/jeugddienst. Andere uitnodigingen en affiches dienen voorgelegd te worden. Tevens dient een bewijs van de voorbereidingen te worden voorgelegd.
* Tijdschrift:
200 punten
Enkel een eigen blad voor leden en/of ouders of de parochie worden beschouwd als tijdschrift. Er dienen minstens vier edities te verschijnen met een totaal van 16 A4 pagina’s per jaargang. Een kampboekje wordt niet als tijdschrift aanvaard.
Controlemogelijkheid: minstens 4 edities dienen voorgelegd te worden.
* Zitpenningen:
Per vergadering : 40 punten
Per vergadering van de jeugdraad kan een jeugdwerkvorm die hierin een vaste afgevaardigde heeft (bij afwezigheid zijn/haar vervanger), aanspraak maken op 40 punten. De algemene vergadering telt als vergadering.
KADERVORMING
Artikel 15 t.e.m. 22 gewijzigd door reglement ‘kadervormingssubsidie jeugdverenigingen’, goedgekeurd door de gemeenteraad van 21 juni 202
Artikel 1.
Het vernieuwde reglement 'kadervormingssubsidie' goed te keuren SUBSIDIEREGLEMENT KADERVORMING
1. Algemene omkadering
Binnen de grenzen van het jaarlijkse voorziene bedrag, € 2.000, wordt een gemeentelijke subsidie voor kadervorming voorzien, indien voldaan wordt aan onderstaande voorwaarden. Deze subsidie heeft als doel jongeren te stimuleren om vorming te volgen.
2. Voorwaarden
• Inwoner zijn van Herk-de-Stad sinds de dag van het volgen van de cursus.
• Zowel de cursus zelf als de inrichtende organisatie is erkend door het Departement Cultuur, Jeugd & Media
– Afdeling Jeugd.
• De leeftijd van de deelnemers bedraagt minimaal 15 jaar (in het jaar dat de cursus gevolgd wordt) en mag niet hoger zijn dan 30 jaar
• Om voor subsidiëring in aanmerking te komen, dient de cursus een minimum duur te hebben van 4 uur werkelijke vorming.
3. Bedrag
Maximaal 80% van de effectieve kostprijs van de kadervorming wordt gesubsidieerd met een maximum van 150 € per aanvraag.
Om voor betoelaging in aanmerking te komen is de minimumprijs van de cursus vastgesteld op 12,50 €. Indien het voorziene budget voor kadervorming ontoereikend is, zal het aan elke rechthebbende toekomende bedrag proportioneel verminderd worden.
Indien er nog een restsaldo is dan wordt het toegevoegd aan de subsidies voor werkingskosten en evenredig verdeeld over de erkende jeugdwerkvormen die werkingssubsidies genieten.
4. Aanvraagprocedure:
Xxxxx voor 1 april van het jaar, volgend op het jaar waarin de cursus plaatsvond, een aanvraag binnen met volgende gegevens:
• naam, adres, telefoonnummer en geboortedatum van de cursist;
• naam en adres van de organisatie of de persoon die de cursus betaald heeft;
• bankrekeningnummer waarop uitbetaald mag worden;
• een bewijs van het volgen van de cursus (met vermelding van de kostprijs), afgeleverd door de inrichtende organisatie, met opgave van het aantal dagen en overnachtingen.
Hiervoor dient de persoon zelf een officieel deelnamebewijs en het aanvraagformulier, ter beschikking gesteld op de website van het gemeentebestuur, ingevuld met zijn/haar persoonlijke gegevens, te bezorgen aan de dienst Cultuur & Jeugd via xxxxx@xxxx-xx-xxxx.xx.
Artikel 2.
Dit reglement is van toepassing vanaf 1 juli 2021 en vervangt vanaf dan het bestaande reglement.
Artikel 3.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, mee te delen aan de Heer provinciegouverneur, terwijl een afschrift van deze beslissing ter kennisgeving en uitvoering overgemaakt wordt aan:
- de Dienst Cultuur/Jeugd;
- de stedelijke Jeugdraad;
- de financiële Financiën PROJECTEN
Artikel 23.
Door het gemeentebestuur erkende jeugdwerkvormen kunnen aanspraak maken op een specifieke toelage voor het opzetten van projecten.
Jeugdwerkvormen die opgericht worden met het oog op het opzetten van een project, moeten gelijktijdig met hun aanvraag om subsidiëring ook een aanvraag om ‘tijdelijke’ erkenning als jeugdwerkvorm indienen.
Artikel 24.
Onder project wordt verstaan: elke (reeks van) op zichzelf staande activiteit(en), zowel vormend als cultureel, met een open karakter. Een project overstijgt de normale werking van de organisatie. Deze (verscheidene) activiteiten kunnen ook worden samengebracht op één dag. Het project mag geen winstgevende bedoeling hebben.
Artikel 25.
Per jaar worden projecten gesubsidieerd voor een bedrag dat wordt vastgelegd in het jaarplan. Indien dit budget niet volledig wordt besteed tijdens het begrotingsjaar, dan wordt het resterende bedrag evenredig verdeeld over de jeugdwerkvormen die werkingskostensubsidies genieten en dit volgens het geldende werkingskostenreglement.
Artikel 26.
Een aanvraag tot subsidiëring moet minstens 3 maanden voor de start van het project worden ingediend, ten laatste 30 september van het jaar waarin de betoelaging wordt aangevraagd. De aanvraag dient te omvatten:
- naam en contactadres van de jeugdwerkvorm;
- omschrijving en doel van de activiteit;
- datum, tijdstip en plaats van uitvoering;
- budgettering, het bedrag dat men vraagt en het bedrag dat men zelf investeert.
Artikel 27.
De jeugdraad adviseert in overleg met de jeugdconsulente ten laatste 14 dagen na het indienen van de aanvraag het gemeentebestuur over al dan niet subsidiëring. Het gemeentebestuur deelt haar beslissing mee aan de aanvragende jeugdwerkvorm.
Artikel 28.
Na uitvoering van het project wordt een verslag van de activiteit binnengezonden op de jeugddienst, Xxxxx 0, 0000 Xxxx-xx-Xxxx met o.m. een financieel overzicht, de bewijzen dat de activiteit(en) wel degelijk heeft/hebben plaatsgevonden (contracten, rekeningen, enz ) en alle noodzakelijke gegevens voor de uitbetaling van de
toelagen (verantwoordelijke, rekeningnummer, ). De jeugdraad, in overleg met de jeugdconsulente, toetst het
verslag aan de aanvraag en adviseert het gemeentebestuur om de subsidies uit te betalen indien alles conform is.
Artikel 29.
Het gemeentebestuur stort, onder voorbehoud van de goedkeuring van de gemeentebegroting voor het dienstjaar en binnen het bepaald budget, de toelagen zo snel mogelijk en uiterlijk op 31 december van het dienstjaar.
KAMPEN
Artikel 30.
Door het gemeentebestuur erkende jeugdwerkvormen kunnen beroep doen op een specifieke toelage voor kampen.
Artikel 31.
De volgende documenten dienen bijgehouden en voorgelegd te worden:
De lijst van deelnemers, die voor tenminste 3/4 uit leden van de jeugdwerkvorm moet bestaan, per groep die aan de kampen deelneemt.
Xxxxxxxxxxxxxxxx en programma per dag van het kamp.
Deze documenten dienen binnengebracht te worden vóór 15 oktober van het lopende werkjaar op de jeugddienst.
Artikel 32.
Men mag maximum één kamp per jaar per categorie organiseren met minimum vijf overnachtingen.
Artikel 33.
Het puntenstelsel: Het beschikbare subsidiegeld wordt gedeeld door het totaal aantal punten van alle jeugdwerkvormen samen. Zo komen we aan het aantal euro per punt. Het bedrag per vereniging wordt dan berekend door het totaal aantal behaalde punten te vermenigvuldigen met de waarde van één punt.
Bv. : subsidiebedrag: 3.720 € totaal behaalde punten : 5.000
subsidiebedrag: 3.720 €
bedrag per punt : 0,74 € vereniging : 700 punten x 0,74 € = 518 €
Het aantal deelnemers x het aantal overnachtingen = aantal punten.
Controlemogelijkheid: Er dient een namenlijst van de deelnemers en een huurovereenkomst voorgelegd te worden. Tevens dient een uitgeschreven programma per dag voorgelegd te worden.
Artikel 34.
Het gemeentebestuur dient de subsidies te storten op het rekeningnummer vóór 20 december.
JEUGDCLUBS / JEUGDHUIZEN
Artikel 35.
De door het gemeentebestuur erkende jeugdclubs kunnen beroep doen op een toelage voor werkingskosten. Artikel 36.
Men dient lid te zijn van de Federatie voor Vlaamse Jeugdhuizen.
Artikel 37.
De volgende documenten dienen bijgehouden en voorgelegd te worden vóór 15 oktober:
- de officiële leden- en bestuursledenlijst van het subsidieerbare werkjaar (van 1 september tot en met 31 augustus);
- een lijst met activiteiten van het voorbije werkjaar;
- een namenlijst, huurovereenkomst en programma per dag van de georganiseerde weekends;
- uitnodigingen, affiches en programma-inhoud van open activiteiten, binnen te brengen op de jeugddienst vooraleer de activiteit doorgaat;
- alle eventuele edities van het uitgegeven tijdschrift;
- een bewijs van aansluiting bij de Federatie voor Vlaamse Jeugdhuizen.
Deze documenten dienen tijdens het subsidieerbare werkjaar bijgehouden te worden en binnengebracht te worden op de jeugddienst vóór 15 oktober van het lopende werkjaar. Indien deze documenten niet binnengebracht zijn vóór 15 oktober kan men geen aanspraak maken op deze subsidies.
Het jeugdhuis dient jaarlijks het rekeningnummer door te geven waarop de subsidies dienen gestort te worden. Artikel 38.
Puntenstelsel: Indien men 300 punten behaalt kan men het volledige subsidiebedrag bekomen. Dit bedrag wordt jaarlijks bepaald in de begroting.
* leden : 10 punten per lid (bv. 100 leden x 10 punten = 1.000 punten)
* open activiteiten : maximum vijf à 100 punten = 500 punten (voor iedereen, aangekondigd in tijdschriften, weekbladen e.a.)
* weekend : maximum drie à 200 punten = 600 punten
* educatieve activiteiten : minimum twee à 500 punten = 1000 punten (spreker van erkende organisatie over diverse onderwerpen die de jeugd aanbelangen) o.a. i.v.m. drugs, alco- holmisbruik, verkeer, EHBO, ...
* alle activiteiten moeten voor iedereen toegankelijk zijn
* tijdschrift : 300 punten = minimum vier edities per jaar, bestaande uit vier pagina’s per editie en aan alle leden bedeeld.
* zitpenningen : 40 punten per aanwezigheid op de algemene vergadering.
Artikel 39 – algemene slotbepalingen
Alle betwistingen en interpretaties betreffende dit reglement en de toepassing ervan, evenals alle onvoor¬ziene gevallen, worden beslecht door het College van Burgemeester en Schepenen.
Dit reglement heeft uitwerking vanaf 1 januari 2002. Artikel 2.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 28 van het decreet van 28 april 1993 mee te delen aan Mevrouw de Provinciegouverneur, terwijl een afschrift ter kennisgeving en uitvoering wordt overgemaakt aan:
- de stedelijke Jeugddienst en Jeugdraad;
- de financiële dienst.
———