JAARVERSLAG 2023
Commissie
Bodemdaling
JAARVERSLAG 2023
Op het omslag:
Dijkversterking Lauwersmeer / Haven Noordpolderzijl
COMMISSIE BODEMDALING JAARVERSLAG 2023
Havendam Eemshaven
2
Inhoudsopgave
1 Inleiding 4
2 Partijen bij de overeenkomsten 5
Overeenkomst Groningen - NAM 5
Overeenkomst Rijk - NAM 5
3 Samenstelling commissie en het daaraan toegevoegde secretariaat 6
De commissie 6
Het secretariaat 6
4 Taak van de commissie 7
5 Hoogtemetingen en bodemdalingsprognoses 8
Hoogtemetingen 8
Prognoses 9
6 Werkzaamheden 10
Vergaderingen 10
Voorlichting 10
Behandeling van claims 10
Inventarisatie resterende verplichtingen 11
7 Verzoeken en instemmingen in 2023 12
Overeenkomst Groningen - NAM 12
Overeenkomst Rijk - NAM 13
8 Afkoop periodiek terugkerende verplichtingen 14
9 Beschikbaar bedrag voor vergoedingen 16
Overeenkomst Groningen - NAM 16
Overeenkomst Rijk - NAM 17
Bijlage 1: Partijen die zijn toegetreden tot de overeenkomst vanaf 1984 20
Bijlage 2: Overzicht van de in 2023 ingediende claims en uitgekeerde vergoedingen 22
Bijlage 3: Geïndexeerde vergoedingen tot en met 2023 24
Bijlage 4: Kaart bodemdalingsmaatregelen 26
3
1 INLEIDING
Voor u ligt het jaarverslag 2023 van de Commissie Bodemdaling door Aardgas- winning. De Commissie werd geïnstalleerd op 9 maart 1984. Haar instelling komt voort uit overeenkomsten tussen:
1. De provincie Groningen e.a. en de Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. (Groningen - NAM);
2. De Staat der Nederlanden en de Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. (Rijk - NAM)
Doel van deze overeenkomsten is het regelen van vergoeding van schade als gevolg van bodemdaling door gaswinning in de provincie Groningen.
De overeenkomst Groningen - NAM regelt bodemdalingsschade in de gehele provincie Groningen. Daarbij valt met name te denken aan zaken die verband houden met het beheer van de waterstaat zoals (extra) bemaling, aanpassing watergangen, doorvaarthoogten van bruggen, enz. Daaronder vallen niet de objecten die in beheer zijn van het Rijk.
De overeenkomst Rijk - NAM heeft uitsluitend betrekking op rijksobjecten binnen de provincie. Onder rijksobjecten worden ook verstaan objecten die ten tijde van het sluiten van de overeenkomst in eigendom waren van het Rijk maar nadien aan andere overheden (zoals Groningen Seaports) zijn overgedragen.
Het is de taak van de Commissie om vast te stellen welke maatregelen moeten worden getroffen om schade als gevolg van bodemdaling door gaswinning te voorkomen of te compenseren en na te gaan wat daarvan de kosten zijn.
Schade als gevolg van bevingen of trillingen valt buiten de werkingssfeer van beide overeenkomsten.
In 2023 is conform de besluitvorming van de Commissie door de NAM € 4.041.563,- aan maatregelen ter voorkoming van schade als gevolg van bodemdaling door aard- gaswinning in de provincie Groningen vergoed.
In 2023 is geen schade als gevolg van bodemdaling door aardgaswinning aan rijks- objecten in de provincie Groningen vergoed door de Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V.
Formeel is er sprake van twee commissies. Echter, omdat in de tweede overeen- komst vermeld staat dat de samenstelling van beide commissies in beginsel gelijk moet zijn, is er in de personele sfeer sprake van één commissie. Daarom wordt er één gezamenlijk jaarverslag gemaakt.
Haven Delfzijl
4
2 PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMSTEN
OVEREENKOMST GRONINGEN-NAM
De overeenkomst Groningen - NAM werd bij aanvang aangegaan door de provincie Groningen, mede namens 8 waterschappen in de Provincie en het Havenschap Delfzijl Eemshaven, thans Groningen Seaports. De 8 waterschappen zijn inmiddels opgeheven en hun taken zijn ondergebracht bij de op 1 januari 2000 gevormde waterschappen Noorderzijlvest, Hunze en Aa’s en Wetterskip Fryslân.
De overeenkomst Groningen - NAM voorziet er in dat derden-belanghebbenden kunnen toetreden tot de overeenkomst en een verzoek tot vergoeding van kosten kunnen indienen bij de Commissie.Van 1985 tot en met 2020 zijn 65 instanties en enige tientallen particulieren tot de overeenkomst Groningen - NAM toegetreden.
In bijlage 1 van dit jaarverslag worden de instanties vermeld die in de loop der jaren zijn toegetreden tot de overeenkomst Groningen - NAM. Als gevolg van fusies en gemeentelijke herindelingen is het aantal toegetreden partijen afgenomen van 65 naar 50.
Als gevolg van het in werking treden van de Tijdelijke wet Groningen (TwG) op 1 juli 2020 konden vanaf die datum geen partijen meer toetreden tot de Overeenkomst (zie Hoofdstuk 4).
OVEREENKOMST RIJK-NAM
De overeenkomst Rijk - NAM voorziet niet in toetreding van derden-belanghebben- den.
Een aantal objecten vallend onder de overeenkomst Rijk - NAM is overgedragen aan andere overheden. Deze overheden treden ten aanzien van de overeenkomst Rijk- NAM in de rechten van het Rijk.
Objecten behorende tot de Fries-Groningse kanalen die in 2014 zijn overgedragen van de provincie aan het Rijk vallen sindsdien eveneens onder de overeenkomst Rijk-NAM.
Grote foto:
Gemaal Noordpolderzijl
Gemaal Schaphalsterzijl
Gemaal De Waterwolf
5
3
Samenstelling commissie en het daaraan toegevoegde secretariaat
DE COMMISSIE
De samenstelling van de Commissie voor de overeenkomst Groningen - NAM en de overeen- komst Rijk - NAM is gelijk. Leden en plaatsvervangende leden van de Commissie worden telkens voor een periode van 3 jaar benoemd. De leden en plaatsvervangende leden benoemd door de provincie of het Rijk zijn (her)benoemd tot 1 maart 2026; de door NAM benoemde leden en plaatsvervangende leden zijn (her)benoemd tot 1 maart 2027.
LEDEN | PLAATSVERVANGENDE LEDEN |
Benoemd door de provincie / het Rijk ir.T. xxx xxx Xxxx (voorzitter) Oud directeur Wegen en Kanalen van de provincie Groningen ing. J.W. Kok Oud sectorhoofd waterhuishouding en waterkering, waterschap Hunze en Aa’s ir. X.X. Xxxx Oud Hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat | mr. drs. X.X.Xxxxxx Zelfstandig juridisch adviseur en oud plaats- vervangend Kabinetschef van de Commissaris van de Koning van de provincie Groningen hr. E.H.Togtema Oud dijkgraaf Wetterskip Fryslân, oud dijkgraaf Hoogheemraadschap van Rijnland mevr. P.M. Sangers Oud regiodirecteur West bij Dienst Landelijk Gebied (DLG) en oud adjunct-directeur bij Staatsbosbeheer (SBB) |
Benoemd door de NAM: mr. X.X. xx Xxxx (vicevoorzitter) Oud hoofd juridische zaken en oud adjunct- directeur NAM prof. ir. X.X. xxx Xxx Xxx lid Wetenschapsraad Deltares en emeritus hoogleraar TU Delft hr. X.X.X. xxx Xxxxxxxxxx Oud Finance Manager NAM | ing. X.X.X. xxx Xxxxxxxx Oud medewerker Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) prof. ir. A.Q.C. xxx xxx Xxxxx Xxx senior consultant BAM Infraconsult en emeritus hoogleraar TU Delft prof. dr. ir. J.W. xxx xxx Xxxx Xxxxxxxx ingenieursbureau en emeritus hoogleraar IHE Delft |
HET SECRETARIAAT
De Commissie Bodemdaling wordt ondersteund door een secretariaat. De functie van secretaris wordt vervuld door de heer ir. P.M.A. van Bergen. Het secretariaat bestaat naast de secretaris uit de heer ir. X.X. xx Xxxxx.
Bezoekadres: Xxxxxxxxx 000 xx Xxxxx
Email: x.xxxxxxxxx@xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx (tel. 00 00000000)
Postadres: Xxxxxxxxx 000, 0000 XX Xxxxx Internet: xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx
6
4 TAAK VAN DE COMMISSIE
De Commissie heeft tot taak, indien daarom door een bij de Overeenkomsten betrokken of toegetreden partij wordt gevraagd, vast te stellen:
⚫ welke handelingen, werken of werkzaamheden zijn aan te merken als maatregelen die rede- lijkerwijs noodzakelijk zijn ter voorkoming, beperking of herstel van schade ten gevolge van bodemdaling door aardgaswinning;
⚫ welke kosten zijn aan te merken als kosten welke de NAM in overeenstemming met de regels van de Overeenkomsten zal vergoeden.
Op 1 juli 2020 is de Tijdelijke wet Groningen (TwG) in werking getreden. Met deze wet wordt de afhandeling van alle schade als gevolg van bodembeweging door aanleg of exploitatie van een mijnbouwwerk ten behoeve van gaswinning uit het Groningenveld of gasopslag bij Norg door de overheid wettelijk geregeld. Krachtens artikel 22 is de wet niet van toepassing op aanvragen om vergoeding van schade indien de aanvrager ten aanzien van de schade op het moment van inwer-
kingtreding van de wet partij is bij de overeenkomsten uit 1983 tussen de provincie Groningen en NAM en het Rijk en NAM waarbij de Commissie Bodemdaling in het leven is geroepen.
Door het in werking treden van de TwG wordt bodemdalingsschade van partijen die niet voor 1 juli 2020 zijn toegetreden tot de Overeenkomst Groningen-NAM afgehandeld door het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG). Bodemdalingsschade van partijen die voor 1 juli 2020 zijn toegetreden tot de overeenkomst Groningen-NAM en Rijk-NAM wordt zoals voorheen afge- handeld door de Commissie Bodemdaling. In de praktijk betekent dit globaal dat schade van Rijk, Provincie, waterschappen, gemeenten en Groningen Seaports zoals voorheen door de Commissie Bodemdaling wordt afgehandeld.
Gemaal Fiemel
7
5
Aanleg gemaal Hunsingo
Hoogtemetingen en bodemdalingsprognoses
HOOGTEMETINGEN
Voor het Groningenveld zijn, in verband met bodemdaling door de gaswinning, tot 2018 om de 5 jaar zogenaamde grote waterpasmetingen uitgevoerd, waarbij een uitgebreid netwerk van hoog- temerken wordt gemeten. De grote waterpassingen vinden plaats 2 jaar voorafgaand aan het jaar waarin de 5jaarlijkse prognose wordt gepubliceerd. De resultaten van de grote waterpassing uit 2018 zijn opgenomen in het statusrapport 2020. De opgetreden bodemdaling in het centrum van de bodemdalingsschotel (nabij Loppersum) bedroeg, volgens het statusrapport 2018, 37 cm.
Naast de bodemdalingsmetingen door middel van waterpassingen wordt radar-interferometrie (InSAR) techniek toegepast om de opgetreden bodemdaling te bepalen. Dit is in navolging van het standpunt van SodM dat in 2013 instemde met het gebruik van InSAR als aanvulling op de 5-jaar- lijkse waterpassingen.
Het meetplan Noord-Nederland/Groningen 2013 voorzag in het gebruik van InSAR als primaire methode voor de vaststelling van de actuele bodemdaling. In 2013 heeft de Commissie ingestemd met dit geactualiseerde meetplan onder voorwaarde dat het bestaande waterpasmeetnet in stand zou worden gehouden.
Voorts zijn boven het Groningenveld in 2013 en 2014 11 permanente GPS (Global Positioning System) stations geplaatst. Ook boven de ondergrondse gasopslag installaties Grijpskerk en Norg zijn in 2014 permanente GPS-stations opgesteld. In 2020 waren in totaal 46 GPS-stations in gebruik. Uit de continue hoogtemetingen op deze meetpunten wordt maandelijks de dalingssnel- heid over de 12 voorafgaande maanden bepaald en aan Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) gerap- porteerd. De bestaande permanente stations zijn tussen 2018 en 2020 aangevuld met 29 Inte- grated Geodetic Reference Stations (IGRS), die een GNSS-ontvanger (Global Navigation Satellite System, GPS) met meetpunten voor andere technieken, zoals InSAR en waterpassen, integreren. De resultaten van deze metingen worden eveneens aan SodM gerapporteerd.
8
Spoorbrug Zuidhorn
PROGNOSES
De Commissie baseert zich bij haar besluitvorming onder meer op de meest recente prognose van de toekomstige bodemdaling. Op basis van beide overeenkomsten is de NAM gehouden tot regelmatig onderzoek, waterpassing, metingen e.d. om een zo accuraat mogelijke prognose te kunnen opstellen. Deze prognoses dienen door de NAM tenminste 1 maal per 5 jaar aan onder meer de provincie Groningen en het Rijk te worden voorgelegd.
Bij de meest recente bodemdalingsprognose is in december 2020 (Statusrapport 2020) rekening gehouden met de resultaten van de hoogtemeting die in 2018 is uitgevoerd en met het vervroegd beëindigen van de productie uit het Groningenveld in 2022. De prognoses hebben de goedkeuring van XxxX.
Door het vervroegd beëindigen van de gaswinning is de verwachte bodemdaling voor 2080 op de meeste plaatsen in het bodemdalingsgebied iets kleiner geworden. Sinds 2015 is een beperkt aantal nieuwe gasvelden in ontwikkeling gebracht. De bodemdaling ten gevolge van de (voorgeno- men) productie van deze velden is in de modellering opgenomen. In het statusrapport wordt ook
rekening gehouden met een geringe bodemdaling na het stopzetten van de gaswinning (naijleffect).
Uitgaande van een bodemdaling in het diepste punt in 2018 van 37 cm neemt de bodemdaling tot 2030 toe tot 41 cm.Volgens de huidige prognose zal de bodemdaling in het centrum van de schotel boven het gasveld Groningen in het jaar 2080 circa 46 cm bedragen.Voordat tot beëindi- ging van de gaswinning in 2023 werd besloten was dat circa 50 cm in 2100.
Bij de uitvoering van grote infrastructurele werken wordt door de Commissie na overleg met NAM en SodM rekening gehouden met een onzekerheidsmarge van 2 x 15% = 30% voor het Groningenveld. Dit betekent dat rekening gehouden wordt met een bodemdaling van 1,3 maal de totaal geprognosticeerde bodemdaling sinds het begin van de aardgaswinning.
Voor kleinere bodemdalingswerken kan rekening worden gehouden met een kleinere onzeker- heidsmarge. Dit zal door de Commissie per geval worden vastgesteld.
De prognose van de bodemdaling voor het jaar 2080 is weergegeven op de kaart in bijlage 4. Op deze kaart staan ook de belangrijkste uitgevoerde en nog verwachte bodemdalingsmaatregelen. De weergegeven prognose is in 2020 opgesteld aan de hand van de toen verwachte productie tot aan de productiestop in het Groningenveld in 2022.
Beëindiging gaswinning
In oktober 2023 is de gaswinning te Groningen beëindigd.
De nieuwe prognoses zullen worden gepresenteerd in het statusrapport 2025.
9
6 WERKZAAMHEDEN
VERGADERINGEN
De Commissie heeft in het kalenderjaar 2023 vier keer vergaderd.
Daarnaast hebben leden en plaatsvervangende leden van de Commissie in werkgroepverband in wisselende samenstelling over bepaalde voorstellen/projecten diverse voorbereidende besprekin- gen gevoerd.
VOORLICHTING
De Commissie rekent voorlichting over de uitvoering van de bodemdalingsovereenkomst tot haar taak. De Commissie heeft de beschikking over diverse onderzoeksrapporten en voorlichtings- brochures die op aanvraag worden toegezonden aan belanghebbenden. Informatie over bodem- daling, de bodemdalingsovereenkomsten en de Commissie is ook te vinden op de website xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx
De Commissie heeft op 25 april 2023 een persbericht uitgebracht betreffende het jaarverslag 2022.
BEHANDELING VAN CLAIMS
Bij de afwikkeling van claims kunnen veelal 4 fasen worden onderscheiden:
Fase 1, onderzoeksfase, planvoorbereiding. In deze fase worden de gevolgen van de bodemda- ling door aardgaswinning geïnventariseerd en worden oplossingen ontwikkeld en afgewogen om schade te voorkomen, te herstellen of te compenseren.Voor deze oplossingen worden globale kostenramingen en tijdschema’s opgesteld. Fase 1 eindigt met een principekeuze voor één van de mogelijke oplossingen.
Kwelder bij Noordpolderzijl
10
In fase 2 wordt deze oplossing vervolgens uitgewerkt.
De definitieve situering wordt bepaald evenals vorm en afmetingen. Gedetailleerd (waterloopkun- dig en grondmechanisch) onderzoek vindt plaats. Onderzocht wordt welke vergunningen nodig zijn en welke procedures moeten worden doorlopen.Tijdschema’s en kostenramingen worden verfijnd.
Fase 3 dient als voorbereiding van de uitvoering.
Aan de orde zijn zaken als grondaankoop, het verkrijgen van vergunningen en het opstellen van bestekken en contracten.
In fase 4 volgt de uitvoering van de bodemdalingsmaatregel.
De nota betreffende te volgen procedures bij de voorbereiding en uitvoering van werken in het kader van de bodemdaling door aardgaswinning vormt een handleiding voor de belanghebben- den die verzoeken bij de Commissie indienen. De bovenstaande fasering wordt daarin verder uitgewerkt. De nota wordt aan alle belanghebbenden toegezonden en is verkrijgbaar bij het secretariaat.
Om onnodige vertragingen bij de financiële afwikkeling van projecten te voorkomen heeft de Commissie in 2009 de Procedure Voorbereiding en Uitvoering van Werken aangepast. De aanpas- sing houdt in dat de opdrachtgever uiterlijk 6 maanden na oplevering van het project (per claim) een eindafrekening indient van alle voor het project gemaakte kosten.
INVENTARISATIE RESTERENDE VERPLICHTINGEN
Nu de gaswinning uit het Groningenveld is beëindigd is de Commissie doende de nog resterende financiële verplichtingen onder de overeenkomst Groningen – NAM in kaart te brengen. Dit doet de Commissie met behulp van de adviesbureaus Arcadis en Sweco. De werkzaamheden, waarmee in mei 2022 een begin is gemaakt, bestaan uit het identificeren van de resterende bodemdalings- maatregelen, het ramen van de bijbehorende kosten en een risicoanalyse.
Conform artikel 13 van de Overeenkomst zal NAM voor het totaal van de resterende verplich- tingen zekerheid moeten stellen.Tevens kan de inventarisatie de basis vormen voor een eventuele eenmalige afkoop van nog resterende verplichtingen.
Parallel aan de IRV onder de overeenkomst Groningen – NAM wordt ook de IRV onder de over- eenkomst Rijk – NAM uitgewerkt.
De werkzaamheden worden naar verwachting in 2024 afgerond.
11
7 VERZOEKEN EN INSTEMMINGEN IN 2023
OVEREENKOMST GRONINGEN - NAM
Verzoeken
Voor de overeenkomst Groningen - NAM zijn in het verslagjaar 33 verzoeken bij de Commissie ingediend voor vergoeding van schade als gevolg van opgetreden of verwachte bodemdaling door aardgaswinning. Deze verzoeken hadden betrekking op 26 claims. Op één claim kunnen meerdere betalingsverzoeken betrekking hebben. Enkele van deze betalingsverzoeken hebben betrekking op toezeggingen die vóór 2023 door de Commissie zijn gedaan.
In bijlage 2 is een overzicht gegeven van de claims die in de verslagperiode door de Commissie zijn behandeld en toegekend. In 2023 werd een bedrag aan vergoedingen van in totaal
€ 4.041.563,- door de NAM uitgekeerd. Het totaalbedrag aan toegekende en uitgekeerde vergoe- dingen tot en met 31 december 2023 bedraagt € 226,5 miljoen, zie bijlage 3. De stand van de financiële toezeggingen die nog niet tot uitkering hebben geleid bedraagt € 12,3 miljoen per 31december 2023.
Voor een aantal objecten worden kosten voor onderhoud en exploitatie, voortvloeiend uit bodemdaling door aardgaswinning, vergoed. Deze vergoeding geschiedt thans op jaarbasis.
Particulieren
Particulieren konden tot 1 juli 2020 veronderstelde schade door bodemdaling telefonisch of per e-mail melden bij de Commissie Bodemdaling. Door het inwerking treden van de Tijdelijke wet Groningen (TwG) wordt na 1 juli 2020 veronderstelde schade door bodemdaling afgehandeld door het IMG. In 2023 heeft de Commissie derhalve geen claims van particulieren in behandeling genomen.
Instemmingen
In 2023 heeft de Commissie onder meer ingestemd met de volgende vergoedingen:
⚫ de exploitatiekosten van 9 bodemdalingsobjecten van waterschap Noorderzijlvest over 2022, alsmede voorschotten op de exploitatiekosten over 2023
⚫ de kosten van de besteksfase en bouw van vervanging vispassage van gemaal Den Deel
⚫ extra energiekosten gemaal De Waterwolf
⚫ de exploitatiekosten van 3 bodemdalingsobjecten van waterschap Hunze en Aa’s over 2022 plus voorschotten over 2023
⚫ de personeelskosten van waterschap Noorderzijlvest gerelateerd aan bodemdaling door aard- gaswinning over 2022
⚫ de personeelskosten van waterschap Hunze en Aa’s gerelateerd aan bodemdaling door aardgas- winning over 2022
⚫ extra exploitatiekosten van extra watergangen i.h.k.v. ruilverkaveling Stedum-Loppersum
⚫ de kosten van uitvoeringsmaatregelen van peilbesluit De Delthe van waterschap Noorderzijl- vest
⚫ de kosten van de ontwerpfase van de afsluitvoorziening Schouwerzijl van waterschap Noorder- zijlvest
⚫ de kosten van de uitvoeringsfase van de afsluitvoorziening Schouwerzijl van waterschap Noor- derzijlvest
12
⚫ de kosten van het aandeel bodemdaling voor het opstellen van peilbesluit Garmerwolde- Rottegat van waterschap Noorderzijlvest
⚫ de kosten van het aandeel bodemdaling voor het opstellen van peilbesluit Xxxxxx Xxxxxx van waterschap Noorderzijlvest
⚫ de kosten van het aandeel bodemdaling voor het opstellen van peilbesluit Oudezijl van waterschap Noorderzijlvest
⚫ de meerdere energiekosten zeegemalen van waterschap Hunze en Aa’s over 2021 en 2022 plus voorschotten over 2022 en 2023
⚫ de onderhoudskosten van het Termunterzijldiep van waterschap Hunze en Aa’s over 2022 plus een voorschot over 2023
⚫ de onderhoudskosten van het Verbindingskanaal van waterschap Hunze en Aa’s over 2022 plus een voorschot over 2023
⚫ kosten werkzaamheden Verbindingskanaal
⚫ de personeelskosten van Groningen Seaports over de periode november 2022 t/m april 2023 i.v.m. IRV
OVEREENKOMST RIJK - NAM
Voor de Overeenkomst Rijk - NAM zijn in 2023 geen verzoeken tot schadevergoeding ingediend en werden geen vergoedingen door de Commissie toegekend en door de NAM uitgekeerd.
Het totaalbedrag aan toegekende en uitgekeerde vergoedingen tot en met 31 december 2023 bedraagt € 16,7 miljoen, zie bijlage 3. De stand van de financiële toezeggingen die nog niet tot uitkering hebben geleid bedraagt € 0,1 miljoen per 31 december 2023.
Haven Noordpolderzijl
13
8 AFKOOP PERIODIEK TERUGKERENDE VERPLICHTINGEN
Volgens de overeenkomst Groningen - NAM (art 5, sub g) bepaalt de Commissie bij periodiek terugkerende verplichtingen de contante waarde van deze verplichtingen. De NAM en de belanghebbende kunnen vervolgens overeenkomen dat de bedoelde periodieke verplichtingen in éénmaal gekweten worden door betaling van die contante waarde. Komen NAM en de verzoeker niet tot een zodanige overeenkomst, dan geschiedt de betaling periodiek.
In aansluiting op de door de Commissie in 1998 vastgestelde contante waarde voor vijf 100% bodemdalingsobjecten is in 2009 een onderzoek gestart om de contante waarde van 18 reeds uitgevoerde en opgeleverde bodemdalingsobjecten te bepalen. Hierbij zijn de uitgangspunten uit het rapport van de Werkgroep Afkoop van februari 1998 als “leidend” genomen en waar nodig geactualiseerd.Tevens zijn uitgangspunten vastgesteld voor het bepalen van de contante waarde voor niet100 % bodemdalingsobjecten. Dat zijn objecten waar extra investeringen en exploitatie- kosten nodig zijn als gevolg van bodemdaling. De uitwerking van het onderzoek heeft plaatsgevon- den aan de hand van een proces met consultatie van alle betrokken partijen.
Damsterdiep bij Appingedam
14
Stuw de Buiten
Over de bij de bepaling van de contante waarde aan te houden reële rente behorende bij een eeuwigdu- rende afkoop heeft uitgebreide discussie plaatsgevonden en zijn externe adviezen gevraagd. Besloten is uit te gaan van een disconteringspercentage van 2,2%. Het definitieve rapport is in 2016 vastgesteld. Op basis van dit rapport heeft de Commissie een definitief besluit genomen over de contante waarde van 23 bodemdalingsobjecten.
De bruggen Lalleweer en Termunterzijldiep van de gemeente Delfzijl zijn in 2018 tegen de vastgestelde contante waarde afgekocht. De waterschappen Noorderzijlvest en Hunze en Aa´s alsmede de NAM hebben na het besluit van de Commissie aangegeven voorlopig nog niet tot afkoop over te gaan.
Inmiddels is voor nog 4 objecten de contante waarde vastgesteld. In het besluit is vastgelegd dat nieuwe ontwikkelingen met betrekking tot o.a. de rente en de kosten voor onderhoud en
energie aanleiding kunnen zijn de uitgangspunten en daarmee de contante waarde aan te passen. Zolang objecten niet worden afgekocht is de vaststelling van de contante waarde een moment- opname ten behoeve van een verantwoorde vaststelling van het nog beschikbare bedrag.
De contante waarde van de volgende 25 (niet afgekochte) objecten bedraagt € 122.254.135,- (prijspeil 2023 en afkoop in 2023):
NIET-100% BODEMDALINGSOBJECTEN:
Gemaal Rozema Gemaal Fiemel
Gemaal Noorderreitdieppolder Gemaal De Held
Gemaal Zernike Coupure Delfzijl
Gemaal Ruigezandsterpolder Gemaal Sappentil
100% BODEMDALINGSOBJECTEN:
Gemaal Tilburg Stuw Oude Ae
Gemaal Schaphalsterzijl Gemaal Abelstok Aflaatwerk Oosterhorn
Gemalen Oosterhorn- Noord en -Zuid Gemaal Usquert
Gemaal Wirdum Gemaal Loppersum Slimsluis (Damsterdiep) Gemaal Den Deel Gemaal Stad & Lande
AAN BODEMDALING AANGEPASTE OBJECTEN:
Gemaal Duurswold
Gemaal De Drie Delfzijlen Gemaal De Waterwolf Gemaal De Delthe
KANALEN EN WATERLOPEN:
Watergangen ruilverkaveling Stedum - Loppersum
Voor de overeenkomst Rijk - NAM zijn geen contante waarden vastgesteld voor periodiek terugkerende kosten daar dergelijke objecten ontbreken.
15
9 BESCHIKBAAR BEDRAG VOOR VERGOEDINGEN
OVEREENKOMST GRONINGEN - NAM
In de overeenkomst Groningen - NAM heeft de NAM zich verplicht vergoedingen te honoreren tot een maximum bedrag van f 650 miljoen, prijspeil 1 april 1980. Elk jaar wordt bepaald hoeveel van dit maximum bedrag nog beschikbaar is voor nieuwe verplichtingen. Het nog beschikbare bedrag wordt bepaald door de volgende bedragen op het maximum bedrag in mindering te brengen:
⚫ Uitgekeerde vergoedingen;
⚫ Xxxxx gedane toezeggingen;
⚫ Vastgestelde contante waarde voor objecten met terugkerende kosten (zie hoofdstuk 8).
Tot 2014 zijn de jaarlijkse vergoedingen voor de terugkerende kosten niet op het beschikbare bedrag in mindering gebracht. In het kader van de bepaling van de contante waarde van 23 bodemdalingsobjecten (hoofdstuk 8) is een discussie gestart in de Commissie over de wijze waarop het beschikbare bedrag dient te worden bepaald. In overleg met de provincie Groningen, de waterschappen Hunze en Aa’s en Noorderzijlvest en NAM is besloten de tot nu toe gehan- teerde berekeningswijze aan te passen. Bij de nieuwe berekeningswijze worden alle kosten, waaronder ook de periodiek terugkerende kosten, op het beschikbare bedrag in mindering gebracht. Aangezien dit tot een grotere belasting van het beschikbare bedrag leidt en het niet op korte termijn te verwachten is dat partijen tot afkoop van de contante waarde zullen overgaan, heeft NAM, naar aanleiding van het verzoek van provincie en waterschappen om extra garanties in juli 2015 het maximum bedrag met f 200 miljoen (prijspeil 1980) verhoogd. De overeenkomst is dienovereenkomstig aangepast.
Uitgaande van de verhoging van het maximum bedrag en de nieuwe berekeningswijze bedraagt het nog beschikbare bedrag voor nieuwe verplichtingen € 535,7 miljoen op prijspeil 2023. In onderstaande tabel is de berekening samengevat.Voor het berekenen van het nog beschikbare bedrag worden de in bijlage 3 vermelde indexcijfers gebruikt.Voor 2023 is uitgegaan van 5% inflatie daar nog geen indexcijfer bekend is.
Samenvatting (bedragen in miljoenen)
OMSCHRIJVING | PRIJSPEIL 1980 fl. € | PRIJSPEIL 2023 € | |
Startbedrag | 850 | 385,7 | 1082,3 |
Af: Uitgekeerd | - 145,6 | - 408,7 | |
Beschikbaar voor vergoedingen | 240,1 | 673,7 | |
Af: Toezeggingen | - 4,4 | - 12,3 | |
Af: Periodieke verplichtingen (25 objecten) | - 43,6 | - 122,3 | |
Beschikbaar voor nieuwe verplichtingen | 192,1 | 539,2 |
Op basis van de huidige inzichten is het nog beschikbare bedrag toereikend voor de toekom- stige afkoop van de contante waarde(n) alsmede voor de thans in uitvoering zijnde en de in de lange termijn planning opgenomen maatregelen. NAM heeft aangegeven dat, indien onvoorziene omstandigheden daartoe aanleiding geven, het maximum bedrag in onderling overleg tussen partijen kan worden geactualiseerd.
16
OVEREENKOMST RIJK - NAM
In de overeenkomst Rijk - NAM heeft de NAM zich verplicht vergoedingen te honoreren tot een maximum bedrag van f 50 miljoen op prijspeil 1980 of € 63,7 miljoen op prijspeil 2023.
Voor het berekenen van het nog beschikbare bedrag worden de in bijlage 3 vermelde indexcijfers gebruikt.Voor 2023 is uitgegaan van 5% inflatie daar nog geen indexcijfer bekend is.
Van het genoemde maximum bedrag van € 63,7 miljoen blijft na aftrek van de tot en met
31 december 2023 verrichte betalingen en gedane toezeggingen nog een bedrag over van € 37,9 miljoen (prijspeil 2023) voor nieuwe verplichtingen.
Samenvatting (bedragen in miljoenen)
OMSCHRIJVING | PRIJSPEIL FL. | 1980 € | PRIJSPEIL 2023 € | ||
Startbedrag | 50 | 22,7 | 63,7 | ||
Af: Uitgekeerd | -9,2 | -25,7 | |||
Beschikbaar voor vergoedingen | 13,5 | 38,0 | |||
Af: Toezeggingen | -0,0 | -0,1 | |||
Beschikbaar voor nieuwe verplichtingen | 13,5 | 37,9 |
Aldus vastgesteld in de vergadering op 13 maart 2024, De Commissie Bodemdaling door Aardgaswinning
Slimsluis Gemaal Loppersum
Zeedijk Eemshaven Delfzijl
17
BIJLAGEN
Gemaal De Waterwolf
BIJLAGE 1: PARTIJEN DIE ZIJN TOEGETREDEN TOT DE OVEREENKOMST VANAF 1984
Onderstaand zijn vermeld de derden belanghebbenden die inmiddels vanaf 1984 zijn toegetreden tot de overeenkomst Groningen - NAM, met het jaar van toetreding:
1. Electriciteitsbedrijf voor Groningen en Drenthe 1985
2. Landinrichtingscommissie voor de ruilverkaveling Stedum-Loppersum 1995
3. Groninger Waterschapsbond 1986
4. Landinrichtingscommissie voor de ruilverkaveling Hefshuizen 1986
5. Landinrichtingscommissie voor de ruilverkaveling Noordpolder 1986
6. Herinrichtingscommissie Oost-Groningen en de Gronings-Drentse Veenkoloniën 1986 7. NV EPON te Zwolle 1987
8. Zeilvereniging “Neptunus” te Delfzijl 1988
9. N.V. Nederlandse Spoorwegen te Utrecht 1989
10. Wagenborg Shipping B.V. te Delfzijl 1990
11. WABOR B.V. te Delfzijl 1991
12. Havenbedrijf Delfzijl B.V. te Delfzijl 1992
13. V & F Beheer B.V. te Delfzijl 1992
14. Zeehengelsportvereniging De Eemsvissers te Delfzijl 1992
15. Fa. H.A. Hunfeld te Farmsum 1992
16. Transportonderneming Merema B.V. te Delfzijl 1992
17. Heuvelman-Ibis B.V. te Farmsum 1992
18. Niestern Sander B.V. te Farmsum 1992
19. B.V.Veem- en Factorsbedrijf te Delfzijl 1993
20. Boardexport B.V. te Delfzijl 1993
21. Eems Dollard Scheepvaartkantoor te Delfzijl 1993
22. Nedalco B.V. te Bergen op Zoom 1993
23. Bureau Beheer Landbouwgronden te Groningen 1993
24. DOW Benelux N.V. te Delfzijl 1994
25. Xxxxxxxxx Xxxx van Binnenvissers te Adorp 1994
26. Wijnne & Barends’ Cargadoors- en Agenturenkantoren B.V. te Delfzijl 1994
27. Wagenborg Beheer B.V. te Delfzijl 1995
28. Stichting “Het Groninger Landschap” 1994
29. Delesto B.V. te Delfzijl 1995
30. Eemsmond Beheer B.V. te Delfzijl 1996
31. Provinciaal Groninger Fonds tot verkrijging en behoud van goed
hengelwater (PGF) te Groningen 1996
32. B.V.Tankopslag Delfzijl 1998
33. Stichting Recreatiehaven Onderdendam 1999
34. Fa. X. Xxxxxx te Westerbroek 2000
35. Leeuwerke Scheepsreparatie B.V. te Westerbroek 2000
36. Waterschap Hunze en Aa’s te Veendam 2000
37. Waterschap Noorderzijlvest te Groningen 2000
38. Scheepswerf Xxxxxxx & Xxxxxx te Westerbroek 2001
20
De oevers van het Aduarderdiep
39. Diverse particulieren 1984 - 2007
40. Wetterskip Fryslân te Leeuwarden 2004
41. Jachthaven “De Combinatie” te Zuidbroek 2004
42. Eemshotel 2018
43. Gemeente Groningen 2020
44. Gemeente Westerkwartier 2020
45. Gemeente Eemsdelta 2020
46. Gemeente Het Xxxxxxxx 2020
47. Gemeente Midden-Groningen 2020
48. Gemeente Oldambt 2020
49. Gemeente Pekela 2020
50. Gemeente Veendam 2020
21
CLAIM | VERZOEKER | OMSCHRIJVING | DATUM | BEDRAG (in €) | |
92 | af1, af2, ai1,ai2 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling kosten besteksfase en bouw vervanging vispassage Den Deel | 17/01/23 | 732.567,46 |
92 | al2-am1 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling exploitatiekosten 2022 Den Deel en voorschot 2023 | 11/07/23 | 63.969,00 |
94 | ai2-aj1 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling exploitatiekosten 2022 Wirdum-Loppersum en voorschot 2023 | 11/07/23 | 30.088,00 |
95 | ai2-aj1 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling exploitatiekosten 2022 Slimsluis en voorschot 2022 | 11/07/23 | 1.739,00 |
140 | ai | Ws. Noorderzijlvest | Betaling personeelskosten 2022 ws Noorderzijlvest | 11/07/23 | 92.264,00 |
156 | ad2-ae1 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling exploitatiekosten 2022 Stad&Lande en voorschot 2023 | 11/07/23 | 47.182,00 |
186 | l | Ws. Noorderzijlvest | Betaling extra energiekosten gemaal De Waterwolf | 12/04/23 | 16.212,89 |
190 | n | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling declaratie personeelskosten 2022 | 12/10/23 | 11.440,00 |
217 | t2-u1 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling exploitatiekosten 2022 Tilburg en voorschot 2023 | 11/07/23 | 18.069,00 |
227 | ab2-ad1 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling declaratie onderhoudskosten 2022 gemaal Rozema plus voorschot 2023 | 12/10/23 | 70.310,00 |
227 | aa2-ac1 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling extra bemalingskosten Rozema 2021 plus voorschot 2022 | 17/01/23 | 13.020,00 |
227 | ac2-ae1 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling extra bemalingskosten Rozema 2022 plus voorschot 2023 | 12/10/23 | 38.461,00 |
228 | p2-r1 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling declaratie exploitatiekosten 2022 gemalen Oosterhorn plus voorschot 2023 | 12/10/23 | 15.060,00 |
229 | k2-l1 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling extra bemalingskosten Fiemel 2021 plus voorschot 2022 | 17/01/23 | 310,00 |
229 | l2-m1 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling extra bemalingskosten Fiemel 2022 plus voorschot 2023 | 12/10/23 | 99,00 |
233 | k2-l1 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling extra bemalingskosten Duurswold 2021 plus voorschot 2022 | 17/01/23 | 10.688,00 |
233 | l2-m1 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling extra bemalingskosten Duurswold 2022 plus voorschot 2023 | 12/10/23 | 11.553,00 |
234 | n2-o1 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling declaratie exploitatiekosten 2022 Verbindingskanaal plus voorschot 2023 | 12/10/23 | 6.253,00 |
235 | k | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling kosten update software aflaatwerk Oosterhorn | 11/07/23 | 69.832,00 |
235 | j2-l1 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling declaratie exploitatiekosten 2022 aflaatwerk Oosterhorn plus voorschot 2023 | 12/10/23 | 1.146,00 |
236 | m2-n1 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling declaratie onderhoudskosten 2022 Termunterzijldiep plus voorschot 2023 | 12/10/23 | 2.646,00 |
241 | r2-s1 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling exploitatiekosten 2022 Schaphalsterzijl en voorschot 2023 | 11/07/23 | 77.102,00 |
244 | Ws. Hunze en Aa’s | Betaling werkzaamheden Verbindingskanaal | 11/07/23 | 220.122,00 | |
246 | p2-q1 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling exploitatiekosten 2022 Abelstok plus voorschot 2023 | 11/07/23 | 131.181,00 |
257 | c3-d1-e1 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling extra exploitatiekosten extra watergangen ihkv rvk Stedum-Loppersum, | 12/04/23 | 229.232,00 |
periode 2013-2022 plus voorschot 2023 | |||||
268 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling uitvoeringsmaatregelen peilbesluit De Delthe | 11/07/23 | 881.881,00 | |
273 | h2-i1 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling exploitatiekosten 2022 Usquert en voorschot 2023 | 11/07/23 | 23.424,00 |
274 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling kosten ontwerpfase afsluitvoorziening Schouwerzijl | 12/04/23 | 290.915,00 | |
274 | a | Ws. Noorderzijlvest | Betaling uitvoeringsfase afsluitvoorziening Schouwerzijl | 11/07/23 | 609.184,00 |
291 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling declaratie peilbesluit Garmerwolde-Rottegat | 12/10/23 | 87.645,00 | |
294 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling declaratie peilbesluit Xxxxxx Xxxxxx | 12/10/23 | 119.943,00 | |
295 | Ws. Noorderzijlvest | Betaling declaratie peilbesluit Oudezijl | 12/10/23 | 98.870,00 | |
297 | a | Groningen Seaports | Betaling personeelskosten GSP ivm IRV periode 1 november 2022-30 april 2023 | 11/07/23 | 19.155,00 |
Totaal | 4.041.563,35 |
Bijlage
2: Overzicht van de in 2023 ingediende claims en uitgekeerde vergoedingen
OVEREENKOMST GRONINGEN – NAM
22
CLAIM | VERZOEKER | OMSCHRIJVING | DATUM | BEDRAG (in | €) |
Geen | |||||
Totaal | - |
OVEREENKOMST RIJK - NAM
23
BIJLAGE 3: GEÏNDEXEERDE VERGOEDINGEN TOT EN MET 2023
OVEREENKOMST GRONINGEN – NAM
JAAR | VERGOEDING PER JAAR LOPEND PRIJSPEIL (in €) | INDEX- CIJFER | INDEX 1980/ INDEX JAAR | VERGOEDING PER JAAR PRIJSPEIL 1980 (in €) | VERGOEDING PER JAAR PRIJSPEIL 2023 (in €) |
1980 | 47,2 | 1,000 | |||
1984 | 1.661.618 | 52,5 | 0,899 | 1.493.314 | 4.190.267 |
1985 | 474.154 | 52,6 | 0,897 | 425.344 | 1.193.522 |
1986 | 2.204.673 | 52,5 | 0,899 | 1.981.364 | 5.559.743 |
1987 | 1.410.264 | 53,3 | 0,886 | 1.249.018 | 3.504.768 |
1988 | 3.521.264 | 53,8 | 0,878 | 3.090.606 | 8.672.296 |
1989 | 1.615.504 | 55,5 | 0,850 | 1.373.459 | 3.853.953 |
1990 | 3.376.902 | 57,5 | 0,822 | 2.774.290 | 7.784.709 |
1991 | 5.738.979 | 59,7 | 0,791 | 4.539.095 | 12.736.786 |
1992 | 8.684.094 | 61,4 | 0,770 | 6.684.287 | 18.756.232 |
1993 | 8.717.822 | 63,4 | 0,745 | 6.495.110 | 18.225.399 |
1994 | 14.303.222 | 64,4 | 0,733 | 10.480.439 | 29.408.306 |
1995 | 22.040.573 | 65,9 | 0,717 | 15.794.126 | 44.318.609 |
1996 | 21.081.391 | 67,0 | 0,705 | 14.858.761 | 41.693.957 |
1997 | 19.225.766 | 68,3 | 0,691 | 13.292.941 | 37.300.238 |
1998 | 7.536.188 | 69,6 | 0,678 | 5.113.292 | 14.347.992 |
1999 | 13.450.703 | 71,1 | 0,664 | 8.933.744 | 25.068.251 |
2000 | 14.578.429 | 73,9 | 0,639 | 9.315.891 | 26.140.563 |
2001 | 5.224.783 | 77,3 | 0,611 | 3.191.882 | 8.956.481 |
2002 | 2.599.360 | 80,2 | 0,589 | 1.530.560 | 4.294.778 |
2003 | 3.128.343 | 82,6 | 0,572 | 1.788.514 | 5.018.604 |
2004 | 5.075.234 | 83,2 | 0,568 | 2.880.652 | 8.083.164 |
2005 | 3.875.678 | 83,9 | 0,563 | 2.181.443 | 6.121.170 |
2006 | 3.450.953 | 86,1 | 0,548 | 1.892.753 | 5.311.101 |
2007 | 4.085.091 | 89,0 | 0,531 | 2.167.554 | 6.082.195 |
2008 | 1.580.615 | 93,0 | 0,508 | 802.604 | 2.252.121 |
2009 | 2.813.186 | 92,8 | 0,509 | 1.431.557 | 4.016.974 |
2010 | 1.284.051 | 95,4 | 0,495 | 635.612 | 1.783.539 |
2011 | 2.489.221 | 97,8 | 0,483 | 1.201.940 | 3.372.665 |
2012 | 2.160.627 | 99,8 | 0,473 | 1.022.368 | 2.868.785 |
2013 | 1.521.898 | 100,9 | 0,468 | 712.283 | 1.998.678 |
2014 | 4.050.268 | 101,1 | 0,467 | 1.891.867 | 5.308.615 |
2015 | 2.637.593 | 100,0 * | 0,472 | 1.245.564 | 3.495.075 |
2016 | 768.046 | 99,7 | 0,474 | 363.790 | 1.020.800 |
2017 | 1.224.472 | 102,3 | 0,462 | 565.238 | 1.586.068 |
2018 | 13.885.015 | 105,8 | 0,446 | 6.197.532 | 17.390.391 |
2019 | 5.020.136 | 108,5 | 0,435 | 2.184.962 | 6.131.044 |
2020 | 1.537.028 | 109,5 | 0,431 | 662.866 | 1.860.014 |
2021 | 2.629.852 | 114,6 | 0,412 | 1.083.689 | 3.040.853 |
2022 | 1.771.512 | 126,2 ** | 0,374 | 662.892 | 1.860.087 |
2023 | 4.041.563 | 132,5 *** | 0,356 | 1.440.320 | 4.041.563 |
TOTAAL | 226.476.069 | 145.633.522 | 408.650.356 |
* GWW-indexcijfers gebaseerd op 100,0 in 2015
** Voorlopige waarde
*** op basis van 5 % inflatie
24
OVEREENKOMST RIJK – NAM
JAAR | VERGOEDING PER JAAR LOPEND PRIJSPEIL (in €) | INDEX- CIJFER | INDEX 1980/ INDEX JAAR | VERGOEDING PER JAAR PRIJSPEIL 1980 (in €) | VERGOEDING PER JAAR PRIJSPEIL 2023 (in €) |
1980 | 47,2 | 1,000 | |||
1988 | 3.904 | 53,8 | 0,878 | 3.427 | 9.615 |
1989 | 28.432 | 55,5 | 0,850 | 24.172 | 67.828 |
1990 | 2.925 | 57,5 | 0,822 | 2.403 | 6.743 |
1991 | 22.072 | 59,7 | 0,791 | 17.457 | 48.985 |
1992 | 40.378 | 61,4 | 0,770 | 31.080 | 87.211 |
1993 | 6.756 | 63,4 | 0,745 | 5.033 | 14.124 |
1994 | 251.360 | 64,4 | 0,733 | 184.180 | 516.812 |
1995 | 295.120 | 65,9 | 0,717 | 211.481 | 593.419 |
1996 | 1.008.226 | 67,0 | 0,705 | 710.626 | 1.994.030 |
1997 | 551.645 | 68,3 | 0,691 | 381.414 | 1.070.255 |
1998 | 2.803.429 | 69,6 | 0,678 | 1.902.123 | 5.337.391 |
1999 | 275.869 | 71,1 | 0,664 | 183.228 | 514.141 |
2000 | 121.324 | 73,9 | 0,639 | 77.529 | 217.547 |
2001 | - | 77,3 | 0,611 | - | - |
2002 | 72.009 | 80,2 | 0,589 | 42.400 | 118.976 |
2003 | 166.184 | 82,6 | 0,572 | 95.010 | 266.599 |
2004 | 800.000 | 83,2 | 0,568 | 454.072 | 1.274.135 |
2005 | 751.559 | 83,9 | 0,563 | 423.018 | 1.186.997 |
2006 | 7.491 | 86,1 | 0,548 | 4.108 | 11.528 |
2007 | - | 89,0 | 0,531 | - | - |
2008 | 1.198.085 | 93,0 | 0,508 | 608.363 | 1.707.078 |
2009 | 1.072.577 | 92,8 | 0,509 | 545.806 | 1.531.543 |
2010 | 163.588 | 95,4 | 0,495 | 80.977 | 227.223 |
2011 | - | 97,8 | 0,483 | - | - |
2012 | 768.790 | 99,8 | 0,473 | 363.777 | 1.020.766 |
2013 | 378.838 | 100,9 | 0,468 | 177.305 | 497.520 |
2014 | - | 101,1 | 0,467 | - | - |
2015 | - | 100,0 * | 0,472 | - | - |
2016 | - | 99,7 | 0,474 | - | - |
2017 | - | 102,3 | 0,462 | - | - |
2018 | 5.889.066 | 105,8 | 0,446 | 2.628.566 | 7.375.805 |
2019 | - | 108,5 | 0,435 | - | - |
2020 | - | 109,5 | 0,431 | - | - |
2021 | - | 114,6 | 0,412 | - | - |
2022 | - | 126,2 ** | 0,374 | - | - |
2023 | - | 132,5 *** | 0,356 | - | - |
TOTAAL | 16.679.628 | 9.157.556 | 25.696.272 |
* GWW-indexcijfers gebaseerd op 100,0 in 2015
** Voorlopige waarde
*** op basis van 5 % inflatie
25
Bijlage 4: Kaart bodemdalingsmaatregelen
Bodemdalingsmaatregelen
Primaire waterkering Water
Bodemdaling 2080
Bodemdalingsmaatregelen
Afgerond Lopend
Nog op te starten
Afsluitvoorziening Schouwerzijl
30