Participatievoorwaarden collectief zonnedak Mient 277
Bijlage 1 behorende bij het Informatiedocument zonnedak Mient 277
Participatievoorwaarden collectief zonnedak Mient 277
Deze Participatievoorwaarden worden gehanteerd door Sterk op Stroom: energiecoöperatie voor duurzame stroom in west Den Haag U.A. (de coöperatie). Ze zijn van toepassing op elke Participatie die zij uitgeeft ter financiering van de productie-installatie op de Aikido-school aan de Mient 277 in Den Haag, die wordt gesubsidieerd krachtens de Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking (SCE).
De inleg die de coöperatie ingevolge de uitgifte van een dergelijke Participatie ontvangt wordt door haar gebruikt om de onderhavige productie-installatie te realiseren. De coöperatie is verplicht om de inleg terug te betalen, zoals bepaald in deze Participatievoorwaarden.
Artikel 1 Definities
In deze voorwaarden wordt verstaan onder:
- algemene vergadering: de algemene vergadering van de coöperatie;
- bestuur: het bestuur van de coöperatie;
- coöperatie: Sterk op Stroom: energiecoöperatie voor duurzame stroom in west Den Haag U.A., geregistreerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer: 76699145
- deelnemer: wederpartij van de coöperatie krachtens een Participatieovereenkomst
- Deelnemersrechten: de geldelijke aanspraken van Deelnemers in de productie-installatie,
- Participatiehouder: participatiehouder van één of meer Participaties, in meervoud
‘Participatiehouders’;
- Inleg: financiële inleg in een bepaalde productie-installatie op grond van een Participatieovereenkomst;
- Inschrijver: persoon die zich heeft ingeschreven voor één of meer Participaties, in meervoud: 'Inschrijvers';
- Maximale Looptijd: de maximale looptijd bedoeld in artikel 10 lid 6 en lid 8;
- Participatie: een effect dat door de coöperatie is uitgegeven ter financiering van de productie-
installatie die wordt gesubsidieerd krachtens de SCE; in meervoud: ‘Participaties’;
- Participatieovereenkomst: de overeenkomst bedoeld in artikel 2 lid 2;
- Postcoderoos: de postcoderoos - zoals bedoeld in de SCE - behorend bij de productie-installatie die onderwerp is van de Participatieovereenkomst;
- productie-installatie: een productie-installatie zoals bedoeld in de SCE, die onderwerp is van de Participatieovereenkomst, en die is opgenomen in een beschikking tot subsidieverlening aan de coöperatie ingevolge de SCE;
- SCE: de Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking (stcrt 2021, 11080);
- Subsidieperiode: de periode gedurende welke de met de productie-installatie geproduceerde elektriciteit is gesubsidieerd ingevolge de SCE;
- Overinschrijving: de situatie waarin de waarde van alle voor toewijzing in aanmerking komende inschrijvingen (die betrekking hebben op de productie-installatie) samen groter is dan de totale waarde van alle voor toewijzing beschikbare Participaties (die betrekking hebben op de productie-installatie);
Artikel 2 Toepasselijkheid van deze voorwaarden
1. Deze voorwaarden zijn van toepassing op Participaties, de inschrijving voor Participaties en op de toewijzing en verkrijging van Participaties.
2. Door aanvaarding van één of meer Participaties, onderwerpt iedere verkrijger zich onvoorwaardelijk en onherroepelijk aan deze Participatievoorwaarden.
3. Deze voorwaarden zijn bindend voor iedere participatiehouder van één of meer Participaties en bepalen de aard en de reikwijdte van de rechten van elke Participatiehouder.
Artikel 3 De Participatieovereenkomst
1. Door inschrijving voor één of meer Participaties komt een overeenkomst tot stand tussen de Inschrijver en de coöperatie, waarvan deze voorwaarden integraal deel uitmaken.
2. De Inschrijver is bevoegd om de Participatieovereenkomst zonder opgave van redenen te herroepen, gedurende 14 dagen nadat deze schriftelijk (per e-mail) door de coöperatie is bevestigd. Bij tijdige herroeping is de Participatieovereenkomst ontbonden en wordt reeds betaalde Inleg gerestitueerd. Herroeping is vormvrij en kan worden gedaan via het emailadres van de coöperatie.
3. Een Participatieovereenkomst wordt aangegaan onder de ontbindende voorwaarden:
. dat de coöperatie tijdig voldoende deelnemende leden aan zich weet te binden, om met betrekking tot de onderhavige productie-installatie, aanspraak te kunnen maken op subsidie ingevolge de SCE;
b. dat de coöperatie de financiering van de productie-installatie tijdig rond krijgt; en
c. dat de onderhavige productie-installatie daadwerkelijk wordt gerealiseerd.
Zodra het Bestuur vaststelt en de Inschrijver daarvan in kennis heeft gesteld, dat aan een van de in dit lid genoemde voorwaarden niet wordt voldaan, is de Participatieovereenkomst ontbonden en de coöperatie verplicht tot terugbetaling van de reeds ontvangen Inleg.
4. De coöperatie is niet verplicht noch te verplichten om een Participatieovereenkomst aan te gaan, noch tot vergoeding van schade wegens het niet aangaan van een Participatieovereenkomst.
Artikel 4 Inschrijving voor Participaties
1. Inschrijving voor Participaties staat uitsluitend open voor leden van de coöperatie en voor personen die tegelijk met de inschrijving het lidmaatschap van de coöperatie aanvragen.
2. Om voor Participaties in aanmerking te komen moet de Inschrijver:
a. lid zijn van de coöperatie;
b. met de coöperatie een Participatieovereenkomst zijn aangegaan;
c. woonachtig of gevestigd zijn in de Postcoderoos;
d. stroom geleverd krijgen via een kleinverbruiksaansluiting;
e. beschikken over een betaalrekening die is gesteld op zijn naam en die wordt aangehouden bij een bank die bevoegd is om als zodanig in Nederland actief te zijn;
f. niet woonachtig of gevestigd zijn op een adres waar een andere inschrijver woont.
3. Voor inschrijving worden geen kosten in rekening gebracht.
4. Inschrijving geschiedt middels een door de coöperatie daartoe beschikbaar gesteld (online) formulier.
5. Per Inschrijver kan tot maximaal 50 Participaties (2.500 euro) worden ingeschreven.
6. De coöperatie behoudt zich het recht voor om de inschrijving geheel of gedeeltelijk te weigeren.
7. De coöperatie kan de inschrijvingstermijn opschorten, verkorten of verlengen telkens wanneer zij daartoe aanleiding ziet.
8. De coöperatie kan te allen tijde bewijsstukken vragen om te verifiëren of een Inschrijver voldoet aan het bepaalde in lid 2. Indien een Inschrijver hier niet naar tevredenheid van de coöperatie aan voldoet, kan de coöperatie de Participatieovereenkomst ontbinden.
9. Inschrijver is ermee bekend en stemt ermee in dat de coöperatie zijn naam, adres en de Participatieovereenkomst bekend maakt aan de Rijksoverheid, met het uitsluitende doel om te voldoen aan de voorwaarden die zijn verbonden aan subsidieverlening voor de productie- installatie ingevolge de SCE.
Artikel 5 Toewijzing van Participaties
1. Participaties worden uitsluitend toegewezen aan Inschrijvers die:
a. lid zijn van de coöperatie;
b. met de coöperatie een Participatieovereenkomst zijn aangegaan;
c. woonachtig of gevestigd zijn in de Postcoderoos;
d. niet woonachtig of gevestigd zijn op een adres waar een andere inschrijver woont.
2. Per adres worden aan slechts één persoon Participaties toegewezen.
3. Bij Overinschrijving worden de beschikbare Participaties verdeeld over alle Inschrijvers die voor toewijzing in aanmerking komen. Uitgangspunt daarbij is dat de Participaties zodanig worden verdeeld dat alle Inschrijvers minstens één Participatie verkrijgen.
4. Toewijzing van één of meer Participaties wordt schriftelijk (per e-mail) kenbaar gemaakt.
5. De coöperatie is niet verplicht noch te verplichten tot toewijzing van Participaties noch tot vergoeding van schade wegens niet-toewijzing van één of meer Participaties.
6. De coöperatie behoudt zich het recht voor om geheel of gedeeltelijk af te zien van toewijzing van Participaties, hetgeen kan betekenen dat de coöperatie minder Participaties of in het geheel geen Participaties toewijst aan één of meer Inschrijvers.
Artikel 6 Verkrijging van Participaties
1. Toegewezen Participaties worden uitsluitend verkregen tegen betaling van de volledige Inleg, op schriftelijk verzoek van de coöperatie. Bij dat verzoek vermeldt de coöperatie de datum waarop de Inleg uiterlijk moet zijn ontvangen.
2. Betaling van de Inleg moet per bank geschieden. De Inleg moet worden overgemaakt vanaf een bankrekening die op naam staat van de Inschrijver, en die wordt aangehouden bij een bank die bevoegd is om als zodanig in Nederland actief te zijn.
3. De coöperatie behoudt zich het recht voor om ontvangen Inleg te weigeren door terugstorting van die Inleg naar de bankrekening van herkomst. Desbetreffende Participaties worden dan niet verkregen.
4. Verkrijging van Participaties wordt schriftelijk bevestigd door de coöperatie, binnen twee maanden na ontvangst van de Inleg en onder vermelding van de Startdatum.
Artikel 7 Overdracht van Participaties
1. Participaties zijn uitsluitend overdraagbaar aan personen die:
a. lid zijn van de coöperatie; en
b. woonachtig of gevestigd zijn in de Postcoderoos.
2. Overdracht van Participaties vereist een schriftelijke akte en medewerking van de coöperatie. De coöperatie zal deze medewerking niet op onredelijke grond onthouden.
3. De akte bedoeld in het vorige lid wordt opgemaakt tussen de vervreemder en de verkrijger. De coöperatie kan aan de vorm en de inhoud van de akte nadere eisen stellen.
4. Medewerking aan overdracht wordt aangevraagd middels een door of namens de coöperatie daartoe beschikbaar te stellen formulier.
5. De voor overdracht benodigde medewerking bestaat uit aanpassing van het Participatieregister. Zonder deze medewerking vindt geen geldige overdacht plaats. Van de aanpassing wordt mededeling gedaan aan zowel de vervreemder als de verkrijger.
6. De coöperatie kan haar medewerking aan overdacht in ieder geval onthouden indien:
a. de beoogde verkrijger geen lid is van de coöperatie.
b. deze ertoe leidt dat de verkrijger een groter aantal Participaties zou gaan houden dan het maximum bedoeld in artikel 4 lid 5.
c. de beoogde verkrijger niet woonachtig of gevestigd is in de Postcoderoos of in (een bepaald deel van) het werkgebied van de coöperatie.
d. de beoogde verkrijger geen stroom geleverd krijgt via een kleinverbruiksaansluiting.
e. de beoogde verkrijger niet beschikt over een betaalrekening die is gesteld op zijn naam en die wordt aangehouden bij een bank die bevoegd is om als zodanig in Nederland actief te zijn.
f. deze ertoe zou leiden dat er twee Participatiehouders zijn met hetzelfde adres.
g. de beoogde verkrijger Participatieparticipatiehouder is.
x. xx xxxxxxx verkrijger woonachtig of gevestigd is op een adres waar een ander Participatieparticipatiehouder woont.
7. De coöperatie is bevoegd voor medewerking aan overdracht redelijke kosten in rekening te brengen. Een bedrag van 25 euro per transactie wordt daarbij als redelijk geacht. Indien de werkelijke uitvoeringskosten hoger zijn kunnen die hogere kosten in rekening worden gebracht.
8. Een Participatie kan niet worden gesplitst en ook niet worden verpand of in vruchtgebruik worden gegeven.
9. Rechten uit een Participatieovereenkomst kunnen niet afzonderlijk worden overgedragen noch bezwaard. Afzonderlijke overdracht of bezwaring van enig vorderingsrecht ingevolge een Participatie is nietig en verboden.
Artikel 8 Gemeenschappelijke Participaties
1. Ten aanzien van één of meer Participaties die behoren tot een gemeenschap, kunnen de deelgenoten zich slechts door één persoon tegenover de coöperatie doen vertegenwoordigen. Dat is de persoon die als Participatiehouder van die Participaties in het Participatieregister staat geregistreerd. Indien zij twijfelt over de bevoegdheid van de Participatiehouder om over op zijn naam staande Participaties dan wel de vruchten daarvan te beschikken is de coöperatie bevoegd elke handeling met betrekking tot die Participaties op te schorten, totdat klaarheid is gebracht in de bevoegdheid van de Participatiehouder en de aanspraken van de deelgenoten met betrekking tot deze Participaties.
Artikel 9 Overgang van Participaties1
1. Overgang van één of meer Participaties geschiedt van rechtswege. Om na overgang de rechten ingevolge één of meer Participaties te kunnen uitoefenen behoeft de rechthebbende medewerking van de coöperatie. De coöperatie zal deze medewerking niet op onredelijke grond onthouden. De coöperatie is evenwel bevoegd om aan die medewerking redelijke voorwaarden te verbinden, en elke handeling met betrekking tot de onderhavige Participaties op te schorten, totdat aan die voorwaarden is voldaan. De coöperatie is bovendien bevoegd voor overgang redelijke kosten in rekening te brengen op basis van de werkelijke uitvoeringskosten. Het bepaalde in de leden 4, 5 en 7 van artikel 7 is van overeenkomstige toepassing.
1 1 Overgang betreft een situatie waarin participatie van rechtswege op een ander overgaan, bijvoorbeeld wegens fusie, erfopvolging of boedelmenging. Overgang is te onderscheiden van overdracht, die doorgaans samenhangt met een transactie tussen de vervreemder en de verkrijger
2. Na overlijden van een Participatiehouder gaan diens Participaties onder algemene titel krachtens erfrecht over op de erfgenamen van de Participatiehouder. In die situatie geldt dat de erfgenamen, onder overlegging van een verklaring van erfrecht, mededeling van de overgang aan de coöperatie dienen te doen. De coöperatie zal, na bevestiging van ontvangst van bedoelde verklaring, de vererving verwerken in het Participatieregister.
De erven bieden de Participaties te koop aan via de coöperatie.
3. Bij overgang van één of meer Participaties aan een gemeenschap van deelgenoten is artikel 8 lid 1 van toepassing en wordt de gemeenschap in het Participatieregister als Participatiehouder geregistreerd.
Artikel 10 Terugbetaling Inleg
1. Elke Participatie geeft recht op terugbetaling van de Inleg, een en ander zoals geregeld in deze voorwaarden.
2. De Inleg per Participatie en de wijze van aflossing door coöperatie staan vermeld in de Participatieovereenkomst.
4. De Startdatum wordt door de coöperatie bepaald en aan de Participatiehouder bekendgemaakt bij de bevestiging bedoeld in artikel 6 lid 4.
6. Terugbetaling van de Inleg geschiedt binnen 15 jaren, te rekenen vanaf de inbedrijfstelling van de productie-installatie. De coöperatie is echter bevoegd om de looptijd van de Participaties te verlengen tot maximaal 60 dagen na definitieve vaststelling van de SCE subsidie voor de bijbehorende productie-installatie. Die vaststelling wordt gedaan nadat de subsidieperiode is geëindigd. Die periode bedraagt in principe 15 jaren maar kan met maximaal één jaar worden verlengd, waarna nog een termijn volgt voor aanvraag van de subsidie-vaststelling (maximaal 6 maanden) en een termijn voor de vaststelling zelf (maximaal 13 weken).
7. Verlenging van de looptijd zoals bedoeld in het vorige lid wordt schriftelijk (per e-mail) aan de Participatiehouders bekend gemaakt.
8. Terugbetaling van de Inleg geschiedt jaarlijks, op basis van de financiële resultaten zoals vastgelegd in de jaarrekening van de productie-installatie Mient 277.
9. Het financiële resultaat van de productie-installatie wordt per boekjaar achteraf bepaald, en als afzonderlijk project verantwoord in de jaarrekening van de coöperatie.
Bij vaststelling van die jaarrekening wordt tevens vastgesteld of dat financiële resultaat voldoende was voor aflossing van de Inleg. Indien dat resultaat onvoldoende was, wordt de aflossing voor dat boekjaar op voorstel van het Bestuur nader bepaald, en mogelijk zelfs op nihil gesteld. Een dergelijke besluit behoeft goedkeuring van de Jaarvergadering van Participatieparticipatiehouders.
10. Bij toepassing van het bepaalde in het vorige lid neemt de coöperatie in acht dat elke betaling ingevolge een Participatie is (of kan worden) achtergesteld ten opzichte van de overige financiers van de onderhavige productie-installatie, zoals het Energiefonds Den Haag.
11. Wanneer de Participaties geheel zijn afgelost is de coöperatie niet meer verplicht om het financiële resultaat van de onderhavige productie-installatie afzonderlijk te verantwoorden in de jaarrekening van de coöperatie.
Artikel 11 Aflossing
1. De hoogte van de aflossing met betrekking tot enig boekjaar wordt overeenkomstig de jaarrekening van dat boekjaar uitgekeerd binnen 30 dagen na vaststelling van die jaarrekening van de productie-installatie.
2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 is het Bestuur bevoegd om de uitkering van aflossing uit te stellen indien en voor zover het weet of redelijkerwijs behoort te voorzien:
a. dat de coöperatie na betaling niet zal kunnen blijven voortgaan met het betalen van haar opeisbare schulden; of
b. dat deze uitkering onverenigbaar is met financieringsvoorwaarden waar de coöperatie aan gebonden is.
3. De coöperatie is te allen tijde bevoegd om de Participaties (van een bepaalde soort of categorie) versneld af te lossen. Zij hoeft hiervoor geen compensatie te betalen.
4. De coöperatie is verplicht tot volledige aflossing binnen 60 dagen nadat:
a. twee jaren zijn verstreken sinds de Startdatum en de productie-installatie nog steeds niet is gerealiseerd; of
b. zij de productie-installatie heeft vervreemd terwijl de bijbehorende Participaties nog niet geheel zijn afgelost.
Artikel 12 Opeisbaarheid en achterstelling
1. Het restant van de Inleg vermeerderd wordt opeisbaar zodra:
a. de looptijd van 15 jaren (bedoeld in artikel 10 lid 6) is verstreken zonder dat deze is verlengd.
b. de verlengde looptijd is verstreken (indien de looptijd is verlengd) doch uiterlijk zodra de Maximale Looptijd is verstreken.
c. de productie-installatie is vervreemd.
d. twee jaren zijn verstreken sinds de Startdatum en de productie-installatie nog steeds niet is gerealiseerd.
e. een van de volgende regelingen is uitgesproken of aangevraagd ten aanzien van de coöperatie:
▪ i. faillissement;
▪ ii. surseance van betaling; of
▪ iii. een andere insolventieregeling.
f. de coöperatie een besluit neemt tot ontbinding of feitelijke liquidatie van de coöperatie.
g. de coöperatie wordt ontbonden, vereffend en/of geliquideerd of ophoudt te bestaan.
2. Het restant van de Inleg wordt opeisbaar, indien:
a. de coöperatie haar verplichtingen ingevolge de Participatieovereenkomst op grove wijze schendt;
b. de coöperatie haar bedrijfsactiviteiten of een belangrijk deel daarvan verandert, staakt of dreigt te staken; of
c. de coöperatie misleidende informatie aan de Participatiehouders heeft verstrekt; mits:
1) de coöperatie van de inroeping van de in dit lid genoemde opeisingsgrond in kennis is gesteld en nalaat het bestaan van die grond binnen 60 dagen ongedaan te maken; en
2) dit nalaten materiële gevolgen heeft voor de (financiële) positie van de Participatiehouders.
3. Indien het verschuldigde ingevolge een Participatie succesvol krachtens dit artikel wordt opgeëist, is de coöperatie gehouden voor alle uitstaande Participaties die betrekking hebben op dezelfde productie-installatie, op overeenkomstige wijze genoegdoening te bieden.
4. Zolang een uitkering door het Bestuur overeenkomstig het bepaalde in artikel 11 lid 2 is uitgesteld, is deze niet opeisbaar.
5. Elke opeisbare geldvordering ingevolge de Participaties heeft een lagere rang dan de opeisbare geldvordering(en) van het Energiefonds Den Haag, ter zake van de financiering van de onderhavige productie-installatie.
Artikel 13 Participatieregister
1. De coöperatie administreert de Participaties in haar Participatieregister waarin onder meer zijn opgenomen de naam, het adres en de bankrekening van elke Participatieparticipatiehouder.
2. Gerechtigdheid tot Participaties blijkt uit het Participatieregister van de coöperatie. Per Participatie is slechts één Participatiehouder te registreren.
3. Elke Participatiehouder is verplicht om de coöperatie voortdurend op de hoogte te houden van zijn relevante persoonlijke gegevens waaronder zijn actuele adres, e-mailadres en bankrekeningnummer (IBAN).
4. Betalingen ingevolge de Participaties geschieden door overmaking naar de bij de coöperatie bekende bankrekening van de persoon die op het moment van die overmaking blijkens het Participatieregister van de coöperatie, participatiehouder is van desbetreffende Participaties. Een dergelijke betaling heeft bevrijdende werking. De coöperatie is bevoegd betaling op te schorten zolang haar geen bankrekening bekend is die op naam staat van de Participatiehouder en die wordt aangehouden bij een bank die bevoegd is om als zodanig in Nederland actief te zijn.
5. Gevolgen van het door de Participatiehouder niet juist of terstond doen van opgaven betreffende zijn persoonlijke gegevens, komen volledig voor rekening en risico van de Participatiehouder en kunnen niet aan de coöperatie worden tegengeworpen.
6. De coöperatie is te allen tijde bevoegd om bewijsstukken te verlangen (waaronder: identiteitsbewijs, uittreksel KvK, bankafschrift, verklaring van erfrecht) alvorens over te gaan tot toewijzing van Participaties, inschrijving in het Participatieregister, wijziging van het Participatieregister waaronder wijziging van het bankrekeningnummer waarop betalingen ingevolge de Participaties worden gedaan.
7. De coöperatie kan de zorg voor het Participatieregister opdragen aan derden.
8. De coöperatie is bevoegd om de naam en het adres van elke Participatiehouder, alsmede diens Participatieovereenkomst en de verkrijging van Participaties bekend te maken aan de Rijksoverheid, met het uitsluitende doel om te voldoen aan de voorwaarden die zijn verbonden aan subsidieverlening voor de onderhavige productie-installatie ingevolge de SCE.
Artikel 14 Zekerheden
1. De verplichtingen van de coöperatie uit hoofde van de Participaties zijn niet door enige vorm van zekerheid gedekt.
2. De productie-installatie (dan wel het recht van opstal of erfpacht dat voor de productieinstallatie is gevestigd) mag niet worden bezwaard met recht van pand of hypotheek, tenzij:
a. de Participaties voor die productie-installatie geheel zijn afgelost. de bezwaring strekt tot zekerheid voor de Participatiehouders van de Participaties die betrekking hebben op de onderhavige productie-installatie.
b. de bezwaring strekt tot zekerheid in verband met de financiering van de onderhavige productie-installatie.
3. Voor bezwaring zoals toegestaan krachtens het voorgaande lid is geen voorafgaande goedkeuring van de Participatiehouders vereist.
Artikel 15 Aansprakelijkheid
1. Uitsluitend de coöperatie is aansprakelijk voor de betalingsverplichtingen ingevolge de Participaties.
2. De coöperatie is niet aansprakelijk voor verlies of schade die wordt geleden doordat de coöperatie gebruik maakt van één of meer van haar bevoegdheden ingevolge deze voorwaarden, waaronder: verlenging, verkorting of opschorting van de inschrijfperiode, weigering van inschrijving voor Participaties, intrekking van de aanbieding van Participaties, afgelasting van de uitgifte, verlenging van de termijn voor terugbetaling, versnelde aflossing of uitgestelde uitkering van de aflossing.
Artikel 16 Non recourse bepaling
Participatiehouder kan zich ter zake van de Participaties slechts verhalen op het vermogen van de coöperatie en niet op het (privé) vermogen van enig lid of enige bestuurder van de coöperatie.
Artikel 17 Afgelasting van de uitgifte
1. De coöperatie behoudt zich het recht voor om af te zien van uitgifte van Participaties en om het aanbod en de toewijzing van Participaties geheel of gedeeltelijk in te trekken.
2. Zodra de verkrijging van Participaties is bevestigd zoals bedoeld in artikel 6 lid 4, vervalt de bevoegdheid van de coöperatie om af te zien van de uitgifte. Datzelfde geldt voor de bevoegdheid van de coöperatie om de toewijzing van Participaties geheel of gedeeltelijk in te trekken.
Artikel 18 Kennisgeving
Alle kennisgevingen door de coöperatie aan de Participatiehouders dienen schriftelijk te geschieden en zijn geldig uitgebracht indien deze zijn verzonden naar de (e-mail)adressen van de individuele Participatiehouders, zoals vermeld in het Participatieregister. Iedere kennisgeving wordt geacht te zijn gedaan op de dag dat deze is verzonden.
Artikel 19 Rechts- en forumkeuze
1. Op de Participaties, deze voorwaarden en de Participatieovereenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.
2. Geschillen over één of meer Participaties, deze voorwaarden of één of meer Participatieovereenkomsten, kunnen schriftelijk gemotiveerd worden voorgelegd aan het bestuur van de coöperatie. Op de beslissing van het Bestuur op een geschil staat beroep open op de algemene vergadering. Deze geschillenregeling doet geen afbreuk aan het recht van de Participatiehouder om zich te wenden tot de bevoegde rechter te Den Haag.
Artikel 20 Slotbepalingen
1. De coöperatie is bevoegd om deze voorwaarden eenzijdig te wijzigen, voor zover dat geen afbreuk doet aan het belang van de Participatiehouders.
2. Als enige bepaling in de Participatieovereenkomst nietig of vernietigbaar blijkt te zijn, zal dat geen afbreuk doen aan de rechtsgeldigheid van alle overige bepalingen in de Participatieovereenkomst.