Verkenning inkoop Jeugdhulp en Wmo
Verkenning inkoop Jeugdhulp en Wmo
Raadsrapportage Regio Midden-Holland 29 april 2022
INHOUDSOPGAVE | Verkenning inkoop Jeugdhulp en Wmo regio Midden-Holland
• Inleiding
• Huidige situatie
• Basis-analyse jeugd
• Basis-analyse Wmo
• Duiding huidige situatie
Bijlagen
• Marktanalyse segmenten jeugd
• Marktanalyse producten Wmo
INLEIDING
De regio Midden-Holland bereidt zich voor op de nieuwe inkoop van Jeugdhulp en Wmo per 2025. Dit stuk bevat de analyse van de huidige situatie in regio Midden-Holland (Gouda, Krimpenerwaard, Zuidplas, Bodegraven-Reeuwijk en Waddinxveen). Het document is tot stand gekomen in de werkgroepen Jeugdhulp en Wmo bestaande uit beleidsambtenaren en contractmanagers uit de regio en de verschillende gemeenten. De werkgroepen zijn hierbij vanuit het programma Inkoop en Aanbesteden Sociaal Domein (onderdeel van Ministerie van VWS) ondersteund door adviesbureau EHdK.
Leeswijzer
Het stuk gaat voornamelijk in op de huidige situatie in de regio. Hierbij wordt stilgestaan bij hoe er op dit moment wordt ingekocht, wat de ervaringen van de afgelopen jaren met deze manier van inkopen zijn, en wat gezien de ervaringen op dit moment de grootste uitdagingen voor de toekomst zijn. Dit stuk start met een beschrijving van de huidige situatie van de Inkoop Jeugdhulp en Wmo in de regio. Hierbij wordt ingegaan op hoe er nu is ingekocht, wat de financiële ontwikkelingen van de afgelopen jaren zijn geweest, wat er goed gaat en waar kansen in de nieuwe inkoop liggen. In de bijlage is een cijfermatig overzicht van verschillende ‘segmenten’ voor de jeugdhulp en producten van Wmo opgenomen.
Diensten – Jeugd Diensten – Wmo
Begeleiding en Dagbesteding Hulpmiddelen
Leerlingenvervoer Begeleiding en Dagbesteding
Vervoer naar Dagbesteding Logeervoorzieningen
Verblijf Jeugdzorg Hulp bij het Huishouden
Jeugd GGZ en Crisiszorg Collectief vraagafhankelijk Vervoer
Logeervoorzieningen Rolstoelgebonden vervoer Dagbesteding
Jeugdbescherming en Jeugdreclassering Beschermd Wonen
Jeugd en Opvoedhulp
JeugdzorgPlus Maatschappelijke Opvang
Calamiteitentoezicht Wmo
Gearceerde diensten zijn onderdeel van deze
rapportage
Inkopen is meer dan alleen het proces van aanbesteden of het sluiten van contracten. Het maken van een bestek (contractvorm), selecteren en contracteren van aanbieders is één van de zaken die van belang zijn als het gaat om inkopen. Even belangrijk zijn de keuzes voor het bekostigingssysteem, de wijze waarop de gemeenten de toegang organiseren en de wijze waarop gemeenten met de aanbieders (voor, tijdens en na de aanbesteding) om willen gaan (contract- en leveranciersmanagement). Het in samenhang inzetten van al deze instrumenten bepaalt in hoge mate de effectiviteit van gemeenten bij de inkoop van de jeugdhulp en de Wmo.
Uitvoering
Contracteer- Leveranciers- Materiele cyclus management controle
Prestatie
meting &
rapportage
Toegangs-
management
Projecten
Mandaat gezamenlijkheid
Instrumenten
-
Contract- vormen
Bekostigings- model
Toegangs- management
Leveranciers management
Analyse
Ontwikkel Potentieel
Markt- analyse
Strategische doelen
Onder een goede inkoopstrategie liggen strategische doelstellingen of transformatiedoelstellingen. De inkoopstrategie is een praktische concretisering om de strategische doelen te kunnen realiseren. Om een passende vertaling te maken naar een inkoopstrategie is het belangrijk om te beginnen met een marktanalyse. Ook is het belangrijk om te kijken naar de concrete doelstellingen die de regio in de komende jaren wil gaan bereiken. De strategische doelen, de analyse en het ontwikkelpotentieel bepalen hoe de invulling van de vier inkoopinstrumenten eruit zien. Dit rapport bevat de marktanalyse uit de analyse fase – de andere stappen worden in een vervolg nader uitgewerkt.
HUIDIGE SITUATIE
Midden-Holland
Inwoners 2020:
237.322
Uitgangssituatie Inkoop Wmo en Jeugdhulp
• De afgelopen jaren hebben de gemeenten in de regio Midden-Holland het regionaal kader ‘Gebundelde krachten’ en de regiovisie ‘Scherper aan de wind’ opgesteld. In dit kader staat de gezamenlijke verantwoordelijkheid rond Jeugdhulp en Wmo beschreven
Organisatie regio
De regio Midden-Holland bestaat uit de gemeenten
Gouda, Waddinxveen, Zuidplas, Krimpenerwaard en Bodegraven-Reeuwijk
De inkoop, monitoring, en contractmanagement in de regio zijn belegd bij de gezamenlijke inkooporganisatie Regionale Dienstverlening
Sociaal Domein (RDS)
• Bij de inkoop in 2015 is er gekozen voor bestuurlijk aanbesteden. In 2018 is gekozen voor een verlenging van de overeenkomst met de betrokken aanbieders inclusief het beter op elkaar aansluiten van de diensten jeugd en Wmo en vermindering van het aantal diensten
• Vanuit de wens om meer integraal te werken is er in het inkoopkader van 2018 geen nadrukkelijk onderscheid gemaakt tussen de manier waarop Wmo en Jeugdhulp zijn ingekocht
• Bekostiging vindt plaats middels de
inspanningsgerichte uitvoeringsvariant ofwel PxQ
Inkoop-
instrument
Huidige invulling instrument
Toegang • De organisatie en rol van de toegang is lokaal vormgegeven. Tussen de vijf gemeenten zijn er verschillen op het gebied van:
• De organisatie van de toegang (zelf organiseren of uitbesteden)
• De taakopvatting van de toegang (enkel indicaties afgeven, voeren van regie of het zelf
leveren van zorg en ondersteuning)
• De werkwijze van de toegang (verschillende opvattingen over het gebruik van ‘het handboek’, diversiteit in wie toegang krijgt tot maatwerk en wie niet / of iets maatwerk is of in een algemene voorziening wordt georganiseerd)
• Afspraken met externe verwijzers (geen eenduidigheid in hoe de toegang met andere verwijzers omgaat)
Leveranciers- management
• De regio gaat in formele zin met alle aanbieders op dezelfde manier om
• In het contractmanagement ligt de focus op de grootste aanbieders
• Contractmanagers RDS voeren namens de regio gesprekken met aanbieders. Hierbij worden beleidsmedewerkers betrokken.
Bekostiging • Inspanningsgericht (P*Q)
Contract • Open house
• Tussentijdse toetreding
• Recent is de toetreding van nieuwe aanbieders beperkt
• Huidige contracten lopen t/m 2024 – nieuwe inkoop vanaf 2025
BASIS-ANALYSE JEUGD
Inwoners | 2020 |
Inwoners in de regio: | 237.322 |
Inwoners in de leeftijd t/m 19 jaar*: | 55.052 |
In 2020 ontving 1 op de 8,7 kinderen (11%) in de regio Midden-Holland jeugdhulp
Bron: CPB data. Gemeenteniveau
*Jeugdwet loopt tot 19 jaar. De publieke data van CPB hanteert een leeftijdscategorie van 0 tot en met 19 jaar
Bestedingen
Totalen gemeenten
2018
2019
2020
2021
Uitgaven Jeugdhulp
€49,3 mln.
22%
€60,3 mln.
7,8%
€65 mln. 12,3%
€73 mln.
Kosten per cliënt
(gemiddeld, Jeugdhulp)
Aantal cliënten (Jeugdhulp)
€8700
15%
€10.000
3%
€10.300
10,7%
€11.400
5.648
6,7%
6.027
4,7%
6.308
1,6%
6.408
Top 10 aanbieders naar omzet 2020
(totaal €65 mln. – totaal 248 aanbieders)
Top 10 aanbieders naar cliënten 2020
(totaal aantal cliënten 2020: 6308)
Top 10:
55% van de totale kosten JH
Top 10:
63% van de cliënten
0 5 10 0 250 500 750 1000
Uitgaven per product in mln. in 2020*
Percentage cliënten per product in 2020
Totaal: €65 mln.
Totaal: 6308 unieke cliënten
20 25%
20%
15
15%
10
10%
5
5%
- 0%
*In 2020 waren er in de Jeugdhulp 91 aanbieders Uitzondering Raamcontracten (URC’s) actief met 214 cliënten tegen €2,95 mln. URC’s zijn contracten die buiten de reguliere contracten worden afgesloten. Hierbij wordt per casus een maatwerkcontract opgesteld. Dit neemt in de praktijk veel tijd en energie in beslag
Behandeling
GGZ Specialistisch
Begeleiding en
Dagbesteding
Gezinshuizen
en Pleegzorg
Jeugdbescherming
&Jeugdreclassering
Overig**
**Binnen de categorie overig vallen de producten Logeren, JeugdzorgPlus, LTA, Ernstige enkelvoudige dyslexie, Basis GGZ en Curatieve GGZ
BASIS-ANALYSE WMO
2020 | 2025 | 2030 | |
Inwoners in de regio: | 237.322 | 245.951 | 253.376 |
Inwoners in de leeftijd 19 t/m 75: | 161.989 (68%) | 165.817 (67%) | 167.274 (66%) |
Percentage inwoners 75+: | 20.409 (8,6%) | 24.840 (10,1%) | 30.405 (12%) |
Bron: CPB data, gemeenteniveau exclusief toenamen woningbouw in de regio Bestedingen* |
Totalen gemeenten | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 |
Uitgaven Wmo | € 27,5 mln. | €35,5 mln. | €38,9 mln. | €38,9 mln. |
Kosten per cliënt (gemiddeld, Wmo) | €5.366 | €4.954 | €4.914 | €4.742 |
Aantal cliënten (Wmo)
5.124
7.165
7.916
8.203
In 2020 ontving 1 op de 23 volwassenen (4,3%) in de regio Midden-Holland ondersteuning vanuit begeleiding, beschermd wonen, dagbesteding of logeren vanuit de Wmo
*Uitgaven Wmo zijn inclusief Beschermd Wonen
Top 10 aanbieders naar omzet Midden-Holland – 2021 (€38,9 mln.) (totaal 136 aanbieders)
Top 10 aanbieders naar cliënten Midden-Holland –
2021 (8203)
58% van de totale uitgaven
8% van alle ënten
6
cli
0 2 4 6 0 500 1000 1500 2000 2500
Uitgaven per product in mln. in 2020*
Percentage cliënten per product in 2020
Totaal: €38,9 mln.
Totaal: 7916 unieke cliënten
20 60%
15
40%
10
20%
5
- 0%
*In 2020 waren er in de Wmo 18 aanbieders Uitzondering Raamcontracten (URC’s) actief met 22 cliënten tegen €210K. URC’s zijn contracten die buiten de reguliere contracten worden afgesloten. Hierbij wordt per casus een maatwerkcontract opgesteld. Dit neemt in de praktijk veel tijd en energie in beslag
Begeleiding en Dagbesteding Hulp bij Huishouden Beschermd Wonen Overig**
**Binnen de categorie overig vallen de producten Logeren, Vervoer en LTA
DUIDING HUIDIGE SITUATIE
De regio Midden-Holland koopt sinds de decentralisatie in 2015 gezamenlijk de Jeugdhulp en Wmo in. Hier volgen een aantal algemene- en inkoop gerelateerde beschouwingen van zaken waar de regio op dit moment trots op is. Daarna wordt ingegaan op de grootste uitdagingen voor de komende paar jaar en voor de komende inkoop.
Algemene beschouwingen
- De regio is de afgelopen jaren steeds beter gaan samenwerken met aanbieders
- In de onderlinge samenwerking zijn de gemeenten de afgelopen jaren gegroeid. Door de schaalgrootte is de ervaring dat goede afstemming over besluiten mogelijk is
- Ook in de regionale ambtelijke samenwerking zijn de gemeenten de afgelopen jaren naar elkaar toegegroeid. Er is sprake van gelijkwaardig partnerschap, waarbij iedereen het nut en de noodzaak van onderlinge samenwerking erkent
- De huidige manier van organiseren biedt veel ruimte om aanvullend op de regionale inkoop lokaal kleuring te geven. Dit uit zich bijvoorbeeld in de organisatie van de toegang en het lokale voorzieningenaanbod, wat elke gemeente anders invult
- Doordat er in de vorige inkoop is gekozen om jeugdhulp en Wmo gezamenlijk in te kopen is de overgang van de Jeugdwet naar de Wmo beter geregeld
- De regio heeft de afgelopen jaren rechtszaken weten te vermijden en ook is geen sprake geweest van ingewikkelde
klachtenprocedures van inwoners in relatie tot de inkoop
- Ondanks dat er met sommige aanbieders problemen zijn geweest, heeft dit niet tot grote incidenten geleid die schadelijk zouden zijn voor inwoners
Jeugd
- De regio heeft de beweging naar toenemende specialistische (SGGZ) deels ondervangen door sterk in te zetten op BasisGGZ, curatieve GGZ en jeugd en opvoedhulp
- De inzet op ambulantisering van de meest complexe jeugdhulpvormen (thuis helpen van jeugdigen in plaats van een plaatsing in een instelling) heeft ertoe geleid dat het aantal kinderen dat we plaatsen in instellingen flink is afgenomen
Wmo
- Ook de inzet op de ambulantisering van Xxxxxxxxx Wonen is in de afgelopen jaren succesvol geweest – meer volwassenen met psychiatrische/psychosociale problematiek worden nu thuis begeleid in plaats van een plaatsing in een instelling
- Beschermd Xxxxx blijft mede door goede samenwerking met aanbieders binnen de budgettaire kaders
- De keuze voor de integrale inkoop Jeugdhulp en Wmo heeft ertoe geleid dat er overwegend een soepelere overgang is tussen de Jeugdwet en de Wmo
Huidige manier van inkopen
- De huidige manier van contracteren (bestuurlijk aanbesteden / open house) biedt ruimte om de contracten tussentijds (in beperkte mate) bij te stellen. Dit gebeurt zonder dat daar een nieuwe inkoopprocedure voor nodig is. Hier is in de afgelopen jaren veelvuldig gebruik van gemaakt en dit wordt gezien als een positief aspect van de huidige manier van contracteren
- De open house systematiek maakt het mogelijk om nieuwe partijen eenvoudig toe te laten treden tot het jeugdhulpveld en de Wmo. Hierdoor is de regio in de afgelopen jaren in staat geweest om een aantal leemtes in het jeugdhulplandschap en Wmo-veld met nieuwe aanbieders op te vullen
- Ook biedt de huidige manier van inkoop ruimschoots mogelijkheden voor het opzetten van pilots, het in de markt zetten
van nieuwe producten en om samen te werken met aanbieders
Ondanks dat er veel dingen goed gaan is het belangrijk om te kijken waar er voor de komende jaren nog uitdagingen liggen. In het kader van het maatschappelijk resultaat van de volgende inkoop zijn er drie hoofdthema’s die om expliciete aandacht vragen: de beheersing van de kosten, de beschikbaarheid van de zorg en het organiseren van een overzichtelijk zorglandschap.
Beheersing van de kosten
Vanaf de ingang van de vorige inkoop in 2018 zijn de kosten in het sociaal domein toegenomen. Deze kostenstijging is ten dele te wijten aan een aantal kosteneffecten die de afgelopen jaren een intrede hebben gemaakt. Denk hierbij aan tariefswijzigingen, indexatie en inflatie-effecten. Vanuit maatschappelijk oogpunt lijken de coronacrisis, de demografische ontwikkelingen en de prestatiemaatschappij ook bij te dragen aan een toenemende zorgvraag. Een sluitende verklaring voor de totale omvang van deze stijging is niet te geven. Binnen de regio is zowel sprake van een toename van volume (aantal inwoners wat gebruikmaakt van specialistische jeugdhulp en/of maatwerkvoorzieningen uit de Wmo) als een stijging van de gemiddelde uitgaven per inwoner (per inwoner wordt er substantieel meer hulp en ondersteuning ingezet). Vanuit het oogpunt van het juist besteden van schaarse maatschappelijke middelen ligt er daarom een vraagstuk rondom de beheersing van de kosten.
Binnen de huidige inkoopmethodiek (PxQ, open house) heeft de toegang een centrale rol als het gaat om het beheersen van kosten. Hierbij is het noodzakelijk dat de toegang in staat is om op de meeste cliënten een vorm van procesregie uit te voeren (sturen op de inzet van zorg op cliëntniveau). Dit betekent dat de medewerker van de toegang tijd heeft om periodiek met aanbieder en/of cliënt af te stemmen over hoe het traject verloopt en of er aan de juiste doelen gewerkt wordt. Wanneer de toegang in dit model hier onvoldoende tijd voor heeft, bijvoorbeeld door een toename van het aantal cliënten, lopen de gemiddelde kosten per cliënt vaak op. Dit beeld komt overeen met de situatie van de afgelopen jaren in de regio. Vanwege de financiële uitdaging is het zaak te kijken of de verschillende inkoopinstrumenten (toegang, leveranciersmanagement, bekostigingsmodel en contractvorm) meer in balans ingezet kunnen worden.
Beschikbaarheid van zorg
Ook de beschikbaarheid van zorg is de komende jaren een aandachtspunt. Net als op andere plekken in het land is er in de regio ook sprake van arbeidsproblematiek. Door een krapte op de arbeidsmarkt is het voor zowel aanbieders als verwijzers ingewikkeld om aan personeel te komen. Resultaat hiervan is dat er voor verschillende vormen van hulp sprake is van een wachttijd. Voor sommige vormen van hulp en ondersteuning is dit niet direct een maatschappelijk probleem, bij andere vormen leidt dit tot zorgwekkende situaties voor de cliënt. Dit vraagt om aandacht, waarbij het van belang is om goed in beeld te krijgen waar de wachttijden zitten, hoe lang deze zijn en waar de prioriteit ligt in het oplossen van deze wachttijden.
Keuzevrijheid in relatie tot zorgaanbod
Aan de andere kant van het spectrum heeft de ruime invulling van keuzevrijheid binnen het huidige model niet direct geleid tot een toename van onderscheidend aanbod. De regio ziet dat het het vooral om meer van hetzelfde aanbod gaat. Daarnaast zijn er voor jeugd nog steeds veelvuldig maatwerkcontracten (URC’s) nodig. Hierdoor heeft de regio veel aanbieders met slechts enkele cliënten met een grote versnippering in het zorglandschap tot gevolg, wat de stuurbaarheid niet vergroot en tot veel werk voor het contractmanagement leidt.
‘overzichtelijk zorglandschap’ waarbij er meer geïnvesteerd wordt op de relatie met aanbieders
Overzichtelijk zorglandschap
Bij de inkoop van 2018 is gekozen voor een brede invulling van het begrip keuzevrijheid. Dit heeft ertoe geleid dat er een brede selectie van aanbieders voor jeugd en Wmo is gecontracteerd. Opbrengst hiervan is een zeer breed palet aan aanbod in de regio in een onderling concurrerend zorglandschap. Ook heeft het geleid tot een flinke toename in het aantal partijen die de regio voor de uitvoering van Jeugdhulp en Wmo heeft gecontracteerd.
In de regio leeft de overtuiging dat de regio in het huidige zorglandschap met meer dan 200 gecontracteerde aanbieders niet in staat is om een duurzame relatie met aanbieders op te bouwen. Dit heeft effecten op het goed kunnen voeren van contractmanagement en het in gang zetten van bepaalde transformatiebewegingen. Daarnaast leeft de wens tussen professionals van aanbieders en toegang om een duurzame relatie met elkaar op te kunnen bouwen. Hoe breder het palet aan partijen waar je mee te maken hebt, hoe lastiger dit in de praktijk blijkt. Ambtelijk leeft de overtuiging dat het noodzakelijk is om de komende jaren meer in control te komen. Het doorontwikkelen naar een overzichtelijk aantal aanbieders wordt hierin gezien als een belangrijke stap. Dit om te kunnen investeren in de relatie, de aansturing, gezamenlijke innovatie en de onderlinge verbinding tussen professionals. Wat dit precies betekent is onderwerp van gesprek en krijgt een plek in het vervolg.
BIJLAGEN
Uitgangspunten analyse
Een belangrijk onderdeel van deze rapportage betreft een marktanalyse van het huidige zorglandschap. Om goed het gesprek te voeren over de inkoop, is het van belang om de kosten en de cliënten te kunnen koppelen aan één of meerdere specifieke jaren. Hierom is er gekozen voor een analyse op cliëntniveau op basis van facturatiegegevens. Cliënten worden alleen toebedeeld aan een jaar wanneer er voor die cliënt sprake was van omzet in dat jaar. Deze manier van rapporteren wijkt af van de gangbare manier van rapporteren. De gangbare manier van rapporteren bij bijvoorbeeld de kwartaalrapportage van de RDS gaat uit van actieve indicaties per periode en in de gemeentelijke rapportages kunnen weer andere definities gehanteerd worden. Hierdoor kunnen de cijfers (aantallen en gemiddelde kosten per cliënt) afwijken van de cijfers die in andere rapportages zijn opgenomen.
Aanbieders zijn geanonimiseerd in de rapportage.
Externe kosteneffecten
De cijfers die voor deze marktanalyse zijn gebruikt, kunnen op zichzelf staand niet worden gebruikt voor het geven van sluitende conclusies. Over de jaren heen is er sprake van verschillende (externe) kosteneffecten zoals indexatie, tariefswijzigingen, wijzigingen in het CAO en correcties voor inflatie. Deze effecten verklaren een deel van de kostenverschuivingen. Voor de meeste diensten zijn de tarieven 6 – 9% gestegen in de periode 2018 – 2021. Voor enkele diensten was sprake van grotere stijgingen. Bij betreffende diensten wordt dat vermeld.
Extrapolatie 2021
In de analyse zijn ook de cijfers van 2021 te zien. Omdat de boeken voor 2021 nog niet zijn afgesloten, weten we dat er nog een deel van de kosten over 2021 gefactureerd moet worden. Op basis van historische data vanuit het RDS weten we dat het voor Wmo om circa 1,5% en voor Jeugdhulp om circa 5% van de kosten gaat. Voor de analyse zijn de reeds gefactureerde kosten voor 2021 opgehoogd met 1,5% dan wel 5%. Voor de uitsplitsing zijn de cijfers van 2020 gebruikt, omdat de extrapolatie bij meer detaillering minder nauwkeurig is.
De cijfers over 2020 betreffen het eerste coronajaar en kunnen daardoor afwijken van het reguliere beeld. De uitbetaalde
omzetderving aan aanbieders in 2020 is niet meegenomen in de cijfers (€ 1,5 mln jeugd en € 1 mln Wmo).
Introductie op segmenten
De diversiteit van de producten in het sociaal domein is groot. Het is dan ook de vraag of alle hulpvormen op één en dezelfde manier ingekocht moeten worden. Bij sommige hulpvormen – bijvoorbeeld bij de crisishulp – is het bijvoorbeeld niet logisch om per uur met een aanbieder te gaan afrekenen. Dit is het equivalent van de brandweer per brand betalen. Iedereen voelt aan dat wanneer dit het geval is er ofwel weinig huizen over zullen zijn, ofwel niemand is die het waagt om brandweer te worden. In dit geval is er sprake van een essentiële dienst waarvan het voor het hele zorglandschap belangrijk is dat deze beschikbaar is. Dit zou een beschikbaarheidsfinanciering kunnen legitimeren.
Wanneer er in de inkoop voor bepaalde producten of doelgroepen gelijksoortige doelen behaald moeten worden, wordt er gesegmenteerd. Dit betekent het groeperen van een aantal diensten, inhoudelijke doelstellingen onderzoeken, het in kaart brengen van de marktomstandigheden voor dit segment om vervolgens invulling te geven aan de inkoopinstrumenten (toegang, leveranciersmanagement, bekostiging en contract). In de volgende slides is een uitwerking gemaakt van een zevental segmenten voor de jeugdhulp en een vijftal producten voor de Wmo. Hierbij wordt ingegaan op wat het segment/product is, wat de ontwikkelingen in aantallen en uitgaven van de afgelopen jaren zijn geweest en hoe de marktomstandigheden van het segment/product er uit zien.
De segmenten voor jeugd zijn voor de regio nieuw. De producten van de Wmo sluiten aan bij de bestaande producten van de regio. In eerste instantie zijn de segmenten/producten gebruikt om een helder beeld te krijgen van de marktomstandigheden en inhoudelijke doelstellingen. In een volgende fase wordt nader onderzocht of de segmentering/de producten aansluit bij hoe de regio wil gaan inkopen.
Een segmentering gebeurt altijd op basis van beschikbare informatie, op basis van bestaande productdefinities. Sommige bestaande producten lenen zich hier minder goed voor doordat ze in meerdere segmenten zouden kunnen vallen. Dit maakt een segmentering op basis van historische gegevens dan ook nooit perfect. Het doel is om nu een eerste beeld te geven van hoe het zorglandschap er uit ziet. Indien gewenst kan de segmentering in een later stadium nader worden aangescherpt.
MARKTANALYSE PER SEGMENT - JEUGD
# Segment Omschrijving Gebruikelijk aanbod
1 Hoog specialistisch / weinig voorkomend
2 Wonen
3 Dagbesteding /
Dagbehandeling
4 Specialistisch / veel voorkomend
Jeugdigen met zeer zware (multi-problem) problematiek die op meerdere domeinen van hun leven problemen ervaren (gezin, school welzijn, etc.) Het gaat hier vaak om dure en langdurige trajecten zoals intramurale behandelingen en intensieve ambulante alternatieven voor verblijf
Wanneer de thuissituatie geen veilige of passende woonomgeving voor een kind/jongere vormt moet er een alternatieve passende woonvorm gevonden worden die zo lang als nodig als thuis fungeert
Jeugdigen die gebruik maken van dagbesteding of dagbehandeling kunnen niet volledig mee in het gewone of bijzondere onderwijssysteem, of kunnen gedurende de dag niet thuis blijven. Ze worden overdag of tijdens dagdelen opgevangen in gespecialiseerde voorzieningen
Veel voorkomende / specialistische zorg voor jeugdigen met enkelvoudige of kortdurende problematiek. Het gaat om ambulante en/of poliklinische hulp.
Driemilieuvoorzieningen, zware intramurale GGZ behandelingen, Jeugdzorgplus en intensieve ambulante substituten zoals Multi Systeem Therapie, Intensive Home Treatment, jeugdFACT*
Pleegzorg, gespecialiseerde pleeggezinnen, gezinshuizen, woongroepen, kamertraining
Dagbehandeling, dagbesteding, Kinderdagcentra, Medisch kinderdagverblijf, Onderwijszorgarrangementen
Individuele begeleiding, enkelvoudige behandelingen, dyslexiebehandeling, poliklinische behandeling
*flexible assertive community treatment
# Segment Omschrijving Gebruikelijk aanbod
5 Crisis
6 Gecertificeerde
Instellingen (GI’s)
Landelijk
7 Transitiearrangement (LTA’s)
Alle jeugdigen die te maken krijgen met een urgente / crisissituatie. Crisis is per definitie kortdurend en acuut
Jeugdigen die via de Rechterlijke Macht (civielrechtelijk of strafrechtelijk) jeugdhulp opgelegd hebben gekregen en hier door worden begeleid
Een set aan afspraken vanuit de VNG waarmee de beschikbaarheid van hoogcomplexe zorg wordt gegarandeerd
Crisisopvang, verblijf, ambulante crisisvoorzieningen en crisis pleegzorg
Jeugdbescherming en Jeugdreclassering
Hoogcomplexe functies zoals eetstoornisklinieken e.d.
Cliënten met zware en (zeer) complexe hulpvragen. Het
2018 2019 2020 2021 Verschil
gaat hier vaak om dure en langdurige trajecten zoals
intramurale behandeling, intensieve ambulante behandeling en meervoudige problematiek. De populatie is klein, het gaat om circa vier a vijf procent van de totale
Uitgaven € 7,5
miljoen
Aantal
€ 7,8
miljoen
€ 6,7
miljoen
€ 5,5
miljoen
-27%
cliëntpopulatie. De jeugdhulp die deze cliënten krijgen is vaak meervoudig en heeft niet alleen betrekking op het kind, maar op het hele systeem
cliënten 168 159 142 140 -17%
Prijs per € 44.600 € 49.000 € 47.000 € 40.000 -10%
cliënt
% omzet verdeeld over aanbieders (2020)*
Verwijzer naar % omzet (2020)
25%
33%
%
19
Top 5: 67%
3
9%
10%
A B
4% 0%
8%
0%
20%
1
C D
% E
Overig (24)
57%
GI
Gemeente Medisch specialist Huisarts
Justitie Overig
Dit segment omvat woonvormen voor cliënten voor wie
2018 2019 2020 2021 Verschil
de bestaande thuissituatie niet de randvoorwaarden biedt
om (veilig) op te kunnen groeien, en die nog niet zelfstandig kunnen wonen. In dit segment zijn verschillende woonintensiteiten te herkennen. De lichtste
Uitgaven € 8,4
miljoen
Aantal
€ 10
miljoen
€ 11,7
miljoen
€ 12,8
miljoen
52%
vorm bestaat uit (informele) pleegzorg. Denk bij zwaardere woonvormen aan woongroepen en kamertrainingen.
cliënten 544 590 600 597 10%
Prijs per € 15.000 € 17.000 € 19.500 € 21.500 43%
cliënt
% omzet verdeeld over aanbieders (2020)*
Verwijzer naar % omzet (2020)
Top 5: 55%
45%
21%
A B C
15% D
22%
GI
5% 3%
5%
65%
Gemeente
Zelfverwijzing/geen verwijzing
Justitie
8%
5% 7%
E
Overig (46)
Onbekend
Jeugdigen die gebruik maken van dagbesteding of | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | Verschil |
dagbehandeling kunnen niet mee in het gewone of |
bijzondere onderwijssysteem, of kunnen gedurende de dag niet thuis blijven. Ze worden overdag of tijdens dagdelen opgevangen in gespecialiseerde voorzieningen
Uitgaven €3,9 mln. | €4,6 mln. | €4,4 mln. | €5,4 mln. | 39% |
Aantal cliënten 459 | 480 | 509 | 502 | 9,4% |
Prijs per € 8.497 | € 9.583 | € 8.644 | € 10.757 | 27% |
cliënt
% omzet verdeeld over aanbieders (2020)*
Verwijzer naar % omzet (2020)
18%
2%
%
37%
Top 5: 82%
3
5%
A 3% 2%
5% Gemeente
B Medisch specialist
5%
C Huisarts
Gecertificeerde
35%
D
E
Overig (39)
22%
65%
instelling Jeugdarts
Overig (3)
Veel voorkomende / specialistische zorg voor jeugdigen
2018 2019 2020 2021 Verschil
met enkelvoudige of kortdurende problematiek. Het gaat
om ambulante en/of poliklinische hulp. Dit segment betreft zowel ggz-hulp alsmede opvoedhulp, begeleiding en dyslexietrajecten. Vaak ligt de focus op het verbeteren
Uitgaven €22,5
mln.
Aantal
€30,3
mln.
€33,7
mln.
€40,7
mln.
81%
van- of ondersteunen bij problematische opvoedingssituaties
cliënten 5084 5427 5743 5872 15,5%
Prijs per €4.426 €5.583 €5.868 €6.931 57% cliënt
% omzet verdeeld over aanbieders (2020)*
Verwijzer naar % omzet (2020)
5%
Top 5: 41%
59%
13%
12%
7%
5%
A B C D E
Overig (202)
17%
31%
Gemeente Huisarts
4%
2%
11%
35%
Gecertificeerde
instelling
Medisch specialist Jeugdarts
Overig (3)
Alle jeugdigen die te maken krijgen met een urgente / crisissituatie. Crisis is per definitie kortdurend
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | Verschil |
Uitgaven €1 mln. | €870K | €1,1 mln. | €817K | - 18,3% |
Aantal 158 | 146 | 195 | 146 | - 7,6% |
Prijs per €6.300 | €5.960 | €5.640 | €5.600 | - 11,1% |
cliënten
cliënt
% omzet verdeeld over aanbieders (2020)*
Verwijzer naar % omzet (2020)
4%
18%
Top 5: 88%
5%
9%
12% A
B C
52%
D
LUMC-Curium Overig (7)
7% 3%
42%
Gemeente
Gecertificeerde instelling Huisarts
Zelfverwijzer/geen verwijzer
Medisch specialist Overig (3)
10%
37%
*waarvan 2 aanbieders URC met 2 cliënten tegen €37K aan kosten
Jeugdigen die via de Rechterlijke Macht (civielrechtelijk of
2018 2019 2020 2021 Verschil
strafrechtelijk) jeugdhulp opgelegd hebben gekregen en
hier door worden begeleid
Uitgaven € 4,9
miljoen
€ 6,8
miljoen
€ 7,2
miljoen
€ 7,4
miljoen
34%
Aantal 887 590 1080 1039 17%
cliënten
Prijs per € 5.520 € 11.525 € 6.670 € 7.100 29% cliënt
% omzet verdeeld over aanbieders (2020)*
Verwijzer naar % omzet (2020)
Top 4: 99%
1,5% 0,5%
15%
79%
4% A
B
3% 2% 1% Rechter / OvJ GI
C D
Overig (8)
Gemeente
Zelfverwijzer/geen
verwijzer
Verwijzer
onbekend
15%
80%
*waarvan 2 aanbieders URC met 4 cliënten tegen € 14,5K aan kosten
met ruim 90% gedaald. De uitgaven daalden met ruim 75%
Omschrijving segment
€’s en cliënten
Een set aan afspraken vanuit de VNG waarmee de beschikbaarheid van hoog complexe zorg wordt gegarandeerd
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | Verschil |
Uitgaven €1,9 mln. | €617K | €300K | €473K | - 75% |
Aantal 169 | 72 | 26 | 5 | - 97% |
Prijs per €11.240 | €8.570 | €11.540 | €94.600 | 742% |
cliënten
cliënt
% omzet verdeeld over aanbieders (2020)*
Verwijzer naar % omzet (2020)
Top 5: 84%
12%
A B
3% 1%
10%
31%
42% C
D
16%
4% 1%
11%
43%
GI
Rechter / OvJ Huisarts
Medisch specialist
E
Overig (4)
26%
Gemeente Overig (1)
MARKTANALYSE PER PRODUCT - WMO
1
BESCHERMD WONEN | De uitgaven voor BW zijn in de periode 2018-2021 met ruim 40%
afgenomen, de grootste vijf aanbieders maken samen 88% van de kosten
Duiding
€’s en cliënten
In 2021 is een deel van de cliëntpopulatie van de Wmo
2018 2019 2020 2021
naar de Wet langdurige zorg (Wlz). Hierdoor zijn de
uitgaven voor Beschermd Wonen structureel afgenomen. Daarnaast zetten de vijf gemeenten in de regio Midden- Holland in op voorzieningen die de inzet van Beschermd Wonen voorkomen, maar ook het afschalen mogelijk
Uitgaven
€10,6 €10,7 mln. €10,8 mln. €6,1 mln.
mln.
maken, zoals Beschut Wonen en Gewoon Thuis. Een deel van deze uitgaven zijn dus verschoven naar Begeleiding. Het budget voor Beschermd Wonen wordt hiervoor ingezet via de compensatieregeling.
Het aantal plaatsen beschermd wonen is door de uitstroom naar de Wlz teruggegaan van circa 214 plaatsen in 2020 naar 122 plaatsen eind 2021. Een plaats kost circa € 56.000 per jaar.
% omzet verdeeld over aanbieders (2020)*
% cliënten verdeeld over aanbieders (2020)*
3%
14%
Top 5: 88%
4%
10%
12% A
B C
57%
D
Top 5: 79%
21%
2,5%
5%
A B
48% C
D
E
Overig (15)**
10%
14%
E
Overig (15)**
**waarvan 4 aanbieders URC met 4 cliënten tegen €109K aan kosten
*Inclusief Beschut Wonen
2
BEGELEIDING | De uitgaven voor begeleiding zijn in de afgelopen jaren bijna verdubbeld,
het aantal cliënten is met 50% toegenomen. De gemiddelde kosten per cliënt nemen toe
Duiding
€’s en cliënten
Bij begeleiding is er in de afgelopen jaren sprake geweest van een forse toename in de uitgaven en het aantal cliënten. Hierbij stegen de uitgaven harder dan het aantal, waardoor de gemiddelde prijs per cliënt is opgelopen. Een sluitende verklaring ontbreekt nog. Een aantal zaken dat mogelijk invloed heeft gehad op de stijging zijn de ambulantisering van de GGZ (waaronder Beschermd Wonen), de doorstroom vanuit de Jeugdwet en de aanzuigende werking van het abonnementstarief. Voor reguliere begeleiding zijn de tarieven in deze periode harder dan gemiddeld gestegen (18%).
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | Verschil |
Uitgaven €6,6 mln. | €9,5 mln. | €11,3 mln. | 12,9 mln. | 95,5% |
Aantal 1.735 cliënten | 2.229 | 2.510 | 2.613 | 51% |
Prijs per €3.804 | €4.262 | €4.502 | €4.937 | 29,8% |
cliënt
% omzet verdeeld over aanbieders (2020)*
% cliënten verdeeld over aanbieders (2020)
Top 5: 51%
Top 5: 55%
20%
12
12%
25%
14
A A
B B
49%
4% 4%
C
%
D E
Overig (74)
45%
3% 1%
%
11%
C D E
Overig (74)
*waarvan 6 aanbieders URC met 6 cliënten tegen €34K aan kosten
3
DAGBESTEDING | De uitgaven aan het product dagbesteding zijn in de periode 2018-
2021 met ruim 30% gestegen. De vijf grootste aanbieders bedienen 60% van de cliënten
Omschrijving
€’s en cliënten
Structurele activiteiten onder professionele begeleiding voor volwassenen / ouderen, bedoeld om mantelzorgers te ontlasten, dagstructuur of een zinvolle daginvulling/participatie te bieden. Mogelijke verklaring voor de kostenontwikkeling zijn de coronacrisis (minder gebruik in 2020) en de inwerkingtreding van het abonnementstarief in 2019.
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | Verschil |
Uitgaven €3,4 mln. | €4,3 mln. | €3,7 mln. | €4,5 mln. | 32% |
Aantal cliënten 779 | 987 | 972 | 980 | 26% |
Prijs per €4.365 | €4.357 | €3.807 | €4.592 | 5,2% |
cliënt
% omzet verdeeld over aanbieders (2020)
% cliënten verdeeld over aanbieders (2020)
Top 5: 48%
51,4%
14,4%
A B
12,7%
C
D
10,95%
E
Top 5: 60%
19,2%
10,
14,4%
40,4%
A B
7%
C D
E Overig (52)
4,3% 6,27%
Overig (52)*
10,7%
4,6%
*waarvan 4 aanbieders URC met 5 cliënten tegen €15K aan kosten
Vorm van thuiszorg waarbij professionele hulpverleners helpen bij de uitvoering van huishoudelijke taken.
Belangrijkste verklaring voor de toename van de kosten en het aantal cliënten is de toenemende vergrijzing, de ambulantisering (cliënten blijven langer thuis) en de invoering van het abonnementstarief. Naar verwachting wordt het abonnementstarief voor hulp bij het huishouden in 2025 weer afgeschaft. De tarieven zijn met 20% gestegen in deze periode.
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | Verschil |
Uitgaven €6,8 mln. | €10,2 mln. | €12,2 mln. | €13,9 mln. | 104% |
Aantal cliënten 2985 | 4520 | 5081 | 5412 | 81% |
Prijs per €2.278 | €2.256 | €2.400 | €2.568 | 12,7% |
cliënt
% omzet verdeeld over aanbieders (2020)
% cliënten verdeeld over aanbieders (2020)
Top 5: 74%
Top 5: 73%
26%
7%
27%
7%
A A
5%
9% 10%
42%
B C D E
Overig (20)
6%
10%
10%
41%
B C D E
Overig (20)
Uitgaven / 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | Verschil |
Logeren €179K | €257K | 462K | 317K | 77% |
Cliënten 37 | 51 | 41 | 43 | 16% |
Vervoer €246K | €284K | €186K | €415K | 69% |
Cliënten 000 | 000 | 000 | 356 | 18% |
Logeren is een vorm van respijtzorg gericht op ontlasten van de mantelzorger/verzorger. De afgelopen jaren is gestuurd op een toename van logeren ter ontlasting van mantelzorgers.
Met vervoer wordt bedoeld het geïndiceerde vervoer van en naar dagbesteding/ dagbehandeling. De stijging in de uitgaven voor vervoer zijn te verklaren door de tariefstijging van 74%.
aantallen
% omzet verdeeld over aanbieders (2020) – Logeren
% omzet verdeeld over aanbieders (2020) – Vervoer
Top 5: 84%
9,1%
9,5%
15,9% A
27%
B C D
E
Top 5: 56%
44,1%
18,3%
V W
% X Y
13,6%
24,9%
Overig (8)
14
9%
6% 8,8%
Z Overig (28)