Addendum op de Dienstverleningsovereenkomst Sociaal Domein Jeugd en
Addendum op de Dienstverleningsovereenkomst Sociaal Domein Jeugd en
Begeleiding Jeugd
De ondergetekenden:
I. “Opdrachtgever”, als bedoeld onder I. op pagina 1 van de Dienstverleningsovereenkomst (hierna: DVO);
en
II. …………………, statutair gevestigd te ……….. en kantoorhoudende aan de
………………(postcode) te ……….., ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar alleen/zelfstandig OF gezamenlijke bevoegde bestuurder(s); de heer/mevrouw/rechtspersoon
…………., hierna te noemen; hierna te noemen: “Opdrachtnemer” als bedoeld onder II. op pagina 1 van de DVO;
hierna ook gezamenlijk te noemen “partijen”,
Overwegende dat:
- partijen door middel van de DVO, Dienstverleningsovereenkomst sociaal domein Jeugd en Begeleiding Jeugd, zijn overeengekomen dat opdrachtnemer werkzaamheden op een kwalitatief verantwoorde, doelmatige en doeltreffende wijze uitvoert, onder de voorwaarden van de DVO en haar bijlagen;
- opdrachtnemer de achterliggende en komende periode voor grote uitdagingen staat de kwaliteit en kwantiteit van alle werkzaamheden van opdrachtnemer voortvloeiend uit de DVO en haar bijlagen, bestaande uit de producten zoals nader beschreven in bijlage 1, op het benodigde peil te houden door de verspreiding van het Corona-virus, de (crisis)maatregelen van de Rijksoverheid (die nodig zijn om de verspreiding in te dammen), ziekte en uitval van personeel en ziekte van cliënten;
- de minister voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: VWS) op 25 maart 2020 een brief stuurde aan de Vereniging Nederlandse Gemeenten (hierna: VNG) inzake financiële duidelijkheid Jeugdhulp en deze brief een bijlage bevat getiteld “Coronacrisis: financiële duidelijkheid jeugdzorg en maatschappelijke ondersteuning”;1
- opdrachtgever in haar brief op 2 april 2020, getiteld “Financiële gevolgen Corona-maatregelen”, heeft aangegeven de door VWS en VNG neergelegde adviezen bereid is over te nemen door onder voorwaarden gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering te bieden aan opdrachtnemer omdat hij met hem een gedeelde verantwoordelijkheid heeft en voelt voor zijn personeel en cliënten, die immers ook burger zijn;
1 xxxxx://xxx.xx/xxxxxx/xxxxxxxxx-xxx-xxxx-xxxx-xxxxxxxxxxxx-xxxxxxxxxxxx-xx
- de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering, zoals hierboven beschreven, is bedoeld om het zorglandschap in stand te houden, met name de werkgelegenheid van zorgprofessionals en het voorkomen van faillissementen door de coronamaatregelen;
- de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering niet is bedoeld om de ondernemingswinsten op gelijkwaardig peil te houden;
- opdrachtgever daarom besluit in aanvulling op de DVO een addendum te sluiten met opdrachtnemer;
- opdrachtgever bij het aangaan van dit ‘addendum’ concludeert dat de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering in het addendum niet is aan te merken als (verboden) staatssteun gezien de afwezigheid van een grensoverschrijdend effect2 en/of de hoogte van de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering3 en/of de diensten die de opdrachtnemer levert4;
- deze afspraken alleen geldig zijn binnen het toepassingsgebied van de DVO, zoals benoemd in artikel 3 van de DVO; en
deze wijzigingen en afwijkingen alleen dan geldig en bindend tussen partijen zijn indien deze
-
M et opmerkingen [VR1]: Wordt in de definitieve versie opgenomen in een wijzigingsbepaling
uitdrukkelijk schriftelijk tussen partijen zijn vastgelegd en rechtsgeldig zijn ondertekend.
Komen overeen als volgt:
Definities
De definities zoals vastgelegd in de reeds tussen partijen gesloten overeenkomst zijn onverkort van toepassing.
Algemene voorwaarden:
1. De inkoopvoorwaarden die van toepassing zijn op de reeds door partijen gesloten overeenkomsten zijn eveneens van toepassing op deze overeenkomst.
2. De algemene voorwaarden van opdrachtnemer zijn niet van toepassing.
Artikel 1 Voorwerp en periode van het addendum
1. Opdrachtnemer zet haar dienstverlening, zoals gedefinieerd in de DVO en haar bijlagen, aantoonbaar voort op basis van de aan haar gestuurde toewijzingen (301-berichten), indien mogelijk op een alternatieve wijze, bijvoorbeeld door middel van telefonisch contact en/of beeldbellen.
2. Indien de dienstverlening op een alternatieve wijze aantoonbaar wordt voortgezet, dan declareert opdrachtnemer op basis van de aan haar gestuurde toewijzing (301-bericht).
3. Indien de dienstverlening aantoonbaar niet wordt voortgezet, dan informeert opdrachtnemer hierover de toegang van die gemeente, onder wiens verantwoordelijkheid overeenkomstig het woonplaatsbeginsel de burger valt.
2 Europese Commissie zaken SA.37432 (Openbare ziekenhuizen in Xxxxxx Xxxxxxx), XX.00000 (Medisch centrum in Durmersheim) en SA.38035 (Landgrafen-Klinik).
3 Verordening EU 1407/2013 (Reguliere de-minimis verordening).
4 Besluit van de Commissie van 20 december 2011 (2012/21/EU) (‘Vrijstellingsbesluit 2012’).
4. Met ingang van dit addendum, overlegt opdrachtnemer met de burger over de concrete inhoud, vorm en omvang en duur van de dienstverlening. Opdrachtnemer legt dit overleg vast.
5. Dit addendum heeft betrekking op de periode van 1 maart 2020 tot 1 juli 2020 voor wat betreft de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering. Voor wat betreft de meerkosten heeft dit addendum betrekking op de periode van 1 maart 2020 tot en met in ieder geval 31 december 2020
6. Als het addendum eindigt, om wat voor reden dan ook, blijven de artikelen op het moment van beëindiging van kracht, voor zover dit voor de afwikkeling van het addendum noodzakelijk is.
Artikel 2 Beschikbaarheidsfinanciering
1. De gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering van opdrachtnemer wordt bepaald aan de hand van het maandgemiddelde van de omzet van opdrachtnemer over de maanden januari en februari 2020, rekening houdend met de mate van voorfinanciering in geval van traject gefinancierde arrangementen. Dit houdt in, de toegekende, gestarte en gedeclareerde toegerekende omzet in de maand februari conform de door de centrumgemeente gehanteerde toerekeningsregels, zoals ook gehanteerd wordt in de invulinstructie van de productieverantwoording 2019. De tarieven worden gehanteerd van het jaar waarin de toekenning gestart is.
2. Op grond van de notitie ‘Uitwerking continuïteit van financiering Jeugdwet en WMO’ (VNG en Rijk) bestaat de (maand)omzet uit de volgende onderdelen:
o Zorg die op reguliere wijze geleverd is (en die op de reguliere manier gedeclareerd wordt);
o Zorg die vanwege de coronamaatregelen op alternatieve wijze is geleverd (maar zoveel mogelijk op reguliere manier gedeclareerd wordt);
o Vraaguitval c.q. minder levering van zorg (lumpsum omzetdaling). In ons geval gaat het hier om zorg waar geen prestatie tegenover staat.
3. Opdrachtgever voert een zogenoemde stresstest uit op aangeleverde gegevens van opdrachtnemer om vast te stellen of men in aanmerking komt voor de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering.
4. Wanneer opdrachtnemer haar personeel volledig uit een andere entiteit inhuurt komt de opdrachtnemer niet in aanmerking voor de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering. Opdrachtnemer die haar personeel gedeeltelijk inhuurt via een andere entiteiten kan aanspraak maken op de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering indien voldaan is aan de voorwaarden zoals gesteld in artikel 2, lid 3 en artikel 5.
5. De gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering is van toepassing wanneer er sprake is van onderaanneming (zoals gesteld in de DVO en haar bijlagen) en voldaan is aan de voorwaarden zoals gesteld in artikel 2, lid 3 en artikel 5.
6. Onder de gerealiseerde omzet wordt begrepen: de zorg die op reguliere wijze geleverd is en de zorg die vanwege de coronamaatregelen op alternatieve wijze is geleverd, de zorg die niet is geleverd maar waar wel reeds een toekenning voor is afgegeven en waarop reeds zorg is geleverd
waarvan conform de toerekening valt in de periode 1 maart 2020 tot 1 juli 2020. Deze zorg wordt op de reguliere wijze (conform de afspraken zoals omschreven in bijlage 1 van de Dienstverleningsovereenkomst sociaal domein Jeugd en Begeleiding Jeugd) gedeclareerd door middel van het berichtenverkeer.
7. Indien er sprake is dat de gerealiseerde omzet lager is dan de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering en er wordt voldaan aan de voorwaarden om deze gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering te verkrijgen dan komen opdrachtnemer en opdrachtgever het bedrag wat opdrachtnemer dient te factureren overeen. Hierbij worden ook de minderkosten zoals bedoel in artikel 3 meegenomen. Indien de gerealiseerde (toegerekende) maandomzet hoger is dan de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering, dan heeft de opdrachtnemer geen recht op de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering en factureert de opdrachtnemer geen beschikbaarheidsfinanciering.
8. Opdrachtnemer stuurt de factuur naar xxxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx, onder vermelding van “gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering Sociaal Domein Zuid-Limburg
<maand> <Jeugdwet>”.
9. Opdrachtgever betaalt, na beoordeling, de factuur uit op het in de crediteurenadministratie bekende rekeningnummer van opdrachtnemer.
Artikel 3 (Minder)kosten
1 Opdrachtnemer informeert opdrachtgever onverwijld indien de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering van opdrachtnemer te hoog is vastgesteld in relatie tot de kosten van opdrachtnemer. De gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering wordt met het bedrag aan minderkosten verlaagd.
2 Onder minderkosten wordt verstaan: kosten die zich in de periode van 1 maart 2020 tot 1 juli 2020 ten gevolge van de coronacrisis niet hebben voorgedaan. (Bijvoorbeeld: reiskosten, niet uitbetaling 0-uren contracten, niet verlengde tijdelijke contracten, ontslagen vaste medewerkers enz.).
Indien opdrachtnemer voor de duur van dit addendum geen kosten maakt, die onder normale omstandigheden worden vergoed door opdrachtgever (hierna: minderkosten), informeert opdrachtnemer hierover opdrachtgever. Opdrachtgever overlegt met opdrachtnemer over de verrekening van de minderkosten. Onder minderkosten kan in dit verband minder personele en/of andere variabele kosten worden verstaan.
3 De volgende niet limitatieve opsomming van de kostensoorten komen niet aanmerking voor de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering:
x Afschrijvingskosten op goodwill;
x Afschrijving op research en development (innovatiegelden);
x Niet-operationele kosten;
x Kosten boven de gecumuleerde WNT-norm.
4 Opdrachtnemer verklaart vóór 1 september 2020 - op basis van een door opdrachtgever opgesteld format gelijk aan het format en de verdelingssystematiek van de meerkosten – welke
minderkosten de opdrachtnemer in de periode van 1 maart 2020 tot 1 juli 2020 heeft gemaakt. Indien een aanbieder te maken heeft met meerdere opdrachtgevers of meerdere financieringsstromen gaan wij ervan uit dat de gehanteerde verdeelsleutel minderkosten gelijk is aan de gehanteerde verdeelsleutel meerkosten.
5 Hierbij dient opdrachtnemer tevens expliciet te verklaren in hoeverre hij een beroep heeft gedaan op landelijke ondersteuningsmaatregelen/voorliggende voorzieningen, zoals bijvoorbeeld de tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid.
6 Opdrachtgever behoudt zich de mogelijkheid voor indien er een vermoeden bestaat van misbruik of oneigenlijk gebruik van deze regeling om dit nader te onderzoeken, eventueel te veel betaalde middelen terug te vorderen en een sanctie op te leggen op grond van de bepalingen zoals opgenomen in de DVO en het daarbij behorende Sanctieprotocol. Opdrachtgever zal op basis van een opgesteld risicoprofiel van opdrachtnemer steekproefsgewijs en risicogericht getoetst worden.
Artikel 4 Meerkosten
1 Meerkosten betreffen de hieronder cumulatieve weergegeven directe aantoonbaar en noodzakelijke extra kosten:
o die een zorgaanbieder maakt gedurende de periode van 1 maart 2020 tot 1 juli 2020 en;
o die duidelijk het gevolg zijn van de coronamaatregelen van het Rijk, in het bijzonder het volgen van de richtlijnen van het RIVM en;
o die onder reguliere omstandigheden niet gemaakt hoefden te worden en;
o die noodzakelijk zijn om de gewenste zorg te kunnen blijven continueren die voldoen aan de RIVM-richtlijnen en;
o die niet al op andere wijze zijn gecompenseerd, bijvoorbeeld via de in artikel 2 genoemde omzetgarantie.
2 Een verzoek tot vergoeding van meerkosten voor het eerste half jaar dient vóór 1 september 2020 door opdrachtnemer te worden ingediend op basis van een door opdrachtgever voorgeschreven format.
3 Verzoeken na deze datum worden door opdrachtgever niet meer in behandeling genomen en komen daarmee niet voor vergoeding als meerkosten in aanmerking.
4 Meerkosten komen slechts voor vergoeding in aanmerking nadat opdrachtgever hiermee heeft ingestemd en voor zover deze passen binnen de door het Rijk hiervoor beschikbaar gestelde budgetten.
Artikel 5 Administratie, declaratie en verantwoording
1. Opdrachtnemer informeert opdrachtgever gedurende de overeenkomst over de ontwikkelingen in zijn organisatie, meerkosten, het mogelijk alternatieve ondersteuningsaanbod en informeert Opdrachtgever over alle steunmaatregelen waar door hem een beroep op is gedaan.
2. Alle gegevens die door opdrachtnemer verstrekt dienen te worden aan opdrachtgever als gevolg van dit addendum, dienen op dusdanige wijze geregistreerd en geadministreerd te worden dat
achteraf inzicht verschaft kan worden aan opdrachtgever in de aangeleverde gegevens van opdrachtnemer.
3. Voor de vaststelling of opdrachtnemer in aanmerking komt voor de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering dienen op verzoek van opdrachtgever de door opdrachtgever noodzakelijke geachte gegevens aangeleverd te worden door opdrachtnemer. Hierbij worden o.a. de navolgende niet limitatieve gegevens verstaan:
o jaarcijfers van 2018 en 2019;
o inzicht in de juridische en economische structuur van de onderneming;
o het contract waaruit blijkt dat er sprake is van onderaanneming.
4. Opdrachtnemer is transparant en geeft inzicht in de inzet van haar personeel en de gemaakte kosten gedurende de periode 1 maart 2020 tot 1 juli 2020. Daarnaast geeft opdrachtnemer volledig inzicht in de aan haar verbonden entiteiten. Dit is onderdeel van de jaarverantwoording over het kalenderjaar 2020, waarbij opdrachtnemer zal voldoen aan de te zijner tijd geldende verantwoordingsvereisten.
5. Indien opdrachtnemer onderdeel uitmaakt van een concern dan wel groep, is opdrachtnemer transparant en geeft inzicht in de mate van doorbelasting van (personele) kosten naar andere maatschappijen van het concern dan wel groep en geeft inzicht in de resultaten van het concern dan wel groep.
6. De opdrachtnemer dient in haar administratie en verantwoording op maandbasis onderscheid te kunnen maken tussen de reguliere, alternatieve en de gegarandeerde maandelijkse beschikbaarheidsfinanciering op basis van de per maand toegerekende bedragen.
7. Indien de dienstverlening op een alternatieve wijze plaatsvindt, dan registreert opdrachtnemer de contact(momenten). Indien de dienstverlening door middel van digitaal contact wordt voortgezet, dan overlegt opdrachtnemer, bij wijze van steekproef, bewijs van dit digitale contact.
8. Een toewijzing (301-berichten) voor een groepsarrangement, in het kader van de Jeugdwet, wordt ingeval van een alternatieve individuele dienstverlening, niet gewijzigd naar een toewijzing (301- bericht) voor een individueel arrangement, maar wordt als rechtmatig beoordeeld onder de noemer van alternatieve dienstverlening.
9. Paragraaf 2.6.1 inzake “Geen jeugdhulp geleverd bij etmaal- en uur gefinancierde producten” in bijlage 3 behorend bij de DVO is niet van toepassing voor de duur van dit addendum. Als gedurende een etmaal geen overnachting heeft plaatsgevonden dan wel een uur geen jeugdhulp is geleverd, dan declareert opdrachtnemer het gemiddelde aantal etmalen dan wel uren dat tijdens de maanden januari en februari van het kalenderjaar 2020 op basis van de toewijzing (301-bericht) is geleverd. Opdrachtnemer verzoekt in dat verband om geen aanvullende producten bij de desbetreffende gemeente. Opdrachtnemer registreert de aan- en afwezigheid van haar cliënten ingeval van etmaal- en uur gefinancierde producten.
10. Paragraaf 2.1.3 inzake “Her- en verlengingsproces” en paragraaf 3.1.3 inzake “Herindicatieproces” in bijlage 3 behorend bij de DVO zijn opgeschort voor de periode 1 maart 2020 tot 1 juli 2020, in zoverre opdrachtnemer acht weken vóór het verlopen van de toewijzing (301-bericht) een verzoek om toewijzing (315-bericht) voor een verlenging stuurt. Vanaf 1 juli 2020 zullen deze opschortingen
van het her- en verlengingsproces met terugwerkende kracht worden afgehandeld op basis van inhoudelijke beoordeling en feitelijke levering. Dit zal uiterlijk 1 september 2020 afgerond dienen te zijn.
11. Opdrachtnemer specificeert haar personele kosten in haar jaarrekening naar het aantal FTE met een vast en flexibel dienstverband en zet dit af tegen de jaarrekening (t-1), dit in overeenstemming met artikel 3, lid 2.
12. Opdrachtnemer dient tijdig doch uiterlijk op de door het Ministerie van VWS vastgestelde datum de jaarrekening van de gecontracteerde entiteit aan te leveren via het portal DigiMV conform de voorschriften jaarverantwoording Ministerie VWS.
Artikel 6 Noodmaatregelen (voorliggende voorzieningen)
1. Opdrachtnemer betaalt (zelfstandig) personeel door ter voorkoming van een beroep van hen de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (hierna: TOZO).
2. Opdrachtnemer betaalt haar onderaannemer(s), waaronder vervoersbedrijven, door op eenzelfde wijze als overeengekomen in artikel 2. Opdrachtnemer vertaalt deze afspraken door naar haar onderaannemer(s).
3. Indien personeel en, indien van toepassing, onderaannemer(s) door opdrachtnemer niet worden doorbetaald en/of een beroep gedaan op de NOW respectievelijk de TOZO, dan informeert opdrachtnemer hierover opdrachtgever door een e-mail te sturen naar xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx, onder vermelding van de voor- en achternaam van de persoon die een beroep heeft gedaan op de voornoemde regelingen.
Artikel 7 Wijzigingen
Opdrachtgever kan op basis van wetswijzigingen, de publicatie van Rijksregelingen, Richtlijnen of Handreikingen van de VNG of VWS besluiten de inhoud van dit addendum aan te passen.
Artikel 8 Uitsluiting
Opdrachtgever kan opdrachtnemer:
- waarvan de integriteit (van de organisatie of het bestuur) ter discussie staat door een lopend fraude- of strafrechtelijk onderzoek; of
- waarbij aantoonbaar ernstige twijfels bestaan over de betrouwbaarheid van de bedrijfsadministratie uitsluiten van deelname aan dit addendum.
Aldus overeengekomen:
Opdrachtgever
Gemeente Maastricht | |
Naam | |
Functie | |
Datum | |
Handtekening |
Opdrachtnemer
Bedrijfsnaam | |
KvK-nummer | |
AGB-code | |
Naam tekenbevoegde persoon | |
Handtekening tekenbevoegde persoon | |
Dagtekening ondertekening |