P&V Burgerlijke Aansprakelijkheid Leerkracht
Algemene voorwaarden
P&V Burgerlijke Aansprakelijkheid Leerkracht
REF. PV 556/09-2022
P&V is een merk van P&V Verzekering cv | TEL. x00 (0)0 000 00 00 | ||
Xxxxxxxxxxxxx 000 - 0000 Xxxxxxx | BTW BE 0402 236 531 | IBAN XX00 0000 0000 0000 | |
Verzekeringsonderneming toegelaten onder code 0000 | XXX Xxxxxxx | BIC XXXXXXXX |
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 De verzekering burgerlijke aansprakelijkheid pg 3
Artikel 1 – Voorwerp van de verzekering burgerlijke aansprakelijkheid pg 3
Artikel 2 – Gedekte aansprakelijkheid pg 3
Artikel 3 – Gedekte schade pg 3
Artikel 4 – Verzekeringsgebied pg 3
Artikel 5 – Bedrag van de waarborg pg 3
Artikel 6 – Vrijsteling pg 4
Artikel 7 – Geldigheid van de waarborg in de tijd pg 4
Artikel 8 – Beperkingen van de waarborg pg 4
Hoofdstuk 2 De verzekering rechtsbijstand pg 5
Omvang van de waarborg pg 5
Artikel 9 – Voorwerp van de verzekering rechtsbijstand pg 5
Artikel 10 – Uitbreiding tot andere begunstigden pg 6
Artikel 11 – Waar is de verzekering rechtsbijstand geldig? pg 6
Artikel 12 – Tot welk bedrag komt de maatschappij tussen? pg 6
Artikel 13 – Geldigheid van de waarborg in de tijd pg 6
Artikel 14 – Wat is de drempel voor de tussenkomst? pg 6
Artikel 15 – Welke zijn de uitsluitingen? pg 7
Wie doet wat bij een schadegeval? pg 8
Artikel 16 – Wat neemt de maatschappij ten laste? pg 8
Artikel 17 – Recht op minnelijke schikking pg 8
Artikel 18– Tussenkomst van een advocaat pg 8
Artikel 19 – Tussenkomst van een technisch adviseur pg 9
Artikel 20 – Een meningsverschil tussen de maatschappij en de verzekerde pg 9
Hoofdstuk 3 De administratieve bepalingen pg 10
Bepalingen in verband met de premie pg 10
Artikel 21 – Betaling van de premie pg 10
Artikel 22 – Niet betaling van de premie pg 10
Bepalingen in verband met een schadegeval pg 11
Artikel 23 – Schadegeval pg 11
Artikel 24 – Niet-tegenstelbaarheid van bepaalde acties pg 13
Artikel 25 – Subrogatie pg 12
Artikel 26 – Afstand van verhaal pg 12
Bepalingen in verband met het verloop van de overeenkomst pg 12
Artikel 27 – De aanvang en de duur van de overeenkomst pg 12
Artikel 28 – Wijziging van de verzekeringsvoorwaarden pg 12
Artikel 29 – Wijziging van de premie pg 13
Artikel 30 – Wijziging van het recht pg 13
Artikel 31 – Opzegging van de overeenkomst pg 13
Artikel 32 – Informatieplicht van de verzekeringnemer pg 15
Artikel 33 – Verjaringstermijn pg 15
Artikel 34 – Verbintenissen aangegaan door de tussenpersoon pg 15
Artikel 35 – Bestemmelingen van de mededelingen en kennisgevingen pg 15
Artikel 36 – De bevoegde rechtsmacht pg 15
Artikel 37 – Hierarchie van de bepalingen in deze overeenkomst pg 15
Verklarende woordenlijst pg 16
Wettelijke vermeldingen pg 18
P&V Burgerlijke Aansprakelijkheid Leerkracht
HOOFDSTUK 1 DE VERZEKERING BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID
Artikel 1 – Voorwerp van de verzekering burgerlijke aansprakelijkheid
De maatschappij waarborgt de verzekerde tegen de geldelijke gevolgen van zijn burgerlijke aansprakelijkheid wegens schade aan
derden toegebracht in het kader van de verzekerde activiteit:
a) door hemzelf, zelfs als de schade voortvloeit uit een vergissing, nalatigheid, verzuim of onvoorzichtigheid,
b) door zijn tijdelijke hulpkrachten en vervangers, en door zijn stagiairs,
c) door de leerlingen of alle personen die de lessen volgen of deelnemen aan de verzekerde activiteiten onder zijn toezicht,
d) door de gebruikte roerende en onroerende goederen (al of niet bebouwd) en de dieren.
Mits vermelding in de bijzondere voorwaarden, wordt de waarborg uitgebreid tot de burgerlijke aansprakelijkheid van de verzekerde door het feit van zijn assistenten, zijn gebruikelijke hulpkrachten en zijn aangestelden, evenals tot de persoonlijke burgerlijke aansprakelijkheid van deze personen.
Artikel 2 – Gedekte aansprakelijkheid
De waarborg wordt verleend op basis van de aansprakelijkheidsregels volgens Belgisch en buitenlands recht zoals die van kracht zijn op het ogenblik dat de schade zich voordoet.
De verzekerde aansprakelijkheid is de buitencontractuele en de contractuele aansprakelijkheid.
Artikel 3 – Gedekte schade
De maatschappij waarborgt de vergoeding voor de lichamelijke schade, de materiële schade en de immateriële gevolgschade.
Artikel 4 – Verzekeringsgebied
De verzekering is geldig in de hele wereld, in zover de verzekeringnemer zijn hoofdverblijfplaats in België heeft.
Artikel 5 – Bedrag van de waarborg
De waarborg wordt verleend, per schadegeval, tot beloop van het in de bijzondere voorwaarden vermelde bedrag.
De maatschappij neemt eveneens ten laste, en dit zelfs boven de verzekerde bedragen:
- de reddingskosten bestemd om schade gedekt door deze overeenkomst te voorkomen of te beperken,
- de intresten op de in hoofdsom verschuldigde schadevergoeding,
- de kosten betreffende de burgerlijke rechtsvorderingen evenals de erelonen en kosten van advocaten en experten, doch enkel indien deze kosten door haar of met haar toestemming werden gemaakt of, in geval van belangenconflict dat niet aan de verzekerde toe te schrijven is, voorzover deze kosten niet op onredelijke wijze zijn gemaakt.
De tussenkomst van de maatschappij in de intresten en de kosten gebeurt in de verhouding tussen het bedrag van de waarborg en de totale geldelijke vergoeding waartoe de verzekerde gehouden is.
Boven het verzekerd bedrag van de waarborg is de tussenkomst van de maatschappij, in de reddingskosten enerzijds en de intresten en de kosten anderzijds, als volgt beperkt:
- tot 495.787,05 EUR indien het verzekerd bedrag van de waarborg lager is dan of gelijk aan 2.478.935,25 EUR,
- tot 495.787,05 EUR plus 20% van het gedeelte van het verzekerd bedrag van de waarborg dat tussen 2.478.935,25 EUR en 12.394.676,24 EUR ligt,
- tot 2.478.935,25 EUR plus 10% van het gedeelte van het verzekerd bedrag van de waarborg dat boven 12.394.676,24 EUR ligt, met een maximumtussenkomst van 9.915.740,99 EUR.
Deze bedragen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. Het basisindexcijfer is dit van november 1992, d.i. 113,77 (basis 1988 = 100).
Artikel 6 – Vrijstelling
Een vrijstelling per schadegeval wordt ingehouden op het bedrag van de materiële schade en de immateriële gevolgschade vermengd, indien hiervoor een bedrag in de bijzondere voorwaarden is voorzien.
Artikel 7 – Geldigheid van de waarborg in de tijd
De waarborg is verworven voor zover de schade zich binnen de geldigheidsduur van de waarborg voordeed. De waarborg blijft verworven voor vorderingen die na de looptijd van de waarborg worden ingediend.
Artikel 8 – Beperkingen van de waarborg
De maatschappij waarborgt niet de schade:
1. veroorzaakt door opzet van een verzekerde,
2. veroorzaakt door dronkenschap of een vergelijkbare toestand door het nuttigen van andere producten dan alcoholische dranken van een verzekerde, of ingevolge weddenschappen en uitdagingen,
3. veroorzaakt door gewelddaden jegens personen of kwaadwillige beschadiging van goederen gepleegd door een verzekerde,
4. veroorzaakt door oorlog, burgeroorlog, terrorisme en feiten van dezelfde aard,
5. veroorzaakt door wapens of tuigen die bestemd zijn te ontploffen door een structuurwijziging van de atoomkern, elke kernbrandstof, radioactief product of radioactief afval of elke andere bron van ioniserende stralingen en waarvoor uitsluitend de exploitant van een kerncentrale aansprakelijk is, elke bron van ioniserende stralingen (inzonderheid elke radio-isotoop) die wordt gebruikt buiten een kerninstallatie en waarvan de verzekerden of een persoon waarvoor ze instaan eigenaar, bewaarder of gebruiker zijn,
6. veroorzaakt door een milieuaantasting die niet het gevolg is van een plotse, onopzettelijke en onvoorziene gebeurtenis of die het gevolg is van een inbreuk op de wetten en reglementeringen inzake bescherming van het leefmilieu,
7. die voortvloeit uit een aansprakelijkheid waarvoor een wettelijke verzekeringsplicht geldt. Nochtans is deze uitsluiting niet van toepassing op de schade veroorzaakt door personen waarvoor de verzekerden verantwoordelijk zijn en die buiten het medeweten van hun ouders, van de verzekerden of de houder van het voertuig, een motorrijtuig besturen zonder hiervoor de wettelijke vereiste leeftijd te hebben.
8. materiële schade veroorzaakt door vuur, door een brand, een ontploffing, of door rook die ontstaat in of overslaat van de gebouwen waarvan de verzekerden eigenaar, huurder of bewoner zijn. Deze uitsluiting is evenwel niet van toepassing op de gebouwen die tijdelijk of toevallig door de verzekerden bewoond worden o.a. ter gelegenheid van buitenschoolse activiteiten of stages.
9. aan roerende en onroerende goederen en dieren die de verzekerde onder zijn bewaking heeft (zonder afbreuk aan artikel 8.8).
10. aan kledij, uurwerken, schoolbenodigdheden, juwelen en brillen.
11. voortvloeiend uit privé-overeenkomsten tussen de verzekerden en derden in de mate dat ze deze die wettelijk of reglementair voorzien zijn overschrijden.
12. veroorzaakt door activiteiten waarvoor de verzekerde niet beschikt over de wettelijke of reglementaire kwalificaties.
HOOFDSTUK 2 DE VERZEKERING RECHTSBIJSTAND
Deze waarborg is enkel verworven indien deze vermeld is in de bijzondere voorwaarden.
De bepalingen van de andere hoofdstukken van deze overeenkomst zijn van toepassing op de waarborg rechtsbijstand voor zover ze niet in strijd zijn met de specifieke bepalingen van dit hoofdstuk.
OMVANG VAN DE WAARBORG
Artikel 9 – Voorwerp van de verzekering rechtsbijstand
De verzekering rechtsbijstand heeft tot doel rechtsbijstand aan te bieden bij schadegevallen die de verzekerde treffen in het kader van de verzekerde activiteiten. De verzekerde materies zijn:
1. De strafrechtelijke verdediging
Bij een schadegeval dat gewaarborgd is in de waarborg burgerlijke aansprakelijkheid neemt de maatschappij de strafrechtelijke verdediging van de verzekerde ten laste, wanneer hij wordt vervolgd wegens inbreuk op wetten, besluiten, decreten en / of reglementen.
2. Het buitencontractueel burgerlijk verhaal
Wanneer een verzekerde lichamelijke of materiële schade lijdt in het kader van de verzekerde activiteit, waarbij naar Belgisch of naar buitenlands recht de buitencontractuele aansprakelijkheid van een derde in het gedrang komt of die derde een wettelijke vergoedingsplicht heeft, zal de maatschappij de nodige rechtsmiddelen aanwenden om een schadevergoeding te bekomen van de aansprakelijke derde of diens verzekeraar.
3. De contractuele geschillen met de verzekeraar “burgerlijke aansprakelijkheid”
De maatschappij verleent bijstand wanneer zich een contractueel geschil voordoet over de interpretatie of de toepassing van de algemene voorwaarden van deel 1 (burgerlijke aansprakelijkheid) van deze overeenkomst
4. Administratieve bijstand bij opzettelijke gewelddaden
De maatschappij verleent administratieve bijstand om de noodzakelijke formaliteiten te vervullen met het oog op het bekomen van een vergoeding door de Commissie voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden, wanneer de verzekerden, ten gevolge van die gewelddaden, een beroep kunnen doen op de waarborg burgerlijk verhaal van deze overeenkomst.
5. Insolventie van derden
Wanneer de aansprakelijke derde onvermogend is en zijn onvermogen werd vastgesteld door het mislukken van een procedure van gedwongen tenuitvoerlegging, waarborgt de maatschappij de betaling van het bedrag dat aan de verzekerde in hoofdsom als vergoeding voor zijn schade door een rechtbank werd toegekend.
Echter deze waarborg wordt pas toegestaan indien de verzekerde kon genieten van de waarborg «buitencontractueel burgerlijk verhaal» in het kader van een vordering tot schadevergoeding gegrond op een burgerrechtelijke buitencontractuele aansprakelijkheid of een wettelijke vergoedingsplicht en onder voorwaarde dat de aansprakelijke derde een niet opzettelijke daad beging.
Deze waarborg wordt dus ondermeer niet verleend ingeval van diefstal, afpersing of fraude,poging tot diefstal,afpersing of fraude, inbraak, agressie, gewelddaden, vandalisme en misbruik van vertrouwen.
Deze vergoeding wordt betaald na aftrek van een vrijstelling van 250 EUR.
6. Voorschotten
Wanneer de verzekerde geniet van de dekking «buitencontractueel burgerlijk verhaal» van deze overeenkomst ingevolge een niet opzettelijke daad veroorzaakt door een behoorlijk geïdentificeerde derde, van wie de burgerrechtelijke buitencontractuele aansprakelijkheid of de wettelijke vergoedingsplicht onbetwistbaar vaststaat, betaalt de maatschappij, indien de verzekerde het vraagt, het niet betwiste bedrag vooruit waarop hij recht heeft als vergoeding van zijn schade.
Dit voorschot zal pas toegekend worden nadat de verzekerde schriftelijk zijn akkoord heeft gegeven aan de maatschappij om zijn vordering, tot beloop van de vergoeding aan de maatschappij af te staan of terug te betalen zodra hij ze ontvangt.
Deze waarborg wordt pas toegestaan onder voorwaarde dat de aansprakelijke derde een niet opzettelijke daad beging. Deze waarborg wordt dus ondermeer niet verleend ingeval van diefstal, afpersing of fraude, poging tot diefstal, afpersing of fraude, inbraak, agressie, gewelddaden, vandalisme en misbruik van vertrouwen.
Dit voorschot zal betaald worden na aftrek van een vrijstelling van 250 EUR.
7. De strafrechtelijke borgstelling
Wanneer ingevolge een gebeurtenis waarvoor de verzekerde kan genieten van de waarborg « strafrechtelijke verdediging » van deze overeenkomst, een strafrechtelijke borgtocht in het buitenland geëist wordt door de plaatselijke overheden teneinde, hetzij zijn invrijheidsstelling te bekomen wanneer hij in voorlopige hechtenis is genomen, hetzij zijn vrijheid te behouden indien hij dreigt in hechtenis te worden genomen, betaalt de maatschappij deze borgtocht vooruit.
Het voorgeschoten bedrag, vermeerderd met de in België geldende wettelijke intresten en met de eventuele terugvorderingskosten, moet terugbetaald worden, zodra de borgtocht is vrijgegeven of zodra de verzekerde definitief is veroordeeld.
8. Genadeverzoek
Indien, ten gevolge van een gewaarborgd schadegeval, de verzekerden veroordeeld werden tot een effectieve gevangenisstraf dekt de maatschappij het genadeverzoek.
Artikel 10 – Uitbreiding tot andere begunstigden
De ouders en verwanten van de verzekerde kunnen ook een beroep doen op de waarborg “buitencontractueel burgerlijk verhaal” om van de aansprakelijke derde een vergoeding te bekomen van hun eigen schade, met inbegrip van de morele schade, die zij lijden door het overlijden van de verzekerde. In dit geval zijn de verzekeringsvoorwaarden die op de verzekerde van toepassing zijn eveneens op hen van toepassing.
Artikel 11 – Waar is de verzekering rechtsbijstand geldig ?
De waarborg is geldig in de landen waar de waarborg burgerlijke aansprakelijkheid van deze overeenkomst (artikel 4) van toepassing is.
Artikel 12 – Tot welk bedrag komt de maatschappij tussen ?
Het maximaal verzekerde bedrag per schadegeval bedraagt 25.000 €, alle taksen inbegrepen, en dit ongeacht het aantal
verzekerden dat bij dit schadegeval betrokken is.
De verzekerde bedragen worden teruggebracht tot 15.000 € voor de waarborgen contractuele geschillen met de verzekeraar
“burgerlijke aansprakelijkheid” (artikel 9.3), insolventie van derden (artikel 9.5) en voorschotten (artikel 9.6).
Artikel 13 – Geldigheid van de waarborg in de tijd
Het schadegeval moet zich voordoen wanneer de waarborg rechtsbijstand van kracht is.
De waarborg is evenwel niet van toepassing voor schadegevallen die hun oorsprong hebben in een feit dat of omstandigheid die dateert van vóór de aanvang van de waarborg rechtsbijstand. De dekking wordt echter wel toegekend indien de verzekerde het bewijs voorlegt dat hij vóór de aanvang van de waarborg rechtsbijstand, redelijkerwijze niet kon weten dat dit feit of deze omstandigheid een betwistbaar karakter had.
De waarborg is van toepassing op schadegevallen die zich ten laatste zes maanden na het einde ervan voordoen, voor zover de gebeurtenis of omstandigheid die aan de oorsprong ligt van het schadegeval, zich heeft voorgedaan terwijl de waarborg rechtsbijstand nog van kracht was.
Artikel 14 – Wat is de drempel voor de tussenkomst ?
Wanneer een gerechtelijke procedure noodzakelijk is, is de waarborg verworven op voorwaarde dat de inzet van het geschil, indien die becijferbaar is, in hoofdsom 500 EUR overschrijdt.
De drempel wordt gebracht op 2.500 EUR voor de geschillen voor het Hof van Cassatie of voor een vergelijkbare rechtsinstantie in het buitenland.
Voornoemde bedragen gelden per schadegeval, ongeacht het aantal bij het schadegeval betrokken verzekerden.
Artikel 15 – Wat zijn de uitsluitingen?
Behalve de uitsluitingen die in een ander artikel van deel 2 “de verzekering rechtsbijstand” vermeld zijn, zijn eveneens uitgesloten:
1. de kosten en erelonen, verbonden aan opdrachten, gegeven vóór de aangifte van het schadegeval of zonder overleg met de maatschappij, tenzij blijkt dat zij dringend noodzakelijk waren m.b.t. de aangiftedatum of betrekking hadden op dringende bewarende maatregelen,
2. schadegevallen m.b.t. de betwisting van kosten en honoraria van de personen die de belangen van een verzekerde verdedigen in het kader van het door deze verzekering gedekte schadegeval (expert, advokaat, enz),
3. de boetes, opdeciemen en transacties met het Openbaar Ministerie, evenals de bedragen in hoofdsom en de bijkomende bedragen waartoe de verzekerden zouden kunnen veroordeeld worden, waarin ook begrepen zijn de bijdragen tot de bij wet opgerichte speciale fondsen,
4. schadegevallen die onder de bevoegdheid vallen van de internationale of supranationale rechtbanken of van het Grondwettelijk Hof,
5. schadegevallen die het gevolg zijn van een opzettelijk feit dat door een verzekerde wordt begaan, ondermeer bij diefstal of poging tot diefstal, afpersing, fraude, oplichting, valsheid in geschriften, ongegronde wanbetaling, inbraak, agressie, gewelddaden, vandalisme en misbruik van vertrouwen,
6. schadegevallen die het gevolg zijn van een geval van grove schuld van een verzekerde:
- staat van dronkenschap of een gelijkaardige toestand, gevolg van het gebruik van andere producten dan alcoholische dranken,
- gewelddaden begaan op personen of kwaadwillige beschadiging van goederen,
- roekeloze en duidelijk gevaarlijke daden, zoals vechtpartijen, ordeverstoring, weddenschappen en uitdagingen, tenzij de
verzekerde bewijst dat hij er niet actief aan deelnam en hij niet de aanstoker of uitdager was.
7. schadegevallen die het gevolg zijn van misdaden of gecorrectionaliseerde misdaden van een verzekerde.
Wanneer de verzekerde vervolgd wordt wegens opzettelijke misdrijven, met uitsluiting van misdaden of gecorrectionaliseerde misdaden, zal de dekking worden verleend voor zover de in kracht van gewijsde gegane rechterlijke beslissing hem vrijspreekt,
8. zonder afbreuk aan artikel 9.3, schadegevallen die verband houden met contractuele verplichtingen, m.i.v. de interpretatie of de uitvoering van de onderhavige verzekering rechtsbijstand,
9. schadegevallen voortvloeiend uit een oorlog, een burgeroorlog of uit gelijkaardige feiten, evenals uit terrorisme,
10. schadegevallen die het gevolg zijn van het gebruik door de verzekerde:
- van zeilboten van meer dan 300 kg, van motorboten en van jet-skis van meer dan 10 PK DIN, waarvan hij eigenaar of leasingnemer is,
- van luchtvaartuigen,
11. schadegevallen die verband houden met het gebruik van een motorvoertuig dat op grond van de wet van 21 november 1989 verzekerd moet zijn.
De waarborg is evenwel verworven voor het verhaal als zwakke weggebruiker (artikel 9.2.),
12. het burgerlijk verhaal dat de verzekerde instelt om een vergoeding te vorderen voor zuiver immateriële schade, dit is o.a. de economische of financiële schade (genotsderving, winstverlies, enz) of morele schade die niet het gevolg zijn van lichamelijke of materiële schade geleden door de verzekerde,
13. schadegevallen die rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg zijn van radioactiviteit of nucleaire energie, zoals omschreven in artikel 8.5.
14. schadegevallen die voortvloeien uit betwiste rechten (dit zijn rechten die het voorwerp uitmaken van een betwisting) die aan de verzekerde worden overgedragen door successie, afstand of conventionele subrogatie, of aangaande rechten van derden die de verzekerde wil doen gelden in eigen naam,
15. collectieve acties die uitgaan van een groep van minstens 10 personen.
WIE DOET WAT BIJ EEN SCHADEGEVAL?
Artikel 16 – Wat neemt de maatschappij ten laste?
De maatschappij neemt de bijstand van de verzekerde op zich door hem te garanderen dat alle middelen zullen aangewend worden om een minnelijke, gerechtelijke, buitengerechtelijke of administratieve oplossing te vinden.
Behalve de uitgaven veroorzaakt door het beheer van het schadegeval neemt de maatschappij eveneens op zich, binnen de perken van de waarborg en ten belope van de verzekerde bedragen:
- de kosten voor het geheel van acties, onderzoeken en opdrachten,
- de kosten en honoraria van de advocaat of ieder ander persoon die de vereiste kwalificaties heeft overeenkomstig de op de procedure toepasselijke wet, die overeenkomstig de voorwaarden van deze verzekering is aangesteld,
- de kosten en erelonen van de deskundigen, technische adviseurs, gerechtsdeurwaarders, bemiddelaars en arbiters noodzakelijk voor de verdediging van de rechten van de verzekerde,
- de kosten voor de gerechtsprocedures en de kosten van tenuitvoerlegging – met inbegrip van de strafrechtelijke zaken – en de buitengerechtelijke procedures,
- wanneer ingevolge een gedekt schadegeval de persoonlijke verschijning van de verzekerde voor een buitenlands Hof of Rechtbank wettelijk vereist is of bevolen wordt:
° de verplaatsingskosten per trein in eerste klasse of per vliegtuig in economische of gelijkwaardige klasse, en
° de verblijfkosten (overnachting inclusief ontbijt),
in zover deze kosten op een redelijke wijze werden uitgegeven.
In de mate van het mogelijke worden deze kosten rechtstreeks betaald zonder dat de verzekerde ze dient voor te schieten. Indien deze echter btw-plichtig bent, wordt deze belasting slechts ten laste genomen in de mate dat ze niet terugvorderbaar is.
Behalve in het geval van dringende conservatoire maatregelen, zijn deze kosten en honoraria echter maar gewaarborgd wanneer de stappen en plichten waaruit ze voortvloeien, werden verricht en vervuld met het voorafgaande akkoord van de maatschappij.
Artikel 17 – Recht op minnelijke schikking
Zodra een schadegeval wordt aangegeven, neemt de maatschappij de verdediging van de belangen van de verzekerde op zich. Samen met de verzekerde gaat de maatschappij na welke maatregelen moeten worden genomen, en verbindt zich ertoe om alles in het werk te stellen om de belangen van deze laatste te verdedigen.
De maatschappij verbindt zich ertoe om alle nodige stappen te ondernemen om tot een minnelijke schikking te komen. Het spreekt voor zich dat geen enkel voorstel of geen enkele transactie wordt aanvaard zonder voorafgaande toestemming van de verzekerde.
Tenzij in hoogdringende gevallen neemt de maatschappij het automatisch beroep doen op een advocaat niet ten laste. Indien de verzekerde een advocaat aanstelt zonder de maatschappij hiervan van tevoren op de hoogte te brengen, heeft deze het recht om te weigeren, de kosten en honoraria die nadien van haar worden geëist, te betalen.
Artikel 18 – Tussenkomst van een advocaat
Wanneer moet worden overgegaan tot een gerechtelijke, administratieve of arbitrageprocedure, kan de verzekerde vrij een advocaat of iedere andere persoon kiezen die, krachtens de op de procedure toepasselijke wet, de vereiste kwalificaties heeft om zijn belangen te verdedigen, te vertegenwoordigen of te behartigen.
In het geval van arbitrage, bemiddeling of een andere erkende buitengerechtelijke vorm van geschillenbeslechting, kan de
verzekerde vrij een persoon kiezen die de vereiste kwalificaties heeft en die daartoe is aangewezen.
Ook in het geval er zich een belangenconflict voordoet met de maatschappij, is de verzekerde vrij in de keuze van een advocaat of, zo hij er de voorkeur aan geeft, iedere andere persoon die de vereiste kwalificaties heeft krachtens de op de procedure toepasselijke wet om zijn belangen te verdedigen.
Indien de verzekerde aan een advocaat vraagt om te pleiten buiten het land waarmee hij verbonden is, dan blijven de bijkomende kosten en honoraria die hierdoor ontstaan, ten laste van de verzekerde.
De verzekerde verbindt zich ertoe om op verzoek van de maatschappij, de tussenkomst te vragen van de bevoegde overheden om het bedrag van de kosten en honoraria te bepalen van de advocaat die hem heeft bijgestaan voor de verdediging van zijn belangen.
Artikel 19 – Tussenkomst van een technisch adviseur
Indien dat noodzakelijk zou blijken, kan de verzekerde een beroep doen op een technisch adviseur waarvan de tussenkomst gerechtvaardigd is doordat een van de door de verzekering rechtsbijstand voorziene waarborgen wordt uitgevoerd, maar uitsluitend nadat hij van de maatschappij een gunstig advies heeft gekregen betreffende de mogelijkheid om een technisch adviseur in te schakelen. De verzekerde verbindt zich ertoe om vóór de eerste raadpleging aan de maatschappij de gegevens door te geven van de technisch adviseur die hij heeft gekozen.
Indien de verzekerde een beroep doet op een technisch adviseur of een tegenexpert die gevestigd is in een ander land dan dat waar de opdracht moet worden uitgevoerd, blijven de bijkomende kosten en honoraria die daarvan het gevolg zijn, ten laste van de verzekerde.
Indien de verzekerde een andere technisch adviseur neemt, zal de maatschappij alleen de kosten en honoraria van de eerste technisch adviseur voor zijn rekening nemen, behalve indien deze verandering het gevolg is van redenen die buiten de wil van de verzekerde liggen.
Artikel 20 – Een meningsverschil tussen de maatschappij en de verzekerde
1. Zonder afbreuk te doen aan punt 2. van dit artikel, kan de maatschappij haar medewerking weigeren of haar tussenkomst stopzetten:
- wanneer zij meent dat een voorstel tot regeling billijk is;
- wanneer zij meent dat een rechtsvordering of een verhaal tegen een gerechtelijke beslissing geen ernstige kans op succes heeft;
- wanneer blijkt dat de als aansprakelijke beschouwde derde onvermogend is;
- wanneer de verzekerde niet verschijnt voor de rechtbank, hoewel zijn persoonlijke verschijning door de rechtspleging vereist wordt.
2. In geval van een meningsverschil met de maatschappij over de gedragslijn die zal worden gevolgd voor de regeling van het schadegeval, en nadat de maatschappij schriftelijk haar standpunt over de te volgen gedragslijn of haar weigering om de stelling van de verzekerde te volgen, heeft meegedeeld, kan de verzekerde, als hij het niet eens is met de visie van de maatschappij, de advocaat raadplegen die reeds met de zaak is belast of, bij ontstentenis, een advocaat van zijn keuze (of om het even welke andere persoon die de door de toepasselijke wet vereiste kwalificaties heeft).
Indien de advocaat het standpunt van de maatschappij bevestigt, draagt de verzekerde de helft van de honoraria en kosten van deze raadpleging.
Indien de verzekerde, tegen het advies van de advocaat, op eigen kosten een procedure begint en een beter resultaat behaalt dan wat hij zou hebben bereikt door het standpunt van de maatschappij te aanvaarden, dan verbindt de maatschappij zich ertoe dekking te verlenen en de kosten van deze raadpleging die ten laste van de verzekerde zouden zijn gebleven, terug te betalen.
Indien de advocaat echter de stelling van de verzekerde bevestigt, geniet deze van de waarborg, met inbegrip van de kosten van deze raadpleging.
HOOFDSTUK 3 – DE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN
Bepalingen in verband met de premie
Artikel 21 – Betaling van de premie
De premie, verhoogd met de taksen en bijdragen, moet ten laatste op de premievervaldag betaald worden, op verzoek van de
maatschappij.
Wanneer de premie niet rechtstreeks aan de maatschappij wordt betaald, is de premiebetaling aan een derde bevrijdend indien deze de betaling vordert en hij voor de inning van de premie klaarblijkelijk als lasthebber van de maatschappij optreedt.
Artikel 22 – Niet betaling van de premie
1. Ingebrekestelling
Indien de premie op de vervaldag niet werd betaald, kan de maatschappij de waarborg schorsen of de overeenkomst opzeggen op voorwaarde dat de verzekeringnemer in gebreke werd gesteld, door middel van hetzij een deurwaardersexploot, hetzij een aangetekende zending.
De forfaitaire administratieve kosten voor deze ingebrekestelling bedragen 2,5 keer het officiële tarief van de aangetekende zending van De Post en zijn verschuldigd door de verzekeringnemer.
2. De schorsing van de waarborg
De schorsing van de waarborg gaat in bij het verstrijken van de termijn vermeld in de ingebrekestelling, die evenwel niet minder mag bedragen dan 15 dagen te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of op de afgifte van de aangetekende zending.
Indien de waarborg werd geschorst, maakt de betaling door de verzekeringnemer van de achterstallige premies, zoals gepreciseerd in de laatste ingebrekestelling of rechterlijke beslissing, een einde aan de schorsing.
De schorsing van de waarborg doet niet af aan het recht van de maatschappij om de premies te eisen waarvan de vervaldatum nadien nog valt, op voorwaarde dat de verzekeringnemer in gebreke werd gesteld, en dat de ingebrekestelling aan de schorsing van de waarborg herinnert. Dit recht is evenwel beperkt tot de premies die betrekking hebben op twee opeenvolgende jaren.
3. De opzeg van de overeenkomst
De maatschappij kan de overeenkomst opzeggen wegens niet betaling van de premie, zelfs zonder voorafgaandelijke schorsing van de waarborg, op voorwaarde dat de verzekeringnemer in gebreke werd gesteld. De opzeg gaat in na afloop van de termijn vermeld in de ingebrekestelling, maar ten vroegste 15 dagen te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of op de afgifte van de aangetekende zending.
De maatschappij kan haar verplichting tot het verlenen van dekking schorsen of de overeenkomst opzeggen indien dit werd bepaald in dezelfde ingebrekestelling. In dat geval gaat de opzeg in na afloop van de termijn die werd bepaald maar ten vroegste
15 dagen te rekenen vanaf de eerste dag van de schorsing van de waarborg.
Indien de maatschappij haar verplichting tot het verlenen van dekking heeft geschorst en de overeenkomst niet heeft opgezegd in dezelfde ingebrekestelling, dan kan de opzegging slechts geschieden mits een nieuwe ingebrekestelling. In dat geval gaat de opzeg in na afloop van de termijn vermeld in de ingebrekestelling, maar ten vroegste 15 dagen te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of op de afgifte van de aangetekende zending.
Bepalingen in verband met een schadegeval
Artikel 23 – Schadegevallen
1. Aangifte van een schadegeval
De verzekerde verbindt er zich toe het schadegeval, van zodra als redelijkerwijze mogelijk is, aan te geven, aan:
- de maatschappij voor de toepassing van de waarborg burgerlijke aansprakelijkheid,
- aan Arces voor de toepassing van de waarborg rechtsbijstand.
De verzekerde verbindt zich ertoe om ons alle nuttige inlichtingen te verschaffen en te antwoorden op de vragen die hem worden gesteld om de omstandigheden en omvang van het schadegeval te bepalen. De aangifte moet ondermeer plaats, datum, uur, oorzaak, omstandigheden, de vermoedelijke gevolgen van het schadegeval en ook iedere andere verzekering die hetzelfde voorwerp dekt vermelden. Verder moet de identiteit van de veroorzaker van het schadegeval, van de benadeelde evenals van de eventuele getuigen meegedeeld worden.
Indien de verzekerde een van de in de vorige paragrafen vermelde verplichtingen niet nakomt en daar voor de maatschappij een nadeel uit voortvloeit, behoudt de maatschappij zich het recht voor om haar prestaties te beperken ten belope van dit nadeel. Verder behoudt de maatschappij zich het recht voor om onze volledige waarborg af te wijzen indien de verzekerde met frauduleuze bedoelingen op die manier is opgetreden.
2. (Buiten-)gerechtelijke stukken
Elke dagvaarding en alle gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken moeten door de verzekerde aan de maatschappij (of in voorkomend geval aan Arces) overgemaakt worden, onmiddellijk nadat zij aan de verzekerde worden afgegeven of betekend.
De verzekerde moet persoonlijk verschijnen telkens de procedure dit noodzaakt en zich schikken naar de instructies opgelegd door de rechtbank.
Bij verzuim kan de maatschappij haar tussenkomst verminderen in de mate dat ze hierdoor schade geleden heeft.
3. Leiding van het geschil
Vanaf het ogenblik dat de maatschappij, in het kader van de waarborg burgerlijke aansprakelijkheid, tot het geven van dekking is gehouden en voor zover deze wordt ingeroepen, zal de maatschappij zich achter de verzekerde stellen binnen de grenzen van de waarborg.
De verzekerde verbindt er zich toe actief mee te werken aan de burgerlijke verdediging geleid door de maatschappij, door aan de maatschappij alle elementen, informatie, antwoorden en documenten mee te delen.
Voor zover de belangen van de maatschappij en van de verzekerde samenvallen, heeft de maatschappij het recht om, in de plaats van de verzekerde, de vordering van de benadeelde te bestrijden, zowel in der minne als in het kader van een procedure.
Voor zover de belangen van de maatschappij en van de verzekerden samenvallen en indien een advocaat moet worden aangesteld voor de verdediging van de belangen van de verzekerde en van de maatschappij, zal deze advocaat worden aangesteld door de maatschappij en op haar kosten. Indien de verzekerde ook een persoonlijke advocaat wenst toe te voegen, doet hij dat op zijn kosten.
Indien de belangen van de maatschappij en van de verzekerde niet of niet meer samenvallen, zal elke partij op zijn eigen kosten een advocaat aanstellen. De partij die niet gedagvaard werd zal vrijwillig verschijnen in de procedure gevoerd tegen de andere partij.
In elk geval kan de maatschappij de benadeelde vergoeden indien daartoe grond bestaat.
Artikel 24 – Niet-tegenstelbaarheid van bepaalde acties
Elke erkenning van aansprakelijkheid, elke dading, elke vaststelling van schade, elke belofte van schadevergoeding of elke door de verzekerde gedane betaling, zonder schriftelijke toelating van de maatschappij, is haar niet tegenstelbaar.
Het erkennen van feiten of het verstrekken van eerste geldelijke of medische hulp door de verzekerde kunnen voor de
maatschappij geen grond opleveren om haar waarborg te weigeren.
Artikel 25 – Subrogatie
1. Indien de maatschappij de waarborg heeft toegekend, treedt zij, krachtens artikel 95 van de Wet, ten belope van het bedrag van de verrichte betalingen, in de rechten en rechtsvorderingen van de verzekerde tegen de aansprakelijke derde(n). Dit recht strekt zich met name uit tot de terugvordering van de kosten en honoraria van de experts of advocaten die de maatschappij heeft betaald voor de verdediging van de verzekerde, in zoverre ze verhaalbaar zijn.
In geval het verzekerd bedrag overschreden is, wordt de rechtsplegingsvergoeding volledig of deels gebruikt om de kosten aan te zuiveren die het verzekerd bedrag overschrijden en die ten laste zijn van de verzekerde.
2. Wanneer door toedoen van de verzekerde het subrogatierecht niet of slechts beperkt kan gebeuren ten voordele van de maatschappij, kan deze van de verzekerde de terugbetaling van de betaalde schadevergoeding vorderen in de mate van het geleden nadeel.
Artikel 26 – Afstand van verhaal
De maatschappij doet afstand van verhaal – behalve in geval van kwaadwilligheid – tegenover de verzekerden, hun ascendanten en descendanten, hun echtgeno(o)t(e) en hun verwanten in rechte lijn alsmede tegenover de personen die met hen samenwonen, hun gasten en de leden van hun huispersoneel.
De afstand van verhaal geldt alleen :
- voorzover de aansprakelijke niet door een aansprakelijkheidsverzekering is gewaarborgd,
- voorzover de aansprakelijke zelf geen verhaal kan uitoefenen op elke andere aansprakelijke.
De maatschappij behoudt evenwel een recht van verhaal tegenover de verzekerden voorzover zij op basis van wettelijke bepalingen of bepalingen uit deze overeenkomst haar prestaties had kunnen weigeren of verminderen.
Bepalingen in verband met het verloop van de overeenkomst
Artikel 27 – De aanvang en de duur van de overeenkomst
De waarborgen nemen een aanvang na betaling van de eerste premie en ten vroegste om nul uur op de datum vermeld in de bijzondere voorwaarden. De duur van de overeenkomst is 1 jaar. Ze wordt stilzwijgend verlengd voor opeenvolgende periodes van 1 jaar, tenzij één van de partijen de overeenkomst opzegt ten minste 3 maanden voor het einde van de lopende periode.
Artikel 28 – Wijziging van de verzekeringsvoorwaarden
1. Wijziging van de verzekeringsvoorwaarden volledig in het voordeel van de verzekeringnemer of van de
verzekerde
De maatschappij kan de verzekeringsvoorwaarden wijzigen geheel in het voordeel van de verzekeringnemer of van de verzekerde. Indien de premie verhoogt, kan de verzekeringnemer de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikels 29 en 31. Indien de premie niet verhoogt, kan de verzekeringnemer de overeenkomst niet opzeggen.
2. Wijziging overeenkomstig een wetgevende of reglementaire beslissing van een overheid
Indien de maatschappij de verzekeringsvoorwaarden wijzigt overeenkomstig een wetgevende of reglementaire beslissing van een overheid, kan de verzekeringnemer de overeenkomst opzeggen in volgende gevallen :
- Indien deze wijziging een verhoging van de premie met zich meebrengt. De opzegging dient te gebeuren overeenkomstig de artikels 29 en 31;
- Indien deze wijziging niet gelijk is voor alle verzekeraars. De opzegging dient te gebeuren overeenkomstig onderhavig artikel evenals artikel 31;
- Indien de wettelijke beslissing zelf in het recht tot opzegging voorziet. De opzegging dient te gebeuren overeenkomstig de bepalingen van de wetgevende beslissing of, bij ontstentenis, overeenkomstig het onderhavig artikel evenals artikel 31.
In de andere gevallen kan de verzekeringnemer de overeenkomst niet opzeggen.
3. Andere wijzigingen
Indien de maatschappij andere wijzigingen aanbrengt dan deze hiervoor vermeld, verwittigt zij de verzekeringnemer hierover. De verzekeringnemer kan de overeenkomst opzeggen overeenkomstig onderhavig artikel evenals artikel 31.
4. Bepalingen i.v.m. communicatie en een eventueel recht van opzeg
De maatschappij verwittigt de verzekeringnemer en past de wijziging toe op de eerstvolgende jaarlijkse vervaldag. De betaling van de premie zonder reserve geldt als aanvaarding van de wijziging.
Indien de verzekeringnemer het recht heeft de overeenkomst op te zeggen:
- en de maatschappij hem minstens vier maanden voor de jaarlijkse vervaldag heeft verwittigd, kan hij de overeenkomst opzeggen binnen de 30 dagen na de datum van kennisgeving van de wijziging. In dat geval eindigt de overeenkomst op de jaarlijkse vervaldag,
- en de maatschappij de verzekeringnemer niet minstens vier maanden voor de jaarlijkse vervaldag verwittigt maar pas bij een latere kennisgeving, kan deze de overeenkomst opzeggen binnen een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf de dag van die kennisgeving. De opzeg gaat dan in na het verstrijken van een termijn van een maand maar ten vroegste op de jaarlijkse vervaldag.
Artikel 29 – Wijziging van de premie
1. Indien de maatschappij haar tarief wijzigt, verwittigt zij de verzekeringnemer en past de wijziging toe op de eerstvolgende jaarlijkse vervaldag. De betaling van de premie zonder reserve geldt als aanvaarding van de wijziging.
2. De verzekeringnemer kan de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de hiernavolgende bepalingen en deze van het artikel 31:
- indien de maatschappij de verzekeringnemer minstens 4 maanden voor de jaarlijkse vervaldag verwittigt, kan hij de overeenkomst opzeggen binnen de 30 dagen na de datum van kennisgeving van de wijziging. In dat geval eindigt de overeenkomst op de jaarlijkse vervaldag;
- Indien de maatschappij de verzekeringnemer niet minstens 4 maanden voor de jaarlijkse vervaldag verwittigt maar pas bij een latere kennisgeving, kan hij de overeenkomst opzeggen binnen een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf de dag van die kennisgeving. De opzeg gaat dan in na het verstrijken van een termijn van een maand maar ten vroegste op de jaarlijkse vervaldag.
Deze mogelijkheid om de overeenkomst op te zeggen geldt niet indien :
- de premie werd gewijzigd overeenkomstig een duidelijk en nauwkeurig omschreven bepaling in de overeenkomst;
- wanneer de wijziging van het tarief voortvloeit uit een algemene aanpassing die door een bevoegde overheid wordt opgelegd en waarvan de toepassing gelijk is voor alle verzekeringsmaatschappijen.
Artikel 30 – Wijziging van het recht
De maatschappij behoudt zich het recht voor, nieuwe voorwaarden voor te stellen indien er een wijziging optreedt in het Belgische of buitenlands recht dat de omvang van de waarborg kan beïnvloeden. In dit geval zijn de bepalingen van artikel 31 van toepassing.
Artikel 31 – Opzegging van de overeenkomst
1. Wijze van opzegging
De opzegging gebeurt door middel van een deurwaardersexploot, van een aangetekende zending, of door overhandiging van de opzeggingsbrief in ruil voor een ontvangstbewijs.
De opzegging voor niet-betaling van de premie kan niet gebeuren door overhandiging van de opzeggingsbrief in ruil voor een ontvangstbewijs.
2. Aanvang van de opzegging
Behoudens andersluidende bepaling, wordt de opzegging van kracht na afloop van een termijn van een maand te rekenen vanaf de dag die volgt op de kennisgeving van het deurwaardersexploot of, in het geval van een aangetekende zending, te rekenen vanaf de dag die volgt op de afgifte of op de dag van het ontvangstbewijs.
3. Premiekrediet
Het gedeelte van de premie dat betrekking heeft op de periode die volgt op de datum van het van kracht worden van de opzegging, stort de maatschappij terug binnen een termijn van 30 dagen te rekenen vanaf die aanvang.
4. Mogelijkheid tot opzegging voor de verzekeringnemer
Los van andere gevallen voorzien door de Wet, kan de verzekeringnemer de overeenkomst opzeggen in de volgende gevallen:
- voor het einde van elke verzekeringsperiode, overeenkomstig artikel 27,
- voor de aanvang van de overeenkomst wanneer tussen de dag van het afsluiten van de overeenkomst en deze van de inwerkingtreding, meer dan één jaar is verstreken. Van deze opzegging moet uiterlijk drie maanden vóór de inwerkingtreding van de overeenkomst kennis gegeven worden. De opzegging wordt van kracht op de aanvangsdatum van de overeenkomst,
- indien de maatschappij één (of meerdere) waarborg(en) vermindert of opzegt,
- in geval van een aanzienlijke en blijvende risicovermindering, overeenkomstig de Wet,
- in geval van wijziging van de premie en/of de verzekeringsvoorwaarden, overeenkomstig artikel 28 en 29,
- na elk schadegeval.
Indien de maatschappij haar waarborg heeft toegekend, kan de verzekeringnemer de overeenkomst opzeggen binnen de maand die volgt op onze laatste betaling of bij de administratieve afsluiting van het dossier.
Indien de maatschappij haar waarborg heeft geweigerd, dient de verzekeringnemer de opzegging aan de maatschappij mee te delen ten laatste binnen de maand die volgt op de weigering.
De opzegging na een schadegeval wordt van kracht na afloop van een termijn van drie maanden vanaf de dag die volgt op de kennisgeving van het deurwaardersexploot, of op de dag van het ontvangstbewijs of, in het geval van een aangetekende zending, vanaf de dag volgend op de afgifte bij de post.
5. Mogelijkheid tot opzegging voor de maatschappij
Los van andere gevallen voorzien door de Wet, kan de maatschappij de overeenkomst opzeggen in de volgende gevallen:
- voor het einde van elke verzekeringsperiode, overeenkomstig artikel 27,
- voor de aanvang van de overeenkomst wanneer tussen de dag van het afsluiten van de overeenkomst en deze van de inwerkingtreding, meer dan één jaar is verstreken. Van deze opzegging moet uiterlijk drie maanden vóór de inwerkingtreding van de overeenkomst kennis gegeven worden. De opzegging wordt van kracht op de aanvangsdatum van de overeenkomst,
- in geval van opzettelijk verzwijgen of opzettelijk onjuist meedelen van de gegevens m.b.t. het risico,
- indien de verzekeringnemer de wijziging van de overeenkomst niet aanvaardt in geval van onopzettelijk verzwijgen of onopzettelijk onjuist meedelen van de beschrijving van het risico,
- bij niet-betaling van de premie, overeenkomstig artikel 22,
- in geval van wijziging van de Belgische of de buitenlandse wetgeving die de omvang van de dekking kan wijzigen,
- na elk schadegeval:
Indien de maatschappij haar waarborg heeft toegekend, kan zij de overeenkomst opzeggen binnen de maand die volgt op haar laatste betaling of bij de administratieve afsluiting van het dossier.
Indien de maatschappij haar waarborg heeft geweigerd, kan zij de overeenkomst opzeggen binnen de maand die volgt op de weigering.
De opzegging na een schadegeval wordt van kracht na afloop van een termijn van drie maanden vanaf de dag die volgt op de kennisgeving van het deurwaardersexploot, of op de dag van het ontvangstbewijs of, in het geval van een aangetekende zending, vanaf de dag volgend op de afgifte bij de post.
De maatschappij kan de overeenkomst altijd opzeggen na een schadegeval, wanneer de verzekerde heeft nagelaten een van de verplichtingen ontstaan uit het feit dat het schadegeval zich heeft voorgedaan, na te komen met de bedoeling haar te
bedriegen, op voorwaarde dat de maatschappij bij een onderzoeksrechter klacht met burgerlijke partijstelling hebben neergelegd tegen de verzekerde, of dat zij hem gedagvaard heeft om te verschijnen voor de bevoegde rechterlijke instantie, op basis van artikel 193, 196, 197, 496 of 510 tot 520 van het wetboek van strafrecht.
De opzegging wordt van kracht na afloop van een termijn van een maand te rekenen vanaf de dag die volgt op de kennisgeving of op de dag van het ontvangstbewijs of, in het geval van een aangetekende zending, vanaf de dag volgend op de afgifte. De maatschappij moet de schade als gevolg van die opzegging vergoeden indien zij afstand doet van haar vordering of indien de strafvordering uitmondt in een buitenvervolgingstelling of een vrijspraak.
Artikel 32 – Informatieplicht van de verzekeringnemer
De verzekeringnemer heeft de plicht om, zowel bij het afsluiten van de overeenkomst als tijdens de duur ervan, het risico correct en volledig voor te stellen aan de maatschappij.
De verzekeringnemer moet, in de loop van de overeenkomst, de gegevens meedelen die van die aard zijn dat ze het risico gevoelig en duurzaam verzwaren.
Het niet naleven van deze verplichtingen kan leiden tot een vermindering van de tussenkomst van de maatschappij, of zelfs een verval van waarborgen, overeenkomstig de bepalingen van de Wet.
Artikel 33 – Verjaringstermijn
Krachtens artikel 88 van de Wet bedraagt de verjaringstermijn voor elke rechtsvordering voortvloeiend uit een verzekeringsovereenkomst 3 jaar. De termijn begint te lopen vanaf de dag van het voorval dat het vorderingsrecht doet ontstaan. Wanneer echter degene aan wie de rechtsvordering toekomt, bewijst dat hij pas op een later tijdstip van het voorval kennis heeft gekregen, begint de termijn te lopen vanaf dat tijdstip, maar hij verstrijkt in elk geval vijf jaar na het voorval, behoudens bedrog.
Artikel 34 – Verbintenissen aangegaan door de tussenpersoon
Verbintenissen aangegaan door de tussenpersoon zijn niet tegenstelbaar aan de maatschappij indien die niet voorkomen in deze overeenkomst. Geen enkele bijvoeging, wijziging aan de tekst of afwijking van de voorwaarden is geldig indien zij niet bekrachtigd is door de maatschappij.
Artikel 35 – Bestemmelingen van de mededelingen en kennisgevingen
De voor de maatschappij bestemde mededelingen en kennisgevingen moeten gedaan worden aan één van haar zetels in België, aan haar elektronisch adres of aan elke met dat doel in de bijzondere voorwaarden aangewezen persoon.
De voor de verzekeringnemer, erfgenamen of rechtverkrijgenden bestemde mededelingen en kennisgevingen worden geldig gedaan aan het laatste door de maatschappij gekende adres. Deze mededelingen en kennisgevingen kunnen met de instemming van de verzekeringnemer eveneens gebeuren via elektronische post op het laatste door hem aangegeven adres.
Artikel 36 – De bevoegde rechtsmacht
Deze overeenkomst is onderworpen aan de Belgische wetgeving. Enkel de Belgische rechtsinstanties zijn bevoegd voor geschillen met betrekking tot deze overeenkomst.
Artikel 37 – Hierarchie van de bepalingen in deze overeenkomst
De bijzondere voorwaarden vullen de algemene voorwaarden aan of wijken er van af, in de mate dat zij ermee tegenstrijdig zouden zijn.
VERKLARENDE WOORDENLIJST
Arces
Arces is de in rechtsbijstand gespecialiseerde onafhankelijke dienst van de maatschappij.
Derden
Alle andere personen dan:
- de verzekeringnemer en de aansprakelijke verzekerde,
- de personen die bij hen inwonen,
- de personeelsleden van de verzekerden, voor zover deze kunnen genieten van de vergoedingen voorzien in de wetgeving op de arbeidsongevallen.
Immateriële schade
Elk in geld waardeerbaar en becijferbaar nadeel dat voortvloeit uit ontzegging van voordelen die met de uitoefening van een recht verbonden zijn, uit onderbreking van een door een persoon of goed verstrekte dienst, of uit winstderving, en inzonderheid: verlies van afzet, van cliënteel, van winst, gebruiksderving van roerend of onroerend goed, productiestilstand en andere gelijkaardig geldelijk nadeel dat niet uit lichamelijke schade voortvloeit.
Immateriële gevolgschade
De immateriële schade die het gevolg is van een door deze overeenkomst gewaarborgde lichamelijke of materiële schade.
Lichamelijke schade
Alle nadelige gevolgen van een aantasting van de fysieke integriteit.
Maatschappij
P&V Verzekeringen CV, Xxxxxxxxxxxx 000, 0000 XXXXXXX, verzekeringsonderneming toegelaten onder codenummer 0058 door de NBB, de Xxxxxxxxxxxxxx 0, 0000 Xxxxxxx voor het uitoefenen van de tak “Burgerlijke aansprakelijkheid” en “Rechtsbijstand”.
Materiële schade
De materiële beschadiging, de vernieling of het verlies van goederen, evenals elke fysieke aantasting van een dier.
Milieuaantasting
Een schadelijke, nadelige of storende wijziging aan de gesteldheid van de grond, het water of de atmosfeer ongeacht of deze wijziging een tijdelijk dan wel een permanent karakter heeft, alsmede lawaai, geur, temperatuur, toxische schimmels, trillingen en stralingen.
Reddingskosten
De kosten die voortvloeien zowel uit de maatregelen die de maatschappij heeft gevraagd om de gevolgen van het schadegeval te voorkomen of te beperken als uit de dringende en redelijke maatregelen die de verzekerde uit eigen beweging heeft genomen om bij nakend gevaar een schadegeval te voorkomen, of, zodra het schadegeval ontstaat, om de gevolgen ervan te voorkomen of te beperken, mits zij met de zorg van een goed huisvader zijn gemaakt, ook wanneer de aangewende pogingen vruchteloos zijn geweest.
De maatregelen dienen dringend te zijn, dit wil zeggen dat de verzekerde verplicht is ze onmiddellijk te nemen zonder de mogelijkheid de maatschappij te verwittigen en voorafgaand haar akkoord te verkrijgen, op gevaar af de belangen van de maatschappij te schaden.
Het gevaar moet nakend zijn, dit wil zeggen dat er op zeer korte termijn zeker een gedekt schadegeval zou volgen indien de maatregelen niet werden genomen.
Blijven evenwel ten laste van de verzekerde:
- de kosten die voortvloeien uit maatregelen om een gedekt schadegeval te voorkomen bij ontstentenis van nakend gevaar of wanneer het nakend gevaar afgewend is;
- de kosten die voortvloeien uit het laattijdig nemen van maatregelen of uit de nalatigheid om preventiemaatregelen te nemen die vroeger al hadden moeten genomen zijn.
Schadegeval
1. Voor de toepassing van de waarborg burgerlijke aansprakelijkheid: het zich voordoen van schade dat aanleiding geeft tot de waarborg van deze overeenkomst.
Alle schades te wijten aan éénzelfde initiële oorzaak of aan een reeks van gelijkaardige oorzaken vormen samen één en hetzelfde schadegeval, waarvan de datum die is van het eerste voorvallen van schade. Indien de datum van het voorvallen van de schade niet vastgesteld kan worden, zal de datum van de eerste uiting van de schade in aanmerking genomen worden.
2. Voor de toepassing van de waarborg rechtsbijstand: een schadegeval is de situatie waarin een verzekerde een nood aan rechtsbijstand inroept ten overstaan van een derde, naar aanleiding van een materie die door de waarborg rechtsbijstand is gewaarborgd.
Deze nood aan rechtsbijstand wordt verondersteld te zijn ontstaan, ofwel wanneer er naar aanleiding van een juridische aanspraak een geschil blijkt te zijn tussen een verzekerde en een derde, ofwel wanneer een verzekerde wordt gedagvaard om ter terechtzitting te verschijnen, ofwel wanneer er schade is.
Het geschil wordt geacht zich voor te doen wanneer een verzekerde er niet langer redelijkerwijze aan kan twijfelen dat zijn rechten bedreigd worden.
Worden beschouwd als één enkel schadegeval, alle meningsverschillen of geschillen die voortvloeien uit identieke rechtscheppende feiten met een onderling oorzakelijk verband, ongeacht het aantal verzekerden dat een beroep zou doen op de waarborg rechtsbijstand.
Terrorisme
Onder terrorisme wordt verstaan een clandestien georganiseerde actie of dreiging van actie met ideologische, politieke, etnische of religieuze bedoelingen, individueel of door een groep uitgevoerd, waarbij geweld wordt gepleegd op personen of de economische waarde van een materieel of een immaterieel goed geheel of gedeeltelijk wordt vernield, ofwel om indruk te maken op het publiek, een klimaat van onveiligheid te scheppen of de overheid onder druk te zetten, ofwel om het verkeer of de normale werking van een dienst of een onderneming te belemmeren.
Verzekerde activiteiten
Het geheel van de activiteiten die verband houden met het beroep van de verzekerde, zoals beschreven in de bijzondere voorwaarden, waaronder :
- cursussen, lessen en trainingen gegeven door de verzekerde als privépersoon,
- buitenschoolse activiteiten (bezoeken, excursies, reizen, vakantiekolonies, festiviteiten, opvoedkundige, recreatieve, sportieve, culturele, artistieke, sociale en ontspanningsactiviteiten) die door de verzekerde geleid of georganiseerd worden, of waaraan ze deelnemen, zelfs tijdens de vakanties en verlofperiodes,
- de vormings- en herscholingscursussen evenals de stages die de verzekerden volgen,
- de onderhouds-, herstellings-, inrichtings- en versieringswerken van een al dan niet bebouwd onroerend goed
- de schoolbusdienst.
Bij uitbreiding geldt de waarborg ook gedurende het normale traject dat de verzekerden moeten volgen om zich van hun woning naar de plaats waar de gedekte activiteiten uitgevoerd worden, te begeven en omgekeerd. Het begrip normaal traject is gebaseerd op de bepalingen van de wet van 10 april 1971 m.b.t. de ongevallen op de weg naar het werk en op de Belgische rechtspraak in dat verband.
Verzekerden
- de verzekeringnemer,
- zijn tijdelijke hulpkrachten en vervangers, evenals zijn stagiairs wanneer zij in die hoedanigheid handelen,
Mits expliciete vermelding in de bijzondere voorwaarden:
- de aangestelden, assistenten en gebruikelijke hulpkrachten van de verzekeringnemer.
Verzekeringnemer
De persoon die deze overeenkomst afsluit.
Vrijstelling
Het gedeelte van het schadebedrag vermeld in de bijzondere en/of algemene voorwaarden dat bij elk schadegeval ten laste van de verzekeringnemer blijft.
Wet
De Wet van 4 april 2014 betreffende de Verzekeringen.
WETTELIJKE VERMELDINGEN
Algemeen reglement met betrekking tot de gegevensbescherming.
De maatschappij verbindt zich ertoe, als verwerkingsverantwoordelijke, om de persoonsgegevens te verwerken overeenkomstig de geldende privacywetgeving. Voor meer informatie wordt verwezen naar de klantenbrochure van de maatschappij of de website xxxxx://xxx.xx.xx/xxxxxxx
Datassur
Elke oplichting of poging tot oplichting van de maatschappij brengt niet alleen de opzegging van de verzekeringsovereenkomst met zich mee, maar wordt ook strafrechtelijk vervolgd op grond van artikel 496 van het Strafwetboek. De betrokkene zal bovendien opgenomen worden in het bestand van het Economisch Samenwerkingsverband Datassur, dat de speciaal op te volgen verzekeringsrisico’s ter herinnering brengt aan de aangesloten leden verzekeraars.
De verzekeringnemer stemt er bij deze mee in dat de verzekeringsonderneming P&V Verzekeringen het ESV Datassur persoonsgegevens meedeelt die relevant zijn in het exclusieve kader van de beoordeling van de risico’s en van het beheer van de contracten en ermee verbonden schadegevallen. Iedere persoon die zijn identiteit aantoont, heeft het recht zich tot Datassur te richten om de gegevens die op hem betrekking hebben, in te kijken en, in voorkomend geval, te laten rechtzetten. Om dat recht uit te oefenen moet de persoon in kwestie een gedateerd en ondertekend verzoek, samen met een kopie van zijn identiteitskaart, sturen naar het volgende adres : Datassur, dienst Bestanden, xx Xxxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx.
Klachten
Voor elke klacht met betrekking tot dit contract kan de verzekeringnemer zich richten tot:
- in eerste instantie :
de dienst Klachtenmanagement van P&V Verzekeringen, Xxxxxxxxxxxxx 000, 0000 Xxxxxxx, e-mail: xxxxxx@xx.xx.
- in beroep :
de Ombudsman van de Verzekeringen, xx Xxxxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx, xxx.xxxxxxxxx-xxxxxxxxxxxxx.xx.
Dergelijke klacht sluit de mogelijkheid om een gerechtelijke procedure te starten niet uit.