BESTEK
BESTEK
Concessie voor diensten met als voorwerp de exploitatie voor groenten- en fruitteelt van een deel van de site van de kwekerijen van de Stad Brussel (Sterrebeek – Zaventem)
MEDEDINGINGSPROCEDURE METBEKENDMAKING
LCB-DBK-2024-001
Aanbestedende overheid - Concessieverlener
De Brusselse Keukens
Inhoud
I.1 Identiteit en voorstelling van de concessieverlener 4
I.2 Aard van de overeenkomst en heersende regelgeving 5
I.3 Voorwerp van de concessie 5
I.4 Context en doelstellingen van het project 7
I.5 Site van Sterrebeek – Kwekerijen van de Xxxx Xxxxxxx 0
II.1 Algemene organisatie van de procedure 10
II.2 Vóór het indienen van de offertes 10
II.2.1 Bezoek van de locatie 10
II.2.2 Hoe contact opnemen - Vragen/Antwoorden 10
II.3 Opmaken en indienen van de offertes 11
II.3.1 Samenwerking tussen meerdere ondernemers 11
II.3.2 Vorm en inhoud van de offertes 11
II.3.3 Indienen van de offertes 13
II.3.4 Opening van de offertes 14
II.3.5 Geldigheidsduur van de offertes 14
II.4 Toegang, kwalitatieve selectie en gunning 14
II.4.1 Toegangsrecht - Kwalitatieve selectie 14
II.4.4 Mondelinge toelichting van de offertes 18
II.4.6 Gunning van de overheidsopdracht 18
III.1 Exploitatievoorwaarden: verplichtingen van de concessiehouder 19
III.2 Contactpersoon en Toezichtcomité 21
III.4 Looptijd van de concessie 22
III.5 Investeringen, verbouwingen en onderhoud 23
III.5.1 Plaatsbeschrijving bij aanvang 23
III.5.2 Verbouwingen en verbeteringen 23
III.5.3 Onderhoud en herstellingen 24
III.5.4 Plaatsbeschrijving bij vertrek 24
III.6 Inkomsten – belastingen – kosten 24
III.8.2 Herziening van de hoeveelheden 25
III.8.3 Wijziging van de maximale hoeveelheden water die op de site Sterrebeek kunnen worden onttrokken 26
III.8.4 Overdracht van de concessie 27
III.9 Rechtsmiddelen ter beschikking van de concessieverlener 27
III.9.1 Gebrekkige uitvoering en verweermiddelen 27
III.9.1.1 Gebrekkige uitvoering
27
III.9.1.2 Procedure en verweermiddelen
27
III.9.3 Maatregelen van ambtswege 29
III.10 Einde van de concessie 29
III.10.1 Stopzetting door de concessiehouder 29
III.10.2 Stopzetting door de concessieverlener in geval van tekortkoming van de concessiehouder 30
III.10.3 Stopzetting door de concessieverlener om redenen van algemeen belang 30
III.11 Veiligheidsnormen en -voorschriften 30
III.12 Illegale arbeid en sociale wetgeving 30
III.12.1 Illegaal verblijvende onderdanen van derde landen 31
III.12.2 Loon verschuldigd aan zijn werknemers 31
III.12.3 Strijd tegen sociale dumping 32
III.13 Afzien van rechten en precedent 32
BIJLAGE A – OFFERTEFORMULIER 34
BIJLAGE B – DOCUMENT VAN VOORLOPIG BEWIJS 36
BIJLAGE C - VERKLARING OP EREWOORD BETREFFENDE DE 47
Voor alle informatie over dit bestek kunt u contact opnemen met
Naam: De Brusselse Keukens
Adres: Xxx Xxxxxxxxxxxx, 00, 0000 Xxxxxxx Contactpersoon: Xxxx Xxxxxx
Telefoon: 02/210.14.53
E-mail: xxxx.xxxxxx@xxxxxxxx.xx
Naam: Stad Brussel
Adres: Xxxxxxxxxxxx, 0, 0000 Xxxxxxx Contactpersoon: Xxx Xxxxxx Xxxxxxxx: +32 (0)2 279 31
77 E-mail:
I.1 Identiteit en voorstelling van de concessieverlener
De concessieverlener is de publiekrechtelijke vereniging De Brusselse Keukens, met administratieve zetel aan de Xxx Xxxxxxxxxxxx, 13 in 0000 Xxxxxxx.
De Brusselse Keukens is een publiekrechtelijke vereniging die werd opgericht in 2004 met als doel het leveren van kwaliteitsmaaltijden aan kinderen in scholen en in kinderdagverblijven, aan ziekenhuispatiënten, aan bewoners van rust- en verzorgingstehuizen, en aan gebruikers van kantines van overheidsdiensten. De vereniging wordt beheerd door een Raad van Bestuur waarin alle 18 partners vertegenwoordigd zijn:
- de Stad Brussel
- het OCMW van Brussel
- de Ziekenhuisvereniging van Brussel en van Schaarbeek – Universitair Verplegingscentrum Brugmann
- het Universitair Medisch Centrum Sint-Pieter
- het OCMW van Xxxxx
- de gemeente Sint-Joost-ten-Node
- de gemeente Evere
- de gemeente Jette
- de gemeente Sint-Agatha-Berchem
- de gemeente Anderlecht
- het OCMW van Anderlecht
- het OCMW van Jette
- het Xxxxx Xxxxxx Instituut
- het Universitair Kinderziekenhuis Koningin Xxxxxxx
- de gemeente Oudergem
- de gemeente Sint-Xxxx-Molenbeek
- de gemeente Sint-Pieters-Woluwe
- de gemeente Elsene
De activiteit van De Brusselse Keukens is verdeeld over 2 afdelingen:
- Afdeling "Jeugd en buitenshuis"
- Afdeling "Gezondheid"
2 centrale keukens bereiden de maaltijden voor De Brusselse Keukens: Haren (vooral voor de schoollunches & kinderdagverblijven) en Anderlecht (vooral voor maaltijden voor ziekenhuizen en rusthuizen). Daarnaast zijn er nog meerdere andere keukens (7), alle gelegen in het Brussels Gewest. Gemiddeld bereidt De Brusselse Keukens 4,5 miljoen maaltijden per jaar.
I.2 Aard van de overeenkomst en heersende regelgeving
Belangrijk
Onder voorbehoud van de goedkeuring door de Stad Brussel van de terbeschikkingstelling van het in punt I.5 bedoelde terrein aan de publiekrechtelijke vereniging De Brusselse Keukens, kan de concessieovereenkomst worden gesloten.
Aard van de overeenkomst
De overeenkomst is een concessie voor diensten, zoals beschreven in dit bestek en de bijlagen ervan. De overeenkomst is noch een commerciële huurovereenkomst, noch een pachtovereenkomst. In dit kader wordt De Brusselse Keukens de concessieverlener genoemd en de aangewezen ondernemer de concessiehouder.
Heersende regelgeving
Deze concessie voor diensten wordt uitsluitend gereguleerd door:
• de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten;
• het Koninklijk besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten;
• de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies;
• Richtlijn 2014/23/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten;
• dit bestek en de bijlagen ervan.
Dit bestek, de bijlagen en de offerte maken integraal deel uit van de concessiedocumenten. In geval van tegenspraak hebben het bestek en de bijlagen voorrang.
Zijn uitdrukkelijk niet van toepassing op deze concessie:
• de wet van 30 april 1951 op de handelshuurovereenkomsten met het oog op
de bescherming van het handelsfonds, en de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot huurovereenkomsten;
• de algemene bedrijfsvoorwaarden van de concessiehouder. Door het indienen van zijn offerte doet de inschrijver afstand van de toepassing hiervan.
I.3 Voorwerp van de concessie
Het voorwerp van de concessie is de exploitatie van een dienst voor groenten- en fruitteelt op de terreinen van de site van Sterrebeek (vermeld in punt I.5).
In het kader van de concessie wordt aan de concessiehouder het recht verleend om de in punt I.5 genoemde terreinen kosteloos te bezetten en te exploiteren1, met het oog op de uitoefening van een activiteit van groenten- en fruitteelt die de beginselen van de agro-ecologie respecteert. Incidenteel kan de concessiehouder, na toestemming van de concessiegever, bezoeken aan de productielocatie organiseren. Het verzoek moet ten minste 15 kalenderdagen van tevoren worden ingediend bij de concessiegever, die 5 werkdagen de tijd heeft om te reageren.
In ruil voor het recht om voornoemde terreinen kosteloos te bezetten en te exploiteren gedurende de gehele looptijd van de concessie, heeft de concessiehouder de verplichting om voor een vaste maandelijkse prijs van 2.000 euro aan de concessieverlener de in punt III.1. bepaalde minimale hoeveelheden groenten en/of fruit te leveren die afkomstig zijn van de groenten- en fruitteelt op voornoemde terreinen, volgens wat is voorzien in punt III.1.
De gemiddelde opbrengst per hectare op de site van Sterrebeek bedraagt ongeveer 20 ton, dit volgens een studie uitgevoerd in opdracht van de Stad Brussel om onder andere de technische haalbaarheid van deze groenten- en fruitteelt te beoordelen.
Punt I.4 van deze overeenkomst bevat de doelstellingen van het project en punt III.1. bevat de exploitatievoorwaarden.
1Dit recht om de locatie kosteloos te gebruiken en te exploiteren is exclusief de exploitatiekosten zoals watervoorziening of de kosten van vergunningen die de primaire producenten nodig hebben. Deze kosten zijn voor rekening van de concessiehouder.
I.4 Context en doelstellingen van het project
Algemene context
Het Klimaatplan van de Stad Brussel, dat werd aangenomen in december 2022, heeft de ambitie om de voedselsystemen van het stedelijk grondgebied duurzamer te maken. Deze doelstelling wordt gerealiseerd in nauwe samenwerking met De Brusselse Keukens. De Stad Brussel zal middels een overeenkomst de hieronder vermelde terreinen ter beschikking stellen aan De Brusselse Keukens, zodat deze, via een dienstverlener, groenten en fruit kan verbouwen om te distribueren aan kinderdagverblijven, scholen, ziekenhuizen en rusthuizen.
Pilootproject “Voedselgordel – Sterrebeek”
Om deze ambitie waar te maken, ontrolt de Stad Brussel, met de steun van Xxxxxxxxxx Brussel (subsidie Klimaatactie) en met De Brusselse Keukens een project om lokale en duurzame groenten en fruit te leveren, bestemd voor de begunstigden van De Brusselse Keukens.
Het belangrijkste doel van het project waarop deze concessie voor diensten betrekking heeft, is dus om duurzame groente- en fruitteelt te herlokaliseren naar de nabije omgeving van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Deze hoofddoelstelling raakt zo aan meerdere uitdagingen:
- De uitdaging van de toegang van de concessieverlener tot lokale, duurzame kwaliteitsproducten via de distributie binnen dit project;
- De uitdaging van voedingseducatie, door de productie van verschillende soorten fruit en groenten die zullen worden gedistribueerd onder de begunstigden van de concessieverlener;
- De uitdaging van het herlokaliseren van de landbouwproductie naar de nabije omgeving van Brussel;
- De uitdaging van de milieu- en klimaattransitie, via agro-ecologische praktijken
zoals het verbod op het gebruik van chemische middelen en het respecteren van de bodemsamenstelling.
Een nevendoel van dit project is om Brusselaars bewust te maken van de uitdagingen van duurzame en lokale voedselproductie door het organiseren van bezoeken aan de productiesite (zie details in punt I.3).
De concessieverlener streeft er voorts ook naar om bij de uitvoering van dit project de sociaal-professionele integratie te bevorderen.
I.5 Site van Sterrebeek – Kwekerijen van de Stad Brussel
De Brusselse Keukens (hierna “de concessieverlener”) geniet het gebruiksrecht van ongeveer 3 hectaren op een terrein van meer dan 10 hectare gelegen aan de Zavelstraat 95 in Zaventem (site Sterrebeek), dat eigendom is van de Stad Brussel. De Stad Brussel exploiteert er een kwekerij. Via een overeenkomst voor het uitlenen van grond geniet de concessieverlener het recht om de terreinen in deze kwekerij te gebruiken (hieronder de lijst van de terreinen in kwestie) om er een project te ontwikkelen voor de geherlokaliseerde productie van een deel van zijn toelevering aan verse groenten en fruit.
De site van Sterrebeek, waarop de concessie voor diensten betrekking heeft, omvat:
- Een terrein van 0,25 hectare, in het noordwesten begrensd door een haag, in het noordoosten door een haag, in het zuidoosten door een opslagruimte en in het zuidwesten door een gebouw, gelegen op volgende kadastrale percelen:
o B26a: het gehele perceel
o B26b: het gehele perceel gedeeltelijk bedekt met een stabilisator
- Met dien verstande dat de percelen B26a en B26b eventueel kunnen worden ingenomen door regenwatertanks, zonder dat de concessiehouder aanspraak kan maken op een
schadevergoeding op welke grond dan ook.
- Een tunnel in volle grond van 0,15 hectare is gelegen op het volgende kadastraal perceel:
o B28: alleen de meest noordelijke tunnelserre
- Een terrein van 1,09 hectare, in het noorden begrensd door de boomplantgrens en in het zuiden door de kadastrale grenzen. Dit terrein is gelegen op volgende kadastrale percelen:
o B29: zuiden van het perceel
o B53a: zuiden van het perceel
- Een terrein van 1,26 hectare gelegen op het volgende kadastrale perceel:
o B69b: gehele perceel
Om het terrein geschikt te maken voor groenten- en fruitteelt worden vóór het sluiten van de concessieovereenkomst volgende herinrichtingswerken uitgevoerd:
- Grondontgraving en bodemverbetering in de serre van 0,15 hectare
- Bevestigen van nieuwe afdekzeilen aan de serre van 0,15 hectare
- Een systeem van opvang van regenwater (onderhevig aan een vergunningsaanvraag, zie hieronder).
Voor de site is een vergunningsaanvraag ingediend met als bedoeling (onder meer) om op de hele site een systeem van regenwateropvang aan te leggen. Dit systeem zou een aanvulling vormen op de bestaande watertank op de site van Sterrebeek, die wordt gevoed via grondwaterpompen.
Het overzicht van de maximale hoeveelheden water die de concessiehouder aan de site kan onttrekken, is te vinden in punt III.1 (watertank gevoed door grondwaterwinning) en punt III.8.3 (watertank gevoed door de opvang van regenwater).
In het kader van de cohabitatie van de concessiehouder en de diensten van de Stad Brussel op de site, verbindt de concessiehouder zich ertoe het charter van de diensten van de Stad Brussel, dat de regels voor een goede cohabitatie op de site van Sterrebeek vastlegt, te ondertekenen en na te leven. Dit charter bevat de volgende elementen:
- Toegankelijkheid van de site. De site is toegankelijk via de ingang op het volgende adres: Xxxxxxxxxxx 00 (Xxxxxxxx). De site is elke dag van de week toegankelijk, ook in het weekend en op feestdagen, zonder tijdsbeperkingen.
- Gebruik van binnenruimtes. De concessiehouder heeft toegang tot het sanitair, de ruimtes voor opslag van materiaal en de refter van maandag tot vrijdag, van 7.30 tot 15.30 uur. Door het handvest te ondertekenen, verplicht de concessiehouder zich ertoe om deze ruimtes op een voorzichtige en redelijke manier te gebruiken.
- Parkeren van voertuigen en verkeer op de site. De concessiehouder kan zijn voertuigen parkeren op de parkeerplaats van de site. Rijden op wandelsnelheid is indien nodig toegestaan op de site.
- Afvalbeheer. De concessiehouder mag organisch afval van plantaardige oorsprong dat verband houdt met zijn tuinbouwproductie weggooien in de compost van de Stad die beschikbaar is op de site. Het resultaat van deze compost mag door de concessiehouder niet gebruikt worden voor zijn teelt. De concessiehouder mag zijn eigen compost plaatsen die hij beheert, mits de Stad hier vooraf schriftelijk mee heeft ingestemd. Huishoudelijk afval, PMD, papier/karton kunnen worden gedeponeerd in de bakken die worden gebruikt door de dienst Groene Ruimten op de site. Het
beheer van landbouwafval kan samen worden uitgevoerd met dat van de dienst Groene Ruimten, mits akkoord tussen de partijen.
- Evenementen in de kwekerij. Elk jaar in mei organiseert de dienst Groene Ruimten een open dag. Tijdens deze dag verbindt de concessiehouder zich ertoe zich ter beschikking te stellen om, in samenwerking met de dienst Groene Ruimten, deel te nemen aan eventuele activiteiten (bezoeken aan de landbouwpercelen, uitleg over het tuinbouwproject aan bezoekers, enz.). De concessiehouder wordt een maand voor de open dag schriftelijk op de hoogte gesteld. Voertuigverkeer op de site is verboden op deze dag.
Bij niet-naleving van het charter worden de in de dienstenconcessie vastgestelde sancties opgelegd aan de concessiehouder (punt 9).
Belangrijk
De Stad Brussel, eigenaar van het terrein, behoudt zich het recht voor om in overleg met de concessiegever de betrokken percelen of de omvang van nieuwe percelen te wijzigen door andere percelen waarvan de totale oppervlakte ongeveer gelijk is aan die van de percelen die door deze overeenkomst beschikbaar worden gesteld.
Het officiële verzoek tot wijziging van de terreinen wordt door de grondeigenaar (per aangetekende brief) gericht aan de concessiegever, die met de concessiehouder bespreekt hoe hij op deze voorgestelde wijzigingsmogelijkheid zal reageren.
Met inachtneming van het kader en de verplichtingen van deze concessie-opdracht en in geval van overeenstemming tussen de concessiegever en de concessiehouder kunnen de percelen waarop de concessie betrekking heeft en die in dit punt hierboven zijn opgesomd, worden gewijzigd of kunnen nieuwe percelen aan de concessie worden toegevoegd. Indien de terreinen worden gewijzigd, moet de totale oppervlakte van de terreinen na deze wijzigingen ongeveer gelijk zijn aan die van de percelen vermeld in deze overeenkomst.
Als er overeenstemming wordt bereikt, zullen de terreinen binnen 6 maanden na het bereiken van de overeenstemming worden aangepast.
Wijzigingen aan de percelen die in het kader van deze overeenkomst beschikbaar worden gesteld, mogen alleen worden uitgevoerd op voorwaarde dat de concentraties van verontreinigende stoffen geen risico vormen voor de volksgezondheid in de context van tuinbouw, zoals toegestaan door de relevante wetgeving. De Stad Brussel, die eigenaar is van de gronden, toont op basis van analyses van de concentraties verontreinigende stoffen (koolwaterstoffen, PFAS, zware metalen) aan dat de nieuwe percelen die ter beschikking worden gesteld geen risico vormen voor de volksgezondheid in de context van tuinbouw, zoals toegestaan door de relevante wetgeving.
II.
Dit gedeelte heeft betrekking op de procedure tot aan de aanwijzing van de concessiehouder.
II.1 Algemene organisatie van de procedure
Deze mededingingsprocedure vindt plaats volgens onderstaande fasen:
- Fase 1: Belgische en Europese bekendmaking van de concessie
*** Bezoek van de locatie ***
- Fase 2: Ontvangst van de offertes op het E-Procurement-platform
- Fase 3: Beoordeling van de offertes
*** Presentatie aan het Adviescomité ****
- Fase 4: Eventuele onderhandelingen met één of meer inschrijvers
- Fase 5: Eventuele indiening van definitieve offertes in geval van onderhandelingen
- Fase 6: Opstellen van een rangorde op basis van de gunningscriteria
- Fase 7: Gunning van de concessie, eventueel vergezeld van het opmaken en ondertekenen van een concessieovereenkomst.
II.2 Vóór het indienen van de offertes
II.2.1 Bezoek van de locatie:
Alvorens ze hun offerte indienen, zijn ondernemers die geïnteresseerd zijn in het indienen van hun offerte verplicht om minstens één bezoek te brengen aan de locatie. De data van dit bezoek worden vastgesteld op 19/04/2024 en op 03/05/2024. De locatie voorafgaand bezoeken, is een essentiële vereiste voor het indienen van een offerte.
Er wordt een certificaat van bezoek bezorgd (zie bijlage [E]). Dit moet aan de offerte worden toegevoegd, anders wordt de offerte beschouwd als substantieel onregelmatig.
De Brusselse Keukens aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid voor gebeurlijke ongevallen tijdens het bezoek ter plekke.
Het trefpunt is Xxxxxxxxxxx 00 in Zaventem. De contactpersoon voor het regelen van het tijdstip van het bezoek ter plaatse is: Xxx Xxxxxx Xxxxxxxx: x00 (0)0 000 00 00 E-mail: xxx.xxxxxx@xxxxxxx.xx
II.2.2 Hoe contact opnemen - Vragen/Antwoorden
De inschrijvers mogen de concessieverlener alle vragen stellen die zij nuttig achten voor het opmaken van hun offerte, onder de volgende voorwaarden:
- de vragen worden ingediend op het E-procurement platform (xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx). Op dit platform krijgen de inschrijvers de mogelijkheid om hun vragen te stellen aan de concessieverlener.
- De uiterste deadline voor het ontvangen van de vragen is vastgelegd op 10 kalenderdagen vóór de deadline voor het indienen van de offertes.
Vragen zullen worden beantwoord binnen 5 werkdagen, dit schriftelijk en met inachtneming van de anonimiteit van de inschrijvers. De antwoorden op de vragen zullen aan alle inschrijvers worden bezorgd.
II.3 Opmaken en indienen van de offertes
II.3.1 Samenwerking tussen meerdere ondernemers
De offerte kan berusten op een samenwerking tussen meerdere ondernemers. Verschillende vormen zijn in deze mogelijk:
□ De offerte kan worden ingediend door een combinatie van ondernemers, zonder rechtspersoonlijkheid (bijvoorbeeld een tijdelijke vereniging).
In dat geval moeten de partners zich hoofdelijk verbinden tot de uitvoering van de concessie en een vertegenwoordiger aanduiden. De offerte dient te worden ondertekend door de wettelijke vertegenwoordiger van elke partner, hetzij rechtstreeks, hetzij via een volmacht verleend aan een van de partners (zie hieronder – ondertekening van de offerte).
□ De offerte kan berusten op de draagkracht van derden (bijvoorbeeld een onderaannemer). In dit geval hoeft de offerte niet door deze derde partij te worden ondertekend. Ze moet echter wel een vaste toezegging bevatten van laatstgenoemde dat hij deel zal nemen aan de uitvoering van de opdracht. Een standaardformulier is bijgevoegd als bijlage D.
Opgelet:
• Een ondernemer kan slechts één offerte indienen. Deze regel houdt in dat hij slechts lid kan zijn van één combinatie (bijvoorbeeld via een tijdelijke vereniging). Dezelfde ondernemer kan echter als onderaannemer deelnemen binnen meerdere teams.
• Het Document van Voorlopig Bewijs (DVB) (zie II.3.2) moet worden ingevuld en bijgevoegd door de inschrijver, door elk lid van een eventuele combinatie, en door elke derde op wiens draagkracht beroep wordt gedaan voor de selectie.
• De concessiehouder is verplicht om bij de uitvoering van de concessie samen te werken met de aangeduide onderaannemers. Het gebruik van andere onderaannemers is onderworpen aan de voorafgaande toestemming van de concessieverlener.
II.3.2 Vorm en inhoud van de offertes
De concessiehouder maakt zijn offerte op in het Frans of het Nederlands en vult het offerteformulier in volgens het model dat bij het bestek is gevoegd als bijlage. Als de concessiehouder zijn offerte baseert op andere documenten dan het verstrekte formulier, is hij volledig verantwoordelijk voor de perfecte overeenstemming tussen de door hem gebruikte documenten en het formulier.
De offertes worden ingediend op het elektronische e-Procurement-platform, dat beschikbaar is op de website xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx.
De concessiehouder voegt bij zijn offerte een volledige en gedetailleerde beschrijving van de aangeboden diensten. De inschrijver voegt tevens alle documenten toe die hij nuttig acht, opdat de concessieverlener een goed inzicht kan krijgen in het project en het kan beoordelen aan de hand van de onderstaande gunningscriteria.
Het offerteformulier (bijlage A) moet vergezeld zijn van de volgende documenten:
⮚ Het DVB'/de DVB's (Documenten van Voorlopig Bewijs, zie hieronder) ingevuld (bijlagen B en C) door de inschrijver en, indien van toepassing, door de andere leden van de combinatie en/of door derde partijen op wier draagkracht een beroep wordt gedaan;
⮚ De administratieve documenten
o Het bewijs van de ondertekenbevoegdheid van de ondertekenaars van de offerte (zie ook II.3.3);
o In geval van een combinatie zonder rechtspersoonlijkheid, de hoofdelijke verbintenis van de natuurlijke of rechtspersonen, en ook de aanduiding van de vertegenwoordiger van de vereniging t.a.v. de concessiehouder;
o In geval van een beroep op de draagkracht van een derde in het kader van de selectie, de verbintenis van laatstgenoemde om deel te nemen aan de uitvoering van de concessie (zie bijlage D);
o Het bewijs dat de inschrijver heeft deelgenomen aan het bezoek van de locatie;
⮚ De toelichting (maximaal 40 pagina's - enkelzijdig - A4), voor de beoordeling van zijn offerte. Deze dient volgende elementen te bevatten:
• Het voorgestelde teeltplan om een bepaalde hoeveelheid producten te produceren (minstens de in punt III.1 vermelde hoeveelheden) en de manier waarop de inschrijver de werking van de site en de verschillende productiezones zal organiseren aan de hand van dit teeltplan.
• De woordelijke omschrijving van de visie van de inschrijver op de opdracht (hoe hij de projectdoelstellingen wil verwezenlijken (punt I.4). De inschrijver bespreekt onder andere:
▪ De meerwaarde van het voorstel met het oog op de doelstellingen van de concessieverlener;
▪ De wijze waarop hij de hoofd- en nevenfunctie van de concessie wil garanderen en uitvoeren;
▪ De hoeveelheden die de concessiehouder voor de concessieverlener zal produceren, met inachtneming van de jaarlijkse hoeveelheden bepaald in punt III.1;
▪ De geschatte productieopbrengst per hectare;
▪ De manier waarop hij een exemplarisch beheer van de site wil garanderen op het vlak van landbouwpraktijken – grondbewerking, waterbeheer, agro-ecologisch beheer, ...
– (punt I.4 over de doelstellingen van het project en punt III.1 over de beschrijving van de exploitatievoorwaarden).
• Ondernemingsplan (finaliteit en doel, diensten- en productaanbod, doelgroep, stakeholders, ...) en Financieel plan (schatting van de gegenereerde inkomsten, schatting van de te maken kosten).
De inschrijver zal onder meer nader ingaan op:
▪ De financiële structuur: inkomstenbronnen, mogelijke interdependenties, cash flow over de afgelopen drie jaar ...;
▪ Overzicht van de investeringen (materiële en immateriële vaste activa);
▪ Personeelskosten;
▪ Het businessmodel (Excel-formaat);
▪ De maatregelen die worden genomen om de inkomsten te garanderen (externe controleur) en de herinvestering ervan in de werking en goede gezondheid van de exploitatie;
▪ Toewijzing van de winsten (een deel ervan aan de wettelijke reserve, sociale reserve, investeringen in infrastructuur of personeel, en ten slotte aanvullende taken van openbare dienst – zie herzieningsclausule III.8.3), met planning van de evolutie in de tijd van deze toewijzing.
• Voorstelling van het team dat door de inschrijver is samengesteld voor de exploitatie van de concessie, met focus op ervaring en functionering
▪ Het aantal en de hoedenanigheid van de banen (type banen en contracten);
▪ Perso(o)n(en) belast met de dagelijkse organisatie,
▪ Geschatte omvang van het ter plekke aanwezige team;
▪ Het aantonen van de ervaring en knowhow van het team dat voor de exploitatie wordt ingezet in het licht van het doel van de concessie en de geplande activiteiten;
• Onderhoudsplan van de site (gebouwen en omgeving) en inrichtingsplan (kleine verbouwingen, uitrustingen, ...) die zijn gepland door de inschrijver.
II.3.3 Indienen van de offertes
De offerte kan niet op papier worden ingediend.
Door het indienen van zijn offerte aanvaardt de inschrijver alle clausules van het bestek en doet hij afstand van alle andere voorwaarden. Indien de aanbestedende overheid bij de analyse van de offertes vaststelt dat de inschrijver voorwaarden heeft toegevoegd die de offerte onnauwkeurig maken of indien de inschrijver voorbehoud maakt bij de voorwaarden van het bestek, behoudt de aanbestedende overheid zich het recht voor om de offerte te beschouwen als substantieel onregelmatig. Wanneer een inschrijver hiertegen bezwaar aantekent, moet hij binnen de 7 kalenderdagen na ontvangst van het bestek de redenen voor dit bezwaar schriftelijk en per aangetekend schrijven meedelen aan de concessieverlener.
De inschrijvers moeten hun offertes indienen op het E-Procurementplatform van de concessieverlener.
Gekwalificeerde elektronische handtekening en wijziging of intrekking van een offerte
§ 1 - Het indieningsrapport moet ondertekend worden door middel van een gekwalificeerde elektronische handtekening.
Een gekwalificeerde elektronische handtekening is de in artikel 3, 12°, van de verordening 910/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt en tot intrekking van richtlijn 0000/00/XX xxxxxxxx geavanceerde elektronische handtekening die is aangemaakt met een gekwalificeerd middel voor het aanmaken van elektronische handtekeningen en die gebaseerd is op een gekwalificeerd certificaat voor elektronische handtekeningen.
Een geavanceerde elektronische handtekening voldoet aan de volgende voorwaarden:
- zij is op unieke wijze aan de ondertekenaar verbonden;
- zij maakt het mogelijk de ondertekenaar te identificeren;
- zij komt tot stand met gegevens voor het aanmaken van elektronische handtekeningen die de ondertekenaar, met een hoog vertrouwensniveau, onder zijn uitsluitende controle kan gebruiken;
- zij is op zodanige wijze aan de daarmee ondertekende gegevens verbonden, dat elke wijziging achteraf van de gegevens kan worden opgespoord.
Meer inlichtingen over een geldige elektronische handtekening zijn te vinden in het
helpcentrum van het e-Procurementplatform op xxxxx://xxxx.xxxxxxxxxx.xxx/xxxxxxxxxxxx?xxxxxxx.
§ 2 - Voor de wijzigingen aan een offerte die zich voordoen na de ondertekening van het indieningsrapport, alsook voor de intrekking van een offerte, wordt een nieuw indieningsrapport opgemaakt dat overeenkomstig § 1 getekend moet worden.
Het voorwerp en de draagwijdte van de wijzigingen worden nauwkeurig vermeld. De intrekking moet onvoorwaardelijk zijn.
Wanneer het indieningsrapport dat opgesteld wordt ingevolge de wijzigingen of de intrekking bedoeld in het eerste lid, niet voorzien is van de in § 1 bedoelde handtekening, brengt dit van rechtswege de nietigheid van de wijziging of intrekking met zich mee. Deze nietigheid slaat slechts op de wijzigingen of de intrekking en niet op de offerte zelf.
Bevoegdheid of machtiging van de ondertekenaar(s)
§ 1 - De handtekening wordt afgeleverd door de persoon (personen) die bevoegd of gemachtigd is (zijn) om de inschrijver te verbinden.
Het eerste lid is van toepassing op elke deelnemer aan een combinatie van ondernemers wanneer de offerte wordt neergelegd door een dergelijke combinatie. Deze deelnemers zijn hoofdelijk aansprakelijk.
§ 2 - Als de ondertekening van het indieningsrapport gebeurt door een gemachtigde, vermeldt hij duidelijk zijn volmachtgever(s). De gemachtigde voegt de elektronische authentieke of onderhandse akte toe waaruit zijn bevoegdheid blijkt of een scan van het afschrift van zijn volmacht.
In voorkomend geval verwijst hij naar het nummer van de bijlage van het Belgisch Staatsblad waarin de akte bij uittreksel is bekendgemaakt, waarbij ook de betreffende bladzijde(n) en/of passage worden opgegeven.
Het indieningsrapport dat namens een rechtspersoon elektronisch wordt ondertekend door middel van een certificaat op naam van deze rechtspersoon, die daarbij enkel een verbintenis aangaat in eigen naam en voor eigen rekening, vereist geen bijkomende volmacht.
II.3.4 Opening van de offertes
De offertes worden elektronisch ingediend. Er vindt geen opening van offertes plaats in een openbare zitting.
II.3.5 Geldigheidsduur van de offertes
De inschrijver blijft gebonden aan zijn offerte gedurende een periode van 90 kalenderdagen, te rekenen vanaf de uiterste datum voor ontvangst van de offertes.
II.4 Toegang, kwalitatieve selectie en gunning
II.4.1 Toegangsrecht - Kwalitatieve selectie
II.4.1.1 Vooraf: Document van voorlopig bewijs (DVB)
Om de afwezigheid van uitsluitingsgronden en de naleving van de kwalitatieve selectiecriteria te bewijzen, dient de inschrijver een Document van Voorlopig Bewijs (hierna DVB) in te vullen en voor te leggen.
Wanneer de inschrijver een combinatie is (bijvoorbeeld een tijdelijke vereniging), vult elk lid van deze combinatie het DBV in en voegt hij dit bij de offerte. Hetzelfde geldt voor derden wier draagkracht door de inschrijver wordt ingeroepen om te voldoen aan de selectievoorwaarden (bijvoorbeeld onderaannemers).
Het gaat hierbij om een geactualiseerde verklaring op erewoord, die door de concessieverlener wordt aanvaard als voorlopig bewijs, om te bevestigen dat de concessiehouder voldoet aan alle volgende voorwaarden: 1° dat hij zich niet in een van de situaties bevindt die tot zijn uitsluiting moeten of kunnen leiden in het licht van artikelen 50 tot 52 van de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten en dat hij voldoet aan de voorwaarden van het toegangsrecht (Bijlage B); 2° dat hij voldoet aan de kwalitatieve selectiecriteria vastgelegd in het bijzonder bestek (Bijlage C);
De concessieverlener zal de verklaringen in het DVB van de geselecteerde inschrijver controleren voordat de concessie wordt toegekend.
II.4.1.2 Toegangsrecht – Uitsluitingsgronden
Juridische situatie van de inschrijver - referenties vereist (uitsluitingscriteria –
BIJLAGE B)
De inschrijver voegt bij zijn offerte een DVB (bijlage B) waarin hij verklaart van zich niet te bevinden in een van de situaties van uitsluiting bedoeld in artikels 50 tot 52 van de wet van 17 juni 2016 met betrekking tot de concessieovereenkomsten, dat wil zeggen dat hij:
o zich niet bevindt in staat van faillissement of vereffening, geen aangifte heeft gedaan van zijn faillissement en niet het voorwerp heeft uitgemaakt van een procedure van vereffening of van gerechtelijke reorganisatie;
o zijn verplichtingen naleeft met betrekking tot de betaling van de socialezekerheidsbijdragen (RSZ-bijdragen voor inschrijvers die personeel in dienst hebben dat onderworpen is aan de wet van 27 juni 1969 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders), in overeenstemming met de bepalingen van de Belgische wetgeving of deze van het land waar de werknemers gevestigd zijn;
o in regel is met zijn fiscale verplichtingen (minstens btw en vennootschaps-
/personenbelasting) aan de FOD Financiën;
o geen ernstige beroepsfout heeft begaan;
o tenzij in geval van dwingende eisen van algemeen belang of corrigerende maatregelen die voldoende worden geacht, niet het voorwerp is geweest van een veroordeling bij rechterlijke beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan voor een van de volgende strafbare feiten:
− Deelname aan een criminele organisatie;
− Omkoping;
− Fraude;
− Terroristische misdrijven (waaronder uitlokking, medeplichtigheid of poging tot zulk misdrijf);
− Witwassen van geld of financiering van terrorisme;
− Kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel;
− Tewerkstellen van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen.
De inschrijvers worden eraan herinnerd dat de hierboven genoemde situaties elk op zich kunnen leiden tot uitsluiting van de procedure tot gunning van de concessie.
Technische en beroepsbekwaamheid van de inschrijver (selectiecriteria)
Selectiecriteria | Minimale vereisten |
Ervaring. | De inschrijver moet het bewijs leveren dat hij de afgelopen drie jaar ten minste één ervaring heeft opgedaan die vergelijkbaar is met de huidige concessie, d.w.z. een ervaring met voedselproductie met inachtneming van duurzame, lokale exploitatievoorwaarden en in een stedelijke of peri-urbane omgeving (punt III.1). Om zijn ervaring aan te tonen, moet de inschrijver een ondertekend certificaat bijvoegen waarin hij kort de ervaring beschrijft die hij aanvoert, de datum en, indien van toepassing, de aanbestedende overheid/ concessieverlener/medecontractant. |
II.4.2 Gunningscriteria
Bij het gunnen van de concessie gelden volgende criteria. Ze zullen worden beoordeeld op basis van de toelichting bij de offerte, waarbij rekening wordt gehouden met het naleven van de richtlijnen die in het programma zijn vastgesteld, inclusief de garantie dat de hoofdfuncties worden uitgevoerd.
Nr. | Beschrijving | Gewicht |
1. | Hoeveelheden geproduceerd voor de concessieverlener en doelmatigheid van het teeltplan | |
Dit criterium wordt beoordeeld op basis van de evolutie van de productie. Indien de inschrijver zich ertoe verbindt om méér te produceren dan de jaarlijkse hoeveelheden die zijn vastgelegd in punt III.1 voor de vaste maandelijkse vergoeding van 2.000 euro, zoals ook bepaald in punt I.3, zal een aanvullende quotering worden toegekend op volgende wijze: +5% 🡪 4 punten +10% 🡪 10 punten >20% 🡪 20 punten | /20 | |
2. | Kwaliteit van het ondernemingsplan | |
Dit criterium wordt beoordeeld aan de hand van het financiële plan en het groeiplan van de concessiehouder op korte en lange termijn. De beoordeling zal zich richten op de coherentie, bedrijfszekerheid en economische haalbaarheid van het voorstel. Dit criterium omvat de analyse van het plan om de productie van de concessiehouder (los van de leveringen aan de concessieverlener) op de markt te brengen. | /20 | |
3. | Geschiktheid van het voorgestelde team qua ervaring en organisatie | |
a. Dit subcriterium is gebaseerd op het aantal vte's dat de concessiehouder voor dit project beschikbaar stelt Aantal vte's > 2,5: 5 punten Aantal vte's tussen 1,5 en 2,5: 2,5 punten Aantal vte's < 1,5: 0 punten b. Dit subcriterium is gebaseerd op de kwalificaties van de inschrijver Minimaal 1 vte met diploma (hoger diploma agronomie) of minimaal 1 vte met 5 jaar ervaring: 5 punten Geen diploma (hoger diploma agronomie) of geen ervaring van minimaal 5 jaar: 0 punten | /10 | |
4. | Sociale integratie | |
Dit criterium zal worden beoordeeld op basis van de inclusie van werknemers in sociale integratie die de concessiehouder voorneemt om in dienst te nemen. Inclusie van werknemers in socio-professionele integratie (SPI): 5 punten | /5 |
Geen inclusie van werknemers in socio-professionele integratie (SPI): 0 punten | ||
5. | Logistieke kwaliteit van het project | |
a. Dit subcriterium wordt beoordeeld op basis van het aantal leveringen per week aan de concessieverlener (zie punt III.1 voor het minimale aantal wekelijkse leveringen) 2 leveringsdagen per week 🡪 2 punten 3 leveringsdagen per week 🡪 3 punten 4 leveringsdagen per week 🡪 4 punten 5 leveringsdagen per week 🡪 5 punten b. Dit subcriterium zal worden beoordeeld op basis van de middelen die beschikbaar zullen worden gesteld voor de logistiek Toelichten van het leveringsproces (leveringsbonnen, ecologische transportwijze, ...). Hoe doelgerichter het voorgestelde proces en de geïmplementeerde middelen, hoe hoger de toegekende score (tot 5 punten). | /10 | |
6. | Criterium van diversiteit van de producten | |
Dit criterium zal worden beoordeeld op basis van de diversiteit aan groenten en fruit die aan de concessieverlener worden geleverd: Minimaal 2 verschillende soorten fruit of groenten/maand: 0 punten Minimaal 3 verschillende soorten fruit of groenten/maand: 5 punten Minimaal 4 verschillende soorten fruit of groenten/maand: 10 punten Minimaal 5 verschillende soorten fruit of groenten/maand: 12 punten Minimaal 6 verschillende soorten fruit of groenten/maand: 15 punten | /15 |
II.4.3 Adviescomité
Een adviescomité is belast met het uitbrengen van een advies aan de concessieverlener over de ontvangen offertes in het licht van de gunningscriteria.
Het adviescomité is als volgt samengesteld:
• De Brusselse Keukens
o 1 vertegenwoordiger van de Algemene Directie
o 1 vertegenwoordiger van de cel kwaliteit hygiëne
o 1 vertegenwoordiger van het kabinet van de Voorzitter
• De Stad Brussel (Dienst Klimaat en Stad in Transitie, Dienst Xxxxxx Xxxxxxx, Voogdijkabinetten) (4 vertegenwoordigers)
o 1 vertegenwoordiger van de dienst klimaat
o 1 vertegenwoordiger van de afdeling groene ruimten
o 1 vertegenwoordiger van de kinderopvang
o 1 vertegenwoordiger van het voogdijkabinet voor groene ruimten
• Leefmilieu Brussel
o 1 vertegenwoordiger van de cel Good Food
• Facilitator Stadslandbouw (1 vertegenwoordiger)
Om zijn advies uit te brengen, kan het adviescomité de concessieverlener vragen om inschrijvers te
verzoeken om na de mondelinge presentatie de inhoud van hun offerte nader toe te lichten.
Het adviescomité zal de antwoorden analyseren die door de inschrijvers zullen worden gecommuniceerd binnen 10 kalenderdagen vanaf de vraag naar aanvullende informatie.
Het adviescomité zal zich bij het vaststellen van de rangorde van de offertes baseren op de criteria van punt II.4.2 en de informatie die wordt gecommuniceerd door de inschrijvers.
De bevoegdheid van het comité is raadgevend. De uiteindelijke beslissing om de concessie te gunnen ligt bij de concessieverlener.
II.4.4 Mondelinge toelichting van de offertes
Kort na de indieningsdatum van de offertes worden de inschrijvers opgeroepen om hun offerte voor te stellen aan het adviescomité. De mondelinge presentatie van de projecten door de inschrijvers biedt het adviescomité de gelegenheid om alle benodigde verduidelijkingen te krijgen voor een goed begrip van de door de inschrijvers ingediende offertes. De voorstelling van de offertes vindt niet plaats in aanwezigheid van andere inschrijvers.
De praktische details van deze presentaties zullen op het gepaste moment aan de betrokken inschrijvers worden meegedeeld.
Met het oog op het geven van advies kan het adviescomité, na de mondelinge presentatie van de offertes, de concessieverlener verzoeken om aanvullende informatie van de inschrijvers te verkrijgen over hun offertes.
II.4.5 Onderhandelingen
De concessieverlener kan, indien nodig bijgestaan door het adviescomité, onderhandelen met de inschrijvers en voorstellen dat zij hun offerte aanpassen aan de vereisten vermeld in het bijzonder bestek, om zo de beste offerte te vinden op basis van de gunningscriteria.
De onderhandelingen worden gevoerd door de concessieverlener en, naar zijn keuze, ofwel gezamenlijk met alle of sommige inschrijvers, ofwel achtereenvolgens met alle of sommige inschrijvers, zonder dat deze keuze kan worden opgevat als een indicatie van de uiteindelijke gunningsbeslissing of als een afwijzing van de inschrijver(s) met wie de onderhandelingen niet of niet onmiddellijk worden gestart.
De concessieverlener behoudt zich het recht voor om de overheidsopdracht te kunnen gunnen op basis van de aanvankelijke offertes zonder onderhandelingen, als hij op basis van de aanvankelijke offertes van oordeel is dat de concessie zonder onderhandeling kan worden gegund.
II.4.6 Gunning van de overheidsopdracht
Aan het einde van eventuele onderhandelingen gunt de concessieverlener het contract aan de inschrijver van wie hij de offerte economisch het meest voordelig acht in het licht van de hierboven genoemde gunningscriteria.
Volgens artikel 85 van de wet van 17 juni 2016 houdt het afronden van deze procedure niet in dat de concessie moet worden gegund of afgesloten. De aanbestedende overheid heeft de mogelijkheid om af te zien van het gunnen of afsluiten van de concessie, of om de procedure opnieuw te starten, eventueel via een andere plaatsingsmethode.
III. Contractuele bepalingen
Dit tweede deel bepaalt de voorwaarden voor de uitvoering van de concessie.
III.1 Exploitatievoorwaarden: verplichtingen van de concessiehouder
Tijdens de concessieperiode moet de concessiehouder zich verplicht houden aan de hieronder opgesomde exploitatievoorwaarden.
Eisen inzake de uitgevoerde landbouwpraktijken
De voorgestelde landbouwactiviteiten op het perceel moeten het principe van agro-ecologie ondersteunen.
• De bodem moet zorgvuldig worden bewerkt, rekening houdend met de microbiologische samenstelling van de gronden (niet ploegen op het terrein).
• Het gebruik van fytosanitaire producten en kunstmest is verboden.
• Het gebruik van organische meststoffen moet worden beperkt om te voorkomen dat er een overschot aan nutriënten in de grond terechtkomt.
• Het watergebruik zal doordacht zijn, waarbij de voorkeur zal uitgaan naar landbouwpraktijken die het behoud van de watervoorraden bevorderen.
• De landbouwmethoden moeten de biodiversiteit stimuleren.
Eisen inzake te leveren hoeveelheden
Als tegenprestatie voor het recht om gedurende de hele concessieperiode de bovengenoemde terreinen kosteloos te bezetten en te exploiteren, heeft de concessiehouder de verplichting om tegen een vaste maandelijkse prijs van 2.000 euro de hoeveelheden fruit en/of groenten leveren die voortkomen uit de activiteiten van groenten- en fruitteelt op de terreinen vermeld in punt I.5., zoals hieronder bepaald:
Tijdens de opstartfase (september 2024 – september 2025)
De concessiehouder moet aan de concessieverlener de volgende minimale hoeveelheden leveren:
Opstartfase I van september 2024 tot mei 2025: 100 kg/maand, d.w.z. een minimale leveringshoeveelheid over deze periode van 900 kg
Opstartfase II van juni 2025 tot september 2025: 200 kg/maand, d.w.z. een minimale leveringshoeveelheid over deze periode van 800 kg
Tijdens de eerste exploitatiefase (oktober 2025 – 33e maand)
De concessiehouder moet in deze eerste fase minimaal 5.000 kg per jaar leveren aan de concessieverlener.
Om de oogstcycli te eerbiedigen en een doeltreffende planning te waarborgen van de distributie aan de begunstigden van de concessieverlener, moet de concessiehouder aan de concessieverlener de maandelijkse hoeveelheden leveren die vallen binnen de marges (min/max) zoals weergegeven in de volgende tabel, waarbij de jaarlijkse hoeveelheid niet minder mag zijn dan 5.000 kg.
In kg | Januari | Februar i | Maart | April | Mei | Juni | Xxxx | Xxxxxxx s | September | Oktober | November | December |
Max | 400 | 300 | 300 | 300 | 300 | 500 | 800 | 800 | 1000 | 700 | 400 | 400 |
Min | 200 | 150 | 150 | 100 | 100 | 250 | 400 | 400 | 500 | 350 | 200 | 200 |
Tijdens de tweede exploitatiefase (34e maand – 60e maand)
Tijdens deze tweede exploitatiefase moet de concessiehouder minimaal 6.250 kg per jaar leveren aan de concessieverlener.
Om de oogstcycli te eerbiedigen en een efficiënte planning van de distributie aan de begunstigden van de concessieverlener te waarborgen, moet de concessiehouder aan de concessieverlener de maandelijkse hoeveelheden leveren die vallen binnen de marges (min/max) zoals weergegeven in de volgende tabel, waarbij de jaarlijkse hoeveelheid niet minder mag zijn dan 6.250 kg.
In kg | Januari | Februari | Maart | April | Mei | Juni | Xxxx | Xxxxxxx s | September | Oktober | November | December |
Max | 500 | 375 | 375 | 375 | 375 | 625 | 1000 | 1000 | 1250 | 875 | 500 | 500 |
Min | 250 | 188 | 188 | 125 | 125 | 313 | 500 | 500 | 625 | 438 | 250 | 250 |
Tijdens de derde exploitatiefase (61e maand – 119e maand)
Tijdens deze derde exploitatiefase moet de concessiehouder minimaal 7.800 kg per jaar leveren aan de concessieverlener.
Om de oogstcycli te eerbiedigen en een efficiënte planning van de distributie aan de begunstigden van de concessieverlener te waarborgen, moet de concessiehouder aan de concessieverlener de maandelijkse hoeveelheden leveren die vallen binnen de marges (min/max) zoals weergegeven in de volgende tabel, waarbij de jaarlijkse hoeveelheid niet minder mag zijn dan 7.800 kg:
In kg | Januari | Februar i | Maart | April | Xxx | Xxxx | Xxxx | Xxxxx tus | September | Oktober | November | December |
Xxx | 625 | 469 | 469 | 469 | 469 | 781 | 1250 | 1250 | 1563 | 1094 | 625 | 625 |
Min | 313 | 234 | 234 | 156 | 156 | 391 | 625 | 625 | 781 | 547 | 313 | 313 |
De concessiehouder die de hierboven genoemde hoeveelheden niet levert, wordt onderworpen aan de sancties vermeld in punt III.9.2.
De concessiehouder is verantwoordelijk voor de afzet van zijn productie die niet wordt gedistribueerd aan de concessieverlener.
Eisen inzake de diversiteit van de geleverde producten
De concessiehouder moet elke maand minstens twee verschillende soorten fruit en/of groenten leveren aan de concessieverlener.
De twee soorten fruit en/of groenten die de concessiehouder aan de concessieverlener moet leveren, dienen te voldoen aan alle drie volgende cumulatieve voorwaarden:
• Ze hoeven niet te worden gekookt voordat ze kunnen worden gegeten;
• Ze behoeven geen verdere verwerking dan het noodzakelijke wassen/snijden vóór consumptie;
• Ze worden geleverd zonder aarde. Indien nodig worden ze vóór levering geborsteld of gespoeld.
De bijlage bevat een indicatieve lijst van groenten en fruit die aan de concessieverlener kunnen worden geleverd.
F. Het gaat om een indicatieve lijst: de concessiehouder kan groenten en fruit aanbieden die niet op deze lijst staan, op voorwaarde dat deze voldoen aan de drie eerder genoemde cumulatieve voorwaarden.
Eisen inzake logistiek
De concessiehouder levert het voedsel minstens eenmaal per week aan de concessieverlener tussen
09.00 en 12.00 uur op volgend adres: Xxxxxx Xxxxxxxxxx 000-000, 0000 Xxxxxxx. Voor de levering moet de concessiehouder:
- het voedsel plaatsen in herbruikbare kratten (60x40x23 tot 27 cm) en het ordenen per soort;
- Bij de levering een "leveringsbon" toevoegen met de naam en het adres van de concessiehouder, de oogstdatum (of indien geconserveerd, de uiterste houdbaarheidsdatum), de leveringsdatum, de naam van het voedingsmiddel, de hoeveelheid in kilogram en het aantal kratten.
De concessiehouder moet de concessieverlener uiterlijk 7 kalenderdagen vóór de levering per e-mail informeren over de hoeveelheden en soorten groenten en/of fruit die zullen worden geleverd, en daarbij de dag(en) van levering aangeven.
Verantwoordelijkheden inzake het beheer van de site
• De concessiehouder neemt de volledige verantwoordelijkheid op zich voor het beheer van de site (onderhoud, verbruik, …).
• Er mag op het goed geen enkele inrichting noch omheining worden geplaatst en geen enkele, zelfs tijdelijke constructie, worden opgetrokken zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de concessiegever.
• De concessiehouder verbindt zich ertoe een boomgaard aan te planten op het perceel van 1,26 hectare (aanplanting van minimaal 50 fruitbomen).
• De concessiehouder verbindt zich ertoe volgende gebruiksvoorwaarden van het water na te leven:
o Maximaal 500 m³ per jaar water uit de watertank die wordt gevoed door grondwaterwinning (via watermeters zal het waterverbruik van de concessiehouder gemeten kunnen worden).
o Deze waterbron wordt maximaal tegen de marktprijs aan de concessiehouder gefactureerd.
• De concessiegever kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die kan ontstaan als gevolg van het ter beschikking stellen van de locatie aan de concessiehouder.
Goed nabuurschap
De exploitatie voor groenten-en fruitteelt op de percelen vermeld in deze concessie moet gebeuren in een goede verstandhouding met de activiteiten van de afdeling Groene Ruimten van de Stad Brussel die de site van de serres van Sterrebeek exploiteert voor tuinbouwactiviteiten.
Het niet naleven van deze voorwaarden zal aanleiding geven tot sancties (opgesomd in punt III.9.2).
Verbodsbepalingen
Veeteeltactiviteiten zijn niet toegestaan, behalve op het perceel bestemd voor de boomgaard, waar de concessiehouder indien gewenst beroep kan doen op praktijken van ecobegrazing voor het onderhoud van de site.
Toegang
De concessiegever zal te allen tijde toegang hebben tot de in punt I.5 vermelde gronden om zich ervan te vergewissen dat de concessiehouder zijn verplichtingen naar behoren nakomt. De concessiegever zal de lener ten minste 5 dagen van tevoren op de hoogte brengen van zijn mogelijke bezoek.
III.2 Contactpersoon en Toezichtcomité
De concessie wordt uitgevoerd onder direct toezicht van de aanspreekpersoon.
Aanspreekpersoon: Xxxx Xxxxxx
Adres: Xxxx Xxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx Telefoon: 02/210.14.53
E-mail: xxxx.xxxxxx@xxxxxxxx.xx
Verder wordt het toezicht uitgeoefend door een comité dat minstens eenmaal per jaar bijeenkomt. Dit comité bestaat uit dezelfde leden als het adviescomité (punt II.4.3).
Elke verandering in de samenstelling van het comité wordt, ter informatie, schriftelijk meegedeeld aan de concessiehouder.
Het comité voert volgende taken uit, onder voorbehoud van goedkeuring van de diensten van de concessieverlener:
• Zorgen voor de financiële opvolging, inclusief:
o Gezamenlijke reflectie over de vereiste dynamiek van het businessmodel;
o uitwisseling van informatie en discussies over het economische model en de haalbaarheid.
• Waarborgen van de technische opvolging van de site (aangezien de groenten-en fruitteeltactiviteiten die onder deze concessie vallen naast de historische kwekerij-activiteiten bestaan, moet de concessieverlener er via dit toezicht onder meer op toezien dat de groenten- en fruitteelt op de site voldoet aan de voorwaarden voor een goede co-existentie van de activiteiten), onder meer:
o kwaliteit van het onderhoud;
o mogelijke evoluties van/aanpassingen aan de terreinen.
• Erop toezien dat de herzieningsclausule wordt nageleefd (mogelijke wijzigingen in prestaties en herallocatie van de winst die hoger is dan deze die wordt geherinvesteerd in de activiteiten en de goede gezondheid van de onderneming).
III.3 Verzekeringen
De concessiehouder verbindt zich ertoe om bij een verzekeringsmaatschappij verzekerd te zijn voor zijn aansprakelijkheid voor arbeidsongevallen en zijn burgerlijke aansprakelijkheid (buitencontractuele zowel als objectieve) en voor die van zijn werknemers voor elk incident dat personeelsleden of een derde zou kunnen overkomen.
Xxxxxx doet de concessieverlener in dit kader afstand van elk verhaal tegen de concessiehouder en zijn aangestelden.
Eventuele eigen risico's blijven de verantwoordelijkheid van de concessiehouder.
De concessiehouder vrijwaart de concessieverlener ook van eventuele vorderingen door derden wegens schade of ongevallen die zich voordoen in de ruimtes waarvan het gebruik in concessie wordt gegeven of die voortvloeien uit de activiteiten van de concessiehouder binnen de gebouwen van de site van Sterrebeek.
III.4 Looptijd van de concessie
De concessie loopt af op 01/07/2034 en gaat in op de datum van kennisgeving van de opdracht.
De looptijd van de concessie word vastgelegd op 10 jaar, waarbij de termijn begint te lopen vanaf de datum van sluiting van de concessie.
Het overschrijden van de periode van 60 maanden waarin is voorzien door de Wet betreffende de Concessies, wordt gerechtvaardigd door de noodzaak voor de concessiehouder om de werkzaamheden en investeringen die hij zal moeten uitvoeren af te schrijven, zoals:
- de materiële investeringen ten laste van de concessiehouder;
- de investeringen verbonden met het planten van fruitbomen op het terrein;
- de investeringen in human ressources:
o Het project is uniek in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en zal de opleiding vereisen van specifiek personeel voor de taak.
Vanaf de dienstorder beschikt de concessiehouder over een termijn van maximaal 30 kalenderdagen om de site te beginnen exploiteren.
De concessie eindigt van rechtswege op 01/07/2034 zonder voorafgaande kennisgeving.
De concessiehouder is verplicht het goed op het einde van de concessie, met name 01/07/2034, vrij van alle gebruik en in goede staat van vruchtwisseling, vruchtbaarheid, onderhoud en netheid terug te geven.
De concessie eindigt automatisch op de geplande vervaldatum en zonder voorafgaande kennisgeving. Stilzwijgende verlenging is uitgesloten. Het voortduren van een bezetting na de contractuele termijn betekent geenszins een stilzwijgende verlenging van de exploitatieconcessie. Na het verstrijken van de in de vorige paragraaf genoemde termijn is de bezetting door de concessiehouder louter precair, aangezien deze laatste geen enkel recht kan doen gelden ten aanzien van de concessieverlener.
De gevallen van stopzetting worden geregeld in artikel III.10.
III.5 Investeringen, verbouwingen en onderhoud
III.5.1 Plaatsbeschrijving bij aanvang
Voordat de concessiehouder de site in gebruik neemt, wordt er gezamenlijk een tegensprekelijke plaatsbeschrijving van aanvang opgesteld
door de partijen.
III.5.2 Verbouwingen en verbeteringen
De concessiehouder kan geen enkele verbouwing, wijziging of verbetering van de site uitvoeren zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Comité.
De concessiehouder voert de door de concessieverlener toegestane werken uit op eigen kosten, risico en gevaar, en onder zijn volledige verantwoordelijkheid. Bovendien neemt de concessiehouder alle maatregelen om schade en overlast voor eventuele gebruikers van aangrenzende gebouwen te voorkomen en vrijwaart hij de concessieverlener tegen elke vordering die als gevolg van deze werkzaamheden tegen hem wordt ingesteld.
De concessiehouder moet, voor de werkzaamheden die door de concessieverlener zijn toegestaan, voldoen aan alle toepasselijke voorschriften, met name op het gebied van stedenbouw, milieu en gezondheids- en veiligheidscoördinatie, inclusief alle veiligheidsnormen die worden vereist door de verzekeraar en de brandweer.
De concessieverlener behoudt zich het recht voor om de door hem geautoriseerde werkzaamheden te controleren, echter zonder dat hieruit enige verantwoordelijkheid voor hem voortvloeit.
Elke verbouwing, wijziging of verbetering wordt zonder vergoeding verworven door de concessieverlener bij het verstrijken van de overeenkomst. In geval van voortijdige stopzetting wordt de vergoeding voor verbouwingen, wijzigingen of verbeteringen aan de concessie geregeld door artikel
III.10 hieronder.
In geval van verbouwing, wijziging of verbetering die zonder toestemming van de concessieverlener is uitgevoerd of die in strijd is met de geldende voorschriften, kan de concessieverlener op elk moment eisen dat de site op kosten van de concessiehouder in zijn oorspronkelijke staat wordt hersteld,
onverminderd eventuele aanvullende schadevergoedingen en boetes die verschuldigd kunnen zijn.
III.5.3 Onderhoud en herstellingen
De concessiehouder verbindt zich ertoe de site op een behoedzame en redelijke manier te gebruiken.
De concessiehouder is er verantwoordelijk voor dat het eigendom goed wordt onderhouden, dat kleine en grote reparaties worden uitgevoerd en dat bestaande natuurlijke en niet-natuurlijke kenmerken in goede staat worden gehouden. Hij verbindt zich ertoe toezicht te houden op het goed en het zorgvuldig te exploiteren.
III.5.4 Plaatsbeschrijving bij vertrek
Een plaatsbeschrijving bij vertrek wordt opgemaakt onder dezelfde voorwaarden als de plaatsbeschrijving bij betrekking op de laatste dag van de concessie en nadat de concessiehouder de gebruikte locatie volledig heeft verlaten. Indien uit de plaatsbeschrijving bij vertrek blijkt dat het goed beschadigd is, is de concessiehouder verplicht de vastgestelde schade aan de concessiegever te vergoeden.
III.6 Inkomsten – belastingen – kosten
III.6.1 Inkomsten
De concessiehouder hoeft geen enkele vergoeding te betalen voor de exploitatie van de locatie.
Staatssteun: Omdat er geen vergoeding moet betaald worden, valt de terbeschikkingstelling van de infrastructuur onder de regels inzake staatssteun, met name het Besluit van de Commissie van 20 december 2011 betreffende de toepassing van artikel 106, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst, verleend aan bepaalde met het beheer van diensten van algemeen economisch belang belaste ondernemingen (gepubliceerd in PbEU L 7 van 11 januari 2012).
Door het indienen van zijn offerte bevestigt de inschrijver kennis te hebben genomen van deze norm en verbindt hij zich ertoe deze na te leven.
Met het oog op administratieve vereenvoudiging zal de toepasselijkheid van Verordening (EU) nr. 360/2012 van de Commissie van 25 april 2012 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun verleend aan diensten van algemeen economisch belang verrichtende ondernemingen (gepubliceerd in PbEU L 114 van 26 april 2012) tijdens de procedure worden geanalyseerd met de hoogst gerangschikte inschrijver.
III.6.2 Kosten
De concessiehouder draagt alle lasten die rechtstreeks verband houden met de terreinen of de activiteiten die hij uitoefent op de bezette locatie, inclusief zijn persoonlijk verbruik (water, gas, elektriciteit, bedrijfsbelastingen, ...), met uitzondering van de onroerende voorheffing die door de eigenaar wordt betaald. De concessiegever is niet verantwoordelijk voor enige administratieve, juridische en/of technische procedures, vergunningen en/of toelatingen van welke aard ook met betrekking tot het professioneel gebruik van landbouwgronden in het Vlaams Gewest. Dit omvat niet de
eigendomsverplichtingen van de eigenaar, zoals de verlenging van de unieke vergunning voor de site van Sterrebeek.
III.7 Onderaanneming
Onderaanneming ontslaat de concessiehouder niet van zijn verantwoordelijkheid tegenover de concessieverlener. Deze laatste heeft geen contractuele relatie met deze derden en de concessiehouder is volledig verantwoordelijk voor de uitvoering van de concessie.
De concessiehouder is verplicht om een beroep te doen op onderaannemers die zich ertoe hebben verbonden om als zodanig op te treden in de goedgekeurde offerte van de concessiehouder, opdat deze kon voldoen aan de selectievoorwaarden.
De concessiehouder moet de lijst van onderaannemers die betrokken zijn bij de uitvoering van de diensten die vallen onder de concessie aan de concessieverlener bezorgen, ongeacht hun niveau van tussenkomst in de onderaannemingsketen of de omvang van hun tussenkomst.
De lijst wordt elke maand bijgewerkt en bevat de identificatie- en contactgegevens van onderaannemers en hun wettelijke vertegenwoordigers.
In overeenstemming met artikel 52 van het koninklijk besluit behoudt de concessieverlener het recht om te controleren of er geen uitsluitingsgronden zijn bij deze onderaannemers (sociale schulden, fiscale schulden, ...).
Het is de concessiehouder niet toegestaan om de volledige overheidsopdracht uit te besteden of uitsluitend de coördinatie ervan op zich te nemen.
III.8 Herzieningsclausules
III.8.1 Prijsherziening
Na drie jaar wordt de maandelijkse vaste prijs jaarlijks aangepast op de verjaardag van het sluiten van de concessieovereenkomst, in overeenstemming met de consumptieprijsindex.
III.8.2 Herziening van de hoeveelheden
De partijen kunnen overeenkomen om de minimale jaarlijkse hoeveelheden fruit en/of groenten zoals vastgesteld in punt III.1 te herzien onder de volgende voorwaarden:
• De nieuwe minimale jaarlijkse hoeveelheden kunnen nooit lager zijn dan de minimale jaarlijkse hoeveelheden die zijn vastgesteld in punt III.1;
• De nieuw overeengekomen minimale jaarlijkse hoeveelheden kunnen nooit lager zijn dan de minimale jaarlijkse hoeveelheden die werden vastgelegd tijdens eerdere herzieningen in toepassing van deze herzieningsclausule;
• De nieuwe jaarlijkse minimale hoeveelheden die worden overeengekomen in het kader van deze herzieningsclausule zijn verplichte minimale hoeveelheden. De concessiehouder die de nieuwe overeengekomen minimale hoeveelheden niet levert, zal onderhevig zijn aan de sancties vermeld in punt III.9.2.
De herziening van de jaarlijkse hoeveelheden groenten en/of fruit impliceert een opwaartse herziening van het maandelijkse vaste bedrag dat door de concessieverlener wordt betaald.
Herzien Maandelijks Forfaitbedrag (HMF) = (Nieuwe jaarlijkse hoeveelheid voorgesteld door de concessiehouder (NH): Hoeveelheid voorzien in het bestek (VH))-1) = % stijging
Jaarlijks Forfaitbedrag (12x2.000€) *
(HMF/2) Voorbeeld:
Zowel de concessieverlener als de concessiehouder kunnen vragen om een wijziging van de minimale jaarlijkse hoeveelheden groenten en/of fruit en van de overeenkomstige maandelijkse vaste vergoeding. Daartoe stuurt hij een aangetekende brief naar de concessieverlener/concessiehouder met een korte toelichting van de redenen waarom hij een wijziging wenst, welke wijziging hij wenst, de voorgestelde nieuwe vaste maandelijkse vergoeding en de rechtvaardiging hiervoor.
Binnen de maand na het verzenden van de brief belegt de concessieverlener een bijeenkomst met het toezichtcomité om het verzoek tot wijziging te onderzoeken en te bespreken. Het toezichtcomité brengt advies uit over het verzoek tot wijziging en over de nieuwe maandelijkse forfaitaire prijs. Mits positief advies van het toezichtcomité kunnen de concessieverlener en de concessiehouder een akkoord bereiken over de aanpassing en de nieuwe maandelijkse vergoeding.
Artikel III.8.1 is van toepassing op de nieuwe maandelijkse vaste vergoeding. De jaarlijkse evaluatie wordt uitgevoerd op de verjaardag van de overeenkomst over de wijziging van de minimale hoeveelheden en de nieuwe maandelijkse vaste vergoeding Er kunnen in hetzelfde jaar niet meer dan twee indexeringen plaatsvinden, die ingaan op de verjaardag van het sluiten van de concessieovereenkomst.
III.8.3 Wijziging van de maximale hoeveelheden water die op de site Sterrebeek kunnen worden onttrokken
De concessiehouder kan een wijziging aanvragen van de maximale jaarlijkse hoeveelheid water die hij mag onttrekken aan de site van Sterrebeek onder de volgende voorwaarden:
- Dat de vergunningsaanvraag voor het plaatsen van een watertank voor de opvang van regenwater is toegekend;
- Dat de werkzaamheden om een watertank voor de opvang van regenwater te voorzien zijn voltooid;
- Dat de aanvraag tot wijziging van de maximale jaarlijkse hoeveelheid onttrokken water enkel betrekking heeft op de watertank voor de opvang van regenwater, en niet op de watertank gevoed door de put op de site van Sterrebeek.
De aanpassing van de maximale jaarlijkse hoeveelheid water die op de site in Sterrebeek wordt onttrokken, mag niet hoger zijn dan een totale jaarlijkse hoeveelheid onttrokken water op de site van
5.000 m³ (met daarbij de watertank die wordt gevoed door grondwaterwinning en de watertank die wordt gevoed door het hergebruik van regenwater). De watervoorziening blijft maximaal tegen marktprijs in rekening gebracht bij de concessiehouder.
De concessiehouder kan een wijziging van de maximale jaarlijkse waterhoeveelheden aanvragen door het verzenden van een aangetekende brief naar de concessieverlener, met daarin kort de redenen voor de wijziging, welke wijziging wordt gewenst en de rechtvaardiging ervoor.
Binnen de maand na het verzenden van de brief belegt de concessieverlener een bijeenkomst met het toezichtcomité om het verzoek tot wijziging te onderzoeken en te bespreken. Het toezichtcomité brengt
advies uit over het wijzigingsverzoek en over de nieuwe maximale jaarlijkse hoeveelheid onttrokken water. Mits positief advies van het toezichtcomité, kunnen de concessieverlener en de concessiehouder een akkoord sluiten over de wijziging.
III.8.4 Overdracht van de concessie
Overeenkomstig artikel 66 van het Koninklijk Besluit Concessies kan de overeenkomst worden overgedragen aan elke derde die dit aanvaardt, mits voorafgaande schriftelijke toestemming van de concessieverlener, in alle gevallen waarin de oorspronkelijke concessiehouder niet langer in staat is of het recht heeft om zijn activiteiten voort te zetten. Dit mogelijk geval heeft vooral betrekking op het geval van faillissement of stopzetting van de activiteiten van één of meerdere leden van de combinatie.
De uitvoering van de overeenkomst wordt voortgezet met de concessiehouder onder de contractuele voorwaarden die gelden op het moment van de overdracht.
III.9 Rechtsmiddelen ter beschikking van de concessieverlener
III.9.1 Gebrekkige uitvoering en verweermiddelen
III.9.1.1 Gebrekkige uitvoering
De concessiehouder wordt beschouwd als zijnde in gebreke bij de uitvoering van de concessie:
1. indien de diensten niet worden uitgevoerd volgens de voorwaarden zoals vastgelegd in de concessiedocumenten;
2° indien hij de schriftelijke, geldig gegeven bevelen van de concessieverlener niet opvolgt.
Als de concessiehouder zijn verplichtingen niet nakomt, kan hij een of meer van de volgende
maatregelen opgelegd krijgen: boetes voor vertraging, sancties, ambtshalve maatregelen … (art. 71 et
s. KB 25 juni 2017).
III.9.1.2 Procedure en verweermiddelen
Alle inbreuken op de concessievoorwaarden worden vastgelegd in een proces-verbaal, waarvan de concessiehouder een kopie ontvangt per aangetekende zending of door elektronische zending die op vergelijkbare wijze de exacte datum van de verzending waarborgt.
De concessiehouder moet zijn tekortkomingen binnen vijftien dagen na de verzenddatum van het proces-verbaal verhelpen. Hij kan aan de concessieverlener zijn verweermiddelen doen gelden bij aangetekende zending of bij elektronische zending die op vergelijkbare wijze de exacte datum van de verzending waarborgt. Dit verweer moet hij verzenden binnen de vijftien dagen volgend op de datum van verzending van het proces-verbaal. Zijn stilzwijgen na die termijn geldt als een erkenning van de vastgestelde feiten.
Indien de concessieverlener ervan in kennis is gesteld dat de concessiehouder of een onderaannemer in de onderaannemingsketen, op welke plaats en voor welk aandeel deze laatste ook tussenkomt, op zwaarwichtige wijze tekort is geschoten in zijn verplichting om zijn werknemers tijdig het loon te betalen waarop deze recht hebben, wordt de in het tweede lid bedoelde verweertermijn van vijftien dagen teruggebracht tot een termijn van 5 werkdagen. Hetzelfde geldt wanneer de concessieverlener vaststelt of er kennis van heeft dat de concessiehouder of een onderaannemer in de onderaannemingsketen, op welke plaats en voor welk aandeel deze laatste ook tussenkomt, één of meer illegaal verblijvende onderdanen van derde landen tewerkstelt.
De ingekorte termijn mag evenwel niet korter zijn dan vijf werkdagen indien het een zwaarwichtige tekortkoming op het vlak van de uitbetaling van het loon betreft.
Aangezien de gegarandeerde minimumtermijn van 5 werkdagen waarover de concessiehouder beschikt om zich te verdedigen zeer kort is, zal de kennisgeving niet alleen per aangetekende brief gebeuren, maar ook via elektronische weg.
Indien de concessieverlener moeilijkheden verwacht bij de uitvoering van de concessie, moet hij de concessieverlener hiervan zo snel mogelijk op de hoogte brengen teneinde een oplossing te vinden voor deze problemen.
III.9.2 Sancties
Wanneer er geen rechtvaardiging werd aanvaard voor een naar behoren vastgestelde tekortkoming of wanneer een dergelijke rechtvaardiging niet binnen de bovengenoemde termijn is verstrekt, worden de volgende algemene forfaitaire boetes toegepast:
- wanneer de concessiehouder de concessieverlener niet de overeengekomen jaarlijkse hoeveelheden kan leveren, zijn de volgende boetes van toepassing:
Fasen | Boetes per niet geleverde kg |
Opstartfase I | 24,00 € |
Opstartfase II | 12,00 € |
Exploitatiefase I | 5,76 € |
Exploitatiefase II | 4,61 € |
Exploitatiefase III | 3,68 € |
Na drie jaar wordt het boetebedrag voor het niet naleven van de te leveren hoeveelheden jaarlijks herzien op de verjaardag van de concessieovereenkomst in overeenstemming met de consumptieprijsindex.
De berekening van de mogelijke boetes wordt uitgevoerd:
Opstartfase I | In de maand die volgt op de betreffende fase |
Opstartfase II | In de maand die volgt op de betreffende fase |
Exploitatiefase I | Zowel in de maand die volgt op de eerste twaalf maanden van de exploitatie als in de maand die volgt op het einde van de fase |
Exploitatiefase II | In de maand die volgt op de 12 maanden van exploitatie en in de maand die volgt op het einde van de fase |
Exploitatiefase III | In de maand die volgt op de twaalf maanden exploitatie. |
- 500€ per vastgestelde tekortkoming wanneer de concessiehouder de regels niet naleeft voor de co-existentie van de groenten- en fruitteelt en de tuinbouwactiviteiten beheerd door de Dienst Groene Ruimten van de Stad Brussel;
- 1.000 € voor elke vastgestelde tekortkoming t.a.v. een van de in punt III.1 vermelde
exploitatievoorwaarden (naast de aan de concessieverlener te leveren minimale hoeveelheden);
- € 10.000 voor elke vastgestelde tekortkoming bij wijziging van de bestaande installaties zonder
voorafgaande toestemming van de concessieverlener.
Wanneer de productie van de concessiehouder rechtstreeks wordt beïnvloed door extreme
klimatologische of gezondheidsrisico's, kan de concessiehouder verzoeken om een buitengewone vergadering van het toezichtcomité. Het toezichtcomité kan vervolgens besluiten om geen sancties toe te passen voor het niet leveren van de overeengekomen hoeveelheden, of om het bedrag van de boetes voor levering van de overeengekomen hoeveelheden te verlagen.
III.9.3 Maatregelen van ambtswege
Als de concessiehouder na het verstrijken van de termijn voor het indienen van zijn verweer inactief is gebleven of argumenten heeft aangevoerd die de concessieverlener ongerechtvaardigd acht, kan deze overgaan tot de hieronder beschreven maatregelen van ambtswege.
De maatregelen van ambtswege zijn:
1° het eenzijdig verbreken van de concessie;
2° de uitvoering in eigen beheer van het geheel of van een deel van de niet-uitgevoerde concessie; 3° het sluiten van één of meer overeenkomsten voor rekening met één of meer derden voor het
geheel of een deel van de concessie die nog dient uitgevoerd.
De maatregelen opgenomen in het 2e en 3e lid worden toegepast op kosten en risico van de in gebreke gebleven concessiehouder. Evenwel vallen de boetes en sancties die bij de uitvoering van de overeenkomst voor rekening worden toegepast, ten laste van de nieuwe concessiehouder.
De beslissing van de concessieverlener om over te gaan tot de gekozen maatregel van ambtswege wordt ter kennis gebracht van de in gebreke blijvende concessiehouder per aangetekende zending of door elektronische zending die op vergelijkbare wijze de exacte datum van de verzending waarborgt, dan wel per tegen ontvangstbewijs afgegeven brief.
Vanaf deze kennisgeving mag de in gebreke blijvende concessiehouder niet langer tussenkomen in de uitvoering van het deel van de concessie dat valt onder de maatregel van ambtswege.
Wanneer wordt overgegaan tot het afsluiten van een overeenkomst voor rekening wordt vooraf een exemplaar van de concessiedocumenten betreffende de te sluiten concessie toegezonden aan de in gebreke blijvende concessiehouder door middel van een aangetekende zending of door elektronische zending die op vergelijkbare wijze de exacte datum van de verzending waarborgt.
III.10 Einde van de concessie
III.10.1 Stopzetting door de concessiehouder
Om de concessie stop te zetten moet de concessiehouder voldoen aan de volgende voorwaarden:
- per aangetekende zending en een kopie per e-mail, gericht aan de concessieverlener;
- met inachtneming van een opzegtermijn van twaalf maanden. Gedurende de eerste 2 jaar is stopzetting niet toegestaan.
Bij stopzetting door de concessiehouder worden de volgende boetes aan de concessiehouder opgelegd:
Boete = (Totaalbedrag van de schadevergoeding over de duur van de concessie) x (5% boete/jaar x het aantal overblijvende jaren van de concessie | ||||
Voorbeeld | Totaal concessiebedrag | % | Aantal resterende jaren | Sanctie |
240.000,00 € | 5% | 5 | 60.000,00 € |
III.10.2 Stopzetting door de concessieverlener in geval van tekortkoming van de concessiehouder
De concessieverlener kan de overeenkomst zonder voorafgaande kennisgeving herroepen door middel van een aangetekende brief gericht aan de concessiehouder, in de volgende gevallen:
- in geval van een valse verklaring door de concessiehouder in het kader van de procedure die heeft geleid tot
de gunning van de concessie, dit in het bijzonder als het in zijn offerte was;
- bij het niet verkrijgen, verliezen of niet hernieuwen van een van de machtigingen of een vergunning vereist voor de exploitatie;
- als de exploitant zich bevindt in een toestand van uitsluiting (sociale schulden, belastingsschulden, ...);
- als de exploitatie van de site gedurende een ononderbroken periode van 8 weken wordt stopgezet;
- In geval van ernstige of herhaalde schending door de concessiehouder van zijn verplichtingen uit hoofde van deze overeenkomst, na een ingebrekestelling van de concessieverlener die onbeantwoord blijft gedurende een door de concessieverlener vastgestelde termijn, maar die niet korter mag zijn dan 5 werkdagen.
Indien de concessie wordt beëindigd wegens fout van de concessiehouder en onverminderd eventuele boetes, schadevergoedingen of nalatigheidsinteresten die door de concessieverlener kunnen worden geëist, is de concessiehouder een vergoeding verschuldigd die gelijk is aan de geleden schade, naast een schadevergoeding die gelijk is aan 80% van de inkomsten die de concessiehouder van de concessieverlener heeft ontvangen.
III.10.3 Stopzetting door de concessieverlener om redenen van algemeen belang
De concessieverlener kan de overeenkomst te allen tijde herroepen bij aangetekende brief gericht aan de concessiehouder om redenen van algemeen belang die in deze brief naar behoren worden aangegeven. De concessieverlener zal een opzegtermijn van 3 maanden in acht nemen, tenzij er een dwingende reden van algemeen belang is waardoor het onevenredig moeilijk is om deze termijn na te leven.
De concessieverlener moet een verbrekingsvergoeding betalen van 50% van de som van de maandelijkse vergoedingen die de concessiehouder tot het einde van de concessie zou hebben ontvangen.
III.11 Veiligheidsnormen en -voorschriften
De concessiehouder verbindt zich ertoe alle op zijn exploitatie van toepassing zijnde voorschriften strikt na te leven , en in het bijzonder
• De Codex over het welzijn op het werk (Koninklijk besluit van 12 augustus 1993),
• De bepalingen met betrekking tot het gebruik van tabak,
• De geldende wet- en regelgeving met betrekking tot gezondheid en veiligheid, zie de FAVV-regelgeving
• Het KB van 16/01/2006 tot vaststelling van de nadere regels van de erkenningen, toelatingen en voorafgaande registraties afgeleverd door het FAVV (PRI-dossiernummer van de betrokken erkenningen ACT 074, ACT 073, ACT 055, ACT 093)
• De veiligheids- en hygiënevoorwaarden die niet noodzakelijkerwijs voorzien zijn in de wet, maar die essentieel zijn om de doelstelling van Art. 54 quater 2 van het Koninklijk Besluit van 20.06.1975 te bereiken,
• Het Algemeen reglement voor de arbeidsbescherming (ARA),
• Het AREI.
III.12 Illegale arbeid en sociale wetgeving
III.12.1 Illegaal verblijvende onderdanen van derde landen
Wanneer de concessiehouder of onderaannemer het in artikel 49/2, vierde lid, van het Sociaal Strafwetboek bedoelde afschrift ontvangt waarmee hij ervan in kennis wordt gesteld dat hij een of meerdere illegaal verblijvende onderdanen van een derde land in België tewerkstelt, onthoudt deze de concessiehouder of onderaannemer zich ervan, met onmiddellijke ingang, de plaats van uitvoering van de opdracht nog verder te betreden of nog verder uitvoering aan de opdracht te geven, en wel tot de aanbestedende instantie een bevel in andere zin zou geven.
Hetzelfde geldt wanneer de concessiehouder of onderaannemer ervan in kennis wordt gesteld
- ofwel, afhankelijk van het geval, door de concessieverlener dat zij de in artikel 49/2, eerste dan wel - tweede lid, van het Sociaal Strafwetboek bedoelde kennisgeving heeft ontvangen die betrekking heeft op deze onderneming;
- ofwel door middel van de in artikel 35/12 van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers bedoelde aanplakking, dat zij een of meerdere illegaal verblijvende onderdanen van een derde land in België tewerkstelt.
De concessiehouder of onderaannemer is er bovendien toe gehouden een clausule op te nemen in de onderaannemingsovereenkomsten die zij desgevallend zou sluiten, op grond waarvan:
1° de onderaannemer er zich van onthoudt de plaats van uitvoering van de opdracht nog verder te betreden of nog verder uitvoering aan de opdracht te geven, indien uit een in uitvoering van artikel 49/2 van het Sociaal Strafwetboek opgestelde kennisgeving blijkt dat deze onderaannemer een illegaal verblijvende onderdaan van een derde land tewerkstelt;
2° de niet-naleving van de onder 1° gestelde verplichting aanzien wordt als een ernstige tekortkoming in hoofde van de onderaannemer, ingevolge waarvan de onderneming is gemachtigd de overeenkomst te verbreken;
3° de onderaannemer ertoe is gehouden een soortgelijke clausule als onder 1° en 2° op te nemen in de onderaannemingsovereenkomsten en ervoor te zorgen dat dergelijke clausules ook in de verdere onderaannemingsovereenkomsten worden opgenomen.
III.12.2 Loon verschuldigd aan zijn werknemers
Wanneer de concessiehouder of onderaannemer het in artikel 49/1, derde lid, van het Sociaal Strafwetboek bedoelde afschrift ontvangt van de kennisgeving waarmee hij ervan in kennis wordt gesteld dat hij een zwaarwichtige inbreuk heeft begaan op de verplichting om zijn werknemers tijdig het loon te betalen waarop deze recht hebben, onthoudt hij zich ervan, met onmiddellijke ingang, de plaats van uitvoering van de opdracht nog verder te betreden of nog verder uitvoering aan de opdracht te geven, en wel tot hij het bewijs voorlegt aan de aanbestedende instantie dat de betrokken werknemers integraal zijn uitbetaald.
Hetzelfde geldt wanneer de concessiehouder of onderaannemer ervan in kennis wordt gesteld
- ofwel, naargelang het geval, door de concessieverlener dat hij de in artikel 49/1, eerste lid, van het Sociaal Strafwetboek bedoelde kennisgeving heeft ontvangen die betrekking heeft op deze onderneming;
- ofwel door middel van de in artikel 35/4 van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers bedoelde aanplakking.
De concessiehouder of onderaannemer is er bovendien toe gehouden een clausule op te nemen in de onderaannemingsovereenkomsten die zij desgevallend zou sluiten, op grond waarvan:
1° de onderaannemer er zich van onthoudt de plaats van uitvoering van de opdracht nog verder te betreden of nog verder uitvoering aan de opdracht te geven, indien uit een in uitvoering van artikel 49/1 van het Sociaal Strafwetboek opgestelde kennisgeving blijkt dat deze onderaannemer op zwaarwichtige wijze tekortschiet in zijn verplichting het aan zijn werknemers verschuldigde loon tijdig uit te betalen;
2° de niet-naleving van de onder 1° gestelde verplichting aanzien wordt als een ernstige tekortkoming in hoofde van onderaannemer, ingevolge waarvan de concessiehouder is gemachtigd de overeenkomst te verbreken;
3° de onderaannemer ertoe is gehouden een soortgelijke clausule als onder 1° en 2° op te nemen in
de onderaannemingsovereenkomsten en ervoor te zorgen dat dergelijke clausules ook in de verdere onderaannemingsovereenkomsten worden opgenomen.
III.12.3 Strijd tegen sociale dumping
Door het indienen van zijn offerte verbindt elke concessiehouder zich ertoe te voldoen aan, en ervoor te zorgen dat ook zijn onderaannemers voldoen aan, alle toepasselijke wet- en regelgeving, administratieve bepalingen of overeenkomsten die van toepassing zijn ofwel op de activiteitensector ofwel op de onderneming, op het gebied van individuele en collectieve arbeidsverhoudingen, in het bijzonder met betrekking tot de naleving van de werktijden, de verplichtingen inzake veiligheid en welzijn op het werk, de toekenning van een minimumloon aan zijn werknemers en arbeiders, de betaling van de lonen aan zijn werknemers en arbeiders, de verplichtingen inzake het milieu en het behoud ervan, de tewerkstelling of het verblijf van buitenlandse werknemers, Dimona en Limosa, ...
III.13 Afzien van rechten en precedent
Het niet uitoefenen van een recht door de concessieverlener in geval van een inbreuk door de concessiehouder op een van zijn verplichtingen vormt geen verklaring van afstand van dat recht, noch vormt het een precedent in geval van een later heroptreden van dezelfde inbreuk.
Het staat de concessieverlener te allen tijde vrij om van de concessiehouder te eisen dat hij de bepalingen en verplichtingen in deze overeenkomst volledig naleeft, ongeacht het feit dat de concessieverlener eerder heeft getolereerd of aanvaard dat de concessiehouder, zelfs gedeeltelijk, afwijkt van een van zijn verplichtingen.
III.14 Geschillen
De concessie moet worden uitgevoerd en geïnterpreteerd in overeenstemming met het Belgisch recht.
De partijen verbinden zich ertoe hun verplichtingen te goeder trouw na te komen met het oog op de succesvolle afronding van de concessie.
Elk geschil met betrekking tot de uitvoering van deze concessie valt onder de jurisdictie van de Rechtbank van Eerste Aanleg van Brussel.
OFFERTE VOOR DE
CONCESSIE VAN DIENSTEN MET ALS VOORWERP GROENTEN- EN FRUITTEELT OP EEN DEEL VAN DE SITE VAN DE KWEKERIJEN VAN DE STAD BRUSSEL (STERREBEEK – ZAVENTEM)
Mededinging met Belgische en Europese bekendmaking
Belangrijk: dit formulier dient volledig ingevuld en ondertekend te worden door de inschrijver. Alle bedragen moeten in cijfers EN in woorden worden ingevuld.
Natuurlijke persoon
De ondergetekende (voor- en achternaam):
Hoedanigheid of beroep:
Nationaliteit:
Domicilie (volledig adres):
Telefoon:
Fax:
E-mail:
Contactpersoon:
OF (1)
Rechtspersoon
Het bedrijf (naam, bedrijfsnaam):
Nationaliteit:
gevestigd te (volledig adres):
Telefoon:
Fax:
E-mail:
Contactpersoon:
vertegenwoordigd door ondergetekende(n):
(De gemachtigden voegen bij hun offerte de authentieke of onderhandse akte waaruit hun bevoegdheid blijkt, of een gewaarmerkt afschrift van hun volmacht.) Zij kunnen zich beperken tot verwijzing naar het nummer van de bijlage van het Belgisch Staatsblad waarin hun bevoegdheden zijn bekendgemaakt.)
OF (1)
Tijdelijke vereniging
De ondergetekenden in tijdelijke vereniging voor deze concessie (naam, voornaam, functie of beroep, nationaliteit, tijdelijke zetel):
VERBINDT/VERBINDEN ZICH (HOOFDELIJK) OP ZIJN/HUN ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN VOOR DE UITVOERING VAN DE CONCESSIE IN OVEREENSTEMMING MET DE BEPALINGEN EN VOORWAARDEN VAN HET BESTEK VAN DE "
Concessie voor diensten met als voorwerp de exploitatie voor groenten- en fruitteelt van een deel van de site van de kwekerij
van de Stad Brussel (Sterrebeek – Zaventem)” onder de volgende voorwaarden:
- De inschrijver verbindt zich ertoe om aan de concessieverlener fruit en/of groenten te leveren met inachtneming van het soort
producten vermeld in punt III.1
- De inschrijver verbindt zich ertoe aan de concessieverlener te leveren in hoeveelheden die voldoen aan het kader vastgelegd in punt III.1
- De inschrijver stemt ermee in om landbouwpraktijken te hanteren zonder chemische producten, die voldoen aan de voorwaarden vastgelegd in punt III.1
- De inschrijver verbindt zich voor de duur van de concessie, vanaf het sluiten van de concessie tot 01/07/2034.
De inschrijver gaat de vermelde verbintenissen aan om te kunnen genieten van het gebruik van de
grond vermeld in punt I.5 en van een vaste maandelijkse vergoeding van € 2.000.
Algemene informatie
RSZ-nummer
Ondernemingsnummer (enkel in België):
Documenten die bij de offerte moeten worden gevoegd
De door het bestek vereiste documenten, gedateerd en ondertekend, zijn bij de offerte gevoegd.
Gedaan te ................................................ ..............................................
Op ................................................. ..............................................
De inschrijver,
Handtekening: ................................................ ..............................................
Voor-en achternaam: ............................................. .................................................
Functie: .............................................. ..............................................
(BEWIJS VAN ONDERTEKENINGSBEVOEGDHEDEN BIJ TE VOEGEN)
(1) Schrappen wat niet past
BIJLAGE B – DOCUMENT VAN VOORLOPIG BEWIJS VERKLARING OP EREWOORD BETREFFENDE DE UITSLUITINGSGRONDEN (DVB)
Instructies:
Deze bijlage 6A is een verklaring op erewoord van de ondernemers die als voorlopig bewijs dient voor hun situatie met betrekking tot de uitsluitingsgronden bedoeld in de artikelen 50 tot 52 van de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten.
Het gaat om een officiële verklaring waarin de ondernemer bevestigt dat hij zich niet in een van de situaties bevindt die moeten of kunnen leiden tot de uitsluiting van een ondernemer, in voorkomend geval naar de corrigerende maatregelen verwijst die hij heeft genomen en de elementen vermeldt die de concessieverlener toelaten de verklaringen te controleren.
Deze bijlage ontslaat de ondernemers niet van de verplichting om de bewijsmiddelen te verstrekken bedoeld in artikel 35 van het Koninklijk besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten.
Deze bijlage moet worden ingevuld door elke natuurlijke of rechtspersoon of elk openbaar lichaam, alsook door elk lid van een combinatie van deze personen of lichamen (met inbegrip van de tijdelijke samenwerkingsverbanden van ondernemingen), in het kader van hun deelname, als kandidaat of inschrijver, aan de plaatsingsprocedure van een concessie. Deze bijlage moet ook worden ingevuld door de derden op wier draagkracht een beroep wordt gedaan overeenkomstig artikel 49 van de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten. In voorkomend geval geldt dit ook voor de voorgestelde onderaannemers op wier draagkracht geen beroep wordt gedaan voor de selectie.
Voor de toepassing van deze bijlage wijst de ondernemer dus de volgende personen aan:
- De inschrijver;
- Elk lid van de combinatie wanneer de kandidaat of inschrijver een combinatie is;
- De derde op wiens draagkracht een beroep wordt gedaan voor de selectievoorwaarden;
- De voorgestelde onderaannemers op wier draagkracht geen beroep wordt gedaan voor de selectievoorwaarden.
Deze bijlage omvat de volgende delen:
- Deel I. Informatie over de plaatsingsprocedure van een concessie.
- Deel II. Informatie over de ondernemer.
- Deel III. Uitsluitingsgronden:
A : Gronden betreffende strafrechtelijke veroordelingen (art. 50, § 1, van de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten artikel 31 van Koninklijk besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten).
B: Gronden betreffende de betaling van belastingen of socialezekerheidsbijdragen (art. 51, § 1, van de van de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten artikel 32 van Koninklijk besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten).
C: Andere uitsluitingsgronden (art. 52 van de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten).
Deel I: Informatie over de plaatsingsprocedure van een concessie en de concessieverlener.
A. Identiteit van de concessieverlener
- Officiële naam: De Brusselse Keukens
- Administratieve zetel: Xxxx Xxxxxxxxxxxx 13 (1020, Brussel)
- Land: België
B. Informatie met betrekking tot de plaatsingsprocedure
- Titel: Dienstconcessie voor de exploitatie van de site van Sterrebeek in Zaventem.
- Korte beschrijving: de concessie heeft tot doel het exploiteren van een deel van de site van de kwekerijen van de Stad Brussel. De belangrijkste functie van deze concessie is de exploitatie van deze site voor groenten- en fruitteelt. Een deel van de productie zal geleverd worden aan De Brusselse Keukens.
Deel II: Informatie over de ondernemer
A. Informatie over de ondernemer
- Naam of handelsnaam:
- Rechtsvorm (indien van toepassing):
- Adres van de woonplaats of van de maatschappelijke zetel: Straat en nummer:
Postcode:
Stad:
Land:
- Internetadres (indien van toepassing):
- Elektronisch adres:
- Telefoonnummer:
- Contactpersoon of -personen:
- Btw-nummer (indien van toepassing):
Vermeld, indien er geen btw-nummer is, een ander nationaal identificatienummer, indien vereist en toepasselijk
- Is de ondernemer een micro-, kleine of middelgrote onderneming? Ja / Neen
B. Combinatie
- Neemt de ondernemer samen met anderen deel aan de plaatsingsprocedure van een concessie? Ja / Neen
(Zorg ervoor dat de andere betrokken partijen een afzonderlijke verklaring indienen)
- Vermeld de rol van de ondernemer binnen de combinatie (leider, verantwoordelijk voor specifieke taken, enz.):
- Vermeld de identiteit van de andere ondernemers die gezamenlijk aan de plaatsingsprocedure van een concessie deelnemen
Indien van toepassing, de naam van de deelnemende combinatie:
C. Informatie over het beroep op de draagkracht van andere entiteiten
- Doet de ondernemer een beroep op de draagkracht van andere entiteiten om te voldoen aan de selectievoorwaarden van de concessiedocumenten? Ja / Neen
Verstrek voor elk van de betrokken entiteiten een afzonderlijke verklaring met de informatie die wordt gevraagd in de afdelingen A en B van dit deel en deel III. Deze verklaring moet door de betrokken entiteiten naar behoren worden ingevuld en ondertekend.
Opgemerkt wordt dat het daarbij ook gaat om niet rechtstreeks tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het bijzonder die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole en, in het geval van concessies voor werken, de technici of technische organen die de ondernemer ter beschikking zullen staan om de werkzaamheden uit te voeren.
D. Informatie over de onderaannemers bedoeld in artikel 43 van het Koninklijk Besluit van 25 juni
2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten
(Gedeelte dat alleen moet worden ingevuld wanneer de concessieverlener expliciet om deze gegevens vraagt)
- Is de ondernemer van plan een gedeelte van de overeenkomst aan derden in onderaanneming te geven? Ja / Neen
- Zo ja, vermeld, voor zover bekend, over welke onderdelen van de concessie en welke onderaannemers het gaat:
Deel de informatie mee die wordt gevraagd in de afdelingen A en B van dit deel en deel III voor elk van de opgesomde onderaannemers indien de concessieverlener expliciet om deze informatie vraagt naast de informatie in deel I.
Deel III: Uitsluitingsgronden
A. Gronden betreffende strafrechtelijke veroordelingen
Artikel 50 van de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten, zoals uitgevoerd bij Koninklijk Besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten
1. Deelname aan een criminele organisatie;
Is de ondernemer zelf of iemand die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, veroordeeld bij onherroepelijk vonnis voor deelname aan een criminele organisatie, welk vonnis niet later dan vijf jaar geleden is gewezen of dat expliciet een uitsluitingsperiode bevat die nog steeds van toepassing is?
Deelname aan een criminele organisatie is gedefinieerd in artikel 324bis van het Strafwetboek en in artikel 2
xxx Xxxxxxxxxxxx 2008/841/JBZ van de Raad van 24 oktober 2008 ter bestrijding van georganiseerde criminaliteit.
- Uw antwoord: Ja / Neen
- Datum van de veroordeling:
- Reden:
- Identiteit van de veroordeelde persoon:
- Indien van toepassing, duur van de uitsluitingsperiode:
2. Omkoping;
Is de ondernemer zelf of iemand die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, veroordeeld bij onherroepelijk vonnis voor omkoping, welk vonnis niet later dan vijf jaar geleden is gewezen of dat expliciet een uitsluitingsperiode bevat die nog steeds van toepassing is?
Omkoping is gedefinieerd in artikel 3 van de Overeenkomst ter bestrijding van corruptie waarbij ambtenaren van de Europese Gemeenschappen of van de lidstaten van de Europese Unie betrokken zijn (PB C 195 van 25.6.1997, blz. 1), in artikel 2, lid 1, van Kaderbesluit 2003/568/JBZ van de Raad van 22 juli 2003 inzake de bestrijding van corruptie in de privésector (PB L 192 van 31.7.2003, blz. 54) en in de artikelen 246 en 250 van het Strafwetboek.
- Uw antwoord: Ja / Neen
- Datum van de veroordeling:
- Reden:
- Identiteit van de veroordeelde persoon:
- Indien van toepassing, duur van de uitsluitingsperiode:
3. Fraude;
Is de ondernemer zelf of iemand die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, veroordeeld bij onherroepelijk vonnis voor fraude, welk vonnis niet later dan vijf jaar geleden is gewezen of dat expliciet een uitsluitingsperiode bevat die nog steeds van toepassing is?
Fraude is gedefinieerd in artikel 1 van de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen (PB C 316 van 27.11.1995, blz. 48).
- Uw antwoord: Ja / Neen
- Datum van de veroordeling:
- Reden:
- Identiteit van de veroordeelde persoon:
- Indien van toepassing, duur van de uitsluitingsperiode:
4. Terroristische misdrijven, strafbare feiten in verband met terroristische activiteiten of uitlokking van, medeplichtigheid aan of poging tot van een dergelijk misdrijf of strafbaar feit;
Is de ondernemer zelf of iemand die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, veroordeeld bij onherroepelijk vonnis voor een terroristisch misdrijf of strafbaar feit in verband met terroristische activiteiten, welk vonnis niet later dan vijf jaar geleden is gewezen of dat expliciet een uitsluitingsperiode bevat die nog steeds van toepassing is?
Terroristische misdrijven of strafbare feiten in verband met terroristische activiteiten zijn gedefinieerd in artikel 137 van het Strafwetboek en in de artikelen 1 en 3 van Kaderbesluit van de Raad van 13 juni 2002 inzake terrorismebestrijding (PB L 164 van 22.6.2002, blz. 3). Deze uitsluitingsgrond omvat ook uitlokking van, medeplichtigheid aan of poging tot het plegen van een strafbaar feit als bedoeld in artikel 4 van genoemd kaderbesluit.
- Uw antwoord:
Ja / Neen
- Datum van de veroordeling:
- Reden:
- Identiteit van de veroordeelde persoon:
- Indien van toepassing, duur van de uitsluitingsperiode:
5. Xxxxxxxxx van geld of financiering van terrorisme;
Is de ondernemer zelf of iemand die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, veroordeeld bij onherroepelijk vonnis voor witwassen van geld of financiering van terrorisme, xxxx xxxxxx niet later dan vijf jaar geleden is gewezen of dat expliciet een uitsluitingsperiode bevat die nog steeds van toepassing is?
Xxxxxxxxx xxx xxxx en financiering van terrorisme zijn gedefinieerd in artikel 5 van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, alsook in artikel 1 van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme (PB L 309 van 25.11.2005, blz. 15).
- Uw antwoord: Ja / Neen
- Datum van de veroordeling:
- Reden:
- Identiteit van de veroordeelde persoon:
- Indien van toepassing, duur van de uitsluitingsperiode:
6. Kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel;
Is de ondernemer zelf of iemand die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, veroordeeld bij onherroepelijk vonnis voor kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel, welk vonnis niet later dan vijf jaar geleden is gewezen of dat expliciet een uitsluitingsperiode bevat die nog steeds van toepassing is?
Kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel zijn gedefinieerd in artikel 433quinquies van het Strafwetboek, alsook in artikel 2 van Richtlijn 2011/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2011 inzake de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de bescherming van slachtoffers daarvan en ter vervanging van Kaderbesluit 2002/629/JBZ van de Raad (PB L 101 van 15.4.2011, blz. 1).
- Uw antwoord:
Ja / Neen
- Datum van de veroordeling:
- Reden:
- Identiteit van de veroordeelde persoon:
- Indien van toepassing, duur van de uitsluitingsperiode:
7. Het tewerkstellen van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen
Heeft de ondernemer zelf of iemand die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, een inbreuk begaan die is vastgesteld door een administratieve of rechterlijke beslissing, met inbegrip van een in uitvoering van artikel 49/2 van het Sociaal Strafwetboek opgestelde schriftelijke kennisgeving?
- Uw antwoord:
Ja / Neen
- Datum van de vaststelling:
- Reden:
- Identiteit van de veroordeelde persoon:
- Indien van toepassing, einddatum van de inbreuk :
B. Gronden betreffende de betaling van belastingen of sociale zekerheidsbijdragen
1. Betaling van belastingen
Heeft de ondernemer, in voorkomend geval, zijn verplichtingen tot betaling van belastingen, in zijn land van vestiging en in België, geschonden?
Voor in België gevestigde ondernemers worden, volgens de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten en het Koninklijk Besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten worden, de belastingen ten aanzien van de FOD Financiën in aanmerking genomen.
Xxxxx beschouwd als zijnde in orde met de betaling van zijn belastingen, de ondernemerdie 1° een belastingschuld heeft die niet hoger is dan 3.000 euro;
of
2° kan aantonen dat hij op een aanbestedende overheid of een overheidsbedrijf een of meer schuldvorderingen bezit die zeker, opeisbaar en vrij van elke verbintenis tegenover derden zijn. Deze schuldvorderingen moeten ten minste gelijk zijn aan zijn fiscale schuld, verminderd met 3.000 euro.
- Uw antwoord? Ja / Neen
- Betrokken land of lidstaat:
- Om welk bedrag gaat het?
- Is de niet-nakoming van deze verplichtingen vastgesteld met andere middelen dan een rechterlijke of administratieve beslissing? Ja / Neen
- Deel mee of de beslissing onherroepelijk en bindend was, indien de niet-nakoming van deze verplichtingen is vastgesteld door middel van een rechterlijke of administratieve beslissing. Ja / Neen
- Vermeld de datum van het vonnis of van de beslissing:
Is de ondernemer zijn verplichtingen nagekomen door de verschuldigde belastingen, met inbegrip van lopende rente of boetes indien toepasselijk, te betalen of een bindende regeling tot betaling daarvan aan te gaan? Ja / Neen
- Gelieve te preciseren:
- Is de in dit punt bedoelde informatie elektronisch beschikbaar? Ja / Neen
- URL:
- Code:
- Afgevende entiteit:
2. Betaling van socialezekerheidsbijdragen
Heeft de ondernemer, in voorkomend geval, zijn verplichtingen tot betaling van sociale zekerheidsbijdragen, in zijn land van vestiging en in België, geschonden?
In het kader van de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten en het Koninklijk Besluit van 25 juni
2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten, voor
ondernemers die personeel te werkstellen dat onderworpen is aan de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de sociale zekerheid der arbeiders worden, volgens de wet en het onderhavige besluit, de verplichtingen tot betaling van sociale bijdragen ten aanzien van de RSZ in aanmerking genomen.
Xxxxx beschouwd als zijnde in orde met de betaling van zijn sociale zekerheidsbijdragen, de ondernemer die: 1° een schuld aan bijdragen heeft die niet hoger is dan 3.000 euro; of 2° kan aantonen dat hij op een aanbestedende overheid of een overheidsbedrijf een of meer schuldvorderingen bezit die zeker, opeisbaar en vrij van elke verbintenis tegenover derden zijn. Deze schuldvorderingen moeten ten minste gelijk zijn aan zijn schuld aan sociale bijdragen, verminderd met 3.000 euro.
- Uw antwoord? Ja / Neen
- Betrokken land of lidstaat:
- Om welk bedrag gaat het?
- Is de niet-nakoming van deze verplichtingen vastgesteld met andere middelen dan een rechterlijke of administratieve beslissing? Ja / Neen
- Deel mee of de beslissing onherroepelijk en bindend was, indien de niet-nakoming van deze verplichtingen is vastgesteld door middel van een rechterlijke of administratieve beslissing. Ja / Neen
- Vermeld de datum van het vonnis of van de beslissing:
Is de ondernemer zijn verplichtingen nagekomen door de verschuldigde sociale zekerheidsbijdragen, met inbegrip van lopende rente of boetes indien toepasselijk, te betalen of een bindende regeling tot betaling daarvan aan te gaan? Ja / Neen
- Gelieve te preciseren:
- Is de in dit punt bedoelde informatie elektronisch beschikbaar? Ja / Neen
- URL:
- Code:
- Afgevende entiteit:
C. Overige redenen
1. 1. Niet-nakoming van de verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht
Heeft de ondernemer, de afgelopen drie jaar, voor zover hij weet, zijn verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht geschonden?
De verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht uit hoofde van het recht van de Europese Unie, het nationaal recht, de collectieve arbeidsovereenkomsten of de bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht vermeld in bijlage IV van de wet of in bijlage X van Richtlijn 2014/24/EU.
- Uw antwoord? Ja / Neen
- Gelieve te preciseren:
2. Gevallen van insolventie
Heeft de ondernemer, de afgelopen drie jaar, voor zover hij weet, zijn verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht geschonden?
Verkeert de ondernemer in staat van faillissement of van vereffening, heeft hij zijn werkzaamheden gestaakt, ondergaat hij een gerechtelijke reorganisatie of heeft hij aangifte gedaan van zijn faillissement, is voor hem een procedure van vereffening of gerechtelijke reorganisatie aanhangig of verkeert hij in een vergelijkbare toestand ingevolge een soortgelijke procedure in andere nationale reglementeringen?
- Uw antwoord? Ja / Neen
- Gelieve te preciseren:
3. Ernstige beroepsfout
Heeft de ondernemer, de afgelopen drie jaar, een ernstige beroepsfout begaan, waardoor zijn integriteit in twijfel kan worden getrokken?
- Uw antwoord? Ja / Neen
- Gelieve te preciseren:
4. Overeenkomsten met andere ondernemers teneinde de mededinging te vertekenen
- Heeft de ondernemer, de afgelopen drie jaar, handelingen gesteld, overeenkomsten gesloten of afspraken gemaakt teneinde de mededinging te vertekenen?
- Uw antwoord? Ja / Neen
- Gelieve te preciseren:
5. Belangenconflict als gevolg van zijn deelname aan de plaatsingsprocedure van een concessie
Heeft de ondernemer weet van een huidig belangenconflict of van een belangenconflict dat de afgelopen drie jaar heeft plaatsgevonden?
Het begrip belangenconflict beoogt iedere situatie waarin een bij de plaatsing of de uitvoering betrokken ambtenaar, openbare gezagsdrager of andere persoon die op welke wijze ook aan de concessieverlener verbonden is, alsook elke persoon die bij de plaatsing of op het resultaat ervan invloed kan hebben, rechtstreeks of onrechtstreeks financiële, economische of andere persoonlijke belangen heeft die geacht kunnen worden hun onpartijdigheid en onafhankelijkheid bij de plaatsing of de uitvoering van de concessie in het gedrang te brengen.
Een belangenconflict wordt alleszins vermoed te bestaan:
1° zodra de ambtenaar, de openbare gezagsdrager of elke persoon die bij de plaatsing of op het resultaat ervan invloed kan hebben, bloed- of aanverwant is in de rechte lijn tot de derde graad en in de zijlijn tot de vierde graad van een van de kandidaten of inschrijvers of van iedere andere natuurlijke persoon die voor rekening van een van hen een vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid uitoefent, dan wel wettelijk samenwoont met een van deze personen;
2° indien de ambtenaar, de openbare gezagsdrager of elke persoon die bij de plaatsing of op het resultaat ervan invloed kan hebben,
zelf of via een tussenpersoon, eigenaar, mede-eigenaar of werkend vennoot van een van de kandiderende of inschrijvende ondernemingen is dan wel in rechte of in feite, zelf of desgevallend via een tussenpersoon, een vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid uitoefent.
- Uw antwoord? Ja / Neen
- Gelieve te preciseren:
6. Rechtstreekse of onrechtstreekse betrokkenheid bij de voorbereiding van deze plaatsingsprocedure van een concessie
Heeft de ondernemer of een met hem verbonden onderneming, de afgelopen drie jaar, de concessieverlener geadviseerd of is hij anderszins betrokken geweest bij de voorbereiding van de plaatsingsprocedure van een concessie?
- Uw antwoord? Ja / Neen
- Gelieve te preciseren:
7. Aanzienlijke of voortdurende tekortkomingen uit hoofde van de ondernemer
Heeft de ondernemer, de afgelopen drie jaar, blijk gegeven van aanzienlijke of voortdurende tekortkomingen bij de uitvoering van een essentiële verplichting tijdens een eerdere concessie of een eerdere overeenkomst met een concessieverlener, en heeft dit geleid tot de stopzetting van de concessie, schadevergoedingen, ambtshalve maatregelen of andere vergelijkbare sancties?
- Uw antwoord? Ja / Neen
- Gelieve te preciseren:
8. Onrechtmatige beïnvloeding en vergelijkbare situaties
Heeft de ondernemer, de afgelopen drie jaar, getracht om het besluitvormingsproces van de concessieverlener onrechtmatig te beïnvloeden, vertrouwelijke informatie te verkrijgen die hem onrechtmatige voordelen in de plaatsingsprocedure van een concessie kan bezorgen of door nalatigheid misleidende informatie heeft verstrekt die een belangrijke invloed kan hebben op beslissingen inzake uitsluiting, selectie of gunning?
- Uw antwoord? Ja / Neen
- Gelieve te preciseren:
9. Valse verklaringen
Bevindt de ondernemer zich in een van de volgende situaties of heeft hij zich, de afgelopen drie jaar, in een van deze situaties bevonden:
a) hij heeft zich schuldig gemaakt aan valse verklaringen bij het verstrekken van informatie die nodig is voor de controle op het ontbreken van uitsluitingsgronden of de naleving van de selectievoorwaarden;
b) hij heeft deze informatie achtergehouden;
c) hij was niet in staat de vereiste bewijsstukken over te leggen?
- Uw antwoord? Ja / Neen
- Gelieve te preciseren:
Ondergetekenden verklaren op erewoord dat de door hen hiervoor in de delen II en III verstrekte informatie accuraat en correct is dat zij zich volledig bewust zijn van de gevolgen van het afleggen van een valse verklaring.
De ondergetekenden verklaren formeel dat zij in staat zijn om op verzoek en onverwijld de certificaten en andere bewijsstukken over te leggen die in de regelgeving of in de concessiedocumenten worden genoemd.
Ondergetekenden stemmen er formeel mee in dat de concessieverlener toegang krijgt tot stukken tot staving van de informatie die in deze verklaring is verstrekt.
Datum, plaats en, indien vereist of noodzakelijk, handtekening(en): Naam
Functie Handtekening
BIJLAGE C - VERKLARING OP EREWOORD BETREFFENDE DE SELECTIEVOORWAARDEN (DVB)
Instructies
Deze bijlage is een verklaring op erewoord van de ondernemers die als voorlopig bewijs dient voor hun situatie met betrekking tot de selectievoorwaarden bedoeld in artikel 37 van het het Koninklijk Besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten.
H gaat
om
een
officiële
ver
waarin
de
ondernemer
verklaart dat hij voldoet aan de selectievoorwaarden die de concessieverlener in de concessieaankondiging heeft bepaald, en, bij procedures in twee fasen, dat hij voldoet aan de criteria voor de beperking van het aantal geselecteerde kandidaten die in de concessieaankondiging zijn bepaald en
alle informatie verstrekt die de concessieverlener toelaat deze verklaringen te controleren via gratis
beschikbare databanken.
Deze bijlage ontslaat de ondernemers niet van de verplichting om de door de concessieverlener bepaalde bewijsmiddelen te verstrekken om na te gaan of deze voldoen aan de selectievoorwaarden.
Deze bijlage moet door de inschrijvers worden ingevuld en ondertekend.
Ondergetekenden verklaren op erewoord dat de door hen hierboven in de delen II en III verstrekte informatie accuraat en correct is dat zij zich volledig bewust zijn van de gevolgen van het afleggen van een valse verklaring.
De ondergetekenden verklaren formeel dat zij in staat zijn om op verzoek en onverwijld de certificaten en andere bewijsstukken over te leggen die in de regelgeving of in de concessiedocumenten worden genoemd.
Ondergetekenden stemmen er formeel mee in dat de concessieverlener toegang krijgt tot stukken tot staving van de informatie die in deze verklaring is verstrekt.
Datum, plaats en, indien vereist of noodzakelijk, handtekening(en): Naam
Functie Handtekening
Bladzijde 47 van 49
BIJLAGE D – VERBINTENIS VAN EEN DERDE
De inschrijver die in het kader van de kwalitatieve selectie beroep doet op de draagkracht van een derde (onderaannemer) voegt dit formulier toe, evenals een door laatstgenoemde ingevuld DVB
In overeenstemming met artikel 49 van de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten en 42 van het Koninklijk besluit betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten, verklaart de onderneming:
…………………………………………………………………………………………..
.
KBO-nummer: …………………………………………………………………………………….
Maatschappelijke zetel:
…………………………………………………………………………………… Xxxxxx vertegenwoordigd door: ……………………… …………………………………..
Er zich hierbij toe te verbinden om actief deel te nemen aan de uitvoering van de concessie voor de exploitatie voor groenten- en fruitteelt van een deel van de site van Sterrebeek, indien deze wordt gegund aan het kandiderende team.
Gedaan te ………….. op …………………..
Lijst met bijlagen bij het bestek
• Bijlage A: Offerteformulier
• Bijlage B: DVB, uitsluitingsgronden
• Bijlage C: DVB, selectiecriteria
• Bijlage D: Verbintenissen van de derde om deel te nemen aan de uitvoering van de concessie
• Bijlage E: Certificaat van bezoek van de site
• Bijlage F: Lijst met producten bestemd voor de concessieverlener
Bijlage E - CERTIFICAAT VAN BEZOEK
Concessie voor diensten met als voorwerp de exploitatie voor groenten- en fruitteelt van een deel van de site van de kwekerijen van de Stad Brussel (Sterrebeek – Zaventem)
Procedure: mededinging met Belgische en Europese bekendmaking
Ik, ondergetekende Xxxx Xxxxxx, vertegenwoordiger van De Brusselse Keukens
verklaar dat: …………………..
als vertegenwoordiger van de organisatie:
……................................................................................................................
...................................................................................................................................................
de locatie heeft bezocht op om alle elementen te beoordelen die de organisatie in staat zullen
stellen een offerte in te dienen voor deze concessie.
Handtekening :
Voor De Brusselse Keukens,
Dit certificaat moet bij de offerte worden gevoegd
BIJLAGE F – Lijst met producten om te distribueren aan de concessieverlener
In deze bijlage worden de groenten en fruit opgesomd die de concessiehouder aan de concessieverlener kan distribueren:
Doperwten |
Xxxxxx; Koolrabi * |
Kerstomaat; Tomaat * |
Komkommer |
Wortel |
Bloemkool |
Paprika |
Appel |
Peer |
Aardbei |
Kiwi |
Meloen |
Watermeloen |
Pruim |
Framboos |
Braambes |
Kers |
Bosbes |
*De regels met 2 soorten fruit/groenten geven aan dat de concessiehouder deze niet als twee afzonderlijke producten kan beschouwen in het kader van zijn verplichting om minstens twee verschillende soorten fruit/groenten aan de concessieverlener te leveren. Bijvoorbeeld: als de concessiehouder tomaten, kerstomaten en aardbeien levert aan de concessieverlener, wordt dit beschouwd als het leveren van 2 soorten fruit/groenten en niet 3.