Verzekeringsvoorwaarden Werkmaterieel Model 2016-01

Verzekeringsvoorwaarden Werkmaterieel Model 2016-01

Artikel 1 Aanvraagformulier	Artikel 13 Wijziging van premie en/of voorwaarden
Artikel 2 Onzeker Voorval	Artikel 14 Verplichtingen na schade
Artikel 3 Begripsomschrijvingen	Artikel 15 Rechtstreekse schadeloosstelling
Artikel 4 Verzekeringsgebied	Artikel 16 Verhaal op derden
Artikel 5 Aansprakelijkheidsdekking	Artikel 17 Verjaring van vordering
Artikel 6 Cascodekking	Artikel 18 Duur en einde van de verzekering
Artikel 7 Regeling van de schade	Artikel 19 Mededelingsplicht
Artikel 8 Schadeverzekering bestuurder	Artikel 20 Risicoverzwaring
Artikel 9 Eigen risico	Artikel 21 Samenloop
Artikel 10 Uitsluitingen en beperkingen	Artikel 22 Toepasselijk recht en geschillen
Artikel 11 Uitsluiting in verband met sancties en/of handels-beperkingen	Artikel 23 Algemene informatie
Artikel 12 Premiebetaling en -restitutie	Aanvullende clausuleringen

Artikel 1 Aanvraagformulier

Deze verzekeringsovereenkomst is aangegaan onder het uitdrukkelijke beding, dat de mededelingen in het als grondslag van de totstandkoming van deze verzekering ingevulde en door verzekeringnemer ondertekend aanvraagformulier juist en volledig zijn.

Dit artikel vervalt wanneer er geen aanvraagformulier is gebruikt bij het aangaan van de verzekeringsovereenkomst.

Artikel 2 Onzeker voorval

Deze verzekeringsovereenkomst beantwoordt aan het vereiste van onzekerheid als bedoeld in artikel 7:925 BW, indien en voorzover de door verzekerde of een derde(n) geleden schade op vergoeding waarvan jegens verzekeraar respectievelijk een verzekerde aanspraak wordt gemaakt, het gevolg is van een voorval waarvan voor partijen bij het sluiten van de verzekering onzeker was dat daaruit schade voor verzekerde respectievelijk de derde(n) was ontstaan dan wel naar de normale loop van omstandigheden nog zou ontstaan.

Artikel 3 Begripsomschrijvingen

3.1 Verzekeringnemer

Degene met wie de verzekeringsovereenkomst is aangegaan en die als zodanig op het polisblad is vermeld.

3.2 Verzekerde

Verzekeringnemer of de natuurlijke persoon of rechtspersoon, voorzover deze belang heeft bij het behoud van de verzekerde zaak uit hoofde van eigendom of ander zakelijk recht, dan wel voor zover deze het risico draagt.

3.3 Bestuurder

Degene die feitelijk het verzekerd object bedient om er mee te werken of te rijden.

3.4 Verzekerd object

Het op het polisblad of bijbehorende objectenoverzicht omschreven object met de daarbij behorende standaarduitrusting en standaardtoebehoren.

3.5 Toebehoren

Zich in of op het verzekerde object bevindende gereedschappen, hulpstukken of uitrusting, niet zijnde standaardtoebehoren.

3.6 Aanhanger

Een object dat aan het verzekerd object is gekoppeld of na koppeling daarvan is losgemaakt of losgeraakt.

3.7 W.A.M.

Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen.

3.8 Exploitant

Hij die zeggenschap heeft over het gebruik van het verzekerd object aan boord waarvan de gevaarlijke stof zich bevindt.

3.9 Ongeval

Een plotseling van buitenaf en ongewild op het menselijk lichaam inwerkend geweld waarbij tenminste het verzekerde object is betrokken.

3.10 Gebeurtenis

Een voorval of een reeks van voorvallen die één en dezelfde oorzaak hebben tengevolge waarvan schade is ontstaan.

3.11 Bereddingskosten

Zowel kosten van alle, binnen redelijke grenzen, genomen maatregelen die tijdens de geldigheidsduur van de verzekering door of vanwege verzekeringnemer of een verzekerde worden getroffen als schade aan zaken die ingezet worden teneinde de verwezenlijking van het onder deze polis gedekte risico of het ophanden zijn daarvan af te wenden of te beperken.

3.12 Verzekeraar

Amlin Insurance SE

3.13 Opzet

Opzet of al dan niet bewuste roekeloosheid als bedoeld in artikel 7:952 BW.

3.14 Merkelijke schuld

Een gedraging die, al is een verzekerde zich daarvan niet bewust, naar objectieve maatstaven een zodanige kans op schade met zich meebrengt dat een verzekerde zich van dat gevaar bewust had behoren te zijn en door zich van die gedraging niet te onthouden in ernstige mate tekortschiet in zorg ter voorkoming van schade.

3.15 Molestrisico

Onder molestrisico wordt verstaan het risico van: Oorlog:

- oorlog en op oorlog gelijkende handelingen, burgeroorlog, revolutie en opstand;

- uitwerking van daaruit achtergebleven torpedo’s, mijnen, bommen en dergelijke oorlogswerktuigen ook indien de schade in vredestijd is ontstaan;

- neming en aanhouding op last van hogerhand;

- terrorisme; alsmede, Stakers:

- gewelddaden gepleegd in verband met staking, uitsluiting van werknemers en arbeidsonlusten;

- gewelddaden gepleegd uit politieke overweging;

- oproer, opstootjes en plaatselijke ongeregeldheden;

- een en ander voorzover niet vallende onder oorlogsrisico.

3.16 Fraude

Het opzettelijk en op oneigenlijke gronden en wijzen (trachten te) verkrijgen van een schadevergoeding (waaronder tevens begrepen kosten), reparatie van schade in natura en uitkering waarop geen recht bestaat of het (trachten te) verkrijgen van een verzekeringsdekking onder valse voorwendselen.

3.17 Premier risque

In geval van schade of verlies wordt maximaal het als premier risque vermelde verzekerde bedrag vergoed, ongeacht de werkelijke waarde van het (de) verzekerde object(en) onmiddellijk voor de gebeurtenis.

Artikel 4 Verzekeringsgebied

De verzekering is van kracht voor werken, verblijf en/of transporten, inclusief noodzakelijk monteren en demonteren, die zich voordoen binnen het op het polisblad omschreven geldigheidsgebied.

Artikel 5 Aansprakelijkheidsdekking

5.1 Omvang van de dekking

5.1.1 Aansprakelijkheid

5.1.1.1 Standaard

Ook indien verzekeraar is toegelaten als verzekeraar overeenkomstig artikel 2, vijfde lid van de W.A.M., dekt zij de in dit artikel omschreven aansprakelijkheid niet in die hoedanigheid. Door het aangaan van deze verzekering is derhalve niet voldaan aan enige verplichting tot verzekering voortspruitende uit de W.A.M.

Verzekerd is de aansprakelijkheid ten aanzien van schade aan zaken (alsmede dieren), alsmede de daaruit voortvloeiende schade van:

a. de verzekeringnemer;

b. de eigenaar, bezitter, huurder of houder van het verzekerd object;

c. de bestuurder en degenen die met het verzekerd object worden vervoerd;

d. de werkgever van deze verzekerden, indien deze in die hoedanigheid ingevolge artikel 6:170 BW aansprakelijk is voor bovengenoemde schade veroorzaakt met of door:

- het verzekerde object, of;

- aanhangers of andere objecten zonder eigen voortbewegingskracht, die aan het verzekerde object zijn gekoppeld of na koppeling daarvan zijn losgemaakt of losgeraakt, zolang zij nog niet buiten het verkeer tot stilstand zijn gekomen, dan wel;

- zaken die zich bevinden op of in, dan wel vallen of gevallen zijn, al dan niet gedurende laden en/of lossen, van het verzekerd object of aanhangers of andere objecten als hierboven genoemd.

5.1.1.2 Uitgebreid

Door het aangaan van deze omschreven aansprakelijkheid, wordt de verzekering met voorbijgaan aan hetgeen anders in deze polis mocht zijn bepaald, geacht aan de door de W.A.M. gestelde eisen te voldoen.

Verzekerd is de aansprakelijkheid van:

a. de verzekeringnemer;

b. de eigenaar, bezitter, huurder of houder van het verzekerde object;

c. de exploitant van het motorrijtuig, als bedoeld in artikel 8:1210 sub e BW;

d. de bestuurder en degenen die met het verzekerd object worden vervoerd;

e. de werkgever van deze verzekerden, indien deze in die hoedanigheid ingevolge artikel 6:170 BW of 7:658 BW aansprakelijk is voor bovengenoemde schade veroorzaakt met of door:

- het verzekerde object, of;

- aanhangers of andere objecten zonder eigen voortbewegingskracht, die aan het verzekerde object zijn gekoppeld of na koppeling daarvan zijn losgemaakt of losgeraakt, zolang zij nog niet buiten het verkeer tot stilstand zijn gekomen, dan wel;

- zaken die zich bevinden op of in, dan wel vallen of gevallen zijn, al dan niet gedurende laden en/of lossen, van het verzekerd object of aanhangers of andere objecten als hierboven genoemd.

Schade aan de bestuurder is op grond van artikel 10.9 van deze voorwaarden uitgesloten.

De verzekering geldt voor alle verzekerden tezamen tot maximaal het op het polisblad genoemde bedrag per gebeurtenis. Indien wettelijke bepalingen in een land buiten Nederland, maar binnen het in de polis vermelde verzekeringsgebied, hogere bedragen eisen, zal de verzekering voor die bedragen gelden.

5.1.2 Dekking “Schade aan eigen zaken”

Meeverzekerd is schade veroorzaakt door of met het verzekerde object aan zaken (waaronder begrepen dieren) waarvan verzekerde eigenaar, houder, huurder of huurkoper is, mits de schade niet - geheel of gedeeltelijk - gedekt is onder een andere verzekering of daar onder gedekt zou zijn indien deze verzekering niet zou bestaan. Niet gedekt is een eigen risico of franchise van toepassing onder een andere verzekering alsmede gevolgschade waaronder begrepen verlies van bonus- of no-claimkorting. De schade wordt vergoed tot ten hoogste het op het polisblad genoemde bedrag.

5.1.3 Vervoer van gevaarlijke stoffen

Dekking vindt plaats overeenkomstig artikel 3a van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (W.A.M.).

Artikel 6 Cascodekking

6.1 Omvang van de dekking

6.1.1 Dekking “Casco Uitgebreid”

De verzekeraar vergoedt schade, gedurende de looptijd van de verzekering, hoe gering ook en hoe ook ontstaan, met renunciatie aan artikel 7:951 BW.

Mitsdien zijn onder de verzekering onder meer begrepen: Xxxxx, diefstal, vermissing, joyriding en verduistering, materiaal- en constructiefouten, eigen gebreken al dan niet verborgen (zowel de fout en het gebrek zelf als de gevolgen daarvan), schuld, nalatigheid, verzuim of kwaadwilligheid van onverschillig welke personen (daaronder begrepen leidinggevende en toezichthoudende) al dan niet in dienst van verzekerde.

De dekking “Casco Uitgebreid” is van kracht tot 6 jaar dan wel

5.000 draaiuren gerekend vanaf de aankoopdatum in nieuwe staat, naar gelang wat het eerst bereikt wordt.

Hierna is automatisch de dekking “Casco Standaard” van kracht.

6.1.2 Dekking “Casco Standaard”

De verzekeraar vergoedt de schade door verlies of beschadiging van het verzekerd object of een deel daarvan, ontstaan gedurende de looptijd van de verzekering, als gevolg van:

a. brand, ontploffing, zelfontbranding, kortsluiting en blikseminslag;

b. diefstal, vermissing, joyriding en verduistering;

x. xxxxxx, stoten, slippen, omslaan, te water of van de weg geraken ook indien een gevolg van een eigen gebrek;

d. een van buiten aankomend onheil;

e. schuld, nalatigheid, verzuim en kwaadwilligheid van onverschillig welke personen (daaronder begrepen leidinggevende en toezichthoudende) al dan niet in dienst van verzekerde.

6.1.3 Dekking “Casco Brand-diefstal”

De verzekeraar vergoedt de schade door verlies of beschadiging van het verzekerd object of een deel daarvan, ontstaan gedurende de looptijd van de verzekering, als gevolg van:

a. brand, ontploffing, zelfontbranding, kortsluiting en blikseminslag;

b. diefstal, vermissing, joyriding en verduistering.

6.1.4 Dekking “Casco Brand”

De verzekeraar vergoedt de schade door verlies of beschadiging van het verzekerd object of een deel daarvan, ontstaan gedurende de looptijd van de verzekering, als gevolg van: Brand, ontploffing, zelfontbranding, kortsluiting en blikseminslag.

6.2 Tijdelijke vervanging

Tijdens onderhoud, reparatie of revisie van het verzekerd object is dezelfde dekking ook van toepassing op een gelijksoortig vervangend object. De dekking is van kracht voor een aaneengesloten periode van 30 dagen ingaande op de dag dat het vervangend object aan verzekerde ter beschikking wordt gesteld. Schade aan het vervangend object als gevolg van eigen gebrek, inclusief het eigen gebrek zelf is niet gedekt.

De vervangende dekking geldt niet als daarvoor een andere verzekering van kracht is, onverschillig door wie, hoe of wanneer gesloten.

Verzekerde moet eerst verhaal onder die andere verzekering zoeken. Indien verzekerde aantoont dat dat niet mogelijk is, kan hij aanspraak op deze verzekering maken.

Artikel 7 Regeling van de schade

7.1 De schade zal worden geregeld mede aan de hand van de door verzekeringnemer verstrekte gegevens en inlichtingen.

7.2 Vaststelling van de schade

Verzekeraar heeft het recht een expert te benoemen om het schadebedrag vast te stellen. Verzekeringnemer dient daaraan zijn medewerking te verlenen. Hij heeft het recht een noodreparatie te laten verrichten om verder gebruik mogelijk te maken. De kosten van expertise zijn voor rekening van verzekeraar.

Schade beneden € 1.500,- kan verzekeringnemer direct laten repareren. Hij dient verzekeraar daarvan zo spoedig mogelijk in kennis te stellen en de gespecificeerde originele reparatienota zo snel mogelijk in te sturen.

7.3 Geschillen over de omvang van de schade

De schade wordt vastgesteld of in onderling overleg of door een door de verzekeraar aan te wijzen en te betalen deskundige.

De verzekerde heeft het recht eveneens – op zijn kosten – een deskundige aan te wijzen. Voor het geval de taxaties verschillen benoemen de twee deskundigen een derde deskundige die een bindende uitspraak zal doen binnen de grenzen van hun taxaties. De kosten van deze derde deskundige zijn voor de helft voor rekening van de verzekeraar en voor de helft voor die van de verzekerde.

7.4 Vergoeding van de schade

Verzekeraar vergoedt aan de verzekeringnemer:

a. bij verlies:

de waarde van het verzekerd object onmiddellijk voor de schade tot ten hoogste het verzekerde bedrag. De waarde van eventuele restanten wordt in mindering gebracht.

Ingeval van diefstal, vermissing of verduistering is verzekeraar alleen tot vergoeding verplicht indien de eigendomsrechten van het verzekerd object aan verzekeraar worden overgedragen. Zolang deze overdracht niet heeft plaatsgevonden, is verzekeraar door de verzekeringnemer gemachtigd het verzekerd object terug te vorderen van degene bij wie het eventueel wordt aangetroffen. Wordt het

verzekerd object binnen 30 dagen terugverkregen dan is het hierna in art. 7.4.b bepaalde van toepassing.

b. bij beschadiging:

de reparatiekosten tot ten hoogste het bedrag dat bij verlies zou zijn betaald. Eventueel wordt een redelijke aftrek voor normale slijtage in mindering gebracht. Verzekeraar heeft het recht vergoeding van de reparatiekosten op te schorten zolang de schade niet deugdelijk is gerepareerd. Verzekeraar dient in de gelegenheid te worden gesteld om de reparatie te controleren.

7.5 Vergoeding van kosten

7.5.1 Zonodig boven het verzekerde bedrag vergoedt verzekeraar:

- bereddingskosten;

- kosten van noodzakelijke bewaking, berging, opruiming en vervoer van het verzekerd object naar de dichtstbijzijnde geschikte herstelplaats;

- de kosten van een noodzakelijk retour transport tot een maximum van € 1.500,-;

- bijdrage in averij-grosse indien het verzekerde object over water wordt vervoerd en er geen andere verzekering bestaat op basis waarvan het verzekerd object als lading of casco is verzekerd.

De vergoeding van deze kosten wordt gemaximeerd tot het verzekerd bedrag van het verzekerd object.

7.5.2 Zo nodig boven het verzekerd bedrag voor aansprakelijkheid vergoedt verzekeraar:

- de kosten van met goedvinden of op verlangen van verzekeraar gevoerde procedures en in onze opdracht verleende rechtsbijstand;

- de wettelijke rente over het door de verzekering gedekte schadebedrag.

7.6 Onderverzekering

Verzekeraar doet geen beroep op onderverzekering.

7.7 Vergoeding kosten vervangend object

Vergoed worden de hierna omschreven, daadwerkelijk door de verzekeringnemer gemaakte kosten verband houdende met het huren van een vervangend object. Het recht op schadevergoeding geldt op voorwaarde dat het huren noodzakelijk is en verband houdt met uitval van het verzekerde object wegens een schadegebeurtenis naar aanleiding waarvan verzekeraar gehouden is tot vergoeding van de aan dat verzekerd object ontstane schade op basis van de dekking conform artikel 6.1.1 of 6.1.2.

De voor vergoeding in aanmerking komende kosten zijn:

- kosten die verzekeringnemer verschuldigd is voor het huren van een vervangend object, vergelijkbaar met het uitgevallen verzekerd object;

- noodzakelijk gemaakte kosten om het vervangend object geschikt te maken voor de werkzaamheden waartoe het beschadigde verzekerde object wordt gebruikt;

- kosten verbonden aan het vervoer van het gehuurde object naar en van de locatie waar dit object door of ten behoeve van verzekeringnemer wordt gebruikt; deze vergoeding heeft geen betrekking op vervoerskosten die ook bij gebruik van het verzekerd object gemaakt zouden zijn.

Deze kosten worden vergoed tot maximaal 10% van de verzekerde waarde van het object met een maximum van

€ 10.000,-.

7.8 Schade aan toebehoren

7.8.1 Extra opgegeven, niet standaard, toebehoren zijn medeverzekerd als dit uit de polis blijkt.

7.8.2 De verzekering geeft recht op een vergoeding van schade aan toebehoren voor zover de schade het gevolg is van een schadegebeurtenis naar aanleiding waarvan de verzekeraar gehouden is tot vergoeding van aan dat verzekerde object ontstane schade.

7.8.3 Niet opgegeven toebehoren zijn tot maximaal 1,5% van de netto aanschafwaarde meeverzekerd op basis van premier risque gemaximeerd tot € 1.000,- per gebeurtenis.

7.9 Waardegarantie

Als waardegarantie wordt een schadevergoeding van maximaal 110% van het verzekerd bedrag uitgekeerd, met dien verstande dat de schadevergoeding nooit meer zal bedragen dan de aanschafwaarde van het vervangende (nieuwe) object verminderd met de eventuele restantwaarde van het verzekerde object. Om in aanmerking te komen voor deze vergoeding, dient aan de navolgende voorwaarden te worden voldaan:

- Verzekeringnemer moet een object hebben aangeschaft dat nieuw is en onder deze polis valt;

- Verzekeringnemer moet de eerste eigenaar/gebruiker van dit object zijn;

- Het verzekerd object wordt voor niet meer dan 1.500 draaiuren per jaar ingezet;

- De oorspronkelijke cataloguswaarde is niet hoger dan

€ 250.000,-;

- Het verzekerd object wordt niet ingezet voor verhuur en/of operational lease;

- Er is binnen 3 jaar na de aanschaf sprake van een totaal verlies ten aanzien van dit object, waarbij de aanschafwaarde van het oorspronkelijk verzekerd object zoals vermeld op de (originele) aankoopnota als waarde van het verzekerd object op het ogenblik van de beschadiging wordt beschouwd;

- Als gevolg van het totaal verlies gaat verzekeringnemer over tot aanschaf van een vervangend (nieuw) object waarvoor de verzekering wordt voortgezet.

7.10 Verhaal op verzekerde

Indien verzekeraar op grond van wettelijke bepalingen verplicht is een benadeelde schadeloos te stellen maar de verzekering daarvoor geen dekking biedt, dan is verzekeraar gerechtigd de betaalde schade en kosten te verhalen op de aansprakelijke verzekerde.

7.11 Zekerheidstelling

Indien wegens een onder deze verzekering gedekte schade aan een verzekerde een vrijheidsbeperking is opgelegd of het verzekerde object in beslag is genomen ter waarborging van de rechten van een benadeelde, zal verzekeraar een zekerheid stellen tot ten hoogste € 50.000,-, indien daardoor opheffing van de vrijheidsbeperking of van het beslag kan worden verkregen. In geval van zekerheidstelling in de vorm van storting van contanten in depot is verzekerde gehouden verzekeraar schriftelijk te machtigen over het door hen gestorte bedrag te beschikken zodra het is vrijgegeven en al zijn medewerking te verlenen om terugbetaling te verkrijgen. In geval van zekerheidstelling in de vorm van een door verzekeraars afgegeven bankgarantie dient het origineel van de garantie direct na vrijgave van de garantie door de (derde) begunstigde aan de verzekerde aan verzekeraars geretourneerd te worden.

Artikel 8 Schadeverzekering bestuurder

8.1 Omvang van de dekking

Op voorwaarde dat deze dekking op het polisblad is vermeld en deze verzekering voor het verzekerde object ook een uitgebreide aansprakelijkheidsdekking verleent, is per gebeurtenis tot ten hoogste het op het polisblad genoemde bedrag per gebeurtenis verzekerd.

Xxxxxxxxx is schade als hierna omschreven in 8.2. van: personen die in opdracht van verzekeringnemer werkzaamheden voor hem verrichten, indien deze als bestuurder van het verzekerde object tijdens de looptijd van de verzekering een ongeval overkomt terwijl deze:

- het verzekerde object bestuurt of bedient;

- in of uit het verzekerde object stapt of in de onmiddellijke omgeving daarvan verblijft;

- werkzaamheden verricht die rechtstreeks verband houden met het bedienen van het verzekerde object;

- onderweg het verzekerde object bijvult met brandstof (tanken);

- onderweg een noodreparatie verricht aan het verzekerde object.

8.2 Schade

a. Personenschade

een rechtstreeks en medisch vast te stellen letsel of aantasting van de gezondheid van verzekerde, al dan niet de dood ten gevolge hebbend, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade;

b. Zaakschade

beschadiging, vernietiging of verlies van zaken van de verzekerde, noodzakelijk voor de uitoefening van diens werkzaamheden, voor zover verzekerde als gevolg van het ongeval tevens personenschade lijdt die onder deze verzekering is gedekt;

mits verzekerde kan aantonen dat de schade niet – geheel of gedeeltelijk - gedekt is onder een andere verzekering of voorziening of daar onder gedekt zou zijn indien deze verzekering niet zou bestaan.

8.3 Regeling van de schade

8.3.1 Personenschade

De personenschade zal worden vastgesteld en vergoed op grond van de bepalingen in afdeling 10 van titel 1 van Boek 6 BW. Alleen in geval van niet bewuste roekeloosheid en niet bewuste merkelijke schuld zullen verzekeraars geen beroep doen op het gestelde in artikel 6:101 BW.

8.3.2 Zaakschade

Zaakschade wordt vergoed op basis van reparatiekosten tot maximaal het verschil in dagwaarde van de zaak direct voor en na de beschadiging. Zijn de reparatiekosten hoger dan dit verschil of kan de zaak niet worden gerepareerd dan vergoeden verzekeraars de waarde van de zaak ten tijde van het voorval onder aftrek van de waarde van de restanten.

8.3.3 Vaststelling van de schade

De schade wordt vastgesteld of in onderling overleg of door een door de verzekeraars aan te wijzen en te betalen deskundige.

8.3.4 Vermindering schadevergoeding Verzekeraar behoudt zich het recht voor om de

schadevergoeding te verminderen overeenkomstig de mate waarin het ongeval de verzekeringnemer is te verwijten indien deze als werkgever nalatig is geweest bij de nakoming van de overheidsvoorschriften inzake de arbeidsomstandigheden.

8.3.5 Voorschot

Zolang het schadebedrag nog niet geheel kan worden vastgesteld, zal verzekeraar voorschotbetalingen doen voor dat deel van de schade waarvan de omvang vaststaat indien en voor zover de schade onder deze verzekering is gedekt.

8.3.6 Geschillen over de omvang van de schade

Indien verzekerde en verzekeraar geen overeenstemming bereiken over de omvang van de schade, kan het geschil naar keuze van de verzekerde op één van de volgende manieren worden opgelost:

a. Verzekerde benoemt een contra-expert, die alvorens met zijn werkzaamheden te beginnen contact opneemt met de deskundige, die door verzekeraar is ingeschakeld. In gezamenlijk overleg benoemen zij eerst een arbiter.

Indien de deskundige en de contra-expert geen overeenstemming kunnen bereiken, doet de arbiter een voor beide partijen bindende uitspraak. De kosten hiervan komen voor rekening van verzekeraar.

b. Het geschil wordt voorgelegd aan de rechtbank Rotterdam, die tevens bepaalt voor wiens rekening de kosten komen.

8.3.7 Vergoeding van kosten

Zo nodig boven het verzekerde bedrag vergoedt verzekeraar:

- de kosten van met goedvinden van of op verlangen van verzekeraar gevoerde procedures en in hun opdracht verleende rechtsbijstand met betrekking tot civielrechtelijke aanspraken van verzekerde tegen verzekeringnemer tot vergoeding van schade. De vergoeding van deze kosten wordt gemaximeerd tot het verzekerde bedrag;

- bereddingskosten als bedoeld in artikel 3.11 worden beperkt tot maximaal het verzekerde bedrag dat van toepassing is op de schade waarvoor de kosten zijn gemaakt.

Artikel 9 Eigen risico

Zoals omschreven op het polisblad, eventueel aangevuld met een eigen risico als genoemd in een op het polisblad van toepassing verklaarde clausule.

Artikel 10 Uitsluitingen en beperkingen

Van de verzekering is uitgesloten:

10.1 Geen deskundigheids-/vaardigheidsbewijs

Schade terwijl voor het besturen of bedienen van het verzekerde object wettelijk een geldig deskundigheids- of vaardigheidsbewijs is vereist en de bestuurder dat niet bezit.

10.2 Leeftijd bestuurder

Schade terwijl de bestuurder de wettelijk gestelde leeftijd voor het besturen of bedienen van het verzekerd object nog niet heeft bereikt.

10.3 Alcohol gebruik

Schade terwijl de bestuurder onder zodanige invloed van alcohol of enig bedwelmend of opwekkend middel verkeerde, dat deze geacht moet worden niet in staat te zijn geweest het verzekerd object naar behoren te besturen en/of te bedienen.

10.4 Afwijkend gebruik

Schade terwijl het verzekerd object wordt gebruikt voor andere doeleinden dan in de polis omschreven of voor andere doeleinden dan waarvoor het verzekerde object bestemd of geschikt is.

10.5 Gebruik van chemische/biologische groei- of bestrijdingsmiddelen

Schade door of verband houdende met sproeien, spuiten, vernevelen, verstuiven of soortgelijke werkzaamheden, van chemische of biologische groei- of bestrijdingsmiddelen.

10.6 Niet naleven van veiligheidsvoorschriften

De aansprakelijkheid (voor schade) jegens een werknemer

/ondergeschikte van verzekeringnemer, voor schade die mogelijk is geworden doordat van overheidswege

- in het kader van arbeidsomstandigheden - gegeven voorschriften ter zake van onderhoud en veiligheid van het werkmaterieel niet zijn nagekomen.

10.7 Inbeslagneming

Schade terwijl het verzekerd object in beslag is genomen of wordt gebruikt krachtens een besluit van een Nederlandse of vreemde overheid.

10.8 Contractueel

Aansprakelijkheid voor schade die voortvloeit uit contractuele verplichtingen, een boete- of garantiebeding, voor zover die verder gaan dan de wettelijke aansprakelijkheid.

10.9 Schade bestuurder

Aansprakelijkheid voor schade, toegebracht aan de bestuurder van het verzekerd object dat een ongeval veroorzaakt, behoudens het hiervoor gestelde in artikel 5.1.3.

Is de dekking ‘Schade bestuurder’ opgenomen in deze verzekering, dan zijn daaronder aanspraken van anderen dan de rechtstreeks bij het ongeval betrokken verzekerden uitgesloten, met uitzondering van:

- de nagelaten betrekkingen, indien zij op grond van het hiervoor bepaalde in artikel 8.3.1 recht hebben op schadevergoeding;

- aanspraken van derden, als bedoeld in artikel 6:107 lid 1 BW.

10.10 Onbevoegden

Aansprakelijkheid van de bestuurder en/of degene die wordt vervoerd, terwijl het verzekerd object wordt gebruikt zonder machtiging van iemand die daartoe bevoegd is;

10.11 Diefstal of geweldpleging

Aansprakelijkheid van degene, die zich door diefstal of geweldpleging de macht over het verzekerd object verschaft en van degene, die - dit wetende - het verzekerd object zonder geldige machtiging van een daartoe bevoegd persoon, gebruikt.

10.12 Lading/last

Aansprakelijkheid voor schade aan;

- de lading en de last van het verzekerd object of zich daarin bevindende zaken;

- de aanhanger en de lading of last daarvan;

- een object en de lading of last daarvan dat door het verzekerd object wordt voortbewogen.

10.13 Milieu

Aansprakelijkheid wegens aantasting van bodem, lucht en water als gevolg van verontreiniging, tenzij deze verontreiniging het gevolg is van een plotselinge onzekere gebeurtenis en deze gebeurtenis niet het rechtstreekse gevolg is van een langzaam (in)werkend proces.

10.14 Hei-, sloop- en funderingswerkzaamheden Aansprakelijkheid voor schade aan zaken die een gevolg is van hei-, funderings-, of soortgelijke werkzaamheden met een hei- of vibratorblok, sloopwerkzaamheden of het slaan of trekken van damwanden.

10.15 Regiefouten

Aansprakelijkheid van de huurder/houder indien de aansprakelijkheid niet voortvloeit uit deelname aan het verkeer zoals omschreven in de W.A.M.

Deze uitsluiting is niet van toepassing indien:

- de verzekeringnemer aan de houder en/of huurder toestaat rechten aan deze verzekering te ontlenen;

en

- de schade niet is gedekt onder een andere verzekering, of niet onder een andere verzekering (al dan niet van oudere datum) zou zijn gedekt indien deze verzekering niet zou bestaan.

De dekking wordt beperkt tot 10% van het genoemde bedrag als omschreven in artikel 5.1.1.1. en 5.1.1.2. met een maximum van

€ 250.000,-.

10.16 Onvoldoende onderhoud/zorg

Schade aan het verzekerde object als gevolg van aan verzekerde te verwijten onvoldoende onderhoud van en/of zorg.

10.17 Luchtbanden/rupsen

Schade uitsluitend aan luchtbanden en/of aan niet metalen rupsen, tenzij door dezelfde oorzaak behalve deze schade ook andere schade aan het verzekerde object is ontstaan.

10.18 Slijtage, corrosie en erosie

De herstelkosten van normale slijtage en enig ander geleidelijk bederf als natuurlijk gevolg van de gewone werking en het normale gebruik van het verzekerde object, alsmede corrosie en erosie.

10.19 Opzet

Opzet of al dan niet bewuste roekeloosheid als bedoeld in artikel 7:952 BW.

10.20 Molestrisico

Het oorlogs- en stakersrisico.

10.21 Clausule Atoomkernreacties, (Bio-)chemische wapens

Van de verzekering is uitgesloten schade veroorzaakt door, optredende bij of voortvloeiende uit:

10.21.1 Atoomkernreacties, onverschillig hoe de reactie is ontstaan. Onder atoomkernreactie is te verstaan iedere kernreactie waarbij energie vrijkomt zoals kernfusie, kernsplijting, kunstmatige en natuurlijke radioactiviteit.

Deze uitsluiting geldt niet met betrekking tot radioactieve nucliden, die zich buiten een kerninstallatie bevinden en gebruikt worden of bestemd zijn om gebruikt te worden voor industriële,

commerciële, landbouwkundige, medische of wetenschappelijke doeleinden, met dien verstande dat een vergunning voor vervaardiging, gebruik, opslag en het zich ontdoen van radioactieve stoffen door de overheid moet zijn afgegeven. Voor zover krachtens de wet een derde voor de geleden schade aansprakelijk is, blijft de uitsluiting onverkort van kracht.

Onder wet is te verstaan de Wet Aansprakelijkheid Kernongevallen zijnde de bijzondere wettelijke regeling van de aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie.

Onder kerninstallatie wordt verstaan een kerninstallatie in de zin van de bedoelde wet.

10.21.2 Een chemisch, biologisch, biochemisch of elektromagnetisch wapen.

10.22 Terrorisme

Bij schade als gevolg van gebeurtenissen die (direct of indirect) verband houden met

- terrorisme of preventieve maatregelen

- handelingen of gedragingen ter voorbereiding

van terrorisme of preventieve maatregelen, geldt dat de schadevergoeding door verzekeraar kan worden beperkt tot het bedrag van de uitkering die de verzekeraar, overeenkomstig de toepassing van het Uitkeringsprotocol, ontvangt van de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden NV (NHT). Zie ook de NHT-clausule in artikel 10.23 hieronder.

10.23 Clausule terrorismedekking bij de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorisme-schaden N.V. (NHT)

10.23.1 Begripsomschrijvingen

In deze clausule en de daarop berustende bepalingen wordt – voor zover niet anders blijkt – verstaan onder:

10.23.1.1 Terrorisme:

Gewelddadige handelingen en/of gedragingen - begaan buiten het kader van een van de zes in artikel 3:38 van de Wet op het financieel toezicht genoemde vormen van molest – in de vorm van een aanslag of een reeks van in tijd en oogmerk met elkaar samenhangende aanslagen als gevolg waarvan letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, en/of schade aan zaken ontstaat dan wel anderszins economische belangen worden aangetast,waarbij aannemelijk is dat deze aanslag of reeks – al dan niet in enig organisatorisch verband – is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.

10.23.1.2 Kwaadwillige besmetting:

Het - buiten het kader van een van de zes in artikel 3:38 van de Wet op het financieel toezicht genoemde vormen van molest – (doen) verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen die als gevolg van hun (in)directe fysische, biologische, radioactieve of chemische inwerking letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, bij mensen of dieren kunnen veroorzaken en/of schade aan zaken kunnen toebrengen dan wel anderszins economische belangen kunnen aantasten, waarbij aannemelijk is dat het (doen) verspreiden – al dan niet in enig organisatorisch verband – is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.

10.23.1.3 Preventieve maatregelen:

Van overheidswege en/of door verzekerden en/of derden getroffen maatregelen om het onmiddellijk dreigend gevaar van terrorisme en/of kwaadwillige besmetting af te wenden of – indien dit gevaar zich heeft verwezenlijkt – de gevolgen daarvan te beperken.

10.23.1.4 Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden N.V. (NHT):

Een door het Verbond van Verzekeraars opgerichte herverzekeringsmaatschappij, waarbij uitkeringsverplichtingen uit hoofde van verzekeringsovereenkomsten, die voor in Nederland toegelaten verzekeraars direct of indirect kunnen voortvloeien uit

de verwezenlijking van de in artikel 10.23.1.1, 10.23.1.2 en

10.23.1.3 omschreven risico’s, in herverzekering kunnen worden ondergebracht.

10.23.1.5 Verzekeringsovereenkomsten:

a. Overeenkomsten van schadeverzekering voor zover zij overeenkomstig het bepaalde in artikel 10.23.1.1 onder “staat waar het risico is gelegen” van de Wet op het financieel toezicht betrekking hebben op in Nederland gelegen risico's.

b. Overeenkomsten van levensverzekering voor zover gesloten met een verzekeringnemer met gewone verblijfplaats in Nederland, of, indien verzekeringnemer een rechtspersoon is, met de in Nederland gevestigde vestiging van de rechtspersoon waarop de verzekering betrekking heeft.

c. Overeenkomsten van natura-uitvaartverzekering voor zover gesloten met een verzekeringnemer met een gewone verblijfplaats in Nederland, of, indien verzekeringnemer een rechtspersoon is, met de in Nederland gevestigde vestiging van de rechtspersoon waarop de verzekering betrekking heeft.

10.23.1.6 In Nederland toegelaten verzekeraars:

Levens, natura-uitvaart- en schadeverzekeraars die op grond van de Wet op het financieel toezicht bevoegd zijn om in Nederland het verzekeringsbedrijf uit te oefenen.

10.23.2 Begrenzing van de dekking voor het terrorismerisico

10.23.2.1 Indien en voor zover, met inachtneming van de in artikel 10.23.1.1, 10.23.1.2 en 10.23.1.3 gegeven omschrijvingen, en binnen de grenzen van de geldende polisvoorwaarden, dekking bestaat voor gevolgen van een gebeurtenis die (direct of indirect) verband houdt met:

- terrorisme, kwaadwillige besmetting of preventieve maatregelen,

- handelingen of gedragingen ter voorbereiding van terrorisme, kwaadwillige besmetting of preventieve maatregelen,

hierna gezamenlijk aan te duiden als ‘het terrorismerisico’, geldt dat de uitkeringsplicht van de verzekeraar xxxxxxx van iedere bij haar ingediende aanspraak op schadevergoeding en/of uitkering, is beperkt tot het bedrag van de uitkering die de verzekeraar terzake van die aanspraak ontvangt onder de herverzekering voor het terrorismerisico bij de NHT, in het geval van een verzekering met vermogensopbouw vermeerderd met het bedrag van de uit hoofde van de betrokken verzekering reeds gerealiseerde vermogens- opbouw. Bij levensverzekeringen wordt het bedrag van de gerealiseerde vermogensopbouw gesteld op de krachtens de Wet op het financieel toezicht aan te houden premiereserve ten aanzien van de betrokken verzekering.

10.23.2.2 De NHT biedt herverzekeringsdekking voor de hiervoor genoemde aanspraken tot maximaal 1 miljard euro per kalenderjaar. Vorengenoemd bedrag kan van jaar tot jaar worden aangepast en geldt voor alle bij de NHT aangesloten verzekeraars tezamen. Van een eventuele aanpassing zal mededeling worden gedaan in drie landelijk verschijnende dagbladen.

10.23.2.3 In afwijking van het in de voorgaande leden van dit artikel bepaalde, geldt voor verzekeringen die betrekking hebben op:

- schade aan onroerende zaken en/of de inhoud daarvan;

- gevolgschade van schade aan onroerende zaken en/of de inhoud daarvan,

dat per verzekeringnemer per verzekerde locatie per jaar maximaal 75 miljoen euro onder deze overeenkomst zal worden uitgekeerd, voor alle deelnemende verzekeraars zoals bedoeld in artikel 10.23.1 tezamen, ongeacht het aantal afgegeven polissen. Voor de toepassing van dit artikellid wordt onder verzekerde locatie verstaan: alle op het risicoadres aanwezige door verzekeringnemer verzekerde objecten, alsmede alle buiten het risicoadres gelegen door verzekeringnemer verzekerde objecten waarvan het gebruik en/of de bestemming in relatie staat tot de bedrijfsactiviteiten op het risicoadres. Als zodanig zullen in ieder

geval worden aangemerkt alle door verzekeringnemer verzekerde objecten die op minder dan 50 meter afstand van elkaar gelegen zijn en waarvan er tenminste een op het risicoadres is gelegen.

Voor de toepassing van dit artikellid geldt voor rechtspersonen en vennootschappen die zijn verbonden in een groep, zoals bedoeld in artikel 2:24b van het BW, dat alle groepsmaatschappijen tezamen worden aangemerkt als een verzekeringnemer, ongeacht door welke tot de groep behorende groepsmaatschappij(en) de polis(sen) is (zijn) afgesloten.

10.23.3 Uitkeringsprotocol NHT

10.23.3.1 Op de herverzekering van de verzekeraar bij de NHT is van toepassing het Protocol afwikkeling claims (hierna te noemen het Protocol). Op grond van de in dit Protocol vastgestelde bepalingen is de NHT onder meer gerechtigd de uitkering van de schadevergoeding of het verzekerde bedrag uit te stellen tot het moment waarop zij kan bepalen of en in hoeverre zij over voldoende financiële middelen beschikt om alle vorderingen waarvoor zij als herverzekeraar dekking biedt, voor het geheel te voldoen. Voor zover de NHT niet over voldoende financiële middelen blijkt te beschikken, is zij gerechtigd overeenkomstig bedoelde bepalingen een gedeeltelijke uitkering aan de verzekeraar te doen.

10.23.3.2 De NHT is, met in achtneming van het gestelde in bepaling 7 van het Protocol afwikkeling claims, bevoegd om te beslissen of een gebeurtenis in verband waarmee aanspraak op uitkering wordt gedaan, als een gevolg van de verwezenlijking van het terrorismerisico moet worden aangemerkt. Een daartoe strekkend en overeenkomstig voornoemde bepaling genomen besluit van de NHT, is bindend jegens verzekeraar, verzekeringnemer, verzekerden en tot uitkering gerechtigden.

10.23.3.3 Eerst nadat de NHT aan de verzekeraar heeft medegedeeld welk bedrag, al dan niet bij wijze van voorschot, terzake van een vordering tot uitkering aan haar zal worden uitgekeerd, kan de verzekerde of de tot uitkering gerechtigde op de in artikel 10.23.3.1 bedoelde uitkering terzake tegenover de verzekeraar aanspraak maken.

10.23.3.4 De herverzekeringsdekking bij de NHT is ingevolge bepaling 17 van het Protocol slechts van kracht voor aanspraken op schadevergoeding en/of uitkering die worden gemeld binnen twee jaar nadat de NHT van een bepaalde gebeurtenis of omstandigheid heeft vastgesteld dat deze als een verwezenlijking van het terrorismerisico in de zin van dit artikel wordt beschouwd. De uitsluitingen hiervoor omschreven in 10.23.1 tot en met

10.23.4 en 10.19 gelden niet voor de verzekerde die aantoont dat de daarin bedoelde omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem daarvan geen verwijt treft.

Artikel 11 Uitsluiting in verband met sancties en/of handelsbeperkingen

De verzekeraar is niet gehouden om dekking of schadeloosstelling te bieden krachtens deze verzekering, indien dit een inbreuk zou vormen op sanctiewet- en regelgeving uit hoofde waarvan het de verzekeraar verboden is om krachtens deze verzekering dekking te bieden of een schadeloosstelling uit te keren.

Artikel 12 Premiebetaling en -restitutie

12.1 Premiebetaling en verzuim van premiebetaling

12.1.1 De verzekeringnemer dient de premie, daaronder begrepen de kosten en de assurantiebelasting vooruit te betalen op de premievervaldatum.

12.1.2 Indien de verzekeringnemer de aanvangspremie niet uiterlijk op de dertigste dag na ontvangst van het betalingsverzoek betaalt of weigert te betalen, wordt zonder dat een nadere ingebrekestelling door de verzekeraar is vereist geen dekking verleend ten aanzien van alle gebeurtenissen die nadien hebben plaatsgevonden.

12.1.3 Indien de verzekeringnemer de vervolgpremie weigert te betalen, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die nadien hebben plaatsgevonden.

12.1.4 Indien de verzekeringnemer de vervolgpremie niet tijdig betaalt, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden vanaf de vijftiende dag nadat de verzekeraar de verzekeringnemer na de vervaldag schriftelijk heeft aangemaand en betaling is uitgebleven.

12.1.5 De verzekeringnemer blijft gehouden de premie te voldoen.

12.1.6 De dekking wordt weer van kracht voor gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden na de dag waarop hetgeen de verzekeringnemer verschuldigd is, voor het geheel door de verzekeraar is ontvangen. In geval van overeengekomen termijnbetalingen geldt dat de dekking eerst in kracht wordt hersteld nadat alle onbetaalde gebleven termijnen zijn voldaan.

12.1.7 Onder vervolgpremie wordt mede verstaan de premie die de verzekeringnemer bij stilzwijgende verlenging van de verzekering verschuldigd wordt.

12.1.8 Onder aanvangspremie wordt mede verstaan de premie die de verzekeringnemer in verband met een tussentijdse wijziging van de verzekering verschuldigd wordt.

12.2 Terugbetaling van premie

12.2.1 Bij tussentijdse verlaging van de premie ontvangt verzekerde het verschil tussen de betaalde en verschuldigde premie terug over de periode, die een aanvang neemt op de ingangsdatum van de verlaging en eindigt op de eerstvolgende vervaldatum van de premie.

12.2.2 Indien het verzekerde object tenminste 60 aaneengesloten dagen buiten gebruik wordt gesteld, de dekking wordt opgeschort en dit vooraf schriftelijk, dan wel per e-mail, aan verzekeraar wordt gemeld, betaalt verzekeraar de premie terug over de periode waarin de verzekering niet van kracht is geweest.

12.2.3 Behalve bij opzegging wegens opzet de verzekeraar te misleiden, wordt bij tussentijdse opzegging de lopende premie naar billijkheid verminderd.

Op de restitutie worden administratiekosten in mindering gebracht.

Artikel 13 Wijziging van premie en/of voorwaarden

13.1 Individueel

Verzekeraar heeft het recht jaarlijks per de op het polisblad vermelde premievervaldatum de premie en/of voorwaarden van deze verzekering te wijzigen. Wanneer verzekeraar van dit recht gebruik maakt, deelt zij dit aan de tussenpersoon uiterlijk 2 maanden voor de premie herzieningsdatum mede. De verzekeringnemer wordt geacht hiermee te hebben ingestemd, tenzij verzekeringnemer binnen 30 dagen na de kennisgeving schriftelijk het tegendeel heeft bericht.

De verzekeringnemer kan echter een wijziging als in dit artikel genoemd alleen weigeren, indien er sprake is van een premieverhoging en/of vermindering van de dekking en deze premieverhoging en/of vermindering van de dekking niet voortvloeit uit een wettelijke regeling.

Ingeval van een weigering eindigt de verzekering op de datum die in de mededeling door verzekeraar is genoemd.

13.2 En Bloc

Verzekeraar heeft het recht de premie en/of voorwaarden van bepaalde groepen verzekeringen en bloc te wijzigen. Behoort deze verzekering tot zo’n groep, dan is de verzekeraar gerechtigd de premie en/of voorwaarden van deze verzekering overeenkomstig die wijziging aan te passen en wel op een door de verzekeraar te bepalen datum.

De verzekeringnemer wordt van de wijziging in kennis gesteld en wordt geacht hiermee te hebben ingestemd tenzij hij binnen 30 dagen na de datum van kennisgeving schriftelijk het tegendeel heeft bericht. In dit geval eindigt de verzekering per de in de kennisgeving door de verzekeraar genoemde datum.

De verzekeringnemer kan echter een wijziging als in dit artikel genoemd alleen weigeren, indien er sprake is van een premieverhoging en/of vermindering van de dekking.

Artikel 14 Verplichtingen na schade

14.1 Schademeldingsplicht

Zodra verzekeringnemer of de verzekerde op de hoogte is of behoort te zijn van een gebeurtenis die voor verzekeraar tot een uitkeringsplicht kan leiden, is hij verplicht die gebeurtenis zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is aan verzekeraar te melden.

14.2 Schade-informatieplicht

Verzekeringnemer of verzekerde zijn verplicht binnen redelijke termijn aan verzekeraar alle inlichtingen en bescheiden te verschaffen die voor verzekeraar van belang zijn om zijn uitkeringsplicht te beoordelen.

14.3 Medewerkingplicht

14.3.1 Verzekeringnemer of verzekerde zijn verplicht hun volle medewerking te verlenen en alles na te laten wat de belangen van verzekeraar zou kunnen benadelen.

14.3.2 Ingeval van (poging tot) diefstal of enig ander strafbaar feit binnen 24 uur aangifte te doen bij de politie en andere daarvoor in aanmerking komende personen;

14.3.3 Xxxxxxx xxx xxxxxx aan derden zich te onthouden van het erkennen van schuld of het doen van een toezegging tot enige betaling

14.4 Bereddingsplicht

Zodra verzekeringnemer of verzekerde van de verwezenlijking van het risico, of het ophanden zijn daarvan, op de hoogte is of behoort te zijn, is ieder van hen, in de mate waarin hij daartoe tot in de gelegenheid is, verplicht maatregelen als bedoeld in artikel 7:957 BW te nemen ter voorkoming of vermindering van schade.

14.5 Sancties bij niet-nakoming

14.5.1 Indien door de verzekeringnemer of verzekerde een verplichting als bedoeld in artikel 14.1 tot en met 14.4 niet is nagekomen, kan de verzekeraar de uitkering verminderen met de schade die hij daardoor lijdt.

14.5.2 Elk recht op uitkering komt te vervallen, indien verzekeringnemer of verzekerde de in artikel 14.1 tot en met 14.4 van dit artikel genoemde verplichtingen niet is nagekomen met het opzet de verzekeraar te misleiden, mits de verzekeraar daardoor in zijn redelijk belang is geschaad en tenzij de misleiding het verval van recht niet rechtvaardigt.

14.5.3 De sanctie genoemd in artikel 14.5.2 geldt ook indien de verzekeringnemer of verzekerde niet tegen beter weten in gehandeld heeft in strijd met artikelen 14.3.3 en 14.4 en verzekeraar aantoont dat hij door de niet-nakoming van een of meerdere van die verplichtingen in zijn redelijke belangen is geschaad.

14.5.4 Indien verzekerde zich niet onthoudt van erkenning van schuld ingevolge artikel 14.3.3 en die erkenning is juist, dan heeft dit geen gevolgen voor de dekking onder deze verzekering.

Artikel 15 Rechtstreekse schadeloosstelling Verzekeraar heeft het recht benadeelden rechtstreeks schadeloos te stellen en met hen schikkingen te treffen.

Verzekeraar zal daarbij de belangen van verzekeringnemer in aanmerking nemen.

Artikel 16 Verhaal op derden

De verzekeraar heeft het recht:

a. ofwel op naam van de verzekerde alle nodige maatregelen te nemen om tot verhaal op derden te komen;

b. ofwel te eisen dat alle rechten van de verzekerde tegenover derden aan de verzekeraar of aan een door hen aan te wijzen vertrouwensman worden overgedragen, opdat zij op eigen

naam of op naam van de vertrouwensman verhaal op derden kunnen uitoefenen.

In beide gevallen zijn alle kosten verbonden aan het verhaal op derden naar rato van het belang van verzekeraar waarvoor het verhaal wordt uitgeoefend voor rekening van de verzekeraar.

Artikel 17 Verjaring van vordering

17.1 Een rechtsvordering tegen verzekeraar tot het doen van een uitkering verjaart door verloop van drie jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de tot uitkering gerechtigde met de opeisbaarheid daarvan bekend is geworden.

17.2 De verjaring wordt gestuit door een schriftelijke mededeling, waarbij op uitkering aanspraak wordt gemaakt. Een nieuwe verjaringstermijn van drie jaren begint te lopen met de aanvang van de dag, volgende op die waarop de verzekeraar hetzij de aanspraak erkent, hetzij ondubbelzinnig heeft medegedeeld de aanspraak af te wijzen.

17.3 Bij verzekering tegen aansprakelijkheid wordt de verjaring in afwijking van lid 2, eerste zin, gestuit door iedere onderhandeling tussen de verzekeraar en de tot uitkering gerechtigde of de benadeelde. In dat geval begint een nieuwe verjaringstermijn van drie jaren te lopen met de aanvang van de dag, volgende op die waarop de verzekeraar hetzij de aanspraak erkent, hetzij ondubbelzinnig aan degene met wie hij onderhandelt en, indien deze een ander is, aan de tot uitkering gerechtigde heeft medegedeeld dat hij de onderhandelingen afbreekt.

Artikel 18 Duur en einde van de verzekering

18.1 Geldigheidsduur

De dekking van de verzekering is van kracht tot de op het polisblad genoemde contractvervaldatum en wordt telkens stilzwijgend verlengd met maximaal 12 maanden per verlenging.

18.2 Einde van de verzekering

18.2.1 De verzekering eindigt door een schriftelijke opzegging door verzekeraar:

a. tegen het einde van de (eerste) contracttermijn,

met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste twee maanden. De verzekering eindigt in dat geval op de contractvervaldatum;

b. binnen één maand nadat een gebeurtenis die voor verzekeraar tot een uitkeringsverplichting kan leiden, door verzekerde aan verzekeraar is gemeld of nadat verzekeraar een uitkering krachtens de verzekering heeft gedaan dan wel heeft afgewezen. De verzekering eindigt op de in de opzeggingsbrief genoemde datum, zij het niet eerder dan twee maanden na de datum van dagtekening van de opzeggingsbrief, behoudens in het geval dat de opzegging verband houdt met het opzet van een verzekerde verzekeraar te misleiden;

c. tegen het begin van een nieuw verzekeringsjaar volgend op een vol verzekeringsjaar waarin geen risico is gelopen, mits de opzegging geschiedt binnen één maand na het verstrijken van laatst genoemd verzekeringsjaar;

d. indien verzekeringnemer de premie verschuldigd op de eerste premievervaldag niet tijdig betaalt of weigert te betalen alsmede indien verzekeringnemer de vervolgpremie niet tijdig betaalt of weigert te betalen echter uitsluitend indien verzekeraar verzekeringnemer na het verstrijken van de premievervaldag vruchteloos tot betaling van de vervolgpremie heeft aangemaand onder aanzegging/vermelding van de gevolgen bij het uitblijven van betaling met een termijn van minimaal 14 dagen. De verzekering eindigt op de in de opzeggingsbrief genoemde datum, zij het in geval van niet-tijdige betaling niet eerder dan twee maanden na de datum van dagtekening van de opzeggingsbrief;

e. binnen twee maanden na de ontdekking dat verzekeringnemer de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering niet is nagekomen en verzekeringnemer

daarbij heeft gehandeld met het opzet verzekeraar te misleiden dan wel verzekeraar de verzekering bij kennis van de ware stand van zaken niet zou hebben gesloten. De verzekering eindigt op de in de opzeggingsbrief genoemde datum.

18.2.2 De verzekering eindigt door een schriftelijke opzegging door verzekeringnemer:

a. tegen het einde van de (eerste) contracttermijn, met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste twee maanden. De verzekering eindigt in dat geval op de contractvervaldatum;

b. Na het verstrijken van de eerste contracttermijn kan de verzekering ieder moment worden opgezegd, met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste één maand

c. binnen één maand nadat een gebeurtenis die voor verzekeraar tot een uitkerings- verplichting kan leiden, door verzekerde aan verzekeraar is gemeld of nadat verzekeraar een uitkering krachtens de verzekering heeft gedaan dan wel heeft afgewezen. De verzekering eindigt op de in de opzeggingsbrief genoemde datum, zij het niet eerder dan twee maanden na de datum van dagtekening van de opzeggingsbrief;

d. binnen één maand na ontvangst van de schriftelijke mededeling van verzekeraar, houdende een wijziging van de premie en/of voorwaarden ten nadele van de verzekeringnemer en/of verzekerde. De verzekering eindigt op de dag waarop de wijziging volgens de schriftelijke mededeling van verzekeraar ingaat (zij het niet eerder dan 30 dagen na de datum van dagtekening van bedoelde mededeling);

e. tegen het begin van een nieuw verzekeringsjaar volgend op een vol verzekeringsjaar waarin geen risico is gelopen, mits de opzegging geschiedt binnen één maand na het verstrijken van laatstgenoemd verzekeringsjaar;

f. binnen twee maanden nadat verzekeraar tegenover verzekeringnemer een beroep op de niet nakoming van de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering heeft gedaan. De verzekering eindigt op de datum die in de opzeggingsbrief is vermeld of bij gebreke daarvan op de datum van dagtekening van de opzeggingsbrief.

18.3 De dekking van de verzekering eindigt voorts in andere gevallen genoemd in deze voorwaarden, mits de gronden voor opzegging van dien aard zijn dat gebondenheid aan de overeenkomst niet meer van verzekeraars kan worden gevergd.

18.4 Onverminderd het bepaalde hierboven eindigt de verzekering van rechtswege:

- zodra verzekeringnemer of – na zijn overlijden – de erfgenamen ophouden belang te hebben bij het verzekerde object en de feitelijke macht daarover verliezen;

- zodra verzekeringnemer of verzekerde ophouden woonplaats in Nederland te hebben;

- zodra het verzekerde object in de regel buiten Nederland wordt gestald of een buitenlands kenteken gaat voeren;

- bij verlies van het verzekerde object of een daarmee gelijk te stellen schade.

Verzekeringnemer, verzekerde respectievelijk hun erfgenamen zijn gehouden verzekeraar van het vorenstaande zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is in kennis te stellen.

Artikel 19 Mededelingsplicht

19.1 De verzekeringnemer is verplicht voor het sluiten van de overeenkomst aan de verzekeraar alle feiten mede te delen die hij kent of behoort te kennen, en waarvan, naar hij weet of behoort te begrijpen, de beslissing van de verzekeraar of, en zo ja, op welke voorwaarden, hij de verzekering zal willen sluiten, afhangt of kan afhangen.

19.2 Indien de belangen van een bij het aangaan van een verzekering bekende derde worden gedekt, omvat de in artikel

19.1 van dit artikel bedoelde verplichting mede de hem betreffende feiten die deze kent of behoort te kennen, en waarvan naar deze weet of behoort te begrijpen, de beslissing van de verzekeraar afhangt of kan afhangen.

19.3 De mededelingsplicht betreft niet feiten die de verzekeraar reeds kent of behoort te kennen, en evenmin feiten, die niet tot een voor de verzekeringnemer ongunstiger beslissing zouden hebben geleid. De verzekeringnemer of de derde bedoeld in artikel 19.2, kan zich er echter niet op beroepen dat de verzekeraar bepaalde feiten reeds kent of behoort te kennen indien op een daarop gerichte vraag een onjuist of onvolledig antwoord is gegeven.

19.4 De verzekeringnemer is slechts verplicht feiten mede te delen omtrent zijn strafrechtelijk verleden of omtrent dat van derden, voor zover zij zijn voorgevallen binnen de acht jaren die aan het sluiten van de verzekering vooraf zijn gegaan en voor zover de verzekeraar omtrent dat verleden uitdrukkelijk een vraag heeft gesteld in niet voor misverstand vatbare termen.

19.5 Indien de verzekering is gesloten op de grondslag van een door de verzekeraar opgestelde vragenlijst, kan deze zich er niet op beroepen dat vragen niet zijn beantwoord, of feiten waarnaar niet was gevraagd, niet zijn medegedeeld, en evenmin dat een in algemene termen vervatte vraag onvolledig is beantwoord, tenzij is gehandeld met het opzet de verzekeraar te misleiden.

19.6 Indien niet aan de in dit artikel voorgaande leden vermelde voorwaarden is of wordt voldaan, zal verzekeraar de verzekering met dadelijke ingang opzeggen. Een eventuele uitkering wegens schade zal onverkort geschieden, indien de niet of onjuist meegedeelde feiten van geen belang zijn bij de beoordeling van het risico, zoals dit zich heeft verwezenlijkt.

Indien verzekeraar bij kennis van de ware stand van zaken andere voorwaarden heeft gesteld, dan is slechts een uitkering verschuldigd als ware deze voorwaarden in de verzekering opgenomen.

Indien verzekeraar bij kennis van de huidige stand van zaken geen verzekering zou hebben gesloten, of indien is gehandeld met opzet hem te misleiden, is in het geheel geen uitkering verschuldigd. Xxxxxxx is in de laatstgenoemde situatie uitkering verschuldigd aan de (eerder in dit artikel genoemde) derde indien verzekeringnemer niet heeft voldaan aan de mededelingsplicht betreffende de derde.

Artikel 20 Risicoverzwaring

20.1 Verzekeringnemer en/of verzekerde dient aan verzekeraar, zodra hij daarvan op de hoogte is of behoort te zijn, mededeling te doen van verzwaring of uitbreiding van het risico zoals omschreven op het polisblad, evenals van een wijziging en/of uitbreiding van zijn verzekerde bedrijfsactiviteiten, waarop met verzekeraar(s) opnieuw premie en/of voorwaarden overeengekomen dient te worden.

20.2 Mocht zich een schade voordoen in verband met een niet of niet tijdig gedane of onjuiste mededeling met betrekking tot verzwaring of uitbreiding van het risico en wijziging en/of uitbreiding van verzekerde bedrijfsactiviteiten, dan bestaat alleen recht op uitkering overeenkomstig het bepaalde in de artikelen

20.3 tot en met 20.6. van dit artikel.

20.3 Laat verzekeringnemer en/of verzekerde na (tijdig) mededeling te doen of doet hij onjuiste mededeling van het bepaalde in artikel 20.1, en doet zich een schade voor, dan vindt de uitkering onverkort plaats indien de niet (tijdig) of onjuist medegedeelde feiten niet van belang zijn voor de beoordeling van het zich verwezenlijkte risico.

20.4 Indien de niet, niet tijdig of onjuist medegedeelde feiten als bedoeld in artikel 20.1 wel van belang zijn voor de beoordeling van het zich verwezenlijkte risico, en verzekeraar bij kennis van de ware stand van zaken een hogere premie zou hebben

bedongen, en/of de verzekering tot een lager bedrag zou hebben gesloten, wordt de uitkering verminderd naar evenredigheid van hetgeen de premie meer en/of de verzekerde som minder zou hebben bedragen. Zou verzekeraar bij kennis van de ware stand van zaken andere voorwaarden hebben gesteld, dan is slechts een uitkering verschuldigd als ware deze voorwaarden in de overeenkomst opgenomen.

20.5 Geen uitkering is door verzekeraar verschuldigd indien deze bij kennis van de ware stand van zaken geen dekking zou hebben geboden voor de verzwaarde of toegevoegde risico’s of gewijzigde activiteiten.

20.6 Geen uitkering is door verzekeraar verschuldigd aan de verzekeringnemer of (mede-)verzekerde indien de verzekeringnemer heeft gehandeld met het opzet verzekeraar te misleiden.

20.7 Wanneer het gewijzigde risico of de gewijzigde activiteit juist en tijdig is medegedeeld, loopt de dekking voor dit risico op de bestaande voorwaarden door totdat met verzekeraar gewijzigde premie en/of voorwaarden is/zijn overeengekomen.

Artikel 21 Samenloop

Indien blijkt dat de door deze verzekering gedekte schade wordt vergoed door één of meer niet bij verzekeraar afgesloten verzekeringen of daaronder vergoed zou worden als de onderhavige verzekering niet zou hebben bestaan, dan biedt de onderhavige verzekering geen dekking voor de schade die onder de andere niet bij verzekeraar afgesloten verzekeringen wordt vergoed of vergoed zou worden als de onderhavige verzekering niet zou hebben bestaan. Indien de niet bij verzekeraar afgesloten verzekering geen dekking biedt voor de totale schade, zal verzekeraar nimmer meer uitkeren dan het verschil tussen de verzekerde som of, voor zover dit lager is, de totale schade en de onder de niet bij verzekeraar afgesloten verzekering gedekte schade. Een eigen risico of franchise onder een niet bij verzekeraar afgesloten verzekering zal nimmer voor vergoeding in aanmerking komen.

Artikel 22 Toepasselijk recht en geschillen

22.1 Deze verzekering wordt beheerst door Nederlands recht.

22.2 Alle geschillen voortvloeiende uit of verband houdende met de uitvoering van deze overeenkomst zijn in eerste aanleg onderworpen aan de uitspraak van de rechtbank Rotterdam.

Artikel 23 Algemene informatie

23.1 Adres:

Verzekeraar en verzekerde(n) kunnen alle voor elkaar bestemde mededelingen rechtsgeldig aan de tussenpersoon via wiens bemiddeling deze verzekering loopt doen. Alle mededelingen van de tussenpersoon via wiens bemiddeling deze verzekering loopt aan verzekerde(n) kunnen rechtsgeldig geschieden aan het laatste aan hem bekend gemaakte adres van de op het polisblad vermelde verzekerde(n).

23.2 Persoonsgegevens:

Bij de aanvraag van een verzekering worden persoonsgegevens gevraagd. Deze worden door verzekeraars verwerkt ten behoeve van het aangaan en uitvoeren van overeenkomsten, het uitvoeren van marketingactiviteiten, ten behoeve van het waarborgen van de veiligheid en integriteit van de financiële sector, statistische analyse en om te kunnen voldoen aan wettelijke verplichtingen. In verband met verantwoord acceptatie-, risico- en fraudebeleid kan/kunnen verzekeraar(s) uw gegevens ook raadplegen en vastleggen bij de Stichting CIS te Den Haag. In dit kader kunnen deelnemers van de Stichting CIS ook onderling gegevens uitwisselen. Doelstelling hiervan is risico’s te beheersen en fraude tegen te gaan.

Het privacyreglement van de Stichting CIS is van toepassing. Zie xxx.xxxxxxxxxxxx.xx.

Op deze verwerking van persoonsgegevens is de gedragscode “Verwerking Persoonsgegevens Financiële Instellingen” van

toepassing. In deze gedragscode worden rechten en plichten van de cliënt en de financiële instelling bij de verwerking van persoonsgegevens weergegeven. De volledige tekst van de gedragscode kunt u raadplegen via de website van het Verbond van Verzekeraars (xxx.xxxxxxxxxxxx.xx) of opvragen bij het

- Verbond van Verzekeraars,

- Xxxxxxx 00000

- 0000 XX Xxx Xxxx

- Telefoon: 070-3338500

23.3 Fraudebeheersing:

Fraude (geheel of gedeeltelijk), heeft tot gevolg dat er in het geheel geen schadevergoeding (waaronder tevens begrepen kosten), reparatie van schade in natura en uitkering zal plaatsvinden.

Voorts kan fraude tot gevolg hebben dat:

1. er aangifte wordt gedaan bij de politie;

2. de verzekering wordt beëindigd;

3. ook andere bij verzekeraar gesloten verzekeringen worden beëindigd;

4. er een registratie plaatsvindt in het tussen maatschappijen gangbare signalerings-systeem. Een eventueel reeds betaalde schadevergoeding (waaronder tevens begrepen kosten), reparatie van schade in natura en uitkering zullen worden teruggevorderd.

23.4 Klachtenregeling:

Eventuele klachten die verband houden met de verzekeringsovereenkomst kunnen schriftelijk worden ingediend bij de directie van verzekeraar:

Xxx Xxxxxx Xxxxxxxxxxxx 000, 0000 XX, Xxxxxxxxxx (bezoekadres)

Xxxxxxx 0000, 0000 XX, Xxxxxxxxxx (postadres)

Indien verzekeringnemer, verzekerde of de uitkeringsgerechtigde geen gebruik wenst te maken van deze klachtenbehandelingsmogelijkheid, of indien de uitkomst daarvan niet bevredigend is, kan het geschil worden voorgelegd aan de bevoegde rechter als genoemd in artikel 22 hierboven.

Aanvullende clausuleringen uitsluitend van toepassing indien vermeld op het polisblad.

010 – CLAUSULE KABEL-, BUIZEN- EN LEIDINGSCHADE

Zorgvuldigheidseisen ter voorkoming en beperking van schade aan kabels, buizen en leidingen

Verzekerde is verplicht bij de uitvoering van werkzaamheden, de nodige zorgvuldigheid in acht te nemen ter voorkoming en beperking van schade aan kabels, buizen en leidingen. De navolgende procedures, te volgen door verzekerde, gelden als minimum eisen ten aanzien van de nodige zorgvuldigheid.

Standaard procedure voorafgaande aan de feitelijke werkzaamheden:

1. Bij werkzaamheden binnen Nederland met gevaar voor schade aan zich onder de grond bevindende zaken, zoals kabels, buizen en leidingen, geldt de Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten (WION). Deze wet legt op degene onder wiens verantwoordelijkheid of leiding de werkzaamheden worden uitgevoerd, de zogenaamde ‘grondroerder’, de verplichting om voorafgaande aan de werkzaamheden informatie over de ligging van kabels/leidingen op te vragen op de wijze die in het kader van deze wet is voorgeschreven;

2. Indien er sprake is van werkzaamheden op niet-openbaar terrein dient – naast de in sub 1 opgenomen voorwaarde– de aanvraag te worden gedaan bij de lokale eigenaren en/of beheerders van aanwezige kabels, buizen en leidingen;

3. Er moet worden vastgesteld en gecontroleerd dat alle recente tekeningen ter beschikking zijn gesteld en zijn geraadpleegd;

4. Werkzaamheden in een tracé naast bestaande ondergrondse kabels, buizen en leidingen mogen slechts op een passende afstand machinaal worden uitgevoerd, indien met behulp van voldoende met de hand gemaakte proefsleuven alle op de tekeningen vermelde kabels en leidingen zijn gelokaliseerd en gemarkeerd. De genoemde passende afstand is afhankelijk van de situatie en bedraagt minimaal één meter ter weerszijden van het tracé. Het aantal met de hand gemaakte proefsleuven en markeringen van gelokaliseerde kabels en leidingen is eveneens afhankelijk van de situatie;

5. In een tracé boven bestaande kabels, buizen en leidingen, of in de directe nabijheid van bomen of struiken, mogen de werkzaamheden niet machinaal worden uitgevoerd;

6. Indien een op de tekening vermelde kabel, buis of leiding niet wordt gevonden dient onmiddellijk contact te worden opgenomen met de professionele beheerder/eigenaar van de betreffende kabel, buis of leiding. De werkzaamheden kunnen pas worden voortgezet nadat de betreffende beheerder/eigenaar daartoe passende aanwijzingen heeft gegeven. Verzekerde dient de aanwijzingen, de namen van betrokken personen, plaats, datum en tijd, schriftelijk vast te leggen.

Buitenland:

Bij de uitvoering van werkzaamheden buiten Nederland is verzekerde eveneens verplicht de nodige zorgvuldigheid in acht te nemen ter voorkoming en ter beperking van schade aan kabels, buizen en leidingen. De zorgvuldigheidseisen zijn analoog aan de hiervoor genoemde “Standaard procedure voorafgaande aan de feitelijke werkzaamheden”, waarbij daarnaast de lokale wettelijke regels en usances in acht moeten worden genomen.

Procedure bij het baggeren van watergangen en sloten:

Bij het baggeren van watergangen en sloten, met als doel baggerspecie en/of obstakels te verwijderen, dient voorafgaande aan de werkzaamheden de hiervoor genoemde “Standaard procedure voorafgaande aan de feitelijke werkzaamheden” volledig in acht te worden genomen. Ter plaatse van de vermoedelijke tracés van aanwezige kabels, buizen en leidingen dient aan weerszijden van die tracés een marge te worden aangehouden van twee meter waarbinnen niet gebaggerd wordt.

Procedure bij het reinigen van watergangen en sloten:

Bij de periodieke reiniging van watergangen en sloten, met als doel het verwijderen van plantaardige materialen en waarbij uitsluitend gebruik wordt gemaakt van maaikorven, geldt dat bij de voorbereiding van dergelijke werkzaamheden vooraf geen informatie behoeft te worden verzameld over de ligging van kabels, buizen en leidingen. Er mogen geen werkzaamheden worden uitgevoerd ter plaatse van kabels, buizen en leidingen die worden gesignaleerd door zinkerborden en andere soorten markeringen, met dien verstande dat aan weerszijden van de vermoedelijke tracés van kabels en leidingen een marge moet worden aangehouden van twee meter waar binnen niet gereinigd wordt.

Procedure bij agrarische grondkerende werkzaamheden:

Bij de periodieke agrarische grondkerende werkzaamheden, zoals ploegen, eggen, frezen en dergelijke, geldt de hiervoor genoemde “Standaard procedure voorafgaande aan de feitelijke werkzaamheden”, echter er behoeft bij de voorbereiding van dergelijke werkzaamheden vooraf geen informatie te worden verzameld over de ligging van kabels en leidingen, mits bij de genoemde werkzaamheden de grondkering plaatsvindt tot maximaal 0,25m gerekend vanaf het maaiveld.

Indien grondkerende werkzaamheden een incidenteel karakter hebben en/of voor de eerste maal op een terrein wordt uitgevoerd, dient de hiervoor genoemde “Standaard procedure voorafgaande aan de feitelijke werkzaamheden” wèl volledig te worden opgevolgd.

Procedure bij acute storing:

Van een acute storing is sprake indien de graaf-, bagger-, grond(verzet)- of sloopwerkzaamheden worden uitgevoerd ter onmiddellijke afwending van een noodsituatie en uitstel van deze werkzaamheden maatschappelijk niet verantwoord is. Hiervan is in ieder geval sprake indien continue levering of afvoer van noodzakelijke zaken en diensten via de betreffende kabels, buizen en leidingen aan de aangesloten gebruikers, door de betreffende storing, niet mogelijk is.

Bij een acute storing geldt de navolgende procedure:

- Alle op dat moment beschikbare informatie omtrent de ligging van kabels, buizen en leidingen dient te worden geraadpleegd;

- Alle op de tekeningen vermelde kabels, buizen en leidingen moeten zijn gelokaliseerd en gemarkeerd, mede met behulp van met de hand gemaakte proefsleuven.

Indien er sprake is van een niet-acute storing geldt de in het voorgaande genoemde standaard procedure.

Procedure nadat een schade aan kabels, buizen of leidingen is ontstaan:

Onmiddellijk na het ontstaan van een schade aan kabels, buizen of leidingen moeten passende maatregelen worden getroffen en/of acties worden ondernomen ter beperking van de omvang van de schade.

Verzekerde dient nakoming van de standaardprocedure aan te tonen.

(Niet-) nakoming van een van voornoemde procedures Er geldt een aanvullend eigen risico van € 12.500,- per

gebeurtenis. Indien verzekerde aantoont dat aan de hiervoor gestelde zorgvuldigheidseisen is voldaan geldt het eigen risico zoals vermeld op het polisblad of de bijbehorende objectspecificatie.

Aanvullende informatie:

Voor aanvullende informatie en handleidingen ter voorkoming van schade aan ondergrondse kabels, buizen of leidingen wordt verwezen naar de meest recente werkinstructies van diverse brancheorganisaties en/of xxx.xxxxxxxx.xx/xxxx

013 – clausule messen

Van de verzekering is uitgesloten schade uitsluitend aan de messen van het verzekerde object.

016 – clausule uitsluiting slangen e.d.

Van de verzekering is uitgesloten schade uitsluitend aan slangen en andere (losse) toebehoren.

024 – clausule financiering

Eventuele schade uitkeringen zullen worden gedaan aan de op het polisblad genoemde financier die bevoegd is namens verzekerde kwijting te verlenen.

Verzekerde dient terzake deze bevoegdheid van de financier genoegzame documentatie te overleggen.

Een opzegging of wijziging van deze verzekering door de verzekeraar zal eerst ingaan zeven dagen nadat de kennisgeving daarvan aan de financier is verzonden.

Deze clausule kan niet vervallen of gewijzigd worden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de financier.

031 – clausule achtergebleven zaken

Van de verzekering is uitgesloten schade die uitsluitend bestaat uit het niet kunnen terugverkrijgen van het verzekerd object of delen daarvan uit de omgeving waarin het is ingebracht ter verrichting van werkzaamheden.

034 – clausule schade aan boorkop

Van de verzekering is uitgesloten schade uitsluitend aan boorkoppen en boorstangen.

035 – clausule diefstal losse onderdelen

Van de verzekering is uitgesloten schade door diefstal of vermissing, van losse en/of niet-gemonteerde onderdelen.

038 – mortelclausule

Onverminderd de overige sancties en uitsluitingen zoals vermeld in de verzekeringsvoorwaarden geldt dat schade aan het verzekerde object door het opproppen van (beton-) mortel van de verzekering is uitgesloten.

060 – Xxxxxxxx Xxxxxxxx Werk- en Land (Bouw)Materieel

1. In geval van diefstal, verduistering, vermissing van of joyriding met het verzekerde object geldt voor cascoschade een (extra) eigen risico van 10% van het schadebedrag met een minimum van € 2.500,- per gebeurtenis.

2. Bij de berekening van het schadebedrag dat ten laste van de polis kan worden gebracht, zal het (extra) eigen risico worden toegepast vóór andere in de polis voorkomende eigen risico’s. Voor de toepassing van het extra eigen risico maakt het geen verschil of het object later geheel of gedeeltelijk wordt teruggevonden.

3. Het (extra) eigen risico zal niet worden toegepast indien verzekeringnemer aantoont dat:

- het object, was uitgerust met een door VbV of een soortgelijke instantie goedgekeurd beveiligingssysteem, en

- dit beveiligingssysteem in overeenstemming is met de voorgeschreven beveiligingsklasse conform de opgenomen risico-indeling hieronder, en

- dit beveiligingssysteem is goedgekeurd en jaarlijks is gecontroleerd door een VbV erkend inbouwbedrijf, en

- dit beveiligingssysteem ten tijde van de diefstal, verduistering, vermissing of joyriding in werking was.

4. Ongeacht het gestelde in lid 3 zal het (extra) eigen risico ook worden toegepast indien de gemachtigde gebruiker van het object in ernstige mate in gebreke is gebleven om die maatregelen te treffen welke van een zorgvuldig gebruiker onder gegeven omstandigheden mocht worden verwacht teneinde het risico van diefstal, verduistering, vermissing van of joyriding met het verzekerde object te voorkomen.

RISICO-INDELING BEVEILIGING WERK- EN LAND(BOUW)MATERIEEL

Soort werk- of land(bouw)materieel Beveiligingsklasse Graafmachines en laadschoppen op

rups of banden (incl. minigravers) Klasse W 2

Weg- en terreinkranen Klasse W 2

Bulldozer / shovel Klasse W 1

Asfalteermachine / Asfaltwalsen Klasse W 1

Dumpers Klasse W 2

Heftrucks / verreikers Klasse W 2 Elektrische heftrucks minimaal mechanische beveiliging Tractoren (algemeen) Klasse W 2

Aggregaten / Compressoren / Generatoren / Mechanische beveiliging (onder andere: blokkering hijsogen / wielklem)

Niet nader genoemd materieel Minimaal mechanische beveiliging.

Voor elke beveiliging geldt: + identificatie = Chassisnummer of framenummer + NL

Klasse W 1: Elektronische klep in de brandstofvoor-ziening of elektronisch blokkeersysteem.

Klasse W 2: Sabotagebestendige klep in brandstof/hydrauliek of gecodeerde beveiliging op de pomp.

Xxxxx van identificatie van het werkmaterieel.

Met vaste ruiten: rechtsonder op minimaal 4 ruiten het chassis- of framenummer + NL graveren.

Zonder vaste ruiten of stationaire objecten: minimaal op 4 goed zichtbare plaatsen het chassis- of framenummer + NL graveren.

077 – clausule verwerking materialen

Van de verzekering is uitgesloten schade toegebracht aan het verzekerde object als gevolg van de verwerking van materialen.

080 – clausule uitsluiting waardegarantie

Van de verzekering is uitgesloten artikel 7.9 waardegarantie.