Contract
Blad 1 van 43
Xxxxx, elf juni tweeduizend zeven, verscheen voor mij, xx. XXXXXXXXX XXXX XXXXXX XXXXXXX-XXX XXXX, notaris gevestigd te Beverwijk:
de xxxx Xxxxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx Xxxxxxxxx, kantooradres 1942 AR Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxx 00, geboren te Beverwijk op zevenentwintig mei negentienhonderd drieënvijftig,
ten deze handelend als schriftelijk gevolmachtigde van:
de statutair te Beverwijk (feitelijk adres: 0000 XX Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxx Xxxxxxxxxxxx 0) gevestigde besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid: GEM Broekpolder Beheer B.V., ingeschreven in het handelsregister sedert éénentwintig juli tweeduizend, onder nummer 34133883,
welke besloten vennootschap op haar beurt handelt als enig beherend vennoot van de commanditaire vennootschap: GEM Broekpolder C.V., statutair gevestigd te Beverwijk (feitelijk adres: 1945 XX Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxx Xxxxxxxxxxxx 0), ingeschreven in het handelsregister sedert achttien december tweeduizend onder nummer 34146777,
als zodanig deze commanditaire vennootschap rechtsgeldig vertegenwoordigend; GEM Broekpolder C.V. ten deze handelende:
a. voor zich en als economisch eigenaar van de hierna te melden registergoederen;
b. als schriftelijk gevolmachtigde van de juridische eigenaar van de hierna te melden registergoederen;
de publiekrechtelijke rechtspersoon: de gemeente Beverwijk, gevestigd te 0000 XX Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxx Xxxxxxxxxxxx 0 (postadres: 1940 AL Xxxxxxxxx, Xxxxxxx 000);
hierna ook te noemen: de gemeente Beverwijk;
blijkende van deze volmachtverlening uit notariële akten op één februari tweeduizend één en dertig augustus tweeduizend één voor notaris
mr. Th.H.G.M. Batenburg te Beverwijk verleden.
De comparant, handelend als gemeld, verklaart:
1. De gemeenten Beverwijk en Heemskerk hebben in het kader van de ontwikkeling van de nieuwbouwwijk Broekpolder een samenwerkingsovereenkomst, gedateerd zes december negentienhonderd negenennegentig, gesloten met diverse ontwikkelaars, waaronder begrepen: de statutair te Rosmalen (feitelijk adres: Xxxxxxxxxxx 00, 0000 XX Xxxxxxxx) gevestigde besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid: Heijmans Vastgoed Realisatie B.V., ingeschreven in het handelsregister onder nummer 27161612,
hierna ook te noemen: de ontwikkelaar casu quo Xxxxxxxx;
in welk kader de gemeente Beverwijk ondermeer het hierna te melden registergoed gelegen in het plangebied: Waterwijk te Beverwijk, krachtens akten op één februari tweeduizend één en dertig augustus tweeduizend één voor genoemde notaris Batenburg verleden economisch heeft verkocht en geleverd aan GEM Broekpolder C.V., statutair gevestigd te Beverwijk, welke laatste op haar beurt mede ingevolge het bepaalde in artikel 10, lid 5 van de hiervoor bedoelde samenwerkingsovereenkomst onder meer het hierna
te melden registergoed heeft doorverkocht aan de ontwikkelaar.
In gemelde akten van economische eigendomsoverdracht aan GEM Broekpolder
C.V. is ook begrepen het recht tot het splitsen in appartementsrechten van (onder) meer na te melden registergoed en tot juridische levering van de tengevolge van die splitsing ontstane appartementsrechten in verband met de afzonderlijke verkoop van die appartementsrechten door de ontwikkelaar.
2. Door de ontwikkelaar zal in het kader van voormelde ontwikkeling van de nieuwbouwwijk Broekpolder op een perceel grond, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C nummers 2296 en 2297 respectievelijk groot
Onroerende Zaken Hyp4 : 52439/137 11-06-2007 14:47
zevenenveertig are zevenennegentig centiare en één centiare; gelegen in het plangebied: Waterwijk, te Beverwijk, plaatselijk nog niet nader aangeduid, een appartementencomplex, genaamd: De Boeg, worden gesticht;
3. De juridische eigendomsverkrijging door de gemeente Beverwijk staat vermeld in voormelde akten, houdende economische eigendomsoverdracht op één februari tweeduizend één en dertig augustus tweeduizend één verleden voor genoemde notaris mr. Th.H.G.M. Batenburg te Beverwijk, waarbij de gronden economisch werden overgedragen aan voormelde commanditaire vennootschap GEM Broekpolder C.V.
Voorts verklaart de comparant, handelende als gemeld, bij deze over te gaan tot splitsing van het op voormeld registergoed te stichten gebouw met de daarbij behorende grond in appartementsrechten in de zin van artikel 106 van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek, onder vaststelling van een reglement als bedoeld in artikel 111 onder d van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek.
Aan deze akte is daartoe een uit twee bladen bestaande tekening als bedoeld in artikel 109 lid 2 van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek gehecht.
Op de tekening zijn met de cijfers 1 tot en met 80 de gedeelten van het gebouw aangegeven die bestemd zullen zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt. Het uitsluitende gebruiksrecht van die gedeelten zal zijn begrepen in de eigendom van de bij deze akte te formeren appartementsrechten.
Deze tekening is goedgekeurd door de bewaarder van voormelde Dienst en de bewaarder heeft op een verklaring afgegeven. Volgens deze verklaring is de complexaanduiding van het in de splitsing te betrekken gebouw met de daarbij behorende grond, zoals hiervoor omschreven, 2309 A. Deze verklaring is aan deze akte gehecht. In voormelde verklaring is tevens het depotnummer van voormelde tekening opgenomen.
Het in de splitsing betrokken gebouw met toebehoren zal omvatten de navolgende tachtig (80) appartementsrechten:
1. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 119, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 1, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de gemeenschap bestaande uit een perceel grond gelegen te Beverwijk, in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk plaatselijk nog niet nader bekend, waarop een appartementengebouw
genaamd: De Boeg, bestaande uit negenendertig (39) woningen (gelegen op de begane grond, eerst en tweede verdieping en éénenveertig (41) parkeerplaatsen, zal worden gesticht, ten tijde van de splitsing in appartementsrechten kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN sectie C, nummers: 2296 en 2297 respectievelijk groot zevenenveertig are zevenennegentig centiare en één centiare;
2. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 120, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 2, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
3. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te
Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 121, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 3, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
4. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 122, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 4, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
5. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 123, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 5, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
6. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 124, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 6, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
7. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 125, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 7, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
8. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 126, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 8, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
9. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 127, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 9, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
10. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 128, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN
ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 10, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
11. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 129, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 11, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
12. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 130, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 12, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
13. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 131 kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 13, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
14. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 132, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 14, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
15. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 133, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 15, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
16. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 134, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 16, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
17. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 135, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, xxxxxxxxxxxxxxxxx 0000 X, xxxxxxxxxxxxxxxxx 00,
uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
18. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 136, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 18, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
19. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 137, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 19, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
20. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 138, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 20, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
21. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 139, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 21, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
22. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 140, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 22, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
23. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 141, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 23, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
24. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 142, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 24, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
25. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 143, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 25, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
26. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 144, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 26, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
27. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 145, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 27, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
28. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 146, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 28, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
29. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 147, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 29, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
30. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 148, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 30, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
31. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 149, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 31, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
32. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te
Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 150, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 32, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
33. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 151, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 33, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
34. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 152, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 34, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
35. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 153, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 35, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
36. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 154, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 36, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
37. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 155, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 37, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
38. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 156, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 38, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
39. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning met buitenruimte, op de begane grond, eerste en tweede verdieping, gelegen te Beverwijk in het plan: Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer 157, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN
ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 39, uitmakende het onverdeeld tien/vierhonderd éénendertigste (10/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
40. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P40, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 40, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
41. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P41, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 41, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
42. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P42, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 42, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
43. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P43, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 43, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
44. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P44, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 44, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
45. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P45, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 45, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
46. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P46, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 46,
uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
47. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P47, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 47, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
48. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P48, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 48, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
49. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P49, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 49, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
50. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P50, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 50, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
51. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P51, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 51, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
52. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P52, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 52, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
53. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P53, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 53, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
54. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P54, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 54, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
55. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P55, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 55, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
56. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P56, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 56, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
57. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P57, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 57, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
58. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P58, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 58, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
59. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P59, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 59, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
60. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P60, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 60, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
61. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P61, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 61, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
62. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P62, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 62, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
63. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P63, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 63, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
64. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P64, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 64, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
65. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P65, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 65, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
66. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P66, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 66, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
67. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P67, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 67, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
68. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P68, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN
ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 68, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
69. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P69, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 69, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
70. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P70, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 70, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
71. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P71, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 71, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
72. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P72, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 72, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
73. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P73, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 73, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
74. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P74, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 74, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
75. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P75, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, xxxxxxxxxxxxxxxxx 0000 X, xxxxxxxxxxxxxxxxx 00,
uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
76. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P76, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 76, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
77. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P77, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 77, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
78. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P78, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 78, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
79. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P79, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 79, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap;
80. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats in het binnenhof van het complex, gelegen te Beverwijk in het plan:
Broekpolder, deelplan Waterwijk, plaatselijk nog
niet nader bekend, bouwnummer P80, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C, complexaanduiding 2309 A, appartementsindex 80, uitmakende het onverdeeld één/vierhonderd éénendertigste (1/431) aandeel in de onder 1. vermelde gemeenschap.
Reglement van Splitsing
Vervolgens verklaart de comparant, handelend als gemeld:
a. de splitsing in tachtig (80) appartementsrechten als hiervoor omschreven bij deze vast te stellen;
welke splitsing zal worden geëffectueerd door de inschrijving van een afschrift van deze akte ten kantore van de Dienst voor het Kadaster en de Openbare Registers;
b. bij deze een Vereniging van Eigenaars op te richten;
c. te bepalen, dat als reglement als bedoeld in artikel 5:111 sub d van het Burgerlijk Wetboek zullen gelden (voorzover bij deze akte niet aangevuld casu quo gewijzigd) de bepalingen van het modelreglement (met uitzondering van bijbehorende Annex ) bij splitsing in appartementsrechten 2006, vastgesteld en opgenomen in een akte op zeventien januari tweeduizend zes verleden voor
mr. X.X. Xxxxxxx, notaris te Amsterdam, bij afschrift ingeschreven ten kantore van
de Dienst voor het Kadaster en de Openbare Registers op achttien januari tweeduizend zes in deel 11529 nummer 80.
d. het onder c. bedoelde reglement luidt als volgt (waarbij de wijzigingen casu aanvullingen cursief in het betreffende artikel staan aangegeven).
A. Definities en algemene bepalingen
Artikel 1
In het reglement wordt verstaan onder:
a. "akte": de akte van splitsing, met inbegrip van de tekening als bedoeld in artikel 5:109 tweede lid van het Burgerlijk Wetboek, van het reglement alsmede de eventuele wijzigingen en aanvullingen daarvan;
b. “beheerder”: een door de vergadering benoemd (rechts)persoon die nader te bepalen taken van het bestuur uitoefent, zoals het administratief/financieel beheer, het technisch beheer of het bouwkundig beheer;
c. "bestuur": het bestuur van de vereniging als bedoeld in artikel 5:131 van het Burgerlijk Wetboek, gevormd door één of meer bestuurders;
d. "boekjaar": het boekjaar van de vereniging;
e. "eigenaar": de gerechtigde tot een appartementsrecht als bedoeld in artikel 5:106 vijfde lid van het Burgerlijk Wetboek, waaronder begrepen een erfpachter, opstaller, vruchtgebruiker of gerechtigde krachtens een recht van gebruik en/of bewoning op een privé gedeelte respectievelijk appartementsrecht, tenzij uit de tekst of de strekking van het desbetreffende artikel anders blijkt;
f. "gebouw": het gebouw of de gebouwen dat/die in de splitsing is/zijn betrokken;
g. "gebruiker": degene die als huurder of anderszins, anders dan krachtens een beperkt recht, het gebruik van het privé gedeelte heeft als bedoeld in artikel 5:120 van het Burgerlijk Wetboek;
h. "gemeenschap": de in de splitsing betrokken goederen;
i. "gemeenschappelijke gedeelten": die gedeelten van het gebouw en/of de grond die blijkens de akte niet bestemd zijn of worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt;
j. "gemeenschappelijke zaken": alle zaken die bestemd zijn of worden om door alle eigenaars of een bepaalde groep van eigenaars gebruikt te worden voor zover niet vallende onder i;
k. "grond": (het recht op) de grond die in de splitsing is betrokken;
l. "huishoudelijk reglement": het huishoudelijk reglement als bedoeld in artikel 59 van het reglement;
m. "jaarrekening": de jaarrekening waarin is opgenomen een balans en een exploitatierekening met toelichting;
n. "jaarverslag": het verslag van het bestuur over de gang van zaken in de vereniging en het gevoerde beleid;
o. "onderappartementsrecht": een appartementsrecht ontstaan bij een ondersplitsing;
p. "ondereigenaar": de eigenaar van een onderappartementsrecht;
q. "ondersplitsing": de splitsing in appartementsrechten als bedoeld in artikel 5:106 derde lid van het Burgerlijk Wetboek;
r. "privé gedeelte": het gedeelte of de gedeelten van het gebouw en/of de grond dat/die blijkens de akte bestemd is/zijn of worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt;
s. “raad van commissarissen”: de raad van commissarissen als bedoeld in artikel 2:48 juncto artikel 5:135 van het Burgerlijk Wetboek;
t. "reglement": het reglement van splitsing als bedoeld in de artikelen 5:111 en 5:112 van het Burgerlijk Wetboek, inhoudende onder meer de statuten van de vereniging en de rechten en plichten van de eigenaars;
u. "reglement van ondersplitsing": het voor de ondersplitsing geldende reglement van splitsing;
v. "reservefonds": het reservefonds als bedoeld in artikel 5:126 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek;
w. "vereniging": de vereniging van eigenaars als bedoeld in artikel 5:112 eerste lid onder e en artikel 5:124 van het Burgerlijk Wetboek;
x. "vereniging van ondereigenaars": de vereniging van eigenaars ontstaan bij de ondersplitsing;
y. "vergadering": de vergadering van eigenaars als bedoeld in artikel 5:112 tweede lid onder d en artikel 5:125 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek;
z. "voorzitter": de voorzitter van de vergadering. Artikel 2
1. De eigenaars en de gebruikers moeten zich overeenkomstig de eisen van redelijkheid en billijkheid jegens elkander gedragen. Iedere eigenaar en gebruiker dient voorts de bepalingen van het reglement, het eventuele huishoudelijk reglement, de eventuele regels als bedoeld in artikel 5:128 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek, en overige tussen hen krachtens wet of gewoonte bestaande regels voor zover die op hem betrekking hebben, na te leven.
2. Een eigenaar of gebruiker mag geen onredelijke hinder aan de andere eigenaars en gebruikers toebrengen. Beroepsmatige erotiek is niet toegestaan. Regels ter voorkoming van geluidshinder of andere vormen van hinder kunnen nader bij huishoudelijk reglement worden vastgesteld.
3. Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht alle handelingen na te laten waardoor schade kan worden toegebracht aan de belangen van andere eigenaars en gebruikers, hypotheekhouders en andere beperkt gerechtigden of aan de belangen van de vereniging. Hij is verplicht alles te doen wat dienstig kan zijn ter voorkoming van die schade en hij is verplicht voor zover dit redelijk is om maatregelen te dulden die de strekking hebben bedoelde schade te voorkomen, te beperken dan wel op te heffen.
4. Iedere eigenaar en gebruiker dient er voor in te staan dat zijn huisgenoten en zijn personeel de in de vorige leden van dit artikel bedoelde bepalingen en regels zullen naleven.
Artikel 3
Iedere eigenaar en gebruiker is aansprakelijk voor de door hem aan het gebouw, de grond of de gemeenschappelijke zaken toegebrachte schade en voor onredelijke hinder voor zover deze schade of hinder aan hemzelf, aan zijn huisgenoten of zijn personeel kan worden toegerekend. Hij is verplicht voor zover dit redelijk is maatregelen te nemen of te dulden die de strekking hebben bedoelde schade of hinder te voorkomen of te beperken.
Artikel 4
Iedere eigenaar en gebruiker is te allen tijde bevoegd en verplicht tot het nemen van maatregelen, die strekken tot het afwenden van een voor de gemeenschappelijke gedeelten of de gemeenschappelijke zaken onmiddellijk dreigend gevaar. Hij is alsdan verplicht het bestuur onverwijld te waarschuwen.
Artikel 5
In het geval dat in een privé gedeelte belangrijke schade is ontstaan of dreigt te ontstaan of gevaar dreigt voor ernstige hinder van de andere eigenaars en gebruikers, is iedere eigenaar en gebruiker verplicht het bestuur onverwijld te waarschuwen en de nodige maatregelen te nemen.
Artikel 6
Titel 4 van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek is voor zover mogelijk van overeenkomstige toepassing op de eigenaars en de gebruikers, met dien verstande dat eventueel daarmee strijdige feitelijke situaties die zich ten tijde van de splitsing – of, indien dit later is, ten tijde van de oplevering van het gebouw – voordoen door de eigenaars en gebruikers dienen te worden geduld.
Artikel 7
Een krachtens (huishoudelijk) reglement of besluit van de vergadering toegestane inwendige of uitwendige wijziging van het gebouw mag eerst worden aangebracht nadat daarvoor de eventueel vereiste publiekrechtelijke vergunning of toestemming is verkregen. Evenzo mag een krachtens zodanig reglement of besluit toegestaan gebruik van gemeenschappelijke en/of privé gedeelten eerst worden uitgeoefend, en mag elke andere handeling met betrekking tot het gebouw en/of de grond eerst worden verricht, nadat daarvoor bedoelde vergunning of toestemming is verkregen. De rechten voortvloeiende uit een dergelijke publiekrechtelijke vergunning of toestemming mogen niet worden uitgeoefend als daardoor strijd ontstaat met het in de akte bepaalde.
B. Aandelen die door de splitsing ontstaan en aandelen in de verplichting tot het bijdragen in de schulden en kosten die voor rekening van de gezamenlijke eigenaars zijn
Artikel 8
1. Ieder der eigenaars is in de gemeenschap gerechtigd voor het breukdeel zoals deze is vermeld bij de omschrijving van de onderscheidenlijke appartementsrechten. Een en ander is nader uitgewerkt in de aan deze akte te hechten bijlage.
2. a. De eigenaars zijn voor de in het eerste lid bedoelde breukdelen gerechtigd tot de baten die aan de gezamenlijke eigenaars toekomen en zijn voor diezelfde breukdelen verplicht bij te dragen in de schulden en kosten die voor rekening van de gezamenlijke eigenaars zijn.
b. In afwijking van het hiervoor onder 2.a. bepaalde geldt het navolgende: Indien de (administratief) beheerder voor het (administratief) beheer van de appartementsrechten rechtgevende op het gebruik van een parkeerplaats een afzonderlijke vergoeding in rekening brengt, komt deze vergoeding voor rekening van de eigenaars met indexnummers 40 tot en met 80 en wel ieder voor een gelijk deel.
c. De eigenaars van de appartementsrechten met de indexnummers 1 tot en met 39, zijn ieder afzonderlijk geheel zelfstandig aansprakelijk en verantwoordelijk voor (de kosten van) het (buiten-) onderhoud, gebruik, herstel en vernieuwing van hun woning, zoals onder andere de grond, de fundering, de dragende muren en kolommen, de geraamte van hun woning, hek en traliewerk, (met uitzondering van het gemeenschappelijke toegangshek, toegangspoort en hekwerk op de eerste verdieping) de gevels (daaronder de gevelbeplatingen en dilataties en de raamkozijnen met glas), alle deuren, de buitenruimteconstructies, hun dak, de dakbedekking, de schoorstenen, de rook- en ventilatiekanalen, de vloeren inclusief de afwerklagen, alsmede al die technische installaties en leidingen voor zover uitsluitend ten dienste van hun woning, alles voor zover in deze akte niet anders is bepaald. De hiervoor genoemde zaken behoren derhalve tot de privé-gedeelten van de appartementseigenaren.
Voor zover er ter zake van naast elkaar gelegen appartementsrechten zich omstandigheden voordoen welke beide appartementsrechten raken dient hiermee te worden omgegaan als ware het dat het geen appartementsrecht betrof, doch ‘normale’ eigendom. De regels omtrent het burenrecht zijn te dezer zake alsdan zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.
3. Indien een recht van erfpacht of opstal in de splitsing is betrokken zal voor de verdeling van de canon/retributie over de eigenaars gelden hetgeen met de grondeigenaar daarover werd overeengekomen.
4. Ingeval van ondersplitsing gelden de rechten en verplichtingen van de eigenaar van het in de ondersplitsing betrokken appartementsrecht als rechten en verplichtingen van de ondereigenaars gezamenlijk in overeenstemming met de bepalingen die vastgesteld zijn bij het reglement van ondersplitsing.
C. Schulden en kosten die voor rekening van de gezamenlijke eigenaars zijn en baten die aan de gezamenlijke eigenaars toekomen, reservefonds en onderhoudsplan
Artikel 9
1. Tot de schulden en kosten van de gezamenlijke eigenaars als bedoeld in artikel 5:112 eerste lid onder a van het Burgerlijk Wetboek worden gerekend:
a. die welke gemaakt zijn in verband met het onderhoud of het gebruik van de gemeenschappelijke gedeelten of van de gemeenschappelijke zaken of tot het behoud daarvan;
b. die welke verband houden met noodzakelijke herstelwerkzaamheden, vernieuwingen en vervangingen van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken, voor zover die ingevolge het reglement of een rechterlijke beslissing als bedoeld in artikel 5:121 van het Burgerlijk Wetboek niet ten laste komen van bepaalde eigenaars, en voor zover die niet vallen onder a;
c. de schulden en kosten van de vereniging;
d. het bedrag van de schadevergoeding door de gezamenlijke eigenaars als zodanig verschuldigd aan één van hen of aan een derde;
e. de gerechtelijke en buitengerechtelijke kosten verbonden aan het optreden als eiser of als verweerder door of namens de gezamenlijke eigenaars, onverminderd het bepaalde in artikel 13 derde lid;
f. de premies verschuldigd uit hoofde van de verzekeringen, die door het reglement zijn voorgeschreven of waartoe ingevolge artikel 15 door de vergadering is besloten;
g. de verschuldigde publiekrechtelijke lasten voor zover geen aanslag is opgelegd aan de afzonderlijke eigenaars;
h. de verwarmingskosten in geval het een gemeenschappelijke installatie betreft, waaronder begrepen de kosten van de warmwaterinstallaties, de brandstofkosten, de elektriciteitskosten, de op de desbetreffende kosten betrekking hebbende administratie, alsmede, voor zover van toepassing, de kosten van registratie en de berekening van het warmteverbruik, alles voor zover de eigenaars daarvoor niet afzonderlijk worden aangeslagen;
i. de kosten van het waterverbruik voor zover de eigenaars daarvoor niet afzonderlijk worden aangeslagen;
j. alle overige schulden en kosten, gemaakt in het belang van de gezamenlijke eigenaars als zodanig, daaronder begrepen de schulden en kosten die voortvloeien uit besluiten van de vergadering.
2. Tot de baten die aan de gezamenlijke eigenaars toekomen behoren renten en andere opbrengsten van vermogen, andere aan de gezamenlijke eigenaars als zodanig toekomende baten, alsmede baten toekomende aan de vereniging, zoals de boeten bedoeld in artikel 41.
Artikel 10
1. Er moet een reservefonds worden gevormd ter voldoening van de kosten die zijn voorzien in het onderhoudsplan als bedoeld in het tweede lid en ter voldoening van
niet-voorziene schulden en kosten. Aan het reservefonds zal geen andere bestemming worden gegeven tenzij krachtens besluit van de vergadering met overeenkomstige toepassing van het bepaalde in artikel 52 vijfde en zesde lid, dan wel na opheffing van de splitsing.
2. Het bestuur is verplicht een onderhoudsplan op te (laten) maken, waarin zijn opgenomen de onderhouds- en herstelwerkzaamheden en de vernieuwingen die op meer jaren betrekking hebben, met een schatting van de daaraan verbonden kosten en een gelijkmatige toerekening van die kosten aan de onderscheiden jaren. Dit meerjarenonderhoudsplan dient te worden opgemaakt voor een door de vergadering vast te stellen periode van ten minste vijf jaren. Is die periode langer dan vijf jaren dan moet het plan elke vijf jaar worden herzien.
3. Het onderhoudsplan als bedoeld in het tweede lid wordt vastgesteld door de vergadering. In het kader van dit meerjarenonderhoudsplan kunnen binnen het reservefonds bestemmingsreserves worden gevormd.
4. Over gelden van het reservefonds kan slechts door de voorzitter van de vergadering en één van de eigenaars, die daartoe door de vergadering zal worden aangewezen, en na machtiging daartoe van de vergadering, worden beschikt.
D. Jaarlijkse begroting, jaarrekening en bijdragen
Artikel 11
1. Voor de aanvang van elk boekjaar legt het bestuur aan de vergadering over een begroting voor dat boekjaar, in welke begroting de volgende posten duidelijk moeten zijn onderscheiden:
a. de schulden en kosten als bedoeld in artikel 9 eerste lid;
b. de aan het desbetreffende boekjaar toe te rekenen bedragen uit hoofde van het onderhoudsplan als bedoeld in artikel 10 tweede en derde lid;
c. toevoegingen aan het reservefonds; en
d. de baten bedoeld in artikel 9 tweede lid.
2. De begroting wordt vastgesteld door de vergadering. Bij het vaststellen van de begroting bepaalt de vergadering tevens het bedrag dat bij wijze van voorschotbijdragen door de eigenaars verschuldigd is, alsmede het aandeel van iedere eigenaar daarin, vastgesteld met inachtneming van de verhouding als is bepaald in artikel 8 tweede lid.
3. De eigenaars zijn verplicht met ingang van de eerste maand van het desbetreffende boekjaar maandelijks bij vooruitbetaling één/twaalfde van het bedoelde aandeel aan de vereniging te voldoen, tenzij de vergadering anders besluit. De betaling van de verschuldigde voorschotbijdrage kan niet worden verrekend of opgeschort in verband met een (vermeende) vordering op de vereniging of de gezamenlijke eigenaars.
Zolang door de vergadering niet de voorschotbijdrage voor een boekjaar is vastgesteld, moeten de eigenaars de laatstelijk vastgestelde voorschotbijdragen voldoen. Deze voorschotbijdragen worden verrekend met de door de vergadering krachtens het tweede lid van dit artikel vastgestelde voorschotbijdragen. Een overschot zal aan de eigenaars worden gerestitueerd, een tekort dient binnen één maand te worden aangezuiverd.
Artikel 12
1. Na afloop van elk boekjaar maakt het bestuur de jaarrekening en het jaarverslag op. Uit de tot de jaarrekening behorende balans moet de grootte van het reservefonds blijken. De tot de jaarrekening behorende exploitatierekening vormt de rekening als bedoeld in artikel 5:112 eerste lid onder b van het Burgerlijk Wetboek en omvat de baten en lasten over het boekjaar, onderverdeeld in de posten genoemd in artikel 11 eerste lid.
2. In de jaarvergadering bedoeld in artikel 45 tweede lid legt het bestuur de jaarrekening ter vaststelling over aan de vergadering. De jaarrekening wordt ondertekend door de bestuurders en de commissarissen. Ontbreekt een raad van commissarissen en wordt omtrent de getrouwheid van de stukken aan de vergadering niet een verklaring overgelegd afkomstig van een accountant bedoeld in artikel 2:393 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek, dan brengt de kascommissie bedoeld in artikel 58 tweede lid ter vergadering verslag van haar bevindingen omtrent de jaarrekening uit.
3. Bij het vaststellen van de jaarrekening bepaalt de vergadering tevens de definitieve bijdragen van de eigenaars, met inachtneming van de verhouding als is bepaald in artikel 8 tweede lid.
4. Bij de toepassing van het in het derde lid bepaalde treden de definitieve bijdragen in de plaats van de in artikel 11 tweede lid bedoelde voorschotbijdragen. Indien deze voorschotbijdragen de definitieve bijdragen te boven gaan, zal het verschil aan de eigenaars worden terugbetaald, tenzij de vergadering anders besluit. Indien de definitieve bijdragen de voorschotbijdragen te boven gaan, moeten de eigenaars het tekort binnen een maand na de vaststelling van de exploitatierekening aanzuiveren, tenzij de vergadering anders besluit.
Artikel 13
1. Indien een eigenaar het ingevolge artikel 11 en/of artikel 12 door hem aan de vereniging verschuldigde bedrag niet binnen een maand nadat het bedrag opeisbaar is geworden aan de vereniging heeft voldaan, is hij zonder dat enige ingebrekestelling is vereist in verzuim en is hij over dat bedrag, van de datum van opeisbaarheid af, een rente verschuldigd, berekend op basis van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 van het Burgerlijk Wetboek, met een minimum van tien euro (€ 10,00) of zoveel meer als de vergadering telkenjare mocht vaststellen. Het bestuur is bevoegd dit bedrag te matigen.
Artikel 41 is niet van toepassing.
2. Indien een eigenaar het bedrag van zijn definitieve bijdrage niet binnen zes maanden na verloop van de termijn als bedoeld in artikel 12 vierde lid heeft voldaan, wordt zijn schuld omgeslagen over de andere eigenaars in de onderlinge verhouding als is bepaald in artikel 8 tweede lid, ongeacht de maatregelen die jegens de nalatige eigenaar kunnen worden genomen en onverminderd recht van verhaal van de andere eigenaars op eerstgenoemde.
3. Een eigenaar is verplicht alle door de vereniging gemaakte kosten, die van rechtskundige bijstand daaronder begrepen, voor het verhalen van het door die eigenaar aan de vereniging verschuldigde, zowel in als buiten rechte, aan de vereniging te vergoeden.
Artikel 14
1. Voor het geval een appartementsrecht aan meer eigenaars gezamenlijk toebehoort, zijn die eigenaars hoofdelijk aansprakelijk voor de verplichtingen die uit de gerechtigdheid tot dat appartementsrecht voortvloeien, tenzij de onverdeeldheid het gevolg is van een ondersplitsing.
2. In geval van ondersplitsing zijn de ondereigenaars gezamenlijk aansprakelijk voor de nakoming van de verplichtingen die uit de gerechtigdheid tot het in de ondersplitsing betrokken appartementsrecht voortvloeien.
3. Indien een recht van erfpacht, vruchtgebruik, of van gebruik en/of bewoning op een privé gedeelte respectievelijk appartementsrecht is gevestigd, treedt de beperkt gerechtigde in de plaats van de eigenaar ten aanzien van de aansprakelijkheid voor de gezamenlijke schulden en kosten, tenzij bij de akte van vestiging van het recht anders is bepaald.
E. Verzekeringen
Artikel 15
1. Het bestuur zal het gebouw verzekeren bij één of meer door de vergadering aan te wijzen verzekeraars tegen water-, storm-, brand- en ontploffingsschade. Het bestuur zal tevens een verzekering afsluiten voor de wettelijke aansprakelijkheid die kan ontstaan voor de vereniging en voor de eigenaars als zodanig. Voorts zal de vergadering bevoegd zijn te besluiten tot het aangaan van verzekeringen tegen andere gevaren of tegen de wettelijke aansprakelijkheid van een bestuurder.
2. Het bedrag van de verzekeringen wordt vastgesteld door de vergadering. Het zal wat de opstalverzekering betreft moeten overeenstemmen met de herbouwkosten van het gebouw. De vraag of deze overeenstemming bestaat, zal periodiek gecontroleerd moeten worden in overleg met de verzekeraar.
3. Verzekeringsovereenkomsten worden door het bestuur afgesloten ten name van de vereniging en de gezamenlijke eigenaars. Het is daartoe, voor zover het betreft de in de eerste zin van het eerste lid bedoelde verzekeringen, slechts bevoegd indien het bepaalde in het vijfde lid wordt nageleefd.
4. De eigenaars verbinden zich de uit hoofde van de verzekeringsovereenkomsten als bedoeld in de eerste zin van het eerste lid uit te keren schadepenningen, indien deze een bedrag gelijk aan één procent van de verzekerde waarde van het gebouw te boven gaan, te doen plaatsen op een voor de financiering van het herstel van de schade krachtens besluit van de vergadering door het bestuur te openen afzonderlijke rekening ten name van de vereniging, die de op deze rekening gestorte gelden zal houden voor de eigenaars. Deze gelden dienen steeds bestemd te blijven voor het herstel of de wederopbouw, onverminderd artikel 5:136 vierde lid van het Burgerlijk Wetboek.
In geval van toepassing van het bepaalde in laatstgenoemde artikel zal, indien een eigenaar zich heeft schuldig gemaakt aan een daad of verzuim welke krachtens de wet of de verzekeringsvoorwaarden gehele of gedeeltelijke ongehoudenheid van de verzekeraar tot uitkering van de schadepenningen tot gevolg zou hebben, de uitkering van het aandeel van de desbetreffende eigenaar dienen te geschieden aan de verzekeraar.
5. Het bestuur dient ervoor te zorgen, dat de verzekeringsovereenkomsten als bedoeld in de eerste zin van het eerste lid de volgende clausule bevatten:
"Zolang de eigendom van het hierbij verzekerde gebouw gesplitst is in appartementsrechten, gelden de volgende aanvullende voorwaarden.
Een daad of verzuim van een eigenaar, welke krachtens de wet of de verzekeringsvoorwaarden gehele of gedeeltelijke ongehoudenheid van ondergetekenden tot uitkering van de schadepenningen tot gevolg zou hebben, laat de uit deze polis voortvloeiende rechten onverlet.
Niettemin zal de maatschappij in zodanig geval gerechtigd zijn, mits zij voor de uitkering de wens daartoe te kennen heeft gegeven, een aandeel in de schadepenningen overeenkomende met het aandeel waarin de desbetreffende eigenaar in de gemeenschap gerechtigd is, van deze terug te vorderen. Ingeval van toepassing van artikel 5:136 vierde lid van het Burgerlijk Wetboek zal de uitkering van het aandeel in bedoeld geval in plaats van aan de eigenaar geschieden aan de maatschappij.
Gaat de verschuldigde uitkering een bedrag van elfduizend driehonderd vijfenveertig euro (€ 11.345,00) te boven, dan geschiedt zij op de wijze te bepalen door de vergadering van eigenaars, zulks blijkende uit een door het bestuur gewaarmerkt afschrift van de notulen van de vergadering.
Door uitkering overeenkomstig de voorwaarden dezer polis zal de maatschappij tegenover alle belanghebbenden volledig zijn gekweten".
6. In geval door de vergadering besloten wordt tot herstel of herbouw, is het bepaalde in artikel 5:136 tweede tot en met vierde lid van het Burgerlijk Wetboek en artikel 5:138 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing, met dien verstande dat uitkering van het aan iedere eigenaar toekomende aandeel in de schadepenningen aan deze, voorzover het bepaalde in het vierde lid niet van toepassing is, slechts zal kunnen geschieden met toestemming van degenen die op het desbetreffende appartementsrecht een recht van hypotheek hebben.
7. Indien de schadepenningen niet toereikend blijken te zijn voor herstel of herbouw, draagt iedere eigenaar bij in het tekort, in de verhouding als is bepaald in artikel 8 tweede lid, onverminderd het verhaal op degene die voor de schade aansprakelijk is.
8. Iedere eigenaar is bevoegd een aanvullende verzekering te sluiten. In het geval van een verandering in het privé gedeelte als bedoeld in artikel 5:119 van het Burgerlijk Wetboek is het bestuur tot het sluiten van een aanvullende verzekering verplicht. Iedere eigenaar is verplicht de vereniging onverwijld van een verandering in het privé gedeelte schriftelijk in kennis te stellen. Leidt de verandering tot een wijziging van de verzekeringspremie dan komt het verschil voor rekening van de desbetreffende eigenaar.
9. Leidt het gebruik van een privé gedeelte tot verhoging van de verzekeringspremie, dan komt die verhoging voor rekening van de desbetreffende eigenaar.
10. De vergadering is ook bevoegd te besluiten dat de appartementseigenaren verplicht zijn hun privé-gedeelten individueel te verzekeren.
F. Gebruik, beheer en onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken
Artikel 16
1. De vereniging voert het beheer over - en draagt de zorg voor het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken.
2. Bij huishoudelijk reglement kan het gebruik, het beheer en het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken nader worden geregeld.
Artikel 17
1. Tot de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijk zaken worden slechts gerekend:
a. het gemeenschappelijk hekwerk gelegen in de gevels tussen de appartementsrechten met indexnummers:
10 en 11; 20 en 21; 30 en 31; 36 en 37 en 39 en 1.
b. de toegangspaden, poorten, hellingbanen van het binnenhof, inclusief bestrating, beplanting en de zich op of in het binnenhof bevindende technische installaties, leidingen en verlichting, alles voor zover deze zaken niet bestemd zijn om uitsluitend te worden gebruikt door de eigenaar of gebruiker van- of niet uitsluitend dienstbaar zijn aan – een privé gedeelte;
x. xx xxxxxxxxxxxxxxxx en de daken hiervan op de tekening aangegeven met de nummers A tot en met D.
2. Op nieuwe gemeenschappelijke gedeelten en zaken, zoals nieuwe gemeenschappelijke installaties, is het voorgaande van toepassing, met ingang van de dag van aanbrenging daarvan.
3. Ter zake het onderscheid tussen gemeenschappelijke zaken en privégedeelten wordt ten deze mede verwezen naar artikel 8.
Artikel 18
Indien er twijfel bestaat of een gedeelte van het gebouw of de grond dan wel een zaak al dan niet tot de gemeenschappelijke gedeelten en/of de gemeenschappelijke zaken behoort, wordt hierover beslist door de vergadering.
Artikel 19
De vergadering kan besluiten een gemeenschappelijke installatie te verwijderen. Alle bepalingen over gemeenschappelijke installaties zijn vanaf dat moment ten aanzien van de verwijderde installatie niet meer van toepassing. Hetzelfde geldt voor andere gemeenschappelijke zaken.
Artikel 20
1. Iedere eigenaar en gebruiker heeft het gebruik van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken volgens de bestemming daarvan.
Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht de nodige zorgvuldigheid in acht te nemen met betrekking tot de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken, ook wanneer die zich in zijn privé gedeelte bevinden. Hij mag geen inbreuk maken op het recht van medegebruik van de andere eigenaars en gebruikers.
2. In afwijking van het in de eerste zin van het eerste lid bepaalde kan in het reglement worden bepaald dat aan de eigenaar van één of meer appartementsrechten niet het gebruik van een bepaald gemeenschappelijk gedeelte of een bepaalde gemeenschappelijke zaak toekomt. In dat geval behoeft de desbetreffende eigenaar niet bij te dragen in de schulden en kosten die betrekking hebben op dat gemeenschappelijke gedeelte of die gemeenschappelijke zaak.
3. In aansluiting op het bepaalde in lid 2 geldt nog het navolgende:
- Van de gemeenschappelijke fietsenberging op de splitsingstekening aangeduid met berging A mag alleen gebruik worden gemaakt door de eigenaars van de appartementsrechten met de indexnummers: 26, 27, 28, 29, 30, 31, 32, 33, 34 en 35 (per woning zijn er twee opstelplaatsen beschikbaar).
- Van de gemeenschappelijke fietsenberging op de splitsingstekening aangeduid met berging B mag alleen gebruik worden gemaakt door de eigenaars van de appartementsrechten met de indexnummers: 36, 37, 38, 39 en 1 tot en met 5 (per woning zijn er twee opstelplaatsen beschikbaar).
- Van de gemeenschappelijke fietsenberging op de splitsingstekening aangeduid met berging C mag alleen gebruik worden gemaakt door de eigenaars van de appartementsrechten met de indexnummers: 6 tot en met 10 en 11 tot en met 15 (per woning zijn er twee opstelplaatsen beschikbaar).
- Van de gemeenschappelijke fietsenberging op de splitsingstekening aangeduid met berging D mag alleen gebruik worden gemaakt door de eigenaars van de appartementsrechten met de indexnummers: 16 tot en met 25 (per woning zijn er twee opstelplaatsen beschikbaar).
Artikel 21
1. Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht zich te onthouden van luidruchtigheid, het onnodig verblijf in de gemeenschappelijke gedeelten, voor zover deze niet voor het verblijf voor korte of lange tijd bestemd zijn, en het plaatsen van voertuigen of andere voorwerpen op plaatsen die hiervoor niet zijn bestemd.
2. De wanden en/of plafonds van de gemeenschappelijke gedeelten mogen niet worden gebruikt voor het ophangen van schilderijen, afbeeldingen of andere voorwerpen, en het aanbrengen van decoraties en dergelijke.
3. De vergadering kan tot de in het eerste en tweede lid genoemde handelingen toestemming verlenen.
4. Uit het oogpunt van veiligheid is het niet toegestaan om op enigerlei wijze de doorgang door de gemeenschappelijke ruimten, in het bijzonder vluchtwegen, door
het plaatsen van voorwerpen of andere obstakels (voertuigen, vuilniszakken en al of niet verplaatsbare bloembakken daaronder begrepen) te belemmeren.
Artikel 22
1. a. Iedere op-, aan-, onder- of bijbouw zonder voorafgaande toestemming van de vergadering is verboden.
Dit geldt ook als een eigenaar een recht van erfpacht of van opstal wenst te vestigen.
b. De appartementseigenaren zijn niet verplicht de op de splitsingstekening aangegeven optiemogelijkheden en behorende tot de privé-gedeelten te realiseren.
2. Het zichtbaar aanbrengen in of aan het gebouw van naamborden, reclameaanduidingen, uithangborden, zonweringen, windschermen, vlaggen, spandoeken, bloembakken, schijnwerpers, (schotel)antennes, antennes van zendamateurs, luchtbehandelings- en koelinstallaties en in het algemeen van uitstekende voorwerpen, alsmede het in het zicht hangen van wasgoed, mag slechts geschieden met toestemming van de vergadering of volgens regels te bepalen in het huishoudelijk reglement.
3. De eigenaars en gebruikers mogen zonder toestemming van de vergadering geen veranderingen aanbrengen in de gemeenschappelijke gedeelten of aan de gemeenschappelijke zaken, ook als deze zich in privé gedeelten bevinden.
Artikel 23
1. De eigenaars en gebruikers mogen zonder toestemming van de vergadering geen verandering aanbrengen, waardoor het architectonisch uiterlijk of de constructie van het gebouw gewijzigd zou worden. De toestemming kan niet worden verleend indien de hechtheid van het gebouw door de verandering in gevaar kan worden gebracht.
2. In afwijking van het in het eerste lid en het derde lid van artikel 22 bepaalde is de eigenaar die gerechtigd is tot twee of meer direct horizontaal en/of verticaal aan elkaar grenzende privé gedeelten, na verkregen toestemming van het bestuur, bevoegd om de tussen die privé gedeelten aanwezige (gemeenschappelijke) scheidingswand(en), respectievelijk (gemeenschappelijke) vloer(en) geheel of gedeeltelijk te verwijderen en/of - indien zodanige wanden, dan wel vloer(en) (nog) niet zijn aangebracht - verwijderd te houden, mits deze scheidingswand(en), dan wel vloer(en) geen dragende functie heeft/hebben in de constructie van het gebouw. Deze bevoegdheid eindigt zodra de eigenaar niet meer gerechtigd is tot de desbetreffende aan elkaar grenzende privé gedeelten, in welk geval de eigenaar gehouden is de begrenzing van de desbetreffende privé gedeelten te brengen in de oorspronkelijke toestand door het (her)plaatsen van de scheidingswand(en) dan wel vloer(en) in een zoveel mogelijk gelijkwaardige technische uitvoering als de overige scheidingswanden dan wel vloer(en) van genoemde privé gedeelten.
Van het voornemen tot het verwijderen van dergelijke niet dragende scheidingswand(en) dan wel vloer(en) en in geval van (her)plaatsing, dient het bestuur vooraf door de desbetreffende eigenaar(s) schriftelijk in kennis te worden gesteld.
Het bestuur kan nadere eisen stellen ten aanzien van het verwijderen van de scheidingswand(en) dan wel vloer(en) en het (her-)plaatsen ervan voor wat betreft afwerking, kwaliteit en (geluids-)isolatie.
De desbetreffende eigenaar en diens rechtsopvolgers zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de nakoming van het in dit lid bepaalde.
3. Voor zover de in het tweede lid bedoelde aan elkaar grenzende privé gedeelten bij dezelfde gebruiker in gebruik zijn, terwijl de desbetreffende appartementsrechten
aan twee of meer eigenaars toebehoren, kan het bestuur ontheffing van de in het tweede lid bedoelde gehoudenheid tot
(her-)plaatsing van de scheidingswand(en) dan wel scheidingsvloer(en) verlenen.
4. De toestemming van de vergadering als bedoeld in artikel 22 lid 1 en artikel 23 leden 1 en 2 is, voor zover de aan te brengen wijzigingen, aan-, op- en/of onderbouw casu quo samenvoeging, conform door de gemeente goedgekeurde bouwtekeningen, voortvloeien uit de uitwerking van de koop-
/aannemingsovereenkomst gesloten tussen Heijmans en een koper van een appartementsrecht (optiemogelijkheden voortvloeiende uit de kopers meerwerk- keuze lijst), niet vereist, wel dient er tijdig een melding plaats te vinden aan het bestuur van de vereniging dat de wijzigingen zullen worden aangebracht.
Indien door deze wijzigingen, aan-, op- en/of onderbouw naar redelijkheid en billijkheid bepaalde kosten slechts voor rekening van vorenbedoelde koper moeten komen, kan zulks bij huishoudelijk reglement worden vastgelegd.
Ook na de algehele oplevering van het gebouw zal vorenbedoelde toestemming van de vergadering voor de aan te brengen wijzigingen, aan-, op- en/of onderbouw, niet zijn vereist, mits deze geschieden conform de goedgekeurde bouwtekeningen ten tijde van de bouwfase en deze geschiedt met inachtneming van het bepaalde in artikel 23 lid 1 en ook hiervan tijdig een melding plaats zal vinden aan het bestuur van de vereniging.
Artikel 24
Aan een gegeven toestemming of ontheffing kunnen voorwaarden worden verbonden. Toestemmingen en ontheffingen kunnen worden gewijzigd en worden ingetrokken.
De in de artikelen 21, 22 en 23 bedoelde toestemmingen of ontheffingen mogen niet op onredelijke gronden worden gewijzigd of worden ingetrokken.
G. Gebruik, beheer en onderhoud van de privé gedeelten
Artikel 25
1. Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht het privé gedeelte te gebruiken overeenkomstig de hierna te noemen bestemming. Een gebruik dat afwijkt van de betreffende bestemming is slechts geoorloofd met toestemming van de vergadering. De bestemming van de privé-gedeelten is woning met aanhorigheden, respectievelijk parkeerplaats ( uitsluitend bestemd voor het stallen van een personen-auto en/of motor);
2. Bij huishoudelijk reglement kan het gebruik, het beheer en het onderhoud van de privé gedeelten nader worden geregeld.
3. In geval van ondersplitsing worden het gebruik, het beheer en het onderhoud van de bij de ondersplitsing betrokken goederen geregeld bij de ondersplitsing met inachtneming van de bepalingen in dit reglement.
Artikel 26
1. niet van toepassing.
2. niet van toepassing.
3. Bestaande situaties ten tijde van de splitsing dienen te worden geduld.
4. De parkeerplaatsen mogen niet worden gebezigd voor het uitoefenen
van een transportbedrijf of auto-verhuurbedrijf, voor autoverkoop of voor andere commerciële doeleinden, waaronder mede wordt begrepen het geheel of gedeeltelijk exploiteren als openbare parkeergelegenheid. Onder openbare parkeergelegenheid wordt niet begrepen het beschikbaar stellen van de parkeerplaatsen ten behoeve van bezoekers of gebruikers van het gebouw(complex).
Artikel 27
Opslag van andere dan voor normaal huishoudelijk gebruik bestemde (brand)gevaarlijke, ontplofbare dan wel verontreinigende stoffen en/of materialen is uitsluitend geoorloofd na verkregen schriftelijke toestemming van het bestuur. Het bestuur kan deze toestemming slechts verlenen zover deze opslag geschiedt in speciaal daartoe ingerichte opslagkluizen/tanks en deze opslag in verband met verzekering tijdig is gemeld bij de verzekeraar.
De extra verschuldigde premie voor de opstalverzekering als gevolg van het hebben en houden van deze hiervoor bedoelde stoffen is voor rekening van de desbetreffende eigenaar.
Artikel 28
1. Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht zijn privé gedeelte behoorlijk te onderhouden. Tot dat onderhoud behoort met name herstel, vernieuwing en vervanging, het schilder-, behang- en tegelwerk, het onderhoud van de plafonds en van de afwerklagen van de vloeren met uitzondering van de niet inpandige buitenruimtes, het stucwerk en de privé binnendeuren (waaronder begrepen hang- en sluitwerk), het schoonhouden en ontstoppen van alle sanitair en leidingen.
2. Iedere eigenaar en gebruiker dient er voor zorg te dragen dat de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken die zich in zijn privé gedeelte bevinden te allen tijde goed bereikbaar zijn.
3. Indien voor het verrichten van een handeling met betrekking tot een ander privé gedeelte of met betrekking tot de gemeenschappelijke gedeelten of de gemeenschappelijke zaken, de toegang tot of het gebruik van een privé gedeelte naar het oordeel van het bestuur noodzakelijk is, is iedere desbetreffende eigenaar en gebruiker verplicht hiertoe zijn toestemming en medewerking te verlenen. Eventuele schade die hieruit voortvloeit, wordt door de eigenaar van het andere appartementsrecht respectievelijk de vereniging vergoed.
4. niet van toepassing.
5. De eigenaars en de gebruikers zijn verplicht een bestuurder of de door het bestuur aan te wijzen personen toegang tot de privé gedeelten te verschaffen, wanneer dit voor de vervulling van de taak van het bestuur noodzakelijk is.
6. Glasschade in of aan een privé gedeelte komt voor rekening van iedere betrokken eigenaar en gebruiker indien en voorzover er geen verzekering bestaat in de zin van artikel 15. Indien en voorzover wel een zodanige verzekering bestaat, draagt het bestuur zorg voor de reparatie.
Artikel 29
Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht de gemeenschappelijke technische installaties en de bijbehorende leidingen en andere gemeenschappelijke zaken als
bedoeld in artikel 17 eerste lid te gedogen. Artikel 30
1. Alle privé gedeelten, met uitzondering van de zich daarin bevindende gemeenschappelijke gedeelten en/of gemeenschappelijke zaken, zijn voor rekening en risico van de betrokken eigenaar.
2. Het in het eerste lid bepaalde geldt niet voor schade die veroorzaakt is door een evenement dat buiten de betrokken privé gedeelten heeft plaatsgehad. In dat geval komt de schade aan dat privé gedeelte voor de eigenaars gezamenlijk, onverminderd hun verhaal op degene die voor de schade aansprakelijk is.
3. Alle zich in de privé gedeelten bevindende gemeenschappelijke gedeelten en/of gemeenschappelijke zaken zijn voor rekening en risico van de eigenaars gezamenlijk, onverminderd hun verhaal op degene die voor de schade aansprakelijk is.
Artikel 31
1. Iedere eigenaar en gebruiker die recht heeft op het gebruik van een privé gedeelte voor zover bestemd tot tuin, is verplicht deze voor zijn rekening als tuin aan te leggen en te onderhouden met inachtneming van de besluiten van de vergadering en van het bepaalde in het huishoudelijk reglement. Hieronder is begrepen het onderhoud, het herstel, de vernieuwing en de vervanging van erfafscheidingen, bergruimten en schuren.
2. De privé terrassen en buitenruimtes zullen uitsluitend als zodanig mogen worden gebruikt en hierop zullen nimmer zware plantenbakken/bouwsels, aarde en dergelijke mogen worden aangebracht welke het draagvermogen van die terrassen, het onderliggende
dak en buitenruimtes overtreffen, zulks ter voorkoming van schade aan de buitenruimtes,
plafonds en daken.
Tevens zullen op de terrassen en buitenruimtes geen beplantingen mogen worden aangebracht, waarvan men redelijkerwijs kan verwachten dat na volgroeiing alsnog het draagvermogen wordt overschreden of dat die beplanting dusdanig uitgroeit dat de lichtinval van de overige gedeelten niet meer optimaal is.
3. Het is niet geoorloofd zonder toestemming van de vergadering opgaand hout in de tuin te hebben, waardoor het uitzicht van de andere eigenaars of gebruikers en het ontvangen van licht en lucht door de ramen en openingen van het gebouw zouden worden belemmerd. Evenmin is het geoorloofd zonder deze toestemming auto's, caravans, carports, boten, trailers, tenten en dergelijke in de tuin te plaatsen.
4. Het is evenmin zonder toestemming van de vergadering geoorloofd tegen de muren planten of heesters te laten opgroeien tot voorbij vijftig centimeter beneden het laagste raamkozijn van de eerste verdieping van het gebouw.
Artikel 32
Aan een gegeven toestemming kunnen voorwaarden worden verbonden. Toestemmingen kunnen worden gewijzigd en worden ingetrokken.
De in de artikelen 25, 26, 27 en 31 bedoelde toestemmingen mogen niet op onredelijke gronden worden gewijzigd of worden ingetrokken.
Artikel 33
Het in de artikelen 26 tot en met 31 bepaalde kan bij huishoudelijk reglement nader worden geregeld.
H. Het door een eigenaar zelf in gebruik nemen van zijn privé gedeelte
Artikel 34
1. Iedere eigenaar en gebruiker heeft het recht op uitsluitend gebruik van zijn privé gedeelte.
2. Een eigenaar behoeft geen toestemming om met zijn huisgenoten zijn privé gedeelte in gebruik te nemen, of om een tot dusver niet tot zijn huisgenoten behorend persoon bij zich te doen inwonen.
3. Ten aanzien van het in gebruik geven van een privé gedeelte aan een gebruiker is het in de artikelen 35 tot en met 38 bepaalde van toepassing.
I. Het in gebruik geven door een eigenaar van zijn privé gedeelte aan een gebruiker
Artikel 35
1. Een eigenaar kan de aan zijn appartementsrecht verbonden gebruiksrechten door een ander laten uitoefenen, mits hij er voor zorg draagt dat die ander het gebruik slechts verkrijgt na ondertekening van en afgifte aan het bestuur van een in tweevoud opgemaakte en gedagtekende verklaring dat hij de bepalingen van het reglement en het eventuele huishoudelijk reglement, alsmede eventuele regels als
bedoeld in artikel 5:128 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek, voor zover die op een gebruiker betrekking hebben, zal naleven.
Een eigenaar wordt geacht aan het in dit lid gestelde te hebben voldaan indien het in de vorige zin van dit lid bepaalde is opgenomen in de overeenkomst waarbij het privé gedeelte met inbegrip van het medegebruik van de gemeenschappelijke gedeelten en/of gemeenschappelijke zaken aan een ander wordt verhuurd of op andere wijze in gebruik wordt gegeven en een kopie of een uittreksel van deze overeenkomst in tweevoud aan het bestuur is ter hand gesteld en deze kopie of dit uittreksel door het bestuur voor akkoord is ondertekend.
2. Van de in het eerste lid bedoelde verklaring respectievelijk kopie of uittreksel van de overeenkomst behoudt zowel de gebruiker als het bestuur een exemplaar.
3. De in het eerste lid bedoelde verklaring wordt geacht ook betrekking te hebben op besluiten en bepalingen die eerst na die verklaring worden genomen respectievelijk vastgesteld, tenzij een beroep op die besluiten en bepalingen jegens de gebruiker in strijd zou zijn met de redelijkheid en billijkheid. Artikel 5:128 tweede lid van het Burgerlijk Wetboek is van toepassing.
4. Het bepaalde in de voorgaande leden van dit artikel is niet van toepassing op gebruikers ten tijde van de totstandkoming van de splitsing, tenzij de kantonrechter op de voet van artikel 5:128 tweede lid van het Burgerlijk Wetboek anders beslist.
5. Het bestuur zal de gebruiker van iedere aanvulling of verandering van het reglement of het eventuele huishoudelijk reglement, alsmede van eventuele regels als bedoeld in artikel 5:128 van het Burgerlijk Wetboek, op de hoogte stellen.
6. Niettegenstaande de ingebruikgeving van een privé gedeelte aan een ander, blijft de eigenaar aansprakelijk voor de verplichtingen die uit het reglement voortvloeien en voor de gedragingen van de gebruiker van zijn privé gedeelte. De eigenaar en de gebruiker kunnen gezamenlijk schriftelijk aan het bestuur mededelen dat de door de eigenaar verschuldigde definitieve en voorschotbijdragen door de gebruiker zullen worden voldaan, onverminderd de verplichtingen van de eigenaar tot betaling.
Artikel 36
1. Het bestuur kan te allen tijde verlangen dat de gebruiker zich jegens de vereniging als borg verbindt voor de eigenaar, en wel voor de betaling van hetgeen laatstgenoemde ingevolge het reglement aan de vereniging schuldig is of zal worden.
2. Voormelde borgtocht zal zich slechts uitstrekken tot verplichtingen van de betrokken eigenaar die opeisbaar worden na het tijdstip waarop per aangetekende brief door het bestuur aan de gebruiker is medegedeeld dat de vereniging van de in het vorige lid bedoelde bevoegdheid gebruik wenst te maken. Bovendien zal de gebruiker uit hoofde van de hier bedoelde borgtocht per maand nimmer meer verschuldigd zijn dan een bedrag, overeenkomende met de geschatte maandelijkse huurwaarde van het desbetreffende privé gedeelte.
Artikel 37
1. Een eigenaar is verplicht er voor zorg te dragen, dat zijn privé gedeelte niet betrokken wordt door iemand die de in artikel 35 bedoelde verklaring niet getekend heeft.
2. De gebruiker die zonder de in artikel 35 bedoelde verklaring getekend te hebben of zonder de in artikel 36 bedoelde verplichting te zijn nagekomen een privé gedeelte betrokken heeft dan wel in gebruik houdt, kan door het bestuur hieruit op kosten van de eigenaar worden verwijderd en hem kan het gebruik van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken worden ontzegd.
3. Indien iemand zonder enige titel een privé gedeelte betrokken heeft, neemt het bestuur tijdig alle noodzakelijke maatregelen die kunnen leiden tot ontruiming van
het privé gedeelte. Ook de eigenaar is verplicht tot het nemen van maatregelen tot ontruiming.
Het bestuur gaat niet tot ontruiming over dan nadat het de betrokkene tot ontruiming heeft aangemaand.
Aan de betrokkene kan in ieder geval het gebruik van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken worden ontzegd.
Artikel 38
De artikelen 35 tot en met 37 zijn van overeenkomstige toepassing op de gebruiker die zijn rechten ontleent aan een andere gebruiker.
J. Ontzegging van het gebruik van een privé gedeelte Artikel 39
1. Aan de eigenaar die zelf het recht van gebruik uitoefent en die:
a. de bepalingen van het reglement, het huishoudelijk reglement, de eventuele regels bedoeld in artikel 5:128 van het Burgerlijk Wetboek of besluiten van de vergadering niet nakomt of overtreedt;
b. zich schuldig maakt aan onbehoorlijk gedrag jegens andere eigenaars en/of gebruikers;
c. door zijn aanwezigheid in het gebouw aanleiding geeft tot ernstige verstoring van de rust in het gebouw;
d. zijn financiële verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt;
kan door de vergadering een waarschuwing worden gegeven dat, indien hij ondanks deze waarschuwing een of meer van de genoemde gedragingen verricht of voortzet, de vergadering kan overgaan tot de in het volgende lid bedoelde maatregel.
2. Worden een of meer van de in het vorige lid bedoelde gedragingen nogmaals gepleegd of worden deze voortgezet, dan kan de vergadering besluiten tot ontzegging van het gebruik van het privé gedeelte dat aan de eigenaar toekomt alsmede van het gebruik van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken.
3. De vergadering besluit niet tot het geven van een waarschuwing of besluit niet tot ontzegging van het gebruik dan na verhoor of behoorlijke oproeping van de eigenaar. De oproeping geschiedt tegelijkertijd met de bijeenroeping van de vergadering, en wel bij aangetekende brief met vermelding van de gerezen bezwaren. De eigenaar kan zich ter vergadering doen vertegenwoordigen of doen bijstaan door een raadsman.
4. De in dit artikel bedoelde besluiten moeten worden genomen met overeenkomstige toepassing van artikel 52 vijfde en zesde lid.
5. De in dit artikel bedoelde besluiten worden door het bestuur bij aangetekende brief ter kennis van de belanghebbende en van de op zijn appartementsrecht ingeschreven hypotheekhouders gebracht. De besluiten zullen de gronden vermelden die tot de maatregel hebben geleid.
6. Een besluit tot ontzegging van het hierboven bedoelde gebruik zal niet eerder ten uitvoer mogen worden gelegd dan na verloop van een maand na verzending van de kennisgeving als in het vijfde lid bedoeld. Beroep op de rechter ingevolge artikel 5:130 van het Burgerlijk Wetboek schorst de tenuitvoerlegging van het genomen besluit, tenzij de rechter anders bepaalt.
7. Indien een eigenaar zijn privé gedeelte in gebruik heeft gegeven, is het in de vorige leden bepaalde op de gebruiker van toepassing wanneer deze een gedraging verricht als vermeld in het eerste lid, of indien hij niet voldoet aan de financiële verplichtingen voortvloeiende uit de door hem gestelde borgtocht.
8. Indien een ondereigenaar of de gebruiker van diens privé gedeelte een gedraging verricht als bedoeld in het eerste lid, kan de vergadering van eigenaars besluiten dat
de vergadering van ondereigenaars tegenover diegene die de overtreding begaan heeft een besluit tot ontzegging van het gebruik als in het eerste lid bedoeld zal moeten nemen, in welk geval de desbetreffende vergadering van ondereigenaars verplicht is een zodanige maatregel te nemen met toepassing van het in dit artikel bepaalde.
9. Het in de vorige leden van dit artikel bepaalde geldt eveneens ten aanzien van een gebruiker die zijn rechten ontleent aan een andere gebruiker.
K. Overdracht van een appartementsrecht
Artikel 40
1. Een appartementsrecht kan worden overgedragen. Onder overdracht valt ook toedeling, alsmede vestiging van de beperkte rechten van vruchtgebruik, van gebruik en/of bewoning en van erfpacht of van opstal.
Het bestuur is verplicht aan de met de overdracht belaste notaris een aan de akte te hechten verklaring af te geven, welke verklaring een opgave inhoudt van hetgeen de betrokken eigenaar op de dag van de overdracht aan de vereniging schuldig is. De verkrijger is jegens de vereniging niet verder aansprakelijk dan tot het bedrag dat uit de opgave blijkt. De verklaring houdt tevens in een opgave van de omvang van het reservefonds en het aandeel daarin van de eigenaar.
2. Ingeval van vestiging van erfpacht, worden de krachtens de wet, de akte en een eventueel huishoudelijk reglement aan de eigenaar toekomende bevoegdheden uitgeoefend door de erfpachter, en zullen de voor rekening van de eigenaar komende verplichtingen voor diens rekening komen, tenzij in de akte van vestiging anders is bepaald.
3. Na overdracht als bedoeld in het eerste lid van dit artikel moet de nieuwe eigenaar of beperkt gerechtigde daarvan onverwijld schriftelijk mededeling doen aan het bestuur. Ingeval van vestiging van een beperkt recht als in het eerste lid bedoeld, houdt de mededeling tevens in aan wie het stemrecht toekomt.
4. Onverminderd het in het eerste lid bepaalde zijn voor de ter zake het overgedragen appartementsrecht verschuldigde voorschotbijdragen en definitieve bijdragen die voorafgaande aan de overdracht in het lopende of in het voorafgaande boekjaar opeisbaar zijn geworden of zullen worden, de oude en de nieuwe eigenaar hoofdelijk aansprakelijk.
5. Onverminderd het in het eerste lid bepaalde is uitsluitend de oude eigenaar aansprakelijk voor de extra voorschotbijdragen als bedoeld in artikel 52 zevende lid, en de definitieve bijdragen die verschuldigd zijn als gevolg van besluiten van de vergadering als bedoeld in artikel 52 vijfde lid, die tot stand gekomen zijn in het tijdvak gedurende hetwelk hij eigenaar was. Hetzelfde geldt voor bijzondere bijdragen verschuldigd ter zake andere rechtsfeiten die in voormeld tijdvak hebben plaatsgehad.
6. Het bestuur draagt zorg dat alle daarvoor in aanmerking komende overeenkomsten op naam van de nieuwe eigenaar gesteld worden.
7. Het bestuur is bevoegd voor de nakoming van de in het eerste, vierde en vijfde lid bedoelde verplichtingen voldoende zekerheid in de vorm van een depot onder de notaris te verlangen.
8. Indien de vereniging ter zake de eigendomsovergang een financiële bijdrage verschuldigd is aan de beheerder, komt deze ten laste van de oude eigenaar.
9. De eventuele informatiekosten en toetredingskosten, die slechts mogen dienen ter dekking van de gemaakte kosten, komen ten laste van de nieuwe eigenaar.
10. Indien een appartementsrecht in het openbaar wordt verkocht, mag
- overeenkomstig het plaatselijk gebruik - aankondiging van de veiling plaatsvinden tegen de gevel van het gebouw.
11. Aanbiedingsplicht
11.1.Indien een eigenaar van (één van) de appartementsrechten met de indexnummers 40 tot en met 80 rechtgevende op het uitsluitend gebruik van een parkeerplaats gelegen in het binnenhof, (de eigenaar hierna ook te noemen: "aanbieder") zijn appartementsrecht wenst te vervreemden als bedoeld in artikel 40 lid 1 is hij verplicht dat appartementsrecht eerst te koop aan te bieden aan de eigenaars van de appartementsrechten met de indexnummers 1 tot en met 39, die alsdan een recht van voorkeur tot koop hebben.
11.2.Aanbieder biedt het appartementsrecht dat hij wil vervreemden aan door middel van een aangetekende brief aan het bestuur.
In die brief vermeldt hij de koopprijs alsmede de overige voorwaarden en bepalingen waaronder hij een koopovereenkomst wenst te sluiten.
Het bestuur is verplicht binnen tien dagen na ontvangst van de hiervoor vermelde brief, over de inhoud van die brief een schriftelijke mededeling te doen aan de eigenaars van de appartementsrechten met indexnummers 1 tot en met 39.
11.3.Binnen éénentwintig dagen na de hiervoor in lid 11.2. bedoelde mededeling van het bestuur dienen voormelde eigenaars, die van hun recht van voorkeur gebruik willen maken, dit schriftelijk aan het bestuur mede te delen, bij gebreke waarvan hun recht van voorkeur is vervallen; de eigenaars die tijdig hebben verklaard van hun recht van voorkeur gebruik te willen maken worden hierna aangeduid als "gegadigden".
11.4.Indien meerdere aangeschreven eigenaars van het aanbod gebruik wensen te maken zal de toewijzing geschieden door middel van een verloting te verrichten door een notaris binnen tien dagen na de in lid 11.3. vermelde termijn. De notaris wordt aangewezen door het bestuur. Elke gegadigde krijgt een rangnummer. De door het bestuur en de notaris in verband met de loting gemaakte kosten zijn voor rekening van de aanbieder.
11.5.Binnen drie dagen na het verstrijken van de in lid 11.3. gestelde termijn casu quo na de loting deelt het bestuur aan de aanbieder en de gegadigden bij aangetekend schrijven mede wie de toegewezen gegadigde (de gegadigde met het hoogste rangnummer) is waarmee de aanbieder de koopovereenkomst zal sluiten. Tot aan het tekenen van de koopovereenkomst heeft de aanbieder het recht om zijn aanbod in te trekken.
De koopovereenkomst dient binnen twee weken na dit aangetekend schrijven door partijen ten overstaande van een notaris te worden ondertekend. De akte van levering dient binnen vier weken na het tekenen van de koopovereenkomst te worden verleden.
11.6.Indien de gegadigde die door het lot is aangewezen in gebreke blijft in de verplichting tot tekenen van de koopovereenkomst respectievelijk tekenen van de akte van levering, zal de gegadigde met het opvolgende rangnummer diegene zijn waarmee de aanbieder de koopovereenkomst dient te sluiten, onverminderd het recht van de aanbieder op schadevergoeding van de eerste gegadigde.
11.7.Indien geen van de eigenaars van een appartementsrecht met de indexnummers 1 tot en met 39 van zijn recht van voorkeur tot koop gebruik wenst te maken, is de aanbieder gedurende een periode van zes maanden na dagtekening van de aangetekende brief als bedoeld in lid 11.2. vrij het desbetreffende appartementsrecht aan een derde te vervreemden voor eenzelfde koopprijs en onder dezelfde voorwaarden als hij het appartementsrecht heeft aangeboden als bedoeld in lid 11.2.
Indien de aanbieder gedurende deze periode het appartementsrecht voor een lagere koopprijs of onder andere voorwaarden wenst te vervreemden of indien de
aanbieder het appartementsrecht na het verstrijken van deze periode wenst te vervreemden, dient hij het appartementsrecht wederom conform bovenstaande paragrafen aan de eigenaars van de appartementsrechten met de indexnummers 1 tot en met 39 aan te bieden.
11.8.Vorenvermelde aanbiedingsplicht geldt niet:
1. ingeval van gedwongen openbare verkoop casu quo bij executoriale verkoop door de hypotheekhouder met gebruikmaking van het bepaalde in artikel 3:268 Burgerlijk Wetboek; of
2. voor een bedoelde overeenkomst tot vervreemding als bedoeld in artikel 40 lid 1 die mede inhoudt een vervreemding van één van de appartementsrechten met de indexnummers 1 tot en met 39;
3. voor een overeenkomst tot vervreemding als bedoeld in artikel 40 lid 1 aangegaan door Xxxxxxxx, voornoemd.
11.9.Indien een eigenaar in strijd met vorenbedoelde aanbiedingsplicht overgaat tot vervreemding van een van de appartementsrechten met de indexnummers 40 tot en met 80 verbeurt hij een zonder rechtelijke tussenkomst onmiddellijk opeisbare boete van vijfentwintig duizend euro (€ 25.000,00) ten behoeve van de Vereniging van Eigenaars.
Elke eigenaar is verplicht bij wijze van kettingbeding deze bepalingen op verbeurte van een boete van vijfentwintig duizend euro (€ 25.000,00) ten behoeve van de Vereniging van Eigenaars aan een opvolgende eigenaar op te leggen en om opvolgende eigenaars te verplichten om deze bepalingen op te leggen bij elke volgende overgang onder bijzondere titel.
L. Overtredingen
Artikel 41
1. Bij overtreding of niet-nakoming van een der bepalingen van de wet, van het reglement, van het huishoudelijk reglement of van een besluit van de vergadering door een eigenaar of door een gebruiker, zal het bestuur de betrokkene een schriftelijke waarschuwing doen toekomen per aangetekende brief en hem wijzen op de overtreding of niet-nakoming.
2. Indien de betrokkene binnen een maand geen gevolg geeft aan de waarschuwing kan het bestuur hem een eenmalige of dagboete opleggen van ten hoogste een bedrag dat door de vergadering voor zodanige overtredingen of niet-nakoming is bepaald voor elke overtreding of niet-nakoming, onverminderd de gehoudenheid van de betrokkene tot schadevergoeding, zo daartoe termen aanwezig zijn, en onverminderd de andere maatregelen, welke de vergadering kan nemen krachtens de wet of het reglement.
Het bedrag (maximale boete per overtreding), wordt vastgesteld op éénhonderdvijfentwintig euro (€ 125,00) voor elke dag dat de overtreding of niet- nakoming voortduurt.
De vergadering kan echter conform het vorenstaande de hoogte van de boete zonodig nader bepalen.
3. De te verbeuren boeten komen ten bate van de vereniging.
4. Indien het bedrag van de boete niet tijdig wordt voldaan is artikel 13 eerste lid van toepassing.
5. Voor de toepassing van dit artikel wordt een ondereigenaar gelijkgesteld aan een eigenaar.
M. Oprichting van de vereniging en vaststelling van de statuten van de vereniging
I. Algemene bepalingen
Artikel 42
1. De vereniging wordt bij de akte opgericht en de statuten maken deel uit van het reglement.
2. De vereniging van eigenaars welke bij deze wordt opgericht, draagt de naam: Vereniging van eigenaren De Boeg. Zij is gevestigd te Beverwijk, thans kantoorhoudende ten kantore van de bestuurder als hierna vermeld.
3. De vereniging heeft ten doel het beheer van het gebouw en de grond en het behartigen van gemeenschappelijke belangen van de eigenaars.
4. Ter bereiking van haar doel kan de vereniging een appartementsrecht of een ander registergoed in eigendom verkrijgen en dit hypothecair verbinden tot zekerheid voor (een) door haar aan te gane geldlening(en). De vereniging is bevoegd tot overdracht dan wel tot ingebruikgeving aan de eigenaars of aan derden van dat appartementsrecht/registergoed.
5. De vereniging kan vergunningen die betrekking hebben op het gebouw en de grond, alsmede de exploitatie daarvan, aanvragen en op naam houden.
Artikel 43
1. De middelen van de vereniging worden gevormd door de bijdragen van de eigenaars verschuldigd krachtens het reglement, alsmede door andere baten.
2. Het bestuur is verplicht de kasmiddelen van de vereniging te plaatsen bij een bank op een rekening ten name van de vereniging.
3. De gelden van het reservefonds worden gedeponeerd op een afzonderlijke bankrekening ten name van de vereniging.
4. De vergadering kan besluiten tot belegging van de gelden van het reservefonds, welke belegging dient te geschieden met inachtneming van algemeen aanvaarde bedrijfseconomische eisen op beleggingsgebied als rentabiliteit, solvabiliteit, risicospreiding en afstemming op het doel van het reservefonds.
Artikel 44
Het boekjaar is het kalenderjaar. Ingeval van ondersplitsing dient het boekjaar van de vereniging van ondereigenaars gelijk te zijn aan dit boekjaar.
II. De vergadering
Artikel 45
1. De vergaderingen worden gehouden op een door het bestuur vast te stellen plaats in de gemeente waar de grond is gelegen, bij voorkeur in de nabijheid van het gebouw.
2. Jaarlijks wordt, binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, een vergadering gehouden, de jaarvergadering. In deze vergadering legt het bestuur, in overeenstemming met het bepaalde in artikel 12 tweede lid, de jaarrekening ter vaststelling aan de vergadering over. Tevens brengt het bestuur in deze vergadering zijn jaarverslag uit.
3. Vergaderingen worden voorts gehouden zo dikwijls het bestuur, de raad van commissarissen of de voorzitter xxxxx nodig acht, alsmede indien een aantal eigenaars dat tenminste tien procent van het aantal stemmen kan uitbrengen zulks schriftelijk verzoekt aan het bestuur.
4. Indien een door eigenaars verlangde vergadering niet door het bestuur wordt bijeengeroepen op een zodanige termijn, dat de verlangde vergadering binnen drie weken na ontvangst van het verzoek wordt gehouden, zijn de verzoekers bevoegd zelf een vergadering bijeen te roepen met inachtneming van dit reglement.
5. De vergadering benoemt al dan niet uit de eigenaars de voorzitter. Voor de eerste maal kan de benoeming van de voorzitter bij de akte geschieden.
Tenzij bij de benoeming anders is bepaald wordt de voorzitter voor onbepaalde tijd benoemd. Hij kan te allen tijde door de vergadering worden ontslagen.
6. De voorzitter is belast met de leiding van de vergadering; bij zijn afwezigheid voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
7. Indien het bestuur uit meer dan één persoon bestaat, kunnen de functies van voorzitter van het bestuur en voorzitter van de vergadering in één persoon verenigd zijn. In dat geval zullen alle bepalingen in dit reglement of een eventueel huishoudelijk reglement welke een machtiging van het bestuur door de voorzitter voorschrijven voor niet geschreven worden gehouden.
8. De oproeping ter vergadering vindt schriftelijk plaats met een termijn van tenminste vijftien dagen - de dag van oproeping en van vergadering daaronder niet gerekend - en wordt verzonden naar de werkelijke of, in overeenstemming met artikel 1:15 van het Burgerlijk Wetboek, de gekozen woonplaats van de eigenaars; zij bevat de opgave van de onderwerpen van de agenda alsmede de plaats en het tijdstip van de vergadering. Elke eigenaar is tot uiterlijk zeven dagen voor de vergadering en mits bij schriftelijke kennisgeving aan het bestuur - dan wel per fax of e-mail - bevoegd onderwerpen op de agenda te laten plaatsen. Het bestuur is alsdan verplicht onverwijld de overige eigenaars hiervan in kennis te stellen.
9. Alle ter vergadering aanwezige stemgerechtigden zijn verplicht een presentielijst te tekenen. Deze presentielijst is bepalend voor het quorum. De gevolmachtigde tekent de presentielijst namens de volmachtgever.
Artikel 46
1. Van het verhandelde in de vergadering worden, tenzij hiervan een notarieel proces-verbaal wordt opgemaakt, onderhandse notulen gehouden, welke moeten
worden ondertekend door de voorzitter en het bestuur en welke worden vastgesteld in dezelfde of de eerstvolgende vergadering.
2. Het bestuur zendt per post, per fax of per e-mail aan iedere eigenaar binnen twee weken na de vergadering de notulen of het ontwerp daarvan toe.
3. Iedere eigenaar is gerechtigd tot inzage van de notulen. Artikel 47
1. Stemgerechtigd zijn de eigenaars. Bij erfpacht, vruchtgebruik of recht van gebruik en/of bewoning komt het stemrecht toe aan de beperkt gerechtigde, tenzij bij de vestiging van het recht anders is bepaald. Bij het recht van opstal blijft het stemrecht bij de eigenaar, tenzij bij de vestiging van dat recht anders is bepaald.
2. Stemmen
Het maximum aantal in de vergadering uit te brengen stemmen bedraagt: vierhonderd éénendertig (431).
De eigenaars brengen stem uit voor elk te hunner naam staand appartementsrecht overeenkomstig de tellers van de breuken met betrekking tot hun aandeel in de gemeenschap.
3. In geval van ondersplitsing zal het stemrecht dat aan het in de ondersplitsing betrokken appartementsrecht toekomt, worden uitgebracht door het bestuur van de vereniging van ondereigenaars in de verhouding zoals bij de ondersplitsing is bepaald, met dien verstande dat de onderlinge verhouding tussen het stemrecht verbonden aan het ondergesplitste appartementsrecht en de andere appartementsrechten niet gewijzigd wordt.
De vergadering kan in geval van ondersplitsing besluiten het aantal uit te brengen stemmen te verveelvoudigen, doch slechts onder handhaving van de onderlinge stemverhouding tussen de eigenaars als in de akte is bepaald.
De stemmen voor het in de ondersplitsing betrokken appartementsrecht behoeven niet eensluidend te worden uitgebracht, tenzij in het reglement van ondersplitsing anders is bepaald.
De ondereigenaars zijn bevoegd de vergadering van eigenaars bij te wonen. Uitsluitend het bestuur van de vereniging van ondereigenaars is bevoegd om in de vergadering het woord te voeren.
4. Een stemgerechtigde kan zijn stemrecht niet uitoefenen bij het nemen van besluiten waarbij aan hem, zijn echtgenoot, geregistreerd partner of bloedverwanten in de rechte lijn, of aan vennootschappen waarin hij, zijn echtgenoot, geregistreerd partner of bloedverwanten in de rechte lijn direct of indirect een meerderheidsbelang hebben, anders dan in hun hoedanigheid van eigenaar, rechten worden toegekend of verplichtingen worden kwijtgescholden.
Artikel 48
1. Indien een appartementsrecht, anders dan ingeval van ondersplitsing, aan meer eigenaars toekomt zullen dezen hun stemrecht in de vergadering slechts kunnen uitoefenen door middel van één hunner of van een derde, daartoe schriftelijk aangewezen.
2. Indien zij over hun vertegenwoordiging ter vergadering niet tot overeenstemming kunnen komen, is de meest gerede hunner bevoegd de kantonrechter te verzoeken een derde aan te wijzen als vertegenwoordiger.
Artikel 49
Iedere eigenaar is bevoegd, hetzij in persoon, hetzij bij een schriftelijk gevolmachtigde die al dan niet lid van de vereniging is, de vergadering bij te wonen, daarin het woord te voeren en het stemrecht uit te oefenen, wat dit laatste betreft met inachtneming van het bepaalde in artikel 47 derde lid en artikel 48 eerste lid. Een bestuurder kan niet als gevolmachtigde optreden.
Iedere eigenaar en gevolmachtigde is bevoegd zich te doen vergezellen van een jurist of een accountant die ter vergadering het woord mag voeren.
Artikel 50
1. Alle besluiten waarvoor in dit reglement of krachtens de wet geen afwijkende regeling is voorgeschreven worden genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
Onder volstrekte meerderheid van stemmen wordt hier verstaan: meer dan de helft van de ter vergadering uitgebrachte stemmen; blanco stemmen, ongeldige stemmen en (verklaringen van) stemonthouding worden niet tot de uitgebrachte stemmen gerekend.
2. Bij staking van stemmen over zaken wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. Indien bij stemming over personen geen hunner de volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen verkrijgt, wordt herstemd tussen de twee personen die de meeste stemmen op zich verenigd hebben. Indien meer dan twee personen de meeste stemmen verkregen hebben, wordt door loting uitgemaakt welke twee van hen voor herstemming in aanmerking komen.
Indien het grootste aantal stemmen slechts door één persoon is verkregen, zal worden herstemd tussen die persoon en een persoon die een aantal stemmen verkregen heeft welk het dichtst bij het grootste aantal stemmen ligt, en indien meer personen in dit laatste geval verkeren, zal door het lot worden beslist wie van hen voor herstemming in aanmerking komt. Bij deze tweede stemming is alsdan gekozen hij die de meeste stemmen op zich verenigd heeft, terwijl ingeval bij deze tweede stemming de stemmen staken het lot beslist.
3. Met een besluit van de vergadering staat gelijk een voorstel, waarmee alle eigenaars schriftelijk hun instemming hebben betuigd, fax en e-mail daaronder begrepen.
Artikel 51
Besluiten zijn vernietigbaar overeenkomstig het daaromtrent bepaalde in de artikelen 2:15 en 5:130 van het Burgerlijk Wetboek. De bevoegdheid om vernietiging van een
besluit te verzoeken vervalt door verloop van een maand, welke termijn begint met de aanvang van de dag volgende op de dag waarop de belanghebbende van het besluit kennis heeft genomen of daarvan kennis heeft kunnen nemen.
Het vorenstaande is niet van toepassing op een besluit tot wijziging van de akte als bedoeld in artikel 60.
Artikel 52
1. De vergadering beslist over het beheer van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken, voor zover de beslissing hierover niet aan het bestuur toekomt.
De vergadering stelt het in het vijfde lid bedoelde bedrag vast met inachtneming van de daar genoemde wijze van besluitvorming.
2. De beslissing over het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken berust bij het bestuur, onverminderd het bepaalde in artikel 56 tweede lid.
Het bestuur kan geen onderhoudswerkzaamheden opdragen die niet op de vastgestelde begroting voorkomen, tenzij het daartoe vooraf door de vergadering is gemachtigd.
3. De vergadering beslist over de kleur van het buitenverfwerk alsmede over de kleur van dat gedeelte van het binnenverfwerk hetwelk moet geschieden aan de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken en aan die zijde van de particuliere voordeur die is gekeerd naar het gemeenschappelijke gedeelte.
4. Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht zijn medewerking te verlenen aan de uitvoering van de besluiten van de vergadering, voor zover dit redelijkerwijze van hem verlangd kan worden.
Lijdt hij als gevolg hiervan schade dan wordt deze hem door de vereniging vergoed.
5. Besluiten door de vergadering tot:
a. het doen van buiten het in artikel 9 eerste lid sub a en b bedoelde onderhoud vallende uitgaven;
b. het doen van uitgaven ten laste van het reservefonds;
c. het aangaan van verplichtingen met een financieel belang die een totaal door de vergadering vast te stellen bedrag te boven gaan;
kunnen slechts worden genomen met een meerderheid van tenminste twee/derde van het aantal stemmen, uitgebracht in een vergadering waarin een aantal eigenaars tegenwoordig of vertegenwoordigd is, dat tenminste twee/derde van het totaal aantal stemmen kan uitbrengen. De laatste zinsnede van artikel 50 eerste lid is van overeenkomstige toepassing.
In een vergadering, waarin minder dan twee/derde van het hiervoor bedoelde maximum aantal stemmen kan worden uitgebracht, kan geen geldig besluit worden genomen.
6. In het in de laatste zin van het vorige lid bedoelde geval zal een nieuwe vergadering worden uitgeschreven, te houden niet vroeger dan twee en niet later dan zes weken na de eerste.
In de oproeping tot deze vergadering zal mededeling worden gedaan dat de komende vergadering een tweede vergadering is als bedoeld in dit artikel. In deze vergadering zal over de aanhangige onderwerpen een besluit met twee/derde meerderheid kunnen worden genomen ongeacht het aantal stemmen dat ter vergadering kan worden uitgebracht.
7. Indien door de vergadering overeenkomstig het in het vijfde of het zesde lid bepaalde tot het doen van een uitgave wordt besloten, wordt tevens de extra (voorschot)bijdrage bepaald, welke door het bestuur te dier zake van de eigenaars kan worden gevorderd. De uitvoering van zodanige besluiten kan eerst geschieden
wanneer de voor de uitvoering benodigde gelden in de kas van de vereniging gereserveerd zijn.
8. Het in het vijfde en zesde lid bepaalde geldt eveneens voor besluiten tot verbouwing of voor besluiten tot het aanbrengen van nieuwe installaties of tot het wegbreken van bestaande installaties, voor zover deze niet als een uitvloeisel van het onderhoud zijn te beschouwen.
9. Bij deze besluiten dient tevens te worden vastgesteld welke eigenaars in welke verhouding moeten bijdragen in de kosten. Deze verhouding kan afwijken van het bepaalde in artikel 8 tweede lid. Een afwijkende kostenverdeling dient te worden opgenomen in het huishoudelijk reglement.
III. Het bestuur
Artikel 53
1. Het bestuur wordt gevormd door een oneven aantal van één of meer bestuurders. Met inachtneming hiervan bepaalt de vergadering het aantal bestuurders.
Indien het bestuur uit meer bestuurders bestaat benoemt het uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester.
Heijmans wordt voor de eerste maal tot en met de eerste vergadering tot bestuurder en voorzitter benoemd.
Op de agenda van de eerste vergadering van eigenaars dient de benoeming van het bestuur en voorzitter als agendapunten te worden opgenomen.
2. Het bestuur dient naam en adresgegevens van de bestuurders te laten registreren in de kadastrale registers.
3. De bestuurders worden door de vergadering voor onbepaalde tijd benoemd en zij kunnen te allen tijde door de vergadering worden geschorst en ontslagen.
Bij belet of ontstentenis van een bestuurder kan de vergadering in diens vervanging voorzien.
4. Het bestuur is belast met het bestuur van de vereniging, met inachtneming van het bepaalde in het reglement. Onder dit bestuur is begrepen het beheer van de middelen van de vereniging, met inachtneming van het bepaalde in artikel 43. De vergadering kan nadere regels met betrekking tot dit beheer vaststellen.
5. Het bestuur behoeft de machtiging van de vergadering voor het instellen van en berusten in rechtsvorderingen of verzoekschriftprocedures, het aangaan van vaststellingsovereenkomsten, alsmede voor het verrichten van rechtshandelingen en het geven van kwijtingen een belang van een nader door de vergadering vast te stellen bedrag te boven gaande.
Het bestuur behoeft geen machtiging om in een geding verweer te voeren, voor het nemen van conservatoire maatregelen en voor het voeren van incassoprocedures.
6. Voorzover het nemen van spoedeisende maatregelen noodzakelijk is, is het bestuur hiertoe zonder opdracht van de vergadering bevoegd, met dien verstande dat het voor het aangaan van verbintenissen een belang van een nader door de vergadering vast te stellen bedrag te boven gaande de machtiging nodig heeft van de voorzitter.
7. Het bestuur vergadert tenminste vier maal per jaar en voorts zo dikwijls een bestuurder dat wenst.
8. Indien het bestuur uit meer bestuurders bestaat geldt het volgende:
a. de oproepingstermijn voor een bestuursvergadering bedraagt tenminste vijf dagen;
b. in de bestuursvergaderingen komt aan elke bestuurder één stem toe;
c. het bestuur kan slechts geldige besluiten nemen met volstrekte meerderheid van stemmen in een vergadering waarin de meerderheid van de bestuurders aanwezig of schriftelijk vertegenwoordigd is; de tweede zin van artikel 50 eerste lid is van toepassing;
d. in afwijking in zoverre van het onder c. bepaalde is de aanwezigheid van alle bestuurders vereist als de oproeping voor de vergadering niet of op te korte termijn heeft plaatsgevonden;
e. het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten, mits alle bestuurders schriftelijk, per fax of e-mail, instemmen met het besluit.
9. Een bestuurder kan zijn stemrecht niet uitoefenen bij het nemen van besluiten waarbij aan hem, zijn echtgenoot, geregistreerd partner of bloedverwanten in de rechte lijn, anders dan in hun hoedanigheid van eigenaar, of aan vennootschappen waarin hij, zijn echtgenoot, geregistreerd partner of bloedverwanten in de rechte lijn direct of indirect een meerderheidsbelang hebben, rechten worden toegekend of verplichtingen worden kwijtgescholden.
10. Van het in de bestuursvergadering behandelde worden notulen gemaakt. Artikel 54
1. Het bestuur legt een register aan van eigenaars en gebruikers.
2. In alle gevallen waarin een eigenaar voor de oproeping van de overige eigenaars en overige stemgerechtigden in een juridische procedure de namen en adressen van de overige eigenaars en stemgerechtigden verzoekt, worden hem deze door het bestuur kosteloos en onverwijld ter beschikking gesteld.
3. Na kennisgeving als bedoeld in artikel 40 derde lid en na ontvangst van de verklaring als bedoeld in artikel 35 eerste lid wordt het register door het bestuur bijgewerkt.
4. Het bestuur is verplicht zo spoedig mogelijk een opgave te doen indien een notaris daartoe op grond van artikel 5: 122 vijfde lid van het Burgerlijk Wetboek een verzoek indient.
Artikel 55
De boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging moeten tot de opheffing van de splitsing worden bewaard door het bestuur.
Artikel 56
1. De vergadering kan besluiten de administratie – waaronder dient te worden verstaan het ontvangen en (doen) incasseren van alle betalingen en het doen van alle uitgaven, het voeren van de boekhouding in de meest uitgebreide zin en het verstrekken van de nodige specificaties en opgaven aan eigenaars, notarissen en het bestuur – op te dragen aan een door haar aan te wijzen beheerder en onder de voorwaarden als door haar met die beheerder zullen worden overeengekomen.
2. De vergadering kan besluiten het technisch en/of bouwkundig beheer op te dragen aan een door haar aan te wijzen technisch en/of bouwkundig beheerder en onder de voorwaarden als door haar met die beheerder zullen worden overeengekomen.
IV. Raad van commissarissen en commissies
Artikel 57
1. De vergadering is bevoegd een raad van commissarissen in te stellen, in welk geval het volgende geldt.
2. De raad van commissarissen wordt gevormd door één of meer commissarissen. De vergadering bepaalt het aantal commissarissen.
Indien de raad uit meer commissarissen bestaat benoemt hij uit zijn midden een voorzitter en een secretaris.
3. De commissarissen worden door de vergadering voor onbepaalde tijd benoemd en zij kunnen te allen tijde door de vergadering worden geschorst en ontslagen.
Bij belet of ontstentenis van een commissaris kan de vergadering in diens vervanging voorzien.
4. Een commissaris behoeft geen eigenaar te zijn.
Het lidmaatschap van de raad van commissarissen is niet verenigbaar met de functie van bestuurder, van voorzitter van de vergadering of van lid van een commissie van de vereniging.
5. De raad van commissarissen oefent, onverminderd het in het huishoudelijk reglement omtrent de bevoegdheden, taken en werkwijze van de raad bepaalde, toezicht uit op het beleid van het bestuur en op de algemene gang van zaken in de vereniging.
Voorts adviseert de raad van commissarissen het bestuur en de vergadering zo dikwijls dit wordt verlangd of de raad dit wenselijk oordeelt.
6. Het bestuur verschaft aan de raad van commissarissen alle door hem gewenste inlichtingen en verleent hem desgewenst inzage in alle boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging.
7. De raad van commissarissen vergadert tenminste twee maal per jaar en voorts zo dikwijls de voorzitter of een ander lid van de raad van commissarissen dat wenst. De raad van commissarissen kan het bestuur oproepen in zijn vergadering aanwezig te zijn.
8. Indien de raad uit meer commissarissen bestaat geldt het volgende:
a. de oproepingstermijn voor een vergadering van de raad bedraagt tenminste vijf dagen;
b. in de vergaderingen van de raad komt aan elke commissaris één stem toe;
x. xx xxxx kan slechts geldige besluiten nemen met volstrekte meerderheid van stemmen in een vergadering waarin de meerderheid van de commissarissen aanwezig of schriftelijk vertegenwoordigd is; de tweede zin van artikel 50 eerste lid is van toepassing;
d. in afwijking in zoverre van het onder c. bepaalde is de aanwezigheid van alle commissarissen vereist als de oproeping voor de vergadering niet of op te korte termijn heeft plaatsgevonden;
x. xx xxxx van commissarissen kan ook buiten vergadering besluiten, mits alle commissarissen schriftelijk, per fax of e-mail, instemmen met het besluit.
9. Van het in de vergadering van de raad van commissarissen behandelde worden notulen gemaakt.
Artikel 58
1. De vergadering is bevoegd commissies in te stellen, onder vaststelling van hun taakomschrijving.
2. Ontbreekt een raad van commissarissen, dan benoemt de vergadering jaarlijks een kascommissie, bestaande uit tenminste twee leden. Het lidmaatschap van de commissie is niet verenigbaar met de functie van bestuurder en die van voorzitter van de vergadering.
De leden van de kascommissie onderzoeken de jaarrekening en brengen aan de vergadering verslag van hun bevindingen uit. Het bestuur is verplicht de commissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, en haar de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging voor raadpleging ter beschikking te stellen.
N. Huishoudelijk Reglement
Artikel 59
1. De vergadering kan een huishoudelijk reglement vaststellen ter regeling van de volgende onderwerpen:
a. het gebruik, het beheer en het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken;
b. het gebruik, het beheer en het onderhoud van privé gedeelten;
c. de orde van de vergadering;
d. de instructie aan het bestuur;
e. de werkwijze, de taak en de bevoegdheid van de raad van commissarissen en commissies;
f. het behandelen van klachten;
g. regels ter voorkoming van onredelijke hinder;
h. een afwijkende kostenverdeling als bedoeld in artikel 52 negende lid;
i. al hetgeen overigens naar het oordeel van de vergadering regeling behoeft, alles voor zover dit niet reeds in het reglement is geregeld.
2. De regels als bedoeld in artikel 5:128 van het Burgerlijk Wetboek moeten in het huishoudelijk reglement worden opgenomen en daarvan deel uitmaken.
3. Bepalingen in het huishoudelijk reglement die in strijd zijn met de wet of het reglement worden voor niet geschreven gehouden.
4. Het huishoudelijk reglement kan door de vergadering slechts worden vastgesteld, gewijzigd en aangevuld bij een besluit genomen met een meerderheid als bedoeld in artikel 52 vijfde lid.
Kan op grond van het in de vorige zin bepaalde geen geldig besluit worden genomen, dan zal een nieuwe vergadering worden uitgeschreven. Artikel 52 zesde lid is van overeenkomstige toepassing.
5. Het in het vorige lid bepaalde is van overeenkomstige toepassing op een besluit tot verlening van ontheffing van het in het huishoudelijk reglement bepaalde.
6. Het bestuur is verplicht het huishoudelijk reglement en de wijzigingen daarvan te publiceren in de openbare registers.
O. Wijziging van de akte
Artikel 60
1. Wijziging van de akte kan uitsluitend geschieden met medewerking van alle eigenaars. Indien een of meer eigenaars niet wensen mee te werken aan een beoogde wijziging, kan hun medewerking worden vervangen door een rechterlijke machtiging op de wijze en onder de voorwaarden als is vermeld in artikel 5:140 van het Burgerlijk Wetboek.
2. In afwijking van het in het eerste lid bepaalde kan een wijziging van de akte ook plaats vinden door het bestuur, mits dit geschiedt krachtens een vergaderingsbesluit dat is genomen met een meerderheid van tenminste vier/vijfde van het totaal aantal stemmen dat door de eigenaars kan worden uitgebracht.
3. In de oproeping tot de in het tweede lid bedoelde vergadering moet worden vermeld dat tijdens die vergadering een wijziging van de akte zal worden voorgesteld, terwijl de tekst en/of de tekening van de voorgestelde wijziging bij de oproeping dient te worden gevoegd.
4. Het bepaalde in het derde lid van artikel 50 is op zo’n besluit niet van toepassing.
5. Een eigenaar die niet voor een besluit tot wijziging van de akte heeft gestemd kan overeenkomstig het bepaalde in artikel 5:140a van het Burgerlijk Wetboek vernietiging van het besluit bij de rechter vorderen.
6. De bevoegdheid om vernietiging te vorderen verjaart door verloop van drie maanden, welke termijn begint met de aanvang van de dag, volgende op die waarop het besluit door de vergadering is genomen.
7. Een wijziging van de akte behoeft de toestemming van hen die een beperkt recht op een appartementsrecht hebben, van hen die daarop beslag hebben gelegd (tenzij het uitsluitend een wijziging van het reglement betreft), alsmede, indien een recht van erfpacht of van opstal in de splitsing is betrokken, van de grondeigenaar. Ook is toestemming nodig van de gerechtigden tot een erfdienstbaarheid, indien hun recht door de wijziging wordt verkort.
8. Een wijziging van de akte kan uitsluitend geschieden bij een daartoe opgemaakte notariële akte. Indien de wijziging is gebaseerd op een vergaderingsbesluit als bedoeld in het tweede lid, kan de notariële akte niet worden gepasseerd voordat vaststaat dat dit besluit niet door de rechter kan worden vernietigd.
P. Opheffing van de splitsing en ontbinding van de vereniging
Artikel 61
Opheffing van de splitsing door de eigenaars en ontbinding van de vereniging kan uitsluitend geschieden bij notariële akte met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 5:139 en volgende van het Burgerlijk Wetboek.
Q. Geschillenbeslechting
Artikel 62
Geschillen tussen een of meer eigenaars onderling of tussen een of meer eigenaars en de vereniging kunnen krachtens gezamenlijke keuze van de betrokkenen bij het geschil aan een of meer deskundigen worden voorgelegd ter beslechting bij wege van arbitrage of bindend advies dan wel tot bemiddeling door mediation.
R. Slotbepaling
Artikel 63
Al het vorenstaande geldt voor zover bij de akte niet anders is bepaald.
Overgangsbepalingen
1. De vergadering van eigenaars en het bestuur, voor zover aan haar het beheer van de gemeenschappelijke ruimten en van de gemeenschappelijke zaken is opgedragen, kunnen geen beslissingen nemen of overeenkomsten aangaan, waaruit verplichtingen voortvloeien, die zich uitstrekken over een langere periode dan een jaar na de algemene oplevering van het gebouw, behoudens het hierna bepaalde. De bedoelde overeenkomsten zullen wel mogen worden aangegaan in die gevallen, waarin bedoelde verplichtingen noodzakelijkerwijze voor een langere periode moeten gelden, dan wel tenminste twee/derde van de appartementsrechten aan derden is overgedragen.
Onder de in dit artikel bedoelde noodzakelijke overeenkomsten van langer dan één jaar worden begrepen:
- de opstal-/wettelijke aansprakelijkheidsverzekering;
- de vorenbedoelde overeenkomst met een (administratief) beheerder.
2. Elke eerste eigenaar van een appartementsrecht dient in de akte van levering van het betreffende appartementsrecht onherroepelijk volmacht (met de macht van substitutie) te verlenen aan het bestuur tot:
a. het vestigen of doen vestigen van al zodanige erfdienstbaarheden en/of kwalitatieve verplichtingen ten behoeve en ten laste van de appartementsrechten en/of het gebouw, als vereist door de gemeente, casu quo andere publiekrechtelijke organen en/of nutsbedrijven, dan wel voortvloeiende uit het gebruik en de feitelijke situatie; en
b. het zonodig wijzigen en/of aanvullen van de splitsingsakte en tekening, teneinde deze akte aan te passen aan de feitelijke situatie.
Van het voornemen tot gebruikmaking van de afgegeven volmacht zal door het bestuur schriftelijk aan de eigenaars moeten worden kennis gegeven onder mededeling van hetgeen zal geschieden.
Indien door het bestuur niet binnen twee jaar na oplevering van het gebouw aan alle eigenaars kennis is gegeven, dat van de door hen afgegeven volmacht gebruik zal worden gemaakt, zal geen gebruik (meer) mogen worden gemaakt van de afgegeven volmachten.
3. Door elke eerste eigenaar van een woning, parkeerplaats en stallingplaatsen in de fietsenberging (te zamen), dient bij de passering van de notariële akte van levering
een eenmalige storting ten bedrage van: driehonderd euro (€ 300,00) en door elke eerste eigenaar van een vrije parkeerplaats (de indexnummers: 79 en 80) een eenmalige storting ten bedrage van: ZESTIG EURO (€ 60,00) als depot-storting in de kas van voornoemde Vereniging van Eigenaars te worden gestort, zulks ter dekking van de start-kosten der vereniging, waaronder de verplichte vooruitbetaling van de jaarlijkse verschuldigde verzekeringspremie van de opstalverzekering en wettelijke aansprakelijkheidsverzekering voor het eerste jaar.
4. De vergadering van eigenaars en het bestuur, voor zover aan haar het beheer van de gemeenschappelijke ruimten en van de gemeenschappelijke zaken is opgedragen, kunnen, gedurende de periode dat Heijmans nog gerechtigde is tot een van de appartementsrechten van het onderhavige complex, de vastgestelde servicekosten niet verhogen.
VESTIGING ERFDIENSTBAARHEID
De comparant, handelend als gemeld, verklaart nog het navolgende:
Onder de opschortende voorwaarde van de levering van (de eerste van) de individuele appartementsrechten wordt bij deze gevestigd de volgende erfdienstbaarheid.
Ten behoeve van het appartementencomplex, kadastraal bekend gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN sectie C nummers 2296 en 2297 en ten laste van de aan de gemeente Beverwijk in eigendom toebehorende omliggende grond en water, deel uitmakende van de kadastrale percelen gemeente WIJK AAN ZEE EN DUIN, sectie C nummers 2306 en 2298 een recht tot het hebben en mogen (onder)houden van een overbouw boven de openbare grond casu quo het water zulks conform de door de gemeente Beverwijk goedgekeurde bouwtekeningen van het onderhavige bouwplan, alsmede een recht tot het mogen onderhouden van de gevels en ramen van het te stichten appartementencomplex.
VERGUNNING
De krachtens artikel 33 van de woningwet vereiste vergunning tot het splitsen in appartementsrechten van het onderhavige registergoed is niet vereist.
VOLMACHTVERLENING
Blijkende van voormelde volmachtverlening door de bestuurders van GEM Xxxxxxxxxxx Xxxxxx B.V. uit één onderhandse akte van volmacht, die aan deze akte is gehecht.
WOONPLAATSKEUZE
Ter uitvoering van deze akte wordt woonplaats gekozen ten kantore van de bewaarder van deze akte.
WAARVAN AKTE is verleden te Beverwijk, op de datum in het hoofd van deze akte vermeld.
De comparant is mij, notaris, bekend.
De inhoud van de akte is aan hem opgegeven en toegelicht.
De comparant heeft verklaard op volledige voorlezing van de akte geen prijs te stellen, tijdig voor het verlijden van de inhoud van de akte te hebben kennis genomen en met de inhoud in te stemmen.
Daarna is de akte beperkt voorgelezen en onmiddellijk door de comparant en mij, notaris, ondertekend, om twaalf uur tien minuten.
(Volgt ondertekening)
UITGEGEVEN VOOR AFSCHRIFT
w.g. E.A.E. Xxxxxxx-xxx Xxxx
Ondergetekende, xx. Xxxxxxxxx Xxxx Xxxxxx Xxxxxxx-xxx Xxxx, notaris gevestigd te Beverwijk, verklaart dat ten tijde van het verlijden van bovenstaande akte een vergunning als bedoeld in artikel 33 van de Huisvestingswet niet is vereist.
w.g. E.A.E. Xxxxxxx-xxx Xxxx
Ondergetekende, xx. Xxxxxxxxx Xxxx Xxxxxx Xxxxxxx-xxx Xxxx, notaris gevestigd te Beverwijk, verklaart dat dit afschrift, samen met de tekening die in bewaring is genomen met depotnummer 20070601000089, inhoudelijk een volledige en juiste weergave is van de inhoud van het stuk waarvan het een afschrift is.
Blad 43 van 43
Verklaring:
Het voorgaande stuk is ingeschreven ten kantore van de Dienst voor het Kadaster en de Openbare Registers op 11-06-2007 om
14:47 in register Onroerende Zaken Hyp4 in deel 52439 nummer 137. Een elektronisch document met voornoemde inhoud was gewaarmerkt met een digitale handtekening, die blijkens bijbehorend certificaat van DigiNotar Qualified CA met nummer x00E6AA7028805233CE30ACF9CB0DB04F63 toebehoort aan Boer den Xxxxxxxxx Xxxx Xxxxxx e/x Xxxxxxx.
Onder gelijk deel nummer werden de volgende analoge bijlage(n) mee ingeschreven: 20070601000089.
Naam bewaarder: Xx. X. Xxxxxxx.
Onroerende Zaken Hyp4 : 52439/137 11-06-2007 14:47