Contract
Bijlage – Modelovereenkomst voor gebruiksvoorwaarden van een CPO Algemene Handels- en Gebruiksvoorwaarden voor het betrekken van stroom en het gebruik
van laadstations
1 Onderwerp van de overeenkomst
1.1 De hiernavolgende bepalingen regelen de voorwaarden van de Stroomleverings- en Gebruiksovereenkomst, waarmee de bestuurder van een e-voertuig (hierna: klant) gerechtigd is een laadstation van de laadstation-beheerder (hierna: beheerder) ofwel (i) na voorafgaande toekenning van rechten door de beheerder en registratie van de klant (meer hierover onder artikel 2) ofwel (ii) in het kader van het ad hoc laden (meer hierover onder artikel 3) te gebruiken met het doel om tegen betaling elektriciteit te onttrekken en tegelijkertijd te parkeren (hierna: gebruik).
1.2 De beheerder maakt, ter ondersteuning van het beheer en exploitatie van zijn laadstations en voor de afrekening van de laadprocedures gebruik van de diensten van reev GmbH, Xxxxxxxxxx 0, 00000 Xxxxxxx (hierna: reev). De Stroomleverings- en Gebruiksovereenkomst over het gebruik komt echter tot stand tussen de beheerder en de klant.
2 Laadprocedures via "laadsleutel"
2.1 Verstrekken van rechten
De beheerder verstrekt een door hem bepaalde kring van personen, waarmee hij reeds een overeenkomst heeft (arbeidsovereenkomst of servicecontract) het "recht" (hierna: laadsleutel) om gebruik te mogen maken van het laden aan zijn laadstations. Voor de toegang tot de gepersonaliseerde laadsleutel dient de klant een kosteloos gebruikersaccount aan te maken via de app van reev. In het kader van de registratieprocedure dient de klant uitdrukkelijk akkoord te gaan met deze Algemene Handels- en Gebruiksvoorwaarden.
2.2 Start van de laadprocedure
Om de laadprocedure te kunnen starten, is het noodzakelijk dat de klant zich met behulp van de contactloze laadsleutel identificeert. Na succesvolle identificatie worden aan de klant de prijzen en de verdere bepalingen van de beheerder in de reev-app getoond en worden de sluitkappen van het aansluitpaneel ontgrendeld om een verbinding tussen elektrovoertuig en laadpunt door middel van de laadkabel mogelijk te maken. De laadprocedure wordt door herhaalde identificatie van de klant aan het laadstation beëindigd.
2.3 Afrekening van de laadprocedure
Een overzicht van de uitgevoerde laadprocedures kan te allen tijde in de reev-app worden ingezien. De afrekening van de door middel van de laadsleutel gegenereerde laadprocedures geschieden maandelijks door reev (of een door hem in de arm genomen betalingsdienstverlener) via het door de klant in de app vastgelegde toegelaten betaalmiddel.
2.4 Aansprakelijkheid bij misbruik van de laadsleutel
(a) De klant is ervoor verantwoordelijk om alle noodzakelijke veiligheidsmaatregelen te nemen om een veilige bewaring en gebruik van zijn toegangsgegevens tot de reev-app en daarmee tot zijn laadsleutel te garanderen.
(b) Verlies van toegangsgegevens en/of misbruik van de laadsleutel dient de klant direct aan de beheerder mede te delen. De klant is aansprakelijk voor alle transacties die via zijn gebruikersaccount en laadsleutel worden verricht.
2.5 Intrekking van de rechten
(a) Indien niets anders tussen beheerder en klant is overeengekomen, kan de beheerder te allen tijde eenzijdig het recht op gebruik van de laadsleutel intrekken.
(b) De verstrekte rechten kunnen te allen tijde door de klant worden ingetrokken door middel van het verwijderen van het gebruikersaccount.
3 Laadprocedures via de ad hoc functie
3.1 Identificatie van het laadstation
Klanten die geen rechten conform artikel 2.1 hebben van de beheerder, hebben de mogelijkheid de laadstations te gebruiken door middel van een zogenaamde ad hoc toegang. Na succesvolle identificatie van het laadstation via xxxxx://xxxx.xxx/ worden aan de klant de prijzen, de naam van de beheerder en andere belangrijke informatie getoond.
3.2 Invoeren van gegevens en totstandkoming van de overeenkomst
De klant dient zijn e-mailadres, zijn factuuradres en een geldig betaalmiddel te verstrekken. Door middel van het aanraken van de knop "laadprocedures tegen betaling nu starten" accepteert de klant de voorliggende Algemene Handels- en Gebruiksvoorwaarden en wordt een Laad- en Gebruiksovereenkomst aangeboden. Door het ontgrendelen van de sluitkappen wordt het aanbod geaccepteerd en kan de laadprocedure worden gestart.
3.3 Afrekening van de ad hoc laadprocedure
Het afrekenen van de ad hoc laadprocedures wordt door reev (of een door reev in de arm genomen betalingsdienstverlener) afgewikkeld en geschiedt door middel van de vastgelegde creditcard. De klant ontvangt na beëindiging van de laadprocedure per e-mail een rekening.
4 Plichten van de klant
4.1 Uitvoering van de laadprocedure en gebruik van de parkeerplaats
De klant dient voor het uitvoeren van de laadprocedure de hiervoor gereserveerde parkeerplaats te gebruiken en dient deze na beëindiging van de laadprocedure weer te verlaten. Voor het gebruik van de parkeerplaats is aanmelding via het laadstation verplicht. Het gebruik van de parkeerplaats voor andere doeleinden, met name om uitsluitend te parkeren, is niet toegestaan.
4.2 Maximale gebruiksduur
(a) Het gebruik van het laadstation is slechts toegestaan voor de aangegeven maximale gebruiksduur. De maximale gebruiksduur kan variëren en wordt aan de klant op gepaste wijze medegedeeld. Indien niets anders is aangegeven bedraagt deze [24] uur. De geldigheid van eventuele openingstijden (parkeergarages e.d.) blijft hierdoor onverlet.
(b) In geval van overtreding van artikel 4.1 of 4.2 heeft de beheerder het recht het voertuig op kosten van de klant te verwijderen of door een derde te laten verwijderen. De hiervoor gemaakte kosten worden aan de klant in rekening gebracht. Het recht van de beheerder om verdere vorderingen op schadevergoeding geldend te maken blijft onverlet.
4.3 Bediening van de laadstations volgens voorschrift
(a) Het gebruik van het laadstation dient volgens voorschrift en met inachtneming van de nodige zorgvuldigheid te geschieden. De beheerder heeft het recht te allen tijde wijzigingen aan de technische specificaties en de bedienings- en functioneringswijze van de laadstations aan te brengen.
(b) De klant dient zich voor het gebruik van het laadstation te informeren over het juiste gebruik en het laadstation te controleren op uiterlijke onvolkomenheden. Bij zichtbare schade van welke aard dan ook aan de behuizing, de beschermkappen en aansluitingen, bij foutief functioneren van het laadstation of tekenen van vandalisme mag het gebruik van het laadstation niet worden begonnen of voortgezet. De beheerder verzoekt de klant om vastgestelde gebreken te melden via het [op de laadzuil] vermeldde servicenummer.
(c) Er mogen alleen goedgekeurde elektrovoertuigen worden aangesloten die zijn toegelaten voor de beoogde laadspanningen.
(d) Het gebruik van de volgende zaken is uitdrukkelijk, maar niet uitsluitend verboden:
• In eigen productie gefabriceerde of veranderde laadkabels;
• Adapters die de voertuigkoppeling met de voertuigstekker verbinden. Dit geldt met name ook voor het gebruik van adapters aan (gelijkstroom-) snellaadstations met vast geïnstalleerde laadkabel;
• Verlengsnoeren of meervoudige stopcontacten.
4.4 Eisen aan de laadkabel
(a) De klant dient er zorg voor te dragen dat de laadkabel – voor zover deze niet als vast onderdeel aan het laadstation is verbonden – voldoet aan de voor het laadpunt en de laadprocedure vereiste technische voorwaarden.
De laadkabel moet aan de zijde van de laadinfrastructuur beschikken over een type 2 stekker (IEC 62196-2 type 2) en aan de zijde van het voertuig over de betreffende voertuig- specifieke stekker, alsmede de communicatie tussen het laadstation en het aangesloten voertuig (laadmodus: ⚫ / IEC61851-1 ⚫) kunnen garanderen. Bij snellaadstations moet het elektrovoertuig aan de zijde van het voertuig over een CCS-stekker (Combined Charging System / ICE 62196) beschikken. Tijdens het uitvoeren van de laadprocedures en voor de duur van de gehele laadprocedure moet de laadkabel vast met het laadstation en met het elektrovoertuig vergrendeld zijn. De ontgrendeling dient door de klant actief op het voertuig plaats te vinden.
(b) Voor begin van de laadprocedure dient de klant de laadkabel te controleren op uiterlijk zichtbare beschadigingen. Met name indien beschadigingen zoals: knikken, scheuren, blootgelegde plekken, verbogen of gecorrodeerde contacten van de stekker worden vastgesteld, mag de laadkabel niet meer worden gebruikt. Voor het overige dienen de betreffende voorschriften van de producent in acht te worden genomen.
(c) Er mogen uitsluitend gecontroleerde en toegelaten kabels en stekkers worden gebruikt die voldoen aan de algemeen gangbare regels van de techniek. De beheerder behoudt zich het recht voor laadkabels en laaduitrusting die niet voldoen aan de bepalingen en voorschriften en die een gevaar vormen voor gebruik of een aanzienlijk gevaar vormen voor derden van het laadpunt te verwijderen.
5 Aansprakelijkheid
5.1 Geen aansprakelijkheid voor de beschikbaarheid van laadstations en de beschikbaarstelling van stroom
De beheerder is niet aansprakelijk voor de beschikbaarheid van het laadstation. Hij is bovendien niet verplicht tot een beschikbaarstelling van elektrische energie. Dit is met name het geval indien een buitenbedrijfstelling van de laadstations om technische redenen noodzakelijk is of bij onderbreking of onregelmatigheden in de aanvoer van stroom van het laadstation.
5.2 Geen aansprakelijkheid voor laadkabel van de klant en onjuist gebruik van het laadstation.
De beheerder is niet aansprakelijk voor de bediening van het laadstation of voor de toestand van de laadkabel van de klant die wordt gebruikt voor de laadprocedure. Indien de klant door foutief gebruik van het laadstation of door het gebruik van een foutieve, defecte of onjuist type laadkabel de inzet van een storingsdienst of de reparatie van een laadstation noodzakelijk maakt, dan dient de klant de hierdoor ontstane kosten te vergoeden, indien de inzet van de storingsdienst en/of de
reparatie aan de klant te wijten is. Indien de klant een foutief, defect of onjuist type laadkabel gebruikt en hierdoor wordt de inzet van een storingsdienst van de beheerder noodzakelijk dan dient de klant de kosten voor deze inzet te dragen naar daadwerkelijke inzet. Het recht van de beheerder om verdere vorderingen op schadevergoeding geldend te maken blijft onverlet.
5.3 Uitsluiting aansprakelijkheid
(a) Met uitzondering van de aansprakelijkheid op grond van letsel aan leven, lichaam en gezondheid en in gevallen van opzet of grove nalatigheid is de aansprakelijkheid van de beheerder, ook voor zijn medewerkers of onderaannemers beperkt of uitgesloten zoals hierna volgend bepaald.
(b) In gevallen van onachtzaamheid is de beheerder slechts aansprakelijk bij schending van wezenlijke bepalingen uit de overeenkomst (wezenlijke bepalingen zijn bepalingen die de uitvoering van de overeenkomst kenmerken en waarop de klant mag vertrouwen). De aansprakelijkheid is in dit geval echter beperkt tot bij totstandkoming van de overeenkomst voorzienbare typische schade.
5.4 Vrijstelling van de aansprakelijkheid van de beheerder
Komt het door verwijtbaar gedrag van de klant tot schade voor derden dan is de klant ertoe verplicht de beheerder van alle aansprakelijkheid door derden vrij te stellen.
6 Herroeping
6.1 Herroepingsrecht
De klant heeft het recht om binnen 14 dagen zonder opgaaf van redenen te herroepen. Deze herroepingstermijn bedraagt 14 dagen vanaf de dag van afsluiting van de overeenkomst. Om het herroepingsrecht uit te oefenen moet de klant de beheerder door middel van een eenduidige schriftelijke verklaring informeren over zijn beslissing deze overeenkomst te herroepen. Voor behoud van de herroepingstermijn is het voldoende dat de mededeling over de uitoefening van het herroepingsrecht voor afloop van de herroeping wordt verstuurd.
6.2 Gevolgen van de herroeping
Indien de overeenkomst door de klant wordt herroepen dan dient de beheerder alle betalingen die hij van de klant heeft ontvangen zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen veertien dagen vanaf de dag dat de mededeling over de herroeping van de overeenkomst bij de beheerder is ontvangen, terug te betalen. Voor terugbetaling wordt hetzelfde betaalmiddel gebruikt dat werd ingezet voor de transactie tenzij iets anders is overeengekomen. Voor de terugbetaling wordt aan de klant geen vergoeding in rekening gebracht.
Hier staat tegenover dat de klant een tegemoetkoming dient te betalen voor de waardevermindering van de reeds afgenomen stroom en de nog voorhanden stroom weer terug dient te leveren.
7 Slotbepalingen
7.1 Verandering van de gebruiksvoorwaarden
De beheerder behoudt zich het recht voor om deze Algemene Handels- en Gebruiksvoorwaarden van tijd tot tijd aan te passen aan de technische en juridische ontwikkelingen. De beheerder zal de klant hierover schriftelijk informeren.
7.2 Scheidbaarheidsclausule
Indien enkele bepalingen van deze Algemene Handels- en Gebruiksvoorwaarden ongeldig zijn of worden of om feitelijke of juridische redenen niet kunnen worden uitgevoerd zonder dat daarmee de instandhouding van deze Algemene Handels- en Gebruiksvoorwaarden voor een van de partijen in zijn totaliteit onredelijk wordt, worden daardoor de overige bepalingen van deze Algemene Handels- en Gebruiksvoorwaarden niet aangetast. Ditzelfde geldt indien zich een leemte in de regelgeving voordoet. In plaats van de ongeldige en onuitvoerbare bepalingen dient een bepaling te worden overeengekomen die het door de partners van de overeenkomst nagestreefde doel economisch het beste benadert.
7.3 Toepasbaar recht
Deze Algemene Handels- en Gebruiksvoorwaarden, met uitzondering van het conflictenrecht, zijn onderworpen aan het recht van de Bondsrepubliek Duitsland.
De beheerder is niet bereid en verplicht om deel te nemen aan een geschillenprocedure van een consumentenorganisatie.
7.4 Bevoegde rechtbank
Indien de klant geen consument is in de zin van § 13 BGB (Bürgerliches Gesetzbuch, Duits Burgerlijk Wetboek) dan is de bevoegde rechtbank voor alle geschillen die voortkomen uit of verband houden met deze Algemene Handels- en Gebruiksvoorwaarden de standplaats van de beheerder.