Obligatie-reglement Roeivereniging Rijnland
Obligatie-reglement Roeivereniging Rijnland
Artikel 1: Definities
1. Obligatie: een waardepapier (schuldbewijs) voor de lening die de Roeivereniging Rijnland is aangegaan. De koper van de obligatie ontvangt van de uitgever een rentevergoeding.
2. Vereniging: Roeivereniging Rijnland, ingeschreven in het handelsregister onder nummer: 40445888.
3. Koper: hij/zij die een obligatie koopt van de vereniging en daarmee een lening verstrekt aan de vereniging.
4. Het bestuur: het bestuur van de Roeivereniging Rijnland
5. Obligatieregister: het register als bedoeld in artikel 6
6. Coördinator: een lid van de vereniging die door het bestuur is belast met het coördineren van de obligatielening; bij het inwerkingtreding van dit reglement is in deze functie benoemd Xxxxx Xxxxxx.
Artikel 2: Doel uitgifte obligatielening
1. De obligatielening wordt uitgegeven met het doel de verbouwing van de aan de RV Rijnland door de Stichting Watersport de Vliet verhuurde roeiaccommodatie aan de Oostvlietweg 63 te Leidschendam mogelijk te maken.
2. Het streven is een opbrengst van minimaal € 215.000,-, en maximaal € 340.000,- te realiseren.
Artikel 3: Obligaties
1. De obligaties zijn op naam en voorzien van een doorlopende nummering.
2. De nominale waarde van de obligaties bedraagt € 1.000,-.
3. Het bestuur bepaalt het aantal uit te geven obligaties.
4. De obligatielening heeft een looptijd van 10 jaar, gerekend vanaf de datum van uitgifte, derhalve van 1 juli 2019 tot 1 juli 2029
Artikel 4: Inschrijving en toewijzing
1. Inschrijving staat open voor leden en donateurs van de vereniging. Voorts is inschrijving mogelijk door rechtspersonen waarover een lid respectievelijk donateur volledige zeggenschap heeft. Andere rechtspersonen kunnen alleen deelnemen na schriftelijke goedkeuring door het bestuur.
2. De eerste inschrijving vindt plaats door het invullen van een deelnameformulier door de belangstellende, en deze in te leveren bij de coördinator. De coördinator stuurt de inschrijver een ontvangstbevestiging.
1. Het is toegestaan voor meerdere obligaties in te schrijven, er wordt geen maximaal aantal per persoon vastgesteld.
2. De eerste inschrijvingsperiode loopt tot 1 mei 2019. Toewijzing zal plaatsvinden op basis van ontvangen deelnameformulieren en de daarbij kenbaar gemaakte aantallen obligaties waarop is ingeschreven.
3. Toewijzing van de obligaties zal plaatsvinden door het bestuur.
4. Indien de inschrijving niet toereikend is om het minimaal gewenste eindbedrag van € te
realiseren, zal het bestuur zich beraden op andere stappen, of door uitgifte van een additionele obligatielening of door het opnemen van een hoger krediet bij de bank.
5. Bij niet volledige inschrijving voor €340.000,- op de uiterste inschrijfdatum zal iedere inschrijving volledig worden toegewezen.
6. Bij overschrijving van het maximum streefbedrag van € 340.000,- zal iedere inschrijver ten minste één obligatie worden toegewezen. De verdere toewijzing van de obligaties zal vervolgens partieel en pro rata plaatsvinden.
7. Toewijzing zal zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen 14 dagen na sluiting van de inschrijvingsdatum geschieden onder notarieel toezicht.
8. Alle inschrijvers krijgen uiterlijk 1 juni 2019 (verzenddatum) schriftelijk bericht over het al dan niet toewijzen van de obligaties. Daarbij wordt opgave gedaan van het aantal obligaties dat is toegewezen alsmede wordt er opgave gedaan van het bankrekeningnummer en het bedrag dat de inschrijver dient vol te storten.
9. Volstorting dient voor 1 juli 2019 te geschieden, of gebeurt via automatische incasso, afhankelijk van opgegeven voorkeur op het inschrijvingsformulier.
Artikel 5: Registratie
1. Door de vereniging wordt een register bijgehouden van de uitgegeven obligaties. In het register zal per obligatie worden vermeld:
a. Het nummer van de obligatie;
b. Achternaam en geboortedatum van de obligatiehouder ;
c. Adres en woonplaats van de obligatiehouder;
d. Het bankrekeningnummer waarop de rente kan worden bijgeschreven;
e. De datum van volstorting van de obligatie(s);
f. Wijzigingen met betrekking tot de obligatie(s).
2. Het register zal worden beheerd door en zal berusten bij het bestuur.
3. Na ontvangst van betaling zal de obligatie worden ingeschreven in het obligatieregister. Iedere obligatiehouder kan zijn persoonlijke registratie op verzoek inzien.
4. Iedere obligatiehouder ontvangt bij uitgifte en daarna jaarlijks een uittreksel uit het register met daarop vermeld het aantal obligaties, de hoogte van de te vergoeden rente en de dat jaar bijgeschreven rente.
5. Het obligatieregister strekt tot volledig bewijs, met de mogelijkheid van tegenbewijs.
6. De obligatiehouder is verantwoordelijk voor de juistheid van diens inschrijving in het obligatieregister. Wijzigingen met betrekking tot adres, bankrekeningnummer of anderszins dienen schriftelijk aan het bestuur te worden doorgegeven.
7. De Kascommissie van de RV Rijnland zal jaarlijks het register, de aflossingen en de rentebetalingen controleren en van hun bevinden verslag uitbrengen op de Algemene Vergadering van de RV Rijnland.
Artikel 6: Rente
1. Op de obligatielening wordt aan de obligatiehouder jaarlijks een rente van 3% vergoed gedurende de looptijd van de obligatielening.
2. De rente wordt betaalbaar gesteld uiterlijk de laatste werkdag voor 1 juli van het lopend jaar. Voldoening van de rente zal plaatsvinden op de door de obligatiehouder kenbaar gemaakte bankrekening, welke wordt aangehouden bij een in Nederland gevestigde bank.
Artikel 7: Additionele uitgifte van obligaties
1. Het staat de vereniging vrij om obligaties die door onvoldoende eerste inschrijving niet kunnen worden toegewezen op een later tijdstip alsnog uit te geven. Het staat de vereniging vrij om obligaties die door onvoldoende inschrijving niet kunnen worden toegewezen op een later tijdstip alsnog uit te geven. Deze additionele uitgifte van obligaties door de vereniging mag niet eerder plaatsvinden dan eerst na 30 dagen na de eerste uitgifte en tegen minimaal de nominale waarde en zal de totale waarde van de obligatielening niet mogen overschrijden. In het geval dat de inschrijving op de additionele uitgifte het maximum
streefbedrag van de lening van € 340.000 overstijgt zal toewijzing partieel en pro rata plaatsvinden.
Artikel 8: Aflossing
1. Aflossingen op de obligaties zullen plaatsvinden vanaf 2020. Jaarlijks zal dan 10% van het totaal geleende bedrag worden afgelost.
2. De af te lossen obligaties worden in onderstaande volgorde bepaald:
a. Obligaties van een overleden obligatiehouder;
b. Obligaties van de leden die hun lidmaatschap hebben opgezegd;
c. De resterende obligaties, welke door loting zullen worden bepaald.
Waarbij aflossing als onder a gedurende het jaar mogelijk is. Aflossing als onder b en c vindt enkel in juli plaats. In het geval de aflossing van de obligaties van de leden die hun lidmaatschap hebben opgezegd, het beschikbare bedrag van 10% van het totaal geleende bedrag zou overschrijden, zullen deze obligaties door loting worden bepaald en zal er bijgevolg geen aflossing plaatsvinden van de onder c bedoelde obligaties. De niet afgeloste obligaties onder b bedoeld zullen het jaar daarop bij voorrang worden afgelost.
3. Obligatiehouders krijgen uiterlijk 20 juni schriftelijk bericht omtrent de aflossing.
4. Na aflossing van de betreffende obligatie(s), word(en) deze uit het register geschrapt.
Artikel 9: Overdracht
1. Obligaties kunnen eind van elk jaar, overgedragen worden aan geïnteresseerden, waarbij de vereniging eerste recht van aankoop / aflossing voor de nominale waarde van € 1.000,- heeft.
2. De obligaties zijn slechts overdraagbaar aan:
a. De vereniging;
b. Leden respectievelijk donateurs van de vereniging.
c. Rechtspersonen waarover een lid respectievelijk donateur volledige zeggenschap heeft.
d. Andere rechtspersonen, na schriftelijke goedkeuring door het bestuur.
3. Leden die obligaties wensen te kopen / over te nemen, melden dit uiterlijk 10 december. schriftelijk aan het bestuur onder vermelding van het gewenste aantal obligaties.
4. De overdracht vindt plaats door een door de overdragende obligatiehouder en de verkrijgende obligatiehouder uiterlijk 15 december op te maken onderhandse akte, gevolgd door uit- en inschrijving van de overdracht in het obligatieregister door het bestuur.
5. Overdracht behoeft goedkeuring van het bestuur.
6. De overdracht van eigendom zal per 1 juli plaats hebben.
Artikel 10: Uitloting
1. De wijze van uitloting van obligaties wordt bepaald door het bestuur. De loting vindt uiterlijk 15 juni plaats onder notarieel toezicht. Van de loting zal een proces verbaal worden opgemaakt. Een afschrift hiervan is voor de deelnemers ter inzage.
2. De terugbetaling op de uitgelote obligaties vindt plaats als omschreven in artikel 6.
3. Het bestuur houdt zich het recht voor om op enig moment een groter aantal obligaties af te lossen dan voormelde 10% van het maximumbedrag en daarmee meer obligaties uit te loten.
4. Obligaties, die 5 jaar na uitloting nog niet zijn aangeboden en waarvan de houder niet meer te achterhalen is, worden geacht te zijn kwijtgescholden.
5. De koop van de obligatie(s) is volledig voor eigen risico. De vereniging wijst iedere aansprakelijkheid van de hand.
Artikel 11: Overlijden – beëindiging lidmaatschap
1. In geval van overlijden van een obligatiehouder kunnen diens erfgenamen bij het bestuur van de vereniging schriftelijk een verzoek indienen tot vroegtijdige aflossing.
2. Het bestuur zal dit verzoek in willigen op de wijze als bedoeld in artikel 8. Het bestuur kan een verklaring van erfrecht c.q. verklaring van executele eisen.
3. In geval van beëindiging van het lidmaatschap, is het lid verplicht zijn obligaties ter aflossing aan te bieden aan de vereniging. Terugbetaling zal dan geschieden als bedoeld in artikel 6 en 8.
Artikel 12: Geen verrekening en opschorting
1. De vorderingen uit hoofde van de obligatielening zijn niet tussentijds opeisbaar.
2. Voorschotten op rente en aflossing worden niet tussentijds uitbetaald.
3. Een obligatiehouder is niet bevoegd eventuele al dan niet opeisbare vorderingen op de vereniging die verband houden met de door hem gehouden obligaties te verrekenen met eventuele schulden van de obligatiehouder aan de vereniging uit welke hoofde dan ook.
4. Een obligatiehouder is niet bevoegd tot opschorting van zijn verplichtingen onder deze voorwaarden, mocht de vereniging op enigerlei wijze in verzuim zijn jegens hem.
5. Obligatiehouders krijgen geen bijzondere rechten.
Artikel 13: Risico
1. Aan het kopen van obligaties zitten voor koper onder andere de volgende risico’s:
a. Ingeval de vereniging in staat van faillissement geraakt,
b. surseance van betaling aanvraagt,
c. of anderszins haar continuïteit bedreigd of beëindigd wordt,
lopen de obligatiehouders het risico dat het door hen middels de obligatie(s) uitgeleende geld niet meer afgelost kan worden cq dat de rente betaald kan worden door de vereniging.
2. De obligatiehouders kunnen het bestuur en/of individuele bestuursleden, al dan niet in privé, niet aanspreken tot betaling of nakoming van enige uit deze overeenkomst voortvloeiende verplichtingen.
3. De vereniging en de uitgifte van deze obligaties valt onder de Vrijstellingsregeling Wet Financieel Toezicht, derhalve heeft geen aanmelding bij AFM plaatsgevonden.
4. De vereniging staat niet onder toezicht van de Autoriteit Financiële Markten (AFM).
5. Kopers zijn middels dit reglement gewezen op de genoemde risico’s en gaan de koop van de obligatie(s) aan, en zijn zich bewust van deze en eventuele overige, niet genoemde, risico’s. De koop van de obligatie(s) is volledig voor eigen risico. De vereniging wijst iedere aansprakelijkheid van de hand.
Artikel 14. Overige bepalingen
1. Kennisgevingen aan de obligatiehouders kunnen, steeds ter keuze van het bestuur worden gedaan door middel van publicatie op de website van de vereniging, door ophanging op het publicatiebord danwel aan het email adres zoals vermeld in het obligatieregister.
2. De obligatiehouders dienen er rekening mee te houden dat in verband met hun verdere vermogenspositie hiervan mogelijk aangifte bij de belastingdienst moet worden gedaan.
3. De gegevens van de obligatiehouders zijn vertrouwelijk en zullen als zodanig door he bestuur worden behandeld.
4. Op dit reglement is Nederlands recht van toepassing. Eventuele geschillen zullen beslecht worden door de daartoe bevoegde rechter te Den Haag.
Het Bestuur
Voor deze,
Xxxxx Xxxxxxxxx, voorzitter
Xxxx Xxx xxx Xxxxx, penningmeester
Leidschendam, 2018
Roeivereniging Rijnland, Xxxxxxxxxxxx 00, 0000 XX Xxxxxxxxxxxx