Wat is de nieuwe tekst van de gewijzigde verplichtstelling?
Wat is de nieuwe tekst van de gewijzigde verplichtstelling?
Sociale partners betrokken bij de de verplichtstelling sport in de pensioenregeling van Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW) hebben de werkingssfeer van de verplichtstelling beperkt. Als gevolg hiervan bouwen werknemers die de volgende functies uitoefenen, bij een contractverlenging op of na 1 januari 2018, geen pensioen (meer) op:
● medewerkers die als arbiter of docent in dienst zijn van een werkgever in de sport*
● sporters in dienst van een aangesloten organisatie
● KNVB (assistent-)bondscoach van het Nederlands A-elftal en Jong Oranje
● sporttechnisch kader in dienst van een provinciaal sportservicebureau dat bij een lokale vereniging werkt (was al een uitzondering).
Bij brief van 24 mei 2017 heeft PFZW werkgevers hierover voor de eerste keer geïnformeerd en een uitvraag gedaan om de doelgroep in kaart te brengen. Op 12 oktober hebben werkgevers een tweede brief over de wijziging van de verplichtstelling ontvangen. In de bijlage worden de bovengenoemde functies nader toegelicht.
* Voor de werknemers genoemd onder de eerste bullet geldt dat zij in dienst zijn op basis van een schriftelijke arbeidsovereenkomst met als benaming “arbiter” of “docent” en als zodanig werken voor een werkgever in de sport. Het ontbreken van de functiebenaming in de arbeidsovereenkomst heeft tot gevolg dat de werknemer verplicht pensioen opbouwt. Om zichtbaar te maken dat de werkzaamheden in de praktijk ook als “arbiter” of “docent” worden uitgevoerd, kan het helpen om de feitelijke werkzaamheden in de arbeidsovereenkomst toe te lichten. Dit is niet verplicht.
Aanleiding voor de gewijzigde verplichtstelling
Achtergrond van de wens om met name de functies ‘arbiters’ en ‘docenten’ uit te zonderen is de constatering dat het hier veelal gaat om kleine bijbanen, ontstaan uit het vrijwilligerswerk, die naast een andere baan worden uitgeoefend. De pensioenvoorziening is dan bij de hoofdbaan geregeld. Met de uitzondering van ‘sporters’ wordt de verplichtstelling in overeenstemming gebracht met de altijd al bestaande bedoeling van cao-partijen. Voor (assistent) bondscoaches van de KNVB geldt de wens van deze trainers om de bestaande pensioenvoorziening voor trainers betaald voetbal in dienst van voetbalclubs (die niet onder de verplichtstelling vallen) te kunnen voortzetten.
Geldt er ook een overgangsregeling?
De gewijzigde verplichtstelling geldt niet voor werknemers die op basis van een arbeidsovereenkomst, met een ingangsdatum gelegen voor 1 januari 2018, werkzaamheden verrichten. Voor deze groep werknemers geldt een overgangsregeling. Zij blijven pensioen opbouwen tot einde van de dienstverband. Bij een contractverlenging en bij arbeidsovereenkomsten met nieuwe werknemers met een ingangsdatum op of na 1 januari 2018 is de nieuwe verplichtstelling van toepassing.
Juiste vastlegging in de pensioenadministratie
Het is belangrijk dat PFZW kan vaststellen welke medewerker wel/niet onder de verplichtstelling valt. U dient daarom in de Uniforme Pensioen Aangifte (UPA) deze juiste functiebenamingen te gebruiken. Door bijvoorbeeld de functiebenaming ‘docent’ te vermelden, weet PFZW dat de betreffende werknemer geen pensioen opbouwt. Voor de functies van ‘arbiter’ en ‘docent’ geldt een extra vereiste namelijk dat de functiebenaming in de arbeidsovereenkomst opgenomen moet zijn.
Wat betekent dit voor een werkgever die op en na 1 januari 2018 werknemers in dienst neemt voor de uitgezonderde functies of een verlenging van de arbeidsovereenkomst overeenkomt? Bij het in dienst nemen van nieuwe werknemers en bij verlenging van arbeidsovereenkomsten met een ingangsdatum op of vanaf 1 januari 2018 geldt de hoofdregel dat werknemers die de genoemde uitgezonderde functies uitoefenen geen pensioen opbouwen bij PFZW.
Wat is het effect indien de functiebenaming ‘arbiter’ of ‘docent’ niet is opgenomen in de arbeidsovereenkomst?
Het is belangrijk om als werkgever kennis te nemen van de beperkte verplichtstelling. Indien in de arbeidsovereenkomst niet is opgenomen dat het gaat om de functie ‘arbiter’ of ‘docent’ dan valt de werknemer gewoon onder verplichtstelling, en dient de pensioenpremie te worden betaald. In de toelichting van dit informatieblad wordt uitgelegd wanneer sprake is van een van de uitgezonderde functies, waarbij met name de functiebenamingen ‘arbiter’ of ‘docent’ belangrijk zijn om goed door te nemen.
Geldt de uitzondering ook voor werknemers die als “arbiter” of “docent” in dienst zijn maar dan als fulltime-medewerker?
Ja, de uitzondering geldt voor alle “docenten” en “arbiters” die op en na 1 januari 2018 in dienst zijn gekomen. De consquentie is dat er voor hen geen verplichte pensioenregeling is. Theorie en praktijk sluiten in deze niet helemaal op elkaar aan. Werkgevers die met een dergelijke situatie te maken wordt verzocht contact met de WOS op te nemen, om de verschillende mogelijkheden te bespreken om deze groep werknemers wel pensioen op te laten bouwen.
Wat te doen indien de werkgever de medewerkers die onder de uitgezonderde functies vallen wel pensioen wil laten opbouwen?
Een werkgever die deels werknemers in dienst heeft die onder de verplichtstelling vallen en deels werknemers die niet onder de verplichtstelling vallen, kan er voor kiezen om een contractuele aansluiting bij PFZW te realiseren voor alle (huidige en toekomstige) werknemers die niet reeds onder de verplichtstelling vallen. Bij PFZW is de duur van zo’n contractuele aansluitovereenkomst 10 jaar en kan steeds na 10 jaar verlengd worden. Voor de goede orde: het gaat om alle huidige en toekomstige deelnemers. Het is dus niet mogelijk om individuele werknemers een keuzemogelijkheid te bieden of de deelname te beperken tot een groep die graag pensioen wil opbouwen. De werkgever kan er ook voor kiezen om voor de betreffende groep een aansluit- of uitvoeringsovereenkomst met een andere pensioenuitvoerder te sluiten.
Een medewerker in een van de voor pensioenopbouw uit te sluiten functies, die reeds in 2017 deelnemer was aan de pensioenregeling bij PFZW en van wie de arbeidsovereenkomst na 1 januari 2018 wordt verlengd kan kiezen voor een vrijwillige voortzetting van de pensioenopbouw bij PFZW. De werknemer betaalt zelf de premie voor de opbouw van zijn pensioen. De werkgever betaalt niet mee, tenzij daar andere afspraken over zijn gemaakt. De maximale periode waarvoor dit kan bedraagt 3 jaar. Meer informatie hierover valt te lezen op: xxxx.xx/xxxxxxxxxxxxxxxxx.
Wat betekent dit voor werkgevers die de uitgezonderde functies niet in dienst heeft?
Het kan natuurlijk zo zijn dat in uw organisatie geen functies voorkomen die in de gewijzigde verplichtstelling van verplichte pensioenopbouw worden uitgezonderd. In dat geval verandert er voor u niks. Belangrijk is wel dat u UPA goed invult.
Toelichting functies voor vrijstelling verplichten pensioenopbouw bij PFZW
De volgende functies zullen worden vrijgesteld van verplichte pensioenopbouw bij PFZW (de vetgedrukte functies worden toegelicht):
• medewerkers die als arbiter of docent in dienst zijn van een werkgever in de sport
• sporters in dienst van een aangesloten sportorganisatie
• KNVB (assistent-)bondscoach van het Nederlands A-elftal en Jong Oranje
• sporttechnisch kader in dienst van een provinciaal sportservicebureau dat bij een lokale vereniging werkt (was al een uitzondering)
Arbiter
Onder arbiter wordt verstaan: scheidsrechter, assistent-scheidsrechter, coach-scheidsrechter, waarnemer-scheidsrechter, videoscheidsrechter, wedstrijdleider, kamprechter, jurylid, geluidsmeter, official, tijdwaarnemer, examinator en gelijke functies die ook als zodanig door sociale partners worden erkend. Het betreft een functie die veelal vanuit vrijwilligerswerk is ontstaan en naast een hoofddienstbetrekking wordt uitgevoerd. Voor arbitrage in dienst van KNVB geldt al een uitzondering, maar de oude term scheidsrechter dekt niet langer de bedoelingen van sociale partners als gevolg van doorontwikkeling van de functie.
Docent
Onder docent wordt verstaan: een werknemer die binnen de sportbond in het kader van opleidingen die vanuit de bond worden verzorgd, structureel doceert aan andere personen dan de sporter of speler (incidentele werkzaamheden aan en/of ten behoeve van sporters van de hoogste vertegenwoordigende elftallen kunnen ook behoren tot de werkzaamheden van een docent). Dit betreft een docent in de rol van kaderopleider of train-de-trainer. Het betreft een functie die vaak vanuit vrijwilligerswerk is ontstaan en naast een hoofddienstbetrekking wordt uitgevoerd.
Sporter
Onder sporter wordt specifiek verstaan: degene die in dienst van een bij Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW) aangesloten sportorganisatie de sport beoefent. Sociale partners vertegenwoordigen de sporters niet en hebben ook nooit beoogd sporters in dienst van een sportorganisatie onder de werkingssfeer van de verplichtstelling sport te laten vallen. Met deze aanpassing wordt de bedoeling van cao-partijen geformaliseerd.
KNVB (assistent) bondscoach Nederlands A-elftal en Jong Oranje
Voor de (assistent) bondscoach van het Nederlands A-elftal en Jong Oranje in dienst van de KNVB geldt dat zij vaak in clubverband al pensioen hebben opgebouwd bij een speciaal voor de trainers opgezette voorziening (artikel 10 cao voor trainer/coaches betaald voetbal). Door deze uitzondering wordt een door alle partijen als wenselijk ervaren voortzetting hiervan mogelijk gemaakt.