Subsidieovereenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en Autonoom Gemeentebedrijf Kunsten en Design over de werking van MSK Gent als landelijk ingedeeld museum voor de beleidsperiode 2024-2028
Subsidieovereenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en Autonoom Gemeentebedrijf Kunsten en Design over de werking van MSK Gent als landelijk ingedeeld museum voor de beleidsperiode 2024-2028
De Vlaamse Gemeenschap, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, voor wie optreedt de xxxx Xxx Xxxxxx, Vlaams minister van Buitenlandse Zaken, Cultuur, Digitalisering en Facilitair Management;
en
Autonoom Gemeentebedrijf Kunsten en Design, vertegenwoordigd door Xxxx Xxxxxxx, voorzitter Raad van Bestuur, en Xxxxxx Xxxxxxxxxxxx, ondervoorzitter Raad van Bestuur;
KWAMEN HET VOLGENDE OVEREEN:
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen en beleidskader
Afdeling 1 Definities
Artikel 1. In deze subsidieovereenkomst wordt verstaan onder:
1° Cultureelerfgoeddecreet: Decreet van 23 december 2021 houdende de ondersteuning van cultureelerfgoedwerking;
2° Uitvoeringsbesluit: Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het Cultureelerfgoeddecreet van 23 december 2021;
3° Strategische Visienota voor Cultureel Erfgoed: de Strategische Visienota voor Cultureel Erfgoed van minister Xxx Xxxxxx, goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 31 maart 2021;
4° Administratie: de administratieve dienst, bevoegd voor de uitvoering van het Cultureelerfgoeddecreet, met name het Departement Cultuur, Jeugd en Media;
5° MSK Gent: de naam van de cultureel-erfgoedwerking waarvoor de werkingssubsidie wordt toegekend. Deze werking is binnen de Stad Gent ondergebracht in de rechtspersoon Autonoom Gemeentebedrijf Kunsten en Design (verder: AGB Kunsten en Erfgoed), waarmee deze overeenkomst wordt gesloten;
Afdeling 2 Voorwerp van de subsidieovereenkomst
Art. 2. De subsidieovereenkomst volgt uit de beslissing van de Vlaamse Regering van 29 september 2023 over de werkingssubsidies voor de beleidsperiode 2024-2028.
De subsidieovereenkomst verduidelijkt waarvoor de Vlaamse Regering een werkingssubsidie toekent aan MSK Gent als landelijk ingedeeld museum.
Afdeling 3. Duur van de subsidieovereenkomst
Art. 3. De subsidieovereenkomst wordt gesloten voor een beleidsperiode van vijf jaar, die start op 1 januari 2024 en eindigt op 31 december 2028.
Hoofdstuk 2. Doelstellingen en aandachtspunten Afdeling 1. Decretale doelstelling waarvoor de subsidie wordt toegekend
Art. 4. MSK Gent is als collectiebeherende organisatie ingedeeld bij het landelijke niveau. MSK Gent voert de cultureel-erfgoedwerking blijvend uit op een landelijk niveau rekening houdend met de indelingscriteria zoals bepaald in het Cultureelerfgoeddecreet, artikel 26.
MSK Gent geeft uitvoering aan de cultureel-erfgoedwerking op landelijk niveau door het realiseren van de doelstellingen zoals bepaald in artikel 5 van deze overeenkomst.
Afdeling 2. Doelstellingen
Art. 5. MSK Gent voert gedurende de beleidsperiode onderstaande doelstellingen uit. De doelstellingen zijn gebaseerd op de ingediende aanvraag 2024-2028. De doelstellingen houden rekening met het advies en de geformuleerde aandachtspunten in de beslissing van de Vlaamse Regering, vermeld in artikel 2.
1. Via een onderbouwd, doelgericht, planmatig en slagkrachtig management versterkt het MSK zijn streven naar een performante, duurzame, gedigitaliseerde, kennis delende en inclusieve organisatie.
1.1. Het MSK draagt zijn visie en missie uit op basis van relevant onderzoek, structureel datamanagement, doelgerichte strategische besluitvorming en realistisch en transparant middelenbeheer. Hiervoor wordt onder meer ingezet op de opmaak en uitrol van een duidelijke beslissings- en rapporteringcascade, gealigneerd met de nieuwe visie, missie en organisatiestructuur.
1.2. Het MSK verankert transversale meerjarenplanning, evaluatie en bijsturing in de dagelijkse werking door middel van structureel multidisciplinair overleg, functionele werkgroepen en weloverwogen projectmanagement.
1.3. Het MSK vergroot zijn slagkracht door zijn eigenheid en relevantie trots uit te dragen, door kwaliteitsvolle managementrapportering en door een daadkrachtig omgevingsbewust relationeel beleid te voeren om de stakeholders optimaal te betrekken en maximaal te overtuigen in het mee realiseren en uitdragen van zijn missie en doelstellingen.
1.4. Het MSK zet verder in op een hogere efficiëntie en kwaliteit van de dagelijkse werking door middel van een welomschreven organisatiestructuur, door de werking structureel te documenteren, evalueren en bij te sturen en door structurele interne kennisdeling en rapportering te optimaliseren. Hiervoor wordt onder meer prioritair ingezet op de implementatie van de nieuwe organisatiestructuur door middel van een traject ‘interne reorganisatie’.
1.5. Het MSK zet zijn duurzaamheidsbeleid op basis van de zeventien ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties verder. Hiervoor wordt onder meer ingezet op het verder opvolgen, uitrollen en evalueren van het actieplan ‘Duurzaam ondernemen’ in samenwerking met VOKA Oost-Vlaanderen.
1.6. In nauwe afstemming met de AGB Musea zet het MSK verder in op digitale transformatie door zijn digitale strategie stapsgewijs uit te rollen om zijn werking efficiënter, toekomstbestendig en duurzaam te maken en de connectie met zijn belanghebbenden te verbeteren en verruimen.
1.7. Het MSK is een inclusieve organisatie die iedereen herkent en erkent, ongeacht herkomst, leeftijd, gender, levensbeschouwing of beperking. Hiervoor wordt onder meer ingezet op het doorlopen van een museumbrede denkoefening die zal leiden tot de opmaak van een visienota over en een leidraad voor de verankering van een inclusief beleid in het MSK.
2. Het MSK zet financiële middelen en menselijk kapitaal plichtsbewust, doordacht en zorgzaam in en breidt zijn financiële draagkracht verder uit door een verantwoord commercieel beleid te voeren.
2.1. Het MSK past de vigerende regelgeving toe. In samenwerking met het zakelijk team van het AGB K&D volgt de zakelijke cel de financiële gezondheid van de organisatie nauwgezet op en waakt ze over de toepassing van de noodzakelijke financiële processen binnen de verschillende afdelingen. Hiervoor wordt onder meer ingezet op het optimaliseren van databeheer in functie van onderbouwde en transparante budgetopmaak, budgetbeheer en financiële rapportering.
2.2. Door een duidelijke organisatiestructuur en een doordacht rekruterings-, tewerkstellings- en reglementeringsbeleid verhoogt het MSK de performantie van zijn arbeidsorganisatie. Hiervoor wordt onder meer ingezet op het opmaken en actualiseren van functieprofielen, met inbegrip van duidelijke mandaten en verantwoordelijkheden, in functie van de uitrol van de nieuwe organisatiestructuur en op het in het personeelsbeleid inbedden van de visie op inclusie.
2.3. Het MSK versterkt zijn menselijk kapitaal door de interesses, talenten, competenties, expertise en vaardigheden van zijn medewerkers te benutten en zorgzaam te waken over het welzijn van elk lid van het personeel. Hiervoor wordt onder meer ingezet op vorming en persoonlijke ontwikkeling, met speciale aandacht voor versterken van digitale skills en op het opmaken en uitrollen van een jaaractieplan welzijn naar aanleiding van de resultaten van de welzijnsenquête (uitgevoerd najaar 2023).
2.4. Het MSK zet de bestaande financiering verder, boort nieuwe, adequate aanvullende financieringsbronnen aan en versterkt zijn financiële draagkracht door een evenwichtig en gedragen commercieel beleid te voeren. Hiervoor wordt onder meer ingezet op het opmaken en uitrollen van een ethisch kader met betrekking tot aanvullende financiering, gealigneerd met de identiteit van het MSK; het uitbouwen en optimaliseren van bestaande en aanvullende inkomstenbronnen; het uitbouwen en optimaliseren van de samenwerking met externen door middel van ruilovereenkomsten.
3. Het MSK draagt zorg voor een gastvrije omgeving waarin het comfort en de veiligheid van de collectie, de bezoekers en het personeel centraal staan.
3.1. Het MSK investeert in een functioneel, kwaliteitsvol en duurzaam gebouwenbeheer met het oog op een optimaal gebruik en beleving. Hiervoor wordt onder meer ingezet op het periodiek evalueren en actualiseren van het calamiteitenplan en het aligneren van het ruimtegebruik met het organogram en de beleidsdoelstellingen.
3.2. Het MSK bestendigt hospitality vanuit facilitair beheer naar gebruikers en bezoekers, en bouwt verder aan de optimalisatie van de technische en logistieke werking. Hiertoe streven we aan de hand van opleidingen en intervisiemomenten naar een ideaal evenwicht tussen beveiliging en klantvriendelijkheid.
3.3. Het MSK bouwt het integrale veiligheidsbeleid verder uit in samenwerking met en door kennisdeling met lokale, landelijke en internationale partners. Hiervoor wordt onder meer ingezet op het actief deelnemen aan verschillende nationale en internationale werkgroepen en expertisecentra zoals G.R.A.C.E. met een focus op veiligheid en beveiliging binnen de erfgoedsector. Daarnaast neemt het MSK ook een voortrekkersrol in de verdere uitbouw van een interne bewakingsdienst binnen het nieuw op te richten AGB.
4. Het MSK draagt zorg voor zijn levendige collectie, voor vandaag en morgen, en stelt ze ter beschikking aan een zo groot en verscheiden mogelijk publiek.
4.1. Met het collectieplan als leidraad behoudt het MSK de collectie duurzaam en performant in een gezonde en veilige bewaar- en presentatieomgeving. Hiervoor gaat onder meer specifieke aandacht naar een verantwoorde en realistische conservatie- en restauratieplanning, door de Topstukkenraad geactualiseerde vereisten met betrekking tot
bewaaromstandigheden van de decretaal beschermde topstukken, het periodiek actualiseren van de collectiehulpverlening binnen het calamiteitenplan en het hanteren van een verantwoorde en realistische conservatie- en restauratieplanning, uitgevoerd door interne en externe restauratoren.
4.2. Met het collectieplan als leidraad maakt het MSK zijn collectie verder zichtbaar en toegankelijk via analoge en digitale kanalen, zowel in eigen regie als met partners. Hierbij gaat bijzondere aandacht naar het ontsluiten van doorgaans verborgen collectiestukken, de verdere perfectionering van informatieverzameling en -verstrekking, met inbegrip van het beeldbeheer, van de brede museumcollectie.
4.3. Met het collectieplan als leidraad versterkt het MSK zijn collectie ‘Vlaamse en Belgische kunst in een internationale context’, met inbegrip van het initiëren van een afstotings- en herbestemmingstraject en een veelzijdige, dynamische verwervingsstrategie.
4.4. Het MSK verbindt de collectie met haar omgeving. Dit gebeurt aan de hand van een genereus bruikleenbeleid, een dynamische wisselwerking met de Gentse musea en regionale partnermusea uit de Schelde- en de Leiestreek en een actieve bijdrage aan de verdere implementatie van het Topstukkendecreet en aan het Virtueel Museum van Vlaanderen.
4.5. Het MSK investeert in een optimaal en efficiënt collectiebeheer en bundelt de krachten met de andere musea van de Stad Gent.
5. Het MSK is een toegankelijke en stimulerende bron van kennis en informatie over de collectie en haar geschiedenis.
5.1. Het MSK deelt geactualiseerde kennis en informatie over de collectie en haar geschiedenis via diverse kanalen, zowel in eigen regie als in (inter)nationale partnerships. Hiertoe gaat bijzondere aandacht naar geactualiseerd onderzoek van de museum- en collectiegeschiedenis, het actualiseren van de studie van deelaspecten van de verzameling oude kunst en het (pro)actief bijdragen aan de verdere ontwikkeling van een bovenlokaal restitutiebeleid door zelf aan herkomstonderzoek te doen.
5.2. Het MSK ontwikkelt zich verder als kennis- en informatiecentrum voor de Vlaamse en Belgische kunst in een internationale context uit de 19de en eerste helft 20ste eeuw. Hiertoe intensifieert het MSK de verwerving van kunsthistorische documentatie, initieert het cultuurhistorische onderzoekslijnen, vergroot het de kennis van de museumcollectie door collectiedata te verbinden met documentatie over de collectie en externe bronnen, en stellen zijn medewerkers zich ter beschikking van derden en dragen de resultaten van hun onderzoek actief uit.
5.3. Het MSK versterkt zijn bibliotheek, documentatiecentrum en collectie- en museumarchief en maakt ze toegankelijk om verder onderzoek naar de collectie en haar geschiedenis te stimuleren.
5.4. In de wisselwerking met onderwijs- en onderzoeksinstellingen, en met de Universiteit Gent in het bijzonder, neemt het MSK een actieve onderzoeks- en opleidingsfunctie op. In wisselwerking met de Universiteit Gent worden onderzoekslijnen geïnitieerd – waaronder gezamenlijke inhoudelijke onderzoeksprojecten, materiaal technisch onderzoek van een selectie collectiestukken – die gezamenlijk begeleid, gevaloriseerd en ontsloten worden, en nieuwe invalshoeken geïnitieerd. Het museum deelt de kennis en beleving van alle geledingen van de werking actief met docenten en studenten.
6. Het MSK bouwt verder aan een evenwichtig presentatie- en tentoonstellingsbeleid, met als vertrekpunt de eigen verzamelingen beeldende kunst en die van derden uit de Nederlanden en België in een internationaal perspectief, gefocust op de vier lange termijn-onderzoekslijnen.
6.1. Het MSK grijpt de uitdagende opportuniteiten aan die de verzameling oude kunst te bieden heeft voor een verruimende kijk op de kunst uit de Nederlanden en daarbuiten. Hiertoe zoomt het MSK in een collectiepresentatie met de eigen ruime collectie tekeningen en prenten uit de 17de eeuw in op diverse aspecten van het gebruik van het medium ten noorden en zuiden van de Alpen, met focus op de Nederlanden (gepland 2025).
6.2. Het MSK blijft inzoomen op betekenisvolle ontwikkelingen van beeldende kunst uit de periode 1789-1950, in een interdisciplinair kader met Vlaanderen en België als vertrekpunt en in een internationale context. Hiertoe zet MSK de komende jaren periodiek in op monografische en thematische presentaties van deelcollecties op zaal (zomerpresentaties 2024-2028).
6.3. Het MSK verbreedt de in het verleden opgezette beleidslijn rond het werk van vrouwelijke kunstenaars, door de thematiek in het kader van actueel internationaal onderzoek te plaatsen en via cases vanuit de collectie te onderzoeken.
6.4. Het MSK zet periodiek in op het verwijden van traditionele invalshoeken door een tegendraadse blik op kunsthistorische axioma’s te richten. Dwarse gezichtspunten, gevoed door actuele maatschappelijke thema’s, verlengen het perspectief en doorbreken de conventionaliteit waarin zowel oude als moderne kunst doorgaans worden benaderd. Zo werkt het MSK samen met de eigen jongerenwerking Schoonvolk! en externe partners aan een collectiepresentatie over de linken tussen ‘schone kunsten’ en de leefwereld van jongeren en zet het MSK met de vakgroep Kunstwetenschappen van de UGent een tentoonstellingsproject op dat inzoomt op het thema Queer.
6.5. Het MSK deelt zijn expertise op het vlak van de organisatie van tentoonstellingen en collectiepresentaties door mee te werken aan significante extra muros- tentoonstellingsprojecten in binnen- en buitenland. Zo steunt het MSK via betekenisvolle bruiklenen en op curatorieel vlak de overzichtstentoonstelling van Xxxxx Xxxxx in het Mudel, zet het MSK lopende en ad hoc-samenwerkingsverbanden met nationale en internationale onderzoeks- en bewaarinstellingen verder en start het nieuwe op met het oog op collectiepresentaties en tentoonstellingen bij derde instellingen (gepland 2024-2028).
7. In een superdiverse samenleving is het MSK een publieksvriendelijke plek waar de bezoeker een centrale rol speelt. Om het publieksaanbod te optimaliseren en nog meer drempels tot kunstbeleving weg te nemen, streeft het MSK ernaar het steeds veranderende publiek beter te leren kennen en op maat te bedienen, zowel in als buiten het museum.
7.1. Het MSK waakt over de toegankelijkheid van het museumbezoek, verlaagt inhoudelijke, fysieke en financiële drempels voor kunstbeleving en cultuureducatie, en verbindt mensen met elkaar via een gevarieerd gamma aan publieksbemiddeling, dat doorlopend geëvalueerd en bijgestuurd wordt. Hiertoe wordt onder meer gewerkt rond actuele maatschappelijke thema’s, afgestemd met sociale partners, en geëxperimenteerd met nieuwe ontwikkelingen zoals AI die de museumbeleving kunnen verrijken.
7.2. De uitwerking van het publieksaanbod gebeurt participatief, waardoor het museum een plaats is waar mensen deelhebben aan de hele werking en die tegemoetkomt aan hun noden. Hiervoor wordt nauw samengewerkt met sectorverenigingen, ervaringsdeskundigen en (potentiële) bezoekers, en vormt de Gentse werkgroep Toegankelijkheid en Participatie een belangrijke spil van kennisdeling en visieontwikkeling.
7.3. Het MSK streeft actief naar verdere publieksverjonging door het bestaande aanbod voor kinderen, families en onderwijs te versterken en de betrokkenheid van jongeren bij de werking te intensifiëren. Hierdoor brengt het museum tegelijk nieuwe bezoekers én nieuwe invalshoeken binnen. Het museum neemt hiervoor onder meer deel aan landelijke evenementen, streeft actief naar het bereiken van jongeren met diversiteitsachtergrond, en betrekt de jongerenwerking Schoonvolk inhoudelijk bij de werking. Hierdoor brengt het museum tegelijk nieuwe bezoekers én nieuwe invalshoeken binnen.
7.4. Het MSK verbreedt het aanbod dat toegankelijk is buiten de museummuren en waaraan het publiek (ook) kan deelnemen los van een museumbezoek. Hiervoor ontwikkelt het onder meer nieuw aanbod voor woonzorgcentra en ziekenhuizen, en onderneemt het een interne denkoefening rond digitale publieksbemiddeling.
7.5. Het MSK neemt i.s.m. educatieve partners een actieve rol op inzake cultuureducatie, van kleuter- tot voortgezet onderwijs. Hiervoor ontwikkelt het laagdrempelig educatief inspiratiemateriaal en zet het de museale ruimten verder in als leer- en studeerplek.
8. Het MSK krijgt meer dan voorheen een eigen en voor iedereen herkenbaar gezicht, op basis waarvan de marketingaanpak geoptimaliseerd wordt om een breder nationaal en internationaal publiek te bereiken, zowel fysiek als online.
8.1. De communicatiedienst neemt initiatieven om op basis van de eigenheid van de instelling en in nauwe afstemming tussen de afdelingen het MSK-imago te verscherpen en het uitdragen ervan sterker in te bedden in de werking. MSK bouwt hiervoor onder meer verder op bestaand marktonderzoek, initieert publieksbevragingen en gesprekken over de diverse afdelingen heen, en creëert een strategisch meerjaren-communicatieplan.
8.2. Het MSK maakt via uitgebreide storytelling en door het stimuleren van diverse afdelingen tot het aanleveren van content zijn veelzijdige museumwerking zichtbaar, zowel voor als achter de schermen.
8.3. Om het MSK in de erfgoedgemeenschap te onderscheiden en clichés te doorbreken zet het museum zich gericht in op verrassend op de kaart communicatie, door onder meer onverwachte evenementen met promotioneel potentieel te organiseren.
8.4. Het MSK hanteert efficiënte en effectieve tools (ook digitale) om de marketingaanpak verder te professionaliseren en evalueert doorlopend de bestaande werking en uitgevoerde acties.
8.5. Het MSK spreekt nieuwe publiekssegmenten aan door in afstemming met de zakelijke en publieksafdelingen samenwerkingsverbanden met relevante stakeholders verder uit te bouwen en te verduurzamen. Hiervoor wordt onder meer ingezet op het op touw zetten van acties die de museumsite op onverwachte manieren bekend maken bij nieuwe publieken.
8.6. Het MSK vergroot zijn (inter)nationale zichtbaarheid om zo de online-museum community te versterken en meer toeristen in Gent tot een fysiek bezoek aan te zetten. Het gaat hiervoor gerichte partnerschappen aan met de toeristische sector in Gent, Vlaanderen en daarbuiten.
8.7. Het MSK garandeert een inclusief taal- en beeldgebruik en stemt zo de museale communicatie af op een superdiverse samenleving.
9. MSK en S.M.A.K. intensifiëren hun samenwerking op een duurzame manier in het kader van de ontwikkeling van de unieke Citadelparksite.
9.1. MSK en S.M.A.K. maken in beide musea een grote collectietentoonstelling, met de eigen collecties als grondstof.
9.2. MSK en S.M.A.K. zetten een bemiddelingsproject voor jongeren op en hebben in het bijzonder aandacht voor kinderen en jongeren in armoede.
9.3. MSK en S.M.A.K. investeren in initiatieven die het unieke karakter van de Citadelparksite valideren.
9.4. MSK en S.M.A.K. verkennen organisatorische parallellen en transformeren deze projectmatig tot structurele samenwerkingen, onder andere op vlak van duurzaamheid, veiligheid en programmatieplanning.
10. Het MSK laat zich versterken door het zakelijk team van het AGB en neemt deel aan de dialoog over de gezamenlijk aan te pakken noden van de musea van de AGB, met specifieke aandacht voor digitale transformatie.
10.1. Het zakelijk team van het AGB versterkt en ondersteunt het zakelijk management van het MSK zodat het MSK zich maximaal kan focussen op het uitvoeren van zijn kerntaken.
10.2. Het zakelijk team van het AGB coördineert de gezamenlijke werking en ondersteunt en trekt projecten die een antwoord bieden op de gezamenlijke noden van de musea binnen het AGB met het oog op een sterke samenwerking en efficiëntiewinst. Het gaat onder meer over depotbeheer en veiligheidsbeleid, de uitrol van gezamenlijke (digitale) projecten zoals CRM, en de organisatie van gegidste rondleidingen.
11. Het MSK koestert de band met de Vrienden van het Museum en beschouwt hen als nauw betrokken ambassadeurs die het museum in hun activiteiten en aankopen steunen. Hiervoor
wordt onder meer ingezet op het optimaliseren van de transparantie van de samenwerking tussen het MSK en de Vrienden van het Museum; het gezamenlijk uitgeven en blijven verbeteren van de vernieuwde museumkrant en het aanpassen en vastleggen van het takenpakket van de vaste medewerker van de Vrienden van het Museum.
Afdeling 3. Aandachtspunten
Art. 6. De Vlaamse Regering formuleerde bij haar beslissing volgende generieke aandachtspunten: 1° Blijf bij de uitvoering van de werking aandacht hebben voor de beleidsprioriteiten en
aandachtspunten van de Strategische Visienota Cultureel Erfgoed.
2° Hou de financiering van de organisatie op peil. De extra ondersteuning door Vlaanderen mag niet tot gevolg hebben dat de inrichtende macht haar inbreng vermindert.
Zie 1.1; 2.1; 2.4; 4.3
3° Stem het digitale beleid van de organisatie af met de overkoepelende Vlaamse initiatieven op het vlak van digitalisering.
Zie 1.6; 4.4
De Vlaamse Regering formuleerde bij haar beslissing volgende specifieke aandachtspunten:
1° Pak prioritair het veranderingsmanagement effectief aan om de ambities die uitgesproken zijn, mogelijk te kunnen maken.
Zie 1.4; 2.2; 3.1
2° Maak werk van transparante begrotingen met een degelijke onderbouwing die inzicht geven in de voorziene bestedingen en inkomsten.
Zie 1.1; 2.1
3° Maak, rekening houdend met een veranderende samenleving, het museum toegankelijk voor een breed en divers publiek.
Zie 1.7; 7; 8.5; 8.7
4° Ontwikkel een onderzoeksvisie op lange termijn zodat de rol van het MSK als kennis- en informatiecentrum en de inhoudelijke accenten voor onderzoek duidelijk zijn.
Zie 3.3; 5; 6
MSK Gent engageert zich om, bij de uitvoering van deze overeenkomst, gevolg te geven aan deze aandachtspunten. Met de aandachtspunten werd rekening gehouden bij het bepalen van de doelstellingen in artikel 5.
Hoofdstuk 3. Bepalingen over goed bestuur
Art. 7. MSK Xxxx engageert zich om te voldoen aan de principes van goed bestuur, zoals bepaald in artikel 68 van het uitvoeringsbesluit bij het Cultureelerfgoeddecreet.
Hoofdstuk 4. Middelen
Afdeling 1. Subsidiebedrag
Art. 8. De Vlaamse Gemeenschap geeft in uitvoering van het Cultureelerfgoeddecreet en in uitvoering van de beslissing van de Vlaamse Regering een jaarlijkse werkingssubsidie van 1 418 000 euro voor de beleidsperiode 2024-2028 voor de uitvoering van deze subsidieovereenkomst.
Het subsidiebedrag kan eenzijdig door de subsidieverstrekker naar beneden worden bijgesteld wegens beleidswijzigingen of besparingsmaatregelen zoals bepaald door artikel 20 van het Besluit Vlaamse Codex Overheidsfinanciën.
De werkingssubsidie van de Vlaamse Gemeenschap wordt toegekend ter ondersteuning van de personeels- en werkingskosten.
De werkingssubsidie wordt, binnen de perken van de jaarlijkse begrotingsdecreten, jaarlijks geïndexeerd zoals bepaald door artikel 86 van het Cultureelerfgoeddecreet.
Afdeling 2. Uitbetaling
Art. 9. De werkingssubsidie wordt, zoals bepaald door artikel 59 van het Uitvoeringsbesluit, jaarlijks beschikbaar gesteld in de vorm van twee voorschotten en een saldo:
1° een eerste voorschot van 45% van de werkingssubsidie die voor dat werkingsjaar is toegekend, wordt uitbetaald vanaf 1 februari;
2° een tweede voorschot van 45% van de werkingssubsidie die voor dat werkingsjaar is toegekend, wordt uitbetaald vanaf 1 juli;
3° het saldo van 10 % van de werkingssubsidie die voor dat werkingsjaar is toegekend, wordt uitbetaald na de uitvoering van het jaarlijkse toezicht.
Openstaande financiële verplichtingen ten opzichte van de Vlaamse Gemeenschap kunnen verrekend worden op de voorschotten en het saldo, vermeld in artikel 59, eerste lid van het Uitvoeringsbesluit.
Afdeling 3. Reserve
Art. 10. Bij het jaarlijkse toezicht stelt de administratie de reserves vast die ten laste van subsidies zijn aangelegd. Na afloop van de beleidsperiode worden de reserves, die niet voldoen aan de bepalingen van het Besluit Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 17 mei 2019, ingehouden door of teruggestort aan de Vlaamse overheid.
Conform artikel 72 van het Besluit Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 17 mei 2019 gelden de volgende regels voor reservevorming:
1° Maximaal 20% van het op jaarbasis toegewezen subsidiebedrag kan worden aangewend voor de aanleg van reserves.
De totale gecumuleerde reserves kunnen maximaal 50% van het subsidiebedrag van de laatst gesubsidieerde werkingsperiode bedragen.
Na motivering kan in de subsidiebeslissing of de rechtsgrond ervan worden afgeweken van de hoger vermelde maximumpercentages.
2° Reserves die ten laste van subsidies aangelegd zijn conform 1°, mogen alleen worden aangewend voor de doelstelling waarvoor de initiële subsidie is toegekend.
3° Reserves die ten laste van de subsidie zijn aangelegd, worden teruggevorderd op het einde of bij de vervroegde stopzetting van de gesubsidieerde activiteit.
4° Een sociaal passief aanleggen ten laste van de subsidie kan alleen als er daarvoor in een rechtsgrond is voorzien in een decreet of reglementaire bepaling.
Hoofdstuk 5. Bepalingen over het beheer van de Collectie Vlaamse Gemeenschap en topstukken Afdeling 1. Beheer van de Collectie Vlaamse Gemeenschap
Art. 11. MSK Gent beheert met zorg de stukken uit de Collectie Vlaamse Gemeenschap die onder het beheer van de organisatie vallen. Voor het beheer van deze collectiestukken werd een aparte bewaargevingsovereenkomst opgemaakt. De rapportage in het kader van deze bewaargevingsovereenkomst verloopt via de jaarlijkse verantwoording vermeld in artikel 17 van deze overeenkomst.
Bij het beheer en de presentatie van collectiestukken van de Vlaamse Gemeenschap wordt er nadrukkelijk aandacht gevraagd voor de volgende afspraken rond communicatieve return:
1° Bij elke communicatie over de stukken uit de Collectie Vlaamse Gemeenschap wordt volgende creditline gebruikt, gevolgd door het logo van de Vlaamse Gemeenschap:
Collectie (naam bewaarnemer) – Collectie Vlaamse Gemeenschap Collection (naam bewaarnemer) – Collection Communauté Flamande Collection (naam bewaarnemer) – Collection Flemish Community
2° MSK Gent vermeldt op zijn website een verwijzing naar de Collectie Vlaamse Gemeenschap bij de betreffende stukken, alsook een rechtstreekse link naar de website van de Collectie Vlaamse Gemeenschap. xxxxx://xxx.xxxxxxxxxx.xx/xxx/xx/xxxxxxx/xxxxxxxxx-xxxxxxx/xxxxxxxxx-xxxxxxx- gemeenschap
Afdeling 2. Beheer van topstukken
Art. 12. MSK Gent beheert met zorg de topstukken die onder het beheer van de organisatie vallen, conform de bepalingen in het Topstukkendecreet.
Hoofdstuk 6. Communicatie Afdeling 1. Beschikbaar stellen van informatie
Art. 13. Beide partijen engageren zich om optimaal de informatie beschikbaar te stellen die van belang is voor de andere partij. Er wordt hierbij rekening gehouden met eventuele vertrouwelijkheid van informatie of de privacy. Beide partijen engageren zich om de andere partij zo vroeg mogelijk in te lichten bij evoluties of ontwikkelingen die voor de andere partij of voor de uitvoering van de overeenkomst van belang zijn.
Afdeling 2. Communicatieve Return
Art. 14. MSK Gent moet, in uitvoering van artikel 35 van het Cultureelerfgoeddecreet, de steun van de Vlaamse Gemeenschap vermelden bij alle publieke communicatie in het kader van de cultureelerfgoedwerking door de standaard logo's en de bijbehorende tekst en baselines te gebruiken die zijn vastgesteld door de Vlaamse Regering.
Afdeling 3. Openbaarmaking van de resultaten van de gesubsidieerde activiteiten
Art. 15. MSK Gent maakt de resultaten van de gesubsidieerde activiteiten bekend. De organisatie maakt die resultaten bekend via de website van de organisatie.
Afdeling 4. Gebruik van het Nederlands
Art. 16. MSK Gent erkent het belang van het gebruik van het Nederlands bij de uitvoering van de gesubsidieerde activiteiten.
Hoofdstuk 7. Toezicht en Evaluatie Afdeling 1. Jaarlijkse verantwoording
Art. 17. MSK Gent bezorgt jaarlijks uiterlijk op 1 april een verantwoording over het voorgaande jaar aan de administratie.
De jaarlijkse verantwoording bestaat uit:
1° een functionele verantwoording waarin gerapporteerd wordt over de doelstellingen waarvoor de werkingssubsidie is toegekend.
De functionele verantwoording mag de verantwoording zijn die ook voor het eigen bestuur wordt opgemaakt. Indien deze verantwoording een andere structuur heeft, wordt een duidelijke koppeling gemaakt met de doelstellingen in deze overeenkomst. De functionele verantwoording mag beknopt zijn. Het schetst kort de acties die werden gerealiseerd ter uitvoering van de doelstellingen. Een goede verantwoording beschrijft niet louter de acties maar geeft ook weer in hoeverre deze bijdragen aan de realisatie van de doelstellingen en in welke mate de doelstellingen gerealiseerd zijn. Er wordt gevraagd om dit evaluerend aspect steeds op te nemen in de rapportage.
2° een financiële verantwoording die bestaat uit:
a) de jaarrekening, die bestaat uit de balans, de resultatenrekening en de toelichting, van de rechtspersoon. De jaarrekening wordt opgesteld conform de standaardmodellen die de Nationale Bank van België ter beschikking stelt;
b) het verslag van een erkende accountant of bedrijfsrevisor die niet betrokken is bij de dagelijkse werking van de organisatie, met commentaar bij de waarheidsgetrouwe weergave van de balans en de resultatenrekening;
c) een overzicht van de individuele bezoldigingen, waarin de totale loonkost per werknemer vermeld wordt.
3° een lijst met beleidsrelevante gegevens, zoals voorzien in het model van het jaarverslag.
4° de rapportage in het kader van de bewaargevingsovereenkomst, vermeld in artikel 11, indien van toepassing.
De jaarlijkse verantwoording verloopt via het digitaal subsidieportaal van de administratie.
Als er naast de werking waarvoor de organisatie op basis van het Cultureelerfgoeddecreet een werkingssubsidie ontvangt nog andere activiteiten worden georganiseerd, dan moet de gesubsidieerde werking zowel functioneel als financieel apart identificeerbaar zijn. Als dat niet blijkt uit de documenten vermeld in het tweede lid, wordt in voorkomend geval bij het functionele en financiële verslag een aparte rapportage bijgevoegd die betrekking heeft op de werking waarvoor de organisatie op basis van het Cultureelerfgoeddecreet een werkingssubsidie ontvangt.
Als MSK Gent voor de uitvoering van de doelstellingen een beroep doet op een ondersteunende organisatie en deze organisatie een deel van de subsidie ontvangt, dienen de jaarrekening en eventuele andere relevante documenten van deze ondersteunende organisatie toegevoegd te worden aan de jaarlijkse verantwoording.
De administratie kan op ieder ogenblik aanvullende informatie en documenten vragen. Afdeling 2. Jaarlijks toezicht op de werkingssubsidie
Art. 18. De administratie oefent een jaarlijks toezicht uit op de aanwending van de werkingssubsidie.
De administratie kan alle initiatieven nemen die ze nodig acht voor de uitoefening van het toezicht op de aanwending van de werkingssubsidie.
Afdeling 3. Evaluatie van de uitvoering van de subsidieovereenkomst
Art. 19. De administratie, eventueel bijgestaan door externe experten, voert minstens twee keer een evaluatie uit:
1° een tussentijdse evaluatie; 2° een eindevaluatie.
Pagina 10 van 12
De tussentijdse evaluatie omvat een zakelijk-beheersmatige evaluatie en een inhoudelijke evaluatie van de doelstellingen en aandachtspunten. Bij de zakelijk-beheersmatige evaluatie wordt het engagement om te voldoen aan de principes van goed bestuur getoetst. De inhoudelijke evaluatie betreft een globale inschatting over de mate waarin de doelstellingen zoals vermeld in artikel 5 werden uitgevoerd.
De administratie zal in het verslag van de tussentijdse evaluatie ook bevindingen vermelden die kunnen wijzen op het niet voldoen aan de criteria voor indeling. De administratie neemt enkel een signaalfunctie op. Indien de administratie op basis van de tussentijdse evaluatie het blijven beantwoorden aan de indelingscriteria onvoldoende kan garanderen, zal een beoordelingscommissie in de volgende aanvraagronde gevraagd worden om de werking opnieuw te toetsen aan de indelingscriteria en daarover een globaal advies te formuleren.
De tussentijdse evaluatie gebeurt mede op basis van een zelfevaluatie door de organisatie. De administratie geeft daarover tijdig instructies. De bevindingen van de tussentijdse evaluatie worden meegedeeld uiterlijk zes maanden voor het indienen van een aanvraag voor een werkingssubsidie voor de volgende beleidsperiode.
De eindevaluatie wordt uitgevoerd na het indienen van de jaarlijkse verantwoording voor het laatste jaar van de beleidsperiode. De bevindingen van de eindevaluatie worden meegedeeld binnen twee maanden na de uitvoering van de eindevaluatie.
De administratie kan alle initiatieven nemen die ze nodig acht voor de evaluatie. Afdeling 4. Participatie aan onderzoek
Art. 20. MSK Xxxx engageert zich om deel te nemen aan onderzoek, georganiseerd door de administratie en steunpunten, met het oog op het verzamelen van beleidsrelevante informatie.
MSK Gent verleent aan de Vlaamse Gemeenschap en steunpunten een kosteloos, niet-exclusief gebruiksrecht om de informatie die wordt opgevraagd in functie van de aanvraag, de verantwoording, en de evaluatie van de subsidie, met inbegrip van de documenten die er onderdeel van uitmaken en de intellectuele eigendomsrechten die erop rusten, geheel of gedeeltelijk te reproduceren en te delen. Op basis van dit gebruiksrecht kunnen de Vlaamse Gemeenschap en steunpunten deze informatie aanwenden om hun beleid voor te bereiden of te evalueren en om beleidsrelevant onderzoek uit te voeren, of uit te laten voeren. Dit gebruiksrecht is niet beperkt in de tijd noch in ruimte.
Afdeling 5. Delen van informatie
Art. 21. Indien in het kader van artikel 20 informatie wordt overgemaakt die persoonsgegevens bevat, zien de partijen erop toe dat hierbij steeds de bepalingen van Hoofdstuk 7 van het Cultureelerfgoeddecreet, en de principes van de Algemene Verordening Gegevensbescherming worden nageleefd.
Hoofdstuk 8. Sanctionering
Art. 22. Als er bij het jaarlijkse toezicht of de evaluatie ernstige tekortkomingen worden vastgesteld kunnen volgende maatregelen opgelegd worden, zoals bepaald in artikel 42 van het Cultureelerfgoeddecreet:
1° inhouding of terugvordering van een deel van of van de volledige toegekende werkingssubsidie; 2° definitieve stopzetting van de werkingssubsidie.
Pagina 11 van 12
De maatregel die wordt opgelegd, staat in een redelijke verhouding tot de vastgestelde tekortkomingen.
Hoofdstuk 9. Slotbepalingen
Afdeling 1. Decretale kader
Art. 23. Deze subsidieovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van het Cultureelerfgoeddecreet. De bepalingen in het Cultureelerfgoeddecreet en in de besluiten die genomen worden in uitvoering van dit decreet hebben steeds voorrang op de bepalingen in deze subsidieovereenkomst.
Afdeling 2. Wijzigingen
Art. 24. Bijsturingen en eventuele daaruit voortvloeiende wijzigingen van deze subsidieovereenkomst zijn mogelijk, op verzoek van elke partij en mits beide partijen akkoord gaan.
Opgemaakt als digitaal document dat iedere partij verklaart ontvangen te hebben.
Voor de Vlaamse Gemeenschap,
De Vlaams minister van Buitenlandse Zaken, Cultuur, Digitalisering en Facilitair Management
Xxx XXXXXX
Voor AGB Kunsten en Design,
Ondervoorzitter Raad van Bestuur AGB Kunsten en Design Xxxxxx XXXXXXXXXXXX
Voorzitter Raad van Bestuur AGB Kunsten en Design Xxxx XXXXXXX
Pagina 12 van 12