Contract
Beheersreglement van de interne beleggingsfondsen | Pensioenovereenkomst voor zelfstandigen (POZ) |
DVV LIFE PROFESSIONAL CONTROL | |
Onderhavig beheersreglement is enkel van toepassing op het luik tak 23 van het contract. |
1
INTRODUCTIE
In dit reglement verstaat men onder:
De Maatschappij: Belins N.V.
Het agentschap: DVV Verzekeringen.
De verzekeringnemer: de persoon vermeld in de bijzonder voorwaarden, die het contract sluit met de Maatschappij
De verzekerde: de verzekeringnemer
De begunstigde(n): de persoon of personen in wiens voordeel de verzekerde prestaties bedongen zijn
De beheerder van de interne beleggingsfondsen: Belins N.V.
ICB: Instelling voor Collectieve Belegging. Deze term verwijst zowel naar een gemeenschappelijk beleggingsfonds als naar een bevek.
I. ALGEMENE VOORSTELLING VAN HET LUIK TAK 23
Het luik tak 23 van het verzekeringscontract DVV Life Business Control is een verzekeringsverrichting met een bepaalde duurtijd behorende tot tak 23 en verbonden aan interne beleggingsfondsen, opgericht op de hierna vermelde startdata. De interne beleggingsfondsen worden beheerd door de Maatschappij en beleggen rechtstreeks in ICB’s zonder gewaarborgd rendement. Ze worden door de Maatschappij beheerd in het exclusieve belang van verzekerde en de begunstigde(n). Het financiële risico van de verrichting wordt door de verzekerde en de begunstigde(n) gedragen.
De eventuele min- of meerwaarden van een intern beleggingsfonds worden herbelegd in het desbetreffend intern beleggingsfonds en worden opgenomen in de netto inventariswaarde. Alle min- en meerwaarden van de interne beleggingsfondsen behoren tot de interne beleggingsfondsen.
II. BESCHRIJVING VAN DE BELEGGINGSPOLITIEK VAN ELK INTERN BELEGGINGSFONDS
DVV Life Business Control omvat verscheidene interne beleggingsfondsen:
Type | Universum | Intern beleggingsfonds | Art. SFDR | Startdatum |
Aandelen | World | BI Belfius Smart Future | 8 | 19/04/2022 |
BI BG Worldwide Resp Global Equity Income Fund P | 8 | 19/04/2022 | ||
BI JH Global Property Equities Fund P | 8 | 19/04/2022 | ||
Mixed | World | BI Pictet Multi Asset Opportunities P | 8 | 19/04/2022 |
BI ODDO BHF Polaris Moderate LV P | 8 | 19/04/2022 | ||
BI Carmignac Global Active I EUR P | 8 | 19/04/2022 | ||
BI Xxxxxxxxx x Xxxxxx Global Flexible P | 8 | 19/04/2022 | ||
BI R-co DYNAMIC TAP P | 8 | 19/04/2022 | ||
XX M&G (Lux) Sustainable Multi-Asset Growth Fund P | 8 | 19/04/2022 | ||
Cashfonds | Cash | BI Money Market Euro | 8 | 10/06/2013 |
Duurzaamheidsrisico’s
Duurzaamheidsrisico’s verwijzen naar elke gebeurtenis of omstandigheid op ecologisch, sociaal of governancegebied die een werkelijk of mogelijk wezenlijk negatief effect zou kunnen hebben op de waarde of het rendement van de financiële instrumenten die in de portefeuille van het fonds worden gehouden. Duurzaamheidsrisico's kunnen in 3 categorieën worden onderverdeeld:
• Milieu: milieugebeurtenissen kunnen materiële risico's met zich meebrengen voor de bedrijven in de portefeuille van het fonds. Deze gebeurtenissen kunnen bijvoorbeeld het gevolg zijn van klimaatverandering, verlies van biodiversiteit, veranderingen in de oceaanchemie, enz.
• Sociaal: heeft betrekking op risicofactoren in verband met menselijk kapitaal, de toeleveringsketen en de manier waarop bedrijven omgaan met de impact die zij op de samenleving hebben. Kwesties in verband met gendergelijkheid, beloningsbeleid, gezondheid, veiligheid en risico's in verband met arbeidsomstandigheden in het algemeen, en eerbiediging van het arbeidsrecht en de mensenrechten vallen onder de sociale dimensie.
• Governance: Deze aspecten houden verband met de bestuursstructuren van ondernemingen, zoals de onafhankelijkheid van de raad van bestuur, de betrekkingen met het personeel en de bezoldiging, en de naleving van fiscale verplichtingen. Governancerisico's vloeien vaak voort uit een gebrek aan toezicht of stimulansen op het governanceniveau van een onderneming om goede bestuurspraktijken binnen de onderneming af te dwingen.
Het duurzaamheidsrisico kan specifiek zijn voor bedrijven in portefeuille, afhankelijk van hun activiteiten en praktijken, maar het kan ook te wijten zijn aan externe factoren.
Indien zich een onvoorziene gebeurtenis voordoet bij een onderneming waarvan aandelen in portefeuille worden gehouden, zoals belastingfraude of, meer in het algemeen, een milieuramp, kan deze gebeurtenis een negatieve invloed hebben op de resultaten van de onderneming. Door ESG-criteria in de strategie van een bedrijf te integreren, kan de blootstelling aan duurzaamheidsrisico's worden beperkt.
Integratie van duurzaamheidsrisico's in beleggingsbeslissingen. Duurzaamheidsrisico's zijn niet of niet systematisch geïntegreerd in de beleggingsbeslissingen die de fondsbeheerder tijdens het selectieproces van financiële activa neemt. Niettemin kan de fondsbeheerder van tijd tot tijd en op discretionaire basis duurzaamheidsrisico's in overweging nemen bij de selectie, verwerving of vervreemding van een financieel instrument. Indien duurzaamheidsrisico's niet of niet systematisch in aanmerking worden genomen bij de beleggingsbeslissingen die de fondsbeheerder neemt, kan dit een negatief effect hebben op het rendement van de financiële activa in de portefeuille.
Informatie over de milieu- of sociale kenmerken van investeringen (SFDR- verordening) :
Elk intern beleggingsfonds volgt de volgende artikel (zie tabel).
Art. 8 SFDR :
De Europese Groene Taxonomie stelt criteria vast om te bepalen of een economische activiteit ecologisch duurzaam is in het licht van 6 milieudoelstellingen ("Doelstellingen") en classificeert deze. Wanneer een financieel product onder meer milieukenmerken promoot, is dat product ecologisch duurzaam voor het deel van zijn beleggingen dat wordt gedaan in activiteiten die voldoen aan de criteria van een ecologisch duurzame economische activiteit. Tot deze criteria behoort het feit dat de economische activiteit in kwestie substantieel bijdraagt tot één of meer van de Doelstellingen en geen ernstige afbreuk doet aan één van de Doelstellingen.
Het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” is alleen van toepassing op de onderliggende beleggingen van het financiële product die rekening houden met de EU-criteria voor ecologisch duurzame economische activiteiten. De onderliggende beleggingen van het resterende deel van dit financiële product houden geen rekening met de EU-criteria voor ecologisch duurzame economische activiteiten.
Het interne beleggingsfonds bevordert, via een deel van de beleggingen van zijn compartiment, milieukenmerken die als ecologisch duurzaam kunnen aangemerkt worden omdat zij, volgens de in het prospectus beschikbare informatie, bijdragen tot de verwezenlijking van één of beide van de volgende Doelstellingen:
• Mitigatie van de klimaatverandering: dit is het proces waarbij de stijging van de gemiddelde temperatuur wereldwijd tot ruim onder de 2°C wordt beperkt en de inspanningen worden voortgezet om de stijging tot 1,5°C boven het pre-industriële niveau te beperken, overeenkomstig de Overeenkomst van Parijs. Een deel van de beleggingen van het compartiment draagt substantieel bij tot de stabilisatie van de uitstoot van broeikasgassen door deze uitstoot te vermijden of te verminderen, zodat de stijging van de gemiddelde wereldtemperatuur binnen de perken wordt
gehouden. Een deel van de beleggingen van het compartiment wordt belegd in bedrijven die schone CO2-neutrale mobiliteit ontwikkelen, schone CO2-neutrale brandstoffen produceren of hernieuwbare bronnen gebruiken.
• Adaptatie aan de klimaatverandering: Dit is het proces van aanpassing aan de huidige en verwachte klimaatverandering en de effecten daarvan. Een deel van de beleggingen van het compartiment draagt substantieel bij tot de vermindering of preventie van negatieve gevolgen van het huidige klimaat of de toekomstige ontwikkeling ervan of van de risico's op negatieve gevolgen, hetzij voor de activiteit zelf, hetzij voor mensen, de natuur of eigendommen. Een deel van de beleggingen van het compartiment wordt immers belegd in bedrijven die door hun activiteiten het risico van negatieve gevolgen van het huidige klimaat direct of indirect aanzienlijk verminderen.
Overzicht van de bestaande interne beleggingsfondsen, hun doelstellingen en beleggingspolitiek
Er kunnen zich wijzigingen voordoen in het gamma beschikbare interne beleggingsfondsen. Om op een bepaald moment het beschikbare aanbod van interne beleggingsfondsen te kennen kan de verzekeringnemer terecht in zijn agentschap of op xxx.xxx.xx.
Alle interne beleggingsfondsen zijn uitgedrukt in EUR.
BI Belfius Smart Future P
• Beleggingsbeleid:
Het intern beleggingsfonds belegt in het fonds Belfius Smart Future (ISIN: BE6330351345). Het fonds heeft als doelstelling om via een actief portefeuillebeheer het kapitaal van de aandeelhouder te laten aangroeien. Het fonds richt zich hierbij op aandelen van bedrijven die oplossingen bieden voor hedendaagse en toekomstige uitdagingen die milieu en sociaal- maatschappelijk gericht zijn. Zo is het fonds belegd in drie gebieden: innovatie, de mens en de planeet. Noch de thematische spreiding, noch de weging van deze gebieden is vooraf bepaald en kan in de loop van de tijd veranderen. Het fonds heeft geen duurzame beleggingsdoelstelling in de zin van de SFDR- verordening, maar bevordert milieu- en/of maatschappelijke kenmerken. Ook hebben alle activa waarin het fonds belegt ofwel een duurzame beleggingsdoelstelling of bevorderen ze milieu en/of maatschappelijke kenmerken. Ze kunnen ook gebruik maken van het Towards Sustainability- label, of formeel hebben toegezegd de normen ervan na te leven. De selectiemethode die voor de onderliggende fondsen wordt gebruikt, verloopt in verschillende fasen en begint met een thematische selectie. Zo wordt elke actiefwaarde geanalyseerd op de naleving van wettelijke uitsluitingen en controversiële activiteiten en er gebeurt ook een selectie op basis van internationale normen met betrekking tot de principes van het Global Compact van de Verenigde Naties. De lijst van fondsen die in aanmerking komen is het resultaat van een analyse van het uitsluitingsbeleid van fondsen en een screening van activa om na te gaan of deze beleggingen in overeenstemming zijn met ons uitsluitingsbeleid. Zodra de fondsen geselecteerd zijn en erin belegd wordt door het dakfonds, vindt er een geregelde follow-up plaats om na te gaan of alle activa in deze fondsen wel voldoen aan de criteria om ze te handhaven in de portefeuille. Het fonds mag beleggen in beleggingsfondsen van verschillende beheerders, waarbij er voornamelijk ingezet zal worden op aandelenfondsen. De aandelen die deel uitmaken van de beleggingsfondsen kunnen uitgegeven zijn door bedrijven in alle sectoren en landen, en kunnen noteren in alle valuta, met inbegrip van munten van de groeilanden.
• Beheerder van het onderliggende fonds:
Belfius Investment Partners, Xxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxxx, Xxxxxxx
• Beheerskosten van het interne beleggingsfonds:
o 1,15% per jaar
• Risicoklasse volgens de SRRI:
o 6 (schaal van 1 tot 7)
BI Xxxxxxx Xxxxxxx Worldwide Resp Global Equity Income Fund P
• Beleggingsbeleid:
Het intern beleggingsfonds belegt in het fonds Xxxxxxx Xxxxxxx Worldwide Responsible Global Equity Income Fund (ISIN: IE00BNTJ9L23). Het fonds streeft ernaar hogere inkomsten te bereiken dan internationale effecten en op de langere termijn zowel winst als kapitaalaangroei te bewerkstelligen door hoofdzakelijk te beleggen in aandelen van bedrijven overal ter wereld die aan de relevante milieu-, maatschappelijke en governancecriteria voldoen, exclusief bedrijven van bepaalde sectoren en bedrijven die niet in overeenstemming zijn met de beginselen van het United Nations Global Compact voor ondernemingen. Het fonds belegt ten minste 90% in aandelen van bedrijven overal ter wereld die verantwoordelijk worden beheerd en zich verantwoordelijk gedragen.
Beleggingen in het fonds zullen aanvankelijk door de beheerders worden geselecteerd, op basis van hun eigen onderzoek. Daarnaast zullen de beheerders hun eigen onderzoek en externe gegevensbronnen aanwenden om te beoordelen of bedrijven verantwoordelijk worden beheerd en zich verantwoordelijk gedragen aan de hand van een op normen gebaseerde evaluatie waarin rekening wordt gehouden met mensenrechten, arbeidsrechten, milieubeschermingen en de strijd tegen omkoping en corruptie, en van een benadering van uitsluiting. Het fonds wordt actief beheerd en er wordt geen index gebruikt om de samenstelling van de portefeuille van het fonds te bepalen of beperken. De resultaten en het rendement van het fonds (na aftrek van kosten) worden gemeten tegen de MSCI ACWI Index. Het fonds tracht beter te presteren dan de index.
• Beheerder van het onderliggende fonds:
Xxxxxxx Xxxxxxx & Co Ltd. (0/0 Xxxxxx Xxxxx Xxxx Xxxx, Xxxxxx 0, X00 X000, Xxxxxxx)
• Beheerskosten van het interne beleggingsfonds:
o 1,70% per jaar
• Risicoklasse volgens de SRRI:
o 6 (schaal van 1 tot 7)
BI Xxxxx Xxxxxxxxx Global Property Equities Fund P
• Beleggingsbeleid:
Het intern beleggingsfonds belegt in het fonds JH Global Property Equities Fund (ISIN: LU2394801877). Het doel van het Fonds is kapitaalgroei op lange termijn te bieden.
Een rendementsdoel dat op jaarbasis minstens 2% hoger ligt dan de FTSE EPRA Nareit Developed Index, vóór aftrek van kosten en over om het even welke periode van 5 jaar. Het Fonds belegt minstens 80% van zijn vermogen in een geconcentreerde portefeuille van aandelen en gerelateerde instrumenten van vastgoedbeleggingstrusts (REIT's) en bedrijven die in vastgoed beleggen in om het even welk land. De effecten waarin wordt belegd zullen het grootste deel van hun inkomsten halen uit het bezit, de ontwikkeling en het beheer van vastgoed. Het Fonds kan ook beleggen in andere activa zoals contanten en geldmarktinstrumenten. De beleggingsbeheerder kan gebruikmaken van derivaten (complexe financiële instrumenten) om het risico te verminderen of het Fonds efficiënter te beheren. Het Fonds wordt actief beheerd ten opzichte van de FTSE EPRA Nareit Developed Index, die in ruime mate representatief is voor de effecten waarin het kan beleggen, omdat deze de basis vormt van het rendementsdoel van het Fonds en het niveau waarboven er prestatievergoedingen kunnen worden berekend (indien van toepassing). De beleggingsbeheerder heeft de vrijheid om voor het Fonds beleggingen te kiezen met andere wegingen dan in de index of die niet in de index zijn opgenomen, maar soms kan de beleggingsportefeuille van het Fonds vergelijkbaar zijn met de index.
• Beheerder van het onderliggende fonds:
Xxxxx Xxxxxxxxx Investors (0, xxx xx Xxxxxxxx, X-0000 Xxxxxxxxxx, Xxxxxxxxxx)
• Beheerskosten van het interne beleggingsfonds:
o 1,50% par jaar
• Risicoklasse volgens de SRRI:
o 6 (schaal van 1 tot 7)
BI Pictet Multi Asset Opportunities P BI Carmignac Global Active I EUR P
• Beleggingsbeleid:
Het intern beleggingsfonds belegt in het fonds Pictet Multi Asset Opportunities (ISIN: LU2393314831).
Dit fonds streeft ernaar de waarde van uw belegging te doen groeien en gebruikt de Euro Short Term Rate (€STR) Index als referentie-index om het rendement te meten. Het fonds belegt voornamelijk in een breed waaier van obligaties (inclusief converteerbare obligaties), geldmarktinstrumenten, aandelen en deposito’s. Het fonds kan beleggen op het Chinese vasteland en in opkomende markten. Het fonds belegt wereldwijd en kan in alle sectoren, valuta en kredietkwaliteiten beleggen. Het fonds kan portefeuilleposities opbouwen door in andere fondsen te beleggen, wat tot een verdubbeling van bepaalde kosten zou kunnen leiden. Het fonds kan derivaten gebruiken om uiteenlopende risico’s te verminderen (hedging) en voor efficiënt portefeuillebeheer. Het kan gestructureerde producten gebruiken om portefeuilleposities op te bouwen. De munt van het fonds is de EUR. Voor het actief beheer van het fonds gebruikt de beleggingsbeheerder risicobeheer om bijkomende rendementsopportuniteiten te vinden en hanteert hij een flexibele strategie voor allocatie van activa, waarbij bedrijven met superieure ESG-kenmerken de voorkeur genieten. Hij sluit ook directe beleggingen uit, of beperkt deze aanzienlijk, in emittenten die als schadelijk worden beschouwd voor de samenleving of het milieu, zoals bedrijven actief in tabak, wapens en fossiele brandstoffen, of bedrijven die internationale normen op het gebied van mensenrechten, arbeidsnormen of milieubescherming ernstig schenden. De beheerder oefent systematisch zijn aandeelhouderstemrechten uit en kan in dialoog treden met emittenten om hun ESG-praktijken positief te beïnvloeden. De samenstelling van de portefeuille is niet beperkt met betrekking tot de benchmark, wat wil zeggen dat er mogelijk een verschil bestaat tussen de prestatie van het fonds en dat van de benchmark.
• Beheerder van het onderliggende fonds:
Xxxxxx & Cie (Europe) S.A. (00X, xxxxxx X.X. Xxxxxxx, X-1855 Luxembourg, Luxembourg)
• Beheerskosten van het interne beleggingsfonds:
o 1,37% per jaar
• Risicoklasse volgens de SRRI:
o 3 (schaal van 1 tot 7)
BI ODDO BHF Polaris Moderate LV P
• Beleggingsbeleid:
Het intern beleggingsfonds belegt in het fonds ODDO BHF Polaris Moderate LV GCW-EUR (ISIN: DE000A3CNEE5). Een belegging in het Fonds heeft tot doel de transactiekosten te beperken door de inleg te bundelen met die van andere beleggers en extra rendement te behalen voor een oudedagsvoorziening.
Het fonds belegt actief in een mix van obligaties, aandelen, certificaten en geldmarktinstrumenten. De allocatie aan aandelen en vastrentende waarden is door de bank genomen geconcentreerd in Europa. De portefeuillebeheerder kan ook besluiten proactief een selectie effecten uit de VS en opkomende markten in de portefeuille op te nemen. Het streefbereik voor de aandelenblootstelling ligt op 0% tot 40% van de portefeuille. De vastrentende component van het fonds bestaat hoofdzakelijk uit beleggingen in staats- en bedrijfsobligaties en gedekte obligaties. Bovendien kan maximaal 10% van het fondsvermogen worden belegd in aandelen of deelnemingsrechten van beleggingsfondsen en ETF's. Daarnaast kan het fonds voor afdekkingsdoeleinden van termijncontracten gebruikmaken. De fondsbeheerder heeft duurzaamheidsrisico's in het beleggingsproces verwerkt door ESG-kenmerken (op het gebied van milieu, maatschappij en goed ondernemingsbestuur) in beleggingsbeslissingen mee te nemen en daarnaast rekening te houden met de wezenlijke ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren. Fundamenteel voor het beleggingsproces zijn de integratie van ESG-factoren, een op normen gebaseerde screening (zoals het Global Compact van de VN of normen voor onconventionele wapens), uitsluitingen op sectorniveau en een "best in class"-benadering. De portefeuille van het fonds is dus aan ecologische, maatschappelijke en ethische ("ESG" – Environmental, Social en Governance) beperkingen gebonden.
• Beheerder van het onderliggende fonds:
ODDO BHF Asset Management GmbH, Xxxxxxxxxxxx 00, 00000 Xxxxxxxxxx, Xxxxxxx
• Beheerskosten van het interne beleggingsfonds:
o 1,10% per jaar
• Risicoklasse volgens de SRRI:
o 3 (schaal van 1 tot 7)
• Beleggingsbeleid:
Het intern beleggingsfonds belegt in het fonds Carmignac Global Active I EUR (ISIN: FR00140051L1)
Het doel van het fonds is zijn referentie-indicator te verslaan (performance na aftrek van kosten) over een aanbevolen beleggingshorizon van 3 jaar. De referentie-indicator is als volgt samengesteld: voor 20% de gekapitaliseerde
€STER, voor 40% de wereldindex MSCI AC WORLD NR (USD) en voor 40% de
wereldindex voor obligaties ICE BofA Global Government.
De indicator wordt elk kwartaal geherbalanceerd en omgerekend in euro. Dit fonds is een actief beheerde ICBE. Dat betekent dat de beheerder instaat voor de samenstelling van de portefeuille, rekening houdend met de beleggingsdoelen en het beleggingsbeleid. Het beleggingsuniversum van het fonds is minstens gedeeltelijk gebaseerd op de indicator. De beleggingsstrategie is niet afhankelijk van de indicator. Daarom kunnen de posities van het fonds en de wegingen aanzienlijk afwijken van de samenstelling van de indicator. Er gelden geen limieten voor die afwijking.
De belangrijkste rendementsbronnen van het fonds zijn:
• Aandelen: het fonds belegt minstens 25% en is voor 0% tot 50% van zijn nettoactiva blootgesteld aan internationale aandelen (alle kapitalisaties, zonder geografische of sectorbeperkingen, met inbegrip van opkomende landen tot maximaal 25% van de nettoactiva).
• Renteproducten: minstens 40% van de nettoactiva van het fonds is belegd in vastrentende en/of variabelrentende staats- en/of bedrijfsobligaties en geldmarktinstrumenten. De gemiddelde rating van de obligaties in het fonds moet minstens 'investment grade' zijn volgens de beoordelingsschaal van ten minste een van de toonaangevende ratingbureaus, of moet door de beheermaatschappij als gelijkwaardig worden beoordeeld. Renteproducten uit opkomende landen mogen niet meer dan 25% van de nettoactiva uitmaken.
• Valuta's: het fonds kan andere valuta's gebruiken dan de waarderingsvaluta van het fonds, zowel om posities in te nemen als ter afdekking.
Beleggingen in opkomende markten mogen niet meer dan 25% van de nettoactiva bedragen en voor de binnenlandse Chinese markt geldt een maximum van 10%. Het fonds kan blootgesteld zijn aan een valutarisico tot 100% van de nettoactiva als gevolg van activa die niet in euro zijn uitgedrukt.
De assetallocatie van de portefeuille over de verschillende activaklassen gebeurt aan de hand van een fundamentele analyse van de wereldwijde macro-economische situatie en de vooruitzichten en kan variëren naargelang de verwachtingen van de beheerder. Het kopen, aanhouden of verkopen van een renteproduct gebeurt niet automatisch en enkel op grond van hun rating. Er wordt ook rekening gehouden met een interne analyse, die vooral gebaseerd is op criteria inzake rentabiliteit, kredietwaardigheid, liquiditeit en looptijd.
De beheerder kan 'relative value'-strategieën als rendementsbron toevoegen om te profiteren van de 'relatieve waarde' tussen verschillende instrumenten. Het fonds kan ook shortposities innemen via derivaten.
• Beheerder van het onderliggende fonds:
Carmignac Gestion (00, xxxxx Xxxxxxx, 00000 XXXXX, Xxxxxx)
• Beheerskosten van het interne beleggingsfonds:
o 0,95% per jaar
• Werking van de prestatievergoeding:
Als de prestatie sinds het begin van het boekjaar de prestatie van de benchmark overtreft en als er nog geen in het verleden behaalde underperformance moet worden ingehaald, wordt een dagelijkse voorziening van maximaal 10% van deze outperformance aangelegd. Als het minder goed presteert dan deze index, wordt een dagelijkse provisie teruggenomen tot maximaal 10% van deze minderprestatie ten belope van het bedrag dat sinds het begin van het jaar opzij is gezet. Elke underperformance van de aandelenklasse ten opzichte van de Benchmark over de referentieperiode van 5 jaar of sinds de lancering van de aandelenklasse (afhankelijk van wat het kortst is) wordt gecompenseerd voordat een prestatievergoeding verschuldigd wordt.
• Risicoklasse volgens de SRRI:
o 4 (schaal van 1 tot 7)
BI Flossbach von Storch Global Flexible P
BI M&G (Lux) Sustainable Multi-Asset Growth Fund P
• Beleggingsbeleid:
Het intern beleggingsfonds belegt in het fonds Flossbach von Storch IV - Global Flexible (ISIN: LU2369634543).
De doelstelling van het beleggingsbeleid van het fonds is, met inachtneming van het beleggingsrisico en duurzame principes, het behalen van een redelijke waardetoename. De beleggingsstrategie wordt op basis van de fundamentele analyse van de wereldwijde financiële markten bepaald. De beleggingen worden geselecteerd op basis van de criteria waarde (Value), kansen/risico- verhouding en duurzaamheid. Het fonds wordt actief beheerd. De samenstelling van de portefeuille wordt in overeenstemming met de in het beleggingsbeleid gedefinieerde criteria door de fondsbeheerder regelmatig getoetst en indien nodig aangepast. Een vergelijking met een index vindt niet plaats. De fondsbeheerder neemt bij zijn beleggingsbeslissingen voor het fonds het duurzaamheidsbeleid van de beheermaatschappij en de daarin vervatte vereisten in acht overeenkomstig de ESG-criteria voor duurzame financiële instrumenten, zoals nader omschreven in het onderdeel "duurzaamheidsbeleid" van het verkoopprospectus. Het fonds belegt zijn vermogen in alle soorten effecten, waaronder aandelen, pensioenen, geldmarktinstrumenten, certificaten, andere gestructureerde producten (bv. aandelenobligaties, optie-obligaties, converteerbare obligaties), doelfondsen, derivaten, liquide middelen en vaste fondsen, op voorwaarde dat aan de bovenvermelde eisen is voldaan. Tot 10% van het nettovermogen van het fonds mag indirect in goud worden geïnvesteerd. De investering in andere fondsen, die ook aan de duurzaamheidsregels moeten voldoen, mag niet meer bedragen dan 10% van het vermogen van het fonds. Het fonds heeft de mogelijkheid om maximaal 50 % van het nettovermogen van het fonds in High Yield Bonds te beleggen. Het fonds kan financiële instrumenten gebruiken waarvan de waarde afhangt van toekomstige prijzen van ander vermogen ("derivaten"), om vermogen te beschermen of te verhogen.
• Beheerder van het onderliggende fonds:
Flossbach von Storch Invest S.A. 0, xxx Xxxx Xxxxxx, 0000 Xxxxxxxxxx, Xxxxxxxxxx
• Beheerskosten van het interne beleggingsfonds:
o 1,10% per jaar
• Werking van de prestatievergoeding:
• Er is een prestatievergoeding van maximaal 10% van de ontwikkeling van de brutowaarde van de aandelen, indien de brutowaarde van het aandeel aan het einde van een verslagperiode hoger is dan de aandeelwaarde aan het einde van de voorafgaande verslagperiodes van de laatste vijf jaar (het "High Water Mark-principe"), die in totaal echter maximaal 2,5% bedraagt van de gemiddelde intrinsieke waarde van het fonds in de verslagperiode van de desbetreffende aandelenklasse.
• Risicoklasse volgens de SRRI:
o 4 (schaal van 1 tot 7)
BI R-co DYNAMIC TAP P
• Beleggingsbeleid:
Het intern beleggingsfonds belegt in het fonds R-co Dynamic TAP (ISIN: FR0014005FP0).
• Beleggingsbeleid:
Het intern beleggingsfonds belegt in het fonds M&G (Lux) Sustainable Multi- Asset Growth Fund (ISIN: LU2394768480).
Het fonds streeft ernaar de gemiddelde volatiliteit te beperken tot 20% per jaar over elke periode van vijf jaar en tegelijkertijd een totaalrendement te bieden (kapitaalgroei en inkomsten) en de ESG-criteria en duurzaamheidscriteria toe te passen. Het fonds heeft de flexibiliteit om te beleggen in een mix van activa, zoals aandelen, aandelengerelateerde effecten, vastrentende waarden, contanten of activa die vlot kunnen worden omgezet in contanten. Deze beleggingen kunnen afkomstig zijn uit de hele wereld, met inbegrip van opkomende markten, en luiden in elke valuta. Doorgaans houdt het fonds 55-100% van zijn Intrinsieke Waarde aan in aandelen en aan aandelen gerelateerde effecten, maar de Beleggingsbeheerder is niet verplicht een bepaald niveau van aandelenblootstelling aan te houden. Het fonds belegt in activa die voldoen aan de ESG-criteria en duurzaamheidscriteria. De volgende soorten exclusies zijn van toepassing op de directe beleggingen van het fonds: - Exclusies op basis van normen: investeringen die worden beoordeeld in strijd te zijn met algemeen aanvaarde gedragsnormen op het gebied van mensenrechten, arbeidsrechten, milieu en corruptiebestrijding. - Sectorale en/of op waarden gebaseerde exclusies: beleggingen en/of sectoren die blootgesteld zijn aan bedrijfsactiviteiten waarvan wordt beoordeeld dat zij schadelijk zijn voor de menselijke gezondheid, het maatschappelijk welzijn of het milieu, of waarvan anderszins wordt beoordeeld dat zij niet in overeenstemming zijn met de sectorale en/of op waarden gebaseerde criteria van het Fonds. - Andere exclusies: beleggingen die in strijd worden beoordeeld met de ESG-criteria en/of de Impactcriteria. Verwijzingen naar "beoordeeld" hierboven betekenen beoordeling in overeenstemming met de ESG-criteria en duurzaamheidscriteria. Doorgaans houdt het fonds 20%-50% van zijn intrinsieke waarde aan in activa met een positieve impact. Positieve impact activa zijn activa die een positieve maatschappelijke impact hebben door het aanpakken van de belangrijkste sociale en milieu-uitdagingen van de wereld. Het fonds houdt altijd ten minste 20% van zijn Intrinsieke Waarde aan in activa met een positieve impact en er is geen bovengrens aan het niveau van blootstelling aan een positieve impact. Het Fonds kan ook indirect beleggen via andere collectieve beleggingsfondsen (met inbegrip van fondsen beheerd door M&G) en derivaten, die niet onderworpen zijn aan dezelfde ESG-criteria en duurzaamheidscriteria als effecten die direct worden aangehouden. De Beleggingsbeheerder zal de geschiktheid van dergelijke instrumenten beoordelen in verhouding tot de beleggingsdoelstelling van het Fonds. Als een derivaat niet voldoet aan de ESG-criteria en duurzaamheidscriteria, mag het Fonds alleen via het instrument beleggen om te profiteren van marktbewegingen op de korte termijn en om valutarisico's af te dekken..
• Beheerder van het onderliggende fonds:
M&G Luxembourg S.A. (00 Xx Xxxxx, 0000 Xxxxxxxxxx, Xxxxxxxxxx)
• Beheerskosten van het interne beleggingsfonds:
o 1,50% per jaar
• Risicoklasse volgens de SRRI:
o 6 (schaal van 1 tot 7)
BI Candriam Money Market Euro
Het fonds streeft naar rendement na aftrek van kosten over een aanbevolen
beleggingstermijn van minimaal 5 jaar met een portefeuille die actief en
discretionair beheerd wordt op basis van de marktverwachtingen van de beheerder (aandelen en obligaties) en een zorgvuldige selectie van financiële instrumenten op basis van een financiële analyse van de emittenten. Het fonds heeft dan ook geen referentie-index. De strategie die wordt gehanteerd om de onderliggende waarden van het fonds te selecteren, is gebaseerd op volgende criteria: een duurzaam groeiperspectief, een zwakke concurrentiële situatie (technisch of commercieel quasimonopolie – dominante positie), een duidelijk begrip van de activiteit van de vennootschap in kwestie en een redelijke waardering.
• Beheerder van het onderliggende fonds:
Rothschild & Co Asset Management Europe (00, xxxxxx xx Xxxxxxx - 00000 Xxxxx, Xxxxxx)
• Beheerskosten van het interne beleggingsfonds:
o 0,90% per jaar
• Risicoklasse volgens de SRRI:
o 6 (schaal van 1 tot 7)
• Beleggingsbeleid:
Het intern beleggingsfonds belegt in het fonds Candriam Money Market Euro (ISIN: LU0093583077). Dit fonds belegt uitsluitend in geldmarktinstrumenten, schatkistcertificaten, cash, financiële instrumenten en obligaties met een resterende looptijd van ten hoogste 12 maanden of met een minstens op jaarbasis herzienbare rentevoet met een rating van minimum A2/P2 (Standard & Poor’s) of gelijkwaardig (zijnde emittenten die van goede kwaliteit worden geacht).De uitgiften zijn genoteerd in EUR of in valuta’s van OESO-landen. Het fonds kan derivaten gebruiken om de portefeuille efficiënt te beheren.
• Beheerder van het onderliggende fonds:
Candriam Luxembourg (19-21 Rte d'Arlon, 0000 Xxxxxxxx, Xxxxxxxxxx)
• Beheerskosten van het interne beleggingsfonds:
o 0,00% per jaar
• Risicoklasse volgens de SRRI:
o 1 (schaal van 1 tot 7)
De prospectussen van de onderliggende fondsen zijn beschikbaar op de respectievelijke websites van de fondsbeheerders.
III. EVALUATIEREGELS VAN DE INTERNE BELEGGINGSFONDSEN, WIJZE VAN WAARDEBEPALING VAN DE EENHEDEN, VERWERKING VAN DE STORTINGEN EN WAARDERING VAN DE ACTIVA
De verzekeringnemer kiest de beleggingsstrategie volgens welke verdeelsleutel de netto-stortingen in de interne beleggingsfondsen zullen belegd worden. Met het bedrag van iedere storting worden, na aftrek van de toetredingskosten en taksen, eenheden in de interne beleggingsfondsen aangekocht.
De waarde van de eenheid is gelijk aan de waarde van het intern beleggingsfonds gedeeld door het aantal eenheden van het intern beleggingsfonds.
De activa van de interne beleggingsfondsen worden aan marktwaarde gewaardeerd. De omrekening in eenheden gebeurt op basis van de aankoopkoers van de eenheid geëvalueerd op de eerstvolgende valorisatiedag (= bankwerkdag) na ontvangst van de premie door de Maatschappij of maximum drie bankwerkdagen na deze datum.
De evolutie van de netto inventariswaarde is onzeker. Dit kan leiden tot een hoge volatiliteit in het koersverloop.
De inventariswaarden worden elke bankwerkdag berekend, behoudens uitzonderlijke omstandigheden zoals hierna beschreven. Het aantal verworven eenheden wordt tot op het derde cijfer na de komma afgerond. Om de waarde van het verzekeringscontract op een bepaald ogenblik te kennen, vermenigvuldigt men het totale aantal eenheden met een getal dat de waarde van elke eenheid uitdrukt.
Het aantal eenheden van het intern beleggingsfonds verhoogt ter gelegenheid van stortingen door de verzekeringnemer of ook door overdrachten van eenheden vanuit één of meerdere andere interne beleggingsfondsen.
Het aantal eenheden in het intern beleggingsfonds verlaagt door de verkoop van eenheden. Verkoop van eenheden kan gebeuren in geval van onder meer:
• de uitbetaling door de Maatschappij van de waarborg bij leven of de waarborg bij overlijden bestaande uit de betaling van de verworven reserves;
• in geval van overdracht van de verworven reserves gevraagd door de verzekeringnemer;
• vastgoedverrichtingen voor zover deze voorzien zijn in het pensioenreglement;
• de overdracht van de reserves van de verzekering DVV Life Professional Control naar een andere pensioeninstelling;
• conversie naar één of meerdere andere interne beleggingsfondsen;
• arbitrage naar tak 21.
IV. WERKINGSREGELS BIJ AFKOPEN
Tenzij andersluidende wettelijke of contractuele bepalingen, beschikt de verzekeringnemer over het recht op gehele of gedeeltelijke afkoop van zodra hij aan de voorwaarden voldoet om op wettelijk (vervroegd) pensioen te gaan. Hij beschikt niettemin altijd over het recht om de verworven reserve af te kopen om deze naar een andere pensioeninstelling over te dragen.
IV.1 Volledige afkoop
De volledige afkoop gebeurt door middel van een gedateerd en door verzekeringnemer ondertekend aanvraagdocument dat de Maatschappij ter beschikking stelt. Dit document geldt als afrekening en regelingskwijtschrift. De afkoop gebeurt overeenkomstig dit aanvraagdocument, met de waarde op de eerstvolgende valorisatiedag of maximum 3 bankwerkdagen na deze datum voor wat het luik Tak 23 betreft. De betaling wordt uitgevoerd na
ontvangst door de Maatschappij van het gedateerde en door verzekeringnemer ondertekende regelingskwijtschrift.
Indien begunstigden van het contract de hoedanigheid van begunstigde hebben aanvaard, moet de aanvraag tot afkoop ondertekend worden door zowel de verzekeringnemer als door de aanvaardende begunstigden.
De volledige afkoop is de verrichting waarbij de verzekeringnemer zijn contract opzegt met uitbetaling door de Maatschappij van de totale waarde van het contract, desgevallend verminderd met de uitstapkosten. De waarde van het Tak 23 luik van het contract stemt overeen met het aantal verworven eenheden vermenigvuldigd met de inventariswaarde van het intern beleggingsfonds.
V.2 Gedeeltelijke afkopen
De gedeeltelijke afkoop gebeurt door middel van een gedateerd en door verzekeringnemer ondertekend aanvraagdocument dat de Maatschappij ter beschikking stelt. Dit document geldt als afrekening en regelingskwijtschrift. De afkoop gebeurt overeenkomstig dit aanvraagdocument, met de waarde op de eerstvolgende valorisatiedag of maximum 3 bankwerkdagen na deze datum voor wat het luik Tak 23 betreft. De betaling wordt uitgevoerd na ontvangst door de Maatschappij van het gedateerde en door verzekeringnemer ondertekende regelingskwijtschrift.
Indien de begunstigde(n) van het contract de hoedanigheid van begunstigde aanvaardde(n), dan moet de aanvraag tot afkoop ondertekend worden door zowel de verzekeringnemer als de aanvaardende begunstigde(n).
De gedeeltelijke afkoop is enkel mogelijk vanaf een bepaald minimumbedrag en met een minimum overblijvend aantal eenheden per intern beleggingsfonds. Deze minima worden vastgelegd door de Maatschappij.
V. WERKINGSREGELS BIJ OVERDRACHT EENHEDEN
De verzekeringnemer kan op ieder ogenblik de conversie en/of de arbitrage aanvragen door middel van een gedateerd en door hem ondertekend aanvraagdocument opgesteld in het agentschap. Indien de begunstigde(n)- overlijden de hoedanigheid van begunstigde aanvaardde(n), dan moet de aanvraag tot conversie of arbitrage ook ondertekend worden door deze aanvaardende begunstigde(n).
De conversie en/of de arbitrage kan slechts uitgevoerd worden mits de grenzen bepaald door de 80 %-regel niet worden overschreden.
V.1. Conversie
De conversie gebeurt door middel van de verkoop van een deel of van de totaliteit van de waarde van een intern beleggingsfonds gevolgd door de aankoop in één of meerdere andere interne beleggingsfondsen. In geval van gedeeltelijke conversie zal de Maatschappij de waarde verkopen van het intern beleggingsfonds samengesteld door de oudste premies. Bij een conversie in bedrag gebeuren beide transacties op de eerstvolgende valorisatiedag of maximum drie bankwerkdagen na deze datum, na ontvangst door de Maatschappij van de getekende aanvraagdocumenten. Bij een conversie in eenheden wordt de verkoop van kracht op de eerstvolgende valorisatiedag of maximum drie bankwerkdagen na deze datum, na ontvangst door de Maatschappij van de getekende aanvraagdocumenten. De aankoop van de eenheden in het (de) intern beleggingsfonds(en) wordt van kracht na ontvangst van het resultaat van de verkoop door de Maatschappij op de eerstvolgende valorisatiedag, of maximum drie bankwerkdagen na deze datum. De gedeeltelijke conversie is enkel mogelijk vanaf een bepaald minimum aantal te converteren eenheden en een minimum aantal overblijvende eenheden per intern beleggingsfonds. Deze minima worden vastgelegd door de Maatschappij. Een gedeeltelijke conversie is enkel mogelijk vanaf een bedrag van 1.250 EUR.
V.2. Arbitrage van het luik Tak 23 naar het luik Tak 21
De arbitrage gebeurt door middel van de verkoop van een deel of van de totaliteit van de waarde van een intern beleggingsfonds van het luik Tak 23 gevolgd door de investering in het luik Tak 21. In geval van gedeeltelijke arbitrage zal de Maatschappij de waarde verkopen van het intern
bankwerkdagen later. Dit bedrag wordt desgevallend verminderd met de verschuldigde maar nog niet afgehouden risicopremie. Er worden geen uitstapkosten aangerekend. De uitkeringen worden gedaan tegen kwijtschrift nadat de Maatschappij alle vereiste documenten ontvangen heeft.
VII. VEREFFENING VAN EEN INTERN BELEGGINGSFONDS
beleggingsfonds samengesteld door de oudste premies. Bij een arbitrage in
bedrag gebeuren beide transacties op de eerstvolgende valorisatiedag of
maximum drie bankwerkdagen na deze datum, na ontvangst door de Maatschappij van de getekende aanvraagdocumenten. Bij een arbitrage in eenheden wordt de verkoop van kracht op de eerstvolgende valorisatiedag of maximum drie bankwerkdagen na deze datum, na ontvangst door de Maatschappij van de getekende aanvraagdocumenten. De gedeeltelijke arbitrage is enkel mogelijk vanaf een bepaald minimum aantal over te dragen eenheden en een minimum aantal overblijvende eenheden per intern beleggingsfonds. Deze minima worden vastgelegd door de Maatschappij. De intrestvoet die zal toegekend worden op het bedrag dat naar aanleiding van de arbitrage wordt geïnvesteerd in het Luik Tak 21 is deze die op dat ogenblik van toepassing zal zijn voor koopsommen rekening houdend met de resterende duurtijd van het contract.
V.3. Arbitrage van het luik Tak 21 naar het luik Tak 23
De arbitrage gebeurt door middel van de overdracht van een deel of van de totaliteit van de reserve van het luik Tak 21 gevolgd door de aankoop in één of meerdere interne beleggingsfondsen van het luik Tak 23. In geval van gedeeltelijke arbitrage wordt de verworven reserve samengesteld door de premies enerzijds en door de winstdeling anderzijds evenredig verminderd met de waarde van de gedeeltelijke arbitrage. De Maatschappij draagt prioritair de reserve over die wordt samengesteld door de oudste premies en winstdeling.
Wanneer een (gedeeltelijke) arbitrage tijdens de eerste acht jaar van het contract gebeurt, mag voor de toepassing van dit artikel de verworven reserve evenwel berekend worden door deze verworven reserve per premie te vermenigvuldigen met de verhouding tussen enerzijds de verdisconteringsvoet berekend aan de gewaarborgde rentevoet van elke premie rekening houdend met de nog te lopen duur tussen de aanvraag van de (gedeeltelijke) arbitrage en de begindatum van het contract vermeerderd met 8 jaar (of met de duurtijd van het contract, indien de duurtijd van het contract kleiner is dan 8 jaar)en anderzijds de verdisconteringsvoet berekend aan de spotrate die op het ogenblik van de (gedeeltelijke) arbitrage van toepassing is op de verrichtingen met een duur gelijk aan de nog te lopen duur tussen de aanvraag van de (gedeeltelijke) arbitrage en de begindatum van het contract vermeerderd met 8 jaar (of met de duurtijd van het contract, indien de duurtijd van het contract kleiner is dan 8 jaar), rekening houdend met de nog te lopen duur tussen de aanvraag van de (gedeeltelijke) arbitrage en de begindatum van het contract vermeerderd met acht jaar (of met de duurtijd van het contract, indien de duurtijd van het contract kleiner is dan 8 jaar)(conjuncturele interne overdrachtvergoeding). Deze verhouding kan evenwel nooit groter zijn dan één.
In geval van een (gedeeltelijke) arbitrage van het luik Tak 21 naar het luik Tak
23 na de eerste 8 jaar zal de Maatschappij een conjuncturele interne overdrachtvergoeding toepassen conform de reglementering van toepassing op het ogenblik van arbitrage.
De overdracht vanuit het Luik Tak 21 gebeurt met de waarde van de dinsdag volgend op de ontvangst door de Maatschappij van de getekende aanvraagdocumenten. De aankoop van de eenheden in het (de) intern beleggingsfonds(en) gebeurt op de eerstvolgende valorisatiedag, of maximum drie bankwerkdagen na deze datum.
VI. WERKINGSREGELS BIJ OVERLIJDEN VAN DE VERZEKERDE
De Maatschappij behoudt zich het recht voor om een intern beleggingsfonds te vereffenen.
Die vereffening en/of samenvoeging zou kunnen plaatsvinden in de volgende gevallen (niet-limitatieve lijst):
• Als de netto activa van het intern beleggingsfonds lager zouden liggen dan 5.000.000 EUR;
• Als met het intern beleggingsfonds geen redelijk rendement meer kan worden gehaald in vergelijking met de producten met vergelijkbare kenmerken die beschikbaar zijn op de financiële markten;
• Als er een zekere kans bestaat dat de voortzetting van het intern beleggingsfonds niet meer mogelijk is tegen aanvaardbare risicovoorwaarden;
• Als de beheerder van een onderliggend beleggingsfonds op eigen initiatief beslist het te vereffenen.
• Indien het onderliggende beleggingsfonds niet meer in overeenstemming is met de strategische en beleggingsbeleidseisen van het interne beleggingsfonds zoals vastgelegd in het Beheersreglement.
Indien een intern beleggingsfonds vereffend wordt, zal de verzekeringnemer door de Maatschappij daarvan in kennis worden gesteld en zal hij een keuze kunnen maken over de bestemming van de eenheden van het interne beleggingsfonds: ofwel een kosteloze conversie doorvoeren naar een van de andere interne beleggingsfondsen die door de Maatschappij worden voorgesteld ofwel een kosteloze arbitrage doorvoeren, ofwel kosteloos de waarde van het interne beleggingsfonds overdragen naar een andere pensioeninstelling.
Indien de verzekeringnemer geen keuze makt uit de door de Maatschappij voorgestelde alternatieven binnen een termijn van 1 maand na ontvangst van de brief, dan zal de Maatschappij automatisch één van de twee bovenvermelde opties uitvoeren, zoals door de Maatschappij in de brief meegedeeld zal worden.
VIII. INFORMATIE AAN DE VERZEKERINGNEMER
De verzekeringnemer ontvangt een jaarlijkse staat van zijn contract met o.a. de waarde van de eenheden en het aantal opgebouwde eenheden per onderschreven intern beleggingsfonds. De waarde van de eenheden van de interne beleggingsfondsen wordt gepubliceerd op xxx.xxx.xx. Daarnaast worden er periodieke verslagen opgesteld waarin de prestaties en de samenstelling van de verschillende interne beleggingsfondsen worden toegelicht.
De prospectussen van de verschillende onderliggende fondsen zijn beschikbaar op de website van de betrokken fondsbeheerders.
In geval van overlijden van de verzekerde zal de Maatschappij aan de aangeduide begunstigde(n) in de bijzondere voorwaarden een bedrag uitkeren. Dit bedrag stemt overeen, voor wat betreft het tak 23 luik, met het aantal verworven eenheden vermenigvuldigd met hun waarde bepaald op de eerstvolgende valorisatiedag na ontvangst door de Maatschappij van een uittreksel van de overlijdensakte van de verzekerde of maximum drie
IX. VOORWAARDEN TOT OPSCHORTING VAN DE BEPALING VAN DE EENHEIDSWAARDE
De beleggings- en afkoopverrichtingen mogen slechts tijdelijk opgeschort worden in uitzonderlijke gevallen, wanneer de omstandigheden het vereisen en indien de opschorting gegrond is, rekening houdend met het belang van de verzekeringnemer en de begunstigde(n).
Zonder afstand te doen van het recht van opschorting, mag de Maatschappij tijdelijk de berekening van de waarde van de eenheid en de afkopen opschorten, in de volgende gevallen:
• wanneer een beurs of een markt, waarop een aanzienlijk deel van de activa van het intern beleggingsfonds is genoteerd of wordt verhandeld; of een belangrijke wisselmarkt, waarop de deviezen waarin de waarde van de netto activa is uitgedrukt ,worden genoteerd of verhandeld; om een andere reden dan wettelijke vakantie gesloten is of wanneer de transacties er geschorst zijn of aan beperkingen worden onderworpen;
• wanneer de toestand zo ernstig is dat de Maatschappij de tegoeden en/of verplichtingen niet correct kan waarderen, er niet normaal kan over beschikken of dit niet kan doen zonder de belangen van de verzekerde of die van de begunstigde(n) van het intern beleggingsfonds ernstig te schaden;
• wanneer de Maatschappij niet in staat is interne beleggingsfondsen te transfereren of transacties uit te voeren tegen een normale prijs of wisselkoers of wanneer beperkingen zijn opgelegd aan de wisselmarkten of aan de financiële markten;
• bij een substantiële opname van het intern beleggingsfonds die meer dan 80% van de waarde van het intern beleggingsfonds bedraagt of hoger is dan 1.250.000 EUR (geïndexeerd volgens de “gezondheidsindex” van de consumptieprijzen – basis 1988 = 100).
De aankondiging van deze opschorting (evenals de opheffing) zal gepubliceerd worden met alle beschikbare middelen en meegedeeld aan de verzekeringnemers die de afkoop van hun contract vragen. De aanvragen tot afkoop in afwachting worden in rekening genomen bij de eerste evaluatie volgend op het einde van de opschorting. De verzekeringnemer kan de terugbetaling eisen van de tijdens die periode gedane storting, verminderd met de bedragen die werden verbruikt om het verzekerde risico te dekken.
X. VOORWAARDEN VAN WIJZIGING AAN HET REGLEMENT
De maatschappij kan op ieder moment en éénzijdig de inhoud van dit reglement wijzigen. Deze aanpassingen zullen gecommuniceerd worden via de site xxx.xxx.xx.
Als deze aanpassingen betrekking hebben op een essentieel element (bijv. een belangrijke aanpassing in het beleggingsbeleid van een intern beleggingsfonds,…) en dit ten nadele is van de verzekeringnemer zal hij de mogelijkheid hebben om – binnen een redelijke termijn – de betrokken reserves zonder kosten over te dragen naar een andere verzekeringsmaatschappij, of, indien dit wettelijk is toegelaten, om over te gaan tot een andere vorm van afkoop zonder kosten.
XI. BESCHIKAARHEID VAN HET BEHEERSREGLEMENT
Deze beheersreglementen zijn op aanvraag verkrijgbaar bij de maatschappelijke zetel van Belins NV, Xxxxx Xxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx of bij DVV agentschap of via de site xxx.xxx.xx. Alleen de meest recente versie van deze documenten is van toepassing op het contract.