Contract
Xxxxxx Stichting voor middelbaar beroepsonderwijs en volwasseneneducatie Dienst Bestuurlijke Ondersteuning | ||
Algemene Voorwaarden behorende bij de Onderwijsovereenkomst Educatieve Trajecten PER 1 AUGUSTUS 2023 VERVALLEN DEZE ALGEMENE VOORWAARDEN I.V.M. INWERKINGTREDING WETSWIJZIGING WEB | ||
Voorgenomen besluit College van Bestuur | d.d. | 20-02-2018 |
Instemming Studentenraad | d.d. | 30-04-2018 |
Besluit College van Bestuur Tekstuele wijzigingen | d.d. d.d. | 08-05-2018 22-11-2022 |
Verklarende begrippenlijst onderwijsovereenkomst
student: - de persoon die middels een getekende onderwijsovereenkomst onderwijs volgt aan de onderwijsinstelling
- aanduiding voor de ‘deelnemer, leerling, cursist’, etc.
- aanduiding tevens voor ‘studente’
onderwijsinstelling: - de aanduiding voor het bevoegde gezag van de onderwijsinstelling
- de aanduiding voor de onderwijsinstelling
conform de terminologie die in de WEB gehanteerd wordt en in het BVE-veld een ingeburgerd begrip is geworden voor de onderwijsinstellingen.
opleidingsblad: - het voorblad van de onderwijsovereenkomst.
Hierin worden de afspraken over het te volgen onderwijs en de
geplande begin- en einddatum vastgelegd. Dit is de registratie van de te volgen opleiding(en). Wanneer een deelnemer gelijktijdig verschillende opleidingen volgt, staan al deze opleidingen op één opleidingsblad.
onderwijsovereenkomst: - een overeenkomst tussen de student en het bevoegde gezag van de onderwijsinstelling die ten grondslag ligt aan de inschrijving. De onderwijsovereenkomst regelt de rechten en verplichtingen tussen de onderwijsinstelling en de student.
studievoortgangsgesprek - evaluatief gesprek tussen onderwijsinstelling en student over de voortgang van de studie, waarbij in het licht van de gesloten overeenkomst, door de vertegenwoordiger van de onderwijsinstelling studieadviezen kunnen worden gegeven en/of tussen onderwijsinstelling en student afspraken kunnen worden gemaakt of vernieuwd
WEB - Wet van 31 oktober 1995, houdende bepalingen met betrekking tot de educatie en het beroepsonderwijs.
Werkdagen - De dagen waarop door de school regulier onderwijs wordt verzorgd (dus niet de
studentenvakanties en de erkende feestdagen)
Algemene voorwaarden behorende bij de Onderwijsovereenkomst
Gelet op:
- artikel 8.1.3. van de Wet van 31 oktober 1995, waarin bepalingen staan met betrekking tot de educatie en het beroepsonderwijs (WEB), Staatsblad 1995 501,
- de instemming van de Studentenraad ten aanzien van het model onderwijsovereenkomst.
In aanmerking nemende:
- dat aan de inschrijving van de student bij de onderwijsinstelling een overeenkomst tussen de onderwijsinstelling en de student ten grondslag dient te liggen.
Artikel 1 opleiding Educatie
1. De onderwijsovereenkomst heeft betrekking op de volledige opleiding als aangegeven in punt 3 van de overeenkomst, dan wel op één of meerdere onderdelen daarvan.
2. Waar in het vervolg van dit document sprake is van ‘opleiding’, wordt daarmee bedoeld de opleiding dan wel het deel van de opleiding, als bedoeld in lid 1 van dit artikel.
3. Indien van toepassing, zal de onderwijsinstelling de student telkens op de daarvoor in aanmerking komende tijdstippen in de gelegenheid stellen zich voor de nog resterende delen van de opleiding in te schrijven. De onderwijsinstelling is hiertoe niet gehouden indien hernieuwde inschrijving in redelijkheid niet van haar gevergd kan worden. Indien een studieadvies, als bedoeld in artikel 11 is uitgebracht, speelt dit een doorslaggevende rol voor de toepassing van dit lid.
Artikel 2 toepasselijke bepalingen
1. Partijen zullen aan de prestaties die voortvloeien uit de overeenkomst mede gestalte geven door middel van uitwerkingen in de reglementen die in dit artikel worden genoemd:
a. Examenreglement. Dit reglement regelt de examens en de procedure rondom examens. Dit reglement is gepubliceerd op de website en MijnScalda.
b. Studiegids van de betreffende opleiding.Dit document bevat informatie over de inhoud en de inrichting van de desbetreffende opleiding en de examen-voorzieningen. De studiegids of varianten daarvan zijn o.a. te vinden op MijnScalda.
c. Studentenstatuut. In het studentenstatuut worden de rechten en de plichten van elke student vastgelegd en staat beschreven op welke manier zij geregeld zijn. Dit studentenstatuut is gepubli- ceerd op de website en MijnScalda.
d. Huisregels; Dit zijn de (gedrags)regels, zoals die gelden in de onderwijsinstelling en waaraan studenten zich moeten houden. Deze regels zijn te vinden op de website en MijnScalda.
e. Incassoprocedure. Dit is de procedure die de onderwijsinstelling hanteert met betrekking tot de betaling van de kosten die bij de opleiding horen en die, te vinden zijn op de website en die zijn op te vragen bij de dienst Finance & Control.
f. Klachtenregeling. Voel je je benadeeld door de onderwijsinstelling, en je komt er niet uit met je docent, je mentor etc., dan kun je gebruik maken van de klachtenregeling, die te vinden is op de website en MijnScalda van de onderwijsinstelling;
2. Op deze onderwijsovereenkomst zijn de bovengenoemde regelingen mede van toepassing.
3. De student verklaart met ondertekening van deze onderwijsovereenkomst kennis te hebben genomen van de bovengenoemde regelingen.
Artikel 3 aanbiedingsverplichting examen(onderdelen), diplomering
1. De onderwijsinstelling verplicht zich het examen, dan wel de toetsen voor de onderdelen van het examen, die behoren bij de opleiding vermeld in punt 3 van de onderwijsovereenkomst, aan te bieden overeenkomstig wat daarover is vastgelegd in het examenreglement van Xxxxxx.
2. De onderwijsinstelling reikt de student, die heeft voldaan aan de eisen van het examen of onderdelen daarvan, overeenkomstig wat daarover is vastgelegd in het examenreglement van Xxxxxx een diploma, certificaat of getuigschrift uit. Als de student voortijdig de opleiding verlaat kan het bevoegde gezag op verzoek van de student een verklaring verstrekken, waaruit de aard van de opleiding en de geleverde prestaties blijken.
Artikel 4 verplichting afleggen
examen(onderdelen)
De student verplicht zich het examen dan wel de toetsen voor de examenonderdelen, die behoren bij wat in dit document in het kader van artikel 1 Opleiding Educatie is afgesproken, af te leggen in overeenstemming met wat daarover is vastgelegd in het examenreglement van Scalda
Artikel 5 tijdvakken en locaties
1. De onderwijsinstelling maakt het rooster en de locaties tijdig aan de student bekend.
2. De student is verplicht de desbetreffende opleidingsactiviteiten volgens het voor hem geldende rooster te volgen.
3. De onderwijsinstelling behoudt zich het recht voor het rooster en de locaties om organisatorische en/of onderwijsinhoudelijke redenen te wijzigen.
4. De onderwijsinstelling doet al het mogelijke om wijzigin- gen van het rooster en/ of de locatie tijdig door te geven aan de student c.q. de student in de gelegenheid te stellen er kennis van te nemen.
5. De student dient op tijd, dat wil zeggen voor aanvang van de desbetreffende opleidingsactiviteit, op de daartoe aangewezen locatie aanwezig te zijn.
Artikel 6 uitval van opleidingsactiviteiten
1. De onderwijsinstelling moet uitval van opleidingsactiviteiten naar beste vermogen voorkomen.
2. De onderwijsinstelling spant zich in om niet genoten on- derwijsactiviteiten als gevolg van uitval op een ander tijdstip aan te bieden.
3. De uitval van opleidingsactiviteiten evenals het opnieuw aanbieden daarvan, worden zo spoedig mogelijk aan de student bekend gemaakt.
Artikel 7 boeken en leermiddelen
1. De student ontvangt bij aanvang van het onderwijs de voorgeschreven boeken en leermiddelen.
Artikel 8a Passend onderwijs
1. Indien van toepassing worden voor individuele studenten aanvullende afspraken gemaakt over extra begeleiding in het kader van de Wet Passend Onderwijs. Afspraken over de ondersteuning worden in principe voor aanvang van de opleiding gemaakt, maar kunnen ook tijdens de looptijd van deze onderwijsovereenkomst worden gemaakt of worden aangepast. De nadere invulling van deze afspraken wordt in een addendum bij de onderwijsovereenkomst neergelegd en deze maakt onlosmakelijk onderdeel uit van deze onderwijsovereenkomst.
2. De student levert de instelling naar eer en geweten de benodigde informatie over de (mogelijke) extra ondersteuningsbehoefte. Wanneer blijkt dat hij/zij deze informatie opzettelijk verzwijgt, kan de onderwijsinstelling niet geacht worden de benodigde extra ondersteuning aan de student te leveren.
Artikel 8b. studiebegeleiding, studie- en beroepskeuzevoorlichting
1. De onderwijsinstelling zorgt voor een passende studiebegeleiding, daaronder valt een regelmatige advisering over de voortzetting van de studie binnen of buiten de opleiding. Het studieadvies wordt op daartoe geëigende momenten aan de student bekend gemaakt.
2. Om de kans te vergroten het einddoel van de opleiding waarop de onderwijsovereenkomst van toepassing is binnen de daarvoor in punt 5 van deze overeenkomst vermelde periode te behalen, neemt de student deel aan daartoe aangewezen ondersteunende activiteiten buiten het reguliere lesprogramma als dit volgens een studieadvies of studievoortgangsgesprek door de onderwijsinstelling noodzakelijk wordt geacht
3. Over deze ondersteunende activiteiten worden tijdens de looptijd van de onderwijsovereenkomst nadere afspraken gemaakt. Deze afspraken kunnen in een addendum worden vastgelegd, die, nadat partijen deze hebben ondertekend, aan de onderwijsovereenkomst wordt toegevoegd,. Het uitvoering geven aan deze afspraken behoort tot de inspanningsverplichtingen van de onderwijsinstelling en van de student. Voor deelname aan door de onderwijsonderwijsinstelling noodzakelijk geachte ondersteunende activiteiten worden de student geen extra kosten in rekening gebracht.
4. De onderwijsinstelling zorgt voor studie- en beroepskeuzevoorlichting.
Artikel 9 inspanningsverplichting student
1. De student moet zich naar beste vermogen inspannen om de opleiding binnen de gestelde termijn met succes af te ronden. In het bijzonder is de student verplicht om daadwerkelijk aan de opleidingsactiviteiten deel te nemen, tenzij dit om zwaarwegende redenen niet van hem gevergd kan worden.
2. De inspanningsverplichting strekt zich ook uit tot het nakomen van nader te maken afspraken ten aanzien van ondersteunende activiteiten als bedoeld in artikel 8a tweede lid en 8b tweede en derde lid.
Artikel 10 Consequenties verbonden aan studieadvies
1. Als de studiebegeleiding zoals verwoord in artikel 9 niet leidt tot het gewenste resultaat volgt er een negatief studieadvies.
2. De student moet het studieadvies van de onderwijsinstelling serieus nemen.
3. De student kan in afwijking van een negatief studieadvies te kennen geven de opleiding toch te willen vervolgen. Wanneer vervolgens na een redelijke, (nader schriftelijk overeen te komen) termijn de onderwijsinstelling vaststelt, dat de student tijdens de voortzetting van de studie onvoldoende vorderingen maakt, op grond waarvan te verwachten is dat het
overeengekomen opleidingstraject niet binnen de gestelde termijn met succes kan worden afgerond, dan wordt het studieadvies omgezet in het besluit de onderwijsovereenkomst te beëindigen, overeenkomstig hetgeen in artikel 20 is bepaald.
4. Onverminderd het bepaalde in lid 1 van dit artikel, kan een uitgebracht studieadvies aanleiding zijn voor partijen de onderwijsovereenkomst te vernieuwen. Daartoe wordt deze overeenkomst beëindigd en een nieuwe overeenkomst gesloten.
Artikel 11 wijziging of nieuwe overeenkomst of addendum bij de overeenkomst
1. Deelproces wijzigen inschrijving.
Een wijziging op de opleidingsinschrijving leidt tot een nieuw opleidingsblad, dat het vorige opleidingsblad vervangt. Dit opleidingsblad bevat de volledige, actuele opleidingsinschrijving(en) van de student, ook als
deze meerdere opleidingen parallel volgt.
De algemene voorwaarden blijven van toepassing, en de student hoeft dit nieuwe opleidingsblad niet te ondertekenen. In plaats daarvan wordt de student
(en bij minderjarigheid ook de ouders) geïnformeerd over de door hem aangevraagde wijziging.
De student heeft de mogelijkheid om binnen tien (10) werkdagen te reageren als er iets in de voorgenomen wijziging niet klopt. Als de student niet reageert, mag de instelling ervan uitgaan dat de student akkoord is met de voorgenomen wijziging en kan de wijziging worden doorgevoerd.
De student kan een bezwaar in dienen bij de manager van de dienst STAD tegen een wijziging die verkeerd wordt doorgevoerd. Tot slot zal de dienst STAD procedureel met zekerheid vaststellen dat het niet reageren van de student op het voorstel voor de voorgenomen wijziging daadwerkelijk betekent dat de student akkoord is met de voorgenomen wijziging; .
2. Als de student niet binnen de gestelde tijdsduur als vermeld in punt 5 van de onderwijsovereenkomst de opleiding met succes blijkt te (hebben) kunnen afronden, ondanks maximale inspanningen van beide partijen, kunnen de student en de onderwijsinstelling een nieuw opleidingstraject overeenkomen.
3. Een addendum bij de onderwijsovereenkomst kan tussentijds, met wederzijds goedvinden, bijgesteld of aangevuld worden.
Artikel 12 gedragsregels
1. De student is verplicht zich te onthouden van gedragingen die de goede gang van zaken in de onderwijsinstelling verstoren.
2. De student dient de grondslag, de doelstellingen en de gedragsnormen van de onderwijsinstelling zoals die vermeld zijn in het studentenstatuut, en de specifieke gedragsnormen van het onderwijscluster te respecteren en zich in overeenstemming daarmee te gedragen.
Artikel 13 voorschriften op opleidingslocaties De student houdt zich in de gebouwen, waar (onderdelen van) de opleiding plaats vindt(vinden) en op de daarmee verbonden terreinen aan de voorschriften die voor de betreffende gebouwen en terreinen gelden.
Artikel 14 afwezigheid student
1. Als de student anders dan wegens ziekte verhinderd is aan een opleidingsactiviteit deel te nemen gelden de van kracht zijnde bepalingen zoals deze door de opleiding zijn opgesteld.
2. Xxxxxx wordt in beginsel slechts verleend indien de aanwezigheid van de student, gelet op de opgegeven redenen, in redelijkheid niet van de student kan worden verlangd.
3. De student aan wie verlof is verleend, heeft de inspanningsverplichting tot het inhalen van de onderwijsactiviteiten waaraan hij niet heeft
deelgenomen, tenzij anders is overeengekomen.
Artikel 15 afwezigheid student wegens ziekte
1. Als de student wegens ziekte verhinderd is opleidingsactiviteiten te volgen, handelt hij overeenkomstig de bepalingen die van toepassing zijn, zoals deze zijn vermeld in het studentenstatuut.
2. Bij herhaalde ziekmelding of langdurige ziekte werkt de student mee aan een plan om de onderwijsactiviteiten zo spoedig mogelijk te hervatten.
3. Bij herhaalde ziekmelding of langdurige ziekte kunnen de onderwijsinstelling en de student op basis van gezamenlijk overleg en gezamenlijke inspanning een inhaaltraject overeenkomen.
Artikel 16 verwijdering student uit opleidingsactiviteit
1. Een personeelslid van de onderwijsinstelling kan de student uit de opleidingsactiviteit verwijderen als deze naar zijn/haar oordeel de veiligheid in gevaar brengt, een opleidingsactiviteit verstoort, of als deze zich op een andere manier schuldig maakt aan overtreding van de bepalingen van artikel 12.
2. Een medewerker van de onderwijsinstelling kan onder verantwoordelijkheid van de teamleider/directeur een student die zich binnen de onderwijsinstelling schuldig maakt aan racistisch, discriminerend, seksueel intimiderend, agressief of gewelddadig gedrag uit de onderwijsactiviteit verwijderen.
Artikel 17 schorsing student als orde maatregel
1. De onderwijsinstelling kan een student, wanneer het belang van de instelling zulks naar het oordeel van de instelling dringend vereist, schorsen voor ten hoogste vier (4) weken. Deze maatregel kan eenmaal met ten hoogste vier (4) weken worden verlengd.
2. De schorsing houdt in dat de student tijdelijk de toegang tot de instelling wordt ontzegd.
3. De schorsing kan mondeling dan wel schriftelijk geschieden. Het besluit wordt schriftelijk bevestigd, via gewone post en email verzonden en bevat de duur van de schorsing, de datum van aanvang en de datum van beëindiging daarvan
4. De student kan binnen vijf (5) werkdagen na het opleggen van de schorsing zijn reactie daarop schriftelijk aan de directeur van het onderwijscluster kenbaar maken.
5. De procuratieregeling en de klachtenregeling, zoals die gepubliceerd zijn op de website van Xxxxxx, MijnScalda en de in de klachtenregeling opgenomen beroepsmogelijkheid tegen een besluit van de directeur van het onderwijscluster, zijn van toepassing.
6. Als de reden van de schorsing is vervallen of handhaving van de schorsing niet meer nodig is, trekt de instelling de schorsing zo spoedig mogelijk in. In gevallen waarin de schorsing ten onrechte blijkt te zijn gegeven, wordt de student desgewenst gerehabiliteerd.
Artikel 17a schorsing student als disciplinaire maatregel
1. De onderwijsinstelling kan de student gedurende een periode van maximaal vijf (5) werkdagen, en bij dringende reden met onmiddellijke ingang, schorsen.
2. De onderwijsinstelling kan de in het eerste lid genoemde termijn eenmaal met maximaal vijf (5) werkdagen verlengen, als daartoe aanleiding bestaat.
3. De schorsing kan mondeling dan wel schriftelijk geschieden.
4. De onderwijsinstelling kan de student gedurende de procedure tot schorsing van de student, de toegang tot de onderwijsinstelling ontzeggen.
5. Het besluit wordt schriftelijk bevestigd, via gewone post en email verzonden en bevat de duur van de schorsing, de datum van aanvang en de datum van beëindiging
daarvan.
6. De student kan binnen vijf (5) werkdagen na het opleggen van de schorsing zijn reactie daarop schriftelijk aan de directeur van het onderwijscluster kenbaar maken.
7. De procuratieregeling en de klachtenregeling, zoals die gepubliceerd zijn op de website van Xxxxxx, MijnScalda en de in de klachtenregeling opgenomen beroepsmogelijkheid tegen een besluit van de directeur van het onderwijscluster, zijn van toepassing.
Artikel 18 verwijdering student van onderwijsinstelling
De student zal van de onderwijsinstelling worden verwijderd, indien hij:
a. herhaaldelijk de voorschriften van de onderwijsinstelling overtreedt of zich herhaaldelijk niet gedraagt in overeenstemming met het bepaalde in artikel 12 lid 1 en/of lid 2, nadat hij reeds schriftelijk is gewaarschuwd en is gewezen op de mogelijke consequenties van zijn handelen of nalaten;
b. zich schuldig heeft gemaakt aan ernstig wangedrag;
c. herhaaldelijk de onderwijsactiviteiten volgens het vastgestelde rooster of programma overeenkomstig het bepaalde in artikel 5 van deze Algemene Voorwaarden, zonder toestemming van de onderwijsinstelling niet volgt, nadat de student reeds schriftelijk is gewaar- schuwd en is gewezen op de mogelijke consequenties van zijn handelen of nalaten.
Artikel 19 procedure verwijdering student
1. Het voornemen tot definitieve verwijdering wordt de student gemotiveerd bij aangetekend schrijven meegedeeld.
2. De student wordt in de gelegenheid gesteld binnen vijf
(5) werkdagen na dagtekening van het voornemen tot definitieve verwijdering zijn reactie daarop schriftelijk aan de onderwijsinstelling kenbaar te maken. De student kan zich laten bijstaan door een raadsman.
3. Binnen tien (10) werkdagen na dagtekening van het voornemen tot definitieve verwijdering verzendt de onderwijsinstelling gemotiveerd bij aangetekend schrijven haar besluit.
4. De onderwijsinstelling kan de student gedurende de procedure tot verwijdering van de student, de toegang tot de onderwijsinstelling ontzeggen.
5. Binnen tien (10) werkdagen na dagtekening van het besluit tot verwijdering kan tegen dit besluit schriftelijk beroep worden ingesteld bij de commissie van beroep voor algemene schoolzaken niet zijnde examens.
6. De bepalingen van het studentenstatuut betreffende de rechtsbescherming zijn van toepassing.
Artikel 20 einde onderwijsovereenkomst
De onderwijsovereenkomst, en daarmee de inschrijving van de student, eindigt:
a. door het verstrijken van de termijn waarop deze overeenkomst van toepassing is;
b. doordat de student het einddoel van de opleiding , waar deze overeenkomst betrekking op heeft, heeft behaald.;
c. als de student de onderwijsinstelling binnen de termijn waarop deze overeenkomst betrekking heeft, op eigen initiatief kennelijk definitief heeft verlaten en daarbij niet binnen 21 dagen heeft xxxxxxxxxx op een tot tweemaal toe herhaalde schriftelijke oproep van de onderwijsinstelling. ;
d. door de definitieve verwijdering van de student zoals bedoeld is in artikel 19 procedure verwijdering student;
e. door eenzijdige opzegging van de student en/of met wederzijds goedvinden van de student en de onderwijsinstelling, nadat dit door beiden schriftelijk is bevestigd;
f.. door het overlijden van de student;
g. in geval artikel 10;
h. in het geval de onderwijsinstelling door aantoonbare overmacht niet (langer) in staat is de opleiding aan te bieden;
j. door beëindiging van de bekostiging van de opleiding of van de onderwijsinstelling. De onderwijsinstelling spant zich in dat geval in te bemiddelen dat de student de opleiding anderszins kan voortzetten of voltooien;
k. indien de onderwijsinstelling (Scalda) als rechtspersoon ophoudt te bestaan.
Artikel 21 aansprakelijkheid onderwijsinstelling
1. Als er sprake is van beëindiging van deze overeenkomst beperkt de aansprakelijkheid van de onderwijsinstelling zich tot een schadevergoeding als er sprake is van het verwijtbaar niet nakomen van deze overeenkomst door de onderwijsinstelling. De maximale schadevergoeding kan bestaan uit één of meer van de volgende onderdelen:
- een vergoeding van verplicht aangeschafte boeken en leermiddelen
- overige door de student betaalde kosten
- een vergoeding van noodzakelijk gemaakte reiskosten tot een maximum bedrag van € 1.230,-.
2. De onderwijsinstelling is niet aansprakelijk voor schade die de student lijdt indien hij/zij met toepassing van het artikel 18 verwijdering student van onderwijsinstelling en het artikel 19 procedure verwijdering student definitief van de onderwijsinstelling wordt verwijderd.
3. De onderwijsinstelling is niet aansprakelijk voor schade die of nadeel dat de student treft als gevolg van toepassing van artikel 10.
4. Met uitzondering van opzet en grove schuld is de onderwijsinstelling niet aansprakelijk voor diefstal, verduistering, verlies en/of beschadiging van eigendommen of bezittingen van de student.
Artikel 22 aansprakelijkheid student
De student is aansprakelijk voor schade die, of nadeel dat, de onderwijsinstelling treft als gevolg van niet naleving van de uit deze overeenkomst voor hem of haar voortvloeiende verplichtingen.
Artikel 23 inwerkingtreding
onderwijsovereenkomst
1. De onderwijsovereenkomst en deze algemene voorwaarden treden twee weken na ondertekening van de onderwijsovereenkomst in werking en in ieder geval per 1 oktober.
2. Gedurende deze periode van twee (2) weken is de student in de gelegenheid de onderwijsovereenkomst te bestuderen en eenzijdig op te zeggen zonder dat hij aansprakelijk gesteld kan worden. De opzegging geschiedt schriftelijk en dient gericht te worden aan de rechtsgeldige vertegenwoordiger van de onderwijsinstelling zoals genoemd in punt 1 van de onderwijsovereenkomst.
3. Als de opleiding bij ondertekening reeds is begonnen bedraagt de termijn genoemd in lid 1 en lid 2 één (1) week in plaats van twee (2) weken. Als de student bij ondertekening van deze overeenkomst reeds met de opleiding is begonnen, worden de onderwijsovereenkomst en de algemene voorwaarden geacht in werking getreden te zijn op het moment van aanvang van de opleiding.
4. Na het inwerking treden van de overeenkomst verleent de student toestemming voor het vastleggen van
zijn persoonsgegevens en voor de verstrekking
ervan aan derden, niet anders dan in het directe belang van de student.
Artikel 24 Slotbepalingen
1. Tenslotte verklaren de student en, als het noodzakelijk is, zijn wettelijke vertegenwoordiger dat hij de documenten waarnaar in deze overeenkomst wordt verwezen en/of die als addendum aan de
overeenkomst zijn toegevoegd, heeft ontvangen en/of daarvan heeft kennisgenomen.
2. In de gevallen waarin deze overeenkomst niet voorziet, beslist de onderwijsinstelling na overleg met de student.
3. Op deze overeenkomst is uitsluitend het Nederlands recht van toepassing.
Beheer van de Onderwijsovereenkomst:
HRO