Meerkeuzesysteem arbeidsvoorwaarden
Meerkeuzesysteem arbeidsvoorwaarden
Inleiding
Als werknemer van Xxxxx zorggroep kunt u gebruik maken van één of meer keuzeregelingen uit ons Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden. De inhoud van de regelingen is gebaseerd op de verschillende van toepassing zijnde CAO's, en de invulling daarvan binnen Lelie zorggroep. Hierna lichten wij de werking van het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden kort toe.
Werking Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden
Alle keuzeregelingen uit het pakket zijn ruilregelingen. Dat wil zeggen dat u een deel van uw bestaande arbeidsvoorwaarden (bronnen), zoals salaris, eindejaarsuitkering of verlofdagen uitruilt voor andere arbeidsvoorwaarden zoals een fiets, een vergoeding voor studiekosten of een extra reiskostenvergoeding. In de meeste gevallen levert deze uitruil u fiscaal voordeel op, omdat u van bruto loon een netto vergoeding maakt. Over uw bruto loon betaalt u belasting en (sociale) premies, over een netto vergoeding niet. Op deze manier bieden de keuzeregelingen uit het pakket MS u bijvoorbeeld de mogelijk om met belastingvoordeel een fiets voor woon- werkverkeer aan te schaffen of extra netto inkomen te ontvangen. Het uitruilen van arbeidsvoorwaarden kan (op termijn) ook nadelige effecten geven. Het uitruilen van bruto loon betekent bijvoorbeeld dat een eventuele werkeloosheids- of arbeidsongeschiktheidsuitkering lager kan uitvallen. Daarom is het belangrijk dat u deze spelregels leest voordat u besluit om deel te nemen aan één of meer van de keuzeregelingen van het Meerkeuzesysteem
Arbeidsvoorwaarden. De deelname is volstrekt vrijwillig. Vraagt u geen deelname aan dan blijven uw arbeidsvoorwaarden ongewijzigd. In dit reglement vindt u de bepalingen, de afspraken en de voorwaarden die van kracht zijn op het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden van Lelie zorggroep. Wijzigingen in wet- en regelgeving die van invloed (kunnen) zijn op uw eventuele deelname aan de Meerkeuzeregelingen worden via de gebruikelijke informatiekanalen bekend gemaakt. Raadpleeg de informatie voor u gaat deelnemen en vraag uw leidinggevende of HR-adviseur om een toelichting als bepaalde zaken u niet duidelijk zijn. Wij hopen dat u bij gelegenheid gebruikt zult maken van deze regelingen en dat uw deelname een positieve bijdrage zal leveren aan uw persoonlijke arbeidsvoorwaarden.
Artikel 1. Deelname
1.1. Algemeen
1.1.1 | Deelname aan het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden staat in beginsel open voor de werknemer van Lelie zorggroep met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde en onbepaalde tijd, indien de proeftijd is verstreken en het dienstverband wordt voortgezet. |
1.1.2 | De werknemer is niet verplicht van het meerkeuzesysteem van Lelie zorggroep gebruik te maken. Indien de werknemer in enig kalenderjaar geen keuzes heeft doorgegeven aan de afdeling HRM, wordt hij geacht geen verandering in zijn arbeidsvoorwaarden te willen doorvoeren. |
1.1.3 | In de volgende situaties kunnen werknemers (tijdelijk) worden uitgesloten van deelname: Bij langdurige arbeidsongeschiktheid (> zes maanden). Arbeidstherapeutisch werken geldt niet als werk in de zin van werken tegen loonwaarde; Bij één of meerdere loonbeslagen; Na opzegging van de arbeidsovereenkomst. Indien er al deelgenomen wordt, treedt artikel 4.4 in werking. |
1.1.4 | Voor werknemers met een arbeidsovereenkomst met urengarantie, geldt dat deelgenomen kan worden aan het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden voor het minimum aantal uren (vergelijk deeltijders) of voor zover ze voldoen aan de (fiscale) voorwaarden van de betreffende regeling en voldoende bronruimte hebben om hun deelname aan de betreffende regeling te financieren. |
1.1.5 | Stagiaires en vakantiekrachten kunnen niet deelnemen aan het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden, omdat doorgaans geen reële opbouw van bronnen plaatsvindt tijdens het dienstverband met Lelie zorggroep. |
1.2. Werkingssfeer
1.2.1 | De bepalingen van dit reglement maken integraal deel uit van de individuele arbeidsovereenkomst. |
1.2.2 | In geval van strijdigheid hebben de bepalingen in de arbeidsovereenkomst c.q. de bepalingen in de cao voorrang. De overige in dit reglement genoemde bepalingen blijven in dat geval onverkort van toepassing. |
1.2.3 | Door het maken van keuzes in het kader van het meerkeuzesysteem van Xxxxx zorggroep verklaart de werknemer akkoord te gaan met de inhoud van dit reglement. |
1.3. Deelnameprocedure
De werknemer die wil deelnemen de keuzeregelingen van ons Meerkeuze Systeem Arbeidsvoorwaarden (=MKSA), kan de onderstaande instructies volgen:
1.
Lees de informatie over de betreffende keuzeregeling(en), spelregels, de gevolgen en deelnamevoorwaarden
voor instappen via het kwaliteitshandboek ? HRM ? meerkeuzesysteem arbeidsvoorwaarden.
2.
Heeft u vragen of zijn bepaalde zaken niet duidelijk, neem dan contact op met uw leidinggevende en/of een
medewerker van de personeelsadministratie.
3.
Bent u voldoende geïnformeerd en wil je deelnemen aan 1 of meer keuzeregelingen uit het Meerkeuzesysteem
Arbeidsvoorwaarden, vul dan het betreffende deelnameformulier in via Selfservice in Youforce.
4.
Wilt u verlofuren als doel inzetten voor één van de regelingen stem dat dan vooraf met uw direct
leidinggevende af.
5.
Vergeet niet om eventuele facturen of bonnen of een overeenkomst aan de aanvraag te hechten.
6.
Verstuur uw aanvraag en de bijbehorende stukken via Selfservice in Youforce naar de afdeling
personeelsadministratie.
7.
Medewerkers van de personeelsadministratie beoordelen het deelnameformulier.
8.
De aanvraag wordt door de personeelsadministratie verwerkt. Die maken ter bevestiging van deelname een
aanvulling op de arbeidsovereenkomst.
9.
De afdeling personeelsadministratie verwerkt in overleg met de salarisadministratie de keuzes die op het
deelnameformulier zijn aangegeven en zorgt ervoor dat uw deelname wordt uitgevoerd en verwerkt in ons personeels- en salarissysteem.
Artikel 2. Financiering
Uw deelname aan het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden financiert u uit uw bestaande arbeidsvoorwaarden. Dat doet u door een deel van uw bestaande arbeidsvoorwaarden (bronnen) uit te ruilen voor een zelfde bedrag als waarvoor u gaat deelnemen aan de keuzeregeling(en). Vaak zal het daarbij gaan om het uitruilen van bruto loonbestanddelen voor een netto vergoeding. Deze uitruil levert dan een hoger netto inkomen op. Uw voordeel komt dan overeen met het voor u geldende belastingtarief vermenigvuldigd met de bruto loonwaarde van de ingezette bron. In de onderstaande tabel kunt u aflezen welke bronnen u kunt inzetten om uw deelname aan een keuzeregeling te financieren.
Voor het inzetten van de bronnen gelden een aantal spelregels:
2.1. Geldbronnen
Onder salaris wordt verstaan: het overeengekomen bruto maandloon, zonder (CAO)-emolumenten, maar wel verhoogd met eventuele structurele salaristoeslagen (zoals FWG-garantietoeslag);
Geldbronnen waarvan de waarde is afgeleid van het maandsalaris worden gewaardeerd op basis van het salaris van het keuzemoment, tenzij in de CAO andere regels voor de bepaling van de waarde zijn opgenomen;
De werkelijke uitkeringen van vakantietoeslag en eindejaarsuitkering worden berekend op grond van het werkelijke maandsalaris;
Voor de geldbron salaris geldt dat alleen het gedeelte boven het wettelijk minimum loon in het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden mag worden ingezet;
Voor de geldbron vakantietoeslag geldt dat alleen het gedeelte boven het wettelijk minimum vakantietoeslag in het Meerkeuzesysteem mag worden ingezet;
Voor de geldbron vakantietoeslag, geldt dat u voor 1 maart van het desbetreffende kalenderjaar uw aanvraag dient in te leveren via Self Service (Youforce). Wenst u eindejaarsuitkering in te zetten, dan kiest u daarvoor voor 1 november. Wenst u andere geldbronnen in te zetten, dan mag u daartoe op elk moment een aanvraag voor indienen.
2.2. Tijdbronnen
Bij het inzetten van verlofuren als bron in het meerkeuzesysteem van Lelie zorggroep wordt een uur als eenheid van tijd gehanteerd;
Voor de omrekening bedraagt de waarde van één uur voor werknemers met een arbeidsduur van gemiddeld 36 uur per week:
1/156e deel van het actuele salaris bij aanvang van de deelname;
Voor de omrekening bedraagt de waarde van één uur voor werknemers met een arbeidsduur van gemiddeld 38 uur per week:
1/165e deel van het actuele salaris bij aanvang van de deelname;
Voor de omrekening bedraagt de waarde van één uur voor werknemers met een arbeidsduur van gemiddeld 40 uur per week:
1/173e deel van het actuele salaris bij aanvang van de deelname;
Een uur behoudt gedurende de keuzeperiode dezelfde waarde. Een salarisaanpassing kan invloed hebben op de gemaakte keuze. Indien en voor zover dit leidt tot ontoereikende financiering van het gekozen doel. De werknemer overlegt hierover dan met de werkgever;
Bij voortdurende deelname wordt het dan actuele uurloon als uitgangspunt genomen;
Voor de tijdbron vakantie-uren (lopend en voorgaande jaren) wordt ervan uitgegaan dat de werknemer steeds in het kalenderjaar zijn wettelijk verlof als vakantieverlof opneemt. Het wettelijke verlof bedraagt 4 maal de wekelijkse arbeidsduur. Alles wat u meer heeft aan verlofuren kan in principe in het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden worden ingezet;
De inzet van een of meer tijdbronnen vereist altijd overleg met en de toestemming van uw leidinggevende. Hij of zij moet daarvoor uw deelname voor akkoord fiatteren;
De werknemer kan zijn vooraf overeengekomen extra uren besteden als bron in het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden. Extra uren zijn de uren die een werknemer (na overleg met zijn leidinggevende) extra werkt boven de contractuele arbeidsduur.
Artikel 3. Keuzeregelingen
Het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden van Lelie zorggroep omvat de onderstaande doelen:
1.
Fiets;
2.
Extra vergoeding reiskosten achteraf;
3.
Studiekosten;
4.
Beroepsvereniging;
5.
Vakbond;
6.
Koop vakantie-uren;
7.
Extra salaris;
8.
Levensloop.
3.1. Fietsplan
3.1.1 | Lelie zorggroep wil in het kader van vitaliteit en gezondheid bevorderen dat de werknemer meer met de fiets gaat reizen. Deelname aan deze regeling staat open voor de werknemer die gebruik kan maken van het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden van Lelie zorggroep en voldoet aan de voorwaarden. |
3.1.2 | Lelie zorggroep stelt jaarlijks een maximum aantal deelnemers per werkmaatschappij vast dat deel kan nemen aan de regeling Fietsplan. Aanvragen worden op volgorde van binnenkomst behandeld. |
3.1.3 | Deelname aan het fietsplan is alleen mogelijk indien de werknemer de fiets gebruikt voor meer dan de helft van het aantal dagen dat hij pleegt te reizen in het kader van woon-werkverkeer. De werknemer ondertekent hiertoe een verklaring. |
3.1.4 | De werknemer kan eenmaal per 60 maanden aan de regeling fietsplan deelnemen. Dit geldt onverkort bij de overgang naar een andere werkmaatschappij van Lelie zorggroep. Wanneer de fiets wordt gestolen, kan de werknemer zich eerder aanmelden. |
3.1.5 | De werkgever vergoedt een fiets, de daaraan verbonden fietsaccessoires, verzekeringen en dergelijke tot maximaal €500,- all-in. Onder fiets vallen alle fietsen (fiets met trapondersteuning, vouwfiets, stadsfiets, sportieve fiets), mits voor eigen gebruik van de werknemer. Ook tweedehands fietsen zijn toegestaan, mits wordt voldaan het gestelde in lid 7. Motorisch aangedreven fietsen vallen niet onder deze regeling. |
3.1.6 | In ruil voor de in lid 5 bedoelde onbelaste extra vergoeding ziet de werknemer af van een evenredig deel van zijn geld- of tijdbronnen. |
3.1.7 | De werknemer is vrij in zijn keuze van de leverancier van de fiets met bijbehorende accessoires en verzekering. Voor elke leverancier geldt dat deze moet zijn ingeschreven in het handelsregister en dient te beschikken over een geldig BTW-identificatienummer. Dit moet blijken uit de door de leverancier afgegeven factuur. |
3.1.8 | De keuze voor het doel fietsplan heeft geen consequenties voor een eventueel recht op een tegemoetkoming reiskosten woon-werkverkeer. |
3.1.9 | De keuzeperiode voor het doel fietsplan bedraagt naar keuze van de werknemer 12, 24 of 36 maanden. |
3.2. Extra vergoeding reiskosten achteraf
3.2.1 | Lelie zorggroep kent aan de werknemer op diens verzoek een onbelaste extra vergoeding toe voor de reiskosten die de werknemer maakt voor woon-werkverkeer in het kader van zijn dienstbetrekking. |
3.2.2 | De regeling reiskosten staat open voor de werknemers die structureel voor zijn werk naar de vaste arbeidsplaats reist. |
3.2.3 | In ruil voor de onbelaste extra vergoeding voor reiskosten ziet de werknemer af van een evenredig deel van zijn geld- of tijdbronnen tot maximaal het bedrag van zijn persoonlijke fiscale ruimte. |
3.2.4 | De werknemer die kiest voor deelname aan deze regeling doet dat voor zijn volledige fiscale ruimte of, indien dit minder is, voor het bedrag van zijn ingezette geld - of tijdbronnen. |
3.2.5 | Na toepassing van deze regeling bedraagt de vergoeding voor de reiskosten woon-werkverkeer die de werknemer in 2015 van Lelie zorggroep heeft ontvangen, maximaal € 0,19 per afgelegde kilometer. |
3.2.6 | De extra vergoeding voor reiskosten wordt toegekend ongeacht de wijze van vervoer. |
3.2.7 | De enkele reisafstand woon-werkverkeer wordt door Xxxxx zorggroep vastgesteld aan de hand van ANWB Routeplanner volgens de kortste route. |
3.2.8 | Xxxxx xxxxxxxxx berekent de persoonlijke fiscale ruimte van de werknemer met de volgende formule: Mocht ontvangen: (aantal reisdagen januari t/m december) x (kilometers enkele reis woon-werk x 2 x €0,19) +/+ (aantal gedeclareerde dienstkilometers januari t/m december x (€0,19) Minus Heeft ontvangen: (vaste maandelijkse vergoeding woon-werkverkeer janauri t/m december) +/+ (aantal gedeclareerde dienstreiskilometers januari t/m december) x (€ dienstreistvergoeding conform de van toepassing zijnde CAO) |
3.2.9 | Het aantal reisdagen wordt berekend volgens de volgende formule: (214) x (12 maanden) x (gemiddeld aantal werkdagen per maand/21,75). |
3.2.10 | Indien de werknemer na 1 januari in dienst is getreden van Xxxxx xxxxxxxxx, wordt de persoonlijke fiscale ruimte van de werknemer berekend vanaf de datum indiensttreding. |
3.2.11 | Woont de werknemer op meer dan 75 kilometer van het werk, dan wordt voor de berekening van de fiscale ruimte maximaal 75 kilometer in aanmerking genomen. |
3.2.12 | Bij toepassing van deze regeling wordt rekening gehouden met de doorlopende cumulatieve saldering van het bovenmatige deel van de vergoeding van dienstreiskilometers met de eventuele fiscale ruimte in de vergoeding van het woon-werkverkeer van de werknemer. |
3.2.13 | Deelname aan deze regeling geldt tot wederopzegging. |
3.3. Extra vergoeding studiekosten
3.3.1 | Deelname aan de regeling extra vergoeding studiekosten geeft de werknemer recht op een onbelaste (extra) vergoeding voor studiekosten. Het moet daarbij gaan om een studie die de werknemer volgt met het oog op zijn huidige of toekomstige beroep, binnen Lelie zorggroep en daarbuiten. |
3.3.2 | Deelname aan de regeling extra vergoeding studiekosten is mogelijk voor het volledige bedrag van de studiekosten, verminderd met het bedrag waarvoor de werknemer eventueel reeds een onbelaste vergoeding ontvangt van Xxxxx xxxxxxxxx in het kader van de 'studieregeling bij-, na-, door- of omscholing' (zie kwaliteitshandboek). De onbelaste extra vergoeding en de directe onbelaste vergoeding mogen samen niet meer bedragen dan 100% van de werkelijke studiekosten van de werknemer. |
3.3.3 | In ruil voor de onbelaste extra vergoeding ziet de werknemer af van 1 of meer van zijn geld- of tijdbronnen. |
3.3.4 | De werknemer kan in principe meerdere malen per jaar deelnemen aan de Regeling extra vergoeding studiekosten. |
3.3.5 | Onder studiekosten wordt verstaan de kosten gemaakt tijdens het dienstverband van de werknemer ten behoeve van de opleiding, zijnde cursus-, school- of collegegelden, examen- en tentamengelden, de kosten voor aanschaf van voor de opleiding verplichte boeken en noodzakelijke reis- en verblijfkosten. |
3.3.6 | De werknemer overlegt aan de werkgever originele, op zijn naam gestelde xxxxxx of facturen waaruit blijkt dat de studiekosten door hem persoonlijk zijn gemaakt. |
3.3.7 | De onbelaste extra vergoeding dient te worden toegekend in hetzelfde jaar als waarin de betreffende studiekosten door de werknemer zijn gemaakt. |
3.4. Vergoeding contributie beroepsvereniging
3.4.1 | Lelie zorggroep kent op verzoek van de werknemer aan hem een onbelaste vergoeding toe voor de contributie van het lidmaatschap van een erkende en aan de functie van de werknemer gerelateerde beroepsvereniging. |
3.4.2 | In ruil voor de onbelaste vergoeding contributie beroepsvereniging ziet de werknemer af van een evenredig deel van zijn geld- of tijdbronnen. |
3.4.3 | De vergoeding wordt toegekend voor contributie waarvan de feitelijke betaling door de werknemer in het betreffende kalenderjaar heeft plaatsgevonden en die niet al op andere wijze aan de werknemer is vergoed. |
3.4.4 | De werknemer dient aan Xxxxx zorggroep een gespecificeerde contributienota te overleggen waaruit zijn lidmaatschap in het betreffende kalenderjaar blijkt. |
3.4.5 | De betaling van de contributie door de werknemer en het toekennen van de vergoeding dienen in hetzelfde kalenderjaar plaats te vinden. Contributie die in eerdere jaren betaald is, komen niet meer voor vergoeding in aanmerking. |
3.4.6 | Wanneer zijn lidmaatschap van de beroepsvereniging waarvoor hij een vergoeding ontvangt, binnen het betreffende kalenderjaar wordt beëindigd, dient de werknemer Xxxxx zorggroep daarover direct te informeren. |
3.5. Vergoeding contributie vakbond
3.5.1 | Lelie zorggroep kent op verzoek van de werknemer aan hem een onbelaste vergoeding toe voor de contributie van het lidmaatschap van een erkende vakbond. |
3.5.2 | In ruil voor de onbelaste vergoeding contributie vakbond ziet de werknemer af van een evenredig deel van zijn geld- of tijdbronnen. |
3.5.3 | De vergoeding wordt toegekend voor contributie waarvan de feitelijke betaling door de werknemer in het betreffende kalenderjaar heeft plaatsgevonden en die niet al op andere wijze aan de werknemer is vergoed. |
3.5.4 | De werknemer dient aan Xxxxx zorggroep een gespecificeerde contributienota te overleggen waaruit zijn lidmaatschap in het betreffende kalenderjaar blijkt. |
3.5.5 | De betaling van de contributie door de werknemer en het toekennen van de vergoeding dienen in hetzelfde kalenderjaar plaats te vinden. Contributie die in eerdere jaren betaald is, komen niet meer voor vergoeding in aanmerking. |
3.5.6 | Wanneer zijn lidmaatschap van de vakbond waarvoor hij een vergoeding ontvangt, binnen het betreffende kalenderjaar wordt beëindigd, dient de werknemer Xxxxx zorggroep daarover direct te informeren. |
?
3.6. Extra salaris
3.6.1 | Werknemer kan binnen het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden kiezen voor het doel extra salaris, zijnde een belaste éénmalige extra salarisuitkering. |
3.6.2 | De uitbetaling van de waarde van deze opgebouwde bovenwettelijke vakantie-uren vindt plaats tijdens de gebruikelijke eerstvolgende maandelijkse salarisbetaling. De bovenwettelijke vakantie-uren waarvan wordt afgezien ten gunste van het doel extra salaris worden gewaardeerd tegen het actuele uurloon. |
3.6.3 | Het doel extra salaris kan uitsluitend worden gefinancierd uit de bron bovenwettelijke vakantie-uren. |
3.6.4 | De werknemer met een volledig dienstverband kan per keuzeperiode maximaal 21,6 bovenwettelijke vakantie-uren verkopen. Voor de deeltijdwerknemer wordt het aantal te verkopen uren afgeleid van zijn aanstellingspercentage. |
3.7. Koop vakantie-uren
3.7.1 | De werknemer kan kiezen voor het doel koop vakantie-uren, zijnde de aankoop van extra vakantie-uren in de zin van artikel 11, lid 1, onderdeel r, juncto 1o van de Wet op de Loonbelasting 1964. |
3.7.2 | De werknemer dient alle aangekochte extra vakantie-uren als vakantie in het betreffende kalenderjaar op te nemen. |
3.7.3 | De werknemer met een volledig dienstverband kan per keuzeperiode maximaal 21,6 extra vakantie-uren aankopen. Voor de deeltijdwerknemer wordt het maximum aantal aan te kopen vakantie-uren afgeleid van zijn aanstellingspercentage. |
3.7.4 | De regels voor het opnemen van vakantie-uren zijn eveneens van toepassing op de aangekochte extra vakantie-uren. |
3.7.5 | Het doel koop vakantie-uren kan alleen uit geldbronnen worden gefinancierd. |
3.8. Levensloop
3.8.1 | De werknemer kan kiezen voor het doel levensloop, zijnde het sparen van verlofuren in het kader van de wettelijke levensloopregeling in de zin van artikel 39d Wet Loonbelasting 1964 (overgangsregeling), de artikelen 11, 13a, 19b, 19g, 21c, 21 ca, 22d, 32 en 36a van de Wet op de Loonbelasting 1964 (wettekst 2010) en op hoofdstuk 7 van de Wet Arbeid en Zorg. |
3.8.2 | Deelname aan deze regeling staat open voor alle werknemers die een actief dienstverband hebben met Xxxxx zorggroep, daaruit loon uit tegenwoordige dienstbetrekking genieten, mits hij op 31 december 2011 minimaal € 3.000 had gespaard in de levensloopregeling. Nieuwe deelnemers kunnen zich niet meer aanmelden. De overgangsregeling voor bestaande deelnemers geldt tot 1 januari 2022. |
3.8.3 | Sparen in het kader van de levensloopregeling kan door stortingen op een levensloop spaarrekening, premie inleg in een levensloopverzekering of door inleg in een beleggingsrekening, met het vereiste minimumsaldo op peildatum. De uiteindelijke opbouw van het levenslooptegoed is afhankelijk van het rendement op sparen of beleggen. |
3.8.4 | In ruil voor de storting als bedoeld in het vorige lid, ziet de werknemer af van een evenredig deel van zijn geld- of tijdbronnen. |
3.8.5 | Voor deze regeling heeft Xxxxx zorggroep een apart reglement opgesteld. Zie dit regelement voor meer informatie over deze regeling en de voorwaarden. |
Artikel 4. Spelregels
4.1. Algemeen
4.1.1 | De werknemer die wil deelnemen aan het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden maakt zijn keuze kenbaar door middel van Selfservice in Youforce. Voor de inzet van tijdbronnen of de aankoop van vakantie-uren dient de bevoegd leidinggevende zich akkoord te verklaren. |
4.1.2 | Lelie zorggroep legt de keuzes voor het arbeidsvoorwaardenpakket van de werknemer vast en verwerkt deze in de salarisadministratie. |
4.1.3 | Lelie zorggroep keurt de gekozen doelen goed door de overeenkomst mede te ondertekenen. |
4.1.4 | De door de werknemer gekozen doelen zijn slechts geldig na goedkeuring door Lelie zorggroep. Lelie zorggroep behoudt zich het recht voor de door de werknemer gekozen bronnen en/of doelen aan te passen of te weigeren op grond van beperkingen in (fiscale) wet- en regelgeving. De werkgever deelt een eventuele, in overleg met de werknemer gemaakte aanpassing of een weigering beargumenteerd mee aan de werknemer. |
4.1.5 | Indien de werknemer kiest voor deelname vanuit de bron vakantietoeslag of eindejaarsuitkering, dient de keuze gemaakt te worden uiterlijk voor 1 april (vakantietoeslag) of 15 november (eindejaarsuitkering) van het desbetreffende kalenderjaar. Let op: tussen het keuzemoment en de ingangsdatum van de ruilperiode wordt een verwerkingsperiode van 2 volle loonperiodes aangehouden, ervan uitgaande dat alle documenten tijdig en correct worden aangeleverd bij de salarisadministratie. |
4.2. Keuzeperioden
4.2.1 | De door de werknemer gemaakte keuzes gelden gedurende de gehele keuzeperiode tenzij nadrukkelijk anders wordt overeengekomen. De door de werknemer eenmaal gemaakte keuzes worden gedurende de keuzeperiode waarop de keuzes betrekking hebben, niet meer gewijzigd. |
4.2.2 | Aan het einde van de keuzeperiode herleeft de arbeidsovereenkomst zoals deze luidde direct voordat de door de werknemer gemaakte keuzes in werking traden, tenzij tussentijds de aard van het dienstverband is gewijzigd. |
4.2.3 | Voor dat deel van de door de werknemer gemaakte keuzes waarvoor een afwijkende keuzeperiode is overeengekomen, geldt dat de arbeidsovereenkomst zoals deze luidde direct voordat de door de werknemer gemaakte keuzes in werking traden, volledig herleeft als de overeengekomen keuzeperiode is geëindigd. |
4.2.4 | Eenmaal gemaakte keuzes gelden gedurende de gehele overeengekomen ruilperiode tenzij nadrukkelijk anders is bepaald. Eenmaal gemaakte keuzes kunnen gedurende de overeengekomen ruilperiode niet meer worden gewijzigd. |
4.2.5 | Direct na afloop van de overeengekomen ruilperiode herleeft de arbeidsovereenkomst zoals deze luidde direct voordat de door u gemaakte keuzes in werking traden, tenzij de aard of de omvang van uw dienstverband met Lelie zorggroep tussentijds is gewijzigd. |
4.2.6 | Wordt de deelname aan een keuzeregeling tussentijds beëindigd omdat u (bijvoorbeeld wegens langdurige ziekte of arbeidsongeschiktheid) niet meer aan de wettelijke vereisten van de Regeling voldoet, dan herleeft vanaf dat moment uw arbeidsovereenkomst zoals deze luidde direct voordat de door u gemaakte keuzes in werking traden, tenzij de aard of de omvang van uw dienstverband met Lelie zorggroep tussentijds is gewijzigd. | |
4.2.7 | Voor deelname aan de Meerkeuzeregelingen gelden de volgende keuzeperioden: | |
Bron/keuzeregeling | Keuzeperiode | |
Fietsplan | Maximaal 12, 24 of 36 maanden1 | |
Extra vergoeding reiskosten achteraf | Tot wederopzegging2 | |
Studiekosten | 1 kalenderjaar | |
Beroepsvereniging/vakbond | 1 kalenderjaar | |
Regeling extra salaris | 1 kalenderjaar | |
Regeling koop vakantie-uren | 1 kalenderjaar |
Levensloop | Tot wederopzegging3 |
4.3. Ruilmomenten
Voor deelname aan de Meerkeuzeregelingen gelden de volgende ruilmomenten:
4.3.1
Bron/keuzeregeling | Ruilmoment | Inleveren keuzeformulier |
Salaris | Maandelijks/per periode | Doorlopend |
Vakantietoeslag | Mei | Voor 1 maart |
Eindejaarsuitkering | December | Voor 1 november |
Bovenwettelijk verlof | Maandelijks/per periode | Doorlopend |
LFB | Maandelijks/per periode | Doorlopend |
4.4. Verrekening van bronnen en doelen
4.4.1 | Indien het dienstverband van de werknemer eindigt, maakt de werkgever een overzicht van de door de werknemer ingeruilde bronnen en de door hem gekozen doelen in de lopende keuzeperiode. |
4.4.2 | Indien bij de beëindiging van het dienstverband een verschil bestaat tussen de waarde van de gekozen doelen en de waarde van de ingezette bronnen, wordt dit verschil verrekend met het laatst uit te betalen salaris en eventuele overige uitbetalingen. |
4.4.3 | Indien de werknemer langdurig ziek wordt na het maken van een keuze, blijven de gemaakte keuzes in stand, indien en voor zover de gekozen bronnen in stand blijven. Xxxxxx deze weg, dan overlegt de werknemer met de werkgever over een andere financiering van de gekozen doelen. |
4.4.5 | Het doel fiets wordt in het kader van het Meerkeuzesysteem arbeidsvoorwaarden bij beëindiging van het dienstverband en voorzover de werknemer nog niet heeft afbetaald of voor zover de werknemer niet voldoet aan het bepaalde in het reglement fietsplan, verrekend met het netto maandsalaris. |
4.4.6 | Indien het maandsalaris en/of andersoortige afrekeningen niet voldoende zijn om bij beëindiging van het dienstverband de verrekening volledig te laten plaatsvinden, heeft de werknemer voor het overige deel een schuld aan werkgever. Deze schuld is rentedragend en direct opeisbaar. Werkgever hanteert daarbij de wettelijke rente. Eventuele kosten die worden gemaakt om de schuld te innen, komen voor rekening van de werknemer. |
Artikel 5. Financiële gevolgen van keuzes
5.1. Algemeen
5.1.1 | Toepasselijke wet- en regelgeving beïnvloeden de keuzemogelijkheden. |
5.1.2 5.1.3 | Keuzes kunnen voor de werknemer zowel voordelige als nadelige financiële gevolgen hebben. |
De werknemer is zelf verantwoordelijk voor deze gevolgen en hij draagt zelf het risico hiervoor. | |
5.1.4 | Lelie zorggroep compenseert niet de eventuele negatieve financiële gevolgen die voortvloeien uit veranderingen in de wet of regelgeving of wijzigingen in de standpunten van de Belastingdienst ten aanzien van (onderdelen van) het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden van Lelie zorggroep. |
5.2. Gevolgen voor de sociale verzekeringen
5.2.1 | Salaris, vakantietoeslag en eindejaarsuitkering zijn onderdeel van de grondslag waarop uitkeringen krachtens de sociale verzekeringswetten worden gebaseerd. |
5.2.2 | Keuzes voor het inzetten van de bronnen salaris, vakantietoeslag en/of eindejaarsuitkering kunnen gevolgen hebben voor de aanspraken die de werknemer heeft op uitkeringen krachtens de sociale verzekeringswetten. Daarbij kan gedacht worden aan uitkeringen bij in het kader van de WAO/WIA, de WW en de ZW. |
5.3. Gevolgen voor doorbetaling salaris bij ziekte
5.3.1 | Keuzes binnen het meerkeuzesysteem van Lelie zorggroep kunnen gevolgen hebben voor de salarisdoorbetaling bij ziekte. De salarisdoorbetaling bij ziekte wordt vastgesteld aan de hand van het werkelijk ontvangen salaris. |
5.3.2 | Indien de werknemer heeft afgezien van een deel van zijn salaris ten behoeve van een andere arbeidsvoorwaarde, ontvangt de werknemer bij ziekte minder maandsalaris. |
5.4. Gevolgen voor de pensioengrondslag
5.4.1 | Inzet van bronnen in het meerkeuzesysteem van Lelie zorggroep heeft geen gevolgen voor de hoogte van de pensioengrondslag. |
5.5. Gevolgen voor inkomensgerelateerde subsidies en tegemoetkomingen
5.5.1 | Inzet van de bronnen salaris, vakantietoeslag, eindejaarsuitkering in het meerkeuzesysteem van Lelie zorggroep kan gevolgen hebben voor de hoogte van te ontvangen subsidies of tegemoetkomingen. Daarbij kan worden gedacht aan huurtoeslag, kinderopvangtoeslag etc. |
5.6. Salarisaanpassingen
5.6.1 | Een salarisaanpassing kan invloed hebben op de gemaakte keuze, indien en voor zover dit leidt tot ontoereikende financiering van het gekozen doel. De werknemer overlegt hierover dan met de werkgever. |
Artikel 6. Overige bepalingen
6.1. Inwerkingtreding van het meerkeuzesysteem van Lelie zorggroep
6.1.1 | Dit reglement geldt vanaf 1 januari 2015. De werknemer kan in oktober van enig jaar zijn keuze bepalen. De effectuering van deze keuzes vindt niet eerder plaats dan per 1 januari van het jaar daarop. |
6.2. Wijzigingsbeding
6.2.1 | Lelie zorggroep behoudt zich na overleg en/of instemming met/van de COR het recht voor om de bepalingen van dit reglement eenzijdig te wijzigen of in te trekken. Uitgangspunt is de redelijkheid en billijkheid. |
6.2.2 | Werkgever behoudt zicht het recht voor om individuele werknemers uit te sluiten van deelname aan het meerkeuzesysteem van Lelie zorggroep. |
6.2.3 | Indien de opstelling van de wetgever en/of de Belastingdienst ten aanzien van (onderdelen van) het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden wijzigt, is werkgever gerechtigd de betreffende bepalingen te wijzigen of in te trekken om deze in overeenstemming te brengen met de toepasselijke wetgeving. |
6.3. Hardheidsclausule
6.3.1 | Indien de werknemer van mening is dat de uitvoering van de regelingen zoals omschreven in dit reglement voor zijn persoonlijke situatie tot kennelijk onbillijke uitkomsten leiden, kan hij een schriftelijk verzoek bij de werkgever indienen om tot een afwijking van het reglement te besluiten. De werkgever beslist uiteindelijk over het verzoek. De beslissing op het verzoek wordt schriftelijk vastgelegd en uiterlijk binnen 6 weken na ontvangst van het verzoek aan de werknemer meegedeeld. |
Artikel 7. Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2015 en vervangt alle overige meerkeuzeregelingen van de werkmaatschappijen van Lelie zorggroep.
Bijlage 1. Actuele cijfers
In deze bijlage zijn de actuele cijfers en percentages voor 2015 opgenomen die van toepassing zijn op deelname aan het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden van Lelie zorggroep. Indien daarvoor gegronde redenen aanwezig zijn, kan de werkgever overgaan tot tussentijdse aanpassingen van deze cijfers en percentages.
1.1. Vergoedingen per januari 2015
Doel | Onderwerp | Omschrijving | Bedrag/percentage |
Fietsplan | Aanschafbedrag fiets | Maximum van de onbelaste vergoeding van een fiets in 2015, inclusief de aanschaf van toegestane fietsaccessoires en fietsverzekering. | € 500,- |
Fietsplan | Aantal deelnemers | Maximum budget beschikbaar voor deelname aan de regeling fietsplan in 2015 per werkmaatschappij, danwel indien dit eerder wordt bereikt met het maximum aantal fietsen. Bij meer aanmeldingen wordt een wachtlijst aangehouden. | Curadomi: € 11.577,- of 23 fietsen; De Driehoek: € 500,- of 1 fiets; Lelie zorggroep WZW: € 23154,- of 46 fietsen; Cruciaal: € 723,- of 2 fietsen; STAGG: € 500,- of 1 fiets; Xxxxx xxxxxxx: 1756,- of 3 fietsen. |
Fietsplan | Deelname | 1 keer per 60 maanden |
Aan deze bedragen kunnen geen rechten worden verleend. De actuele wettelijke bedragen zijn te allen tijde van toepassing op het MKA.
1.2. Levensloopnormen per 1 januari 2015
Norm voor | Omschrijving | In uren/maanden |
Deelname | Minimum levensloopsaldo per 31-12-2011 op basis waarvan in 2015 nog deelname aan de levensloopregeling mogelijk is. | € 3000,- |
Maximum spaarbedrag | Maximum spaarbedrag per jaar voor werknemers die op 21-12-2005 jonger dan 51 jaar of 56 jaar of ouder waren. | 12% van het jaarloon |
Maximum spaarbedrag | Maximum spaarbedrag per jaar voor werknemers die op 31-12-2005 51 jaar of ouder, maar xxxxxx dan 56 jaar waren. | Geen jaarmaximum |
Maximum spaarsaldo | Maximum totaal spaartegoed inclusief tegoed verlofsparen in % van het bruto jaarloon per 1-1 van het kalenderjaar. | 210% van het jaarloon |
Aan deze bedragen kunnen geen rechten worden verleend. De actuele wettelijke bedragen zijn te allen tijde van toepassing op het MKA.
1.3. Wettelijk minimumloon en minimumvakantietoeslag per 1 januari 2015
Het minimumloon en minimum jeugdloon wordt jaarlijks per 1 januari en 1 juli opnieuw vastgesteld.
Wettelijk bruto minimumloon per maand in € | Wettelijk bruto minimumvakantietoeslag per jaar in € | |
18 jaar | € 683,30 | € 655,97 |
19 jaar | € 788,45 | € 756,91 |
20 jaar | € 923,60 | € 886,66 |
21 jaar | € 1088,80 | € 1045,25 |
22 jaar | € 1276,55 | € 1225,49 |
23 jaar en ouder | € 1501,80 | € 1441,73 |
Aan deze bedragen kunnen geen rechten worden ontleend. De actuele wettelijke bedragen zijn te allen tijde van toepassing op het MKA.