Havenreglement
Watersportvereniging Schiphol
Huishoudelijkreglement
Havenreglement
Zeilreglement
uitgave december 2019
Huishoudelijk Reglement 4
Artikel 0.Xx toelating als lid, junior-deelnemer, of begunstiger 4
Artikel 2.Het lidmaatschap van de vereniging 4
Artikel 3.Het junior-deelnemerschap. 4
Artikel 4.Bestuur 4
Artikel 5.Bestuur 5
Artikel 6.Bestuur 5
Artikel 7.Bezwaarschriften 5
Artikel 0.Xx deelnamebeperking 5
Artikel 0.Xx beschermheer, de erevoorzitter, erelid en lid voor het leven 5
Artikel 10. De begunstigers en de introducés. 5
Artikel 11. De overige rechten en verplichtingen 6
Artikel 12. De aansprakelijkheid. 6
Artikel 13. Het bestuur 6
Artikel 14. Het bestuur 6
Artikel 15. Het bestuur 6
Artikel 16. Het bestuur 6
Artikel 17. Het bestuur 6
Artikel 18. Het dagelijks bestuur 6
Artikel 19. De bestuursvergaderingen 7
Artikel 20. De voorzitter 7
Artikel 21. De secretaris. 7
Artikel 22. De penningmeester 7
Artikel 23. De commissarissen 8
Artikel 24. De commissarissen 8
Artikel 25. De ledenadministratie. 8
Artikel 26. Het embleem van de vereniging 9
Artikel 27. De vlag van de vereniging en de standaard van leden 9
Artikel 28. Het protocol van vlagvoering 9
Artikel 29. De onderscheidingen en de ereprijzen 9
Artikel 30. De verenigingswebsite en de verenigingsmededeling 10
Artikel 31. Wijziging in het huishoudelijk reglement. 10
Artikel 32. De slotbepalingen 10
Havenreglement (gepubliceerd op site WV Schiphol december 2019) 11
Artikel 1. Begripsbepalingen. 11
Artikel 4. De deelname afdeling haven. 11
Artikel 5. Het stemrecht. 11
Artikel 6. Het aanvragen van een ligplaats en de wachtlijstprocedure. 11
Artikel 7. De toewijzing van een ligplaats. 12
Artikel 8. De uitsluiting van ligplaats 12
Artikel 9. De wijziging of opzegging van een ligplaats. 13
Artikel 10. De heffingen. 13
Artikel 11. De liggelden in het zomerseizoen. 13
Artikel 12. De liggelden in het winterseizoen 14
Artikel 13. De volgboten, bijboten en zeilplanken. 14
Artikel 14. De entreegelden. 15
Artikel 15. De hardheidsclausule. 15
Artikel 16. De beperkingen. 15
Artikel 19. De terreinen 17
Artikel 20. Het hellingen. 18
Artikel 21. De loods en de werkplaats 18
Artikel 22. De opslag en de afvoer. 19
Artikel 23. De kleedgelegenheid 20
Artikel 24. Het clubhuis. 20
Artikel 25. De bar in het clubhuis 20
Artikel 26. Het zomerhuisje "Scholletjesbos". 21
Artikel 27. De havenmeester. 21
Artikel 28. Het havenkantoor / ‘t Kombuis. 21
Artikel 29. De gasten en passanten. 22
Artikel 31. Xxxxxxxxx en ontzetting 22
Zeilreglement (gepubliceerd op site WV Schiphol december 2019) 25
Artikel 1. Begripsbepalingen. 25
Artikel 3. De deelname afdeling zeilen. 25
Artikel 4. Het stemrecht. 25
Artikel 6. Het aanvragen van een opleiding en de wachtlijstprocedure. 26
Artikel 7. De opleiding en de bevoegdheden. 26
Artikel 8. Het gebruiksrecht van leden. 27
Artikel 9. Het gebruiksrecht van junior-deelnemers. 27
Artikel 10. De aanvraag van schepen. 28
Artikel 11. De dagelijkse toewijzing van schepen 28
Artikel 12. De meerdaagse aanvraag en toewijzing 29
Artikel 13. De gebruiksbeperkingen. 29
Artikel 14. De verantwoordelijkheden van de schipper. 30
Artikel 15. Averij en schade. 31
Artikel 16. De heffingen. 32
Artikel 17. De jeugdafdeling 32
Artikel 18. Xxxxxxxxx en ontzetting 33
Huishoudelijk Reglement
goedgekeurd door de ALV op 13 december 2019 en gepubliceerd op site WV Schiphol december 2019
Artikel 1. De toelating als lid, junior-deelnemer, of begunstiger.
Bekendheid met reglementen.
Een ieder, die wenst lidmaatschap of junior-deelnemerschap aan te vragen, of begunstiger te worden van de vereniging, kan zich via de website aanmelden. Het bestuur kan besluiten de aanmelder als lid, junior-deelnemer of begunstiger aan te nemen onder voorbehoud van het in Artikelen 2 en 7 gestelde. Door het verzenden van het aanmeldingsformulier verklaart het aspirant-lid, -junior-deelnemer of -begunstiger zich binnen twee weken na ontvangst bekend te zijn met de inhoud van de statuten, huishoudelijk reglement en andere reglementen van de vereniging zoals gepubliceerd op de website van de vereniging.
De vorderingen van de vereniging worden in de regel in een bedrag verrekend. Indien dit voor de betrokkene bezwaarlijk is, kan hij of zij het bestuur vooraf verzoeken een afwijkende regeling te treffen.
Artikel 2. Het lidmaatschap van de vereniging.
In aanvulling op de statuten;
1. wordt een vaste relatie met een langdurig karakter, voor zover vergelijkbaar met een huwelijk, met een huwelijk gelijkgesteld bij een aanvraag tot werkend lidmaatschap.
2. kan het bestuur buitengewoon lidmaatschap verlenen aan diegene, die niet voor een werkend lidmaatschap in aanmerking komt, indien;
- het lidmaatschap door het bestuur op hoge prijs wordt gesteld in het belang van de vereniging of haar leden,
- het lidmaatschap door het bestuur gewenst is ter wille van de continuïteit van een afdeling,
- het verlies van werkend lidmaatschap volgens Artikel 7. lid 1c van de statuten nadelige gevolgen heeft voor de vereniging of tot een onredelijke situatie leidt.
Op buitengewoon lidmaatschap blijft het gestelde in Artikel 7. lid 1c van de statuten onverminderd van toepassing. Werknemers in dienst van de vereniging zijn uitgesloten van enig lidmaatschap.
3. kan een lager tarief worden gehanteerd voor werkend lidmaatschap en buitengewoon lidmaatschap indien de aanvrager van het lidmaatschap de partner, zoals bedoeld in lid 1 van dit artikel, van een werkend of buitengewoon lid is of ouder van een junior deelnemer. Wel zijn de volgende beperkingen van toepassing op de rechten van dit zogenaamde niet-actieve lidmaatschap;
- artikel 10 lid 1 en 2 van de statuten zijn niet van toepassing,
- voor deelname aan verenigingsevenementen kan een afwijkend tarief gerekend worden,
- voor omzetting van niet-actief lidmaatschap naar volledig buitengewoon lidmaatschap blijven artikel 5 lid 4 van de statuten en artikel 2 lid 2 van het huishoudelijk reglement onverkort van toepassing
Artikel 3. Het junior-deelnemerschap.
Het junior-deelnemerschap staat open voor;
- een ieder die in actieve dienst is bij de K.L.M.,
- gezinsleden van de werkende-, ere-, of buitengewone leden,
in geval bij aanvang van het verenigingsjaar de leeftijd van achttien jaar nog niet is bereikt.
Artikel 4.Bestuur
Bij aanvragen voor junior-deelnemers dient het aanmeldingsformulier mede ondertekend te zijn door één van de ouders of voogd. De ouder of voogd verklaart zich overeenkomstig Artikel 1. bekend te maken met de inhoud van de statuten, huishoudelijk
reglement en andere reglementen van de vereniging middels de aanmelding als junior- deelnemer.
Artikel 5. Bestuur
Het bestuur is niet verplicht toezicht uit te oefenen op de junior-deelnemers en draagt geen verantwoordelijkheid ten opzichte van hen.
Artikel 6. Bestuur
Junior-deelnemers krijgen in het jaar volgend op het jaar dat zij achttien jaar worden de status van buitengewoon lid, behalve als zij in dienst zijn bij de KLM. In dat geval krijgen zij de status van werkend lid.
Artikel 7. Bezwaarschriften.
Bezwaarschriften tegen door het bestuur aangenomen nieuwe leden, junior-deelnemers of begunstigers kunnen worden ingediend bij de secretaris. Het bestuur is gehouden deze bezwaren te onderzoeken. Na onderzoek en beslissing staat leden beroep open op de algemene vergadering.
Artikel 8. De deelnamebeperking.
Het bestuur is gerechtigd beperkingen in te stellen omtrent het toelaten van leden of junior-deelnemers tot de afdelingen. Deze beperkingen gelden voor kortere of langere tijd. Indien de beperking wordt opgeheven, vindt toelating plaats in volgorde van aanvraag van leden en voorts zo nodig volgens de volgorde van de wachtlijst zoals vastgelegd in het Haven- en Zeilreglement.
Artikel 9. De beschermheer, de erevoorzitter, erelid en lid voor het leven.
Beschermheer of beschermvrouw is diegene, die op voorstel van het bestuur door de algemene vergadering is verzocht het beschermheerschap op zich te nemen en die hiermede heeft ingestemd. De beschermheer of beschermvrouw is zonder verplichtingen een begunstiger in de zin van de statuten en reglementen, en indien hij/zij tevens lid is, vrijgesteld van contributie. Bovendien heeft de beschermheer/vrouwe toegang tot de algemene vergadering en mag hij/zij aldaar het woord voeren.
Benoeming tot beschermheer of beschermvrouw, erevoorzitter, of erelid geschiedt door de algemene vergadering bij acclamatie. Indien schriftelijke stemming wordt verzocht, dan dient ten minste tweederde van de geldige stemmen in het voordeel van de benoeming te zijn.
De erevoorzitter is een bijzonder erelid en erelid in de zin van statuten en reglementen. De erevoorzitter heeft het recht het woord te voeren in bestuursvergaderingen en ontvangt de notulen. Echter de erevoorzitter heeft geen stemrecht in de bestuursvergadering, tenzij hij tevens een door de algemene vergadering gekozen bestuurslid is.
Ereleden en leden voor het leven zijn vrijgesteld van contributie. Het lidmaatschap eindigt bij overlijden.
Artikel 10. De begunstigers en de introducés.
1. Begunstigers zijn gerechtigd tot:
- het bijwonen van de algemene vergadering;
- het bezoeken van de haven;
- het bijwonen van verenigingsevenementen. Voor deelname aan verenigingsevenementen kan een afwijkend tarief gerekend worden.
Begunstigers hebben geen recht:
- in de algemene vergaderingen het woord te voeren of een stem uit te brengen;
- een vaste ligplaats in de haven aan te vragen, tenzij de begunstiger na toekenning van een ligplaats volgens artikel 5 van de statuten recht heeft op het werkend of buitengewoon lidmaatschap;
- schepen van de vereniging te gebruiken;
2. Leden en begunstigers, die gasten introduceren aan de haven, dragen zorg dat hun introducés het bepaalde in de statuten en overige reglementen nakomen.
Artikel 11. De overige rechten en verplichtingen.
1. De rechten en verplichtingen van de leden en de junior-deelnemers die tevens gebruik maken van de haven wordt nader geregeld in het havenreglement; en van de leden en junior-deelnemers die tevens gebruik maken van schepen van de vereniging voorts nader in het zeilreglement.
2. Het stemrecht van leden betreffende algemene zaken heeft met name ook betrekking op het havenkantoor, het clubhuis, het parkeerterrein, het "Scholletjesbos" en de was- en kleedruimten.
3. Indien de financiële verplichtingen van een lid of junior-deelnemer stammend uit een voorgaand verenigingsjaar niet invorderbaar zijn gebleken, kan het bestuur besluiten het lidmaatschap of juniordeelnemerschap schriftelijk op te zeggen. Deze opzegging kan bij gebrek aan een nader dan het geregistreerde adres plaatsvinden in het verenigingsorgaan (= website). Deze opzegging is rechtens een ontzetting volgens Artikel 7 lid 1d van de statuten.
4. Tijdens een schorsing volgens Artikel 9 van de statuten is de geschorste ontzet uit zijn rechten met behoud van zijn verplichtingen. De toegang tot de haven en gebruik van de schepen van de vereniging is hem ontzegd, behoudens met verkregen toestemming van de voorzitter of bij diens ontstentenis van de vice-voorzitter.
Artikel 12. De aansprakelijkheid.
1. De vereniging noch haar bestuur aanvaardt aansprakelijkheid voor zich op of in de haven bevindende schepen, voor de inventaris daarvan, of voor de op haar terreinen geparkeerde auto's, rij- en voertuigen, fietsen en alle niet aan haar toebehorende goederen, of voor schade toegebracht aan leden of derden.
2. Op de leden, junior-deelnemers of begunstigers die door nalatigheid of opzet schade berokkenen aan de vereniging, kan, ter beoordeling van het bestuur, deze schade geheel of gedeeltelijk worden verhaald.
3. Indien sprake is van grove nalatigheid of opzet kan de volledige schade worden verhaald op het lid. E.e.a. ter beoordeling van het bestuur
Artikel 13. Het bestuur.
Het bestuur is in al zijn handelingen verantwoording verschuldigd aan de algemene vergadering.
Artikel 14. Het bestuur
Het bestuur bestaat uit een voorzitter, vice-voorzitter, secretaris, penningmeester en commissarissen.
Artikel 15. Het bestuur
Toevoeging van een tweede secretaris en/of penningmeester is mogelijk. Combinatie van functies is eveneens mogelijk.
Artikel 16. Het bestuur
De voorzitter, secretaris en de penningmeester worden bij afzonderlijke kandidaatstelling in functie gekozen. Het bestuur verdeelt de overige functies onderling.
Artikel 17. Het bestuur
De bestuursleden treden af volgens rooster:
- in de even jaren de voorzitter, de eventuele 2e secretaris en 2e penningmeester en de helft van de commissarissen;
- in de oneven jaren de secretaris, de penningmeester en de andere helft van de commissarissen.
- aftredende bestuursleden zijn terstond herkiesbaar. Xxxxxxx commissarissen treden in het rooster op de plaats van de aftredende commissarissen.
Artikel 18. Het dagelijks bestuur.
Het dagelijks bestuur van de vereniging is opgedragen aan de voorzitter, de 1e secretaris en de 1e penningmeester. Is één van hen afwezig, dan benoemt het bestuur voor hem een plaatsvervanger. In zaken waarbij een spoedige beslissing moet worden genomen
kan het dagelijks bestuur besluiten nemen, doch is verplicht daarvan in de eerst komende bestuursvergadering het gehele bestuur in kennis te stellen.
Artikel 19. De bestuursvergaderingen.
1. De voorzitter bepaalt waar en wanneer een bestuursvergadering wordt gehouden. Hij is verplicht deze bijeen te roepen op verzoek van ten minste twee bestuursleden.
2. De bestuursleden worden ten minste vijf dagen tevoren, behoudens in spoedeisende gevallen, door de secretaris opgeroepen, onder opgave van de te behandelen punten, uur en plaats van de vergadering.
3. De secretaris stelt in overleg met de voorzitter de agenda vast. Hij is verplicht een bepaald onderwerp op de agenda te plaatsen op verzoek van ten minste twee bestuursleden.
4. De voorzitter heeft de bevoegdheid de beraadslaging over een aan de orde zijnde onderwerp te sluiten en zo nodig tot stemming over te gaan.
5. Bij stemming beslist de gewone meerderheid.
Bij staken van stemmen heeft de voorzitter een beslissende stem.
6. Een bestuursvergadering kan slechts bindende besluiten nemen indien meer dan de helft van de bestuursleden aanwezig is.
7. De secretaris houdt de notulen bij, tenzij het bestuur besluit te volstaan met een besluitenlijst. De notulen of in het gegeven geval de besluitenlijst worden door het bestuur vastgesteld.
8. Bestuursleden hebben het recht één stem uit te brengen betreffende personen en zaken de afdelingen betreffende, zonder bij deze afdelingen aangesloten te zijn.
Artikel 20. De voorzitter.
De voorzitter leidt de bestuursvergaderingen en de algemene vergaderingen. De vice- voorzitter vervangt hem bij afwezigheid. Is de laatste eveneens afwezig, dan xxxxxx respectievelijk de penningmeester, de secretaris of het langst geleden gekozen aanwezige bestuurslid als zodanig op.
De voorzitter is belast met:
- het handhaven van de orde tijdens de vergadering;
- het bekrachtigen van de verslagen met zijn handtekening;
- het benoemen op de algemene vergadering van een stembureau;
- de vertegenwoordiging van het bestuur en de vereniging naar buiten;
- het toezicht op de uitvoering van arbeidscontracten en arbeidsovereenkomsten met werknemers in dienst van de vereniging.
Artikel 21. De secretaris.
De secretaris is belast met:
- het voeren en het afschrift houden van de correspondentie van de vereniging en het ter kennis brengen van het bestuur van alle uitgaande en inkomende stukken;
- het toezicht op de werkzaamheden van de ledenadministratie voor zover deze secretariaatswerkzaamheden betreffen;
- het bijhouden van de notulen van de bestuursvergaderingen en algemene vergaderingen;
- het uitbrengen van een jaarverslag aan de algemene vergadering. Dit jaarverslag moet gedurende ten minste zeven dagen voor de bedoelde vergadering ter inzage zijn van de leden en wordt aan de goedkeuring van de bedoelde vergadering onderworpen, welke vergadering het recht heeft in het verslag wijzigingen aan te brengen;
- het zo nodig en in overleg met het bestuur uitbrengen van het jaarverslag aan het bestuur van organisaties waarvan de vereniging lid is;
- het beheren van het archief;
- zorg dragen voor de presentielijsten en het aanwezig hebben van een exemplaar van de statuten, het huishoudelijk reglement en andere reglementen van de vereniging op iedere vergadering;
- het verzenden van convocaties voor bestuursvergaderingen en algemene vergaderingen;
- het in ontvangst nemen van voorstellen van leden.
Artikel 22. De penningmeester.
De penningmeester is belast met:
- het beheer van de geldmiddelen en de zorg voor de verenigingskas. De beschikbare gelden worden door hem gestort bij een bankinstelling, hem door het bestuur aangewezen;
- nauwkeurig aantekening te houden van alle ontvangsten en uitgaven. Hij is verplicht de bij hem ingekomen stukken te bewaren en van de verzonden stukken afschrift te houden. Tevens is hij verplicht het bestuur op de hoogte te houden van alle inkomende en uitgaande correspondentie;
- het zo nodig en in overleg met het bestuur uitbrengen van een jaarlijks financieel verslag aan het bestuur van organisaties waarvan de vereniging lid is;
- het jaarlijks in overleg met het bestuur samenstellen van een balans van de vereniging en een staat van baten en lasten van de vereniging, en aan te bieden aan de kascommissie ter controle;
- het in overleg met het bestuur samenstellen van een begroting voor de vereniging voor het komende verenigingsjaar;
- het toezicht houden op de werkzaamheden van de ledenadministratie voor zover deze financiële werkzaamheden betreffen.
De balans, de staat van baten en lasten en de begroting van de vereniging zullen door het bestuur aan de algemene vergadering worden voorgelegd.
Artikel 23. De commissarissen.
De commissarissen zijn ondersteunend aan het bestuur en verantwoordelijk voor de taken binnen de functie waarin zij zijn benoemd. Verantwoording wordt afgelegd op de reguliere bestuursvergadering.
De commissarissen zijn bevoegd binnen hun verantwoordelijkheid taken te delegeren, zij blijven echter te allen tijde verantwoordelijk voor een correcte uitvoering van de gedelegeerde taken.
Artikel 24. De commissarissen.
De desbetreffende commissaris is verplicht, indien het bestuur zulks verlangt, bij aanschaf van een tweedehands goed (b.v. een schip, motor of ander roerend goed) een expertiserapport van een erkend bedrijf, aan het bestuur te overleggen.
Artikel 25. De ledenadministratie.
Het leden- en ligplaatsenregister worden bijgehouden door de ledenadministratie onder bestuurlijke verantwoording van de secretaris en voor zover het financiële aangelegenheden betreft, onder bestuurlijke verantwoording van de penningmeester.
Op de ledenadministratie is van kracht de Wet op de Persoons Registratie (WPR) voor verenigingen met een ledenbestand. De vereniging is gehouden in het register opgenomen gegevens te beveiligen en uitsluitend te gebruiken voor het besturen van de vereniging. De gegevens worden niet aan derden verstrekt, behoudens indien verlangd door organisaties waarvan de vereniging lid is; zoals de K.P.V.N. en het K.N.W.V.
Een ieder, die meent dat gegevens hem betreffend zijn opgenomen in het register van de vereniging kan het bestuur om inzage verzoeken. Het bestuur zal binnen dertig dagen schriftelijk opgave verstrekken van al de gegevens hem betreffend zoals vermeld staande in het register.
Van leden, junior-deelnemers en begunstigers staan minimaal de volgende gegevens in het register vermeld;
- naam, woonplaats, postadres, telefoonnummer, geboortedatum en lidnummer, emailadres;
- K.L.M.-personeelsnummer (indien van toepassing);
- aard van het lidmaatschap; erelid, werkend of buitengewoon lid, lidmaatschap als partner van een lid, junior-deelnemer of begunstiger;
- indien aangesloten bij de afdeling zeilen en voor zover van toepassing; de aantekening; niet-schipper, leerling of schipper, de bevoegdheid, de leskaart of vervangende C.W.O.- vorderingenstaat, en eventueel bij junior-deelnemers de aantekening indien aangesloten bij de jeugdafdeling;
- indien aangesloten bij de afdeling haven en voor zover van toepassing; de aantekening; ligplaatshouder, type, afmetingen en naam van het schip, bijboot en/of zeilplank, de ligplaats;
- bankrekeningnummer;
Artikel 26. Het embleem van de vereniging.
Het embleem dat de vereniging voert, is;
- op goudgeel (kleurcode pantone Yellow-C of PMS-102);
- in azuur (kleurcode PMS-300) een cirkel met dunne zwarte rand, daarin in witzilver en zwart een meeuw in zweefvlucht,
- terwijl rechtsonder door de cirkel alternerend in goudgeel en azuur een golfmotief is aangebracht.
Artikel 27. De vlag van de vereniging en de standaard van leden.
De vlag en standaards, die de vereniging voert, zijn;
- de vlag van de vereniging; een rechthoekige driekleeds goudgele vlag, de hoogte verhoudt zich tot de lengte als twee tot drie, beladen in het hart met het embleem van nabij zestig centimeter in doorsnede,
- de standaard van leden; een driehoekige goudgele wimpel, waarvan de hijs 25 cm is en de vlucht 40 cm is, beladen met het embleem op nabij een derde van de grootte in het midden van de hijszijde en voorts getrouwelijk aan de hierboven beschreven vlag van de vereniging,
- de standaard van ereleden; rechthoekig met insnijding (gezwaluwstaart) en voorts eender aan de standaard van leden; de hijs is 25 cm en de vlucht is 40 cm,
- de standaard van de voorzitter en de erevoorzitter; rechthoekig en voorts eender aan de standaard van leden; de hijs is 25 cm en de vlucht is 40 cm,
- de standaard van de vice-voorzitter; eender aan de standaard van de voorzitter met een blauwe bal boven aan de zijde van de hijs,
- de standaarden van de overige bestuursleden; eender aan de standaard van de voorzitter met twee blauwe ballen onder elkaar aan de zijde van de hijs,
- de standaard van de beschermheer of beschermvrouw; vierkant en voorts eender aan de standaard van de voorzitter; de hijs is 40 cm.
Het beeldmerk dat de vereniging voert in drukwerk en op voorwerpen is de vlag van de vereniging uitgevoerd als wimpel.
Artikel 28. Het protocol van vlagvoering.
1. Nabij de voorsteiger wordt vanaf de officiële opening van het verenigingsseizoen op de laatste zondag voor 30 april tot en met de sluiting van het verenigingsseizoen op de laatste of voorlaatste zaterdag in oktober de vlag van de vereniging gevoerd van top van de vlaggenmast.
2. Een driekleeds nationale vlag wordt van de gaffel gevoerd; gehesen in de ochtend na acht uur en gestreken in de avond vóór zonsondergang.
3. Ter gelegenheid van nationaal erkende dagen van uitgebreid vlaggen wordt de Nederlandse vlag van top gevoerd en de vlag van de vereniging van de gaffel. Tevens wordt op verjaardagen van Xxxxx van het Koninklijk Huis met de nationale vlag de oranje wimpel gehesen.
4. Tijdens nationale rouw of vanwege rouw binnen de vereniging is de nationale vlag van top gestreken tot halverwege de vlaggenmast en zijn de vlag van de vereniging alsmede andere vlaggen weggenomen.
5. Buiten het verenigingsseizoen is de vlagvoering beperkt tot nationaal erkende dagen van uitgebreid vlaggen en wordt de vlag van de vereniging alleen gevoerd bij gelegenheden, waarbij de vereniging overdag activiteiten ontplooit aan de haven.
6. Bij bezoek aan de vereniging of aan de haven van een gast of passant met een andere nationaliteit dan de Nederlandse, wordt van onder de linker ra van de vlaggenmast; gezien vanaf de waterzijde, zijn nationale vlag gevoerd.
Artikel 29. De onderscheidingen en de ereprijzen.
De onderscheidingen en ereprijzen, die de vereniging kent, zijn;
- de gouden speld van verdienste; benoeming ingesteld in 1968 door de algemene ledenvergadering als blijk van waardering voor die leden, die zich voor de watersport of de vereniging door bestuurlijke daadkracht, of gedurende vele jaren op bijzondere wijze, verdienstelijk hebben betoond; of onder de vlag van de vereniging een buitengewone internationaal erkende prestatie hebben verricht,
- de zilveren speld van verdienste; ingesteld in 1976 door het bestuur als blijk van waardering voor die leden, die zich voor de watersport of de vereniging door
persoonlijke inzet, of gedurende lange tijd, bijzonder verdienstelijk hebben betoond; of onder de vlag van de vereniging een buitengewone prestatie hebben verricht.
- De zilveren speld van de vereniging; ingesteld in 1958 door het bestuur als blijk van waardering voor die leden en junior-deelnemers, die onder de vlag van de vereniging een bijzondere sportieve prestatie hebben geleverd,
- het lidmaatschap-voor-het-leven; ingesteld in 1959 door het bestuur als blijk van waardering voor die leden, die voor de vereniging bij talloze gelegenheden goede diensten hebben bewezen en daarmede de vereniging aan zich hebben verplicht.
- de Kielzogprijs; wisselprijs aangeboden aan het bestuur in 1968 en elk jaar door het bestuur toe te kennen als blijk van waardering aan het lid, dat zich in het afgelopen verenigingsjaar het meest verdienstelijk heeft betoond voor of in naam van de vereniging.
Het bestuur draagt benoemingen voor, stelt onderscheidingen vast en kent ereprijzen toe.
Artikel 30. De verenigingswebsite en de verenigingsmededeling.
1. Oproepen voor de algemene vergadering, notulen van de vorige algemene vergadering, jaarverslagen, de staat van baten en lasten, de begroting, de voorgestelde contributies, heffingen, minimumbijdrage en liggelden worden gepubliceerd in het verenigingsorgaan onder verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur. Tevens publiceert het bestuur op de verenigingswebsite de bestuur mededelingen en aankondiging van activiteiten.
2. De verslaglegging van activiteiten is een verantwoordelijkheid vanuit het bestuur en berust bij de betrokken commissaris. Het publiceren van de overige artikelen op de verenigingswebsite geschiedt onder de onafhankelijke verantwoordelijkheid van een redacteur en binnen de door de algemene vergadering vastgestelde begroting.
3 De redacteur wordt aangesteld en bedankt door het bestuur. De redacteur rapporteert aan de commissaris in wiens portefeuille het verenigingsorgaan is opgenomen.
4. Het verenigingsorgaan verschijnt ten minste drie maal per verenigingsjaar volgens een door het bestuur vastgesteld schema en voorts indien nodig tussentijds als verenigingsmededeling. Het orgaan wordt toegestuurd aan alle verschillend luidende postadressen uit het ledenregister.
5. Het bestuur verleent toestemming tot het adverteren in het verenigingsorgaan en stelt de vergoeding voor de advertentie vast.
Artikel 31. Wijziging in het huishoudelijk reglement.
Het huishoudelijk reglement is vastgesteld bij besluit van de algemene vergadering en ondergeschikt aan de statuten.
Een voorstel tot wijziging van het huishoudelijk reglement kan slechts worden aangenomen door een besluit van de algemene vergadering, waarbij ten minste tien procent van de leden aanwezig is en ten minste tweederde van de geldig uitgebrachte stemmen ten gunste van het voorstel zijn uitgebracht.
Indien op een zodanige vergadering het vereiste aantal leden niet aanwezig mocht blijken te zijn, dan wordt opnieuw een algemene vergadering gehouden, plaats vindend niet eerder dan tien dagen en niet later dan dertig dagen na de oorspronkelijke algemene vergadering. In deze algemene vergadering kan een besluit tot wijziging worden genomen met een meerderheid van ten minste tweederde van de uitgebrachte geldige stemmen ongeacht het aantal aanwezige leden.
De bepalingen in dit reglement, die reeds op grond van een dwingende wetsbepaling van toepassing zijn, zijn niet voor wijziging vatbaar. Zodanige bepalingen komen met name voor in delen van Artikel 25 en hebben betrekking op de Wet op de Persoons Registratie (WPR).
Artikel 32. De slotbepalingen.
Door het bestuur zijn nadere regels gesteld aan de afdelingen, aan het gebruik van de haven, haventerreinen, opstallen en gebruik van schepen van de vereniging. Deze regels zijn neergelegd in het havenreglement en het zeilreglement.
De statuten en reglementen liggen ter inzage op het havenkantoor.
In de gevallen waarin de statuten, het huishoudelijk reglement of andere reglementen niet voorzien, beslist het bestuur.
Aldus besloten in de Algemene Ledenvergadering van 7 april 2017 onder gelijktijdige intrekking van het voorgaande Huishoudelijk reglement.
Havenreglement (gepubliceerd op site WV Schiphol december 2019)
Artikel 1. Begripsbepalingen.
Onder haven wordt verstaan het gehele bezit van de vereniging bebouwd, onbebouwd en water gelegen aan de Uiterweg te Aalsmeer, met uitzondering van verhuurd woongebied.
Onder terreinen wordt verstaan het verharde en beschoeide gedeelte van de haven met inbegrip van de ruimte in de gebouwen en opstallen.
Onder parkeerterrein wordt verstaan het voor dit doel beschikbare terrein en verder hiervoor te gebruiken ruimten in opstallen.
Waarin reglementen van de vereniging wordt gesproken over de plaatsvervanger van een commissaris is bedoeld het bestuurslid, dat tijdens de afwezigheid van een commissaris de vervanging op zich heeft genomen.
Waarin reglementen wordt gesproken over de gemachtigde van een commissaris is bedoeld, tenzij anders aangegeven, diegene, die bij afwezigheid van de commissaris of diens plaatsvervanger met het toezicht op de haven is belast zijnde de dienstdoende havenmeester of zijn door het bestuur aangewezen vervanger.
Waar wordt gesproken van havenmeester is bedoeld de dienstdoende functionaris belast met het havenmeesterschap, al of niet zijnde een als zodanig benoemde werknemer.
Onder zomerseizoen wordt verstaan; het tijdvak van 1 april tot en met 31 oktober. Onder winterseizoen wordt verstaan; het tijdvak van 1 oktober tot en met 30 april.
De maanden april en oktober zijn, afhankelijk van de aard van berging of ligplaats, deel van een seizoen.
Artikel 2. Het bestuur voert het beheer over de haven. De activiteiten samenhangend met het gebruik van de haven van de vereniging is ondergebracht in een afdeling haven. De dagelijkse leiding en het toezicht berust bij de havencommissaris of diens plaatsvervanger en tijdens zijn afwezigheid bij diens gemachtigde in afwachting van de havencommissaris.
Artikel 3. De haven, de terreinen en opstallen zijn particulier terrein en verboden toegang voor onbevoegden in de zin van Artikel 461 wetboek van strafrecht. De toegang is uitsluitend voorbehouden aan leden, junior-deelnemers en begunstigers van de vereniging, tijdelijke leden en introducés. Tevens hebben toegang; werknemers in dienst van de vereniging, leveranciers aan de vereniging of aan leden voor de duur van de leverantie, zij die in opdracht van het bestuur of van de leden werkzaamheden hebben uit te voeren, genodigden van het bestuur en zij, die zich kunnen beroepen op erfdienstbaarheid of het recht van overpad, overvaart of doorvaart. Het betreden van de haven is geheel voor eigen risico. Een ieder die zich op de haven bevindt, dient de aanwijzingen van dit reglement, van de havencommissaris of van diens gemachtigde stipt op te volgen.
Artikel 4. De deelname afdeling haven.
Aanvragen tot deelname aan de afdeling haven geschieden middels een e-mail aan de ledenadministratie.
Artikel 5. Het stemrecht.
Op de algemene vergadering is het stemrecht op zaken, die uitsluitend betrekking hebben op de afdeling haven, voorbehouden aan leden, die bij de afdeling zijn aangesloten alsmede aan bestuursleden van de vereniging.
Artikel 6. Het aanvragen van een ligplaats en de wachtlijstprocedure.
Aanvraag van ligplaats voor een schip geschiedt middels een e-mail aan de ledenadministratie. Tevens dient verklaart te worden dat op naam van het schip een verzekering is afgesloten tegen ten minste aansprakelijkheid, de kosten van berging, lichting en ruiming, en volgens dezelfde verklaring deze verzekering zal worden aangehouden gedurende de tijd dat de ligplaats wordt genoten.
Leden die ligplaats voor een schip in de haven aanvragen, worden op een wachtlijst geplaatst, indien een geschikte ligplaats niet direct beschikbaar is. De afwikkeling van de wachtlijst geschiedt in volgorde zoals bepaald in Artikel 7. en vervolgens bij ontbreken van een lidmaatschapsnummer op volgorde van aanvraag tot lidmaatschap. Aanvragen
voor een andere ligplaats in de haven, b.v. door de aanschaf van een ander schip, worden eveneens afgehandeld via de wachtlijst en in volgorde als bepaald in Artikel 7, indien een andere ligplaats niet direct beschikbaar is.
Een lid, dat een eigen boot in de zomerstalling heeft, mag een verzoek indienen voor winterstalling (binnen of buiten) voor dezelfde boot of een andere boot in zijn eigendom die maximaal de afmeting van de ‘zomer’-boot heeft, voor zover dit binnen de grenzen van de winterstalling past. Een lid mag slechts één schip in zomer- en winterstalling bij de WVS onderbrengen.
Artikel 7. De toewijzing van een ligplaats.
Toewijzing van beschikbare ligplaatsen geschiedt na aanvraag, bij een eerste of gewijzigde toewijzing schriftelijk, in naam van de havencommissaris en voorts uitsluitend aan schepen van ere-, werkende of buitengewone leden en junior-deelnemers van de vereniging, voor zover zij zijn aangesloten bij de afdeling haven en zij eigenaar of hoofdgebruiker zijn van een schip. Per schip is slechts één ligplaatshouder. Indien een schip eigendom is van meer dan één lid, dan zal in de uitvoering van dit en andere reglementen het in de aanvraag voor een ligplaats eerstgenoemde lid aangesloten bij de afdeling haven als aanvrager en ligplaatshouder worden aangemerkt.
Indien een havenlid komt te overlijden, dan heeft de familie de volgende rechten:
De officiele partner van het overleden havenlid mag onder eigen naam het haven- lidmaatschap voortzetten onder nieuw lidmaatschapsnummer zonder betaling van entreegeld. Kinderen mogen onder eigen naam het havenlidmaatschap voortzetten na betaling van het verschuldigde entreegeld.
Toewijzing van ligplaatsen geschiedt per zomer- en winterseizoen, in volgorde van;
a. Voor het winterseizoen een schip van een lid dat in het voorafgaande zomerseizoen reeds een ligplaats had voor een zelfde schip of een schip van nagenoeg gelijke afmetingen.
b. een schip van een lid die in het voorafgaande gelijke seizoen reeds ligplaats had voor een zelfde schip of een schip van nagenoeg gelijke afmetingen,
c. schepen van de vereniging,
d. een schip van een ligplaatshouder betreffende een schip van andere afmetingen in plaats van het vorig schip,
e. schepen van overige leden op de wachtlijst, in volgorde van deelname aan de afdeling haven, vervolgens op lidmaatschapsnummer en bij beschikbare geschikte ligplaats.
De havencommissaris is gerechtigd wijzigingen in de bestaande toewijzing aan te brengen.
Een havenoverzicht in het havenkantoor wordt steeds bijgewerkt om aan te tonen aan welke schepen de ligplaatsen in het zomerseizoen zijn toegewezen.
Artikel 8. De uitsluiting van ligplaats.
a. Ligplaatsen worden niet toegewezen aan, c.q. de toewijzing wordt ingetrokken van;
- schepen van ligplaatshouders, van wie het lidmaatschap of junior-deelnemerschap van de vereniging is beëindigd;
- schepen, die aan romp, zeilen, vlaggen of anderszins nadrukkelijk reclame voeren, met dien verstande, dat in geval van sponsoring of certificering van de reclame door het K.N.W.V. het bestuur op verzoek en na inzage van het contract c.q. certificaat kan besluiten ontheffing te verlenen;
- schepen die gebruikt worden voor commerciële activiteiten;
- woonarken, varende bungalows e.d. of elk ander schip dat klaarblijkelijk bedoeld is voor een overwegend permanente bewoning;
- elk schip dat vanwege achterstallig onderhoud of uiterlijke verschijning het aanzien van de haven als jachthaven schaadt.
b. Indien de toewijzing van een ligplaats wordt ingetrokken op grond van artikel 8.a zal de ligplaatshouder op eerste aanschrijving het schip uit de haven dienen te verwijderen.
c. Bij verwijdering van een schip uit de haven op grond van dit artikel blijven de aangegane financiële verplichtingen welke het toewijzen en genot van een ligplaats met zich meebracht, onverminderd bestaan.
d. Aanschrijving tot het verwijderen van een schip uit de haven geschiedt door het bestuur op voorstel van de havencommissaris en middels een aangetekende schriftelijke lastgeving.
e. Het bestuur behoudt zich het recht voor twee weken na deze schriftelijke lastgeving op grond van dit artikel en voor rekening van de eigenaar op aan de wet dienstige wijze;
- een schip in staat van vergaand verval of een kennelijk opgegeven schip of wrak te laten ruimen;
- een gezonken of anderszins in ongerede geraakt schip te laten bergen, of;
- een schip dat nog niet verwijderd is te laten verwijderen.
Artikel 9. De wijziging of opzegging van een ligplaats.
Een aanvraag tot wijziging of opzegging van een ligplaats, zowel voor het zomer- als winterseizoen, dient steeds te geschieden per e-mail aan de ledenadministratie en wel uiterlijk voor de eerste augustus voorafgaande aan het komende winter-, resp. de eerste november voorafgaande aan het komende zomerseizoen.
Indien een ligplaatshouder geen aanvraag tot wijziging heeft ingediend op de uiterlijke datum, dan zal zijn laatste aanvraag voor een voorgaand zomer- en/of winterseizoen onverminderd blijven gelden voor het komende seizoen met inbegrip van de financiële verplichtingen, die hieruit voortvloeien.
Artikel 10. De heffingen.
a. De heffing verbonden aan deelname aan de afdeling haven wordt vastgesteld door de algemene vergadering.
b. De heffingen verbonden aan liggeld voor schepen wordt vastgesteld door de algemene vergadering.
c. Onder lengte van het schip wordt verstaan de lengte-over-alles met inbegrip van uitrusting, zoals boegspriet, uitstekend deel van een kluiverboom, giek, roerdelen ook onder water, buitenboordmotor in rust- stand, vaste zwemtrap, in davits gehangen boten, windvaanstuurinrichting of trailer. Onder breedte van het schip wordt verstaan de grootste breedte dwarsscheeps gemeten met inbegrip van eventueel trailer of bevestigde zijzwaarden in geheven stand en bij gedemonteerde meerrompschepen; de verkregen som van de rompen en drijvers.
d. Naar redelijkheid is het innemen van drinkwater geacht verrekend te zijn in de heffingen.
e. Op liggelden is een toeslag verschuldigd gelijk aan het door de vereniging af te dragen percentage Belasting Toegevoegde Waarde (B.T.W.). Liggelden zijn exclusief door overheid en openbare lichamen opgelegde belastingen en toeslagen.
f. Ligplaatshouders, overnachtende gasten en passanten, die niet ingeschreven staan in het bevolkingsregister van de Gemeente Aalsmeer zijn een toeslag verschuldigd voor verblijf aan boord gelijk aan het door de vereniging af te dragen bedrag per schip of persoon volgens de verordening op de heffing en invordering van watertoeristen belasting Gemeente Aalsmeer.
g. Alle andere heffingen van overheden, die de vereniging dient te incasseren en af te dragen, kunnen middels additionele heffingen worden verrekend.
h. De vereniging contributie en zomerliggelden worden in maart gefactureerd en via automatische incasso geïnd.
i. Winterliggelden worden in oktober gefactureerd en via automatische incasso geïnd.
Artikel 11. De liggelden in het zomerseizoen.
Bepaling van het aantal m2 liggeld:
a. Voor een ligplaats: het aantal vierkante meters van de ligplaats tussen de middelpunten van de palen afgerond tot hele vierkante meters naar boven, en vermenigvuldigd met het liggeld per vierkante meter ligplaats.
b. Voor schepen die door hun lengte buiten de ligplaats uitsteken: de grootste lengte van het schip (zie artikel 10.c) plus een halve meter en vermenigvuldigd met de breedte van de ligplaats; de uitkomst wordt afgerond tot hele vierkante meters naar boven en vermenigvuldigd met het liggeld per vierkante meter ligplaats.
c. Voor schepen die wel in het water maar niet in een ligplaats liggen: de grootste lengte van het schip (zie artikel 10.c) vermeerderd met een meter en vermenigvuldigd met de grootste breedte van het schip vermeerderd met een halve meter; de uitkomst wordt afgerond tot hele vierkante meters naar boven en vermenigvuldigd met het liggeld per vierkante meter ligplaats.
d. Voor een plaats op de jollenhelling, botenrek, in de loods of op het open terrein: de grootste lengte van het schip plus uitrusting (of trailer indien langer) vermenigvuldigd met de grootste breedte van het schip (of trailer indien breder); de uitkomst afgerond
tot hele vierkante meters naar boven en vermenigvuldigd met het liggeld per vierkante meter loods, jollenhelling of botenrek.
e. Aparte stalling van een trailer (bij uitzondering en uitsluitend bij bestuursbesluit): een bedrag gelijk aan de grootste lengte vermenigvuldigd met de grootste breedte van de trailer; de uitkomst afgerond tot hele vierkante meters naar boven en vermenigvuldigd met het liggeld per vierkante meter jollenhelling.)
f. Bij bepaling van lengte en breedte zijn vaste uitrustingsstukken inbegrepen.
g. Bij het in gebruik nemen van een ligplaats gedurende het zomerseizoen, wordt het seizoen verdeeld in 7 delen. Bij de berekening van het liggeld wordt uitgegaan van hele maanden waarbij de maand van binnenkomst als 1 wordt aangemerkt.
h. Bij het verlaten van een ligplaats gedurende het seizoen vindt gedeeltelijke restitutie van het liggeld plaats onder een 2-tal voorwaarden:
- de maand van vertrek wordt als 1 maand aangemerkt
- restitutie wordt uitsluitend verleend als de ligplaats aansluitend in gebruik wordt genomen door een ander lid (niet zijnde een passant)
De zomerliggelden zijn als volgt vastgesteld:
- water: per m2 box
- loods, jollenhelling of rek: per m2 schip
Artikel 12. De liggelden in het winterseizoen
a. Voor een ligplaats in de loods voor schepen en bijboten: de grootste lengte van het schip vermenigvuldigd met de grootste breedte; de uitkomst afgerond tot hele vierkante meters naar boven en vermenigvuldigd met het liggeld per vierkante meter loods. Dit geldt ook voor kleine schepen die onder het moederschip of een ander schip zijn gestald.
b. Voor een ligplaats op het land voor schepen: de grootste lengte van het schip vermenigvuldigd met de grootste breedte; de uitkomst afgerond tot hele vierkante meters naar boven en vermenigvuldigd met het liggeld per vierkante meter land.
c. Bij de berekening sub a en b wordt geen korting op of vrijstelling van liggeld gegeven voor boten die deels of geheel onder een andere boot worden gestald.
d. Voor een ligplaats in het water voor schepen: de grootste lengte van het schip vermenigvuldigd met de grootste breedte; de uitkomst afgerond tot hele vierkante meters naar boven en vermenigvuldigd met het liggeld per vierkante meter water.
De wintertarieven zijn als volgt vastgesteld:
- water: per m2 schip
- loods: per m2 schip/trailer
- land: per m2 schip/trailer
- land (overkapt): per m2 schip/trailer
- land (fietsenberging): per m2 schip (voorbehouden aan schepen van de afdeling Zeilen)
Artikel 13. De volgboten, bijboten en zeilplanken.
a. De ligplaatshouder van een schip kan tevens ligplaats aanvragen voor ten hoogste één bijboot en één zeilplank, of voor twee zeilplanken.
b. In de zin van dit reglement is een bijboot een schip ten minste geschikt voor roeien of wrikken en heeft een lengte-over-alles van niet meer dan drie en een kwart meter. De havencommissaris beslist of een schip als bijboot kan worden beschouwd.
c. In de zin van dit reglement is een volgboot een zeilschip of roeiboot, waarbij de lengte-over-alles van het schip vermenigvuldigd met de grootste breedte afgerond tot hele vierkante meters naar boven vier vierkante meter of minder is. De havencommissaris beslist of een schip als volgboot kan worden beschouwd.
d. In gevallen waarin de havencommissaris beslist dat er reglementair geen spraken is van een bijboot, noch van een volgboot is er spraken van een schip.
e. Liggeld is niet verschuldigd indien één bijboot, of één volgboot of twee zeilplanken, of een combinatie van één zeilplank met één bij- of volgboot, ligplaats hebben binnen de vierkante meters behorende tot de ligplaats van de aanvrager of aan dek zijn genomen.
f. Indien in geval van een volgboot niet aan lid e. is voldaan, is liggeld verschuldigd overeenkomstig het liggeld van schepen volgens de Artikelen 11 en 12.
Artikel 14. De entreegelden.
Het entreegeld is een heffing waarvan de hoogte is vastgesteld door de algemene vergadering en is verschuldigd zodra een schip voor de eerste maal in het zomerseizoen op grond van een aanvraag ligplaats krijgt toegewezen.
1. Leden, die een zomerligplaats voor een schip aanvragen en voor het eerste zomerseizoen voor dat schip toegewezen krijgen, zijn een éénmalig entreegeld verschuldigd gelijk aan het zomerliggeld voor dat schip.
2. Ligplaatshouders, die als gevolg van de aanschaf van een ander schip een grotere ligplaats aanvragen en krijgen toegewezen, zijn een aanvullend entreegeld verschuldigd gelijk aan het verschil tussen het zomerliggeld van het oorspronkelijke schip en het zomerliggeld van het andere schip.
3. Leden, die na een kortere afwezigheid dan vijf zomerseizoenen wederom ligplaats voor een schip in de haven aanvragen en toegewezen krijgen, zijn bij toewijzing van een grotere ligplaats het aanvullend entreegeld verschuldigd overeenkomstig lid 2.
4. Leden, die na een langere afwezigheid dan vijf zomerseizoenen wederom ligplaats voor een schip in de haven aanvragen en toegewezen krijgen, zijn opnieuw het volledige entreegeld verschuldigd. Ingeval leden ten gevolgen van verandering in of van schip langer dan vijf jaar op de wachtlijst zijn geplaatst, zal uitsluitend lid 3. van dit artikel van toepassing zijn.
5. Op verzoek van de ligplaatshouder kan verschuldigd entreegeld in drie gelijke, jaarlijkse termijnen worden vereffend, indien de ligplaatshouder zich verplicht tenminste drie jaren liggeld verschuldigd te zijn.
6. Het entreegeld wordt niet geïnd bij;
- beschermheer/vrouw tevens lid zijnde,
- ereleden,
- ligplaatshouders; voor een bijboot,
- leden; voor een volgboot of zeilplank.
7. Bezwaren tegen aangeslagen entreegelden worden na een termijn van dertien weken van dagtekening niet meer ontvankelijk verklaard.
Artikel 15. De hardheidsclausule.
Indien een ligplaatshouder van mening is, dat consequente toepassing van de berekening van de verschuldigde heffingen in zijn geval tot onredelijkheid leidt of dat hij zich kan beroepen op overmacht, dan kan het bestuur op schriftelijk verzoek van de ligplaatshouder besluiten tot een afwijkende toepassing van de berekening of inning van de heffingen.
Artikel 16. De beperkingen.
1. Indien een ligplaatshouder zijn schip in bruikleen geeft, dient een schriftelijke toestemming hiervoor op verzoek van de havencommissaris of diens gemachtigde door de gebruiker te kunnen worden getoond. Het in bruikleen geven van een schip ontheft de eigenaar als lid en ligplaatshouder in geen enkel opzicht van de verplichtingen als omschreven in dit en andere reglementen.
2. Het is de ligplaatshouder niet toegestaan de ligplaats aan een ander dan de vereniging in onderhuur of bruikleen aan te bieden.
3. De verkoop van een schip door de ligplaatshouder is zonder behoud van ligplaats. In de verkoop van een schip dient een werknemer van de vereniging tijdens dienstuitvoering op geen enkele wijze betrokken te geraken.
4. Bij verkoop van een schip aan een niet-lid behoudt het bestuur zich het recht voor van de ligplaatshouder een in de branche vergelijkbare commissie over de verkoopprijs te vorderen indien aantoonbaar spraken is van publiekelijk gebruik van haven als verkoophaven.
Artikel 17. Ieder lid zal de eigendommen van de vereniging als een goed huisvader gebruiken en beheren. Met name zal hij zorg dragen dat het water en de terreinen niet worden verontreinigd. Orde, rust en zindelijkheid worden betracht. Veiligheid wordt in acht genomen. Overlast of aanstoot aan anderen door gedrag, kleding, lawaai of anderszins, met inbegrip van geluid voortbrengende apparatuur, behoort een ieder te voorkomen.
Artikel 18. De ligplaats en de vaart in de haven.
Indien wettelijke vaarreglementen daarover geen uitsluitsel geven, hebben jachten die de
haven binnenvaren of ligplaats kiezen het recht van de weg boven jachten, die ligplaats verlaten of de haven uitvaren.
a. In de haven geldt een maximum vaarsnelheid van 2 knopen (3,5 kilometer per uur) en een ieder dient zich aan de aanwijzingen van de havencommissaris of diens gemachtigde te houden.
b. Iedere lid draagt zorg dat zijn schip deugdelijk is afgemeerd en verzorgd wordt achtergelaten. Bij het onklaar geraken van een schip door weer en wind of bij nalatige verzorging kan de havencommissaris of zijn gemachtigde maatregelen nemen om schade te voorkomen, zo nodig voor rekening van de eigenaar.
c. Een ieder kiest ligplaats met het schip daar waar de ligplaats is toegewezen.
d. Van een schip dat in de ligplaats is afgemeerd behoren geen vaste of tijdelijke uitrustingsstukken over de steiger of looppaden uit te steken.
e. Loopplanken of opstapjes behoren op doorgaande steigers naar andere schepen de doorgang niet te bemoeilijken, ook niet voor goederenkarren. Loopplanken en opstapjes behoren na gebruik verwijderd te worden zowel voor de afvaart als na het ontschepen.
f. Uitrusting van het schip behoort buiten het vaartuig niet onbeheerd achter gelaten te worden. Bij het afvaren van de ligplaats behoren de landvasten vrij van de steiger te worden geborgen. Evenmin behoren dektenten, landvasten of andere goederen, die niet met het schip worden meegenomen, op de steiger te worden gedeponeerd, indien het anderen overlast kan geven.
g. Op steigers en paden behoort niet te worden gefietst met uitzondering van de dienstdoende havenmeester.
h. Na gebruik behoren goederenkarren teruggezet te worden in het opstelvak.
i. Het zetten en wegnemen van de nationale vlag aan boord van schepen wordt bij voorkeur afgestemd met het protocol van vlagvoering zoals uitgevoerd aan de vlaggenmast op de voorsteiger. Afgemeerde schepen behoren, indien niet bemand en/of op tijdstippen tussen zonsondergang en 's morgens acht uur, geen nationale en andere vlaggen te voeren. Uitgezonderd zijn windvaan en tijdens het geopende seizoen de verenigingsstandaard.
j. Het is niet toegestaan op de ligplaats of elders in de haven van boordtoiletten gebruik te maken voor- zover deze toiletten direct of indirect lozen in het water van de haven van de vereniging. Het is tevens niet toegestaan afvalstoffen, olie, lenswater e.d. te lozen in het water van de haven. Voorts is het niet toegestaan tanks bij te vullen met vluchtige brandstoffen behoudens doormiddel van een systeem van gesloten leidingen.
k. In overleg met de havencommissaris of diens gemachtigde kunnen tegen een door het bestuur vastgestelde vergoeding bemande schepen gebruik maken van de 220 Volt walstroomvoorziening tot maximaal 400 Watt verbruik en tot een stroomsterkte van 4 ampère per aansluiting. Het eerste 25Kw gebruik per jaar wordt niet berekend. Voor het verlaten van het schip of het uitvaren dienen snoeren en kabels verwijderd te worden, tenzij met de havencommissaris duidelijk een anders luidende overeenkomst is vastgelegd.
l. In de winterperiode is de stroomvoorziening op de steigers en in de loods afgesloten van 18.00 uur ’s avonds tot 09.00 uur ‘s morgens.
m. In overleg met de havencommissaris of diens gemachtigde kan een schip volgens Artikel 10e. drinkwater innemen op die plaatsen, waar tappunten zijn aangelegd. Drinkwater behoort niet gebruikt te worden voor het schoonmaken van vaartuigen of vervoermiddelen.
n. Het afstorten van huishoudelijk scheepsvuil behoort gescheiden naar soort te geschieden op verzamelpunten in zakken in daarvoor bestemde containers.
o. Het is niet toegestaan grofvuil in welke omvang ook, in de havencontainers te deponeren.
p. In de haven behoort niet onnodig gevaren te worden met buitenboordmotor.
q. Het afvaren en afmeren met zeilplanken of surfborden, als ook met waterski's etc. vanaf de eigendommen van de vereniging of vanaf een aldaar afgemeerd schip of anderszins is uitsluitend toegestaan, indien andere leden geen overlast ondervinden.
r. Het gebruik van niet-drijvende stootwielen, zoals autobanden, behoort in de haven vermeden te worden.
s. Evenmin behoort met pikhaken of vaarbomen in steigers, palen of beschoeiing te worden geprikt. Oeverbeschadigingen dienen te worden voorkomen. Aan de buitensteiger mag behoudens met toestemming van de havencommissaris of diens gemachtigde ten hoogste dertig minuten worden afgemeerd. Afgemeerde zeilschepen behoren de zeilen te strijken.
t. Veranderingen aan meerpalen en steigers mogen slechts met uitdrukkelijke toestemming van de havencommissaris worden aangebracht.
u. Het is op de haven niet toegestaan generatoren te draaien of tussen 19:00 uur en 07:00 uur scheepsmotoren anders te gebruiken dan om het schip door het water te verplaatsen.
v. Vanaf 23:00 uur tot 07:00 uur behoort door een ieder aan de haven de grootst mogelijke stilte in acht te worden genomen.
w. Lopend want, vallen en lijnen van schepen in de ligplaatsen dienen zodanig bevestigd te zijn, dat hinderlijk slaan, klapperen en schavielen wordt voorkomen.
x. Indien een ligplaatshouder met zijn schip de haven langer dan twee nachten verlaat, behoort de havencommissaris of diens gemachtigde te worden ingelicht. Het bestuur heeft het recht een vrijgekomen ligplaats gedurende de tijd van gemelde of anders veronderstelde afwezigheid aan gasten of passanten aan te bieden tegen een door het bestuur vastgestelde vergoeding ten bate van de vereniging.
y. Het is een lid toegestaan om op zijn boot, die in de haven ligt, te overnachten. Het verblijf op zijn boot mag echter geen permanent karakter hebben.
Verblijf in de periode 1 oktober tot 1 april is uitsluitend toegestaan na overleg met de havencommissaris.
z. De vereniging is als eigenaar van het water in de haven de bezitter van het visrecht. Het bestuur kan onder voorwaarde van het bepaalde in de wet aan leden, junior- deelnemers en donateurs vergunning verlenen met een hengel te vissen in het water van de haven. De toewijzing van een ligplaats voor een schip omvat tevens vergunning in en nabij de ligplaats met een hengel te vissen. Ook de toewijzing van verblijf voor een periode in het zomerhuisje "Scholletjesbos" omvat tevens vergunning aldaar met een hengel te vissen. Hengels behoren de vrije vaart of aanleg in de haven niet hinderen.
aa.Zwemmen in het water van de haven door leden, junior-deelnemers en donateurs is toegestaan zolang geen overlast wordt ondervonden en de vrije vaart en aanleg niet wordt gehinderd.
Artikel 19. De terreinen.
a. Leden, junior-deelnemers en begunstigers mogen hun auto of ander vervoermiddel parkeren binnen de daarvoor bestemde en als zodanig aangegeven vakken op het haventerrein of overeenkomstig aanwijzingen van havencommissaris of diens gemachtigde.
b. Parkeerders voor langer dan één dag kunnen na instemming van de havencommissaris of diens gemachtigde ook parkeren in vrije ruimte van de loods.
c. Beladen en onbeladen trailers, aanhangwagens, caravans, kampeerwagens en tenten kunnen alleen bij uitzonderlijke omstandigheden tijdelijk op het haventerrein geplaatst worden na vooraf verkregen toestemming van de havencommissaris of diens gemachtigde.
d. Op het haventerrein geldt een maximumsnelheid van 5 kilometer per uur voor alle voertuigen.
e. Huisdieren dienen te allen tijde aangelijnd te zijn. Het wordt als een inbreuk op de wellevendheid beschouwd als een lid, gast of passant zijn huisdier de steigers of terreinen van de haven heeft laten bevuilen.
f. Het is op de open terreinen en in de loodsen verboden te koken, of met brand- of explosieve stoffen te werken of deze stoffen op te slaan. Verfresten, houtkrullen, papier en andere brandgevaarlijke stoffen dienen zo snel mogelijk te worden verzameld en veilig te worden afgevoerd. Men is verplicht bij werkzaamheden rekening te houden met de omliggende schepen.
g. Het is op het open terrein uitsluitend toegestaan onderhoud- of herstelwerkzaamheden te verrichten, indien op de plaats bodem beschermende voorzieningen zijn aangebracht. Schuursel, schraapsel en dergelijke mag zich niet verspreiden, doch moet worden verzameld en afgevoerd.
h. Aan de haven mogen geen afvalstoffen worden verbrand.
i. Het is niet toegestaan aan de in het bij de haven behorende water onderhoud- of herstelwerkzaamheden uit te voeren, zonder afdoende maatregelen te nemen om verontreiniging van oppervlaktewater te voorkomen.
j. Op het haventerrein mogen geen voedingsmiddelen worden gefrituurd of op enigerlei andere wijze voedingsmiddelen worden gegrild, of gebakken of gebraden in oliën en vetten.
k. Het gebruik van radio en muziekapparatuur is op de open terreinen niet toegestaan. Aan boord van schepen is het gebruik toegestaan zolang het geen overlast aan anderen veroorzaakt.
l. Om vorstschade te voorkomen zijn onbeschermde tappunten in het drinkwatersysteem afgesloten van 15 november tot en met 15 maart of zo nodig eerder of later, indien de weersomstandigheden daar aanleiding toe geven.
m. Gedurende de winterperiode is het niet toegestaan fietsen, motoren en auto’s permanent op het haven terrein te stallen.
Artikel 20. Het hellingen.
a. De havencommissaris bepaalt of een schip kan worden gehellingd.
b. De havencommissaris of zijn gemachtigde maakt het hellingschema voor zomer en/of winter vooraf via de website bekend.
c. Hellinggebruik geschiedt op afspraak tussen de ligplaatshouder en de havencommissaris of diens gemachtigde.
d. De ligplaatshouder is tijdens het hellingen aanwezig of wijst een vervanger namens hem aan.
e. Het bedienen van de hellingwagen, de trekker, de hefkraan, vijzels, de takel en de hogedrukspuit geschiedt uitsluitend door of onder leiding van de havencommissaris of diens gemachtigde, doch het daaruit voortkomend risico is altijd voor de ligplaatshouder.
f. Tijdens het takelen van een schip dienen zich geen personen aan boord te bevinden.
g. Het schoonmaken, schoonspuiten met of zonder hogedrukspuit, van het onderwaterschip geschiedt uitsluitend op de daartoe ingerichte plaats.
h. De havencommissaris of diens gemachtigde bepaalt waar een schip ligplaats in de loods of op het terrein krijgt toegewezen. De ligplaatshouder of diens vervanger overtuigt zich dat het schip voldoende is gestut.
i. Stut- en draaghulpmiddelen voor schepen op het terrein of in de loods, zoals bokken, bootstoelen, schragen, trailers, delen van trailers, e.d. aangeleverd door of namens een ligplaatshouder mogen uitsluitend worden aangewend na uitdrukkelijke toestemming van de havencommissaris of diens gemachtigde.
j. Het gebruik van de hogedrukspuit tijdens het hellinggebruik voorafgaand aan de winterberging is voor ligplaatshouders in redelijkheid in het winterliggeld inbegrepen. Voor overig gebruik geldt een vergoeding vastgesteld door het bestuur.
k. De vergoeding op het hellinggebruik aansluitend aan en na het winterseizoen is in redelijkheid in het winterliggeld inbegrepen indien de ligplaatshouder of zijn vervanger op het afgesproken tijdstip aanwezig is en actief bij het hellingen assisteert.
l. Hellinggebruik buiten de door de havencommissaris vastgestelde periode van hellingen en het op verzoek van de ligplaatshouder verplaatsen van het schip op het land of in de loods wordt berekend tegen een vergoeding vastgesteld door het bestuur.
m. Hellinggebruik tijdens het zomerseizoen voor kort onderhoud of reparaties geschiedt in overleg met de havencommissaris of diens gemachtigde. Soms kan ligplaats in de loods tijdens het zomerseizoen bezwaarlijk zijn.
n. Het liggeld in het zomerseizoen wordt verhoogd met een door het bestuur vastgestelde vergoeding per dag voor de duur van het gebruik van een ligplaats in de loods of op het land indien;
- een schip aan het einde van het winterseizoen niet gereed is voor tewaterlating of,
- een schip op verzoek van de ligplaatshouder eerder dan de aangekondigde periode van hellingen in het najaar gebruik maakt van een ligplaats in de loods of op het land.
Artikel 21. De loods en de werkplaats.
De maximale vloerbelasting van loods en werkplaats is vijfduizend kilogram per m2). De hoogte van de deur van de loods is vier en een halve meter boven de grond.
a. Blusmiddelen moeten onbelemmerd bereikt kunnen worden en steeds tot onmiddellijk gebruik beschikbaar zijn.
b. Oliën, vetten, modder en regenwater op de vloer van de loods mogen niet naar buiten worden geveegd of geschrobd.
c. 1. In de loods is het niet toegestaan, al of niet in schepen;
- gastanks,
- losse benzinetanks,
in opslag te hebben, c.q. te bewaren.
2. In de loods is het niet toegestaan, al of niet in schepen;
- brandbare verf of lak,
- oplosmiddelen, of,
- andere brandbare stoffen,
in opslag te hebben, c.q. te bewaren, tenzij in daarvoor goedgekeurde en aangemerkte xxxxxxxxxx kasten.
d. Indien in de loods benzinemotoren aanwezig zijn, waarvan de brandstoftank een vast onderdeel is van de betreffende motor, dient de brandstof te zijn afgetapt, en tank en motor te zijn ontlucht. Schepen met gasoliemotoren (dieselmotoren) dienen met volle tanks te zijn aangeleverd.
e. In de loods mag uitsluitend elektrisch licht worden gebruikt, dat voldoet aan NEN 1010, uitgave 1988. Het maximale stroomverbruik per stopcontact is 880 Watt tot een stroomsterkte van maximaal 16 Ampère.
f. Het is in de loods verboden;
- vloeistoffen anders dan water anders te bewaren dan in vloeistofdicht vaatwerk,
- vluchtige vloeistoffen, waarvan het onderste ontvlammingspunt lager dan 21 graden Celsius (K I- klasse) is gelegen, te gebruiken voor doeleinden om te reinigen,
- werkzaamheden te verrichten, waarbij vuur wordt gebruikt aan of in de onmiddellijke nabijheid van een brandstofreservoir en andere delen van een motorvoertuig of - vaartuig, die brandstof bevatten. Zodra brandstof uitstroomt, moeten de werkzaamheden, waarbij vuur wordt gebruikt, onmiddellijk worden gestaakt en moet het vuur worden gedoofd.
g. In de loods is het verboden;
- te roken of open vuur aanwezig te hebben,
- brandstofreservoirs bij te vullen.
h. In de loods is het verboden, behoudens met uitdrukkelijke toestemming van de havencommissaris of diens gemachtigde;
- las- en slijpwerkzaamheden te verrichten.
- accu's aangekoppeld te laten,
- (scheeps-)verwarming te gebruiken,
- steunen onder schepen weg te nemen of te verplaatsen,
i. In de loods mogen geen verfspuitwerkzaamheden worden verricht.
j. Het bij het bewerken van hout vrijkomende afval zoals stof, krullen en zaagsel, moet dagelijks na beëindiging van het werk worden verzameld in bakken of zakken en vervolgens dagelijks zodanig worden afgevoerd, dat het zich niet over het terrein kan verspreiden.
k. In de werkplaats mag niet meer dan een dagvoorraad verf, verdunners, polyester, vulmiddel en dergelijke worden bewaard, tenzij in daarvoor goedgekeurde en aangemerkte brandvrije kasten.
l. Tijdens hinderlijke en/of geraasmakende werkzaamheden zoals machinaal boren, schuren, zagen, slijpen en frezen, dienen de deuren en ramen gesloten te worden gehouden en mogen slechts worden geopend voor het onmiddellijk doorlaten van personen en/of goederen.
m. Schuren en andere stofverwekkende werkzaamheden zijn uitsluitend toegestaan op de oneven dagen van de maand.
n. Het verrichten van onderhoud- en herstelwerkzaamheden aan schepen in de loods tijdens het zomerseizoen is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de havencommissaris of diens vervanger, en tegen een door het bestuur vastgestelde vergoeding.
o. Beschikbaarheid van stroomvoorziening, zie artikel 18
p. De werkplaats is voor leden beschikbaar voor het uitvoeren van kleine werkzaamheden t.b.v. het schip dat ligplaats heeft in de haven.
De beschikbaarheid wordt i.o.m. met de havencommissaris of havenmeester bepaald.
Artikel 22. De opslag en de afvoer.
a. Opslag van volle en lege gasflessen in de loods is niet toegestaan, ook niet aan boord van schepen in de loods. De ligplaatshouder dient de voorzorg te nemen dat tijdens het winterseizoen gasflessen uit het schip zijn verwijderd.
b. Afgewerkte olie en bilgewater dient door de ligplaatshouder naar elders te worden afgevoerd, één en ander voor zolang de vereniging niet over een daartoe geëigende plaats beschikt voor opslag of storting.
c. Ontstane en/of vrijkomende chemische afvalstoffen zoals verfresten dienen door de ligplaatshouder naar elders te worden afgevoerd, één en ander voor zolang de vereniging niet over een daartoe geëigende plaats beschikt voor opslag.
d. Het is niet toegestaan oliën, verven, oplosmiddelen en dergelijke en daarmee verontreinigd water op het open terrein op de haven te laten uitvloeien.
e. Het is op de haven niet toegestaan chemische toiletten te ledigen, één en ander voor zolang de vereniging niet beschikt over een daartoe geëigende stortplaats.
Artikel 23. De kleedgelegenheid.
a. De douche en de kleedgelegenheid zijn geopend gedurende het zomerseizoen. Deze faciliteiten staat ter beschikking aan leden, junior-deelnemers, begunstigers, hun introducés en gasten van de vereniging.
b. Afvoeren en riolen mogen niet gebruikt worden voor het lozen van chemische vloeistoffen of het storten van vuil of verstoppende voorwerpen.
Artikel 24. Het clubhuis.
a. Het clubhuis staat ter beschikking aan alle leden, junior-deelnemers, begunstigers, tijdelijke leden, hun introducés en gasten van de vereniging, tenzij het bestuur heeft aangekondigd, dat om een specifieke reden in het belang van de vereniging gedurende een aangegeven tijdspanne van het clubhuis een besloten gebruik wordt gemaakt.
b. Het clubhuis is in het zomerseizoen alle dagen geopend. Het clubhuis is tevens geopend tijdens evenementen, aangekondigde activiteiten en tijdens de uitvoering van het opleidingsprogramma.
c. Het clubhuis noch inventaris mag ingevolge de verleende vergunning ter beschikking gesteld worden aan derden, of aan commerciële doeleinden, exploitatie, verhuur, bijeenkomsten van derden, familiebijeenkomsten van leden, e.d. en ook niet, behoudens met toestemming van de havencommissaris, indien het gebruik van het clubhuis geen direct verband houdt met de doelstellingen of activiteiten van de vereniging.
d. De ruimte, waarin de bar zich bevindt, behoort niet betreden te worden in druipende of besmeurde kleding
e. Een ieder, die gebruik maakt van het clubhuis neemt de verplichting op zich de ruimte weer net en opgeruimd achter te laten.
f. Huisdieren hebben slechts toegang tot clubhuis zolang de overige aanwezige leden er geen bezwaar tegen uiten.
g. De audio- of video-installatie in het clubhuis moet zodanig zijn afgesteld dat deze buiten het clubhuis niet hoorbaar is. Bij het gebruik van geluidsapparatuur in het clubhuis dienen ramen en deuren gesloten te worden gehouden. Deuren mogen alleen worden geopend voor het onmiddellijk doorlaten van personen en/of goederen.
h. Het gebruik van muziekinstrumenten is in het clubhuis niet toegestaan, tenzij vooraf door de havencommissaris schriftelijk daartoe toestemming is verleend.
i. In het clubhuis mogen geen voedingsmiddelen worden gefrituurd of op enigerlei andere wijze voedingsmiddelen worden gebakken of gebraden in oliën en vetten.
j. Afvoeren en riolen mogen niet gebruikt worden voor het lozen van chemische vloeistoffen of het storten van vuil of verstoppende voorwerpen.
k. In het clubhuis geldt een algeheel rookverbod.
Artikel 25. De bar in het clubhuis.
a. Tijdens de geldigheid van de vergunning is de bar in het clubhuis geopend op door het bestuur aangegeven tijden en na afloop van door het bestuur als zodanig erkende evenementen en algemene vergaderingen. De bar sluit om 23:00 uur. In aanwezigheid van de bedrijfsleider of een lid van het bestuur kan de bar in de beslotenheid van het clubhuis geopend blijven tot uiterlijk de door de Gemeente Aalsmeer verordende sluitingstijd. Met vooraf verleende ontheffing kan de bar geopend blijven tot uiterlijk het in de ontheffing vermelde tijdstip.
b. De vereniging is de onderneming in de zin der wet en houder van de vergunning. De exploitatie van de bar wordt niet in pacht gegund, noch bedrijfsmatig uitgevoerd. De bedrijfsleider en de beheerder zijn onbezoldigd en kunnen één en dezelfde persoon zijn. Het bestuur kan meer dan één beheerder benoemen.
c. De bedrijfsleider van de bar in de zin van de wet wordt aangesteld en bedankt door het bestuur. Indien de bedrijfsleider blijkt te voldoen aan de persoonseisen en vakbekwaamheid in de zin van de Drank- en Horecawet wordt zijn naam bijgeschreven in de vergunning. De bedrijfsleider rapporteert aan het bestuur. De bedrijfsleider is met name belast met de algemene leiding over de bar, het verzorgen van de inkoop, het zo nodig vaststellen in overleg met het bestuur van de verkoopprijs van
consumpties, het toezicht op of het voeren van de administratie en de eventueel daaruit volgende correspondentie.
d. De beheerders van de bar worden aangesteld en bedankt door het bestuur. Indien een beheerder blijkt te voldoen aan de persoonseisen en vakbekwaamheid in de zin van de Drank- en Horecawet wordt zijn naam bijgeschreven in de vergunning. Beheerders rapporteren aan de bedrijfsleider. Een beheerder is met name belast met de onmiddellijke leiding over de bar, de werkverdeling over de assistenten, het toezicht op de assistenten, de zorg voor de aanvulling van voorraden en de financiële verslaglegging van de inkomsten en uitgaven na sluiting van de bar.
e. De openstelling van de bar is voorts gebonden aan de aanwezigheid van een beheerder, wiens naam staat bijgeschreven in de vergunning.
f. De bedrijfsleider en ieder bestuurslid is gerechtigd de bar voortijdig te doen sluiten, indien daartoe zijn inziens een gewichtige reden is.
g. De dienstdoende beheerder is verantwoordelijk voor de staat waarin het clubhuis na sluiting van de bar wordt achtergelaten.
Artikel 26. Het zomerhuisje "Scholletjesbos".
a. Leden van de vereniging, en voor zover nog weken beschikbaar ook begunstigers, kunnen bij de havencommissaris of diens vervanger voor in principe een week verblijf aanvragen in het zomerhuisje "Scholletjesbos".
b. Toewijzing geschiedt in volgorde van aanvraag met in acht name van lidmaatschap nummer en voorgaand gebruik ten voordele van nieuwe gebruikers. Aanvragen dienen uiterlijk ingediend te zijn op 1 april. Latere aanvragen worden toegewezen op grond van dan nog beschikbare perioden.
c. De vergoeding verbonden aan het verblijf wordt door het bestuur per deel van het seizoen vastgesteld. De heffing is inclusief BTW en het normaal gebruik van gas, water en elektriciteit, doch exclusief andere door de overheid opgelegde toeslagen.
d. Het verblijf in het "Scholletjesbos" is voorts ondergeschikt aan nadere bepalingen gesteld door de havencommissaris en het gebruik is tevens onderhevig aan de van toepassing zijnde beperkingen zoals gesteld in overige artikelen van dit reglement.
e. Zie voor aanvullende bepalingen het reglement op de website.
Artikel 27. De havenmeester.
a. Het bestuur kan één of meer havenmeesters benoemen. De functie van havenmeester is bedoeld te voorzien in;
- de ondersteuning van het bestuur in haar uitvoerende taken aan de haven,
- het bewaken en in veiligheid brengen van eigendommen van vereniging en leden,
- de dagelijkse uitvoering en handhaving van het haven- en zeilreglement,
- het toezicht op de haven en de vloot,
- het uitvoeren van het protocol van vlagvoering,
- het uitvoeren in eigen beheer van daartoe geschikte werkzaamheden.
b. Het bestuur benoemt en bedankt de havenmeester.
c. De havenmeester rapporteert aan de havencommissaris of diens plaatsvervanger. De havencommissaris of diens plaatsvervanger bepaalt de uit te voeren werkzaamheden van de havenmeester.
d. De havenmeester ontleent zijn bevoegdheden aan het haven- en zeilreglement als gemachtigde van de commissaris. Indien omstandigheden zulks wenselijk maken kan de havencommissaris de havenmeester specifieke bevoegdheden verlenen.
e. Bij ontstentenis van een bestuurslid is de havenmeester bevoegd in afwachting van een bestuurslid een voorlopige beslissing te nemen in die gevallen, waarin geen uitstel te dulden is. De havenmeester dient zich echter in zijn beslissing steeds kunnen beroepen op het gestelde in het haven- of zeilreglement, in eerste instantie naar de letter en bij gebrek aan uitsluitsel vervolgens naar de geest.
Artikel 28. Het havenkantoor / ‘t Kombuis.
a. Het havenkantoor is in het zomerseizoen alle dagen geopend.
b. Op het havenkantoor is een verbanddoos aanwezig, als ook de lijst van dienstdoende artsen en apotheken.
c. In ‘t Kombuis zijn voor leden verenigingsartikelen tegen vergoeding verkrijgbaar zolang de voorraad strekt.
d. Aan de haven achtergebleven goederen van mogelijke waarde worden in het havenkantoor ingezameld en gedurende een periode van drie maanden bewaard. Niet afgehaalde goederen vervallen na de periode aan de vereniging.
Artikel 29. De gasten en passanten.
a. Schepen die in de haven vertoeven zonder dat een ligplaats is toegewezen of waarvan de toewijzing van een ligplaats is ingetrokken, zijn schepen van gasten of passanten volgens dit artikel.
b. Gasten en passanten vervoegen zich bij het havenkantoor en laten zich in het gastenboek inschrijven alvorens met het schip een ligplaats te kiezen.
c. Ingeschreven gasten en passanten hebben tijdens het verblijf aan boord en in de haven dezelfde rechten en plichten als ligplaatshouders in de zin van het havenreglement, voor de duur van het verblijf.
d. De hoogte van de vergoeding aan liggeld voor passanten wordt door het bestuur vastgesteld en wordt berekend per schip en per meter lengte-over-alles en per periode van vierentwintig uur. De liggelden voor schepen van overnachtende gasten en passanten worden vermeerderd met de door de overheid opgelegde heffingen, zoals de gemeentelijke watertoeristenbelasting voor betaald verblijf aan boord. De vergoeding en heffing dienen vooraf te worden voldaan.
e. De maximale duur van verblijf voor passanten is, mits ligplaats beschikbaar; in het zomerseizoen drie maanden en in het winterseizoen vijf maanden.
f. Gasten en passanten dienen op de overeengekomen dag van vertrek de ligplaats voor de middag te verlaten, dan wel zich voor de middag wederom te vervoegen bij het havenkantoor om zich opnieuw in te schrijven.
g. De havencommissaris of diens gemachtigde is gerechtigd schepen van gasten en/of passanten te weigeren, gebieden het schip naar een andere ligplaats te verhalen of gebieden met het schip de haven uit te varen, desnoods zonder opgave van reden.
Artikel 30. a. Het uitvoeren van werkzaamheden aan schepen door derden is uitsluitend toegestaan met in acht name van de bepalingen vermeld in het havenreglement en na voorafgaand verkregen toestemming van de havencommissaris of diens gemachtigde. De ligplaatshouder draagt zorg dat de werkzaamheden worden uitgevoerd binnen de bepalingen van dit reglement.
b. Een werknemer van de vereniging is het niet toegestaan werkzaamheden te verrichten aan schepen van leden of onderdelen van deze schepen tijdens de overeengekomen diensturen van de werknemer.
c. Zodra twee of meer personen, zonder werknemer te zijn, gezamenlijk werkzaamheden op de haven of aan een schip uitvoeren, waarbij voorschriften of geboden van de Wet Arbeidsomstandigheden van toepassing zijn, kunnen zij in de zin van die Wet worden beschouwd als werkgever en werknemer, tenzij één van hen kennelijk de leiding heeft, in welk geval deze als werkgever en als werknemer kunnen worden beschouwd.
Artikel 31. Schorsing en ontzetting.
Wanneer een lid of junior-deelnemer:
- zich in een schip van een ander bevindt zonder toestemming van de eigenaar, de havencommissaris of diens gemachtigde;
- zich schuldig maakt aan diefstal of vervreemding van xxxxxxxxx eigendom; of
- op ernstige wijze de bepalingen van de statuten en reglementen van de vereniging overtreedt;
stelt zij/hij zich bloot aan schorsing of ontzetting uit het lidmaatschap volgens Artikel 7 en 9 van de statuten en zal hem overeenkomstig het gebruik van de haven kunnen worden ontzegd.
Xxxxx bestuurslid heeft het recht, bij een geconstateerde overtreding van dit reglement, in naam van de havencommissaris het betreffende lid of junior-deelnemer te schorsen op grond van Artikel 9 van de statuten. Artikel 11 lid 4 van het huishoudelijk reglement kan mede van toepassing zijn.
Van vernieling wordt aangifte gedaan. In geval van schade en/of verontreiniging als bedoeld in de Artikelen 19 tot en met 22 is de vereniging gerechtigd de kosten op de veroorzaker te verhalen.
Schorsing ontheft een lid niet van de reeds aangegane financiële verplichtingen jegens de vereniging.
Artikel 32. Slot bepalingen
De vereniging, noch het bestuur, noch de havencommissaris of diens gemachtigde zijn aansprakelijk voor schade van welke aard of door welke oorzaak ook, aan personen of goederen toegebracht, of voor verlies of diefstal van enig goed.
Artikel 33. In gevallen waarin het havenreglement niet voorziet, beslist de havencommissaris of zijn vervanger.
Tegen beslissingen van de havencommissaris staat voor leden beroep open op het bestuur onder aangetekend schrijven aan de secretaris en binnen een termijn van een maand na het bekend zijn van de beslissing van de havencommissaris.
Artikel 34. Het havenreglement is vastgesteld bij bestuursbesluit en ondergeschikt aan de statuten en het huishoudelijk reglement. In uitzonderlijke gevallen kan het bestuur incidenteel op onderdelen van dit reglement afwijken, indien het meent te handelen in het belang van de vereniging en de leden.
De artikelen in dit havenreglement, die ondergeschikt zijn aan een dwingende wetsbepaling, zijn niet voor afwijking vatbaar.
In de reglementen zijn bepalingen opgenomen voortvloeiend uit de Hinderwet vergunning afgegeven door de gemeente Aalsmeer alsmede de vergunning conform Drank- en Horecawet en de Wet Verontreiniging Oppervlaktewater afgegeven door het Hoogheemraadschap..
Aldus besloten in de bestuursvergadering van 12 januari 2017 onder gelijktijdige intrekking van het voorgaande Havenreglement.
Annex 1: Verklaring hijsen/ winterstalling:
In het kader van Milieu- en Arbo wetgeving, moeten wij als WVS u een aanvullende verklaring laten ondertekenen, waarin wij expliciet 3 regels onder uw aandacht brengen.
Deze regels zijn opgenomen in het havenreglement
Artikel 6, Het aanvragen van een ligplaats en de wachtlijstprocedure.
Bij de ledenadministratie ligt een aanvraagformulier voor de ligplaats.
Op dit formulier is een verklaring afgegeven dat op naam van het schip een WA verzekering is afgesloten tegen tenminste aansprakelijkheid, de kosten van berging, lichting en ruiming, en volgens dezelfde verklaring deze verzekering zal worden aangehouden gedurende de tijd dat de ligplaats wordt genoten.
Artikel 20, punt d, e, f, g, k, en m Het hellingen
d. De ligplaatshouder is tijdens het hellingen aanwezig of wijst een vervanger namens hem aan.
e. Het bedienen van de hellingwagen, de trekker, de lier, de hefkraan, vijzels, de takel en de hogedrukspuit geschiedt uitsluitend door of onder leiding van de havencommissaris of diens gemachtigde, doch het daaruit voortkomend risico is altijd voor de ligplaatshouder.
f. Tijdens het takelen van een schip dienen zich geen personen aan boord te bevinden.
g. Het schoonmaken, schoonspuiten met of zonder hogedrukspuit, van het onderwaterschip geschiedt uitsluitend op de daartoe ingerichte plaats.
k. De vergoeding op het hellinggebruik aansluitend aan en na het winterseizoen is in redelijkheid in het winterliggeld inbegrepen indien de ligplaatshouder of zijn vervanger op het afgesproken tijdstip aanwezig is en actief bij het hellingen assisteert.
n. Het liggeld in het zomerseizoen wordt verhoogd met een door het bestuur vastgestelde vergoeding per dag voor de duur van het gebruik van een ligplaats in de loods of op het land indien;
- een schip aan het einde van het winterseizoen niet gereed is voor tewaterlating of,
- een schip op verzoek van de ligplaatshouder eerder dan de aangekondigde periode van hellingen in het najaar gebruik maakt van een ligplaats in de loods of op het land.
Artikel 21, punt c, d, g en m, De loods en de werkplaats.
c. 1. In de loods is het niet toegestaan, al of niet in schepen;
- gastanks
- losse benzinetanks
in opslag te hebben, c.q. te bewaren
2. In de loods is het niet toegestaan, al of niet in schepen;
- brandbare verf of lak
- oplosmiddelen, of,
- andere brandbare stoffen,
in opslag te hebben, c.q. te bewaren, tenzij in daarvoor goedgekeurde en aangemerkte xxxxxxxxxx kasten.
d. indien in de loods benzinemotoren aanwezig zijn, waarvan de brandstoftank een vast onderdeel is van de betreffende motor, dient de brandstof te zijn afgetapt, en tank en motor te zijn ontlucht. Schepen met gasoliemotoren (dieselmotoren) dienen met volle tanks te zijn aangeleverd.
g. In de loods is het verboden;
- te roken of open vuur aanwezig te hebben,
- brandstofreservoirs bij te vullen.
m. Schuren en andere stofverwekkende werkzaamheden zijn uitsluitend toegestaan op de oneven dagen van de maand.
Voor akkoord,
Naam eigenaar : ………………………………….. Naam gemachtigde/vervanger(ster): …………………….…...
Naam boot : …………………………………. Naam boot : ……………………….…
Aalsmeer, datum : ………………………………… Aalsmeer, datum : .....………………………
Handtekening : ………………………………… Handtekening : …………………………………
Zeilreglement (gepubliceerd op site WV Schiphol december 2019)
Artikel 1. Begripsbepalingen.
Onder de schepen van de vereniging worden verstaan alle schepen waarvan de vereniging eigenaar of huurder of gebruiker is en voor zover die schepen ingezet worden voor het beoefenen van de watersport, alsmede de schepen die ingezet worden door of namens de vereniging als begeleiding-, redding- en/of opleidingsschip.
Onder schipper wordt verstaan een in naam van de opleidingscommissaris als zodanig bekwaam gekwalificeerd lid. De schipper is gemachtigd het bevel te voeren aan boord van een schip van de vereniging en draagt derhalve verantwoordelijkheid voor het reilen en zeilen van het schip.
Waar wordt gesproken over de plaatsvervanger van een commissaris is bedoeld het bestuurslid, dat tijdens de afwezigheid van een commissaris de vervanging op zich heeft genomen.
Waar wordt gesproken over de gemachtigde van een commissaris is bedoeld, tenzij anders aangegeven, diegene, die bij afwezigheid van de commissaris of diens plaatsvervanger met het toezicht op de vloot is belast zijnde de dienstdoende havenmeester of zijn door het bestuur aangewezen vervanger.
Waar wordt gesproken van havenmeester is bedoeld de dienstdoende functionaris belast met het havenmeesterschap, al of niet zijnde een als zodanig benoemde werknemer.
Artikel 2. De organisatie heeft het beheer over de schepen van de vereniging. De activiteiten samenhangend met het gebruik van de schepen van de vereniging is ondergebracht in een afdeling zeilen. Het dagelijkse beheer en het toezicht van deze afdeling berust bij de vlootcommissaris of zijn plaatsvervanger en tijdens zijn afwezigheid bij diens gemachtigde in afwachting van de vlootcommissaris.
Indien het bestuur meent, dat de werkzaamheden voortvloeiend uit het dagelijks beheer van de afdeling zeilen te veel omvattend zijn, kan het bestuur het beheer verdelen over een vlootcommissaris, een opleidingscommissaris en eventueel een jeugdcommissaris. De vlootcommissaris legt zich dan toe op de o.a. de zee- en zeilwaardigheid van de schepen in de vloot, de ontwikkeling van de vloot, de afwikkeling van aan- en verkoop, het onderhoud, de gebruiksbeperkingen en de indeling. De opleidingscommissaris legt zich dan toe op o.a. de organisatie van de opleidingen en de kwaliteit, de kundigheid van de instructeurs, het verlenen van bevoegdheden tot gebruik van schepen en de activiteiten voor junior-deelnemers.
Bij afwezigheid vervangen de vlootcommissaris en de opleidingscommissaris elkaar in eerste instantie.
Artikel 3. De deelname afdeling zeilen.
a. Aanvragen tot deelname aan de afdeling zeilen geschiedt middels een daarvoor bestemd formulier, gepubliceerd op de website. Dit formulier kan tevens dienen tot het aanvragen van opleiding of jeugdopleiding.
b. Het gebruik van schepen van de vereniging is onder het Artikel 8 gestelde voorwaarden uitsluitend toegestaan aan ere-, werkende-, en buitengewone leden van de vereniging, voor zover er schepen beschikbaar zijn en deze leden zijn aangesloten bij de afdeling zeilen.
c. Het gebruik van schepen van de vereniging is onder het Artikel 9 gestelde voorwaarden toegestaan aan junior-deelnemers aangesloten bij de afdeling zeilen.
Artikel 4. Het stemrecht.
Op de algemene vergadering is het stemrecht op zaken, die uitsluitend betrekking hebben op de afdeling zeilen, voorbehouden aan leden, die bij de afdeling zijn aangesloten alsmede aan bestuursleden van de vereniging.
Artikel 5. Het gebruik van schepen en/of andere eigendommen van de vereniging is geheel voor eigen risico. De vereniging noch het bestuur aanvaardt enige verantwoordelijkheid voor het gebruik van een schip van de vereniging, of voor enig persoonlijk letsel of schade aan persoonlijke goederen van opvarenden samenhangend met het gebruik van een schip of materialen van de vereniging.
Artikel 6. Het aanvragen van een opleiding en de wachtlijstprocedure.
Aanvragen tot deelname aan een opleiding of jeugdopleiding geschiedt middels een daarvoor bestemd digitaal formulier, te verkrijgen bij de ledenadministratie of via de website. Leden of junior-deelnemers die een opleiding aanvragen, worden op een wachtlijst geplaatst, indien niet direct een opleidingsplaats beschikbaar is. De afwikkeling van de wachtlijst geschiedt op volgorde van lidmaatschapsnummer of junior- deelnemerschapsnummer en bij ontbreken daarvan op volgorde van aanvraag tot werkend lidmaatschap of junior-deelnemerschap.
Aanvragen voor een andere opleiding of vervolgopleiding worden eveneens afgehandeld volgens de wachtlijstprocedure indien een opleidingsplaats niet direct beschikbaar is.
Artikel 7. De opleiding en de bevoegdheden.
a. De opleidingscommissaris organiseert bij voldoende belangstelling, zulks ter beoordeling van het bestuur, opleidingen voor leden om zich in de watersport te bekwamen. De lesprogramma's voorzien in een opleiding tot een niveau van bekwaamheid per type schip, waaraan een aantal bevoegdheden als schipper in de vereniging is verbonden.
b. De jeugdcommissaris organiseert bij voldoende belangstelling, zulks ter beoordeling van het bestuur, opleidingen voor junior-deelnemers om zich in de watersport te bekwamen. De lesprogramma's voorzien in een opleiding tot een niveau van bekwaamheid per type schip, waaraan een aantal bevoegdheden als schipper in de vereniging is verbonden.
c. Onder leiding van CWO gecertificeerde instructeurs en trainers kunnen opleidingen binnen verenigingsverband, of anders bij voldoende belangstelling met bemiddeling van de vereniging zo nodig buiten verenigingsverband, plaatsvinden. Dat geldt ook voor de opleidingen van instructeurs en trainers.
d. De opleidingen vinden groepsgewijze plaats op bepaalde tijden op doordeweekse avonden. De opleiding van junior-deelnemers vindt plaats op de zaterdag. Nadere aanduiding van de tijdstippen vindt per seizoen plaats via de website van de vereniging.
e. Examens voor opleidingen binnen verenigingsverband voldoen aan landelijk erkende normen. De examens bestaan uit een theoretisch en een praktisch gedeelte en worden afgenomen door een instructeur onder toezicht van een beoordelingsgemachtigde van de Commissie Watersport Opleidingen - hierna te noemen de C.W.O. -.
f. De opkomst en vorderingen van zeilers in opleiding wordt bijgehouden op een leskaart. Deze leskaart dient ter vervanging van de C.W.O.-vorderingenstaat.
De leskaart blijft eigendom van de vereniging.
Een afschrift van de leskaart of een in naam van de vereniging afgegeven C.W.O.- vorderingenstaat is door de betrokkene opvraagbaar volgens regels gesteld in Artikel 25 van het huishoudelijk reglement.
g. De schippersbevoegdheid wordt behaald wanneer aan de op de leskaart gedefinieerde eisen is voldaan. Het niveau van de schippersbevoegdheid ligt boven C.W.O.-II en lager dan CWO III. Het C.W.O.-II Kielboot diploma wordt uitgereikt.
h. Bij voldoende belangstelling van leden en junior-deelnemers wordt zo mogelijk opgeleid tot de zeilbevoegdheid-III en vervolgens tot instructeur -2. Dan wordt het C.W.O.-III diploma uitgereikt.
i. De aanduiding "kajuitjacht" bij de zeilbevoegdheid is vereist voor het als schipper kunnen aanvragen van een kajuitjacht. Voor de aanduiding “kajuitjacht” komen schippers in aanmerking die bij aanvang van het verenigingsjaar de leeftijd van 21 jaar hebben bereikt, en die bevoegd zijn.
De aanduiding “Laser” bij de zeilbevoegdheid is vereist voor het als schipper kunnen aanvragen van een verenigingsboot type “Laser”. Voor de aanvraag van een “Laser”komen schippers in aanmerking die bevoegd zijn.
k. De aanduiding "spinnaker" bij de zeilbevoegdheid-2 of -3 is vereist voor het als schipper kunnen aanvragen van een schip in wedstrijduitvoering met spinnaker.
l. Xxxxxx behaalde diploma's of vaardigheden worden pas erkend als de bevoegdheid tot schipper na een geslaagde proef van bekwaamheid in een overeenkomstig schip van de vereniging ten overstaan van de opleidingscommissaris of zijn gemachtigde en na het volgen van 4 opleidingsavonden.
m. Onder de Zeilcommissaris ressorteert de Zeil Technische Commissie (ZTC) die verantwoordelijk is voor het regelen van de opleiding voor volwassenen-instructeurs en jeugdtrainers.
Daarnaast is de ZTC verantwoordelijk voor éénduidig lesmateriaal (de leesstandaard), de daarvan afgeleide leskaart en ten slotte voor het contact met het CWO.
Artikel 8. Het gebruiksrecht van leden.
Leden aangesloten bij de afdeling zeilen hebben gebruiksrecht overeenkomstig hun bevoegdheid.
a. De bevoegdheden zijn benoemd naar type schip;
1. eenmanszwaardboot,
2. tweemanszwaardboot, open kielboot,
3. kajuitjacht, en
4. mogelijk anders te benoemen typen.
b. De bevoegdheden zijn voorts benoemd naar behaalde kwalificatie;
1. schipper,
2. CWO-III – gevorderde schipper
c. Toewijzing van een schip van de vereniging vindt uitsluitend plaats in overeenkomst met de bevoegdheid van de schipper naar type schip.
d. Leden, die de proef van bekwaamheid schipper nog niet met goed gevolg hebben afgelegd, kunnen zich bij de indeling als bemanning voor een schip opgeven.
e. Toewijzing van een type tweemansboot geschiedt onder voorwaarde dat met een bemanningslid wordt gevaren.
f. Een bemanningslid is bij voorkeur een lid of een junior-deelnemer van de vereniging aangesloten bij de afdeling zeilen.
g. De aanvragende schipper is verantwoordelijk voor schip en opvarenden, ook al zijn er andere schippers aan boord.
h. Introducés, zijnde lid doch niet aangesloten bij de afdeling zeilen, of indien deze introducés voldoen aan Artikel 10b. van het huishoudelijk reglement, zijn toegestaan voor zover zij geen regelmatige gebruikers zijn van de schepen van de vereniging en de aanvragen van leden als bemanning volledig zijn gehonoreerd.
i. Bij de toewijzing van schepen kan met de indeling tevens rekening gehouden worden met het aantal malen dat reeds in het lopende seizoen een schip of bemanningsplaats aan dat lid is toegewezen.
j. Leden, welke niet bevoegd zijn een schip aan te vragen, kunnen als schipper onder toezicht van een door de opleidingscommissaris als zodanig erkende instructeur gebruik maken van een schip, voor zover zij deelnemen aan een opleiding.
x. Xx Xxxxxxxxxxxxxxx of zijn vervanger kan ontheffing van bevoegdheid verlenen, indien hij meent te handelen in het belang van de vereniging of ter wille van het welslagen van activiteiten, die door of in naam van de vereniging zijn georganiseerd.
l. Tijdens evenementen kan de vlootcommissaris een afwijkend gebruiksrecht toestaan. Tijdens het lesprogramma kan de opleidingscommissaris uitzonderlijk gebruiksrecht verlenen.
m. Voor zover in de vloot beschikbaar kunnen leden-schippers in het bezit van de passende bevoegdheid, waar nodig aangevuld met wettelijk vereiste bevoegdheden, zulks ter beoordeling van de Zeilcommissaris, op aanvraag of in opdracht;
1. ook als schipper optreden op een schip van de vereniging dat voorzien is van een buitenboordmotor,
2. ook als schipper optreden op een schip van de vereniging dat voorzien is van een binnenboordmotor,
3. ook als schipper optreden op een schip van de vereniging dat voorzien is van een motor en sneller kan varen dan 20 kilometer per uur,
4. als schipper optreden voor meer dan één dag op een schip van de vereniging,
5. als schipper optreden op een schip van de vereniging voor het varen van wedstrijden buiten verenigingsverband,
6. assisteren bij het opleidingsprogramma als instructeur.
Artikel 9. Het gebruiksrecht van junior-deelnemers.
Junior-deelnemers aangesloten bij de afdeling zeilen hebben gebruiksrecht overeenkomstig hun bevoegdheid.
a. De bevoegdheden zijn benoemd naar type schip;
1. eenmans-jeugdboot,
2. tweemans-jeugdboot,
3. eenmans-zwaardboot,
4. tweemans-zwaardboot.
b. De bevoegdheden zijn voorts benoemd naar behaalde kwalificatie;
1. CWO-I; schipper in opleiding,
2. CWO-II,
3. schipper
4. CWO-III; gevorderde schipper
c. Toewijzing van een schip van de vereniging vindt uitsluitend plaats in overeenkomst met de bevoegdheid van de schipper naar type schip.
d. Junior-deelnemers in het bezit van CWO-I of CWO-II, doch die de proef van bekwaamheid schipper nog niet met goed gevolg hebben afgelegd, kunnen zich bij de indeling als bemanning voor een schip opgeven.
e. Toewijzing van een type tweemans-boot geschiedt onder voorwaarde dat met een bemanningslid wordt gevaren.
f. Een bemanningslid is bij voorkeur een lid of junior-deelnemer van de vereniging en aangesloten bij de afdeling zeilen.
g. De aanvragende schipper is verantwoordelijk voor schip en opvarenden, ook al zijn er andere schippers aan boord.
h. Introducés, zijnde junior-deelnemer doch niet aangesloten bij de afdeling zeilen, of indien deze introducés voldoen aan Artikel 10b. van het huishoudelijk reglement, zijn toegestaan voor zover zij geen regelmatige gebruikers zijn van de schepen van de vereniging en de aanvragen van aangesloten junior-deelnemers als bemanning volledig zijn gehonoreerd.
i. Bij de toewijzing van schepen kan met de indeling tevens rekening gehouden worden met het aantal malen dat reeds in het lopende seizoen een schip of bemanningsplaats aan dat lid is toegewezen.
j. Junior-deelnemers welke nog niet bevoegd zijn een schip aan te vragen, kunnen als schipper onder toezicht van een door de Zeilcommissaris als zodanig erkende instructeur gebruik maken van een schip.
k. Toewijzing van het schip aan junior-deelnemers jonger dan 15 jaar geschiedt onder voorbehoud van toezicht van een meerderjarig persoon, of anders uitsluitend voor gebruik van het schip in zicht van de haven.
l. Tijdens evenementen kan de Zeilcommissaris een afwijkend gebruiksrecht toestaan. Tijdens het lesprogramma kan de opleidingscommissaris uitzonderlijk gebruiksrecht verlenen.
m. Junior-deelnemers bij aanvang van het verenigingsjaar 16 jaar en ouder, die tevens voldoen aan de voorwaarden genoemd in Artikel 8a en 8b, kunnen ook een type boot anders dan een jeugdboot aanvragen.
Artikel 10. De aanvraag van schepen.
a. Aanvragen van schepen kunnen alleen geschieden via de gepubliceerde procedure op de website.
b. Bij de toewijzing van schepen aan de aanvragers wordt voorrang gegeven aan de behoefte aan schepen voor opleidingsdoeleinden en evenementen van de vereniging. De opleidingen vinden plaats op vaste gepubliceerde tijden en evenementen worden van tevoren aangekondigd in het verenigingsorgaan.
c. Tijdens de opleidingen kan een schip worden vrijgegeven door de leidinggevende instructeur, indien niet alle schepen voor opleiding benodigd blijken.
Artikel 11. De dagelijkse toewijzing van schepen.
x. Xxxxxxxxx kunnen vanaf 14 dagen vooraf een schip reserveren. Een reservering voor een kajuitjacht kan gemaakt worden in hetzelfde kalenderjaar.
b. De definitieve toewijzing is om 09:30 uur voor die dag gepubliceerd.
c. Na 9:30 kan aan de haven of via de gepubliceerde procedure aan de hand van de gepubliceerde indeling bezien worden of er die dag nog een schip voor indeling beschikbaar is.
d. Een schip van de vereniging, dat is toegewezen voor een gehele dag, d.w.z. van zonsopgang tot zonsondergang, dient bemand te zijn voor 10:30 uur.
e. Een schip van de vereniging, dat is toegewezen voor een ochtend, d.w.z. tot 13:00 uur, dient bemand te zijn voor 10:30 uur.
f. Een schip van de vereniging, dat is toegewezen voor en ochtend en een middag,
d.w.z. tot 17:30 uur, dient bemand te zijn voor 10:30 uur.
g. Een schip van de vereniging, dat is toegewezen voor een middag, d.w.z. van 13:00 uur tot 17:30 uur, dient bemand te zijn voor 13:30 uur.
h. Een schip van de vereniging, dat is toegewezen voor een avond, d.w.z. van 17:30 uur tot zonsondergang, dient bemand te zijn voor 18:00 uur.
i. Een schip van de vereniging dat is toegewezen op een bepaalde tijd, dient bemand te zijn binnen 30 minuten na deze bepaalde tijd.
j. Niet tijdig bemande schepen mogen door de gemachtigde van de zeilcommissaris opnieuw zonder voorbehoud worden toegewezen aan andere gegadigden.
k. Bij de toewijzing van een kajuitjacht geldt een vergoeding zoals vastgesteld door het bestuur. De vergoeding dient vooraf te worden voldaan. Er wordt een huurovereenkomst gehanteerd waarin de vergoeding, de borgsom en overige voorwaarden zijn vastgelegd.
Artikel 12. De meerdaagse aanvraag en toewijzing.
a. Indien beschikbaar kunnen leden aangesloten bij de afdeling zeilen als schipper de vlootcommissaris of diens vervanger een kajuitjacht van de vereniging aanvragen voor meer dan één dag.
b. De aanvraag dient vergezeld te gaan van opgave wie de schipper is. De schipper moet een lid zijn aangesloten bij de afdeling zeilen en bevoegd zijn voor het type schip als schipper op te treden.
c. De maximale periode van aanvraag is een week per lid, beginnend op de vrijdagavond 18:00 uur en eindigend de volgende vrijdag om 16:00 uur, met dien verstande dat indien overdracht met verkregen toestemming van de vlootcommissaris buiten de thuishaven plaats vindt, zulks geschiedt om 16:00 uur tenzij in onderling overleg een ander tijdstip is overeengekomen en de verantwoording voor de goede overdracht buiten de thuishaven genomen wordt door de afgaande schipper.
d. Aanvragen voor een week hebben voorrang boven aanvragen voor een kortere periode.
e. Toewijzing geschiedt in volgorde van aanvraag met in acht name van lidmaatschapnummer en voorgaand gebruik ten voordele van nieuwe gebruikers. Aanvragen dienen uiterlijk ingediend te zijn op 1 april. Latere aanvragen worden toegewezen op grond van dan nog beschikbare perioden.
f. Ter zekerheidstelling wordt voor gebruik een borgsom gevraagd.
g. Het schip wordt door de Zeilcommissaris of diens gemachtigde op het vastgestelde tijdstip aangeboden onder inventarislijst en met volle brandstoftanks. De gebruiker tekent voor goede ontvangst. Bij het schip behoort een logboek met daarbij blanco formulieren van overdracht. Aanvaarding, overdracht of inlevering van een schip geschiedt steeds met getekende formulieren van overdracht onder de verplichting niet vervangen gebreken in de inventaris te vergoeden, de brandstoftanks aan te vullen en het schip weer schoon aan te bieden.
h. Alle kosten van de vaart zijn voor rekening van de gebruiker.
i. Alle schade alsmede inmiddels gerepareerde schade dient in het logboek vermeld te staan.
j. De overdracht of inlevering van een schip vindt feitelijk plaats met het aanvaarden van de sleutels.
k. De toewijzing van een schip voor meer dan één dag kan voorts ondergeschikt zijn gesteld aan nadere voorwaarden van de Zeilcommissaris en het gebruik is tevens onderhevig aan de van toepassing zijnde beperkingen zoals gesteld in overige artikelen van dit reglement.
l. In geval van geschillen tussen gebruiker en Zeilcommissaris, waarbij dit reglement geen uitsluitsel biedt, beslist de Zeilcommissaris.
Artikel 13. De gebruiksbeperkingen.
a. Gebruik van de schepen van de vereniging is uitsluitend toegestaan voor genoegen.
b. Bij een gemiddelde werkelijke windkracht hoger dan Beaufort-5 - zijnde krachtige wind, of stijve bries, of harde wind, of storm- is het uitvaren met schepen van de vereniging niet toegestaan. Schepen, die reeds zijn uitgevaren, moeten ligplaats of beschutting kiezen.
Bij een gemiddelde werkelijke windkracht hoger dan Beaufort-5 wordt onder de rechter ra van de vlaggenmast, gezien vanaf het water, een zwarte stormbal gehesen. Ontstentenis van de stormbal ontheft de schipper niet zelf de windkracht naar behoren in te schatten.
c. Het varen met schepen van de vereniging tussen zonsondergang en zonsopgang is uitsluitend toegestaan na voorafgaande toestemming van de Zeilcommissaris of diens gemachtigde.
d. Het overnachten aan boord van schepen van de vereniging mag slechts geschieden na voorafgaande toestemming van de Zeilcommissaris of diens gemachtigde. De toewijzing van een kajuitjacht voor meer dan één dag omvat tevens deze toestemming.
e. Het is uitsluitend toegestaan na voorafgaande toestemming van de vlootcommissaris te varen met schepen van de vereniging op Het IJ, Noordzeekanaal, Amsterdam- Rijnkanaal, IJsselmeer, Markermeer, Waddenzee, zee en de kustwateren, de zeearmen en de grote rivieren Maas, Waal, Lek, Rijn, Gelderse IJssel en Schelde, alsmede de getijdenrivieren en wateren waar niet uitsluitend de regels van de vaart volgens het Binnenvaartpolitiereglement (BPR) van kracht zijn.
f. Sleepgelden, doorvaartrechten, sluis-, brug- en havengelden zijn voor rekening van de gebruiker, tenzij de Zeilcommissaris of diens gemachtigde vooraf toestemming heeft verleend voor het maken van deze uitgaven. Eventuele bekeuringen of boetes voor overtreding van wettelijke bepalingen zijn voor rekening van de schipper.
g. Het verplaatsen van schepen van de vereniging op trailers of dergelijke over de openbare weg is uitsluitend toegestaan na voorafgaande toestemming van de Zeilcommissaris of diens gemachtigde.
h. Tijdens het aanleggen van het schip voor kortere of langere tijd behoren de zeilen te worden gestreken.
i. Behoudens tijdens het verhalen behoort een tweemans-schip met bemanning gevaren te worden, tenzij grootzeil of fok is weggenomen.
j. Jeugdboten behoren niet door leden gevaren te worden.
k. Bij evenementen kan door de Zeilcommissaris of diens gemachtigde, en bij dienst- of hulpverlening tevens door zijn gemachtigde, ander gebruik worden toegestaan.
l. Bij gebruik van schepen van de vereniging tijdens opleidingen, evenementen en activiteiten van de vereniging is het gebruik van zwemvesten verplicht.
Artikel 14. De verantwoordelijkheden van de schipper.
Een ieder die schepen van de vereniging gebruikt, zal immer handelen volgens maatstaven van goed zeemanschap met in acht name van de geldende regels van de vaart en/of tijdens wedstrijden met in acht name van de geldende regels voor wedstrijdzeilen alsmede de wedstrijdbepalingen.
De schipper zal zich immer ten doel stellen met schip en opvarenden behouden in de thuishaven terug te keren.
Nadere regels zijn gesteld aan het gebruiken van de schepen van de vereniging:
a. Bij elk schip van de vereniging behoort een logboek. De logboeken van de schepen zijn verzameld en liggen ter invulling in het clubhuis. Het logboek geeft uitsluitsel over wie is uitgevaren met het schip en wanneer en het verwachte uiterlijke tijdstip van terugkeer. Het nalaten het logboek in te vullen kan als vermissing van het schip of opvarenden worden uitgelegd.
x. Xx xxxxxxxx behoort alvorens uit te varen de standaardinventaris op volledigheid te controleren. Xxxxxxxx behoren voor vertrek gemeld te zijn bij de Zeilcommissaris of diens gemachtigde, verholpen te zijn of anders in het in het clubhuis aanwezige logboek te staan vermeld.
x. Xx xxxxxxxx tekent het logboek voor zeilwaardige ontvangst van het schip en vermeldt het voorgenomen uiterlijke tijdstip van terugkeer.
d. Na terugkomst tekent de schipper dit logboek nogmaals voor teruggave van het schip onder vermelding van eventuele geconstateerde klachten of gebreken.
e. Indien de schipper tevens een junior-deelnemer is, wordt de verplichting het logboek te tekenen alvorens uit te varen en na teruggave van het schip, waargenomen door de Zeilcommissaris of diens gemachtigde en bij ontstentenis door enig ander bestuurslid of lid, die in kan staan voor de verrichtingen van de schipper.
f. Het dient vermeden te worden bij schepen op de wal de bodem zwaar te belasten door bijvoorbeeld in het schip te gaan staan of er zwaar in te leunen.
g. Het is niet toegestaan de schepen te betreden met lederen zolen en/of schoeisel beslagen met ijzer.
h. Het is niet toegestaan huisdieren in te schepen aan boord van schepen van de vereniging.
i. Na gebruik zorgt de schipper, dat het schip, na schoongemaakt te zijn, ook onder de vlonders, afgedekt en geschoord wordt achtergelaten op de vaste ligplaats.
j. Na gebruik zorgt de schipper, dat natte zeilen zo nodig op een daartoe geëigende wijze in de kleine loods (Xxxxx-loods) te drogen worden gehangen onder vermelding daarvan in het logboek.
k. Kleine reparaties zoals herstellen van rafelend touwwerk, vervanging van verloren harpsluitingen e.d. worden verzorgd door de betrokken schipper en vervangingen worden vermeld in het logboek en gemeld aan de Zeilcommissaris of diens gemachtigde.
Artikel 15. Averij en schade.
a. Averij en schade met of aan schepen van de vereniging is de verantwoordelijkheid van de laatste schipper-gebruiker en moet binnen 24 uur op een bij het havenkantoor verkrijgbaar schadeformulier met een situatieschets bij de Zeilcommissaris, of bij ontstentenis bij diens gemachtigde, te worden gemeld. Indien zulks niet mogelijk is, dient enig bestuurslid binnen de genoemde termijn op enigerlei wijze te zijn ingelicht omtrent toedracht en omvang van de schade. Bij persoonlijk letsel dient de schipper of indiener van het schaderapport zo uitvoerig mogelijk naam en persoonlijke gegevens van de gekwetste te vermelden, alsmede melding te maken van verleende hulp en al wat in deze nog meer van enig belang zou kunnen zijn.
b. Het is een verplichting opgelegd door de verzekeringsmaatschappij dat bij schade aan derden geen handeling wordt gepleegd waaruit erkenning van een verplichting tot schadevergoeding direct of indirect kan worden afgeleid.
c. De omvang van de schade staat los van de hoogte van het schadebedrag, doch wijst op de gevolgen.
De omvang van de schade wordt gerapporteerd als;
- lichte schade; het schip kan ondanks de schade normaal in de vaart blijven,
- aanmerkelijke schade; het schip kan eerst nadat onderdelen zijn vervangen of herstel aan tuigage of rondhout is uitgevoerd weer normaal in de vaart worden genomen, of het schip is elders achtergelaten omdat het niet voor dat weder zee- of zeilwaardig was, of het schip is door een daartoe bevoegde autoriteit of beheerder in beslag genomen of aan de ketting gelegd,
- ernstige schade; het schip is onttakeld of node droog gezet in afwachting van herstel.
- verloren; het schip is vergaan, gekaapt, gezonken of uitgebrand, of heeft op andere wijze grove schipbreuk geleden of is ter vaart verlaten en opgegeven.
d. Van ontvreemding of vandalisme moet de schipper aangifte doen bij de politie. Het verloren gaan of opgeven van een schip ter vaart op binnenwater moet terstond de politie, op groot water de Nederlandse Kustwacht, worden gemeld en aanwijzingen van die instanties dienen te worden opgevolgd.
e. Indien op grond van een geldend vaarreglement, of tijdens een wedstrijd op grond van de regels voor wedstrijdzeilen tussen de deelnemers onderling, de averij of schade te wijten is aan een andere partij, dan dient de verantwoordelijke schipper alles in het werk te stellen de vereniging zoveel als mogelijk te vrijwaren van de kosten van schade. In zo'n geval dienen namen van getuigen, getuigenverklaringen, proces-verbaal of de uitspraak van een protestcomité nader aan een schadeformulier te worden toegevoegd bij de eerstkomende gelegenheid.
f. Averij of schade aan een schip van de vereniging, die een gevolg is van grove nalatigheid of van opzet, wordt verhaald op de verantwoordelijke schipper of ouder van een junior-deelnemer. Tevens kan de Zeilcommissaris Artikel 18. van dit reglement van toepassing verklaren.
g. Averij of schade, die een gevolg is van een laakbare handeling, een verkeerde manoeuvre, niet-naleving van een geldend vaarreglement, regels van de vaart of tijdens een wedstrijd, tevens de regels voor wedstrijdzeilen en de wedstrijdbepalingen, kan geheel of gedeeltelijk verhaald worden op de verantwoordelijke schipper of ouder van de junior-deelnemer, indien de Zeilcommissaris meent hiertoe aanleiding te zien. In dit verband wordt de Zeilcommissaris geacht de vereniging te behoeden voor kosten van het eigen risicodeel in de uitkering van verzekeringsgelden en het eventuele verlies van de no- claim korting op de polis.
h. De verantwoordelijke schipper of ouder, op wie de Zeilcommissaris meent op grond van dit artikel de schade geheel of gedeeltelijk te verhalen, heeft het recht van beroep op het bestuur, indien de schipper of ouder meent op grond van de feiten ten onrechte aansprakelijk gesteld te zijn. Indien gewenst door de schipper of ouder kan
in de bestuursvergadering bij het betreffende agendapunt een toelichting terzake worden verschaft. Het bestuur doet schriftelijk uitspraak aan de betrokkene binnen twee weken na de behandeling van het beroep.
i. Indien de Zeilcommissaris besluit de schade op de verantwoordelijke schipper of ouder van junior-deelnemer te verhalen op grond van dit artikel, dan is de betrokken schipper of de betrokken junior-deelnemer uitgesloten van het gebruiksrecht van schepen van de vereniging vanaf het moment waarop het besluit aan hem schriftelijk is medegedeeld tot het moment waarop volgens de Zeilcommissaris de te verhalen schade geheel door de schipper of junior-deelnemer aan de vereniging is vergoed.
j. In geval van verzuim van het melden van schade of te laat melden van schade wordt het schadeformulier opgemaakt door de Zeilcommissaris of diens gemachtigde en wordt de verantwoordelijke schipper geschorst bij besluit van de Zeilcommissaris volgens Artikel 18 van dit reglement, indien in redelijkheid verondersteld mag worden dat de schade aan de schipper bekend was. De Zeilcommissaris kan in een boven twijfel verheven geval van verzuim besluiten de schade in het geheel te verhalen op de verantwoordelijke schipper.
Artikel 16. De heffingen.
a. De heffing verbonden aan deelname aan de afdeling zeilen worden vastgesteld door de algemene vergadering.
b. De heffing verbonden aan deelname aan de opleidingen tot zeilbevoegdheden wordt vastgesteld door de algemene vergadering.
c. Indien een deelnemer aan opleidingen tot de bevoegdheid van schipper geen gebruik maakt van schepen van de vereniging, doch telkens tijdens deelname aan de instructie een eigen schip inbrengt van een type, dat op overeenkomstige wijze als de schepen van de vereniging geschikt is voor de instructie, zulks uitsluitend ter beoordeling van de opleidingscommissaris, kan het bestuur zo verzocht besluiten vrijstelling te verlenen van de heffing zeilen.
d. Voor de opleidingen tot de overige bevoegdheden geldt een vergoeding vastgesteld door het bestuur.
e. De heffing of vergoeding verbonden aan opleidingen, die vanwege onvoldoende deelname geen doorgang vinden, zullen niet worden geïnd, respectievelijk worden gerestitueerd.
f. Voor deelnemers die na 1 juli starten met de instructie geldt een instructietarief van 50%.
g. Lesgelden worden niet gerestitueerd, zodra de aanvrager van een opleidingsplaats in kennis is gesteld dat de aanvraag is gehonoreerd, of voor een volgend seizoen is gecontinueerd, en de aanvrager de opleidingsplaats heeft benut of na een termijn van drie weken na kennisgeving kennelijk stilzwijgend heeft geaccepteerd.
h. De kosten verbonden aan opleidingen buiten verenigingsverband worden niet vergoed, tenzij zo'n opleiding heeft plaatsgevonden op uitdrukkelijk verzoek van de Zeilcommissaris. In dat geval kunnen deze kosten geheel of gedeeltelijk worden vergoed.
i. De vergoeding verbonden aan de uitreiking van een geschreven bevoegdheid of overeenkomstig C.W.O.-diploma op naam wordt door het bestuur vastgesteld.
j. Indien een lid aangesloten bij de afdeling zeilen van mening is, dat consequente toepassing van de berekening van de verschuldigde heffingen in zijn geval tot onredelijkheid leidt of dat hij zich kan beroepen op overmacht, kan het bestuur op schriftelijk verzoek van het lid besluiten tot een afwijkende toepassing van de berekening of inning van de heffingen.
Artikel 17. De jeugdafdeling.
a. Bij voldoende belangstelling ter beoordeling van de Zeilcommissaris zullen de activiteiten voor junior-deelnemers aangesloten bij de afdeling zeilen worden gebundeld in een jeugdafdeling.
b. De jeugdafdeling zal een eigen bestuur mogen samenstellen uit de junior- deelnemers onder voorzitterschap van een lid. Het bestuur van de jeugdafdeling zal tweemaal per jaar over haar reilen en zeilen rapporteren aan het bestuur van de vereniging.
Tussentijds kan het bestuur van de jeugdafdeling adviezen uitbrengen aan de Zeilcommissaris.
c. Aan de organisatie van activiteiten voor de jeugd dienen de leden-ouders leiding te geven.
d. Indien in de deelname aan de jeugdafdeling een heffing verbonden is, dan wordt daarvan de hoogte vastgesteld door de algemene vergadering.
e. De benodigdheden en voorwaarden voor het jaarlijkse jeugdevenement (weekend) is in annex 1 van dit reglement weergegeven.
Artikel 18. Schorsing en ontzetting.
a. Wanneer een lid of junior-deelnemer de bepalingen van dit reglement of andere reglementen overtreedt, stelt hij zich bloot al naar de ernst van de overtreding aan intrekking van de bevoegdheid als schipper, ontzegging van het recht tot gebruik van schepen van de vereniging, schorsing of ontzetting uit het lidmaatschap volgens Artikel 7 en 9 van de statuten.
b. Ieder bestuurslid heeft het recht, bij een geconstateerde overtreding van dit reglement, dit artikel toe te passen in naam van de Zeilcommissaris of het betreffende lid of junior-deelnemer te schorsen op grond van Artikel 9 van de statuten. Artikel 11 lid 4 van het huishoudelijk reglement kan mede van toepassing zijn.
c. Xxxxxxxxx ontheft een lid of junior-deelnemer niet van zijn reeds aangegane financiële verplichtingen jegens de vereniging.
Artikel 19. De slotbepalingen
In de gevallen waarin het zeilreglement niet voorziet beslist de vloot of Zeilcommissaris of zijn vervanger.
Tegen beslissingen van de vloot- en opleidingscommissaris staat voor leden beroep open op het bestuur onder aangetekend schrijven aan de secretaris en binnen een termijn van een maand na het bekend zijn van de beslissing van de commissaris.
Artikel 20. Het zeilreglement is vastgesteld bij bestuursbesluit en ondergeschikt aan de statuten, het huishoudelijk reglement en het havenreglement. In uitzonderlijke gevallen kan het bestuur incidenteel op onderdelen van dit reglement afwijken, indien het meent te handelen in het belang van de vereniging en de leden.
De artikelen in dit zeilreglement, die ondergeschikt zijn aan een dwingende wetsbepaling, zijn niet voor afwijking vatbaar.
In dit zeilreglement zijn bepalingen opgenomen, die voortvloeien uit in de wet vastgelegde vaarreglementen, verordeningen, het vergunningenstelsel voor snelle motorschepen van de gemeente Aalsmeer en uit voorwaarden gesteld in de overeenkomst met de verzekeraar. Met name de Artikelen 13.d, en 13.e hebben betrekking op wettelijke vaarreglementen en de daarin vereiste uitrusting van het schip of te voeren boordlichten, Artikel 7e heeft betrekking op de Wet op de Persoon Registratie, terwijl Artikel 8.m.3 betrekking heeft op het ontheffingsstelsel voor snelle motorschepen van de Gemeente Aalsmeer en delen van de Artikelen 7, 8, 9, 12, 13 en 15 hebben betrekking op de overeenkomst met de verzekeraar.
Aldus besloten in de bestuursvergadering van 12 januari 2017 onder gelijktijdige intrekking van het voorgaande Zeilreglement.
Annex 2: Standaard benodigdheden t.b.v. uitvoering jeugdweekend Doel van document:
• Het voorkomen van onduidelijkheden en borgen van een basis overzicht van benodigdheden haven tijdens uitvoering jeugdweekend.
Benodigdheden haven & vloot tijdens uitvoering jeugdweekend.
• De datum van het jeugdweekend wordt tijdens het opstellen van de verenigingen jaarkalender bepaald.
• Tijdsduur: Vrijdag t/m Zondag start: 10:00 eind:16:00
• Beschikking over minimaal 1/3 van het oppervlakte Grote Loods gemeten vanuit roldeur aan kraanzijde en is vanaf vrijdagochtend 10:00 uur beschikbaar.
• Gebruik Scholletjesbos gedurende het weekend.
• Gebruik ’t Kombuis gedurende het weekend.
• Geen geparkeerde auto’s vanaf de hoek Grote Loods (kraanzijde) tot het ’t Kombuis.
• Toegangshek haven op automatisch sluiten gedurende het gehele weekend. (verantwoordelijkheid havenmeester)
• Beschikking tot de complete vereniging vloot.
• Havenmeester(s) en/of commissie tijdig informeren i.r.t. de voortgang jeugdweekend.
• De toiletgebouwen moeten het hele weekend open zijn en blijven.
• Bij schade wordt op de haven en/of vereniging vloot moet deze direct gemeld worden aan trainer en havenmeester op dienst.
• Schoongemaakt via corveediensten jeugdteam tijdens het weekend(zie schema hieronder)
Corvee schema | Wc’s en douches | Eetruimte | Afval haven | Botencheck |
Zaterdag ochtend | Team 1 | Team 2 | Team 3 | Team 4 |
Zaterdagmiddag | Team 4 | Team 1 | Team 2 | Team 3 |
Zaterdag avond | Team 3 | Team 4 | Team 1 | Team 2 |
Zondag ochtend | Team 2 | Team 3 | Team 4 | Team 1 |
Zondag middag | Team 1 | Team 2 | Team 3 | Team 4 |