Contract
8 (2001) Nr. 1
TRAC T A TENBLAD
VAN HET
K O N I N K R I J K D E R N E D E R L A N D E N
JAARGANG 2001 Nr. 81
A. TITEL
Stabilisatie- en Associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeen- schappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds;
Luxemburg, 9 april 2001
B. TEKST1)
Stabilisatie- en Associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds
Het Koninkrijk België,
het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, de Helleense Republiek,
het Koninkrijk Spanje,
de Franse Republiek, Ierland,
de Italiaanse Republiek,
het Groothertogdom Luxemburg, het Koninkrijk der Nederlanden, de Republiek Oostenrijk,
1) De Deense, de Duitse, de Engelse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Ita- liaanse, de Macedonische, de Portugese, de Spaanse, en de Zweedse tekst zijn niet afgedrukt.
Het voor eensluidend gewaarmerkt afschrift van de Overeenkomst is nog niet ont- vangen. In de hierna volgende tekst kunnen derhalve onjuistheden voorkomen, die in een volgend Tractatenblad zullen worden gecorrigeerd.
de Portugese Republiek, de Republiek Finland, het Koninkrijk Zweden,
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,
Verdragsluitende partijen bij het Verdrag tot oprichting van de Euro- pese Gemeenschap, het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeen- schap voor Kolen en Staal, het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en het Verdrag betreffende de Euro- pese Unie,
hierna de ,,lidstaten’’ te noemen, en van de Europese Gemeenschap, de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, de Europese Gemeen- schap voor Atoomenergie,
hierna ,,de Gemeenschap’’ te noemen, enerzijds, en
de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds,
Gelet op de sterke banden tussen de partijen en hun gemeenschappe- lijke waarden, hun wens deze banden te versterken en nauwe, duurzame betrekkingen tot stand te brengen op grond van wederkerigheid en wederzijds belang, die de Voormalige Joegoslavische Republiek Mace- donië in staat zou moeten stellen de in het verleden tot stand gebrachte betrekkingen te versterken en uit te breiden, met name de door de op 29 april 1997 door middel van een briefwisseling ondertekende Samenwerkingsovereenkomst die op 1 januari 1998 in werking trad;
Overwegende dat de betrekkingen tussen de partijen op het gebied van het overlandvervoer geregeld moeten blijven door de tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië gesloten overeenkomst op het gebied van het ver- voer, die op 29 juni 1997 werd ondertekend en op 28 november 1997 in werking trad;
Gelet op het belang van deze overeenkomst voor het stabilisatie- en associatieproces met de landen van Zuidoost-Europa, dat verder moet worden ontwikkeld door middel van een communautaire EU-strategie voor deze regio, voor de totstandbrenging en handhaving van een op samenwerking gebaseerde stabiele orde in Europa, waarvan de Europese Unie een steunpilaar is, en voor het stabiliteitspact;
Gelet op de toezegging van de partijen dat zij met alle mogelijke mid- delen zullen bijdragen tot de politieke, economische en institutionele sta- bilisatie, zowel in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië als in de gehele regio, door de ontwikkeling van de civiele samenleving en door democratisering, institutionele versterking en hervorming van de
overheidsadministratie, intensievere handel en economische samenwer- king, versterking van de nationale en regionale veiligheid, alsmede intensievere samenwerking op het gebied van justitie en binnenlandse zaken;
Gelet op het belang dat de partijen hechten aan versterking van de politieke en economische vrijheden, die de grondslag van de overeen- komst vormen, en op het belang dat zij hechten aan de eerbiediging van de rechtstaat en de mensenrechten, met inbegrip van de rechten van per- sonen die tot nationale minderheden behoren, en aan democratische beginselen in de vorm van een meerpartijenstelsel met vrije, eerlijke ver- kiezingen;
Gelet op de gehechtheid van de partijen aan de beginselen van de vrijemarkteconomie en de bereidheid van de Gemeenschap om aan de economische hervormingen in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië bij te dragen;
Gelet op de verbintenis van de partijen om volledig uitvoering te geven aan alle beginselen en bepalingen van het Handvest der Verenigde Naties, de OVSE, inzonderheid die van de Slotakte van Helsinki, de slotdocumenten van de conferenties van Madrid en Wenen, het Handvest van Parijs voor een Nieuw Europa, en het Stabiliteitspact van Keulen voor Zuidoost-Europa, teneinde bij te dragen tot de regionale stabiliteit en de samenwerking tussen de landen van de regio;
Verlangende een regelmatige politieke dialoog in te stellen over bila- terale en internationale vraagstukken van wederzijds belang, met inbe- grip van regionale aspecten;
Gelet op het belang dat de partijen hechten aan vrijhandel, overeen- komstig de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de WTO;
Overtuigd dat de Stabilisatie- en Associatieovereenkomst een nieuw klimaat zal scheppen voor hun onderlinge economische betrekkingen, in het bijzonder voor de ontwikkeling van handel en investeringen, welke factoren van cruciaal belang zijn voor de economische herstructurering en modernisering;
Gelet op de toezegging van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië om de wetgeving aan te passen aan die van de Gemeenschap;
Gelet op de bereidheid van de Gemeenschap om doorslaggevende steun te verlenen voor de tenuitvoerlegging van de hervormingen en te dien einde op een omvattende indicatieve meerjaarlijkse basis gebruik te maken van alle beschikbare instrumenten voor samenwerking en techni- sche, financiële en economische bijstand;
Bevestigende dat de bepalingen van deze overeenkomst die binnen de toepassingssfeer van deel III, titel IV, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap vallen, het Verenigd Koninkrijk en Ierland als afzonderlijke verdragsluitende partijen binden, en niet als deel van
de Europese Gemeenschap, totdat het Verenigd Koninkrijk of Ierland (al naargelang van het geval) de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië ervan in kennis stelt dat het Verenigd Koninkrijk of Ierland is gebonden als deel van de Europese Gemeenschap overeenkomstig het Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland dat aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap is gehecht. Hetzelfde geldt voor Denemarken, overeenkomstig het Proto- col betreffende de positie van Denemarken dat aan die verdragen is gehecht;
Nogmaals wijzend op de bereidheid van de Europese Unie om de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zo volledig mogelijk te integreren in de politieke en economische hoofdstroom van Europa, en op de status van het land als een potentiële kandidaat voor het EU-lidmaatschap op basis van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het voldoen aan de door de Europese Raad in juni 1993 gedefinieerde criteria, onder voorbehoud van de succesvolle tenuitvoerlegging van deze overeenkomst, met name wat betreft regionale samenwerking,
Hebben overeenstemming bereikt omtrent de volgende bepalingen: Artikel 1
1. Hierbij wordt een associatie ingesteld tussen de Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds.
2. Deze associatie heeft ten doel:
– een passend kader tot stand te brengen voor de politieke dialoog met het oog op de ontwikkeling van nauwe politieke betrekkingen tus- sen de partijen;
– steun te verlenen aan de inspanningen van de Voormalige Joegosla- vische Republiek Macedonië voor de ontwikkeling van de economische en internationale samenwerking, ook door de aanpassing van de wetge- ving aan die van de Gemeenschap;
– harmonieuze economische betrekkingen te bevorderen en geleide- lijk een vrijhandelszone in te stellen tussen de Gemeenschap en de Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië;
– regionale samenwerking te bevorderen op alle gebieden die onder deze overeenkomst vallen.
TITEL 1 ALGEMENE BEGINSELEN
Artikel 2
Eerbiediging van de democratische beginselen en de mensenrechten, als vastgesteld in de Universele Verklaring van de rechten van de mens en als omschreven in de slotakte van Helsinki en het Handvest van Parijs
voor een nieuw Europa, eerbiediging van de beginselen van het interna- tionaal recht en de rechtsstaat, en de beginselen van de markteconomie als neergelegd in het document van de CVSE-conferentie van Bonn over economische samenwerking, vormen de grondslag van het binnen- en buitenlands beleid van de partijen en zijn een essentieel onderdeel van deze overeenkomst.
Artikel 3
Internationale en regionale vrede en stabiliteit en de ontwikkeling van betrekkingen van goed nabuurschap staan centraal in het stabilisatie- en associatieproces. De sluiting en de tenuitvoerlegging van deze overeen- komst passen in het kader van de regionale benadering van de Gemeen- schap zoals gedefinieerd in de conclusies van de Raad van 29 april 1997, op basis van de verdiensten van de individuele landen in de regio.
Artikel 4
De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië verbindt zich ertoe samenwerking en betrekkingen van goed nabuurschap met de ove- rige landen van de regio aan te gaan, inclusief een passend niveau van wederzijdse concessies op het gebied van het verkeer van personen, goe- deren, kapitaal en diensten, alsmede de ontwikkeling van projecten van gemeenschappelijk belang. Deze verbintenis is van fundamenteel belang voor de ontwikkeling van de betrekkingen en de samenwerking tussen de partijen en draagt bij tot de regionale stabiliteit.
Artikel 5
1. De associatie wordt volledig verwezenlijkt in een overgangspe- riode van maximaal 10 jaar die in twee fasen uiteenvalt. Deze opsplit- sing in twee op elkaar volgende fasen is bedoeld om de bepalingen van de Stabilisatie- en Associatieovereenkomst geleidelijk uit te voeren en de aandacht in de eerste fase toe te spitsen op de hieronder in titels III, V, VI and VII genoemde gebieden.
2. De krachtens artikel 108 opgerichte Stabilisatie- en Associatieraad onderzoekt op gezette tijden de toepassing van deze overeenkomst en de verwezenlijking door de Voormalige Joegoslavische Republiek Xxxxxx- nië van de juridische, administratieve, institutionele en economische her- vormingen in het licht van de preambule en in overeenstemming met de algemene principes van deze overeenkomst.
3. Vier jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst zal de Stabilisatie- en Associatieraad de vooruitgang evalueren en een besluit nemen over de overgang naar en de duur van de tweede fase, en over eventueel aan te brengen wijzigingen in de inhoud van de bepalingen inzake de tweede fase. Daarbij wordt rekening gehouden met de resul- taten van voornoemde toetsing.
4. De twee fasen als bedoeld in de leden 1 en 3 zijn niet van toepas- sing op titel IV.
Artikel 6
De overeenkomst moet volledig verenigbaar zijn met de relevante WTO-bepalingen, met name artikel XXIV van de GATT 1994 en artikel V van de GATS.
TITEL II POLITIEKE DIALOOG
Artikel 7
De politieke dialoog tussen de partijen wordt verder ontwikkeld en geïntensiveerd. De dialoog zal de toenadering tussen de Europese Unie en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië begeleiden en consolideren, en zal bijdragen tot het tot stand brengen van solidariteit en nieuwe vormen van samenwerking tussen de partijen.
De politieke dialoog moet met name het volgende bevorderen:
– toenemende convergentie van de standpunten van de partijen over internationale vraagstukken, met name over aangelegenheden die be- langrijke gevolgen voor de partijen kunnen hebben;
– regionale samenwerking en de ontwikkeling van betrekkingen van goed nabuurschap;
– gemeenschappelijke opvattingen over veiligheid en stabiliteit in Europa, ook op de terreinen die worden bestreken door het Gemeen- schappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid van de Europese Unie.
Artikel 8
De politieke dialoog kan plaatsvinden in een multilateraal kader, en als regionale dialoog waarbij andere landen in de regio worden betrok- ken.
Artikel 9
1. Op ministerieel niveau vindt de politieke dialoog plaats binnen de Stabilisatie- en Associatieraad, die de algemene verantwoordelijkheid draagt voor alle aangelegenheden die de partijen de Associatieraad voor- leggen.
2. Op verzoek van de partijen kan de politieke dialoog ook de vol- gende vormen aannemen:
– indien nodig vergaderingen tussen hoge functionarissen die ener- zijds de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en anderzijds het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie en de Commis- sie vertegenwoordigen;
– optimaal gebruik van alle diplomatieke kanalen tussen de partijen, met inbegrip van passende contacten in derde landen en binnen de Ver- enigde Naties, de OVSE en andere internationale fora;
– alle andere middelen die een nuttige bijdrage leveren tot het con- solideren, ontwikkelen en intensiveren van deze dialoog.
Artikel 10
Op parlementair niveau vindt de politieke dialoog plaats in het kader van het bij artikel 114 ingestelde Parlementair Stabilisatie- en Associatie- comité.
TITEL III REGIONALE SAMENWERKING
Artikel 11
In overeenstemming met haar verbintenis op het gebied van vrede en stabiliteit en de ontwikkeling van betrekkingen van goed nabuurschap zal de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië de regionale samenwerking actief bevorderen. De Gemeenschap zal via haar programma’s voor technische bijstand ook projecten steunen met een regionale of grensoverschrijdende dimensie.
Telkens wanneer de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van plan is de samenwerking met een van de in onderstaande artikelen 12 tot en met 14 genoemde landen te intensiveren, deelt zij dit mede aan en voert zij overleg met de Gemeenschap en haar lidstaten overeenkom- stig de bepalingen van titel X.
Artikel 12
Samenwerking met andere landen die een Stabilisatie- en Associatieraad hebben ondertekend
Niet later dan wanneer ten minste één Stabilisatie- en Associatieover- eenkomst is ondertekend met een van de andere landen die betrokken zijn bij het stabilisatie- en associatieproces opent de Voormalige Joego- slavische Republiek Macedonië onderhandelingen met het betrokken land of de betrokken landen met het oog op de sluiting van een verdrag over regionale samenwerking, waarvan het doel is de samenwerking tus- sen de betrokken landen uit te breiden.
De hoofdelementen van dit verdrag zijn:
– politieke dialoog;
– de totstandbrenging van een vrijhandelszone tussen de partijen die verenigbaar is met de relevante WTO-bepalingen;
– wederzijdse concessies betreffende het verkeer van werknemers,
vestiging, dienstverlening, lopende betalingen en kapitaalverkeer op een niveau dat equivalent is aan dat van deze overeenkomst;
– bepalingen inzake samenwerking op andere, al dan niet onder deze overeenkomst vallende terreinen, met name op het gebied van justitie en binnenlandse zaken.
Deze overeenkomst bevat zo nodig bepalingen voor de oprichting van de nodige institutionele mechanismen.
Deze overeenkomst inzake regionale samenwerking moet worden gesloten binnen twee jaar na de inwerkingtreding van ten minste de tweede Stabilisatie- en Associatieovereenkomst. De bereidheid van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië om een dergelijk ver- drag te sluiten is een voorwaarde voor de verdere ontwikkeling van de betrekkingen tussen de Voormalige Joegoslavische Republiek Xxxxxx- nië en de EU.
Artikel 13
Samenwerking met andere bij het stabilisatie- en associatieproces betrokken landen
De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië gaat regionale samenwerking aan met de andere bij het stabilisatie- en associatieproces betrokken landen op sommige of alle onder deze overeenkomst vallende samenwerkingsterreinen, met name terreinen van gemeenschappelijk belang. Deze samenwerking moet verenigbaar zijn met de beginselen en doelstellingen van deze overeenkomst.
Artikel 14
Samenwerking met kandidaat-lidstaten van de EU
De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië kan met elke kandidaat-lidstaat van de EU de samenwerking versterken en een over- eenkomst sluiten voor regionale samenwerking op elk van de onder deze overeenkomst vallende samenwerkingsterreinen. Deze overeenkomst zal de bilaterale betrekkingen tussen de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië en dat land geleidelijk afstemmen op het relevante deel van de betrekkingen tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten en dat land.
TITEL IV
VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN
Artikel 15
1. De Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Ma- cedonië verbinden zich ertoe in de loop van een overgangsperiode van ten hoogste tien jaar, te rekenen vanaf de datum van inwerkingtreding
van de overeenkomst, geleidelijk een vrijhandelszone in te stellen op grond van deze overeenkomst en overeenkomstig de bepalingen van de GATT 1994 en de WTO. Daarbij houden zij rekening met de hieronder vermelde specifieke eisen.
2. In het handelsverkeer tussen de twee partijen worden de goederen ingedeeld overeenkomstig de gecombineerde nomenclatuur.
3. Het basisrecht waarop de in de overeenkomst vastgestelde opeen- volgende verlagingen worden toegepast, is voor elk product het recht dat erga omnes daadwerkelijk wordt toegepast op de dag voorafgaand aan de datum van ondertekening van de overeenkomst.
4. Indien na de ondertekening van deze Overeenkomst tarief- verlagingen op erga omnes grondslag worden toegepast, in het bijzon- der verlagingen die voortvloeien uit de tariefonderhandelingen in de WTO, komen deze verlaagde rechten vanaf de datum waarop de verla- gingen toepassing vinden in de plaats van de in lid 3 bedoelde basis- rechten.
5. De Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Ma- cedonië delen elkaar hun respectieve basisrechten mede.
HOOFDSTUK I INDUSTRIEPRODUCTEN
Artikel 16
1. De bepalingen van dit hoofdstuk zijn van toepassing op producten van oorsprong uit de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, bedoeld in de hoofdstukken 25 tot en met 97 van de gecombineerde nomenclatuur, met uitzondering van de in bijlage I. § I, ii) van de Overeenkomst inzake de landbouw (GATT 1994) genoemde producten.
2. De bepalingen van de artikelen 17 en 18 zijn niet van toepassing op textielproducten of staalproducten, zoals gespecificeerd in de artike- len 22 en 23.
3. De handel tussen de partijen in producten die onder het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie vallen, geschiedt in overeenstemming met de bepalingen van dat Verdrag.
Artikel 17
1. De douanerechten bij invoer in de Gemeenschap die van toepas- sing zijn op producten van oorsprong uit de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië worden opgeheven bij de inwerkingtreding van de overeenkomst.
2. De kwantitatieve beperkingen bij invoer in de Gemeenschap en de maatregelen van gelijke werking worden voor de producten van oor- sprong uit de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië opgehe- ven op de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.
Artikel 18
1. De douanerechten die van toepassing zijn bij invoer in de Voorma- lige Joegoslavische Republiek Macedonië van producten van oorsprong uit de Gemeenschap, andere dan die bedoeld in de bijlagen I en II, wor- den afgeschaft bij de inwerkingtreding van de overeenkomst.
2. De douanerechten bij invoer die in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van toepassing zijn op de in bijlage I opgenomen producten van oorsprong uit de Gemeenschap worden geleidelijk ver- laagd volgens het onderstaande tijdschema:
– op 1 januari van het eerste jaar na de inwerkingtreding van de over- eenkomst worden alle rechten verlaagd tot 90% van het basisrecht;
– op 1 januari van het tweede jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst worden alle rechten verlaagd tot 80% van het basisrecht;
– op 1 januari van het derde jaar na de inwerkingtreding van de over- eenkomst worden alle rechten verlaagd tot 70% van het basisrecht;
– op 1 januari van het vierde jaar na de inwerkingtreding van de over- eenkomst worden alle rechten verlaagd tot 60% van het basisrecht;
– op 1 januari van het vijfde jaar na de inwerkingtreding van de over- eenkomst worden alle rechten verlaagd tot 50% van het basisrecht;
– op 1 januari van het zesde jaar na de inwerkingtreding van de over- eenkomst worden alle rechten verlaagd tot 40% van het basisrecht;
– op 1 januari van het zevende jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst worden alle rechten verlaagd tot 30% van het basisrecht;
– op 1 januari van het achtste jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst worden alle rechten verlaagd tot 20% van het basisrecht;
– op 1 januari van het negende jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst worden alle rechten verlaagd tot 10% van het basisrecht;
– op 1 januari van het tiende jaar na de inwerkingtreding van de over- eenkomst worden de resterende rechten afgeschaft.
3. De douanerechten bij invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië die van toepassing zijn op de in bijlage II opge- nomen producten van oorsprong uit de Gemeenschap worden geleidelijk verlaagd en afgeschaft volgens het tijdschema in de bijlage.
4. De kwantitatieve beperkingen bij invoer in de Voormalige Joego- slavische Republiek Macedonië van producten van oorsprong uit de Gemeenschap en maatregelen van gelijke werking worden op de datum van de inwerkingtreding van de overeenkomst afgeschaft.
Artikel 19
De Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Mace- donië schaffen bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst in hun onderlinge handelsverkeer alle heffingen die een gelijke werking hebben als douanerechten bij invoer af.
Artikel 20
1. De Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Ma- cedonië schaffen bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst alle douanerechten bij uitvoer en heffingen van gelijke werking af.
2. De Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Ma- cedonië schaffen bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst in hun onderlinge handelsverkeer alle kwantitatieve beperkingen bij uitvoer en heffingen van gelijke werking af.
Artikel 21
De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië verklaart zich bereid haar douanerechten in het handelsverkeer met de Gemeenschap in een sneller tempo te verlagen dan het tempo waarin artikel 18 voor- ziet, indien de algemene economische situatie en de situatie in de betrok- ken sector van de economie zulks mogelijk maken.
De Stabilisatie- en Associatieraad doet daartoe strekkende aanbevelin- gen.
Artikel 22
Protocol 1 bevat de regelingen die op de daarin genoemde textielpro- ducten van toepassing zijn.
Artikel 23
Protocol 2 bevat de regelingen die van toepassing zijn op de daarin genoemde staalproducten.
HOOFDSTUK II LANDBOUW EN VISSERIJ
Artikel 24
Definitie
1. De bepalingen van dit hoofdstuk zijn van toepassing op de handel in landbouw- en visserijproducten van oorsprong uit de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
2. Met ,,landbouw- en visserijproducten’’ worden bedoeld de produc- ten vermeld in de hoofdstukken 1 tot en met 24 van de gecombineerde nomenclatuur en in Bijlage I, §I, ii) van de overeenkomst inzake de landbouw (GATT, 1994).
3. Deze definitie omvat ook vis en visserijproducten die vallen onder hoofdstuk 3, posten 1604 en 1605, en onderverdelingen 0511 91, 2301 20 00 en ex 1902 201).
Artikel 25
Protocol nr. 3 bevat de handelsregeling voor de daarin genoemde ver- werkte landbouwproducten.
Artikel 26
1. Op de datum van de inwerkingtreding van deze overeenkomst gaat de Gemeenschap over tot afschaffing van alle kwantitatieve beperkingen en maatregelen van gelijke werking die van toepassing zijn op de invoer van landbouw- en visserijproducten van oorsprong uit de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
2. Op de datum van de inwerkingtreding van deze overeenkomst gaat de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië over tot afschaffing van alle kwantitatieve beperkingen en maatregelen van gelijke werking die van toepassing zijn op de invoer van landbouw- en visserijproduc- ten van oorsprong uit de Gemeenschap.
Artikel 27
Landbouwproducten
1. Vanaf de datum van de inwerkingtreding van deze overeenkomst gaat de Gemeenschap over tot afschaffing van alle douanerechten en hef- fingen van gelijke werking die van toepassing zijn op de invoer van landbouwproducten, andere dan die van de posten 0102, 0201, 0202 en 2204 van de Gecombineerde Nomenclatuur, van oorsprong uit de Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië.
Voor de producten die vallen onder hoofdstukken 7 en 8 van de Gecombineerde Nomenclatuur, voor welke het gemeenschappelijk douanetarief in een ,,ad valorem’’ douanerecht en in een specifiek douanerecht voorziet, is de afschaffing uitsluitend op het ,,ad valorem’’ deel van de douanerechten van toepassing.
2. Met ingang van de inwerkingtreding van deze overeenkomst gaat de Gemeenschap over tot de vaststelling van de douanerechten die van
1) Ex 1902 20 is ,,gevulde deegwaren bevattende meer dan 20 gewichtsper- centen vis, schaal- of weekdieren of andere ongewervelde waterdieren’’.
toepassing zijn bij invoer in de Gemeenschap van de in bijlage III gede- finieerde producten van de categorie ,,baby beef’’ van oorsprong uit de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië op 20% van het ad- valoremrecht en 20% van het specifieke recht als vastgesteld in het gemeenschappelijk douanetarief van de Europese Gemeenschappen, bin- nen een jaarlijks tariefcontingent van 650 ton geslacht gewicht.
3. Vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst dient de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië:
a. de douanerechten af te schaffen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeen- schap die worden vermeld in Bijlage IV a);
b. de douanerechten af te schaffen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeen- schap die worden vermeld in Bijlage IV b), binnen de grenzen van de tariefcontingenten die voor elk product in die bijlage zijn vermeld. Voor de hoeveelheden die de tariefcontingenten te boven gaan, verlaagt de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië geleidelijk de douane- rechten volgens het tijdschema dat in die bijlage voor elk product is ver- meld;
c. de douanerechten geleidelijk af te schaffen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap die worden vermeld in Bijlage IV c), binnen de grenzen van de tariefcontingenten en in overeenstemming met het tijdschema die voor elk product in die bijlage zijn vermeld.
4. De handelsregelingen voor wijn en gedistilleerde dranken worden bij een afzonderlijke overeenkomst inzake wijn en gedistilleerde dran- ken vastgesteld.
Artikel 28
Visserijproducten
1. Vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst gaat de Ge- meenschap over tot de volledige afschaffing van douanerechten op vis en visserijproducten van oorsprong uit de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. Op producten vermeld in Bijlage V a) zijn de daarin opgenomen bepalingen van toepassing.
2. Vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst gaat de Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië over tot de afschaffing van alle heffingen die een gelijke werking hebben als douanerechten, en tot de verlaging van de douanerechten op vis en visserijproducten van oor- sprong uit de Europese Gemeenschap met 50% van het MFN-recht. De resterende rechten worden over een periode van zes jaar verlaagd en aan het eind van deze periode afgeschaft.
De in dit lid opgenomen regels zijn niet van toepassing op de in bij- lage V b opgenomen producten, voor welke de in genoemde bijlage vast- gelegde tariefverlagingen gelden.
Artikel 29
1. Rekening houdend met de omvang van het handelsverkeer in landbouw- en visserijproducten tussen de partijen, de bijzondere gevoe- ligheden, de regels van het gemeenschappelijk beleid van de Gemeen- schap voor landbouw en visserij, het landbouwbeleid van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, de rol van de landbouw in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, het productie- en exportpotentieel van de traditionele sectoren en markten, en de gevolgen van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de WTO, onderzoeken de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië uiterlijk 1 januari 2003 in de Stabilisatie- en Associatie- raad, product per product, systematisch en op basis van passende weder- kerigheid, de mogelijkheden die er zijn om elkaar verdere concessies te verlenen, met het oog op een grotere liberalisering van de handel in landbouw- en visserijproducten.
2. De bepalingen van dit hoofdstuk zijn in geen geval van invloed op de toepassing, op een unilaterale basis, van voordeliger maatregelen door een van de partijen.
Artikel 30
Onverminderd de andere bepalingen van deze overeenkomst, met name die van artikel 37, plegen beide partijen, indien, wegens de bijzon- dere gevoeligheid van de markten voor landbouw- en visserijproducten, de invoer van producten van oorsprong uit een partij waarvoor de con- cessies uit hoofde van de artikelen 25, 27 en 28 zijn verleend, ernstige problemen veroorzaakt op de markt of de binnenlandse regel- mechanismen van de andere partij, onverwijld overleg teneinde een pas- sende oplossing te vinden voor het probleem. In afwachting van deze oplossing kan de betrokken partij de passende maatregelen nemen die zij noodzakelijk acht.
HOOFDSTUK III GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN
Artikel 31
Behoudens andersluidende bepalingen in dit hoofdstuk of in de Pro- tocollen 1, 2 of 3 zijn de bepalingen van dit hoofdstuk van toepassing op de handel tussen de partijen in alle producten.
Artikel 32
Standstill
1. In het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië worden met ingang van de datum
van inwerkingtreding van deze overeenkomst geen nieuwe douane- rechten bij invoer of bij uitvoer of heffingen van gelijke werking inge- steld, noch worden de rechten of heffingen die reeds van toepassing zijn verhoogd.
2. In het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië worden met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst geen nieuwe kwantitatieve beperkingen bij invoer of bij uitvoer of maatregelen van gelijke werking ingesteld, noch worden de bestaande beperkingen restrictiever gemaakt.
3. Onverminderd de overeenkomstig artikel 26 verleende concessies vormen de bepalingen van de leden 1 en 2 van dit artikel in geen enkel opzicht een beletsel voor de voortzetting van het respectieve landbouw- beleid van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en van de Gemeenschap, noch voor het nemen van enige maatregel in het kader van dit beleid, voorzover de invoerregeling in de bijlagen III, IV a) b)
c) en V a) b) daardoor niet wordt beïnvloed.
Artikel 33
Verbod op fiscale discriminatie
1. Beide partijen onthouden zich van alle binnenlandse maatregelen of praktijken van fiscale aard die, direct of indirect, discrimineren tus- sen de producten van de ene partij en soortgelijke producten van oor- sprong uit het grondgebied van de andere partij, en gaan over tot de afschaffing van dergelijke bestaande maatregelen of praktijken.
2. De teruggave van binnenlandse indirecte belastingen voor produc- ten die naar het grondgebied van één van de partijen worden uitgevoerd mag niet hoger zijn dan de daarop geheven indirecte belastingen.
Artikel 34
De bepalingen betreffende de afschaffing van douanerechten bij invoer zijn eveneens van toepassing op douanerechten van fiscale aard.
Artikel 35
Douane-unies, vrijhandelszones, regelingen voor grensverkeer
1. Deze Overeenkomst vormt geen beletsel voor de handhaving of de oprichting van douane-unies, vrijhandelszones of regelingen voor grens- verkeer, mits de in deze Overeenkomst neergelegde handelsregelingen daardoor niet worden gewijzigd.
2. Tijdens de in de artikelen 17 en 18 vermelde overgangsperioden mag deze overeenkomst geen invloed hebben op de tenuitvoerlegging van de specifieke preferentiële regelingen voor het goederenverkeer die
ofwel zijn vastgelegd in grensovereenkomsten die vroeger tussen een of meer lidstaten en de Socialistische Federale Republiek Joegoslavië, opgevolgd door de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, zijn gesloten, ofwel voortvloeien uit de in titel III gespecificeerde bila- terale overeenkomsten die door de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië ter bevordering van de regionale handel zijn gesloten.
3. De partijen plegen in de Stabilisatie- en Associatieraad overleg over de in de leden 1 en 2 beschreven overeenkomsten en, desgewenst, over andere belangrijke onderwerpen in verband met hun respectieve handelspolitiek ten aanzien van derde landen. Een dergelijk overleg vindt met name plaats bij de toetreding van een derde land tot de Gemeenschap, teneinde rekening te kunnen houden met de onderlinge belangen van de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië als omschreven in deze overeenkomst.
Artikel 36
Dumping
1. Indien een der partijen constateert dat in het handelsverkeer met de andere partij dumping in de zin van artikel VI van de GATT 1994 plaats- vindt, kan zij passende maatregelen nemen tegen deze praktijk op grond van de overeenkomst betreffende de tenuitvoerlegging van artikel VI van de GATT 1994 en haar eigen wetgeving terzake.
2. Met betrekking tot het eerste lid van dit artikel wordt de Stabilisatie- en Associatieraad van de dumping in kennis gesteld zodra de autoritei- ten van de invoerende partij een onderzoek hebben geopend. Indien de dumping niet is beëindigd in de zin van artikel VI van de GATT of geen andere bevredigende oplossing is gevonden binnen 30 dagen nadat de zaak aan de Stabilisatie- en Associatieraad is voorgelegd, kan de invoer- ende partij passende maatregelen nemen.
Artikel 37
Algemene vrijwaringsclausule
1. Indien een product van een partij wordt ingevoerd op het grondge- bied van de andere partij in dusdanig grotere hoeveelheden en onder omstandigheden die:
– ernstige moeilijkheden veroorzaken of dreigen te veroorzaken voor binnenlandse producenten van soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten op het grondgebied van de invoerende partij; of
– ernstige verstoringen veroorzaken of dreigen te veroorzaken in een sector van de economie of moeilijkheden die tot een ernstige verslech- tering kunnen leiden van de economische situatie in een regio van de invoerende partij,
kan de invoerende partij passende maatregelen nemen overeenkomstig de voorwaarden en procedures van dit artikel.
2. De Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Ma- cedonië passen vrijwaringsmaatregelen onderling uitsluitend toe in over- eenstemming met de bepalingen van deze overeenkomst. Deze maatre- gelen mogen niet verder strekken dan hetgeen noodzakelijk is om een oplossing te vinden voor de gerezen moeilijkheden, en bestaan normali- ter uit de opschorting van de verdere verlaging van een heffing of recht krachtens deze overeenkomst voor het betrokken product of een verho- ging daarvan voor dat product.
Dergelijke maatregelen bevatten duidelijke elementen waardoor zij uiterlijk aan het einde van de vastgestelde termijn geleidelijk worden opgeheven. Deze termijn mag niet meer dan een jaar bedragen. In zeer uitzonderlijke omstandigheden mogen maatregelen worden genomen voor een totale maximumtermijn van drie jaar. Ten aanzien van de invoer van een product waartegen reeds eerder vrijwaringsmaatregelen werden genomen, worden gedurende een periode van minstens drie jaar na het verstrijken van deze maatregelen geen nieuwe vrijwarings- maatregelen genomen.
3. In de in dit artikel genoemde gevallen en vooraleer zij de daarin bedoelde maatregelen nemen of, in de gevallen waarop het bepaalde in lid 4, onder b), van dit artikel van toepassing is, zo spoedig mogelijk, verstrekken de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië het Stabilisatie- en Associatiecomité alle relevante informatie teneinde een voor beide partijen aanvaardbare oplossing te vinden.
4. Voor de tenuitvoerlegging van het bovenstaande gelden de vol- gende bepalingen:
a. De moeilijkheden die voortvloeien uit de in dit artikel bedoelde situatie worden ter bespreking voorgelegd aan het Stabilisatie- en Associatiecomité, dat alle noodzakelijke beslissingen kan nemen om een oplossing te vinden voor deze moeilijkheden. Indien het Stabilisatie- en Associatiecomité of de exporterende partij geen beslissing heeft geno- men die een einde maakt aan de moeilijkheden of geen andere bevredi- gende oplossing wordt gevonden binnen 30 dagen nadat de kwestie aan het Stabilisatie- en Associatiecomité is voorgelegd, kan de invoerende partij passende maatregelen nemen om het probleem in overeenstem- ming met dit artikel op te lossen. Bij de keuze van deze vrijwarings- maatregelen wordt prioriteit gegeven aan die welke de werking van de bij deze overeenkomst vastgestelde regelingen het minst verstoren.
b. Wanneer uitzonderlijke en kritieke omstandigheden die onmiddel- lijk maatregelen vereisen, voorafgaande kennisgeving of onderzoek, al naar gelang van het geval, onmogelijk maken, kan de betrokken partij, in de in dit artikel vermelde omstandigheden, onmiddellijk de nodige voorzorgsmaatregelen nemen, waarvan zij de andere partij onmiddellijk in kennis stelt.
5. De vrijwaringsmaatregelen worden het Stabilisatie- en Associatie- comité onmiddellijk ter kennis gebracht en worden in dit comité op gezette tijden aan een onderzoek onderworpen, in het bijzonder met het doel een tijdschema vast te stellen voor de afschaffing ervan zodra de omstandigheden dat toelaten.
6. Wanneer de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië de invoer van producten die de in dit artikel bedoelde moeilijkheden kunnen doen rijzen aan een administratieve procedure onderwerpen die ten doel heeft snel informatie te verschaffen over de tendens van de handelsstromen, stellen zij de andere partij daarvan in kennis.
Artikel 38
Tekortclausule
1. Wanneer de naleving van de bepalingen van deze titel leiden tot:
a. een ernstig tekort of gevaar voor een ernstig tekort aan levensmid- delen of andere producten die voor de exporterende partij van wezenlijk belang zijn; of
b. wederuitvoer naar een derde land van een product waarop de exporterende partij kwantitatieve uitvoerbeperkingen, uitvoerrechten of maatregelen of heffingen van gelijke werking toepast, en waar de boven- genoemde situaties aanleiding geven of vermoedelijk aanleiding zullen geven tot ernstige moeilijkheden voor de exporterende partij, kan die partij passende maatregelen nemen overeenkomstig de voorwaarden en procedures van dit artikel.
2. Bij de keuze van deze maatregelen wordt prioriteit gegeven aan die welke de werking van de bij deze overeenkomst vastgestelde regelingen het minst verstoren. Dergelijke maatregelen worden niet toegepast op een wijze die onder dezelfde omstandigheden een arbitraire of onrecht- vaardige discriminatie of een verholen beperking van het handelsverkeer zou inhouden, en worden opgeheven zodra zij niet langer gerechtvaar- digd zijn.
3. Voor zij de in lid 1 van dit artikel bedoelde maatregelen nemen of zo spoedig mogelijk in de gevallen waarin lid 4 van dit artikel van toe- passing is, verstrekken de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavi- sche Republiek Macedonië het Stabilisatie- en Associatiecomité alle relevante informatie, teneinde het comité in staat te stellen een voor beide partijen aanvaardbare oplossing te vinden voor het probleem. De partijen kunnen in het Stabilisatie- en Associatiecomité besluiten tot elke maatregel die een einde maakt aan de moeilijkheden. Indien geen over- eenstemming wordt bereikt binnen dertig dagen nadat de zaak aan het Stabilisatie- en Associatiecomité werd voorgelegd, kan de exporterende partij uit hoofde van dit artikel maatregelen toepassen op de uitvoer van het betrokken product.
4. Wanneer uitzonderlijke en kritieke omstandigheden die onmiddel- lijk maatregelen vereisen, voorafgaande informatie of voorafgaand on- derzoek, al naar gelang van het geval, onmogelijk maken, kunnen de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië onmiddellijk voorzorgsmaatregelen nemen om het probleem op te los- sen, waarvan zij de andere partij onmiddellijk in kennis stelt.
5. Alle krachtens dit artikel genomen maatregelen worden het Stabilisatie- en Associatiecomité onmiddellijk ter kennis gebracht en in dit comité op gezette tijden aan een onderzoek onderworpen, in het bij- zonder met het doel een tijdschema vast te stellen voor de afschaffing ervan zodra de omstandigheden dat toelaten.
Artikel 39
Staatsmonopolies
De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië past alle staats- monopolies van commerciële aard geleidelijk aan, in dier voege dat tegen het einde van het vijfde jaar volgende op de inwerkingtreding van deze Overeenkomst tussen onderdanen van de lidstaten en van de Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië geen discriminatie bestaat ten aanzien van de omstandigheden waaronder goederen worden verwor- ven en op de markt gebracht. De Stabilisatie- en Associatieraad wordt in kennis gesteld van de maatregelen welke te dien einde worden genomen.
Artikel 40
In Protocol nr. 4 zijn de regels van oorsprong voor de toepassing van de in deze overeenkomst vastgestelde tariefpreferenties neergelegd.
Artikel 41
Toegestane beperkingen
Deze overeenkomst vormt geen beletsel voor verbodsbepalingen of beperkingen ten aanzien van invoer, uitvoer of doorvoer die gerechtvaar- digd zijn uit hoofde van de bescherming van de openbare zedelijkheid, de openbare orde en de openbare veiligheid; de bescherming van de gezondheid en het leven van personen, dieren of planten; de bescher- ming van het nationale artistieke, historische en archeologische erfgoed, of de bescherming van de intellectuele, industriële en commerciële eigendom, of regels betreffende goud en zilver. Dergelijke verboden of beperkingen mogen echter geen middel tot willekeurige discriminatie, noch een verkapte beperking van de handel tussen de partijen vormen.
Artikel 42
Beide partijen komen overeen samen te werken om het risico van fraude bij de toepassing van de handelsbepalingen van deze overeen- komst te verkleinen.
In afwijking van andere bepalingen van deze overeenkomst, met name de artikelen 30, 37 en 88 en Protocol 4, geldt dat, indien een van de par- tijen oordeelt dat er voldoende bewijs is van fraude, zoals een signifi- cante toename van de handel in producten van de ene naar de andere partij boven het niveau dat de economische omstandigheden zoals de normale productie en exportcapaciteit weerspiegelt, of het niet verlenen van de vereiste administratieve medewerking voor de verificatie van het bewijs van oorsprong door de andere partij, de partijen onverwijld over- leg voeren om een passende oplossing te vinden. In afwachting van deze oplossing kan de betrokken partij de passende maatregelen nemen die zij noodzakelijk acht. Bij de keuze van deze maatregelen wordt prioriteit gegeven aan die welke de werking van de bij deze overeenkomst vast- gestelde regelingen het minst verstoren.
Artikel 43
De toepassing van deze overeenkomst laat de toepassing van de bepa- lingen van het Gemeenschapsrecht op de Canarische Eilanden onverlet.
TITEL V
HET VERKEER VAN WERKNEMERS, DE VESTIGING EN HET VERRICHTEN VAN DIENSTEN
HOOFDSTUK I VERKEER VAN WERKNEMERS
Artikel 44
1. Met inachtneming van de in elke lidstaat geldende voorwaarden en modaliteiten:
– is de behandeling van werknemers die de nationaliteit van de Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië hebben en die legaal op het grondgebied van een lidstaat zijn tewerkgesteld vrij van elke vorm van discriminatie op grond van nationaliteit wat betreft de arbeidsvoorwaar- den, de beloning of ontslag in vergelijking met de nationale onderdanen;
– hebben de legaal op het grondgebied van een lidstaat verblijvende echtgenoot en kinderen van een legaal op het grondgebied van een lid- staat tewerkgestelde werknemer, met uitzondering van seizoenwerk- nemers en werknemers die onder bilaterale overeenkomsten in de zin van artikel 45 vallen, tenzij in dergelijke overeenkomsten anders is bepaald, gedurende de periode van het toegestane tewerkstellingsverblijf van die werknemer toegang tot de arbeidsmarkt van die lidstaat.
2. De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië verleent, met inachtneming van de in dat land geldende voorwaarden en modaliteiten, aan werknemers die onderdaan zijn van een lidstaat en die legaal op zijn grondgebied zijn tewerkgesteld alsmede aan hun echtgenoten en kinde- ren die aldaar legaal verblijven de in lid 1 vermelde behandeling.
Artikel 45
1. Rekening houdend met de arbeidsmarktsituatie in de lidstaten, hun wetgeving en de naleving van de regels die in de lidstaat er gelden op het gebied van de mobiliteit van werknemers:
– dienen de door de lidstaten in het kader van bilaterale overeenkom- sten verleende tewerkstellingsmogelijkheden voor werknemers uit de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië behouden te blijven en, zo mogelijk, te worden verbeterd;
– dienen de overige lidstaten de mogelijkheid van het sluiten van soortgelijke overeenkomsten te overwegen.
2. De Stabilisatie- en Associatieraad onderzoekt de toekenning van andere verbeteringen, zoals bijvoorbeeld toegang tot beroepsopleiding, overeenkomstig de in de lidstaten geldende regels en procedures en met inachtneming van de arbeidsmarktsituatie in de lidstaten en de Gemeen- schap.
Artikel 46
Er worden regels vastgelegd voor de coördinatie van de sociale- zekerheidsstelsels voor op het grondgebied van een lidstaat wettig te- werkgestelde werknemers die onderdaan zijn van de Voormalige Joego- slavische Republiek Macedonië en hun aldaar wettig verblijvende gezinsleden. Hiertoe worden bij een besluit van de Stabilisatie- en Associatieraad, dat alle rechten en verplichtingen uit hoofde van bila- terale overeenkomsten onverlet laat indien deze in een gunstigere behan- deling voorzien, de volgende bepalingen ingevoerd:
– alle door dergelijke werknemers in de verschillende lidstaten ver- vulde tijdvakken van verzekering, arbeid of verblijf worden bijeengeteld met het oog op pensioenen en renten uit hoofde van ouderdom, invali- diteit en overlijden, alsmede voor medische verzorging van deze werk- nemers en hun gezinsleden;
– alle pensioenen of renten uit hoofde van ouderdom, overlijden, een arbeidsongeval of een beroepsziekte dan wel wegens de daaruit voort- vloeiende invaliditeit, met uitzondering van uitkeringen waarvoor geen premie is betaald, kunnen vrij worden overgemaakt tegen de koers die krachtens de wetgeving van de lidstaat of lidstaten die deze verschuldigd zijn, wordt toegepast;
– de werknemers in kwestie ontvangen gezinsbijslagen voor hun gezinsleden zoals hierboven omschreven.
De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië kent aan legaal op zijn grondgebied tewerkgestelde werknemers die onderdaan van een lidstaat zijn en aan hun aldaar legaal verblijvende gezinsleden een soort- gelijke behandeling toe als die welke in het tweede en derde streepje van lid 1 wordt omschreven.
HOOFDSTUK II VESTIGING
Artikel 47
In de overeenkomst wordt verstaan onder:
a. ,,communautaire vennootschap’’ of ,,vennootschap uit de Voorma- lige Joegoslavische Republiek Macedonië’’: een volgens het recht van respectievelijk een lidstaat of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië opgerichte vennootschap die haar statutaire zetel, centrale administratie of belangrijkste handelsactiviteit op het grondgebied van respectievelijk de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië heeft.
Indien een volgens het recht van respectievelijk de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië opgerichte ven- nootschap uitsluitend haar statutaire zetel op het grondgebied van res- pectievelijk de Gemeenschap of Slovenië heeft, wordt deze vennoot- schap als respectievelijk een communautaire vennootschap of als een vennootschap uit de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië beschouwd indien uit haar transacties een werkelijke en permanente band met de economie van respectievelijk een van de lidstaten of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië blijkt;
b. ,,dochteronderneming’’ van een vennootschap: een vennootschap die daadwerkelijk door de eerste vennootschap wordt bestuurd;
c. ,,filiaal van een vennootschap’’: een handelszaak zonder rechtsper- soonlijkheid die kennelijk een permanent karakter bezit, zoals een agent- schap van een moedermaatschappij, een eigen management heeft en over de nodige materiële voorzieningen beschikt om zaken te doen met derden, in dier voege dat laatstgenoemden, hoewel zij ervan op de hoogte zijn dat indien nodig er een rechtsverhouding zal bestaan met de moedermaatschappij waarvan het hoofdkantoor zich in het buitenland bevindt, geen rechtstreeks contact dienen te hebben met deze moeder- maatschappij doch hun transacties kunnen afhandelen met de genoemde handelszaak die het vorengenoemde agentschap vormt;
d. ,,vestiging’’:
i. voor onderdanen, het recht op de oprichting van ondernemingen, met name vennootschappen, die zij daadwerkelijk besturen. Handelsactiviteiten door onderdanen strekken zich niet uit tot het zoeken naar of het aannemen van werk op de arbeidsmarkt van een andere partij en geven evenmin recht op toegang tot de arbeidsmarkt van de andere partij;
ii. voor communautaire of vennootschappen uit de Voormalige Joe- goslavische Republiek Macedonië: het recht op toegang tot en uit- oefening van economische activiteiten door middel van de oprich- ting van dochterondernemingen, filialen in respectievelijk de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië of de Gemeen- schap;
e. ,,activiteiten’’: het verrichten van economische handelingen;
f. ,,economische activiteiten’’: met name activiteiten met een indus- trieel of commercieel karakter of activiteiten van personen die een vrij beroep uitoefenen, alsmede activiteiten van ambachtslieden;
g. ,,communautaire onderdaan’’ en ,,onderdaan van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië’’: een natuurlijke persoon die een onderdaan is van respectievelijk een van de lidstaten of van de Voorma- lige Joegoslavische Republiek Macedonië;
h. wat het internationale vervoer over zee betreft, met inbegrip van het intermodale vervoer dat ten dele over zee plaatsvindt, zijn de bepa- lingen van dit hoofdstuk en van hoofdstuk III van deze titel eveneens van toepassing op buiten de Gemeenschap of de Voormalige Joegosla- vische Republiek Macedonië gevestigde onderdanen van respectievelijk de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Xxxxxx- nië, en op buiten de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië gevestigde scheepvaartondernemingen die worden bestuurd door onderdanen van respectievelijk een lidstaat of de Voorma- lige Joegoslavische Republiek Macedonië, indien hun vaartuigen respec- tievelijk in die lidstaat of in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië in overeenstemming met de respectieve wetgevingen zijn ingeschreven.
i. ,,financiële diensten’’: de in bijlage VI omschreven activiteiten. De Stabilisatie- en Associatieraad kan de werkingssfeer van die bijlage uitbreiden of wijzigen.
Artikel 48
1. Vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst dient de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië:
i. voor de vestiging van communautaire vennootschappen een niet minder gunstige behandeling te verlenen dan die welke zij ver- leent aan eigen vennootschappen of aan die uit derde landen, indien deze behandeling gunstiger is;
ii. voor de activiteiten van in de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië gevestigde dochterondernemingen en filialen van vennootschappen uit de Gemeenschap een niet minder gunstige behandeling dan die welke aan de eigen vennootschappen en fili- alen of aan de dochterondernemingen of filialen van vennoot- schappen uit derde landen wordt verleend, indien deze behande- ling gunstiger is.
2. De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië voert geen nieuwe wettelijke regelingen of maatregelen in die de vestiging van ven- nootschappen van de Gemeenschap op haar grondgebied of de activitei- ten van op zijn grondgebied gevestigde vennootschappen van de Ge- meenschap discrimineren in vergelijking met de eigen vennootschappen.
3. De Gemeenschap en haar lidstaten verlenen vanaf de inwerking- treding van de overeenkomst:
i. voor de vestiging van vennootschappen uit de Voormalige Joego- slavische Republiek Macedonië een niet minder gunstige behan- deling dan die welke de lidstaten aan hun eigen vennootschappen of aan die uit derde landen verlenen, indien deze behandeling gunstiger is;
ii. met betrekking tot de activiteiten van op hun grondgebied geves- tigde dochterondernemingen en filialen van vennootschappen van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië een niet min- der gunstige behandeling dan die welke de lidstaten aan hun eigen vennootschappen en filialen of aan op hun grondgebied geves- tigde dochterondernemingen en filialen van vennootschappen uit derde landen verlenen, indien deze behandeling gunstiger is.
4. Vijf jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst zal de Stabilisatie- en Associatieraad, in het licht van de desbetreffende juris- prudentie van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen en van de toestand op de arbeidsmarkt, onderzoeken of de bovenstaande bepalingen moeten worden uitgebreid tot de vestiging van onderdanen van beide partijen bij de overeenkomst met als doel als zelfstandigen activiteiten te ontplooien.
5. Onverminderd het bepaalde in dit artikel:
a. hebben dochterondernemingen en filialen van communautaire ven- nootschappen vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst het recht om in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië onroe- rend goed te gebruiken en te huren;
b. genieten dochterondernemingen van communautaire vennoot- schappen hetzelfde recht om eigendomsrechten op onroerend goed te verwerven en te genieten als de vennootschappen van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en, wat betreft openbare goederen en goederen van algemeen belang, met inbegrip van natuurlijke hulp- bronnen, landbouwgrond en bossen, genieten zij dezelfde rechten als de vennootschappen van de Voormalige Joegoslavische Republiek Xxxxxx- nië, wanneer zulks noodzakelijk is voor de uitoefening van de economi- sche activiteiten waarvoor zij zich gevestigd hebben;
c. aan het eind van de eerste fase van de overgangsperiode onder- zoekt de Stabilisatie- en Associatieraad de mogelijkheid de rechten onder b) uit te breiden tot filialen van de communautaire vennootschap- pen.
Artikel 49
1. Met inachtneming van het bepaalde in artikel 48 en uitgezonderd de in bijlage VI beschreven financiële diensten kan elke partij de vesti- ging van en de exploitatie door vennootschappen en onderdanen op haar grondgebied regelen, voor zover deze regelingen vennootschappen en onderdanen van de andere partij niet discrimineren in vergelijking met de eigen vennootschappen en onderdanen.
2. Ten aanzien van financiële diensten vormt geen andere bepaling van deze overeenkomst voor een partij een beletsel om prudentiële maat- regelen te treffen, voor het beschermen van investeerders, deposito- houders, verzekeringsnemers of diegenen jegens wie een fiduciaire ver- plichting is aangegaan of om de integriteit en stabiliteit van het financiële systeem te verzekeren. Dergelijke maatregelen mogen door een partij niet worden aangewend om zich aan de uit de overeenkomst voort- vloeiende verplichtingen te onttrekken.
3. Niets in de overeenkomst mag zodanig worden uitgelegd dat van een partij bekendmaking kan worden geëist van gegevens over de zaken en rekeningen van individuele klanten of van vertrouwelijke informatie of informatie inzake eigendomsrechten die in het bezit van openbare instanties is.
Artikel 50
1. De bepalingen van dit hoofdstuk zijn niet van toepassing op dien- sten in het kader van het luchtverkeer, het vervoer over de binnenwate- ren en cabotage in het zeevervoer.
2. De Stabilisatie- en Associatieraad kan aanbevelingen doen voor verbetering van de vestiging en het uitoefenen van activiteiten op de in lid 1 vermelde gebieden.
Artikel 51
1. Het bepaalde in de artikelen 48 en 49 vormt geen beletsel voor de toepassing door een partij, met betrekking tot de vestiging en activitei- ten op haar grondgebied van filialen van vennootschappen van een andere partij die niet op het grondgebied van de eerste partij zijn opge- richt, van bijzondere regels die op grond van juridische of technische verschillen tussen bedoelde filialen en filialen van vennootschappen die op het grondgebied van de eerste partij zijn opgericht, of, wat financiële diensten betreft, om prudentiële redenen gerechtvaardigd zijn.
2. Het verschil in behandeling blijft beperkt tot hetgeen als gevolg van dergelijke juridische of technische verschillen strikt noodzakelijk is of, wat financiële diensten betreft, tot hetgeen om prudentiële redenen noodzakelijk is.
Artikel 52
Teneinde de toegang tot en de uitoefening van gereguleerde activitei- ten van de vrije beroepen in respectievelijk de Voormalige Joegoslavi- sche Republiek Macedonië en de Gemeenschap voor onderdanen van de Gemeenschap en onderdanen van de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië te vergemakkelijken, onderzoekt de Stabilisatie- en Associatieraad welke maatregelen moeten worden getroffen met het oog op de onderlinge erkenning van diploma’s. De raad kan daartoe alle noodzakelijke maatregelen nemen.
Artikel 53
1. Een op het grondgebied van de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië of de Gemeenschap gevestigde ,,communautaire ven- nootschap’’ respectievelijk ,,vennootschap uit de Voormalige Joegoslavi- sche Republiek Macedonië’’ heeft het recht, met inachtneming van de wetgeving van het gastland van vestiging, op het grondgebied van res- pectievelijk de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië of de Gemeenschap werknemers die onderdanen zijn van de lidstaten van de Gemeenschap of van de Voormalige Joegoslavische Republiek Xxxxxx- nië in dienst te nemen of deze door een van haar dochterondernemingen of filialen in dienst te laten nemen, mits dergelijke werknemers een sleu- telpositie in de zin van lid 2 van dit artikel bekleden en zij uitsluitend door vennootschappen, dochterondernemingen of filialen tewerkgesteld worden. De geldigheidsduur van de verblijfs- en werkvergunningen van deze werknemers is beperkt tot de periode waarin zij als zodanig werk- zaam zijn.
2. Werknemers met een sleutelpositie die in dienst zijn van bovenge- noemde vennootschappen, hierna ,,organisaties’’ genoemd, zijn ,,binnen de onderneming overgeplaatste personen’’, als omschreven onder c) van dit lid, van de hierna volgende categorieën, met dien verstande dat de organisatie een rechtspersoon is en de betrokkenen gedurende ten min- ste het onmiddellijk aan de overplaatsing voorafgaande jaar in dienst waren van deze organisatie of daarin partners (doch geen aandeelhou- ders met een meerderheidsparticipatie) waren:
a. leden van het hogere kader van een organisatie die in de eerste plaats verantwoordelijk zijn voor het management van de vestiging, onder het algemene toezicht en de leiding van met name de raad van bestuur of de aandeelhouders of daarmee gelijkgestelde personen; deze personeelsleden:
– geven leiding aan een afdeling of onderafdeling van de vestiging;
– houden toezicht op en controleren de werkzaamheden van andere toezichthoudende, gespecialiseerde of leidinggevende werknemers;
– zijn persoonlijk bevoegd werknemers in dienst te nemen en te ont- slaan of de indienstneming of het ontslag van werknemers of andere maatregelen in het kader van het personeelsbeleid aan te bevelen;
b. binnen een organisatie werkzame personen die beschikken over uitzonderlijke kennis die van wezenlijk belang is voor de dienstverlening van de vestiging, de onderzoeksuitrusting, de technische werkzaamhe- den of het management. Afgezien van de voor het functioneren van de betrokken vestiging vereiste specifieke kennis, kan deze kennis bestaan in de bekwaamheid bepaalde werkzaamheden uit te voeren of een bepaald beroep uit te oefenen waarvoor specifieke technische vaardighe- den vereist zijn, evenals, in voorkomend geval, het lidmaatschap van een erkende beroepsgroep;
c. een ,,binnen de onderneming overgeplaatste persoon’’ is een na- tuurlijke persoon die voor een organisatie op het grondgebied van een
partij werkzaam is en die tijdelijk, voor het verrichten van economische handelingen naar het gebied van de andere partij wordt overgeplaatst; de betrokken organisatie dient haar belangrijkste handelsactiviteit op het grondgebied van een partij te hebben en de overplaatsing dient te geschieden naar een vestiging (dochteronderneming, filiaal) van deze organisatie die op het grondgebied van de andere partij daadwerkelijk soortgelijke economische handelingen verricht.
3. Toegang tot het grondgebied van de Gemeenschap of de Voorma- lige Joegoslavische Republiek Macedonië van respectievelijk onderda- nen van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en van de Gemeenschap, wordt verleend en tijdelijk verblijf is toegestaan voor ver- tegenwoordigers van vennootschappen die deel uitmaken van het hogere kader, als in lid 2, onder a,) gedefinieerd, van een vennootschap, en die belast zijn met het opzetten van een dochteronderneming of filiaal in de Gemeenschap van een vennootschap van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, dan wel een dochteronderneming of filiaal in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van een com- munautaire vennootschap, mits:
– die vertegenwoordigers niet betrokken zijn bij de rechtstreekse ver- koop of het verstrekken van diensten;
– de vennootschap haar belangrijkste handelsactiviteit buiten respec- tievelijk de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië heeft, en geen andere vertegenwoordiger, kantoor, filiaal of dochteronderneming in respectievelijk de betrokken lidstaat van de Ge- meenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië heeft.
Artikel 54
De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië kan in de eerste vier jaar na de datum van inwerkingtreding van deze Overeenkomst ten aanzien van de vestiging van communautaire vennootschappen en onder- danen maatregelen invoeren die van de bepalingen van dit hoofdstuk afwijken, indien bepaalde industrieën:
– herstructureringen ondergaan of met grote moeilijkheden te kampen hebben, vooral wanneer deze ernstige sociale gevolgen in de Voorma- lige Joegoslavische Republiek Macedonië hebben, of
– geconfronteerd worden met de eliminatie of een drastische reductie van het totale marktaandeel dat vennootschappen van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië of onderdanen hebben in een be- paalde sector of bedrijfstak in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, of
– recente opkomende industrieën in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zijn. Dergelijke maatregelen:
x. xxxxxx tot uiterlijk twee jaar na het verstrijken van de eerste fase van de overgangsperiode,
ii. zijn redelijk en noodzakelijk voor het oplossen van de situatie, en
iii. mogen niet tot discriminatie leiden met betrekking tot de activi-
teiten van ten tijde van de invoering van een bepaalde maatregel reeds in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië ge- vestigde vennootschappen of onderdanen van de Gemeenschap ten opzichte van vennootschappen of onderdanen van de Voorma- lige Joegoslavische Republiek Macedonië.
Bij het ontwerpen en uitvoeren van dergelijke maatregelen verleent de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, wanneer zulks moge- lijk is, een voorkeursbehandeling aan vennootschappen en onderdanen van de Gemeenschap en in geen geval een behandeling die minder gun- stig is dan die welke aan vennootschappen of onderdanen uit een derde land wordt verleend. De Voormalige Joegoslavische Republiek Xxxxxx- nië raadpleegt de Stabilisatie- en Associatieraad vóór de invoering van deze maatregelen en legt deze pas ten uitvoer nadat één maand is ver- streken na de kennisgeving aan de Stabilisatie- en Associatieraad van de concrete door de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië in te voeren maatregelen, behalve wanneer de dreiging van onherstelbare schade het treffen van urgente maatregelen vereist in welk geval de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië de Stabilisatie- en Associatieraad onmiddellijk na de invoering hiervan raadpleegt.
Bij het verstrijken van het vierde jaar na de datum van inwerkingtre- ding van deze overeenkomst mag de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië dergelijke maatregelen uitsluitend met toestemming van de Stabilisatie- en Associatieraad en onder door deze raad vastge- stelde voorwaarden invoeren of handhaven.
HOOFDSTUK III
HET VERLENEN VAN DIENSTEN
Artikel 55
1. De partijen verbinden zich ertoe overeenkomstig de hiernavolgende bepalingen de nodige stappen te ondernemen om geleidelijk het verrich- ten van diensten mogelijk te maken door vennootschappen of onderda- nen van de Gemeenschap respectievelijk vennootschappen of onderda- nen van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië die zijn gevestigd op het grondgebied van een andere partij dan die van de per- soon voor wie de diensten worden verricht.
2. Naargelang de in lid 1 bedoelde liberalisering tot stand komt, staan de partijen de tijdelijke verplaatsing toe van natuurlijke personen die de dienst verlenen of als werknemer voor de dienstverlener een belangrijke functie vervullen zoals omschreven in artikel 53, met inbegrip van de natuurlijke personen die vertegenwoordigers zijn van een onderneming of onderdaan van de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en tijdelijke toegang wensen te krijgen voor onderhandelingen over de verkoop van diensten of voor het aangaan van
overeenkomsten over de verkoop van diensten namens de dienstverlener, voor zover deze vertegenwoordigers niet zelf betrokken zijn bij de open- bare directe verkoop of bij de eigenlijke dienstverlening.
3. Met ingang van de tweede fase van de overgangsperiode neemt de Stabilisatie- en Associatieraad de nodige maatregelen voor de geleide- lijke tenuitvoerlegging van de bepalingen van lid 1. Hierbij wordt reke- ning gehouden met de vorderingen die de partijen maken bij de onder- linge aanpassing van hun wetgeving.
Artikel 56
1. De partijen treffen geen maatregelen en ondernemen geen acties die de voorwaarden voor het verrichten van diensten door vennootschap- pen of onderdanen uit de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië die zijn gevestigd op het grondgebied van een andere partij dan die van de persoon voor wie de diensten worden ver- richt duidelijk restrictiever maken ten opzichte van de situatie die be- stond op de dag voorafgaande aan de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst.
2. Indien een partij van mening is dat door de andere partij sedert de inwerkingtreding van de overeenkomst genomen maatregelen leiden tot een situatie die ten aanzien van het verrichten van diensten duidelijk res- trictiever is dan die welke op de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst bestond, kan eerstgenoemde partij de andere partij om overleg verzoeken.
Artikel 57
Met betrekking tot de vervoerdiensten tussen de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zijn de volgende be- palingen van toepassing:
1. Wat het overlandvervoer betreft worden de betrekkingen tussen de partijen geregeld door de overeenkomst tussen de Europese Gemeen- schap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië op het gebied van het vervoer die op 28 november 1997 werd ondertekend. De partijen bevestigen het belang dat zij hechten aan de correcte toepassing van deze overeenkomst.
2. Ten aanzien van het internationaal maritiem vervoer verbinden de partijen zich tot het daadwerkelijk toepassen van het beginsel van onbe- perkte toegang tot de markt en vervoer op commerciële basis.
a. Bovenstaande bepaling doet geen afbreuk aan de rechten en ver- plichtingen in het kader van de gedragscode van de Verenigde Naties voor lijnvaartconferences welke voor de ene of de andere van de par- tijen bij deze Overeenkomst van toepassing zijn. De niet bij conferences aangesloten maatschappijen kunnen vrij met een conference concurreren zolang zij zich aan het beginsel van eerlijke concurrentie op commer- ciële basis houden;
b. De partijen bevestigen dat zij vrije concurrentie beschouwen als een fundamentele noodzaak voor het vervoer van droge en vloeibare bulkgoederen;
3. Bij de toepassing van de beginselen van lid 2 verbinden de partijen zich tot:
a. het niet opnemen van bepalingen inzake vrachtverdeling in toe- komstige bilaterale overeenkomsten met derde landen, tenzij in die uit- zonderlijke gevallen waarin de lijnvaartmaatschappijen van de ene of de andere partij bij deze Overeenkomst anders geen reële kans zouden krij- gen om aan het vervoer van en naar het betrokken land deel te nemen;
b. het niet toestaan van het opnemen van vrachtverdelingsregelingen in toekomstige bilaterale overeenkomsten betreffende het vervoer van droge en vloeibare bulkladingen;
c. bij de inwerkingtreding van de overeenkomst alle unilaterale maat- regelen en administratieve, technische en andere belemmeringen op te heffen die een beperkende of discriminerende invloed kunnen hebben op het vrij verrichten van diensten in het internationaal maritiem vervoer.
4. Met het oog op een gecoördineerde ontwikkeling en een geleide- lijke liberalisering van het vervoer tussen de partijen in overeenstem- ming met hun respectieve commerciële behoeften zullen de voorwaar- den betreffende de wederzijdse toegang tot elkaars markten voor het luchtvervoer en het overlandvervoer worden vastgelegd in een speciale overeenkomst, waarover tussen de partijen na de inwerkingtreding van de overeenkomst zal worden onderhandeld.
5. De partijen nemen voor het sluiten van de in lid 4 bedoelde over- eenkomst geen maatregelen welke een meer beperkende of discrimine- rende situatie tot gevolg hebben dan de situatie op de dag welke voor- afgaat aan de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst.
6. Tijdens de overgangsperiode past de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zijn wetgeving, met inbegrip van zijn administra- tieve, technische en andere voorschriften, aan de op dat ogenblik op het gebied van het luchtvervoer en het overlandvervoer bestaande com- munautaire wetgeving, voor zover deze gericht is op de liberalisering en op de wederzijdse toegang tot de markten van de partijen en het verkeer van reizigers en van goederen vergemakkelijkt;
De Stabilisatie- en Associatieraad onderzoekt, met inachtneming van de stand van zaken betreffende de gezamenlijke verwezenlijking van de doelstellingen van dit hoofdstuk, de wijze waarop de voor het verbete- ren van de vrijheid van dienstverrichting in het luchtvervoer en het over- landvervoer noodzakelijke voorwaarden tot stand kunnen worden ge- bracht.
HOOFDSTUK IV
LOPENDE BETALINGEN EN KAPITAALVERKEER
Artikel 58
De partijen verbinden zich ertoe machtiging te verlenen, in vrije con- vertibele valuta, in overeenstemming met de bepalingen van artikel VIII van de Statuten van het Internationaal Monetair Fonds, tot alle betalin- gen en overboekingen op de lopende rekening van de betalingsbalans tussen de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
Artikel 59
1. Met betrekking tot de verrichtingen op de kapitaalrekening en de financiële rekening van de betalingsbalans garanderen vanaf de datum van inwerkingtreding van de Overeenkomst zowel de lidstaten als de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië het vrije verkeer van kapitaal met betrekking tot directe investeringen in ondernemingen welke in overeenstemming met de wetten van het gastland zijn opgericht, en investeringen in overeenstemming met hoofdstuk II van titel V, alsook de liquidatie of de repatriëring van die investeringen en van alle op- brengsten daarvan.
2. Met betrekking tot de verrichtingen op de kapitaalrekening van de betalingsbalans garanderen zowel de lidstaten als Slovenië het vrije ver- keer van kapitaal met betrekking tot kredieten die verband houden met commerciële transacties of het verrichten van diensten waarbij een inge- zetene van een der partijen betrokken is, alsmede op financiële leningen en kredieten met een looptijd van meer dan een jaar.
Bij aanvang van de tweede fase garanderen zij tevens het vrije ver- keer van kapitaal dat verband houdt met beleggingsportefeuilles en financiële leningen en kredieten met een looptijd van minder dan een jaar.
3. Onverminderd lid 1 stellen de partijen geen nieuwe beperkingen in op het kapitaalverkeer en de lopende betalingen tussen ingezetenen van de Gemeenschap en van de Voormalige Joegoslavische Republiek Mace- donië, en brengen zij in de bestaande regelingen geen verdere restricties aan.
4. Onverminderd de bepalingen van artikel 58 en van dit artikel mogen de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië in uitzonderlijke gevallen wanneer het kapitaalverkeer tussen de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Xxxxxx- nië ernstige moeilijkheden veroorzaakt of dreigt te veroorzaken voor de werking van het wisselkoersbeleid of het monetaire beleid in de Ge- meenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië,
vrijwaringsmaatregelen nemen ten aanzien van het kapitaalverkeer tus- sen de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Mace- donië voor een periode van ten hoogste zes maanden indien dergelijke maatregelen absoluut noodzakelijk zijn.
5. De partijen plegen overleg teneinde het kapitaalverkeer tussen de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië te vergemakkelijken met het oog op de verwezenlijking van de doelstellin- gen van deze overeenkomst.
Artikel 60
1. Tijdens de eerste fase nemen de partijen maatregelen voor het creë- ren van de voorwaarden voor de verdere geleidelijke toepassing van de communautaire voorschriften betreffende het vrije verkeer van kapitaal.
2. Aan het einde van de eerste fase gaat de Stabilisatie- en Associatie- raad na op welke wijze de communautaire voorschriften met betrekking tot het kapitaalverkeer volledig kunnen worden toegepast.
HOOFDSTUK V ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 61
1. De bepalingen van deze titel worden toegepast behoudens beper- kingen die gerechtvaardigd zijn uit hoofde van de openbare orde, de openbare veiligheid en de volksgezondheid.
2. De bepalingen van deze titel zijn niet van toepassing op de werk- zaamheden die op het grondgebied van elke partij verband houden met de uitoefening van het openbaar gezag, zelfs indien deze slechts voor een bepaalde gelegenheid geschieden.
Artikel 62
Voor de toepassing van deze titel belet geen enkele bepaling van deze overeenkomst de partijen hun wetten en voorschriften betreffende toela- ting en verblijf, tewerkstelling, arbeidsvoorwaarden, de vestiging van natuurlijke personen en het verrichten van diensten toe te passen, mits zij dat niet op zodanige wijze doen dat de voor een partij uit een speci- fieke bepaling van de overeenkomst voortvloeiende voordelen teniet gedaan of beperkt worden. Deze bepaling doet geen afbreuk aan de toe- passing van artikel 61.
Artikel 63
Vennootschappen die gezamenlijk door vennootschappen of onderda- nen van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en ven- nootschappen of onderdanen van de Gemeenschap worden bestuurd en hun exclusieve eigendom zijn, vallen eveneens onder de bepalingen van deze titel.
Artikel 64
1. De overeenkomstig de bepalingen van deze titel toegekende meest- begunstigingsbehandeling is niet van toepassing op de belastingvoorde- len waarin de partijen voorzien of in de toekomst zullen voorzien in het kader van overeenkomsten ter voorkoming van dubbele belastingheffing of andere fiscale regelingen.
2. Geen van de bepalingen van deze titel kan worden uitgelegd als een beletsel voor de vaststelling of tenuitvoerlegging door de partijen van maatregelen ter voorkoming van belastingvlucht of belastingontdui- king overeenkomstig de belastingvoorschriften van overeenkomsten ter voorkoming van dubbele belastingheffing en andere fiscale regelingen of de nationale fiscale wetgeving.
3. Geen van de bepalingen van deze titel kan worden uitgelegd als een beletsel voor de lidstaten of de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië om bij de toepassing van de desbetreffende bepalingen van hun fiscaal recht een onderscheid te maken tussen belastingplichti- gen die zich niet in identieke situaties bevinden, in het bijzonder met betrekking tot hun woonplaats.
Artikel 65
1. De partijen vermijden zoveel mogelijk het opleggen om redenen verband houdende met de betalingsbalans van beperkende maatregelen, met inbegrip van maatregelen met betrekking tot de invoer. Indien der- gelijke maatregelen worden genomen, verstrekt de partij die ze heeft genomen de andere partij zo spoedig mogelijk een tijdschema voor de opheffing ervan.
2. Indien zich met betrekking tot de betalingsbalans van één of meer lidstaten of van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië ernstige moeilijkheden voordoen of hiervoor direct gevaar bestaat, kan de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Xxxxxx- nië, al naar gelang van het geval, in overeenstemming met de in de WTO-overeenkomst bepaalde voorwaarden beperkende maatregelen tref- fen, met inbegrip van maatregelen met betrekking tot de invoer. Deze maatregelen zijn van beperkte duur en mogen niet verder reiken dan wat noodzakelijk is om de situatie van de betalingsbalans recht te trekken. De Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Republiek Xxxxxx- nië stellen de andere partij daarvan onmiddellijk in kennis.
3. De beperkende maatregelen mogen geen betrekking hebben op overmakingen in verband met investeringen, inzonderheid de repatrië- ring van geïnvesteerde of geherinvesteerde bedragen en om het even welke daaruit voortvloeiende inkomsten.
Artikel 66
De bepalingen van deze titel worden geleidelijk aangepast, met name in het licht van de eisen die voortvloeien door artikel V van de Alge- mene Overeenkomst inzake de handel in diensten (GATS).
Artikel 67
De bepalingen van deze Overeenkomst doen geen afbreuk aan de uit- voering door elke partij van alle maatregelen die nodig zijn ter voorko- ming van ontduiking van de door haar getroffen maatregelen ten aanzien van toegang van derde landen tot haar markt via de bepalingen van deze Overeenkomst.
TITEL VI
HARMONISATIE VAN WETGEVINGEN EN RECHTS- HANDHAVING
Artikel 68
1. De partijen erkennen het belang van de harmonisatie van de be- staande en toekomstige wetgeving van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië met die van de Gemeenschap. De Voormalige Joe- goslavische Republiek Macedonië streeft ernaar haar wetgeving geleide- lijk aan te passen aan die van de Gemeenschap.
2. Deze geleidelijke harmonisatie van de wetgeving zal in twee fasen plaatsvinden.
3. Beginnend op de datum van ondertekening van de overeenkomst en met een duur die in artikel 5 wordt uiteengezet, heeft de aanpassing van wetgeving ook betrekking op bepaalde fundamentele elementen van het acquis betreffende de interne markt en op andere met de handel ver- band houdende terreinen, volgens een in coördinatie met de Commissie van de Europese Gemeenschappen op te stellen programma. De Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië definieert ook, in coördi- natie met de Commissie van de Europese Gemeenschappen, de modali- teiten voor het toezicht op de tenuitvoerlegging van de harmonisatie van de wetgeving en de te treffen rechtshandhavingsmaatregelen, inclusief hervorming van het justitieel apparaat.
Er zullen tijdslimieten worden vastgesteld voor de mededingings- wetgeving, de wetgeving inzake de intellectuele eigendom, de wetge- ving inzake normen en certificering, de wetgeving inzake overheidsop- drachten en de wetgeving inzake gegevensbescherming. Harmonisatie van de wetgeving in andere sectoren van de interne markt is een ver- plichting waaraan aan het einde van de overgangsperiode zal moeten zijn voldaan.
4. Tijdens de tweede fase van de in artikel 5 vermelde overgangspe- riode heeft de aanpassing van de wetgeving ook betrekking op de ele- menten van het acquis die niet door het vorige lid worden gedekt.
Artikel 69
Bepalingen betreffende de concurrentie en andere economische aspecten
1. Onverenigbaar met de goede werking van deze overeenkomst voorzover zij de handel tussen de Gemeenschap en de Voormalige Joe- goslavische Republiek Macedonië nadelig kunnen beïnvloeden zijn:
i. alle overeenkomsten tussen ondernemingen, alle besluiten van ondernemersverenigingen en alle onderling afgestemde feitelijke gedragingen van ondernemingen welke ertoe strekken of die ten gevolge hebben dat de mededinging wordt verhinderd, beperkt of vervalst;
ii. het misbruik maken van een machtspositie door één of meer ondernemingen op het gehele grondgebied van de Gemeenschap of van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië of op een wezenlijk deel daarvan;
iii. alle steunmaatregelen van de staten die de mededinging door begunstiging van bepaalde ondernemingen of bepaalde goederen vervalsen of dreigen te vervalsen.
2. Alle handelwijzen die met dit artikel in strijd zijn, worden beoor- deeld op grond van de criteria die voortvloeien uit de toepassing van de artikelen 81, 82 en 87 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap.
3. a. Voor de toepassing van het bepaalde in lid 1, onder iii, komen de partijen overeen dat tijdens de eerste vier jaren na de inwerkingtre- ding van de overeenkomst alle door de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië toegekende overheidssteun wordt beoordeeld met inachtneming van het feit dat de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië wordt beschouwd als een regio overeenkomend met de in artikel 87, lid 3, onder a), van het Verdrag tot oprichting van de Euro- pese Gemeenschap bedoelde streken van de Gemeenschap.
b. Elke partij garandeert met betrekking tot overheidssteun transpa- rantie door met name ieder jaar aan de andere partij mededeling te doen van het totale bedrag en de verdeling van de verstrekte steun en door op verzoek informatie over steunprogramma’s te verstrekken. Op verzoek van een van de partijen verstrekt de andere partij informatie over be- paalde afzonderlijke steunmaatregelen van de overheid.
Elke partij zal erop toezien dat deze bepalingen van dit artikel binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst worden toege- past.
4. Met betrekking tot de producten vermeld in hoofdstuk II van titel IV:
– is het bepaalde in lid 1, onder iii), niet van toepassing;
– dienen alle praktijken die in strijd zijn met lid 1, onder i), te wor- den beoordeeld aan de hand van de criteria die door de Gemeenschap zijn vastgesteld op grond van de artikelen 36 en 37 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en specifieke communautaire instrumenten die op deze basis zijn vastgesteld.
5. Indien de Gemeenschap of de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië van mening is dat een bepaalde praktijk onverenigbaar is met lid 1 van dit artikel en:
– indien de praktijk de belangen van de andere partij ernstig schaadt of dreigt te schaden of aan haar nationale industrie, met inbegrip van de dienstverlenende sector, aanmerkelijke schade toebrengt of dreigt toe te brengen, kunnen zij passende maatregelen nemen na overleg binnen de Stabilisatie- en Associatieraad of na een termijn van 30 werkdagen vol- gende op het verzoek om dergelijk overleg.
Met betrekking tot handelwijzen die onverenigbaar zijn met lid 1, onder iii), kunnen, indien de WTO-overeenkomst daarop van toepassing is, deze passende maatregelen alleen worden vastgesteld in overeenstem- ming met de procedures en voorwaarden bepaald in die overeenkomst of de desbetreffende interne wetgeving van de Gemeenschap.
6. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beper- kingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Artikel 70
Met betrekking tot overheidsondernemingen en ondernemingen waar- aan speciale of exclusieve rechten zijn toegekend, ziet elke partij erop toe dat met ingang van het derde jaar na de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst de beginselen van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid artikel 86, worden nageleefd.
Artikel 71
Intellectuele, industriële en commerciële eigendom
1. Overeenkomstig de bepalingen van dit artikel en bijlage VII beves- tigen de partijen het belang dat zij hechten aan een adequate en efficiënte bescherming van intellectuele-, industriële- en commerciële- eigendomsrechten.
2. De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië treft de no- dige maatregelen om te garanderen dat uiterlijk vijf jaar na de inwer- kingtreding van deze overeenkomst de bescherming van de intellectuele-, industriële- en commerciële-eigendomsrechten op een niveau is dat overeenkomt met het niveau in de Gemeenschap, met inbegrip van effectieve middelen om deze rechten af te dwingen.
3. De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië verbindt zich ertoe binnen bovengenoemde periode toe te treden tot de in bijlage VII bedoelde multilaterale overeenkomsten inzake intellectuele-, industriële- en commerciële-eigendomsrechten.
Indien zich op het gebied van intellectuele, industriële en commer- ciële eigendom problemen voordoen die de handelsvoorwaarden ongun- stig beïnvloeden, dan worden zij, op verzoek van een der partijen, onver- wijld aan de Stabilisatie- en Associatieraad voorgelegd om tot een voor beide partijen bevredigende oplossing te komen.
Artikel 72
Overheidsopdrachten
1. De partijen beschouwen het openbaar maken van de aanbesteding van overheidsopdrachten op grond van non-discriminatie en wederkerig- heid, vooral in het kader van de WTO, als een na te streven doel.
2. De vennootschappen van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië krijgen, ongeacht of zij al dan niet in de Gemeenschap zijn gevestigd, vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst, toegang tot aanbestedingsprocedures in de Gemeenschap overeenkom- stig de daarvoor in de Gemeenschap geldende regelingen en krijgen daarbij een behandeling die niet minder gunstig is dan die van de ven- nootschappen van de Gemeenschap.
Bovenstaande bepalingen zullen ook van toepassing zijn op contrac- ten in de nutssector zodra de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië de wetgeving die de communautaire regels op dit terrein invoert, heeft vastgesteld. De Gemeenschap onderzoekt op gezette tijden of de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië deze wetgeving daadwerkelijk heeft ingevoerd.
De vennootschappen van de Gemeenschap die niet in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zijn gevestigd, krijgen, uiterlijk vijf jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst, toegang tot aanbestedingsprocedures in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië overeenkomstig de Wet op Aanbestedingen en krijgen daar- bij een behandeling die niet minder gunstig is dan die van de vennoot- schappen van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. De in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk 2 van titel V gevestigde vennootschappen van de Gemeenschap krijgen vanaf de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst toegang tot aanbestedingsprocedures en krijgen daar- bij een behandeling die niet minder gunstig is dan die van vennootschap- pen van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
De Stabilisatie- en Associatieraad onderzoekt op gezette tijden de mogelijkheid voor de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië om alle vennootschappen van de Gemeenschap toegang te verlenen tot aanbestedingsprocedures in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
3. De artikelen 44 tot en met 67 zijn van toepassing op de vestiging, de activiteiten, de dienstverrichtingen tussen de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië alsmede de tewerk- stelling en het verkeer van werknemers in verband met de uitvoering van overheidsopdrachten.
Artikel 73
Normalisatie, Metrologie, Accreditering en Conformiteitsbeoordeling
1. De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië neemt de nodige maatregelen om de wetgeving geleidelijk in overeenstemming te brengen met de technische regelgeving van de Gemeenschap en de Europese procedures voor normalisatie, metrologie, accreditering en conformiteitsbeoordeling.
2. Te dien einde verbinden de partijen zich tot:
– de bevordering van de toepassing van communautaire technische voorschriften en Europese normen, tests en conformiteitsbeoordelings- procedures;
– sluiting van Europese protocollen voor conformiteitsbeoordeling, waar nuttig;
– bevordering van de ontwikkeling van een kwaliteitsinfrastructuur: normalisatie, metrologie, accreditering en conformiteitsbeoordeling;
– stimulering van de deelname aan de activiteiten van gespeciali- seerde Europese organisaties (CEN, CENELEC, ETSI, EA, WELMEC, EUROMED enz.).
TITEL VII
JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN
Artikel 74
Institutionele versterking en de rechtsstaat
Bij de samenwerking op het gebied van justitie en binnenlandse zaken schenken de partijen bijzondere aandacht aan institutionele versterking op alle niveaus, bij de overheid in het algemeen en bij de rechts- handhaving en het justitiële apparaat in het bijzonder. Dit omvat de con- solidatie van de rechtsstaat. De samenwerking op justitieel gebied zal vooral gericht zijn op de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en een doeltreffender rechtspraak, en op opleiding van rechtsbeoefenaars.
Artikel 75
Visa, grenscontrole, asiel en migratie
1. De partijen zullen samenwerken en daartoe een kader in het leven roepen, ook op regionaal niveau, op het gebied van visa, grenscontrole, asiel en migratie.
2. De samenwerking aangaande in lid 1 genoemde kwesties is geba- seerd op wederzijds overleg en nauwe coördinatie tussen de partijen, en omvat onder andere technische bijstand voor:
– de uitwisseling van informatie over wetgeving en praktijken;
– het opstellen van wetgeving;
– grotere efficiëntie van de instellingen;
– opleiding van personeel;
– betrouwbaarheid van reisdocumenten en herkenning van valse do- cumenten.
3. De samenwerking is vooral gericht op:
– met betrekking tot asiel: op de ontwikkeling en tenuitvoerlegging van nationale wetgeving opdat deze voldoet aan de normen van het Ver- drag van Genève (1951) zodat gegarandeerd wordt dat niemand wordt teruggestuurd naar het land van vervolging (het principe van non- refoulement).
– met betrekking tot legale migratie: op toelatingsregels en -rechten en de status van de toegelaten personen. Op het gebied van migratie komen de partijen overeen onderdanen van derde landen die legaal op hun grondgebied verblijven een billijke behandeling te geven, en een integratiebeleid te bevorderen dat deze onderdanen rechten en plichten geeft die vergelijkbaar zijn met die van hun staatsburgers.
De Stabilisatie- en Associatieraad kan andere onderwerpen voor sa- menwerking in het kader van dit artikel aanbevelen.
Artikel 76
Preventie van en controle op illegale immigratie; overname
1. De partijen komen overeen samen te werken op het gebied van de preventie van en de controle op illegale immigratie. Hiertoe:
– verbindt de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zich ertoe haar onderdanen die illegaal aanwezig zijn op het grondgebied van een lidstaat op verzoek van deze lidstaat en zonder verdere formalitei- ten over te nemen wanneer deze met zekerheid als zodanig zijn geïden- tificeerd;
– verbindt elke lidstaat van de Europese Unie zich ertoe haar onder- danen die illegaal aanwezig zijn op het grondgebied van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië op verzoek van deze lidstaat en zonder verdere formaliteiten over te nemen wanneer deze met zekerheid als zodanig zijn geïdentificeerd.
De lidstaten van de Europese Unie en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië verstrekken hun onderdanen passende identiteits- documenten en de administratieve faciliteiten die voor dit doel noodza- kelijk zijn.
2. De partijen komen overeen op verzoek een overeenkomst te slui- ten tussen de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en de Europese Gemeenschap waarbij specifieke verplichtingen voor de Voor-
malige Joegoslavische Republiek Macedonië en voor de lidstaten van de Europese Unie worden geregeld voor overname, inclusief een verplich- ting voor de overname van onderdanen van andere landen en statenloze personen.
3. In afwachting van de sluiting van de in lid 2 bedoelde overeen- komst met de Gemeenschap verbindt de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zich ertoe op verzoek van een lidstaat bilaterale overeenkomsten te sluiten met individuele lidstaten van de Europese Unie waarbij specifieke verplichtingen voor overname tussen de Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië en de betrokken lidstaat worden geregeld, inclusief een verplichting voor de overname van on- derdanen van andere landen en statenloze personen.
4. De Stabilisatie- en Associatieraad onderzoekt welke gezamenlijke inspanningen gedaan kunnen worden voor de preventie van en de con- trole op illegale immigratie, met inbegrip van mensenhandel.
Artikel 77
Bestrijding van het witwassen van geld
1. De partijen zijn het erover eens dat alle mogelijke inspanningen en samenwerking geboden zijn om te voorkomen dat hun financiële stelsels worden misbruikt voor het witwassen van de opbrengsten van criminele activiteiten in het algemeen en drugsmisdrijven in het bijzonder.
2. De samenwerking op dit gebied omvat administratieve en techni- sche bijstand met het oog op de tenuitvoerlegging van voorschriften en de efficiënte werking van de passende normen en mechanismen ter voor- koming van het witwassen van geld die gelijkwaardig zijn aan die welke zijn vastgesteld door de Gemeenschap en internationale fora op dit gebied.
Artikel 78
Voorkoming en bestrijding van misdrijven en andere illegale activiteiten
1. De partijen komen overeen samen te werken bij de voorkoming en bestrijding van al dan niet georganiseerde criminele en illegale activitei- ten, zoals:
– mensenhandel;
– illegale economische activiteiten, en met name corruptie en illegale transacties waarbij goederen zoals industrieel afval, radioactief materi- aal en illegale en namaakproducten betrokken zijn;
– illegale handel in verdovende middelen en psychotrope stoffen;
– smokkel;
– illegale wapenhandel;
– terrorisme.
Over de samenwerking aangaande voornoemde zaken zullen overleg en nauwe coördinatie tussen de partijen plaatsvinden.
2. Tot de administratieve en technische bijstand op dit gebied kunnen behoren:
– de opstelling van nationale wetgeving op het gebied van het straf- recht;
– vergroting van de efficiëntie van de instellingen belast met het bestrijden en voorkomen van misdaad;
– personeelsopleiding en de ontwikkeling van onderzoeksfaciliteiten;
– het definiëren van maatregelen ter bestrijding van de misdaad.
Artikel 79
Samenwerking op het gebied van drugs
1. Partijen werken in het kader van hun respectieve bevoegdheden samen om een evenwichtige en geïntegreerde benadering van de drugs- kwestie te garanderen. Beleid en activiteiten in verband met drugs zijn gericht op het terugdringen van de levering en de handel van en de vraag naar illegale drugs, en een effectievere controle op precursoren.
2. De partijen komen overeen welke samenwerkingsmethoden nodig zijn om deze doelstellingen te bereiken. De activiteiten worden geba- seerd op gezamenlijk overeengekomen principes in overeenstemming met het drugsbeleid van de EU.
3. De samenwerking tussen de partijen omvat technische en admini- stratieve bijstand, met name op de volgende terreinen: opstelling van nationale wetgeving en nationaal beleid; oprichting van instellingen en informatiecentra; opleiding van personeel; onderzoek en de preventie van oneigenlijk gebruik van precursoren voor de illegale productie van drugs. De partijen kunnen overeenkomen de samenwerking tot andere terreinen uit te breiden.
TITEL VIII SAMENWERKINGSBELEID
Artikel 80
1. De Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Ma- cedonië gaan nauw samenwerken om de ontwikkeling en het groei- potentieel van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië te bevorderen. Die samenwerking versterkt de bestaande economische ban- den op een zo breed mogelijke basis, ten voordele van beide partijen.
2. Beleid en andere maatregelen zijn erop gericht de economische en sociale ontwikkeling van de Voormalige Joegoslavische Republiek Ma- cedonië tot stand te brengen. Daarbij dient ervoor te worden gezorgd dat de milieu-aspecten vanaf het begin volledig in het beleid worden geïn- tegreerd en moet er rekening worden gehouden met de eisen van een harmonische sociale ontwikkeling.
3. Het samenwerkingsbeleid moet in een regionaal samenwerkingska- der worden geïntegreerd. Bijzondere aandacht zal moeten worden ge- schonken aan maatregelen die de samenwerking tussen de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en haar buurlanden, inclusief lid- staten, bevorderen en aldus een bijdrage leveren aan de regionale stabi- liteit. De Stabilisatie- en Associatieraad kan prioriteiten vaststellen tus- sen en binnen onderstaande beleidsterreinen voor samenwerking.
Artikel 81
Economisch beleid
1. De Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Ma- cedonië vergemakkelijken het proces van economische hervormingen door samenwerking die gericht is op het verkrijgen van een beter inzicht in de basisbeginselen van hun respectieve economieën en op het uitstip- pelen en ten uitvoer leggen van een economisch beleid in het kader van een markteconomie.
2. Hiertoe zullen de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië als volgt samenwerken:
– informatie uitwisselen over macro-economische prestaties en voor- uitzichten en over ontwikkelingsstrategieën;
– gezamenlijk economische kwesties van wederzijds belang analyse- ren, met inbegrip van de plannen voor een economisch beleid en de instrumenten voor de tenuitvoerlegging daarvan.
3. Op verzoek van de autoriteiten van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië verstrekt de Gemeenschap technische bijstand ter ondersteuning van het streven van de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië naar volledige convertibiliteit van de denar en de gelei- delijke aanpassing van haar beleid aan het Europees Monetair Stelsel. De samenwerking op dit gebied omvat onder andere een informele uit- wisseling van gegevens over de beginselen en het functioneren van het Europees Monetair Stelsel en het Europese Systeem van centrale ban- ken.
Artikel 82
Statistische samenwerking
1. De statistische samenwerking wordt gericht op de ontwikkeling van een efficiënt en duurzaam statistisch stelsel dat in staat is tijdig de
betrouwbare, objectieve en nauwkeurige gegevens te leveren die nodig zijn om het overgangs- en hervormingsproces in de Voormalige Joego- slavische Republiek Macedonië te plannen en te volgen. Dit moet het nationale statistische systeem, dat wordt gecoördineerd door het centraal bureau voor de statistiek, in staat stellen beter aan de behoeften van zijn afnemers (overheid en particuliere sector) te voldoen. Het statistische stelsel moet voldoen aan de fundamentele beginselen van de statistiek die door de VN zijn uitgevaardigd en aan de vereisten van de Europese statistiekwetgeving, en het moet worden aangepast aan het acquis com- munautaire op statistisch gebied.
2. Met het oog daarop kan de samenwerking vooral gericht zijn op het volgende:
– de bevordering van de ontwikkeling van een efficiënte statistische dienst in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, op basis van een geschikt institutioneel kader;
– de ontwikkeling en het onderhoud van de nationale capaciteit voor het vergaren, verwerken en verspreiden van statistische informatie van hoge kwaliteit waarbij moderne technologie op de meest efficiënte wijze wordt gebruikt;
– de economische operatoren in de publieke en de particuliere sector en de onderzoeksgemeenschap te voorzien van passende juiste sociaal- economische gegevens om de hervormingen van de overheid te volgen;
– het nationale statistische systeem in staat stellen de beginselen en normen van het statistisch systeem van de Gemeenschap over te nemen;
– de vertrouwelijkheid van persoonsgegevens te garanderen.
3. De samenwerking op dit gebied omvat, doch is niet beperkt tot, informatieverstrekking over methoden, deelname aan bepaalde werk- groepen van Eurostat en uitwisseling van statistische gegevens.
Artikel 83
Financiële diensten, banksector, verzekeringen
1. De partijen werken samen om een passend kader te creëren en te ontwikkelen voor het stimuleren van het bank- en verzekeringswezen en van de financiële dienstverlening in de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië.
De samenwerking is gericht op:
– de invoering van een met de Europese normen verenigbaar boek- houdsysteem;
– de versterking en herstructurering van het bank- en verzekerings- wezen en van andere financiële sectoren;
– de verbetering van het toezicht op en de reglementering van het bankwezen en andere financiële diensten;
– de uitwisseling van informatie, in het bijzonder in verband met wetsvoorstellen;
– de opstelling van vertalingen en terminologische glossaria.
2. De partijen werken samen met het oog op de ontwikkeling in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van efficiënte syste- men op het gebied van boekhoudcontrole, gebaseerd op de geharmoni- seerde communautaire methoden en procedures.
De samenwerking is vooral gericht op:
– technische bijstand aan de rekenkamer van de Voormalige Joego- slavische Republiek Macedonië;
– de oprichting van interne afdelingen voor boekhoudcontrole in overheidsinstanties;
– de uitwisseling van informatie over boekhoudcontrolesystemen;
– standaardisering van de documenten voor boekhoudcontroles;
– opleiding en adviesverlening.
Artikel 84
Stimulering en bescherming van investeringen
1. De samenwerking tussen de partijen is gericht op het tot stand brengen van een gunstig klimaat voor binnen- en buitenlandse particu- liere investeringen.
2. De samenwerking is in het bijzonder gericht op de volgende doel- stellingen:
– het in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië tot stand brengen van een juridisch kader ter bevordering en bescherming van investeringen;
– het sluiten, waar nodig, van bilaterale overeenkomsten met de lid- staten ter bevordering en bescherming van investeringen;
– de tenuitvoerlegging van passende regelingen voor de overmaking van kapitaal;
– betere bescherming van investeringen.
Artikel 85
Industriële samenwerking
1. De samenwerking is gericht op het bevorderen van de modernise- ring en de herstructurering van de industrie en van individuele sectoren in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië alsmede de in- dustriële samenwerking tussen het bedrijfsleven aan beide zijden, in het bijzonder om de particuliere sector te versterken, waarbij de bescher- ming van het milieu gegarandeerd moet worden.
2. De industriële-samenwerkingsinitiatieven weerspiegelen de door de partijen vastgestelde prioriteiten. Zij zullen rekening houden met de regionale aspecten van industriële ontwikkeling en, zo nodig, trans- nationale partnerschappen stimuleren. De initiatieven zullen in het bij-
zonder streven naar het creëren van een passend kader waarbinnen de ondernemingen kunnen functioneren, beter management, bevordering van de markten, de transparantie van de markten en het ondernemings- klimaat.
Artikel 86
Midden- en kleinbedrijf
De partijen streven ernaar de particuliere sector en het midden- en kleinbedrijf (MKB) te ontwikkelen en te versterken, nieuwe onderne- mingen op te richten op terreinen met groeipotentieel en de samenwer- king tussen het MKB in de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavi- sche Republiek Macedonië te vergroten.
Artikel 87
Toerisme
De samenwerking op het gebied van toerisme is gericht op het verge- makkelijken en bevorderen van toerisme en de toeristische sector door kennisoverdracht, deelname van de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië aan belangrijke Europese organisaties voor toerisme, en het bestuderen van de mogelijkheden voor gemeenschappelijke acti- viteiten, vooral projecten op het gebied van regionaal toerisme.
Artikel 88
Douane
1. Het doel van de samenwerking is ervoor te zorgen dat alle op goedkeuring wachtende bepalingen betreffende het handelsverkeer wor- den nageleefd en dat het douanesysteem van de Voormalige Joegoslavi- sche Republiek Macedonië aan dat van de Gemeenschap wordt aange- past, waardoor de in het kader van deze overeenkomst geplande stappen in de richting van liberalisering worden vergemakkelijkt.
2. Deze samenwerking omvat met name:
– uitwisseling van informatie, ook met betrekking tot onderzoeksme- thoden;
– ontwikkeling van grensoverschrijdende infrastructuur tussen de par- tijen;
– mogelijke koppeling van het douanevervoersysteem van de Ge- meenschap aan dat van de Voormalige Joegoslavische Republiek Mace- donië, alsmede overname en gebruik van het enig document;
– vereenvoudiging van controles op en formaliteiten bij het goederen- vervoer;
– steun bij de invoering van moderne douane-informatiesystemen.
3. Onverminderd de verdere bepalingen inzake samenwerking van deze Overeenkomst en in het bijzonder artikel 76, 77 en 78 vindt de wederzijdse bijstand tussen de administratieve autoriteiten op douane- gebied van de partijen plaats overeenkomstig de bepalingen van Proto- col 5.
Artikel 89
Belastingen
De partijen stellen samenwerking in op belastinggebied waaronder maatregelen voor de hervorming van het belastingstelsel, en de moder- nisering van de belastingdiensten om te zorgen voor efficiëntie bij het innen van belastingen, en de bestrijding van belastingfraude.
Artikel 90
Samenwerking op sociaal gebied
1. Op het gebied van de werkgelegenheid heeft de samenwerking tus- sen de partijen voornamelijk betrekking op het verbeteren van de dien- sten voor arbeidsbemiddeling en loopbaanadvies, ondersteunings- maatregelen en het stimuleren van de plaatselijke ontwikkeling om de herstructurering van industrie en arbeidsmarkt te begeleiden. De samen- werking vindt plaats in de vorm van studies, detachering van deskundi- gen, voorlichting en opleiding.
2. Op het gebied van de sociale zekerheid is de samenwerking tussen de partijen gericht op het aanpassen van de socialezekerheidsstelsels in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië aan de nieuwe eco- nomische en sociale eisen, in hoofdzaak via de terbeschikkingstelling van deskundigen, voorlichting en opleiding.
3. De samenwerking tussen partijen zal de aanpassing van de wetge- ving in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië aangaande de arbeidsvoorwaarden en gelijke kansen voor mannen en vrouwen omvatten.
4. Op het gebied van de gezondheid en de veiligheid is de samenwer- king tussen de partijen erop gericht het peil van de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van de werknemers te verbeteren, met als referentiepunt de mate van bescherming die in de Gemeenschap bestaat.
Artikel 91
Onderwijs en opleiding
1. De partijen werken samen met het oog op het optrekken van het peil van het onderwijs en de academische kwalificaties in de Voormalige
Joegoslavische Republiek Macedonië, rekening houdend met de priori- teiten van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
2. Het Tempus-programma zal bijdragen aan versterking van de sa- menwerking tussen de twee partijen op het gebied van onderwijs en opleiding, bevordering van de democratie, de rechtsstaat en economi- sche hervorming.
3. De Europese Stichting voor Opleiding zal eveneens bijdragen aan de verbetering van de opleidingsstructuren en -activiteiten in de Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië.
Artikel 92
Culturele samenwerking
De partijen verbinden zich ertoe de culturele samenwerking te bevor- deren. Deze samenwerking beoogt ondermeer het wederzijds begrip en de wederzijdse achting tussen personen, gemeenschappen en mensen te vergroten.
Artikel 93
Informatie en communicatie
De Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Mace- donië zullen de maatregelen nemen die nodig zijn om de onderlinge uit- wisseling van informatie te stimuleren. Prioriteit wordt verleend aan programma’s die basisinformatie over de Gemeenschap verstrekken aan het algemene publiek en meer gespecialiseerde informatie aan professio- nele doelgroepen in de Voormalige Joegoslavische Republiek Xxxxxx- nië.
Artikel 94
Samenwerking op audiovisueel gebied
De partijen werken samen aan de bevordering van de audiovisuele industrie in Europa en stimuleren coproducties voor film en televisie.
De partijen coördineren en, waar nodig, harmoniseren hun beleid inzake de regelgeving met betrekking tot inhoudelijke aspecten van grensoverschrijdende uitzendingen, waarbij bijzondere aandacht wordt besteed aan gebieden die verband houden met de verwerving van intellectuele-eigendomsrechten voor satelliet- of kabeluitzendingen.
Artikel 95
Elektronische communicatie-infrastructuur en aanverwante diensten
De partijen versterken de samenwerking op het gebied van elektroni- sche communicatie-infrastructuur, met inbegrip van klassieke
telecommunicatienetwerken en de relevante elektronische netwerken voor audiovisuele overdracht, en de geassocieerde diensten, met als doel de uiteindelijke aanpassing aan het acquis door de Voormalige Joegosla- vische Republiek Macedonië, een jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst.
Deze activiteiten worden toegespitst op de volgende prioritaire terrei- nen:
– beleidsontwikkeling;
– wettelijke aspecten en aspecten van de reglementering;
– institutionele opbouw ter ondersteuning van een geliberaliseerd kli- maat;
– de modernisering van het elektronische infrastructuur van de Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië en de integratie ervan in de Europese en wereldwijde netwerken waarbij vooral de verbeteringen op regionaal niveau aandacht krijgen;
– internationale samenwerking;
– samenwerking binnen Europese structuren, in het bijzonder op het gebied van standaardisering;
– coördinatie van standpunten in internationale organisaties en fora.
Artikel 96
Informatiemaatschappij
De partijen spreken af de samenwerking te intensiveren om de informatiemaatschappij in de Voormalige Joegoslavische Republiek Ma- cedonië verder te ontwikkelen. Algemene doelstellingen zijn: voorberei- ding van de maatschappij als geheel op het digitale tijdperk, het aantrek- ken van investeringen en de interoperabiliteit van netwerken en diensten. De autoriteiten van de Voormalige Joegoslavische Republiek Xxxxxx- nië evalueren met hulp van de Gemeenschap zorgvuldig alle politieke verbintenissen die in de Europese Unie worden aangegaan met het doel haar beleid aan dat van de Unie aan te passen. De autoriteiten van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië stellen een plan op voor de overname van de communautaire wetgeving op het gebied van
de informatiemaatschappij.
Artikel 97
Consumentenbescherming
De partijen zullen samenwerken om de normen van de consumenten- bescherming in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië aan te passen aan die van de Gemeenschap. Een effectieve consumentenbe- scherming is noodzakelijk voor een goed functionerende markteconomie, en deze bescherming is afhankelijk van de ontwikkeling van administra- tieve infrastructuren voor markttoezicht en wetshandhaving.
Daartoe en ter behartiging van hun gemeenschappelijke belangen zul- len partijen zorgen voor:
– de harmonisatie van de wetgeving en de aanpassing van de consu- mentenbescherming in de Voormalige Joegoslavische Republiek Mace- donië aan die van de Gemeenschap;
– een beleid gericht op actieve bescherming van de consument, betere voorlichting en het opzetten van onafhankelijke organisaties;
– efficiënte wettelijke bescherming van de consument teneinde de kwaliteit van verbruiksgoederen te verbeteren en passende veiligheids- normen in stand te houden.
Artikel 98
Vervoer
1. In aanvulling op de overeenkomst tussen de Europese Gemeen- schap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zullen de partijen de samenwerking op vervoergebied ontwikkelen en versterken teneinde de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië in staat te stellen om:
– het vervoer te herstructureren en te moderniseren;
– het verkeer van personen en goederen en de toegang tot de vervoer- markt te verbeteren door het wegwerken van administratieve, technische en andere belemmeringen;
– bedrijfsnormen tot stand brengen die vergelijkbaar zijn met die in de Gemeenschap;
– een vervoerstelsel te ontwikkelen dat verenigbaar en vergelijkbaar is met dat van de Gemeenschap;
– betere milieubescherming in verband met vervoer, minder schade- lijke effecten en vervuiling.
2. De volgende gebieden zijn prioritair:
– de ontwikkeling van weg-, spoorweg-, haven- en luchthaven- infrastructuur en andere belangrijke routes van gemeenschappelijk be- lang en trans- en pan-Europese verkeersassen;
– het beheer van spoorwegen en luchthavens, samenwerking tussen de relevante nationale autoriteiten;
– het wegvervoer, waaronder fiscale, sociale en milieu-aspecten;
– het gecombineerde rail-wegvervoer;
– de harmonisatie van internationale vervoerstatistieken;
– de modernisering van technische vervoersinstallaties overeenkom- stig communautaire normen, bijstand bij het verkrijgen van financiering daarvoor, vooral voor het rail-wegvervoer, het multimodaal vervoer en de overslag;
– de bevordering van gezamenlijke technologische en onderzoeks- programma’s;
– het opzetten van een samenhangend vervoerbeleid dat verenigbaar is met dat van de Gemeenschap.
Artikel 99
Energie
1. De samenwerking gaat uit van de beginselen van de markteconomie en het Verdrag inzake het Europees Energiehandvest en is gericht op de geleidelijke integratie van de Europese energiemarken.
2. Deze samenwerking omvat met name:
– formulering en planning van het energiebeleid, modernisering van de infrastructuur, verbetering en diversificatie van de voorziening, de verbetering van de toegang tot de energiemarkt, inclusief vergemakke- lijking van de doorvoer;
– beheer en opleiding in de energiesector, de overdracht van techno- logie en know-how;
– de bevordering van energiebesparing en een efficiënt energiegebruik, duurzame energie en onderzoek naar de milieu-effecten van energiepro- ductie en -verbruik;
– het uitstippelen van kadervoorwaarden voor de herstructurering van energiebedrijven en samenwerking tussen bedrijven in de sector.
Artikel 100
De landbouw en de agro-industriële sector
De samenwerking op dit terrein is gericht op de modernisering van de landbouw en de agro-industriële sector, waterbeheer, plattelands- ontwikkeling, de geleidelijke harmonisatie van de wetgeving op sanitair en fytosanitair gebied aan de communautaire normen, en de ontwikke- ling van de visserij en de bosbouw in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
Artikel 101
Regionale en plaatselijke ontwikkeling
De partijen versterken hun regionale ontwikkelingssamenwerking om bij te dragen aan de economische ontwikkeling en de regionale verschil- len te verkleinen.
Specifieke aandacht wordt besteed aan grensoverschrijdende, trans- nationale en interregionale samenwerking. Daartoe kunnen deskundigen en informatie worden uitgewisseld.
Artikel 102
Samenwerking op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling
1. De partijen bevorderen de bilaterale samenwerking op het gebied van civiel wetenschappelijk onderzoek en technologische ontwikkeling
(OTO) op basis van het wederzijdse voordeel daarvan, en met inachtne- ming van de omvang van de beschikbare middelen, van de nodige toe- gankelijkheid van hun respectieve programma’s en van de passende regelingen voor een doeltreffende bescherming van de intellectuele, industriële en commerciële eigendomsrechten (IER).
2. De samenwerking op het gebied van wetenschappen en technolo- gie heeft betrekking op:
– de uitwisseling van wetenschappelijke en technische informatie;
– organisatie van gezamenlijke wetenschappelijke bijeenkomsten;
– gezamenlijke OTO-activiteiten;
– opleidingsactiviteiten en programma’s ter bevordering van de mobi- liteit ten behoeve van aan beide zijden bij OTO betrokken wetenschap- pers, onderzoekers en technici.
3. Deze samenwerking wordt ten uitvoer gelegd via afzonderlijke akkoorden waarvoor de onderhandelingen en de sluiting verlopen over- eenkomstig de door elke partij vastgestelde procedures en waarin onder andere de passende IER-bepalingen worden opgenomen.
Artikel 103
Milieu en nucleaire veiligheid
1. De partijen ontwikkelen en versterken hun samenwerking bij de essentiële taak om de achteruitgang van het milieu te bestrijden en een duurzaam milieubeleid te steunen.
2. De samenwerking kan op de volgende prioriteiten worden toege- spitst:
– bestrijding van lokale, regionale en grensoverschrijdende vervuiling (lucht, waterkwaliteit, de behandeling van afvalwater vervuiling drink- water) en het instellen van efficiënte controle;
– de ontwikkeling van strategieën ten aanzien van wereldwijde en kli- matologische problemen;
– efficiënte, duurzame en schone energieproductie en -verbruik, de veiligheid van industriële installaties;
– classificatie van en veilige omgang met chemische producten;
– het verminderen, recycleren en veilig verwijderen van afval en de tenuitvoerlegging van het Verdrag van Bazel van 1989 inzake de beheer- sing van de grensoverschrijdende overbrenging van gevaarlijke afval- stoffen en de verwijdering ervan;
– de milieu-effecten van de landbouw; bodemerosie en verontreini- ging door landbouwchemicaliën;
– de bescherming van bossen, flora en fauna; behoud van biodiversi- teit;
– ruimtelijke ordening, met inbegrip van bouw- en stadsplanning;
– milieu-effectbeoordeling en strategische milieubeoordeling;
– voortdurende harmonisatie van wetgeving en reglementering aan communautaire normen;
– internationale milieuverdragen waarbij de Gemeenschap partij is;
– samenwerking in regionaal verband en in het kader van het Euro- pees Milieu-agentschap;
– onderwijs, voorlichting, bewustmaking over milieukwesties.
3. De samenwerking heeft ook tot doel te zorgen voor de bescher- ming van mensen, dieren, eigendommen en het milieu tegen natuurram- pen en door de mens veroorzaakte rampen. Hiertoe kan de samenwer- king de volgende terreinen bestrijken:
– uitwisseling van resultaten van wetenschappelijke en onderzoeks- projecten;
– wederzijdse oplettendheid en tijdige kennisgeving van en waar- schuwing voor gevaren en rampen en hun gevolgen;
– reddings- en hulpverleningssystemen in geval van rampen;
– uitwisseling van ervaring op het gebied van rehabilitatie en weder- opbouw na rampen.
4. De samenwerking op het gebied van de nucleaire veiligheid kan de volgende terreinen bestrijken:
– verbetering van de wetten en regelgeving van de Voormalige Joe- goslavische Republiek Macedonië over nucleaire veiligheid en verster- king van de toezichthoudende instanties en hun middelen;
– stralingsbescherming, inclusief de meting van de straling in het milieu;
– beheer van radioactief afval: de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië zegt toe de Stabilisatie- en Associatieraad te informe- ren over elk voornemen om radioactief afval te importeren of op te slaan;
– actieve stimulering van overeenkomsten tussen de EU-lidstaten, of EURATOM, en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië over vroegtijdige kennisgeving bij nucleaire ongevallen en waar nodig over nucleaire veiligheidskwesties in het algemeen;
– versterking van het toezicht op en de controle van het vervoer van radioactief verontreinigde stoffen.
TITEL IX FINANCIËLE SAMENWERKING
Artikel 104
Met het oog op de verwezenlijking van de doelstellingen van deze Overeenkomst en in overeenstemming met de artikelen 3, 108 en 109 komt de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië in aanmer- king voor financiële steun van de Gemeenschap in de vorm subsidies en leningen, waaronder leningen van de Europese Investeringsbank.
Artikel 105
Financiële bijstand in de vorm van subsidies wordt gedekt door de operationele maatregelen waarin de relevante Verordening van de Raad voorziet binnen een indicatief meerjaren-kader dat door de Gemeen- schap wordt opgesteld na overleg met de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
In het algemeen draagt de bijstand in de vorm van institutionele ver- sterking bij tot de democratische, economische en institutionele hervor- mingen in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, in over- eenstemming met het stabilisatie- en associatieproces. De financiële bijstand kan alle terreinen van de harmonisatie van wetgeving en beleid samenwerking van deze overeenkomst bestrijken, waaronder justitie en binnenlandse zaken.
De volledige uitvoering van de in de vervoerovereenkomst vastge- stelde infrastructuurprojecten van gemeenschappelijk belang moet wor- den overwogen.
Artikel 106
De Gemeenschap kan op verzoek van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, in het geval van bijzondere nood, in overleg met de internationale financiële instellingen, de mogelijkheid onderzoeken van het verlenen, bij wijze van uitzondering, van macrofinanciële bij- stand, op bepaalde voorwaarden met inachtneming van de beschikbaar- heid van alle ter beschikking staande financiële middelen.
Artikel 107
Om optimaal profijt te kunnen trekken uit de beschikbare middelen zorgen partijen ervoor dat de bijdragen van de Gemeenschap worden toegekend in nauwe coördinatie met die uit andere financieringsbronnen, zoals de lidstaten, andere landen en internationale financiële instellingen.
Hiertoe wisselen de partijen geregeld informatie uit over alle soorten bijstand.
TITEL X
INSTITUTIONELE, ALGEMENE EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 108
Hierbij wordt een Stabilisatie- en Associatieraad opgericht, die toe- zicht houdt op de toepassing en de tenuitvoerlegging van de overeen- komst. De Raad komt op passend niveau bijeen met regelmatige tussen- pozen en wanneer de omstandigheden dat vereisen. De Raad behandelt alle belangrijke vraagstukken die zich in het kader van de overeenkomst voordoen, en alle andere, bilaterale of internationale vraagstukken van gemeenschappelijk belang.
Artikel 109
1. De Stabilisatie- en Associatieraad bestaat uit leden van de Raad van de Europese Unie en leden van de Commissie van de Europese Gemeenschappen, enerzijds, en uit leden van de regering van de Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds.
2. De Stabilisatie- en Associatieraad stelt zijn eigen reglement van orde vast.
3. De leden van de Stabilisatie- en Associatieraad mogen regelingen treffen om zich te doen vertegenwoordigen, overeenkomstig de daartoe in het reglement van orde vast te leggen voorwaarden.
4. De Stabilisatie- en Associatieraad wordt beurtelings voorgezeten door een vertegenwoordiger van de Europese Gemeenschap en door een vertegenwoordiger van de regering van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, overeenkomstig de in zijn reglement van orde neer te leggen bepalingen.
5. De Europese Investeringsbank neemt voor aangelegenheden die onder haar bevoegdheid vallen als waarnemer deel aan de werkzaamhe- den van de Stabilisatie- en Associatieraad.
Artikel 110
Om de doelstellingen van de overeenkomst te bereiken, krijgt de Stabilisatie- en Associatieraad de bevoegdheid besluiten te nemen bin- nen de toepassingssfeer van deze overeenkomst voor de in de overeen- komst vermelde gevallen. Zijn besluiten zijn bindend voor de partijen, die de nodige maatregelen treffen voor de uitvoering ervan. Bij het nemen van een besluit over de overgang naar de tweede fase, volgens de bepalingen van artikel 5, kan de Stabilisatie- en Associatieraad ook besluiten nemen over eventuele inhoudelijke veranderingen in de bepa- lingen die gelden voor de tweede fase.
In zijn reglement van orde bepaalt de Stabilisatie- en Associatieraad de taken van het Stabilisatie- en Associatiecomité, waaronder de voor- bereiding van de vergaderingen van de Stabilisatie- en Associatieraad, en stelt hij de werkwijze van dit comité vast.
De Stabilisatie- en Associatieraad mag ongeacht welke van zijn be- voegdheden aan het Stabilisatie- en Associatiecomité delegeren. In dat geval neemt het Stabilisatie- en Associatiecomité zijn beslissingen vol- gens de voorwaarden van dit artikel.
De Stabilisatie- en Associatieraad mag ook passende aanbevelingen doen.
De besluiten en aanbevelingen van de Associatieraad worden vastge- steld in onderlinge overeenstemming tussen partijen.
Artikel 111
Elk van de partijen mag ieder geschil dat verband houdt met de toe- passing of de interpretatie van deze overeenkomst aan de Stabilisatie- en Associatieraad voorleggen. De Stabilisatie- en Associatieraad kan het geschil door middel van een bindend besluit beslechten.
Artikel 112
De Stabilisatie- en Associatieraad wordt bij de vervulling van zijn taken bijgestaan door een Stabilisatie- en Associatiecomité, bestaande uit vertegenwoordigers van de Raad van de Europese Unie en van vertegen- woordigers van de Commissie van de Europese Gemeenschappen ener- zijds, en uit vertegenwoordigers van de Voormalige Joegoslavische Re- publiek Macedonië anderzijds.
Artikel 113
De Stabilisatie- en Associatieraad kan subcomités oprichten. Het in het kader van de vervoerovereenkomst opgerichte vervoercomité zal het Stabilisatie- en Associatiecomité terzijde staan.
Artikel 114
Er wordt een Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité opgericht. Dit zal als forum dienen waar leden van het Parlement van de Voorma- lige Joegoslavische Republiek Macedonië en het Europees Parlement elkander kunnen ontmoeten en met elkander van gedachten kunnen wis- selen. Het Comité komt met door hem zelf te bepalen tussenpozen bij- een.
Het Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité bestaat uit leden van het Europees Parlement enerzijds, en uit leden van het Parlement van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië anderzijds.
Het Parlementaire Stabilisatie- en Associatiecomité stelt zijn regle- ment van orde vast.
Het Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité wordt beurtelings voorgezeten door het Europees Parlement en het parlement van de Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië, overeenkomstig de in zijn reglement van orde neer te leggen bepalingen.
Artikel 115
Binnen het toepassingsgebied van deze Overeenkomst beijvert elk van beide partijen zich om ervoor te zorgen dat natuurlijke personen en rechtspersonen van de andere partij, zonder discriminatie ten opzichte van haar eigen onderdanen, toegang krijgen tot de ter zake bevoegde gerechtelijke instanties en administratieve lichamen van de partijen, ter verdediging van hun individuele rechten en hun eigendomsrechten.
Artikel 116
Niets in de Overeenkomst belet een partij maatregelen te nemen:
a. die zij nodig acht om de onthulling van informatie die tegen haar vitale veiligheidsbelangen indruist, te beletten;
b. die verband houden met de productie van of de handel in wapens, munitie of oorlogsmateriaal of met onderzoek, ontwikkeling of produc- tie die absoluut vereist zijn voor defensiedoeleinden, mits deze maatre- gelen geen afbreuk doen aan de concurrentievoorwaarden voor produc- ten die niet voor specifiek militaire doeleinden bestemd zijn;
c. die zij van vitaal belang voor haar eigen veiligheid acht, in geval van ernstige binnenlandse problemen die de openbare orde bedreigen, in tijden van oorlog of ernstige internationale spanningen die een oorlogs- dreiging inhouden, of om verplichtingen na te komen die zij voor de bewaring van de vrede en de internationale veiligheid heeft aangegaan.
Artikel 117
1. Voor de door de overeenkomst bestreken terreinen en onvermin- derd eventueel in de overeenkomst neergelegde bijzondere bepalingen geldt het volgende:
– de regelingen die de Voormalige Joegoslavische Republiek Mace- donië ten opzichte van de Gemeenschap toepast zullen geen aanleiding geven tot discriminatie tussen de lidstaten, hun onderdanen dan wel hun bedrijven of firma’s;
– de regelingen die de Gemeenschap ten opzichte van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië toepast zullen geen aanleiding geven tot discriminatie tussen de onderdanen van de Voormalige Joego- slavische Republiek Macedonië dan wel haar bedrijven of firma’s.
2. Het bepaalde in lid 1 doet geen afbreuk aan het recht van de par- tijen om de terzake doende bepalingen van hun belastingwetgeving toe te passen op belastingplichtigen die niet in identieke situaties verkeren ten aanzien van hun woonplaats.
Artikel 118
1. De partijen treffen alle algemene of specifieke maatregelen die ver- eist zijn om aan hun verplichtingen krachtens de overeenkomst te vol- doen. Zij zien erop toe dat de in de overeenkomst genoemde doelstel- lingen worden verwezenlijkt.
2. Indien één van de partijen van mening is dat de andere partij een verplichting die uit de overeenkomst voortvloeit niet is nagekomen, kan zij passende maatregelen treffen. Alvorens dit te doen, behalve in spe- ciaal dringende gevallen, verstrekt zij de Stabilisatie- en Associatieraad alle ter zake doende informatie die nodig is voor een grondig onderzoek van de situatie, om een voor de partijen aanvaardbare oplossing te vin- den.
Bij de keuze van de maatregelen moet voorrang worden gegeven aan die welke de goede werking van de Overeenkomst het minst verstoren. Deze maatregelen worden onmiddellijk ter kennis van de Stabilisatie- en Associatieraad gebracht; op verzoek van de andere partij wordt daarom- trent in de Stabilisatie- en Associatieraad overleg gepleegd.
Artikel 119
De partijen komen overeen op verzoek van elk van de partijen onmid- dellijk overleg te plegen via passende kanalen om kwesties met betrek- king tot de interpretatie of tenuitvoerlegging van deze Overeenkomst en andere relevante aspecten van de betrekkingen tussen de partijen te bespreken.
De bepalingen van dit artikel hebben geen invloed op en gelden onverminderd de artikelen 30, 37, 38 en 42.
Artikel 120
Totdat krachtens deze overeenkomst gelijkwaardige rechten zijn ver- worven voor personen en ondernemers, doet de overeenkomst geen afbreuk aan de rechten die hun worden verleend bij bestaande, bindende overeenkomsten tussen een of meer lidstaten, enerzijds, en de Voorma- lige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds.
Artikel 121
De Protocollen 1, 2, 3, 4, en 5 en de bijlagen I tot en met VII vormen een integrerend onderdeel van de overeenkomst.
Artikel 122
De overeenkomst wordt voor onbepaalde tijd gesloten.
Elk van beide partijen kan deze overeenkomst door kennisgeving aan de andere partij opzeggen. De overeenkomst verstrijkt zes maanden na de datum van genoemde kennisgeving.
Artikel 123
Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt onder ,,partijen’’ verstaan de Gemeenschap, of haar lidstaten, of de Gemeenschap en haar lidstaten, in overeenstemming met hun respectieve bevoegdheden, ener- zijds, en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, ander- zijds.
Artikel 124
De overeenkomst is van toepassing, enerzijds, op de gebieden waar de Verdragen tot oprichting van de Europese Gemeenschap, de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en de Europese Gemeenschap voor
Kolen en Staal van toepassing zijn en onder de in die Verdragen neer- gelegde voorwaarden en, anderzijds, op het grondgebied van de Voor- malige Joegoslavische Republiek Macedonië.
Artikel 125
De secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie is de depo- sitaris van deze overeenkomst.
Artikel 126
Deze Overeenkomst is opgesteld in tweevoud in elk van de officiële talen van de partijen, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.
Artikel 127
De overeenkomst wordt door de partijen volgens hun eigen procedu- res goedgekeurd.
De overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand volgende op de dag waarop de overeenkomstsluitende partijen elkander kennisgeving doen van het feit dat de in de eerste alinea bedoelde procedures zijn voltooid.
Bij haar inwerkingtreding vervangt deze overeenkomst de samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië die op 29 april 1997 door middel van een briefwisseling werd ondertekend.
Artikel 128
Interimovereenkomst
De partijen komen overeen dat indien, in afwachting van de voltooi- ing van de procedures die nodig zijn voor de inwerkingtreding van deze overeenkomst, de bepalingen van bepaalde gedeelten van deze overeen- komst, met name die met betrekking tot het vrije verkeer van goederen, door middel van een interimovereenkomst tussen de Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië tot uitvoering worden gebracht, in dergelijke omstandigheden voor de toepassing van titel IV, de artikelen 69, 70 en 71, van deze overeenkomst en van de Protocollen 1 tot en met 5 daarbij, onder ,,datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst’’ wordt verstaan: de datum van inwerkingtreding van de interimovereenkomst voor wat betreft de verplichtingen die in deze arti- kelen en protocollen zijn opgenomen.
De Overeenkomst is op 9 april 2001 ondertekend voor: België1)
Denemarken Duitsland
de Europese Gemeenschap
de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie de Europese Gemeenscap voor Kolen en Staal Finland
Frankrijk Griekenland Ierland Italië Luxemburg
het Koninkrijk der Nederlanden
Oostenrijk Portugal Spanje
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland Zweden
en
de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië
1) Deze handtekening verbindt eveneens de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.
Lijst van Bijlagen
Bijlage I Invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van minder gevoelige industrieproduc- ten van oorsprong uit de Gemeenschap (artikel 18, lid 2)
Bijlage II Invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van gevoelige industrieproducten van oorsprong uit de Gemeenschap (artikel 18, lid 3)
Bijlage III EG-definitie van ,,Baby beef’’ (artikel 27)
Bijlage IV a Invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap (nulrecht) (artikel 27, lid 3, onder a)
Bijlage IV b Invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap (nulrecht binnen tarief- contingenten) (artikel 27, lid 3, onder b)
Bijlage IV c Invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap (concessies binnen tarief- contingenten) (artikel 27, lid 3, onder c)
Bijlage V a Invoer in de Gemeenschap van vis en visserijpro- ducten van oorsprong uit de Voormalige Joegosla- vische Republiek Macedonië (artikel 28, lid 1)
Bijlage V b Invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van vis en visserijproducten van oor- sprong uit de Gemeenschap (artikel 28, lid 2)
Bijlage VI Vestiging: ,,Financiële diensten’’ (Titel V, Hoofd- stuk II, artikelen 47 en 49)
Bijlage VII Intellectuele, industriële en commerciële eigendom (artikel 71)
Bijlage I
Invoer in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van minder gevoelige goederen van oorsprong uit de gemeenschap
(Zoals bedoeld in art. 18, lid 2)
Tariefcode | Omschrijving |
2517 | Keistenen, grint, steenslag, van de soort gewoonlijk gebruikt voor de vervaardiging |
van beton, voor het verharden van wegen, als ballastbed voor spoorwegen of als | |
andere ballast, rolstenen en vuurstenen, ook indien zij een warmtebehandeling | |
hebben ondergaan; macadam van hoogovenslakken, van metaalslakken of van derge- | |
lijke industriële afvallen, ook indien dit de in het eerste gedeelte van de post | |
genoemde stoffen bevat; teermacadam; korrels, scherven, splinters en poeder van de | |
steensoorten bedoeld bij de posten 2515 en 2516, ook indien zij een warmte- | |
behandeling hebben ondergaan: | |
– korrels, scherven, splinters en poeder van de steensoorten bedoeld bij de posten | |
2515 en 2516, ook indien zij een warmtebehandeling hebben ondergaan/ | |
41 00 00 | – – van xxxxxx |
49 00 00 | – – andere |
2518 | Dolomiet, ook indien gesinterd of gebrand; dolomiet, enkel kantrecht behouwen dan |
wel in blokken of in platen van vierkante of rechthoekige vorm, verkregen door | |
zagen, door splijten of op dergelijke wijze; stamp- en strijkmassa van dolomiet | |
2520 | Gips; anhydriet; gebrande gips, ook indien gekleurd of met toevoeging van kleine |
hoeveelheden bindingsversnellers of -vertragers | |
2523 | Hydraulisch cement (cementklinker daaronder begrepen), ook indien gekleurd |
10 00 00 | – cementklinker |
29 00 00 | – – andere |
3105 | Minerale of chemische meststoffen die twee of drie van de vruchtbaarmakende ele- |
menten stikstof, fosfor en kalium bevatten; andere meststoffen; producten bedoeld | |
bij dit hoofdstuk, in tabletten of in dergelijke vormen, dan wel in verpakkingen met | |
een brutogewicht van niet meer dan 10 kg | |
3214 | Stopverf, harscement en ander mastiek (kit); plamuur; niet-vuurvaste preparaten van |
de soort gebruikt voor het bestrijken of bepleisteren van metselwerk |
Tariefcode | Omschrijving |
3303 | Parfums, reuk- en toiletwaters |
3304 | Schoonheidsmiddelen en producten voor de huidverzorging (andere dan geneesmid- |
delen), preparaten tegen zonnebrand en preparaten voor het verkrijgen van een | |
bruine huidskleur daaronder begrepen; producten voor manicure of voor pedicure | |
3305 | Haarverzorgingsmiddelen |
3306 | Producten voor mondhygiëne en voor tandverzorging, kleefpoeders en -pasta’s voor |
kunstgebitten daaronder begrepen; garens gebruikt voor het schoonmaken tussen te | |
tanden (floszijde), opgemaakt voor de verkoop in het klein | |
3307 | Scheermiddelen en middelen die voor of na het scheren worden gebruikt, deodoran- |
tia voor lichaamsverzorging, badpreparaten, ontharingsmiddelen en andere parfume- | |
rieën, toiletartikelen en cosmetische producten, elders genoemd noch elders onder | |
begrepen; preparaten voor het neutraliseren van geuren in vertrekken (deodorantia), | |
ook indien niet geparfumeerd of met desinfecterende eigenschappen | |
3405 | Schoensmeer, boenwas, poetsmiddelen voor carrosserieën, glas of metaal, schuur- |
pasta’s en -poeders en dergelijke preparaten (ook indien in de vorm van papier, van | |
watten, van vilt, van gebonden textielvlies, van kunststof of rubber met celstructuur, | |
geïmpregneerd of bedekt met deze preparaten), andere dan de was bedoeld bij post | |
3404 | |
3506 | Lijm en andere bereide kleefmiddelen, elders genoemd noch elders onder begrepen; |
als lijm of als kleefmiddel te gebruiken producten, opgemaakt voor de verkoop in | |
het klein als lijm of als kleefmiddel, in een opmaak met een nettogewicht van niet | |
meer dan 1 kg | |
3701 | Fotografische platen en vlakfilm, lichtgevoelig, onbelicht, van andere stoffen dan |
papier, karton of textiel; vlakfilm voor ,,direct-klaar’’-fotografie, lichtgevoelig, onbe- | |
licht, ook indien in cassette | |
3702 | Fotografische film, lichtgevoelig, onbelicht, op rollen, van andere stoffen dan papier, |
karton of textiel; film voor ,,direct-klaar’’-fotografie, op rollen, lichtgevoelig, onbe- | |
licht | |
3808 | Insectendodende middelen, rattenbestrijdingsmiddelen, schimmelwerende middelen, |
onkruidbestrijdingsmiddelen, middelen om het kiemen tegen te gaan, middelen om | |
de plantengroei te regelen, desinfecteermiddelen en dergelijke producten, opgemaakt | |
in vormen of verpakkingen voor de verkoop in het klein, dan wel voorkomend als | |
bereidingen of in de vorm van artikelen zoals zwavelbanden, zwavellonten, zwavel- | |
kaarsen en vliegenvangers | |
3918 | Vloerbedekking van kunststof, ook indien zelfklevend, op rollen of in tegels; wand- |
en plafondbekleding van kunststof, als bedoeld bij aantekening 9 op dit hoofdstuk | |
3919 | Platen, vellen, foliën, stroken, strippen en andere platte producten, van kunststof, |
zelfklevend, ook indien op rollen | |
3921 | Andere platen, vellen, foliën, stroken en strippen, van kunststof |
3923 | Artikelen voor vervoer of voor verpakking, van kunststof; stoppen, deksels, capsules |
en andere sluitingen, van kunststof | |
3924 | Vaatwerk, andere huishoudelijke artikelen en toiletartikelen, van kunststof |
3925 | Uitrustingsstukken voor gebouwen, van kunststof, elders genoemd noch elders onder |
begrepen | |
3926 | Andere artikelen van kunststof en artikelen van andere stoffen bedoeld bij de posten |
3901 tot en met 3914 | |
4008 | Platen, vellen, strippen, staven en profielen, van niet-geharde gevulkaniseerde |
rubber: | |
– van rubber met celstructuur: | |
11 00 00 | – – platen, vellen en strippen |
19 00 00 | – – andere |
– van rubber, andere dan met celstructuur: | |
– – platen, vellen en strippen: | |
21 10 00 | – – – vloerbedekking en matten |
21 90 00 | – – – andere. |
– – andere : |
Tariefcode | Omschrijving |
29 90 00 | – – – andere |
4015 | Kleding, handschoenen en kledingtoebehoren, van niet-geharde gevulkaniseerde |
rubber, ongeacht het gebruik daarvan: | |
– handschoenen: | |
– – andere: | |
19 10 00 | – – – huishoudhandschoenen |
19 90 00 | – – – andere |
90 00 00 | – andere |
4016 | Andere artikelen van niet-geharde gevulkaniseerde rubber: |
– andere: | |
91 00 00 | – – vloerbedekking en matten |
0000 | Xxxxxxxxxx (koppen, staarten, poten en andere delen daaronder begrepen, alsmede |
afvallen), gelooid of anderszins bereid, ook indien samengevoegd (zonder toevoe- | |
ging van andere materialen), andere dan die bedoeld bij post 4303 | |
4303 | Kleding, kledingtoebehoren en andere artikelen, van bont |
0000 | Xxxx (niet-ineengezette plankjes voor parketvloeren daaronder begrepen), waarvan |
ten minste een zijde over de gehele lengte is geprofileerd (geploegd, van sponningen | |
voorzien, afgerond met V-verbinding of dergelijke), ook indien geschaafd, | |
geschuurd of met vingerlasverbinding | |
4415 | Pakkisten, kratten, trommels en dergelijke verpakkingsmiddelen van hout; kabel- |
haspels van hout; laadborden, laadkisten en andere laadplateaus van hout; opzet- | |
randen voor laadborden, van hout | |
4802 | Papier en karton, niet gestreken en niet voorzien van een deklaag, van de soort |
gebruikt om te worden beschreven of bedrukt of voor andere grafische doeleinden, | |
alsmede papier en karton voor ponskaarten of -band, op rollen of in bladen, ander | |
dan papier bedoeld bij de posten 4801 en 4803; handgeschept papier en hand- | |
geschept karton: | |
– ander papier en karton, bevattende geen of niet meer dan 10 gewichtspercenten | |
langs mechanische weg verkregen vezels (berekend over de totale vezelmassa) | |
– – met een gewicht van minder dan 40 g/m2: | |
51 10 00 | – – – papier met een gewicht van niet meer dan 15 g/m2 bestemd voor de vervaar- |
diging van stencils | |
51 90 00 | – – – andere |
52 20 00 | – – – op rollen |
52 80 00 | – – – in bladen |
– – met een gewicht van meer dan 150 g/m2 : | |
53 20 00 | – – – op rollen |
53 80 00 | – – – in bladen |
4805 | Ander papier en karton, niet gestreken en niet voorzien van een deklaag, op rollen |
of in bladen, niet verder bewerkt dan bedoeld bij aantekening 2 op dit hoofdstuk | |
– ander papier en karton, met een gewicht van 225 g/m2 of meer | |
– – vervaardigd uit oud papier: | |
80 11 00 | – – – zogenaamde ,,testliner’’ |
80 19 00 | – – – andere |
80 90 00 | – – andere |
4811 | Papier, karton, cellulosewatten en vliezen van cellulosevezels, gestreken, van een |
deklaag voorzien, geïmpregneerd, bekleed, aan het oppervlak gekleurd of versierd, | |
dan wel bedrukt, op rollen of in bladen, andere dan de producten omschreven in | |
post 4803, 4809 of 4810: | |
– papier en karton, voorzien van een deklaag van, dan wel geïmpregneerd of | |
bekleed met kunststof (andere dan kleefmiddelen): | |
31 00 00 | – – gebleekt, met een gewicht van meer dan 150 g/m2 |
39 00 00 | – – andere |
40 00 00 | – papier en karton, voorzien van een deklaag van, dan wel geïmpregneerd of |
bekleed met was, paraffine, stearine, olie of glycerol | |
4814 | Behangselpapier en dergelijke wandbekleding; vitrofanies |
Tariefcode | Omschrijving |
4815 | Vloerbedekking met een onderlaag van papier of van karton, ook indien op maat |
gesneden | |
4816 | Carbonpapier, zelfkopiërend papier en ander papier voor het maken van doorslagen |
en overdrukken (ander dan dat van post 4809), complete stencils en offsetplaten, | |
van papier, ook indien verpakt in dozen | |
4817 | Enveloppen, postbladen, briefkaarten (andere dan prentbriefkaarten) en correspon- |
dentiekaarten, van papier of van karton; assortimenten van papierwaren voor corres- | |
pondentie in dozen, in omslagen en in dergelijke verpakkingen, van papier of van | |
karton | |
4820 | Registers, comptabiliteitsboeken, zakboekjes, orderboekjes, kwitantieboekjes, |
agenda’s, blocnotes en dergelijke artikelen, schriften, onderleggers, opbergmappen, | |
mappen en banden (met losse bladen of andere), omslagen voor dossiers en andere | |
schoolartikelen, kantoorartikelen en dergelijke artikelen (sets kettingformulieren en | |
andere sets formulieren, ook indien voorzien van carbonpapier, daaronder begrepen), | |
van papier of van karton; albums voor monstercollecties of voor verzamelingen, | |
alsmede boekomslagen, van papier of van karton | |
4821 | Etiketten van alle soorten, van papier of van karton, al dan niet bedrukt |
4909 | Prentbriefkaarten en andere gedrukte briefkaarten; gedrukte kaarten met persoonlijke |
wensen of mededelingen, ook indien geïllustreerd of met garneringen, al dan niet | |
met enveloppe | |
4910 | Kalenders van alle soorten, gedrukt, kalenderblokken daaronder begrepen |
6601 | Paraplu’s en parasols (wandelstokparaplu’s, tuinparasols en dergelijke artikelen daar- |
onder begrepen) | |
6802 | Werken van steen (andere dan leisteen), bewerkte steen daaronder begrepen, andere |
dan bedoeld bij post 6801; blokjes en dergelijke artikelen voor mozaïeken, van | |
natuursteen (leisteen daaronder begrepen), ook indien op een drager; korrels, splin- | |
ters (scherven) en poeder, van natuursteen (leisteen daaronder begrepen), kunstmatig | |
gekleurd | |
6805 | Natuurlijke of kunstmatige schuur-, slijp- of polijstmiddelen in poeder of in korrels, |
op een drager van textiel, van papier, van karton of van andere stoffen, ook indien | |
in een bepaalde vorm gesneden, genaaid of op andere wijze aaneengezet | |
6807 | Werken van asfalt of van dergelijke producten (bij voorbeeld petroleumbitumen, |
koolteerpek) | |
6809 | Werken van gips of van gipspreparaten |
6810 | Werken van cement, van beton of van kunststeen, ook indien gewapend |
6811 | Werken van asbestcement, van cellulosecement en dergelijke |
6813 | Wrijvingsmateriaal (bij voorbeeld platen, rollen, banden, segmenten, schijven, |
ringen), niet gemonteerd, voor remmen, voor koppelingen en voor frictie- | |
mechanismen, samengesteld met asbest, met andere minerale stoffen of met cellu- | |
lose, ook indien verbonden met textiel of met andere stoffen | |
6815 | Werken van steen of van andere minerale stoffen (koolstofvezels, werken van |
koolstofvezels en werken van turf daaronder begrepen), elders genoemd noch elders | |
onder begrepen | |
6902 | Vuurvaste stenen en tegels en dergelijke vuurvaste keramische vormstukken, voor |
constructiedoeleinden, andere dan van diatomeeënaarde of van dergelijke kiezel- | |
aarden | |
6904 | Baksteen, vloerstroken (hourdis), balkbekleding en dergelijke keramische artikelen |
6905 | Dakpannen, elementen voor schoorstenen, rookkanalen, bouwkundige ornamenten |
en ander bouwmateriaal, van keramische stoffen | |
6907 | Plavuizen, vloer- en wandtegels, verglaasd noch geglazuurd, van keramische stoffen; |
blokjes en dergelijke artikelen voor mozaïeken, verglaasd noch geglazuurd, van | |
keramische stoffen, ook indien op een drager | |
6908 | Plavuizen, vloer- en wandtegels, verglaasd of geglazuurd, van keramische stoffen; |
blokjes en dergelijke artikelen voor mozaïeken, verglaasd of geglazuurd, van kera- | |
mische stoffen, ook indien op een drager |
Tariefcode | Omschrijving |
6910 | Gootstenen, wasbakken, zuilen voor wasbakken, badkuipen, bidets, closetpotten, |
stortbakken, urinoirs en dergelijke artikelen voor sanitair gebruik, bestemd om | |
blijvend te worden bevestigd, van keramische stoffen | |
6911 | Vaatwerk, andere huishoudelijke artikelen en toiletartikelen, van porselein |
6912 | Vaatwerk, andere huishoudelijke artikelen en toiletartikelen, van keramische stoffen, |
andere dan porselein | |
6914 | Andere werken van keramische stoffen |
7007 | Veiligheidsglas, bestaande uit geharde glasplaten (hardglas) of uit opeengekitte glas- |
platen: | |
– veiligheidsglas bestaande uit geharde glasplaten (hardglas): | |
– – blijkens afmeting en vorm geschikt voor automobielen, voor luchtvaartuigen, | |
voor vaartuigen of voor andere voertuigen: | |
11 10 00 | blijkens afmeting en vorm geschikt voor automobielen en tractors |
11 90 00 | – – – andere |
– – andere : | |
19 10 00 | – – – geëmailleerd |
19 20 00 | – – – in de massa gekleurd of troebel gemaakt, geplateerd of voorzien van een |
absorberende of reflecterende laag | |
19 80 00 | – – – andere |
– veiligheidsglas bestaande uit opeengekitte glasplaten: | |
– – blijkens afmeting en vorm geschikt voor automobielen, voor luchtvaartuigen, | |
voor vaartuigen of voor andere voertuigen: | |
– – – andere : | |
21 91 00 | – – – – blijkens afmeting en vorm geschikt voor automobielen en tractors |
21 99 00 | – – – – andere |
29 00 00 | – – andere |
7009 | Spiegels van glas, ook indien omlijst, achteruitkijkspiegels daaronder begrepen |
7013 | Glaswerk voor tafel-, keuken-, toilet- of kantoorgebruik, voor binnenhuisversiering |
of voor dergelijk gebruik, ander dan bedoeld bij post 7010 of 7018 | |
7019 | Glasvezels (glaswol daaronder begrepen) en werken daarvan (bij voorbeeld garens, |
weefsels): | |
– lonten, rovings en garens, ook indien gesneden: | |
11 00 00 | – – garens versneden op een lengte van niet meer dan 50 mm |
12 00 00 | – – rovings |
19 00 00 | – – andere |
7106 | Zilver (verguld zilver en geplatineerd zilver daaronder begrepen), onbewerkt, half |
bewerkt of in poedervorm | |
7108 | Goud (geplatineerd goud daaronder begrepen), onbewerkt, halfbewerkt of in poeder- |
vorm | |
7113 | Bijouterieën en juwelen, alsmede delen daarvan, van edele metalen of van metalen |
geplateerd met edele metalen | |
7114 | Edelsmidswerk en delen daarvan, van edele metalen of van metalen geplateerd met |
edele metalen | |
7115 | Andere werken van edele metalen of van metalen geplateerd met edele metalen |
7116 | Werken van echte of gekweekte parels, van natuurlijke, synthetische of gerecon- |
strueerde edelstenen of halfedelstenen | |
7117 | Fancybijouterieën |
7217 | Draad van ijzer of van niet-gelegeerd staal |
– bekleed met andere onedele metalen: | |
– – bevattende minder dan 0,25 gewichtspercent koolstof: | |
– – – met een grootste afmeting der dwarsdoorsnede van minder dan 0,8 mm | |
30 11 00 | – – – – verkoperd |
30 19 00 | – – – – andere |
– – – met een grootste afmeting der dwarsdoorsnede van 0,8 mm of meer: | |
30 31 00 | – – – – verkoperd |
30 39 00 | – – – – andere |
Tariefcode | Omschrijving |
30 50 00 | – – bevattende 0,25 of meer doch minder dan 0,6 gewichtspercent koolstof |
30 90 00 | – – bevattende 0,6 of meer gewichtspercenten koolstof |
– andere : | |
– – bevattende minder dan 0,25 gewichtspercent koolstof : | |
90 10 00 | – – – met een grootste afmeting der dwarsdoorsnede van minder dan 0,8 mm |
90 30 00 | – – – met een grootste afmeting der dwarsdoorsnede van 0,8 mm of meer |
90 50 00 | – – bevattende 0,25 of meer doch minder dan 0,6 gewichtspercent koolstof |
90 90 00 | – – bevattende 0,6 of meer gewichtspercenten koolstof |
7307 | Hulpstukken (fittings) voor buisleidingen (bij voorbeeld verbindingsstukken, ellebo- |
gen, moffen), van gietijzer, van ijzer of van staal: | |
– gegoten: | |
– – van niet-smeedbaar gietijzer: | |
11 10 00 | – – – voor buizen en pijpen, van de soort gebruikt voor drukleidingen |
11 90 00 | – – – andere |
– – andere: | |
19 10 00 | – – – van smeedbaar gietijzer |
19 90 00 | – – – andere |
– andere: | |
91 00 00 | – – flenzen |
– – ellebogen, bochten en moffen, met schroefdraad: | |
92 10 00 | – – – moffen |
92 90 00 | – – – ellebogen en bochten |
– – hulpstukken, door stomplassen te bevestigen: | |
– – – met een grootste uitwendige diameter van niet meer dan 609,6 mm: | |
93 11 00 | – – – – ellebogen en bochten |
93 19 00 | – – – – andere |
– – – met een grootste uitwendige diameter van meer dan 609,6 mm | |
93 91 00 | – – – – ellebogen en bochten |
93 99 00 | – – – – andere |
– – andere : | |
99 10 00 | – – – met schroefdraad |
99 30 00 | – – – door lassen te bevestigen |
99 90 00 | – – – andere |
7311 | Bergingsmiddelen voor gecomprimeerd of vloeibaar gemaakt gas, van gietijzer, van |
ijzer of van staal | |
7313 | Prikkeldraad en dergelijk afrasteringsmateriaal, bestaande uit getorste draden of uit |
strippen, al dan niet voorzien van punten, stekels of tanden, van ijzer of van staal | |
7403 | Geraffineerd koper en koperlegeringen, ruw: |
– geraffineerd koper: | |
11 00 00 | – – kathoden en in stukken gesneden kathoden |
7418 | Keukengerei, toiletartikelen, huishoudelijke en sanitaire artikelen, alsmede delen |
daarvan, van koper; sponsen, schuurlappen, schuurhandjes en dergelijke artikelen | |
voor het schuren, voor het polijsten of voor dergelijke doeleinden, van koper. | |
7614 | Kabels, strengen en dergelijke artikelen, van aluminium, niet geïsoleerd voor het |
geleiden van elektriciteit | |
7616 | Andere werken van aluminium. |
7801 | Ruw lood |
7802 | Resten en afval, van lood |
0000 | Xxxxxx, profielen en draad, xxx xxxx |
7804 | Platen, bladen en strippen, van lood; poeder en schilfers, van lood |
0000 | Xxxxxx en pijpen, alsmede hulpstukken (fittings) voor buisleidingen (bij voorbeeld |
verbindingsstukken, ellebogen, moffen), van lood | |
7806 | Andere werken van lood |
7901 | Ruw zink: |
– niet gelegeerd zink: | |
11 00 00 | – – bevattende 99,99 of meer gewichtspercenten zink |
Tariefcode | Omschrijving |
– – bevattende minder dan 99,99 gewichtspercenten zink | |
12 10 00 | – – – bevattende 99,95 of meer doch minder dan 99,99 gewichtspercenten zink |
12 30 00 | – – – bevattende 98,5 of meer doch minder dan 99,95 gewichtspercenten zink |
12 90 00 | – – – bevattende 97,5 of meer doch minder dan 98,5 gewichtspercenten zink |
7902 | Resten en afval, van zink |
7903 | Zinkstof; poeder en schilfers, van zink |
0000 | Xxxxxx, profielen en draad, xxx xxxx |
7905 | Platen, bladen en strippen, van zink |
0000 | Xxxxxx en pijpen, alsmede hulpstukken (fittings) voor buisleidingen (bij voorbeeld |
verbindingsstukken, ellebogen, moffen), van zink | |
7907 | Andere werken van xxxx |
0000 | Xxxxxx (andere dan die bedoeld bij post 8208), ook indien getand, zaksnoeimessen |
daaronder begrepen, alsmede lemmeten daarvan: | |
– andere: | |
– – tafelmessen met vast lemmet: | |
91 30 00 | – – – tafelmessen met heft en lemmet van xxxxxxxxx xxxxx |
91 80 00 | – – – andere |
92 00 00 | – – andere messen met vast lemmet |
93 00 00 | – – messen, andere dan met vast lemmet, zaksnoeimessen daaronder begrepen |
94 00 00 | – – lemmeten |
8215 | Lepels, vorken, pollepels, schuimspanen, taartscheppen, vismessen en botermesjes, |
suikertangen en dergelijke artikelen | |
– – andere : | |
10 30 00 | – – – van xxxxxxxxx xxxxx |
– andere stellen: | |
20 10 00 | – – van xxxxxxxxx xxxxx |
20 90 00 | – – andere |
– – andere : | |
99 10 00 | – – – van xxxxxxxxx xxxxx |
99 90 00 | – – – andere |
8301 | Hangsloten, grendelsloten en andere sloten, die door middel van een sleutel, een |
letter- of cijfercombinatie of langs elektrische weg geopend en gesloten worden, van | |
onedel metaal; van een slot voorziene sluitingen en sluitbeugels, van onedel metaal; | |
sleutels voor bedoelde sloten, van onedel metaal: | |
20 00 00 | – sloten van de soort gebruikt voor automobielen |
8302 | Garnituren, beslag en dergelijke artikelen, van onedel metaal, voor meubelen, voor |
deuren, voor trappen, voor vensters, voor blinden, voor koetswerk, voor | |
zadelmakerswerk, voor koffers en valiezen en voor dergelijke werken; hoedhaken, | |
jashaken en dergelijke haken, kapstokken, plankdragers en dergelijke artikelen, van | |
onedel metaal; zwenkwielen met montuur van onedel metaal; automatische deur- | |
sluiters en deurdrangers van onedel metaal | |
8304 | Bergkastjes voor kantoorbescheiden, kaartenkasten, opberg- en sorteerdozen, kopij- |
standers (concepthouders), pennenbakjes, stempelhouders en dergelijk kantoor- | |
materieel, van onedel metaal, andere dan kantoormeubelen bedoeld bij post 9403 | |
8309 | Stoppen (kroonkurken, schroefstoppen en schenkkurken daaronder begrepen), |
flessencapsules, schroefsponnen, sponblikjes, plombeerblikjes en -loodjes en andere | |
benodigdheden voor verpakkingen, van onedel metaal: | |
10 00 00 | – kroonkurken |
8419 | Toestellen, apparaten en inrichtingen, ook indien elektrisch verhit, voor de behande- |
ling van stoffen volgens werkwijzen waarbij temperatuurverandering nodig is, zoals | |
verwarmen, koken, branden, roosten, distilleren, rectificeren, steriliseren, pasteurise- | |
ren, stomen, drogen, uitdampen, verdampen, condenseren of afkoelen, andere dan | |
toestellen en apparaten voor huishoudelijk gebruik; geisers (doorstroomtoestellen) en | |
andere heetwatertoestellen (voorraadtoestellen of boilers), niet elektrisch: | |
– droogtoestellen: | |
31 00 00 | – – voor landbouwproducten |
Tariefcode | Omschrijving |
32 00 00 | – – voor hout, papierstof, papier of karton |
39 00 00 | – – andere |
– – andere: | |
89 10 00 | – – – koelapparaten en -inrichtingen met circulatie van eigen water, waarbij de |
warmte-uitwisseling niet plaats vindt via een scheidingswand | |
8423 | Weegtoestellen en weeginrichtingen, tel- en controletoestellen waarvan de werking |
op weging berust daaronder begrepen, doch met uitzondering van precisiebalansen | |
met een gevoeligheid van 5 cg of beter; gewichten voor weegtoestellen van alle | |
soorten | |
– – met een weegvermogen van meer dan 30 doch niet meer dan 5 000 kg | |
82 10 00 | – – – gewichtssorteermachines en automatische controleweegtoestellen die het |
gewicht toetsen aan een standaardgewicht | |
82 90 00 | – – – andere |
– – andere: | |
89 10 00 | – – – xxxxxxxxxxx |
00 00 00 | – – – andere |
8460 | Machines voor het afbramen, slijpen, lappen, polijsten, afslijpen, honen of op andere |
wijze afwerken van metalen of van cermets, met behulp van slijpmiddelen (slijpste- | |
nen, slijpschijven, hoonstenen) of polijstschijven, andere dan de machines voor het | |
frezen, steken, schaven, slijpen of afwerken van tandwielen bedoeld bij post 8461 | |
8461 | Schaafbanken, sterke-armschaafbanken, steekbanken, trekfreesbanken, machines |
voor het frezen, steken, schaven, slijpen of afwerken van tandwielen, zaagmachines, | |
afsteekbanken en andere machines voor het verspanend bewerken van metaal of van | |
cermets, elders genoemd noch elders onder begrepen | |
8462 | Machines (persen daaronder begrepen) voor het smeden, het stampen of het |
hameren van metaal; machines (persen daaronder begrepen) voor het buigen, het | |
vouwen, het strekken, het vlakken, het afknippen, het ponsen of het inkepen van | |
metaal; persen voor het bewerken van metaal of van metaalcarbiden, andere dan de | |
hiervoor bedoelde machines | |
8463 | Andere gereedschapswerktuigen voor het niet-verspanend bewerken van metaal of |
van cermets | |
8464 | Gereedschapswerktuigen voor het bewerken van steen, van keramische producten, |
van beton, van asbestcement en van dergelijke minerale stoffen, alsmede voor het | |
koud bewerken van glas: | |
– slijp- en polijstmachines: | |
– – machines voor het bewerken van glas: | |
846420 19 00 | – – – andere |
846420 80 00 | – – andere |
846490 00 00 | – andere |
8474 | Machines en toestellen voor het sorteren, het ziften, het scheiden, het wassen, het |
breken, het malen, het mengen of het kneden van aarde, van steen, van ertsen of | |
van andere vaste minerale stoffen (poeders en pasta’s daaronder begrepen); | |
machines voor het persen, het vormen of het gieten van vaste minerale brandstoffen, | |
van keramische specie, van cement, van gips of van andere minerale stoffen in | |
poeder- of in pastavorm; machines voor het maken van gietvormen van zand | |
8477 | Machines en toestellen voor het bewerken van rubber of van kunststof of voor de |
vervaardiging van producten van deze stoffen, niet genoemd of niet begrepen onder | |
andere posten van dit hoofdstuk | |
8478 | Machines en toestellen voor het bewerken of het verwerken van tabak, niet |
genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk | |
0000 | Xxxxxxxxxx voor gieterijen; modelplaten voor gietvormen; modellen voor gietvor- |
men; gietvormen en andere vormen voor metalen (andere dan gietvormen voor | |
ingots), voor metaalcarbiden, voor glas, voor minerale stoffen, voor rubber of voor | |
kunststof |
Tariefcode | Omschrijving |
0000 | Xxxxxxxxxxxxxx (xxxxxxxxxxx en krukassen daaronder begrepen) en krukken; kussen- |
blokken en lagerschalen; getande overbrengingen en wrijvingswielen; kogellager- en | |
rollagerassen; tandwielkasten en andere overbrengingsmechanismen voor het | |
opvoeren, vertragen of anderszins aanpassen van de snelheid (koppelomvormers | |
daaronder begrepen); vliegwielen en riemschijven (takelblokken daaronder | |
begrepen); koppelingen en koppelingsorganen (beweeglijke koppelingen zoals car- | |
dankoppelingen daaronder begrepen): | |
– getande overbrengingen en wrijvingswielen, andere dan enkele tandwielen en | |
andere elementaire overbrengingsorganen; kogellager- en rollagerassen; versnellings- | |
bakken en andere overbrengingsmechanismen voor het opvoeren, vertragen of | |
anderszins aanpassen van de snelheid (koppelomvormers daaronder begrepen): | |
– – andere : | |
40 91 00 | – – – getande overbrengingen andere dan wrijvingswielen |
40 92 00 | – – – kogellager- en rollagerassen |
40 93 00 | – – – tandwielkasten en andere overbrengingsmechanismen voor het opvoeren, ver- |
tragen of anderszins aanpassen van de snelheid | |
40 98 00 | – – – andere |
8501 | Elektromotoren en elektrische generatoren, andere dan generatoraggregaten: |
– motoren met een vermogen van niet meer dan 37,5 W: | |
10 10 00 | – – synchroonmotoren met een vermogen van niet meer dan 18 W |
– – andere: | |
10 91 00 | – – – universele motoren |
10 93 00 | – – – wisselstroommotoren |
10 99 00 | – – – gelijkstroommotoren |
– andere eenfasewisselstroommotoren: | |
– – andere: | |
40 91 00 | – – – met een vermogen van niet meer dan 750 W |
8508 | Elektromechanisch handgereedschap met ingebouwde elektromotor |
8509 | Elektromechanische toestellen voor huishoudelijk gebruik, met ingebouwde elektro- |
motor | |
8512 | Elektrische verlichtingstoestellen en elektrische signaal- en waarschuwingstoestellen |
(andere dan de artikelen bedoeld bij post 8539), elektrische ruitenwissers en elektri- | |
sche toestellen om ijsafzetting op of om het beslaan van ruiten tegen te gaan, van | |
de soort gebruikt op rijwielen of op motorvoertuigen: | |
10 00 00 | – verlichtingstoestellen en toestellen voor het geven van zichtbare signalen, van de |
soort gebruikt op rijwielen | |
8515 | Elektrische machines, apparaten en toestellen (met elektrisch verhit gas werkende |
daaronder begrepen) en machines, apparaten en toestellen werkend met laserstralen | |
of met andere licht- of fotonenbundels, met ultrasone trillingen, met elektronen- | |
stralen, met magnetische impulsen of met plasmastraal, voor het solderen of voor | |
het lassen, ook indien geschikt voor het snijden; elektrische machines, apparaten en | |
toestellen voor het warm verspuiten van metaal of van cermets: | |
– machines, apparaten en toestellen voor het solderen : | |
11 00 00 | – – soldeerbouten en soldeerpistolen |
19 00 00 | – – andere |
– machines, apparaten en toestellen voor het weerstandlassen van metalen: | |
21 00 00 | – – automatische of halfautomatische |
29 00 00 | – – andere |
– machines, apparaten en toestellen werkend met lichtboog of met plasmastraal, | |
voor het lassen van metalen: | |
31 00 00 | – – automatische of halfautomatische |
– – andere: | |
39 10 00 | – – – met handbediening, met beklede elektroden, bestaande uit laskoppen of |
-tangen | |
39 90 00 | – – – andere |
– andere machines, apparaten en toestellen: |
Tariefcode | Omschrijving |
– – voor de metaalverwerkende industrie: | |
80 11 00 | – – – voor het lassen |
80 19 00 | – – – andere |
– – andere: | |
80 91 00 | – – – voor het weerstandlassen van kunststof |
80 99 00 | – – – andere |
8517 | Elektrische toestellen voor lijntelefonie en voor lijntelegrafie, lijntelefoontoestellen |
met draagbare draadloze hoorn en toestellen voor telecommunicatie met draaggolf | |
of voor digitale telecommunicatie daaronder begrepen; videofoontoestellen | |
8518 | Microfoons en statieven daarvoor; luidsprekers, ook indien gemonteerd in een |
klankkast; hoofdtelefoons en oortelefoons, ook indien gecombineerd met een micro- | |
foon; elektrische audiofrequentversterkers; elektrische geluidsversterkers | |
8519 | Platenspelers, elektrogrammofoons, cassettespelers en andere toestellen voor het |
weergeven van geluid, niet uitgerust voor het opnemen van geluid | |
8520 | Toestellen voor het opnemen van geluid op magneetbanden en andere toestellen |
voor het opnemen van geluid, ook indien uitgerust voor het weergeven van geluid | |
8521 | Video-opname- en videoweergaveapparaten, ook indien met ingebouwde videotuner |
8524 | Grammofoonplaten, banden en andere dragers voor het opnemen van geluid of voor |
dergelijke doeleinden, waarop is opgenomen, galvanische vormen en matrijzen voor | |
het maken van platen daaronder begrepen, andere dan de goederen bedoeld bij | |
hoofdstuk 37 | |
8527 | Ontvangtoestellen voor radiotelefonie, radiotelegrafie of radio-omroep, ook indien in |
dezelfde kast gecombineerd met een toestel voor het opnemen of het weergeven van | |
geluid of met een uurwerk | |
8528 | Ontvangtoestellen voor televisie, ook indien met ingebouwd ontvangtoestel voor |
radio-omroep of toestel voor het opnemen of het weergeven van geluid of van | |
beelden; videomonitors en videoprojectietoestellen | |
8716 | Aanhangwagens en opleggers; andere voertuigen zonder eigen beweegkracht; delen |
daarvan: | |
– aanhangwagens en opleggers van het caravan-type die als woonruimte worden | |
gebruikt of om te kamperen: | |
10 10 00 | – – vouwwagens en vouwcaravans |
10 90 00 | – – andere |
– aanhangwagens en opleggers voor landbouwdoeleinden, zelfladend of zelflossend | |
20 10 00 | – – stalmestverspreiders |
20 90 00 | – – andere . |
– – – andere: | |
– – – – nieuwe: | |
39 30 00 | – – – – – opleggers. |
– – – – – andere: | |
39 51 00 | – – – – – – eenassig |
39 59 00 | – – – – – – andere . |
39 80 00 | – – – – gebruikte |
40 00 00 | – andere aanhangwagens en opleggers |
80 00 00 | – andere voertuigen |
– delen: | |
90 10 00 | – – chassis |
90 30 00 | – – carrosserieën |
90 90 00 | – – andere delen |
9402 | Meubelen voor geneeskundig, voor chirurgisch, voor tandheelkundig of voor vee- |
artsenijkundig gebruik (bij voorbeeld operatietafels, onderzoektafels, verstelbare | |
bedden voor klinisch gebruik, tandartsstoelen); kappersstoelen en dergelijke stoelen, | |
met draai-, hef- en verstelinrichting; delen van voornoemde artikelen: | |
90 00 00 | andere |
Tariefcode | Omschrijving |
9404 | Springbakken, spiraalmatrassen en dergelijke in een lijst of in een raam gevatte |
matrassen; artikelen voor bedden en dergelijke (bij voorbeeld matrassen, dekbedden, | |
gewatteerde dekens, kussens, poefs, peluws), met binnenvering of opgevuld met | |
ongeacht welk materiaal, dan wel van rubber of van kunststof, met celstructuur, ook | |
indien overtrokken: | |
10 00 00 | – springbakken, spiraalmatrassen en dergelijke in een lijst of in een raam gevatte |
matrassen | |
– – van andere stoffen: | |
29 10 00 | – – – met metalen binnenvering |
29 90 00 | – – – andere |
– slaapzakken: | |
30 10 00 | – – gevuld met veren of dons |
30 90 00 | – – andere |
– andere: | |
90 10 00 | – – gevuld met veren of dons |
90 90 00 | – – andere |
Bijlage II
Invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van gevoelige industrieproducten van oorsprong uit de Gemeenschap
(als bedoeld in artikel 18, lid 3)
De douanerechten bij invoer in de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië van de in deze bijlage vermelde goederen van oor- sprong uit de Gemeenschap worden volgens onderstaand tijdschema geleidelijk verminderd: – op 1 januari van het derde jaar na de inwer- kingtreding van de overeenkomst wordt elk recht verminderd tot 80% van het basisrecht; – op 1 januari van het vijfde jaar na de inwerking- treding van de overeenkomst wordt elk recht verminderd tot 70% van het basisrecht; – op 1 januari van het zesde jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst wordt elk recht verminderd tot 60% van het basis- recht; – op 1 januari van het zevende jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst wordt elk recht verminderd tot 50% van het basisrecht;
– op 1 januari van het achtste jaar na de inwerkingtreding van de over- eenkomst wordt elk recht verminderd tot 40% van het basisrecht; – op 1 januari van het negende jaar na de inwerkingtreding van de overeen- komst wordt elk recht verminderd tot 20% van het basisrecht; – op 1 januari van het tiende jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst worden de resterende rechten afgeschaft.
Tariefcode | Omschrijving |
2515 | Marmer, travertijn, ecaussine en andere kalksteen voor de steenhouwerij of voor het |
bouwbedrijf, met een schijnbare dichtheid van 2,5 of meer, en albast, ook indien | |
enkel kantrecht behouwen dan wel in blokken of in platen van vierkante of recht- | |
hoekige vorm, verkregen door zagen, door splijten of op dergelijke wijze | |
2516 | Graniet, porfier, basalt, zandsteen en andere natuursteen voor de steenhouwerij of |
voor het bouwbedrijf, ook indien enkel kantrecht behouwen dan wel in blokken of | |
in platen van vierkante of rechthoekige vorm, verkregen door zagen, door splijten of | |
op dergelijke wijze | |
2710 | Aardolie en olie uit bitumineuze mineralen, andere dan ruwe; preparaten die 70 of |
meer gewichtspercenten aardolie of olie uit bitumineuze mineralen bevatten en | |
waarvan het karakter door deze olie wordt bepaald, elders genoemd noch elders | |
onder begrepen | |
2711 | Aardgas en andere gasvormige koolwaterstoffen |
3004 | Geneesmiddelen (andere dan producten bedoeld bij de posten 3002, 3005 en 3006), |
bestaande uit al dan niet vermengde producten voor therapeutisch of profylactisch | |
gebruik, in afgemeten hoeveelheden, dan wel opgemaakt voor de verkoop in het | |
klein: | |
– bevattende andere antibiotica: | |
20 10 00 | – – opgemaakt voor de verkoop in het klein |
- bevattende hormonen of andere producten bedoeld bij post 2937, doch geen anti- | |
biotica: | |
– – bevattende insuline: | |
31 10 00 | – – – opgemaakt voor de verkoop in het klein |
– – bevattende hormonen uit de bijnierschors: | |
32 10 00 | – – – opgemaakt voor de verkoop in het klein |
– – andere: | |
39 10 00 | – – – opgemaakt voor de verkoop in het klein |
- bevattende alkaloïden of derivaten daarvan, doch geen hormonen of andere pro- | |
ducten bedoeld bij post 2937, noch antibiotica: | |
40 10 00 | – – opgemaakt voor de verkoop in het klein |
- andere geneesmiddelen, bevattende vitaminen of andere producten bedoeld bij post | |
2936: | |
50 10 00 | – – opgemaakt voor de verkoop in het klein |
- andere: | |
– – opgemaakt voor de verkoop in het klein | |
90 11 00 | – – – bevattende jood (jodium) of joodverbindingen (jodiumverbindingen) |
90 19 00 | – – – andere |
– – andere: | |
90 91 00 | – – – bevattende jood (jodium) of joodverbindingen (jodiumverbindingen) |
90 99 00 | – – – andere |
3005 | Watten, gaas, verband en dergelijke artikelen (bij voorbeeld zwachtels, pleisters, |
mosterdpleisters), geïmpregneerd of bedekt met farmaceutische zelfstandigheden of | |
opgemaakt voor de verkoop in het klein voor geneeskundige, chirurgische, tandheel- | |
kundige of veeartsenijkundige doeleinden | |
3205 | Verflakken; preparaten bedoeld bij aantekening 3 op dit hoofdstuk, op basis van |
verflakken | |
3208 | Verf en vernis op basis van synthetische polymeren of gewijzigde natuurlijke poly- |
meren, gedispergeerd of opgelost in een niet-waterig medium; oplossingen bedoeld | |
bij aantekening 4 op dit hoofdstuk | |
3209 | Verf en vernis op basis van synthetische polymeren of gewijzigde natuurlijke poly- |
meren, gedispergeerd of opgelost in een waterig medium | |
3210 | Andere verf en vernis; bereide waterverfpigmenten van de soort gebruikt voor het |
afwerken van leder (lederverven) |
Tariefcode | Omschrijving |
3401 | Zeep; als zeep te gebruiken organische tensioactieve producten en organische tensio- |
actieve bereidingen, in de vorm van staven, broden, gestempelde stukken of gestem- | |
pelde fantasievormen, ook indien zeep bevattend; papier, watten, vilt en gebonden | |
textielvlies, geïmpregneerd of bedekt met zeep of met detergentia | |
3402 | Organische tensioactieve producten (andere dan zeep); tensioactieve bereidingen, |
wasmiddelen (hulppreparaten voor het wassen daaronder begrepen) en reinigings- | |
middelen, ook indien zeep bevattend, andere dan die bedoeld bij post 3401: | |
– bereidingen opgemaakt voor de verkoop in het klein: | |
20 10 00 | – – tensioactieve bereidingen |
20 90 00 | – – was- en reinigingsmiddelen |
-andere: | |
90 10 00 | -- tensioactieve bereidingen |
90 90 00 | -- was- en reinigingsmiddelen |
3904 | Polymeren van vinylchloride of van andere halogeenolefinen, in primaire vormen: |
10 00 00 | – polyvinylchloride, niet gemengd met andere zelfstandigheden |
– andere polyvinylchloride: | |
21 00 00 | – – geen weekmakers bevattend |
22 00 00 | – – weekmakers bevattend |
40 00 00 | – andere copolymeren van vinylchloride |
50 00 00 | – polymeren van vinylideenchloride |
– fluorhoudende polymeren: | |
61 00 00 | – – polytetrafluorethyleen |
69 00 00 | – – andere |
90 00 00 | – andere |
0000 | Xxxxxx, slangen en hulpstukken daarvoor (bij voorbeeld verbindingsstukken, moffen, |
ellebogen, flenzen), van kunststof | |
3920 | Andere platen, vellen, foliën, stroken en strippen, van kunststof zonder celstructuur, |
niet versterkt, gelaagd of op dergelijke wijze gecombineerd met andere stoffen, niet | |
op een drager | |
3922 | Badkuipen, douchebakken, wasbakken, bidets, closetpotten, -brillen en -deksels, |
stortbakken en dergelijke sanitaire artikelen, van kunststof | |
4012 | Gebruikte of van een nieuw loopvlak voorziene luchtbanden van rubber; massieve |
of halfmassieve banden, verwisselbare loopvlakken voor banden en velglinten, van | |
rubber: | |
– van een nieuw loopvlak voorziene luchtbanden: | |
10 90 00 | – – andere |
– gebruikte luchtbanden: | |
20 90 00 | – – andere |
90 00 00 | – andere |
4202 | Reiskoffers en valiezen, koffers voor toiletbenodigdheden, documentenkoffertjes, |
aktetassen, school- en boekentassen, etuis, foedralen en kokers voor kijkers, voor | |
camera’s, voor wapens, voor muziekinstrumenten of voor brillen, alsmede dergelijke | |
bergingsmiddelen; reiszakken, toiletzakken, rugzakken, handtassen, | |
boodschappentassen, portefeuilles, portemonnaies, kaartentassen, sigarettenkokers, | |
tabakszakken, gereedschapstassen en -zakken, tassen, etuis, foedralen en kokers | |
voor sportartikelen, etuis, foedralen en kokers voor flacons, juwelendoosjes, poeder- | |
dozen, etuis, foedralen en kokers voor messenmakerswerk, alsmede dergelijke | |
bergingsmiddelen, van leder, van kunstleder, van kunststof in vellen, van textiel, van | |
vulkanfiber of van karton, of geheel of voor het grootste deel bekleed met deze | |
stoffen of met papier | |
4203 | Kleding en kledingtoebehoren, van leder of van kunstleder |
4205 | Andere werken van leder of van kunstleder |
4304 | Namaakbont en artikelen van namaakbont |
4418 | Schrijn- en timmerwerk voor bouwwerken, daaronder begrepen panelen met cellen- |
structuur, panelen voor parketvloeren en dakspanen (,,shingles’’ en ,,shakes’’), van | |
hout |
Tariefcode | Omschrijving |
4808 | Papier en karton, gegolfd (ook indien daarop papier of karton in vlakke bladen is |
gelijmd), gecrept, geplisseerd, gegaufreerd (voorzien van inpersingen), gegreineerd | |
of geperforeerd, op rollen of in bladen, ander dan papier van de soort beschreven in | |
post 4803: | |
10 00 00 | – gegolfd papier en gegolfd karton, ook indien geperforeerd |
30 00 00 | – ander kraftpapier, gecrept of geplisseerd, ook indien gegaufreerd, gegreineerd of |
geperforeerd | |
90 00 00 | – andere |
4810 | Papier en karton, aan een of aan beide zijden gestreken met kaolien of met andere |
anorganische stoffen, ook indien met bindmiddel, doch met uitzondering van elke | |
andere deklaag, ook indien aan het oppervlak gekleurd of versierd, dan wel bedrukt, | |
op rollen of in bladen: | |
– papier en karton, van de soort gebruikt om te worden beschreven of bedrukt of | |
voor andere grafische doeleinden, bevattende geen of niet meer dan 10 gewichtsper- | |
centen langs mechanische weg verkregen vezels (berekend over de totale vezel- | |
massa): | |
– ander papier en karton: | |
– – multiplexpapier en -karton: | |
91 10 00 | – – – waarvan alle lagen zijn gebleekt |
91 30 00 | – – – waarvan slechts één buitenste |
91 90 00 | – – – andere |
4818 | Papier van de soort gebruikt voor toiletpapier en voor dergelijk papier, cellulose- |
watten of vliezen van cellulosevezels, van de soort gebruikt voor huishoudelijke of | |
sanitaire doeleinden, op rollen met een breedte van niet meer dan 36 cm of in op | |
maat gesneden bladen; zakdoeken, toiletdoekjes, handdoeken, tafellakens, servetten, | |
luiers, maandverbanden en tampons, beddenlakens en dergelijke artikelen voor | |
toiletgebruik of voor huishoudelijk, hygiënisch of klinisch gebruik, kleding en | |
kledingtoebehoren, van papierstof, van papier, van cellulosewatten of van cellulose- | |
vezels | |
4819 | Dozen, zakken, hoezen en andere verpakkingsmiddelen van papier, van karton, van |
cellulosewatten of van vliezen van cellulosevezels; kartonnagewerk voor kantoor- | |
gebruik, voor winkelgebruik en voor dergelijk gebruik: | |
10 00 00 | – dozen van gegolfd papier of van gegolfd karton |
30 00 00 | – zakken met een bodembreedte van 40 cm of meer |
40 00 00 | – andere zakken, puntzakken daaronder begrepen |
50 00 00 | – andere verpakkingsmiddelen, hoezen voor grammofoonplaten daaronder begrepen |
60 00 00 | – kartonnagewerk voor kantoorgebruik, voor winkelgebruik en voor dergelijk |
gebruik | |
4823 | Ander papier en karton, alsmede andere cellulosewatten en vliezen van cellulose- |
vezels, op maat gesneden; andere werken van papierstof, van papier, van karton, | |
van cellulosewatten of van vliezen van cellulosevezels: | |
– presenteerbladen, schalen, borden, kopjes, bekers en dergelijke artikelen, van | |
papier of van karton: | |
60 10 00 | – – presenteerbladen, schalen en borden |
60 90 00 | – – andere |
– werken van papierstof, gevormd of geperst: | |
70 10 00 | – – gevormde platen en gevormde dozen, voor het verpakken van eieren |
70 90 00 | – – andere |
6402 | Xxxxx xxxxxxxxx met buitenzool en bovendeel van rubber of van kunststof |
0000 | Xxxxxxxxx met buitenzool van rubber, van kunststof, van leder of van kunstleder en |
met bovendeel van leder | |
6404 | Xxxxxxxxx, met buitenzool van rubber, van kunststof, van leder of van kunstleder en |
met bovendeel van textiel | |
6405 | Xxxxx xxxxxxxxx |
Tariefcode | Omschrijving |
6406 | Delen van schoeisel (daaronder begrepen bovendelen, al dan niet voorzien van |
zolen, andere dan buitenzolen); inlegzolen, hielkussens en dergelijke artikelen; slob- | |
kousen, beenkappen en dergelijke artikelen, alsmede delen daarvan | |
0000 | Xxxxxx, pijpen en holle profielen, van gietijzer |
7304 | Buizen, pijpen en holle profielen, naadloos, van ijzer of van staal |
7305 | Andere buizen en pijpen (bij voorbeeld gelast, geklonken, genageld, gefelst), met |
een rond profiel en met een uitwendige diameter van meer dan 406,4 mm, van ijzer | |
of van staal | |
7306 | Andere buizen, pijpen en holle profielen (bij voorbeeld gelast, geklonken, genageld, |
gefelst of met enkel tegen elkaar liggende randen), van ijzer of van staal | |
7308 | Constructiewerken en delen van constructiewerken (bij voorbeeld bruggen, brug- |
delen, sluisdeuren, vakwerkmasten en andere masten, pijlers, kolommen, kapcon- | |
structies, deuren en ramen, alsmede kozijnen daarvoor, drempels, luiken, balustra- | |
des), van gietijzer, van ijzer of van staal, andere dan de geprefabriceerde | |
bouwwerken bedoeld bij post 9406; platen, staven, profielen, buizen en dergelijke, | |
van gietijzer, van ijzer of van staal, gereedgemaakt voor gebruik in constructie- | |
werken | |
7309 | Reservoirs, voeders, kuipen en dergelijke bergingsmiddelen, voor ongeacht welke |
goederen (andere dan voor gecomprimeerd of vloeibaar gemaakt gas), van gietijzer, | |
van ijzer of van staal, met een inhoudsruimte van meer dan 300 l, niet voorzien van | |
een mechanische inrichting of van een inrichting om te koelen of te warmen, ook | |
indien inwendig bekleed of voorzien van een warmte-isolerende bekleding | |
7310 | Reservoirs, fusten, trommels, bussen, blikken en dergelijke bergingsmiddelen, voor |
ongeacht welke goederen (andere dan voor gecomprimeerd of vloeibaar gemaakt | |
gas), van gietijzer, van ijzer of van staal, met een inhoudsruimte van niet meer dan | |
300 l, niet voorzien van een mechanische inrichting of van een inrichting om te | |
koelen of te warmen, ook indien inwendig bekleed of voorzien van een warmte- | |
isolerende bekleding: | |
10 00 00 | – met een inhoudsruimte van 50 l of meer |
– met een inhoudsruimte van minder dan 50 l: | |
– – – andere, met een wanddikte: | |
21 91 00 | – – – – van minder dan 0,5 mm |
21 99 00 | – – – – van 0,5 mm of meer |
– – andere: | |
29 10 00 | – – – met een wanddikte van minder dan 0,5 mm |
29 90 00 | – – – met een wanddikte van 0,5 mm of meer |
7317 | Draadnagels, spijkers, punaises, aangepunte krammen, gegolfde krambanden en der- |
gelijke artikelen, van gietijzer, van ijzer of van staal, ook indien met een kop van | |
andere stoffen, doch met uitzondering van die met een koperen kop | |
7318 | Schroeven, bouten, moeren, kraagschroeven, schroefhaken, massieve klinknagels en |
klinkbouten, splitpennen en splitbouten, stelpennen en stelbouten, spieën, sluitringen | |
(veerringen en andere verende sluitringen daaronder begrepen) en dergelijke artike- | |
len, van gietijzer, van ijzer of van staal | |
7320 | Veren en veerbladen, van ijzer of van staal |
7321 | Kachels, kookketels met vuurhaard, keukenfornuizen (die, welke mede dienen voor |
centrale verwarming daaronder begrepen), barbecues, vuurpotten, gaskookplaten, | |
bordenwarmers en dergelijke niet-elektrische toestellen voor huishoudelijk gebruik, | |
alsmede delen daarvan, van gietijzer, van ijzer of van staal | |
7323 | Keukengerei en huishoudelijke artikelen, alsmede delen daarvan, van gietijzer, van |
ijzer of van staal; ijzerwol en staalwol; sponsen, schuurlappen, schuurhandjes en | |
dergelijke artikelen voor het schuren, voor het polijsten of voor dergelijke doelein- | |
den, van ijzer of van staal: | |
– – van xxxxxxxxx xxxxx: | |
93 10 00 | – – – tafelgerei |
93 90 00 | – – – andere |
– – van ijzer of van staal, geëmailleerd: |
Tariefcode | Omschrijving |
94 10 00 | – – – tafelgerei |
94 90 00 | – – – andere |
– – andere: | |
99 10 00 | – – – tafelgerei |
– – – andere: | |
99 91 00 | – – – – gevernist of geverfd |
99 99 00 | – – – – andere |
7325 | Andere gegoten werken van ijzer of van staal: |
10 00 00 | – van niet-smeedbaar gietijzer |
– – andere: | |
– – – andere: | |
99 10 00 | – – – van smeedbaar gietijzer |
99 99 00 | – – – – andere |
0000 | Xxxxxx en profielen, van aluminium |
0000 | Xxxxxx en pijpen, van aluminium |
7610 | Constructiewerken en delen van constructiewerken (bij voorbeeld bruggen, brug- |
delen, torens, vakwerkmasten en andere masten, pijlers, kolommen, kapconstructies, | |
deuren en ramen, alsmede kozijnen daarvoor, drempels, luiken, balustrades), van | |
aluminium, andere dan de geprefabriceerde bouwwerken bedoeld bij post 9406; | |
platen, staven, profielen, buizen en dergelijke, van aluminium, gereedgemaakt voor | |
gebruik in constructiewerken | |
7611 | Reservoirs, voeders, kuipen en dergelijke bergingsmiddelen, voor ongeacht welke |
goederen (andere dan voor gecomprimeerd of vloeibaar gemaakt gas), van alumi- | |
nium, met een inhoudsruimte van meer dan 300 l, niet voorzien van een mechani- | |
sche inrichting of van een inrichting om te koelen of te warmen, ook indien | |
inwendig bekleed of voorzien van een warmte-isolerende bekleding | |
7612 | Reservoirs, fusten, trommels, bussen, blikken en dergelijke bergingsmiddelen |
(buisjes en tubes daaronder begrepen), voor ongeacht welke goederen (andere dan | |
voor gecomprimeerd of vloeibaar gemaakt gas), van aluminium, met een inhouds- | |
ruimte van niet meer dan 300 l, niet voorzien van een mechanische inrichting of | |
van een inrichting om te koelen of te warmen, ook indien inwendig bekleed of | |
voorzien van een warmte-isolerende bekleding | |
8303 | Brandkasten, gepantserde deuren en safeloketten voor kluizen, geldkistjes en |
-cassetten en dergelijke artikelen, van onedel metaal | |
8402 | Stoomketels (stoomgeneratoren), andere dan ketels voor centrale verwarming die |
zowel heet water als lagedrukstoom kunnen produceren; ketels voor oververhit | |
water | |
8403 | Ketels voor centrale verwarming, andere dan die bedoeld bij post 8402 |
8404 | Hulptoestellen voor ketels bedoeld bij post 8402 of 8403 (bij voorbeeld economisers |
of voorwarmers, oververhitters, roetblazers, terugvoerinrichtingen voor vliegas); | |
condensors voor stoommachines | |
8413 | Pompen voor vloeistoffen, ook indien voorzien van een meettoestel; elevatoren voor |
vloeistoffen | |
8414 | Luchtpompen, vacuümpompen, compressoren voor lucht of voor andere gassen, |
alsmede ventilatoren; damp- of wasemafzuigkappen met ingebouwde ventilator, ook | |
indien met filter | |
8418 | Koelkasten, vrieskasten en andere machines, apparaten en toestellen voor de koel- |
techniek, al dan niet elektrisch werkend; warmtepompen, andere dan | |
klimaatregelingstoestellen bedoeld bij post 8415: | |
– koelkast-vrieskastcombinaties, voorzien van afzonderlijke buitendeuren: | |
– – andere: | |
– – – met een capaciteit van meer dan 340 l: | |
10 91 10 | – – – – nieuwe |
10 91 90 | – – – – gebruikte |
– – – andere: | |
10 99 10 | – – – – nieuwe |
Tariefcode | Omschrijving |
10 99 90 | – – – – gebruikte |
– koelkasten voor huishoudelijk gebruik: | |
– – met compressiekoelmachine: | |
– – – met een capaciteit van meer dan 340 l: | |
21 10 10 | – – – – nieuwe |
21 10 90 | – – – – gebruikte |
– – – andere: | |
– – – – tafelmodel: | |
21 51 10 | – – – – – nieuwe |
21 51 90 | – – – – – gebruikte |
– – – – om te worden ingebouwd: | |
21 59 10 | – – – – – nieuwe |
21 59 90 | – – – – – gebruikte |
– – – – andere, met een capaciteit: | |
– – – – – van niet meer dan 250 l: | |
21 91 10 | – – – – – – nieuwe |
21 91 90 | – – – – – – gebruikte |
– – – – – van meer dan 250 doch niet meer dan 340 l: | |
21 99 10 | – – – – – – nieuwe |
21 99 90 | – – – – – – gebruikte |
– – met absorptiekoelmachine, elektrisch: | |
22 00 10 | – – – nieuwe |
22 00 90 | – – – gebruikte |
– – andere: | |
29 00 10 | – – – nieuwe |
29 00 90 | – – – gebruikte |
– vrieskisten met een capaciteit van niet meer dan 800 l: | |
– – andere: | |
– – – met een capaciteit van niet meer dan 400 l: | |
30 91 10 | – – – – nieuwe |
30 91 90 | – – – – gebruikte |
– – – met een capaciteit van meer dan 400 doch niet meer dan 800 l: | |
30 99 10 | – – – – nieuwe |
30 99 90 | – – – – gebruikte |
– vrieskasten met een capaciteit van niet meer dan 900 l: | |
– – andere: | |
– – – met een capaciteit van niet meer dan 250 l: | |
40 91 10 | – – – – nieuwe |
40 91 90 | – – – – gebruikte |
– – – met een capaciteit van meer dan 250 doch niet meer dan 900 l: | |
40 99 10 | – – – – nieuwe |
40 99 90 | – – – – gebruikte |
– andere kisten, kasten, vitrines, toonbanken en dergelijke koel- of vriesmeubelen: | |
– – koelvitrines en koeltoonbanken, met ingebouwde koelgroep of verdamper: | |
– – – voor diepvriesproducten: | |
50 11 10 | – – – – nieuwe |
50 11 90 | – – – – gebruikte |
– – – andere: | |
50 19 10 | – – – – nieuwe |
50 19 90 | – – – – gebruikte |
– – andere koelmeubelen: | |
50 90 10 | – – – – nieuwe |
50 90 90 | – – – – gebruikte |
– delen: | |
91 00 00 | – – meubelen ingericht om van een koeltechnische inrichting te worden voorzien |
Tariefcode | Omschrijving |
8457 | Bewerkingscentra, enkel-stationsbewerkingsmachines en meervoudige transfer- |
bewerkingsmachines, voor de bewerking van metalen | |
8458 | Draaibanken (draaicentra daaronder begrepen) voor het verspanend bewerken van |
metaal | |
8459 | Machines (bewerkingseenheden op slede daaronder begrepen) voor het boren, |
ruimen, frezen, draadsnijden of draadtappen in metaal, waarbij metaal wordt wegge- | |
nomen, andere dan de draaibanken (draaicentra daaronder begrepen) bedoeld bij | |
post 8458 | |
8504 | Elektrische transformatoren, statische omvormers (bij voorbeeld gelijkrichters), |
smoorspoelen en zelfinductiespoelen | |
8507 | Elektrische accumulatoren, alsmede scheiplaten daarvoor, ook indien in vierkante of |
rechthoekige vorm: | |
– loodaccumulatoren van de soort gebruikt voor het starten van zuigermotoren: | |
– – andere: | |
– – – wegende niet meer dan 5 kg: | |
10 81 00 | – – – – werkend met vloeibare elektrolyt |
10 89 00 | – – – – andere |
8516 | Elektrische geisers en andere elektrische heetwatertoestellen en elektrische dompe- |
laars; elektrische toestellen voor verwarming van woonruimten, voor bodem- | |
verwarming of voor dergelijk gebruik; elektrothermische toestellen voor haar- | |
behandeling (bij voorbeeld haardroogtoestellen, haargolftoestellen, | |
verwarmingsapparaten voor friseerijzers) of voor het drogen van de handen; elektri- | |
sche strijkijzers; andere elektrothermische toestellen voor huishoudelijk gebruik; ver- | |
warmingselementen (verwarmingsweerstanden) andere dan die bedoeld bij post | |
8545 | |
8529 | Delen waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd |
zijn voor de toestellen bedoeld bij de posten 8525 tot en met 8528 | |
8534 | Gedrukte schakelingen. |
8535 | Toestellen voor het inschakelen, uitschakelen, omschakelen, aansluiten of verdelen |
van of voor het beveiligen tegen elektrische stroom (bij voorbeeld schakelaars, | |
zekeringen, bliksemafleiders, overspanningsveiligheden, golfafvlakkers, contactdozen | |
en contactstoppen (stekkers), aansluitdozen en -kasten), voor een spanning van meer | |
dan 1 000 V | |
8536 | Toestellen voor het inschakelen, uitschakelen, omschakelen, aansluiten of verdelen |
van of voor het beveiligen tegen elektrische stroom (bij voorbeeld schakelaars, | |
relais, zekeringen, golfafvlakkers, contactdozen en contactstoppen (stekkers), lamp- | |
en buishouders, aansluitdozen en -kasten), voor een spanning van niet meer dan 1 | |
000 V: | |
– smeltveiligheden: | |
10 10 00 | – – voor een stroomsterkte van niet meer dan 10 A |
10 50 00 | – – voor een stroomsterkte van meer dan 10 A doch niet meer dan 63 A |
10 90 00 | – – voor een stroomsterkte van meer dan 63 A |
– vermogensschakelaars: | |
20 10 00 | – – voor een stroomsterkte van niet meer dan 63 A |
20 90 00 | – – voor een stroomsterkte van meer dan 63 A |
– andere toestellen, voor het beveiligen tegen elektrische stroom: | |
30 10 00 | – – voor een stroomsterkte van niet meer dan 16 A |
30 30 00 | – – voor een stroomsterkte van meer dan 16 A doch niet meer dan 125 A |
30 90 00 | – – voor een stroomsterkte van meer dan 125 A |
– relais: | |
– – voor een spanning van niet meer dan 60 V: | |
41 10 00 | – – – voor een stroomsterkte van niet meer dan 2 A |
41 90 00 | – – – voor een stroomsterkte van meer dan 2 A |
49 00 00 | – – andere |
– andere schakelaars: | |
– – voor een spanning van niet meer dan 60 V: |
Tariefcode | Omschrijving |
50 11 00 | – – – drukknopschakelaars |
50 15 00 | – – – draaischakelaars |
50 19 00 | – – – andere |
– – andere: | |
50 90 10 | – – – starters voor fluorescentielampen |
50 90 90 | – – – andere |
– lamp- en buishouders, contactdozen en contactstoppen (stekkers): | |
– – andere: | |
69 10 00 | – – – voor coaxiale kabels |
69 30 00 | – – – voor gedrukte schakelingen |
69 90 00 | – – – andere |
– andere toestellen: | |
90 01 00 | – – geprefabriceerde elementen voor elektrische stroomleidingen |
90 10 00 | – – aansluittoestellen en contactverbindingen voor draad en kabels |
90 85 00 | – – andere |
8537 | Borden, panelen, kasten en dergelijke, voorzien van twee of meer toestellen bedoeld |
bij post 8535 of 8536, voor elektrische bediening of voor het verdelen van elektri- | |
sche stroom, ook indien voorzien van instrumenten of toestellen bedoeld bij hoofd- | |
stuk 90, alsmede toestellen voor numerieke besturing, andere dan de schakel- | |
apparaten bedoeld bij post 8517 | |
8538 | Delen waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd |
zijn voor de toestellen bedoeld bij post 8535, 8536 of 8537 | |
8539 | Elektrische gloeilampen en -buizen en elektrische gasontladingslampen en -buizen, |
,,sealed beam’’-lampen en lampen en buizen voor ultraviolette of voor infrarode | |
stralen daaronder begrepen; booglampen: | |
– andere gloeilampen en -buizen, met uitzondering van lampen en buizen voor | |
ultraviolette of voor infrarode stralen: | |
– – halogeenlampen met gloeidraad van wolfraam: | |
21 30 00 | – – – van de soort gebruikt voor motorrijwielen en voor andere motorvoertuigen |
– – – andere, voor een spanning: | |
21 92 00 | – – – – van meer dan 100 V |
21 98 00 | – – – – van niet meer dan 100 V |
– – andere, met een vermogen van niet meer dan 200 W en voor een spanning van | |
meer dan 100 V: | |
22 10 00 | – – – reflectorlampen |
22 90 00 | – – – andere |
29 30 00 | – – andere |
– – – van de soort gebruikt voor motorrijwielen en voor andere motorvoertuigen | |
– – – andere, voor een spanning: | |
29 92 00 | – – – – van meer dan 100 V |
29 98 00 | – – – – van niet meer dan 100 V |
– gasontladingslampen en -buizen, andere dan lampen en buizen voor ultraviolette | |
stralen: | |
– – kwik- of natriumdamplampen; metaalhalogeenlampen: | |
32 10 00 | – – – kwikdamplampen |
8544 | Draad, kabels (coaxiale kabels daaronder begrepen) en andere geleiders van elektri- |
citeit, geïsoleerd (ook indien gevernist of gelakt – zogenaamd emaildraad – of | |
anodisch geoxideerd), ook indien voorzien van verbindingsstukken; optische vezel- | |
kabel bestaande uit individueel omhulde vezels, ook indien elektrische geleiders | |
bevattend of voorzien van verbindingsstukken | |
8607 | Delen van rollend spoor- en tramwegmaterieel: |
– remmen en delen daarvan: | |
– – luchtdrukremmen en delen daarvan: | |
21 10 00 | – – – van gietijzer of van gegoten staal |
21 90 00 | – – – andere |
– – andere: |
Tariefcode | Omschrijving |
29 10 00 | – – – van gietijzer of van gegoten staal |
29 90 00 | – – – andere. |
8702 | Automobielen voor het vervoer van tien of meer personen, de bestuurder daaronder |
begrepen | |
8703 | Automobielen en andere motorvoertuigen hoofdzakelijk ontworpen voor personen- |
vervoer (andere dan die bedoeld bij post 8702), motorvoertuigen van het type | |
,,station-wagon’’ of ,,break’’ en racewagens daaronder begrepen | |
8704 | Automobielen voor goederenvervoer |
8706 | Chassis met motor, voor motorvoertuigen bedoeld bij de posten 8701 tot en met |
8705 | |
8707 | Carrosserieën voor motorvoertuigen bedoeld bij de posten 8701 tot en met 8705, |
cabines daaronder begrepen | |
8708 | Delen en toebehoren van motorvoertuigen bedoeld bij de posten 8701 tot en met |
8705: | |
– bumpers en delen daarvan: | |
10 00 90 | – -andere |
– andere delen en toebehoren van carrosserieën (cabines daaronder begrepen) | |
– – veiligheidsgordels: | |
21 00 90 | – – – andere |
– – andere | |
29 00 90 | – – – andere |
– remmen en servoremmen, alsmede delen daarvan: | |
– – gemonteerde remvoeringen: | |
31 00 90 | – – – andere |
– – andere: | |
39 00 90 | – – – andere |
– schokdempers: | |
80 00 90 | – – andere |
– – koppelingen en delen daarvan: | |
93 00 90 | – – – andere |
– – andere | |
99 00 90 | – – – andere |
0000 | Xxxxxxxxxxxxxx en rijwielen met hulpmotor, ook indien met zijspan; zijspanwagens |
87 12 00 | Rijwielen (bakfietsen daaronder begrepen), zonder motor |
9401 | Stoelen, banken en andere zitmeubelen (andere dan die bedoeld bij post 9402), ook |
indien zij tot bed kunnen worden omgevormd, alsmede delen daarvan: | |
– zitmeubelen van de soort gebruikt in luchtvaartuigen: | |
10 90 00 | – – andere |
20 00 00 | – zitmeubelen van de soort gebruikt in automobielen |
– draaistoelen, in de hoogte verstelbaar: | |
30 10 00 | – – opgevuld, met rugleuning en voorzien van wielen of glijders |
30 90 00 | – – andere |
40 00 00 | – zitmeubelen, andere dan tuin- of campingmeubelen, die tot bed kunnen worden |
omgevormd | |
50 00 00 | – zitmeubelen van teen, van rotting, van bamboe of van dergelijke stoffen |
– andere zitmeubelen, met onderstel van hout: | |
61 00 00 | – – opgevuld |
69 00 00 | – – andere |
– andere zitmeubelen, met onderstel van metaal: | |
71 00 00 | – – opgevuld |
79 00 00 | – – andere |
80 00 00 | – andere zitmeubelen |
– delen: | |
– – andere: | |
90 30 00 | – – – van hout |
90 80 00 | – – – andere |
Tariefcode | Omschrijving |
9403 | Andere meubelen en delen daarvan: |
– meubelen van metaal, van de soort gebruikt in kantoren: | |
10 10 00 | – – tekentafels (andere dan die bedoeld bij post 9017) |
– – andere: | |
– – – met een hoogte van niet meer dan 80 cm: | |
10 51 00 | – – – – bureaus |
10 59 00 | – – – – andere |
– – – met een hoogte van meer dan 80 cm: | |
10 91 00 | – – – – kasten met deuren, met rolluiken of met kleppen |
10 93 00 | – – – – kasten met laden en kaartkasten |
10 99 00 | – – – – andere |
– andere meubelen van metaal: | |
– – andere: | |
20 91 00 | – – – bedden |
20 99 00 | – – – andere |
– meubelen van hout, van de soort gebruikt in kantoren: | |
– – met een hoogte van niet meer dan 80 cm: | |
30 11 00 | – – – bureaus |
30 19 00 | – – – andere |
– – met een hoogte van meer dan 80 cm: | |
30 91 00 | – – – kasten met deuren, met rolluiken of met kleppen; |
kasten met laden en kaartkasten | |
30 99 00 | – – – andere |
– meubelen van hout, van de soort gebruikt in keukens | |
40 10 00 | – – elementen voor aanbouwkeukens |
40 90 00 | – – andere |
50 00 00 | – meubelen van hout, van de soort gebruikt in slaapkamers |
– andere meubelen van hout: | |
60 10 00 | – – meubelen van hout, van de soort gebruikt in zit- en eetkamers |
60 30 00 | – – meubelen van hout, van de soort gebruikt in winkels |
60 90 00 | – – andere meubelen van hout |
– meubelen van kunststof: | |
70 90 00 | – – andere |
80 00 00 | – meubelen van andere stoffen, teen, rotting en bamboe daaronder begrepen |
– delen: | |
90 10 00 | – – van metaal |
90 30 00 | – – van hout |
90 90 00 | – – van andere stoffen |
9405 | Verlichtingstoestellen (zoeklichten en schijnwerpers daaronder begrepen) en delen |
daarvan, elders genoemd noch elders onder begrepen; lichtreclames, verlichte aan- | |
wijzingsborden en dergelijke artikelen, voorzien van een vast aangebrachte licht- | |
bron, alsmede elders genoemde noch elders onder begrepen delen daarvan | |
9406 | Geprefabriceerde bouwwerken |
Bijlage III
Omschrijving van de in artikel 27, lid 2, bedoeld ,,baby beef’’- producten
Onverminderd de bepalingen voor de uitlegging van de gecombi- neerde nomenclatuur, wordt de omschrijving van de goederen geacht slechts een indicatieve waarde te hebben, aangezien in het kader van
deze bijlage de GN-codes het preferentiestelsel bepalen. Wanneer de GN-code wordt voorafgegaan door de aanduiding ,,ex’, wordt het preferentiestelsel zowel door de strekking van de GN-code als door de bijbehorende omschrijving bepaald.
GN-code | Taric- onder- verdeling | Omschrijving |
Levende runderen: | ||
– andere: | ||
– – huisdieren: | ||
– – – met een gewicht van meer dan 300 kg: | ||
– – – – vaarzen (vrouwelijke runderen die nog niet hebben gekalfd): | ||
ex 0102 90 51 | – – – – – slachtvaarzen: | |
10 | – nog zonder vervangingstanden en met een gewicht van | |
ten minste 320 kg en niet meer dan 470 kg1 | ||
ex 0102 90 59 | – – – – – andere: | |
11 | – nog zonder vervangingstanden en met een gewicht van | |
21 | ten minste 320 kg en niet meer dan 470 kg1 | |
31 | ||
91 | ||
– – – – andere: | ||
ex 0102 90 71 | – – – – – slachtvaarzen: | |
10 | – mannelijke runderen, nog zonder vervangingstanden en | |
met een gewicht van ten minste 350 kg en niet meer dan | ||
500 kg1 | ||
ex 0102 90 79 | – – – – – andere: | |
21 | – mannelijke runderen, nog zonder vervangingstanden en | |
91 | met een gewicht van ten minste 350 kg en niet meer dan | |
500 kg 1 | ||
Vlees van runderen, vers of gekoeld: | ||
ex 0201 10 00 | – hele en halve dieren: | |
91 | – hele dieren met een gewicht van ten minste 180 kg en niet meer | |
dan 300 kg en halve dieren met een gewicht van ten minste 90 | ||
kg en niet meer dan 150 kg, met een geringe mate van verbening | ||
van het kraakbeen (met name van de schaambeenverbinding en | ||
van de uiteinden van de wervels), met helderroze vlees, en met | ||
wit tot heldergeel vet van bijzonder fijne structuur1 | ||
– andere delen, met been: | ||
ex 0201 20 20 | – – ,,Compensated quarters’’ : | |
91 | – ,,Compensated quarters’’ met een gewicht van ten minste 90 | |
kg en niet meer dan 150 kg, met een geringe mate van verbe- | ||
ning van het kraakbeen (met name van de schaambeen- | ||
verbinding en van de uiteinden van de wervels), met helder- | ||
roze vlees, en met wit tot heldergeel vet van bijzonder fijne | ||
structuur1 | ||
ex 0201 20 30 ex 0201 20 50 | 91 | – – voorvoeten en voorspannen: – voorvoeten met een gewicht van ten minste 45 kg en niet meer dan 75 kg, met een geringe mate van verbening van het kraak- been (met name van de uiteinden van de wervels), met helder- roze vlees, en met wit tot heldergeel vet van bijzonder fijne structuur1 – – achtervoeten en achterspannen: |
GN-code | Taric- onder- verdeling | Omschrijving |
91 | – achtervoeten met een gewicht van ten minste 45 kg en niet meer dan 75 kg – welk gewicht ten minste 38 kg en niet meer dan 68 kg bedraagt wanneer het de zogenaamde ,,Pistola’’- versnijding betreft – met een geringe mate van verbening van het kraakbeen (met name van de uiteinden van de wervels), met helderroze vlees, en met wit tot heldergeel vet van bijzon- der fijne structuur1 |
1 Indeling onder deze post is afhankelijk van de voorwaarden van de desbetreffende communautaire voorschriften.
Bijlage IV (a)
Producten als bedoeld in artikel 27, lid 3, onder a)
Invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap (Nulrecht)
GN-code1 | Omschrijving |
0101 | Levende paarden, ezels, muildieren en muilezels: |
– paarden: | |
0101 11 00 00 | – – fokdieren van zuiver ras |
0101 19 | – – andere: |
0101 19 90 00 | – – – andere |
0101 20 | – ezels, muildieren en muilezels: |
0101 20 10 00 | – – ezels |
0101 20 90 00 | – – muildieren en muilezels |
0102 | Levende runderen: |
0102 10 | – fokdieren van zuiver ras: |
0102 10 10 00 | – – vaarzen (vrouwelijke runderen die niet nog niet hebben gekalfd) |
0102 10 30 00 | – – koeien |
0102 10 90 00 | – – andere |
0102 90 | – andere: |
– – huisdieren: | |
0102 90 05 00 | – – – met een gewicht van niet meer dan 80 kg |
– – – met een gewicht van meer dan 80 kg doch niet meer dan 160 kg | |
0103 | Levende varkens: |
0103 10 00 00 | – fokdieren van zuiver ras |
– andere: |
1Als omschreven in de Wet Douanetarief van 31 juli 1996 van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (Staatsblad 38/96)
GN-code | Omschrijving |
0103 91 | – – met een gewicht van minder dan 50 kg: |
0103 91 10 00 | – – – huisdieren |
0103 91 90 00 | – – – andere |
0104 | Levende schapen en geiten: |
0104 10 | – schapen: |
0104 10 10 00 | – – fokdieren van zuiver ras |
– – andere: | |
0104 20 | – geiten: |
0104 20 10 00 | – – fokdieren van zuiver ras |
0105 | Levend pluimvee (hanen, kippen, eenden, ganzen, kalkoenen en parelhoenders): |
– met een gewicht van niet meer dan 185 g: | |
0105 11 | – – hanen en kippen: |
– – – vrouwelijke selectie- en vermeerderingskuikens: | |
0105 11 11 00 | – – – – legrassen |
0105 19 | – – andere: |
– – – ganzen: | |
0105 19 00 10 | – – – – legrassen |
– andere: | |
0105 92 | – – hanen en kippen, met een gewicht van meer dan 2 000 g |
0105 92 00 10 | – – – legrassen met een gewicht van meer dan 2 000 g |
0105 99 | – – andere: |
– – – eenden: | |
0105 99 10 10 | – – – – legrassen |
0106 00 | Andere levende dieren: |
0106 00 00 10 | – xxxxx xxxxxxxx |
0106 00 00 20 | – duiven |
0106 00 00 30 | – kikkers |
0106 00 00 40 | – honden en katten |
0106 00 00 50 | – bijen |
0106 00 00 60 | – wilde dieren |
0106 00 90 00 | – andere |
0205 00 00 00 | Vlees van paarden, van ezels, van muildieren of van muilezels, vers, gekoeld of |
bevroren | |
0206 | Eetbare slachtafvallen van runderen, van varkens, van xxxxxxx, van geiten, van |
paarden, van ezels, van muildieren of van muilezels,vers, gekoeld of bevroren | |
0206 10 00 00 | – van runderen, vers of gekoeld |
– van xxxxxxxx, bevroren: | |
0206 21 00 00 | – – tongen |
0206 22 00 00 | – – levers |
0206 30 00 00 | – van varkens, vers of gekoeld |
– van varkens, bevroren: | |
0206 41 00 00 | – – levers |
0206 49 00 00 | – – andere |
0206 80 00 00 | – andere, vers of gekoeld |
0206 90 00 00 | – andere, bevroren |
0208 | Ander vlees en andere eetbare slachtafvallen, vers, gekoeld of bevroren |
0208 10 00 00 | – van konijnen of van hazen |
0208 20 00 00 | – kikkerbilletjes |
0208 90 00 00 | – andere |
GN-code | Omschrijving |
0210 90 00 00 | – andere, meel en poeder van vlees of van slachtafvallen, geschikt voor menselijke |
consumptie, daaronder begrepen | |
0404 | Wei, ook indien ingedikt of met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen; producten |
bestaande uit natuurlijke bestanddelen van melk, ook indien met toegevoegde suiker | |
of andere zoetstoffen, elders genoemd noch elders onder begrepen: | |
0404 10 00 00 | – wei en gewijzigde wei, ook indien ingedikt of met toegevoegde suiker of andere |
zoetstoffen | |
0404 90 00 00 | – andere |
0000 | Xxxxxxxxxxx uit de schaal en eigeel, vers,gedroogd, gestoomd of in water gekookt, in |
een bepaalde vorm gebracht, bevroren of op andere wijze verduurzaamd, ook indien | |
met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen: | |
– eigeel: | |
0408 11 | – – gedroogd: |
0408 11 20 00 | – – – ongeschikt voor menselijke consumptie |
0408 11 80 00 | – – – andere |
0408 19 | – – andere: |
0408 19 20 00 | – – – ongeschikt voor menselijke consumptie |
– – – andere: | |
0408 19 81 00 | – – – – vloeibaar |
0408 19 89 00 | – – – – andere, inclusief bevroren |
– andere: | |
0408 91 | – – gedroogd: |
0408 91 20 00 | – – – ongeschikt voor menselijke consumptie |
0408 91 80 00 | – – – andere |
0408 99 | – – andere: |
0408 99 20 00 | – – – ongeschikt voor menselijke consumptie |
0408 99 80 00 | – – – andere |
0410 00 00 00 | Eetbare producten van dierlijke oorsprong,elders genoemd noch elders onder |
begrepen | |
0504 00 00 00 | Darmen, blazen en magen van dieren (andere dan die van vissen), in hun geheel of |
in stukken, vers, gekoeld, bevroren, gezouten, gepekeld, gedroogd of gerookt | |
0000 | Xxxxxx, knollen en wortelstokken, ook indien in blad of in bloei; cichoreiplanten en |
-wortels, andere dan die bedoeld bij post 1212: | |
0601 10 00 00 | – bollen, knollen en wortelstokken, in rusttoestand |
0601 20 00 00 | – bollen, knollen en wortelstokken, in blad of in bloei; cichoreiplanten en -wortels |
0602 | Andere levende planten (wortels daaronder begrepen), stekken en enten; |
champignonbroed: | |
0602 10 | – stekken zonder wortels en enten: |
0602 10 10 00 | – – van de wijnstok |
0602 10 90 00 | – – andere |
0602 20 | – bomen en heesters, voor de teelt van eetbare vruchten, ook indien geënt: |
0602 20 10 00 | – – plantgoed van wijnstokken, geënt of met wortels |
0602 20 90 00 | – – andere |
0602 30 00 00 | – rododendrons en azalea’s, ook indien geënt |
0602 40 00 00 | – rozen, ook indien geënt |
0602 90 | – andere: |
0602 90 10 00 | – – champignonbroed |
0000 | Xxxxxxxxxxx, vers of gekoeld: |
0701 10 00 00 | – pootaardappelen |
GN-code | Omschrijving |
0703 | Uien, sjalotten, knoflook, prei en andere eetbare looksoorten, vers of gekoeld |
0703 10 | – Uien en sjalotten: |
0703 10 00 10 | – – plantuitjes |
0000 | Xxxxxxxxx zaden van peulgroenten, ook indien gepeld (bij voorbeeld spliterwten): |
0713 10 | – erwten (Pisum sativum): |
0713 10 10 00 | – – voor zaaidoeleinden |
0713 20 | |
0713 20 10 00 | – – voor zaaidoeleinden |
0713 31 | – – bonen van de soort Vigna mungo (L.) Hepper of Vigna radiata (L.) Wilczek: |
0713 31 10 00 | – – – voor zaaidoeleinden |
0713 32 | – – bonen van de soort ,,Phaseolus angularis’’ of ,,Vigna angularis’’ (adzukibonen): |
0713 32 10 00 | – – – voor zaaidoeleinden |
0713 33 | – – bonen van de soort ,,Phaseolus vulgaris’’: |
0713 33 10 00 | – – – voor zaaidoeleinden |
0713 39 | – – andere: |
0713 39 10 00 | – – – voor zaaidoeleinden |
0713 40 | – linzen: |
0713 40 10 00 | – – – voor zaaidoeleinden |
0713 50 | – tuinbonen (Xxxxx xxxx var. major), paardenbonen (Vicia faba var. equina) en duive- |
bonen (Vicia faba var. minor) | |
0713 50 10 00 | – – – voor zaaidoeleinden |
0713 90 | – andere: |
0713 90 10 00 | – – voor zaaidoeleinden. |
0714 | Maniokwortel, arrowroot (pijlwortel), salepwortel, aardperen, bataten (zoete aardap- |
pelen) en dergelijke wortels en knollen met een hoog gehalte aan zetmeel of aan | |
inuline, vers, gekoeld, bevroren of gedroogd, ook indien in stukken of in pellets; | |
merg van de sagopalm: | |
0714 10 00 00 | – maniokwortel |
0714 20 00 00 | – bataten (zoete aardappelen) |
0714 90 00 00 | – andere |
0801 | Kokosnoten, paranoten en cashewnoten, vers of gedroogd, ook zonder dop of |
schaal: | |
– kokosnoten: | |
0801 11 00 00 | – – gedroogd |
0801 19 00 00 | – – andere |
– paranoten: | |
0801 21 00 00 | – – in de dop |
0801 22 00 00 | – – zonder dop |
– cashewnoten: | |
0801 31 00 00 | – – in de dop |
0801 32 00 00 | – – zonder dop |
0814 00 00 00 | Schillen van citrusvruchten en van meloenen (watermeloenen daaronder begrepen), |
vers, bevroren, gedroogd, dan wel in water waaraan, voor het voorlopig verduurza- | |
men, zout, zwavel of andere stoffen zijn toegevoegd | |
0904 | Peper van het geslacht ,,Piper’’; vruchten van de geslachten ,,Capsicum’’ en |
,,Pimenta’’, gedroogd, fijngemaakt of gemalen | |
– peper van het geslacht ,,Piper’’: | |
0904 11 00 00 | – niet fijngemaakt en niet gemalen |
0904 12 00 00 | – fijngemaakt of gemalen |
0905 00 00 00 | Vanille |
GN-code | Omschrijving |
0906 | Kaneel en kaneelknoppen: |
0906 10 00 00 | – niet fijngemaakt en niet gemalen |
0906 20 00 00 | – fijngemaakt of gemalen |
0907 00 00 00 | Kruidnagels, moernagels en kruidnagelstelen |
0908 | Muskaatnoten, foelie, amomen en kardemom: |
0908 10 00 00 | – muskaatnoten |
0908 20 00 00 | – foelie |
0908 30 00 00 | – kardemom |
0909 | Anijszaad, steranijszaad, venkelzaad, korianderzaad, komijnzaad en karwijzaad; |
jeneverbessen: | |
0909 10 00 00 | – anijszaad of steranijszaad |
0909 20 00 00 | – korianderzaad |
0909 30 00 00 | – komijnzaad |
0909 40 00 00 | – karwijzaad |
0909 50 00 00 | – venkelzaad; jeneverbessen |
0910 | Gember, saffraan, kurkuma, tijm, laurierbladeren, kerrie en andere specerijen: |
0910 10 00 00 | – gember |
0910 20 00 00 | – saffraan |
0910 30 00 00 | – kurkuma |
0910 40 00 00 | – tijm; laurierbladeren |
0910 50 00 00 | – kerrie |
– andere specerijen: | |
0910 91 00 00 | – – mengsels bedoeld bij aantekening 1, onder b), op dit hoofdstuk |
0910 99 00 00 | – – andere |
1002 00 | Rogge: |
1002 00 00 10 | – zaaigoed |
1002 00 00 90 | – andere |
1003 00 | Gerst: |
1003 00 00 10 | – zaaigoed |
1004 00 | Haver: |
1004 00 00 10 | – zaaigoed |
1005 | Maïs: |
1005 10 | – zaaigoed: |
1005 10 10 00 | – – hybriden |
1005 10 90 00 | – – andere |
1006 | Rijst: |
1006 10 | – padie: |
1006 10 00 10 | – – bestemd voor zaaidoeleinden |
1007 00 00 00 | Graansorgho |
1008 | |
Boekweit, gierst (andere dan sorgho) en kanariezaad; andere granen: | |
1008 10 00 00 | – boekweit |
1008 20 00 00 | – gierst |
1008 30 00 00 | – kanariezaad |
1008 90 00 00 | – andere granen |
GN-code | Omschrijving |
1103 13 | – – van maïs: |
1103 13 00 10 | – – – ongeschikt voor menselijke consumptie |
1105 | Meel, gries, poeder, vlokken, korrels en pellets, van aardappelen: |
1105 10 00 00 | – meel, gries en poeder |
1105 20 00 00 | – vlokken, korrels en pellets |
1106 | Meel, gries en poeder, van gedroogde zaden van peulgroenten bedoeld bij post |
0713, van sago en van wortels of knollen bedoeld bij post 0714 en van vruchten | |
bedoeld bij hoofdstuk 8: | |
1106 20 00 00 | – van sago en van wortels of knollen bedoeld bij post 0714 |
1106 30 | – van vruchten bedoeld bij Hoofdstuk 8: |
1106 30 00 10 | – – van kokosnoot |
1108 | Zetmeel en inuline: |
– zetmeel: | |
1108 11 00 00 | – – tarwezetmeel |
1108 12 | – – maïszetmeel: |
1108 12 00 10 | – – – ongeschikt voor de verkoop in het klein |
1108 12 00 90 | – – – andere |
1108 13 00 00 | – – aardappelzetmeel |
1108 14 00 00 | – – maniokzetmeel (cassave) |
1108 19 00 00 | – – ander zetmeel |
1108 20 00 00 | – inuline |
1201 00 | Sojabonen, ook indien gebroken: |
1201 00 10 00 | – bestemd voor zaaidoeleinden |
1201 00 90 00 | – andere |
1202 | Grondnoten, niet gebrand of op andere wijze door verhitting bereid, ook indien |
gedopt of gebroken: | |
1202 10 | – in de dop: |
1202 10 10 00 | – – bestemd voor zaaidoeleinden |
1202 10 90 00 | – – andere |
1202 20 00 00 | – gedopt, ook indien gebroken |
1203 00 00 00 | Kopra |
1204 00 00 00 | Lijnzaad, ook indien gebroken |
1207 | Andere oliehoudende zaden en vruchten, ook indien gebroken: |
1207 10 00 00 | – palmnoten en palmpitten |
1207 20 00 00 | – katoenzaad |
1207 30 00 00 | – ricinuszaad |
1207 40 00 00 | – sesamzaad |
1207 50 00 00 | – mosterdzaad |
1207 60 00 00 | – saffloerzaad |
– andere: | |
1207 92 00 00 | – – kariténoten |
1207 99 00 00 | – – andere |
1208 | Meel van oliehoudende zaden en vruchten, ander dan mosterdmeel: |
1208 10 00 00 | – van sojabonen |
1208 90 00 00 | – ander |
GN-code | Omschrijving |
1209 | Zaaigoed, sporen daaronder begrepen: |
– bietenzaad: | |
1209 11 00 00 | – – suikerbietenzaad |
1209 19 00 00 | – – ander |
1209 22 00 00 | – – van klaver (Trifolium spp.) |
1209 23 00 00 | – – van zwenkgras |
1209 24 00 00 | – – van veldbeemdgras (Poa pratensis L.) |
1209 25 00 00 | – – van raaigras (Lolium multiflorum Lam., Lolium perenne L.) |
1209 26 00 00 | – – van xxxxxxxxxxxx |
1209 29 00 00 | – – ander |
1209 30 00 00 | – zaad van kruidachtige planten hoofdzakelijk gekweekt voor de bloemen |
– ander: | |
1209 91 00 00 | – – groentezaad |
1209 99 00 00 | – – ander |
1211 | Planten, plantendelen, zaden en vruchten, van de soort hoofdzakelijk gebruikt in de |
reukwerkindustrie, in de geneeskunde of voor insecten- of parasietenbestrijding of | |
voor dergelijke doeleinden, vers of gedroogd, ook indien gesneden, gebroken of in | |
poedervorm: | |
1211 10 00 00 | – zoethout |
1211 20 00 00 | – ginsengwortel |
1212 | Sint-jansbrood, zeewier en andere algen, suikerbieten en suikerriet, vers, gekoeld, |
bevroren of gedroogd, ook indien in poedervorm; vruchtenpitten, ook indien in de | |
steen en andere plantaardige producten (ongebrande cichoreiwortels van de variëteit | |
,,Cichorium intybus sativum’’ daaronder begrepen) hoofdzakelijk gebruikt voor men- | |
selijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen: | |
1212 10 00 00 | – sint-jansbrood, sint-jansbroodpitten daaronder begrepen |
1212 30 00 00 | – pitten van xxxxxxxxx, van perziken of van pruimen, ook indien in de steen |
– andere: | |
1212 92 00 00 | – – suikerriet |
1212 99 00 00 | – – andere |
1213 00 00 00 | Stro en kaf van graangewassen, onbewerkt, ook indien gehakt, gemalen, geperst of |
in pellets | |
1214 | Koolrapen, voederbieten, voederwortels, hooi, luzerne, klaver, hanenkammetjes |
(esparcette), mergkool, lupine, wikke en dergelijke voedergewassen, ook indien in | |
pellets: | |
1214 10 00 00 | – luzernemeel en luzerne in pellets |
1214 90 00 00 | – andere |
1301 | Gomlak (schellak); gommen, harsen, gomharsen en oleoharsen (bij voorbeeld |
balsems), van natuurlijke oorsprong: | |
1301 10 00 00 | – gomlak (schellak) |
1301 20 00 00 | – Arabische gom |
1301 90 | – andere: |
1301 90 00 10 | – – canabishars |
1301 90 00 90 | – – andere |
1302 | Plantensappen en plantenextracten; pectinestoffen, pectinaten en pectaten; agar-agar |
en andere uit plantaardige producten verkregen plantenslijmen en bindmiddelen, ook | |
indien gewijzigd: | |
– plantensappen en plantenextracten: | |
1302 11 00 00 | – – opium |
GN-code | Omschrijving |
1502 00 | Rund-, schapen- of geitenvet, ander dan dat bedoeld bij post 1503: |
1502 00 10 00 | – bestemd voor ander industrieel gebruik dan voor de vervaardiging van producten |
voor menselijke consumptie | |
1502 00 90 00 | – andere |
1504 | Vetten en oliën, van vis of van zeezoogdieren, alsmede fracties daarvan, ook indien |
geraffineerd, doch niet chemisch gewijzigd: | |
1504 10 00 00 | – oliën uit vislevers en fracties daarvan |
1504 20 | – vetten en oliën van vis, alsmede fracties daarvan, andere dan oliën uit vislevers: |
1504 20 00 10 | – – visolie |
1504 20 00 90 | – – andere |
1504 30 | – vetten en oliën van zeezoogdieren, alsmede fracties daarvan: |
– – vaste fracties: | |
1504 30 11 00 | – – – walvistraan en spermaceti-olie |
1504 30 19 00 | – – – andere |
1504 30 90 00 | – – andere |
1508 | Grondnotenolie en fracties daarvan, ook indien geraffineerd, doch niet chemisch |
gewijzigd: | |
1508 10 00 00 | – ruwe olie |
1508 90 00 00 | – andere |
1511 | Palmolie en fracties daarvan, ook indien geraffineerd, doch niet chemisch gewijzigd: |
1511 10 00 00 | – ruwe olie |
1511 90 00 00 | – andere |
1512 | Zonnebloemzaad-, saffloer- en katoenzaadolie, alsmede fracties daarvan, ook indien |
geraffineerd, doch niet chemisch gewijzigd: | |
– zonnebloemzaad- en saffloerolie, alsmede fracties daarvan: | |
– katoenzaadolie en fracties daarvan: | |
1512 21 00 00 | – – ruwe olie, ook indien ontdaan van gossypol |
1512 29 00 00 | – – andere |
1513 | Kokosolie (kopraolie), palmpitten- en babassunotenolie, alsmede fracties daarvan, |
ook indien geraffineerd, doch niet chemisch gewijzigd | |
– kokosolie (kopraolie) en fracties daarvan: | |
1513 11 00 00 | – – ruwe olie |
1513 19 00 00 | – – andere |
– palmpitten- en babassunotenolie, alsmede fracties daarvan: | |
1513 21 00 00 | – – ruwe olie |
1513 29 00 00 | – – andere |
1515 | Andere plantaardige vetten en vette oliën (jojobaolie daaronder begrepen), alsmede |
fracties daarvan, ook indien geraffineerd, doch niet chemisch gewijzigd: | |
– lijnzaadolie en fracties daarvan: | |
1515 11 00 00 | – – ruwe olie |
1515 19 00 00 | – – andere |
– maïsolie en fracties daarvan: | |
1515 30 00 00 | – ricinusolie en fracties daarvan |
1515 40 00 00 | – tungolie en fracties daarvan |
1515 50 00 00 | – sesamolie en fracties daarvan |
1515 90 00 00 | – andere |
1516 | Dierlijke en plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan, geheel of gedeel- |
telijk gehydrogeneerd, veresterd, opnieuw veresterd of geëlaïdiniseerd, ook indien | |
geraffineerd, doch niet verder bereid: |
GN-code | Omschrijving |
1516 10 | – dierlijke vetten en oliën, alsmede fracties daarvan: |
1516 10 00 10 | – – vis en walvis |
1516 10 00 90 | – – andere |
1702 | Andere suiker, chemisch zuivere lactose, maltose, glucose en fructose (levulose) |
daaronder begrepen, in vaste vorm; suikerstroop, niet gearomatiseerd en zonder toe- | |
gevoegde kleurstoffen; kunsthonig, ook indien met natuurhonig vermengd; karamel: | |
– lactose (melksuiker) en melksuikerstroop: | |
1702 11 00 00 | – – bevattende 99 of meer gewichtspercenten lactose (melksuiker), uitgedrukt in |
kristalwatervrije lactose, berekend of de droge stof | |
1702 19 00 00 | – – andere |
1702 20 00 00 | – ahornsuiker en ahornsuikerstroop |
1702 30 | – glucose en glucosestroop, in droge toestand geen of minder dan 20 gewichtsper- |
centen fructose bevattend | |
1702 30 10 00 | – – isoglucose |
– – andere: | |
– – – bevattende, in droge toestand, 99 of meer gewichtspercenten zuivere glucose: | |
1702 30 51 00 | – – – – glucose in wit kristallijn poeder, ook indien geagglomereerd |
1702 30 59 00 | – – – – andere |
– – – andere: | |
1702 30 91 00 | – – – – glucose in wit kristallijn poeder, ook indien geagglomereerd |
1702 30 99 00 | – – – – andere |
1702 40 00 00 | – glucose en glucosestroop, in droge toestand 20 of meer doch minder dan 50 |
gewichtspercenten fructose bevattend | |
1702 60 00 00 | – andere fructose en fructosestroop, in droge toestand meer dan 50 gewichtsper- |
centen fructose bevattend | |
1703 | Xxxxxxx verkregen bij de extractie of de raffinage van suiker: |
1703 10 00 00 | – van rietsuiker |
1703 90 00 00 | – andere |
1805 00 00 00 | Cacaopoeder, zonder toegevoegde suiker of andere zoetstoffen |
2005 | Andere groenten, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur, |
niet bevroren, andere dan de producten bedoeld bij post 2006: | |
2005 10 | – gehomogeniseerde groenten: |
2005 10 00 10 | – – voedsel voor kinderen in verpakkingen van niet meer dan 250 g |
2104 | Preparaten voor soep of voor bouillon; bereide soep en bouillon; samengestelde |
gehomogeniseerde producten voor menselijke consumptie: | |
2104 20 | – samengestelde gehomogeniseerde producten voor menselijke consumptie: |
2104 20 00 10 | – – voedsel voor kinderen in verpakkingen van niet meer dan 250 g |
2301 | Meel, poeder en pellets van vlees, van slachtafvallen, van vis, van schaaldieren, van |
weekdieren of van andere ongewervelde waterdieren, ongeschikt voor menselijke | |
consumptie; kanen: | |
2301 10 00 00 | – meel, poeder en pellets, van vlees of van slachtafvallen; kanen |
2303 | Afvallen van zetmeelfabrieken en dergelijke afvallen, bietenpulp, uitgeperst suiker- |
riet (ampas) en andere afvallen van de suikerindustrie, bostel (brouwerijafval), | |
afvallen van branderijen, ook indien in pellets: | |
2303 10 00 00 | – afvallen van zetmeelfabrieken en dergelijke afvallen |
2303 20 00 00 | – bietenpulp, uitgeperst suikerriet (ampas) en andere afvallen van de suikerindustrie |
2303 30 00 00 | – bostel (brouwerijafval) en afvallen van branderijen |
2304 00 00 00 | Perskoeken en andere vaste afvallen, verkregen bij de winning van sojaolie, ook |
indien fijngemaakt of in pellets |
GN-code | Omschrijving |
2305 00 00 00 | Perskoeken en andere vaste afvallen, verkregen bij de winning van grondnotenolie, |
ook indien fijngemaakt of in pellets | |
2306 | Perskoeken en andere vaste afvallen, verkregen bij de winning van plantaardige |
vetten of oliën, ook indien fijngemaakt of in pellets, andere dan die bedoeld bij post | |
2304 of 2305: | |
2306 10 00 00 | – van katoenzaad |
2306 20 00 00 | – van lijnzaad |
2306 30 00 00 | – van zonnebloempitten |
2306 40 00 00 | – van raap- of van koolzaad |
2306 50 00 00 | – van kokosnoten of van kopra |
2306 60 00 00 | – van palmnoten of van palmpitten |
2306 70 00 00 | – van maïskiemen |
2306 90 00 00 | – andere |
2307 00 00 00 | Wijnmoer; ruwe wijnsteen |
2308 | Plantaardige zelfstandigheden en plantaardig afval, plantaardige residuen en bijpro- |
ducten, ook indien in pellets, van de soort gebruikt voor het voederen van dieren, | |
elders genoemd noch elders onder begrepen: | |
2308 10 00 00 | – eikels en wilde kastanjes |
2308 90 00 00 | – andere |
0000 | Xxxxxxxxxxx van de soort gebruikt voor het voederen van dieren: |
– – volledig voedsel en superconcentraten voor dier-, vis- of veevoer: | |
2309 90 | – andere: |
2309 90 00 11 | – – – visperswater en perswater van zeezoogdieren (,,solubles’’) |
2309 90 00 30 | – – voormengsels |
2401 | Ruwe en niet tot verbruik bereide tabak; afvallen van tabak |
Bijlage IV b)
Producten als bedoeld in artikel 27, lid 3, onder b)
Invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van landbouwproducten uit de Gemeenschap (Nulrecht binnen tariefcontingenten)
Jaar | 2001 | Jaar | 2002 | Jaar 2003 en daar- opvolgende jaren | |||
GN-code1 | Omschrijving | Tarief- | Recht | Tarief- | Recht | Tarief- | Recht |
contin- | dat op | contin- | dat op | contin- | dat op | ||
gent | overige | gent | overige | gent | overige | ||
(ton) | hoe- | (ton) | hoe- | (ton) | hoeveel- | ||
veel- | veel- | heden | |||||
heden | heden | van toe- | |||||
van | van | passing | |||||
toe- | toe- | is (% | |||||
passing | passing | van | |||||
is (% | is (% | MFN) | |||||
van | van | ||||||
MFN) | MFN) | ||||||
0206 29 00 | – – Andere | 200 | 90 | 300 | 80 | 400 | 70 |
0207 | – Vlees en eetbare slachtafvallen van pluimvee (bedoeld bij post 0105), vers, gekoeld of bevroren | 1 500 | 90 | 2 000 | 80 | 3 000 | 70 |
0402 | – Melk en room, ingedikt of met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen | 200 | 90 | 300 | 80 | 400 | 70 |
0405 10 | – Boter | 100 | 90 | 200 | 80 | 300 | 70 |
0406 20 0406 30 | – kaas van alle soorten, geraspt of in poeder – smeltkaas, niet geraspt noch in poeder | 50 | 90 | 70 | 80 | 100 | 70 |
0805 10 | – sinaasappelen | 5 000 | 90 | 7 000 | 80 | 8 000 | 70 |
0805 20 | – – mandarijnen | ||||||
0805 30 | – citroenen | ||||||
0805 40 | – grapefruit | ||||||
1005 90 | – andere: | 20 000 | 90 | 20 000 | 80 | 20 000 | 70 |
Jaar | 2001 | Jaar | 2002 | Jaar 2003 en daar- opvolgende jaren | ||||||
GN-code1 | Omschrijving | Tarief- | Recht | Tarief- | Recht | Tarief- | Recht | |||
contin- | dat op | contin- | dat op | contin- | dat op | |||||
gent | overige | gent | overige | gent | overige | |||||
(ton) | hoe- | (ton) | hoe- | (ton) | hoeveel- | |||||
veel- | veel- | heden | ||||||||
heden | heden | van toe- | ||||||||
van | van | passing | ||||||||
toe- | toe- | is (% | ||||||||
passing | passing | van | ||||||||
is (% | is (% | MFN) | ||||||||
van | van | |||||||||
MFN) | MFN) | |||||||||
1601 | -Worst van alle soorten, van vlees, van slachtafvallen of van bloed; bereidingen van deze producten, voor menselijke consumptie | 300 | 90 | 600 | 80 | 1 200 | 70 | |||
1602 | – Andere bereidingen en conserven, van vlees, van slachtafvallen of van bloed | 200 | 90 | 500 | 80 | 800 | 70 | |||
2005 | 70 | 00 | – Olijven | 600 | 90 | 1 000 | 80 | 1 600 | 70 | |
1507 | 10 | 00 | – ruwe olie, ook | 5 | 000 | 90 | 10 000 | 80 | 15 000 | 70 |
indien ontgomd | ||||||||||
1512 | 11 | 00 | – – ruwe olie | |||||||
1514 | 10 | 00 | – ruwe olie | |||||||
1701 | Rietsuiker en | 5 | 000 | 90 | 10 000 | 80 | 15 000 | 70 | ||
beetwortelsuiker, | ||||||||||
alsmede chemisch | ||||||||||
zuivere sacharose, | ||||||||||
in vaste vorm: | ||||||||||
1701 | 11 | 00 | – ruwe suiker, | |||||||
1701 | 12 | 00 | niet gearomati- | |||||||
seerd en zonder | ||||||||||
toegevoegde | ||||||||||
kleurstoffen: | ||||||||||
– – rietsuiker | ||||||||||
– – beetwortel- | ||||||||||
suiker |
Jaar | 2001 | Jaar | 2002 | Jaar 2003 en daar- opvolgende jaren | |||||
GN-code1 | Omschrijving | Tarief- | Recht | Tarief- | Recht | Tarief- | Recht | ||
contin- | dat op | contin- | dat op | contin- | dat op | ||||
gent | overige | gent | overige | gent | overige | ||||
(ton) | hoe- | (ton) | hoe- | (ton) | hoeveel- | ||||
veel- | veel- | heden | |||||||
heden | heden | van toe- | |||||||
van | van | passing | |||||||
toe- | toe- | is (% | |||||||
passing | passing | van | |||||||
is (% | is (% | MFN) | |||||||
van | van | ||||||||
MFN) | MFN) | ||||||||
2309 | Bereidingen van | 7 000 | 90 | 10 000 | 80 | 12 000 | 70 | ||
de soort gebruikt | |||||||||
voor het voederen | |||||||||
van dieren: | |||||||||
– – volledig voer | |||||||||
2309 | 90 | en super- | |||||||
2309 | 90 | 0019 | concentraten voor | ||||||
2309 | 90 | 0020 | dier-, vis- en | ||||||
veevoer: | |||||||||
– andere: | |||||||||
2309 | 90 | 0090 | – – andere | ||||||
– – veevoer | |||||||||
verrijkt met | |||||||||
melasse, | |||||||||
koolhydraten, | |||||||||
vitaminen, | |||||||||
mineralen | |||||||||
– andere |
1 Als omschreven in de Wet Douanetarief van 31 juli 1996 van de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië (Staatsblad 38/96)
Bijlage IV c)
Producten als bedoeld in artikel 27, lid 3, onder c)
Invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap (Concessies binnen tariefcontingenten)
Recht (% van MFN) | |||||
GN-code1 | Omschrijving | Hoeveelheid per jaar (ton) | Vanaf 1 januari 2001 | Vanaf 1 januari 2002 | Vanaf 1 januari 2003 |
0203 | Vlees van varkens, vers, gekoeld of bevroren | 2 000 | 90% | 80% | 70% |
0406 | Kaas en wrongel | 600 | 90% | 80% | 70% |
1 Als omschreven in de Wet Douanetarief van 31 juli 1996 van de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië (Staatsblad 38/96)
Bijlage V a)
Producten als bedoeld in artikel 28, lid 1
Invoer in de Gemeenschap van vis en visserijproducten van oorsprong uit de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië
jaar 1 | jaar 2 | jaar 3 | ||
Code | Omschrijving | recht % | recht % | recht % |
0301.91.10 | Forel (Salmo | 90% van MFN | 80% van MFN | 70% van MFN |
0301.91.90 | trutta, Oncorhyn- | |||
0302.11.10 | chus mykiss, | |||
0302.11.90 | Oncorhynchus | |||
0303.21.10 | clarki, Oncorhyn- | |||
0303.21.90 | chus aguabonita, | |||
0304.10.11 | Oncorhynchus | |||
ex 0304.10.19 | xxxxx, Oncorhyn- | |||
ex 0304.10.91 | chus apache, en | |||
0304.20.11 | Oncorhynchus | |||
ex 0304.20.19 | chrysogaster): | |||
ex 0304.90.10 | levend; vers of | |||
ex 0305.10.00 | gekoeld; bevroren; | |||
ex 0305.30.90 | gedroogd, | |||
0305.49.45 | gezouten of | |||
ex 0305.59.90 | xxxxxxxx, xxxxxxx; | |||
ex 0305.69.90 | filets en ander | |||
visvlees; meel, | ||||
poeder en pellets, | ||||
geschikt voor | ||||
menselijke | ||||
consumptie. | ||||
0301.93.00 | Karper: levend; | 90% vabn MFN | 80% van MFN | 70% van MFN |
0302.69.11 | vers of gekoeld; | |||
0303.79.11 | bevroren; | |||
ex 0304.10.19 | gedroogd, | |||
ex 0304.10.91 | gezouten of | |||
ex 0304.20.19 | xxxxxxxx, gerookt; | |||
ex 0304.90.10 | filets en ander | |||
ex 0305.10.00 | visvlees; meel, | |||
ex 0305.30.90 | poeder en pellets, | |||
ex 0305.49.80 | geschikt voor | |||
ex 0305.59.90 | menselijke | |||
ex 0305.69.90 | consumptie. |
Bijlage V b)
Producten als bedoeld in artikel 28, lid 2
Invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië van vis en visserijproducten van oorsprong uit de Gemeenschap
jaar 1 | jaar 2 | jaar 3 | ||
Code1 | Omschrijving | recht % | recht % | recht % |
0301 | Levende vis: | 90% van | 80% van | 70% van |
0301 10 0000 | – siervis | MFN | MFN | MFN |
– andere levende vis: | ||||
– – forel (Salmo | ||||
trutta, oncorhynchus mykiss, Oncorhyn- | ||||
0301 91 0000 | chus clarki, Oncorhynchus aguabonita, | |||
Oncorhynchus gilae, Oncorhynchus apache | ||||
en Oncorhynchus chrysogaster): | ||||
– – paling of aal (Anguilla spp.) | ||||
0301 92 0000 | ||||
– – – karper | ||||
0301 93 0000 | ||||
0301 99 | – – andere: | |||
0301 99 0010 | – – zoetwatervis | |||
0302 11 0000 | – – forel (Salmo trutta, Oncorhynchus | |||
mykiss, Oncorhynchus clarki, Oncorhyn- | ||||
chus aguabonita, Oncorhynchus gilae, | ||||
Oncorhynchus apache en Oncorhynchus | ||||
chrysogaster) | ||||
0302 66 0000 | – – paling of aal (Anguilla spp) | |||
0302 69 0010 | – – – zoetwatervis | |||
0303 21 0000 | – – forel (Salmo trutta, Oncorhynchus | |||
mykiss, | ||||
Oncorhynchus clarki, Oncorhynchus | ||||
aguabonita, Oncorhynchus gilae, | ||||
Oncorhynchus apache en Oncorhynchus | ||||
chrysogaster) | ||||
0303 29 0010 | – – – zoetwatervis | |||
0303 79 0010 | – – – zoetwatervis | |||
0304 10 0010 | – – – van zoetwatervis | |||
0304 20 0010 | – – – van zoetwatervis | |||
0304 90 0010 | – – – van zoetwatervis | |||
0305 49 0000 | – – – andere | |||
– gedroogde vis, ook indien gezouten, | ||||
doch niet gerookt: | ||||
0305 59 0000 | – – andere | |||
– vis, gezouten of gepekeld, doch niet | ||||
gedroogd of gerookt | ||||
0305 69 0000 | – – andere |
1 Als omschreven in de Wet Douanetarief van 31 juli 1996 van de Voormalige Joegoslavische Repu- bliek Macedonië (Staatsblad 38/96)
Bijlage VI
Vestiging: Financiële diensten als bedoeld in Titel V, Hoofdstuk II, artikelen 47 en 49
Financiële diensten: definities
Een financiële dienst is een dienst van financiële aard die door een financieel dienstverlener van een partij wordt aangeboden. Financiële diensten omvatten de volgende activiteiten:
A. Alle verzekeringsdiensten en daarmee verband houdende diensten
1. Directe verzekering (met inbegrip van medeverzekering)
i. levensverzekering
ii. schadeverzekering
2. Wederverzekering en retrocessie
3. Verzekeringsbemiddeling, zoals diensten van makelaars en agenten
4. Ondersteunende diensten in de verzekeringssector, zoals advies- verstrekking, actuariaat, risicobeoordeling en regeling van schade-eisen
B. Bankwezen en andere financiële diensten (verzekeringen niet inbe- grepen)
1. Acceptatie van deposito’s en andere terugbetaalbare middelen van het publiek
2. Alle soorten leningen, onder meer consumentenkrediet, hypotheek- leningen, factorkrediet en financiering van commerciële transacties
3. Financiële leasing
4. Alle betalings- en geldovermakingsdiensten, met inbegrip van krediet- en betaalkaarten, reischeques en bankwissels
5. Garanties en verbintenissen
6. Verhandelen, voor eigen rekening of voor rekening van derden, op de beurs of buiten de beurs, hetzij anderszins, van de volgende produc- ten:
a. geldmarktinstrumenten (cheques, wissels, depositobewijzen, enz.) b deviezen
c afgeleide producten, zoals bij voorbeeld futures en opties
d wisselkoers- en rentevoetinstrumenten, met inbegrip van produc- ten zoals ruiltransacties, termijnkoerstransacties, enz.
e verhandelbare effecten
f andere verhandelbare stukken en financiële activa, met inbegrip van ongemunt goud en zilver
7. Deelneming in de uitgifte van diverse soorten effecten, met inbe- grip van het garanderen en plaatsen van effecten als agent (openbaar of particulier) en het verlenen van daarmee verband houdende diensten
8. Geldmakelaarsdiensten
9. Beheer van activa, bij voorbeeld van kasmiddelen of belegging- sportefeuilles, alle vormen van gezamenlijk investeringsbeheer, beheer van pensioenfondsen alsmede bewaargevings-, deposito- en trustdiensten
10. Vereffenings- en verrekeningsdiensten voor financiële activa met inbegrip van effecten, afgeleide producten en andere verhandelbare stuk- ken
11. Advies en bemiddeling en andere ondersteunende financiële dien- sten in verband met de in de punten 1 tot en met 10 genoemde activi- teiten, met inbegrip van kredietreferenties en -analyse, onderzoek en advies in verband met investeringen en beleggingsportefeuilles, alsmede advies over aankopen en over bedrijfsreorganisatie en -strategie
12. Verstrekken en overdragen van financiële informatie, financiële gegevensverwerking en bijbehorende software door andere financiële dienstverleners
De volgende activiteiten zijn van de definitie van financiële diensten uitgesloten:
a. activiteiten van centrale banken of andere overheidsinstellingen voor de tenuitvoerlegging van het monetair beleid of het wisselkoers- beleid;
b. activiteiten van centrale banken, overheidsinstanties, ministeries of openbare instellingen, voor rekening van of gegarandeerd door de overheid, tenzij deze activiteiten door financiële dienstverleners in con- currentie met die overheidsorganen worden uitgevoerd;
c. activiteiten die deel uitmaken van een wettelijk stelsel van sociale zekerheid of van wettelijke pensioenregelingen, tenzij die activiteiten door financiële dienstverleners in concurrentie met overheidsorganen of particuliere instellingen mogen worden uitgevoerd.
Bijlage VII
Intellectuele, industriële en commerciële eigendom als bedoeld in artikel 71
1. Artikel 71, lid 3, heeft betrekking op de hierna volgende multila- terale overeenkomsten:
– Verdrag van Budapest inzake de internationale erkenning van het depot van micro-organismen ten dienste van de octrooiverlening (1977, gewijzigd in 1980);
– Protocol bij de schikking van Madrid betreffende de internationale inschrijving van merken (Madrid, 1989);