WAARBORG TAX SHELTER
WAARBORG TAX SHELTER
Algemene Voorwaarden
Waarborg van de verbintenissen van productievennootschappen in het kader van de Tax Shelter
1. DEFINITIES
1. Het artikel
Artikel 194ter van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 betreffende het Tax Shelter regime voor Audiovisuele Werken.
2. Raamovereenkomst
Basisovereenkomst zoals bedoeld in Artikel 194ter van het Wetboek van de Inkomstenbelasting (verder “Artikel” genoemd) die zal worden afgesloten tussen de Productievennootschap en de Investeerder, of een Tussenpersoon inzake Tax Shelter die in naam en voor rekening van de Investeerder handelt. Deze overeenkomst dient aangemeld te worden bij de bevoegde financiële diensten in de maand volgend waarop deze ondertekend werd.
3. Uitgaven
De gekwalificeerde uitgaven in de Europees Economische Ruimte welke rechtstreeks of onrechtstreeks in verband staan met de productie van het Audiovisueel Werk. Deze uitgaven moeten in België plaatsvinden ten belope van minstens 90 % van de waarde van het Tax Shelter attest.
Deze uitgaven moeten rechtsreeks gelinkt zijn aan de productie (lonen en vergoedingen van de acteurs, van het personeel, huur van materiaal, laboratorium, decors, accessoires,..) ofwel onrechtstreeks gelinkt aan de productie indien deze verband houden met de productie of de uitvoering van het Audiovisueel Werk. Het is echter noodzakelijk dat minstens 70 % van de uitgaven in België rechtstreeks gelinkt zijn aan de productie en dit voor een duurzame ondersteuning van het Audiovisueel Werk. Indien het percentage van 70
% niet bereikt wordt, zal de waarde van het Tax Shelter attest evenredig dalen.
4. Vergoeding
Xxxxxx van het belastingvoordeel in monetaire waarde waar de Investeerder aanspraak op kan maken op basis van het Artikel. Deze Vergoeding omvat ook de eventuele vertragingsrente ten laste van de Investeerder.
5. De tussenpersoon
De natuurlijke of erkende rechtspersoon, welke tussenkomt in het kader van de onderhandelingen en het afsluiten van een Raamovereenkomst met als doel het afleveren van een Tax Shelter attest in ruil voor een Vergoeding of een voordeel. Deze persoon mag zelf geen Productievennootschap of Investeerder zijn en moet erkend zijn door de bevoegde minister van Financiën volgens een eenvoudige procedure waarvan de Koning de modaliteiten en voorwaarden bepaalt.
Deze Tussenpersoon moet een verzekeringsattest kunnen voorleggen van een verzekering Beroeps- aansprakelijkheid van ten minste 1.250.000 €.
6. De investeerder
Een Belgische vennootschap en/of een belastingplichtige bedoeld in Artikel 227, 2° van het WIB die geen binnenlandse vennootschap van audiovisuele productie is, noch een tv omroep, noch
een kredietinstelling die een Raamovereenkomst ondertekent waarin hij zich verbindt sommen te storten met het oog op het bekomen van een Tax Shelter attest. De Investeerder heeft geen rechten in het werk.
7. Het audiovisuele werk
Een Europese audiovisuele productie zoals een langspeelfilm (fictie), een documentaire of een animatiefilm bestemd om in een bioscoop te worden vertoond, een lange fictiefilm voor televisie, in voorkomend geval opgedeeld in afleveringen, een fictie of animatieserie voor televisie, een documentaire voor televisie of een educatieve film, een kortfilm
(met uitzondering van korte reclamefilms),
een culturele film of een educatieve serie bestemd voor kinderen van minder dan 16 jaar, overeenkomstig met de wet van 12 mei 2014 betreffende een gewijzigd Tax Shelter regime voor investering in de audiovisuele sector en erkend door de bevoegde diensten van de Vlaamse of Franse Gemeenschap als Europees werk zoals bedoeld in de richtlijn “Televisie zonder grenzen” van 3 oktober 1989 (89/552/EEG), gewijzigd door de richtlijn 97/36/EG van 30 juni 1997 en bekrachtigd door de Franse Gemeenschap op 4 januari 1999, de Vlaamse Gemeenschap op 25 januari 1995 en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest op 30 maart 1995.
Internationale producties in de categorie fictiefilm, documentaire of animatiefilm bestemd om in de bioscoop te worden vertoond, komen in aanmerking voor zover zij:
a) Ofwel vallen binnen het toepassingsgebied van de Richtlijn 2010/13/EU van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2010 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten).
b) Ofwel vallen binnen het toepassingsgebied van een bilaterale overeenkomst inzake coproductie afgesloten door België met een andere Staat. Onder Staat, en dat geldt evenzeer voor België, wordt zowel het federale niveau als alle administratieve onderliggende niveaus bedoeld.
8. De productievennootschap
Een Belgische vennootschap voor audiovisuele productie of de Belgische inrichting van een belastingplichtige bedoeld in Artikel 227, 2° met als voornaamste doel de ontwikkeling en de productie van Audiovisuele Werken, welke geen televisieomroep is en niet verbonden is met Belgische of buitenlandse televisieomroepen. De Productievennootschap moet erkend zijn door de bevoegde minister van Financiën volgens een eenvoudige procedure waarvan de Koning de modaliteiten en voorwaarden bepaalt.
Indien de productievennootschap werkt zonder tussenkomst van een tussenpersoon, dan moeten zij een verzekeringsattest kunnen voorleggen van een verzekering Beroepsaansprakelijkheid van ten minste
1.250.000 €.
9. Schade
De schade die de investeerder heeft geleden als gevolg van het geheel of gedeeltelijk ontnemen van het belastingvoordeel dat hij krachtens dit artikel had moeten genieten en dat hem is ontnomen als gevolg van een onvoorziene beslissing van de bevoegde autoriteiten, ondanks het feit dat de tussenpersoon, de investeerder en de producent hun wettelijke of contractuele verplichtingen zijn nagekomen.
2. INLEIDENDE BEPALING
Een Productievennootschap die overweegt een deel van het Audiovisueel Werk te financieren, kan hiervoor beroep doen op Investeerders.
In dit geval ondertekenen beide partijen een Raamovereenkomst waardoor deze elk een deel van het Audiovisueel Werk financieren, dit conform het Artikel (hierna Investering genoemd).
Hiervoor wensen de Investeerders een fiscaal voordeel te ontvangen voorzien in het Artikel. Deze fiscale vrijstelling hieromtrent bedraagt 310 % (of 356%) van de geïnvesteerde bedragen. Hiervoor kan de Productievennootschap, aan de Investeerders deze waarborg toekennen, zodat het fiscale voordeel gegarandeerd is.
In het kader van deze waarborg moeten de partijen een Conventie samenstellen dat expliciet de verzekeringsvoorwaarden van de investering meldt in geval van schade. Dit dossier moet overeenkomen met de verzekeringsvoorwaarden van de investering omschreven in punt 3.1 en zich engageren de voorwaarden in punt 3.2 te respecteren.
Op vraag van de verzekeraar moet dit dossier voor hen beschikbaar zijn.
Huidige waarborg treedt slechts in werking wanneer de Raamovereenkomst aangemeld werd bij de Federale overheidsdienst Financiën (FOD Financiën).
Naast deze algemene voorwaarden zijn ook de bijzondere voorwaarden van toepassing, hierin worden
o.a. volgende zaken vermeld; Productievennootschap, titel van het Audiovisueel Werk, geïnvesteerde bedrag, fase waarin de productie zich bevindt; alsook de omvang van de waarborg.
3. VERZEKERINGSVOORWAARDEN
Indien aan één van de onderstaande voorwaarden, vermeld in punten 3.1 en 3.2 hieronder niet voldaan wordt, is de dekking niet verworven en
onbestaande en zal de Vergoeding ten behoeve van de Investeerders in het kader van deze waarborg niet verworven zijn.
3.1 Bij ondertekening van de verzekeringspolis
3.1.1. De Investeerder en/of zijn Tussenpersoon hebben een schriftelijke bevestiging ontvangen van de Productievennootschap dat zij volgend punt zullen respecteren:
Minstens 90 % van de waarde van het Tax Shelter attest uit te geven in België. Van deze 90 % dient 70 % van deze Uitgaven rechtstreeks verband te houden
met de productie en moeten deze Uitgaven plaatsvinden in een periode van maximaal 18 maanden (24 maanden wat betreft animatiefilms) na ondertekening van de Raamovereenkomst met de Investeerder.
3.1.2. Onder toezicht van de Tussenpersoon, verbindt de Productievennootschap en/of de Investeerder zich ertoe:
a) Dat het Audiovisueel Werk voldoet aan de definitie omschreven in punt 1 van deze voorwaarden.
b) Dat maximaal 50% van het totale productiebudget gefinancierd wordt via Tax Shelter.
c) Om zo spoedig mogelijk en ten laatste binnen de termijn voorzien in de wetgeving de Raamovereenkomst aan te melden bij de bevoegde Federale Overheidsdienst.
d) Het dossier met de verzekeringsvoorwaarden beschreven in punt 3.1 ter beschikking te stellen van de verzekeraar indien deze dit vraagt.
e) De documenten aan de Investeerders te overhandigen welke bevestigen dat het Audiovisueel Werk voldoet aan de wettelijke vereisten.
f) Dat het Audiovisueel Werk voor minstens 80% gefinancierd is.
g) Dat de Investeerder de totale som van zijn investering ten laatste 3 maanden na ondertekening van de Raamovereenkomst overmaakt.
3.2 Eens de Raamovereenkomst ondertekend is De Productievennootschap en/of de Tussenpersoon verbinden zich ertoe:
a) Dat de uitgaven niet dateren van voor ondertekening van de Raamovereenkomst
b) De Tax Shelter attesten aan te vragen bij de FOD Financiën wanneer het Audiovisueel Werk beëindigd is.
c) Vanaf ontvangst van de Tax Shelter attesten uitgegeven door de FOD Financiën deze over te maken aan de Investeerders ( en dit ten laatste op 31 december van het 4de jaar volgend op de ondertekening van de Raamovereenkomst)
De Investeerder ontvangt een voorlopige fiscale vrijstelling van 310% (of 356%) van de geïnvesteerde sommen. Deze voorlopige vrijstelling is beperkt tot
150 % (of 172%) van de geschatte waarde van het Tax Shelter attest. De definitieve vrijstelling is gebaseerd op de reële waarde van het Tax Shelter attest gedefinieerd door een controle van de uitgaven.
3.3 Verplichting van de partijen
De tussenpersoon, de Producent en de Investeerder verbinden zich er in ieder geval toe:
Hun verplichtingen uit hoofde van het Artikel en van de bijzondere overeenkomsten die op grond van het Artikel zijn overeengekomen, strikt na te komen.
4. WAARBORGEN - UITSLUITINGEN
4.1 Waarborgen
FISCAAL VOORDEEL EN ACHTERSTALLIGE RENTE
a) NIET BEKOMEN VAN HET TAX SHELTER ATTEST
Indien de Productievennootschap het Tax Shelter attest niet heeft ontvangen binnen de wettelijke termijnen dat aan de Investeerder moet worden overgemaakt, en dit voor alle andere redenen uitgezonderd de uitsluitingen opgenomen in deze voorwaarden:
i. dan zal de verzekeraar een bedrag vergoeden aan de Investeerder welk gelijk is aan het niet verworven fiscale voordeel (5,37%) en dit op basis van de Raamovereenkomst en het Artikel. Het bedrag gelijk aan de initiële investering van de betrokken investeerder is in dit geval verloren, tenzij de investeerder deze kan recupereren bij de betrokken productievennootschap in kwestie.
b) LAGERE WAARDE VAN HET TAX SHELTER ATTEST
Indien de waarde van het Tax Shelter attest lager zou zijn dan vooropgesteld in de Raamovereenkomst en dit desondanks het respecteren van alle voorwaarden vermeld in het Artikel en van de contractuele bepalingen die van toepassing zijn :
i. dan zal de verzekeraar de Investeerder hiervoor vergoeden. Dit op basis van het verschil tussen het bedrag dat hij had moeten genieten en het slechts verkregen fiscale voordeel.
Aan deze Vergoedingen worden de eventuele achterstallige rente toegevoegd.
WAARBORG “BONNE FIN” (OPTIONELE WAARBORG)
a) AUDIOVISUEEL WERK DREIGT NIET BEËINDIGD TE WORDEN
(conform het financieringsplan)
In dit geval kan de verzekeraar de financiering van het Werk voltooien, dit beperkt tot het verzekerde bedrag opgenomen in de bijzondere voorwaarden. Hij heeft zo het recht om de uitgifte van de Tax Shelter attesten te garanderen binnen de wettelijke termijnen. Hierdoor blijft de waarborg geldig voor de Investeerders tot uitgifte van de Tax Shelter attesten.
Hierdoor zal de investeerder het Tax Shelter attest ontvangen, en dit binnen de wettelijke termijn voorzien in de wet waardoor hij toch kan genieten van zijn fiscaal voordeel wanneer het Audiovisueel Werk beëindigd is.
In dit geval zal de verzekeraar dezelfde rechten hebben dan eender welke andere coproducent.
b) AUDIOVISUEEL WERK ZAL NIET BEËINDIGD WORDEN
ii. Indien de productie van het Audiovisueel Werk niet beëindigd zal worden en dit om eender welke reden met uitzondering van de uitsluitingen hierna opgenomen, zal de verzekeraar een bedrag vergoeden aan de Investeerder welk gelijk is aan het niet verworven fiscale voordeel en dit op basis van de Raamovereenkomst en het Artikel. Dit met inbegrip van het initieel geïnvesteerde bedrag, rekening houdende met punt 4.2 b) uit deze voorwaarden.
Aan deze Vergoedingen worden de eventuele achterstallige rente toegevoegd.
Fiscale behandeling van de schadevergoeding Indien de uit te keren schadevergoeding belastbaar zou zijn in hoofde van de investeerder. Verbindt de verzekeraar zich ertoe een schadevergoeding te betalen verhoogd op basis van het belastingtarief van toepassing.
4.2 Uitsluitingen
Zijn uitgesloten van de huidige waarborg:
a) De dekking van de beroepsaansprakelijkheid van de tussenpersoon, de producent of de investeerder zelf. Een schadegeval als gevolg van een beroepsfout van één van de partijen is uitgesloten.
b) Het niet nakomen door de tussenpersoon, de producent of de investeerder van zijn verplichtingen zoals gespecificeerd in het Artikel of volgens de bepalingen opgesteld conform het Artikel. Een schadegeval die door een dergelijke nalatigheid wordt veroorzaakt, is niet gedekt.
c) Faillissement, liquidatie en/of alle gevolgen van financiële problemen van de verzekeringnemer van dit contract.
d) Een eventuele vergoeding aan de Investeerder in het kader van de productieverzekering in geval van schade van toepassing op de waarborg productie. In het geval dat de verzekeraar de verzekeringnemer vergoedt volgens de waarborgen vermeld in 4.1 van de huidige voorwaarden, indien het een schade betreft gedekt door de productieverzekering, moet de ontvangen vergoeding terugbetaald worden aan de verzekeraar van de Tax Shelter waarborg.
e) Indien het verlies van de verkregen belastingvoordelen voortvloeit uit de niet-naleving door een Investeerder van de verplichtingen die hij krachtens de Raamovereenkomst of de bepalingen van het Artikel heeft. Deze verplichtingen zijn onder andere:
- Dat de Investeerder een Belgische vennootschap is en/of een belastingplichtige bedoeld in Artikel 227, 2° van het WIB.
- Dat de Investeerder geen Belgische vennootschap voor de productie van Audiovisuele werken is, noch een tv omroep.
- Dat de Investeerder geen kredietinstelling is.
- Dat de Investeerder de totaliteit van zijn investering ten laatste binnen de 3 maanden volgend op de ondertekening van de Raamovereenkomst aan de Productievennootschap heeft betaald.
- Dat de Investeerder binnen de termijn die bepaald is voor het indienen van de aangifte in de inkomstenbelasting voor het belastbare tijdperk een afschrift van de Raamovereenkomst, van de erkenning in bijlage bij de Raamovereenkomst heeft neergelegd en dat hij deze documenten aan zijn aangifte heeft toegevoegd.
f) Indien de Tussenpersoon niet voldoet aan de opgelegde voorwaarden inzake de statuten en de verzekering beroepsaansprakelijkheid zoals vermeld in Artikel 1.