PANDAKTE AANDELEN HOLDING BV
PANDAKTE AANDELEN HOLDING BV
ONDERGETEKENDEN:
De Besloten vennootschap A BV, statutair gevestigd te en kantoor houdende te
……………….. aan de ……………. nr. …, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer X/mevrouw X, wonende te …………. aan de …………… nr , hierna te noemen
“pandgever”; en
De Besloten vennootschap B BV, statutair gevestigd te en kantoor houdende te
…………… aan de ………… nr , ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer
X/mevrouw X, wonende te ………… aan de ………….. nr. …, hierna te noemen “
pandnemer”;
Hierna gezamenlijk te noemen “Partijen”
IN AANMERKING NEMENDE DAT:
• Partijen een gedeeltelijke overdracht, zijnde 40%, van de aandelen in BV (Hierna:
“de Vennootschap”) en dat de pandgever en tevens de koper de koopprijs schuldig is gebleven;
• ……………………………………;
• Partijen een geldleningsovereenkomst zijn aangegaan ter financiering van de koopsom van de aandelen van Vennootschap;
• Dat de pandnemer en tevens verkoper een pandrecht ter meerdere zekerheid van de geldleningovereenkomst zijn overeengekomen;
• Dat de statuten van de Vennootschap in artikel de vestiging van een pandrecht
mogelijk maakt;
• Xxxxxxxxx zijn stemrechten op de in pand gegeven aandelen behoudt;
• Het pand zal worden ingeschreven in het aandeelhoudersregister door de notaris.
ZIJN ALS VOLGT OVEREENGEKOMEN:
Of:
Artikel 1. Stille verpanding aandelen
1. Xxxxxxxxx verbindt zich jegens pandnemer tot het verpanden van de navolgende zekerheden aan pandnemer, welke zekerheden pandnemer van pandgever bedingt, een en ander in het licht van hetgeen hierna in artikel 2 is vermeld. Xxxxxxxxx verpandt deze zekerheden bij deze aan pandnemer, gelijk pandnemer bij deze van pandgever als pand aanvaardt:
………….. (Zegge: ……………..) aandelen in de Vennootschap, elk groot nominaal …., nummers …..
3. Conform artikel … van de statuten is het toegestaan de aandelen te verpanden. De verpanding zal worden ingeschreven in het aandeelhoudersregister direct na het
ondertekenen van deze overeenkomst door een nader aan te wijzen notaris/notariskantoor
…… gevestigd te ………
4. De pandgever verleent hierbij volmacht om alle noodzakelijke rechtshandelingen te verrichten de verpanding aan de pandnemer door de notaris te laten inschrijven in het aandeelhoudersregister.
Of:
Artikel 1 Aansluiting reeds bestaande verpanding
1. In aansluiting op de tussen pandgever en pandnemer aangegane overeenkomst tot
verpanding d.d. (eventueel: van welke overeenkomst een akte is opgemaakt, die
in afschrift aan deze pandakte is gehecht en), op grond waarvan pandgever jegens pandnemer verplicht is na te melden zekerheden aan pandnemer te verschaffen, verpandt pandgever bij deze aan pandnemer, gelijk pandnemer bij deze als pand aanvaardt van pandgever:
…… (voluit ………..) aandelen in de te gevestigde besloten vennootschap
………….. (hierna “ de Vennootschap”), elk groot nominaal ………, nummers ……...
2. Verpand worden niet slechts de hierboven vermelde zaken zelf maar ook de eventuele voorwaardelijke eigendomsrechten op die zaken.
Artikel 2. Zekerheid
Deze verpanding geschiedt tot meerdere zekerheid voor de betaling van al hetgeen pandnemer van pandgever te vorderen heeft of te eniger tijd mocht hebben in en/of buiten rekening-courant, al of niet tengevolge van een geldleningsovereenkomst en al of niet in het gewone bankverkeer, wegens wissels en orderbiljetten of andere waardepapieren, ter zake van voorgeschoten gelden, renten, commissies of provisies, wegens door of ten behoeve van pandnemer verstrekte of nog te verstrekken borgtocht, wegens koop of wegens enige andere overeenkomst, of uit welke andere hoofde ook.
Artikel 3. Gegoedheid pandgever en zijn aandelen
Xxxxxxxxx staat in voor de waarheid van hetgeen hierboven omtrent de voormelde aandelen is gereleveerd en tevens voor de verpandbaarheid van deze vordering en voor zijn bevoegdheid over deze vorderingen te beschikken en dit vrij van beperkte rechten
eventueel:
zulks met deze uitzondering dat ……………….
Artikel 4. Bewijs schuld
Ten aanzien van het bestaan en het bedrag van de schulden, tot zekerheid waarvoor deze verpanding strekt, zal pandgever zich gedragen naar en genoegen nemen met de boeken van pandnemer, onverminderd zijn recht om daarna terug te vorderen hetgeen hij mocht bewijzen dat aldus door pandnemer meer mocht zijn ontvangen dan waartoe zij gerechtigd is.
Artikel 5. Behoud rechten op de aandelen
1. Zolang de thans verpande aandelen in de onmiddellijke of middellijke macht van de pandgever berusten, blijven de rechten en bevoegdheden die uit hoofde van de wet, de statuten van de Vennootschap of uit welke hoofde dan ook verbonden zijn aan de aandelen als de onderhavige, waaronder onder meer begrepen het stemrecht en de rechten van houders van eventuele met medewerking van de Vennootschap (nog) uitgegeven certificaten en andere hieronder artikel 7 vermelde rechten, met uitsluiting van pandnemer toekomen aan pandgever.
Artikel 6. Medewerking pandgever aan omzetting stil pandrecht
1. Wanneer pandgever in zijn verplichtingen jegens pandnemer al dan niet toerekenbaar tekortschiet dan wel pandnemer goede grond geeft te vrezen dat dit zal gebeuren en voorts ook buiten deze situaties indien het faillissement, een schuldsaneringsregeling overeenkomstig de Faillissementswet of de surseance van betaling van pandgever wordt aangevraagd dan wel beslag ten laste van hem wordt gelegd of in geval van een bij het handelsregister gedeponeerd voorstel tot zuivere splitsing of afsplitsing van de schuldenaar overeenkomstig art. 2:334a BW, is pandnemer bevoegd de verpande aandelen in zijn macht of in de macht van een derde te brengen. De pandgever volledige volmacht vooraf verleent voor de omzetting van het stille pandrecht in vuistpand door mee te werken aan alle mededelingsverplichtingen, inschrijvingen te laten verrichten en terstond alle daarbij alsdan behorende stukken en informatie te verstrekken waaronder begrepen alle noodzakelijke handelingen te laten verrichten door een notaris (of advocaat) en met de verplichting voor pandgever om eventuele nog te ontvangen bijbehorende stukken terstond na ontvangst (eveneens) aan pandnemer of een door pandnemer aan te wijzen derde ter hand te stellen en volledige medewerking te verlenen.
2. Xxxxxxxxx is verplicht pandnemer terstond in kennis te stellen van eventuele aanvragen van faillissement, een schuldsaneringsregeling overeenkomstig de Faillissementswet of surseance van betaling ter zake van zijn vermogen respectievelijk beslag op onderdelen van zijn vermogen en eventuele voorstellen tot zuivere splitsing of afsplitsing van pandgever.
3. Aan het niet voldoen van een van de verplichtingen in dit artikel is een eenmalige boete van
€ 10.000 verschuldigd zonder voorafgaande ingebrekestelling en een boete van € 250 voor iedere dag dat het niet meewerken voortduurt.
Artikel 7. Bevoegdheden na omzetting verpanding
1. Nadat de verpande aandelen in de macht van pandnemer of in de macht van een derde zijn gekomen op de voet van artikel 6 voormeld, komen de rechten en bevoegdheden die uit hoofde van de wet, de statuten van de Vennootschap of uit welke hoofde dan ook verbonden zijn aan onbezwaarde aandelen als de onderhavige, waaronder onder meer begrepen het stemrecht en de rechten van houders van eventuele met medewerking van de Vennootschap uitgegeven certificaten en andere hieronder artikel 7 vermelde rechten, met uitsluiting van pandgever toe aan pandnemer, zulks met inachtneming van de volgende onderdelen van dit artikel en artikel 8.
2. Voor zover het stemrecht ingevolge de wet of de statuten van de Vennootschap slechts door pandnemer kan worden uitgeoefend na goedkeuring of toestemming van de Vennootschap of van enig orgaan van de Vennootschap of van welke derde dan ook, zal pandgever er voor zover door pandnemer gewenst op eerste verzoek van pandnemer loyaal aan meewerken dat die toestemming zo snel mogelijk wordt verleend.
3. Pandnemer is bevoegd, zolang dit pandrecht bestaat, de dividenden, die op de in pand gegeven aandelen worden uitgekeerd, met inbegrip van stockdividenden, te innen.
4. Eventueel ter zake van de in pand gegeven aandelen uit te geven bonusaandelen komen aan pandgever toe, met dien verstande dat pandgever zich verbindt jegens pandnemer, gelijk pandnemer aanvaardt van pandgever, de na de betekening of erkenning als bedoeld in artikel 6 voormeld eventueel uit te geven bonusaandelen aan pandnemer in pand als voormeld af te staan en dat pandgever deze bonusaandelen ter uitvoering van zijn verbintenis ook al voor zover thans reeds mogelijk bij deze verpandt aan pandnemer, gelijk pandnemer bij deze van pandgever aanvaardt, een en ander met overeenkomstige toepassing van de overige in deze akte neergelegde bepalingen en onder de ontbindende voorwaarde dat het thans onvoorwaardelijk gevestigde pandrecht ten tijde van de uitgifte van de bonusaandelen nog bestaat.
5. Het bij eventuele liquidatie van de Vennootschap voor de aandeelhouders van de bij deze verpande aandelen beschikbaar komende gedeelte van het liquidatiesaldo zal, indien de liquidatie geschiedt na een machtsovername als bedoeld in artikel 6, door pandnemer worden ontvangen, wordende dit bij deze door pandgever aan pandnemer verpand, gelijk pandnemer dit bij deze als pand aanvaardt, een en ander onder de ontbindende voorwaarde dat ten tijde der ontvangst door pandnemer het thans onvoorwaardelijk gevestigde pandrecht nog bestaat.
Of:
6. Pandnemer zal bevoegd zijn de algemene vergaderingen van aandeelhouders bij te wonen en aldaar voor de verpande aandelen stem uit te brengen (of:) zoals het haar wenselijk voorkomt (of: zoals pandgever van haar zal verlangen).
Of:
6. Xxxxxxxxx zal bevoegd zijn de algemene vergaderingen van aandeelhouders bij te wonen en aldaar voor de verpande aandelen stem uit te brengen.
7. Uitsluitend wanneer pandgever in verzuim is met de voldoening van hetgeen waarvoor het pand tot waarborg strekt en behoudens beperkingen die in deze voortvloeien uit de statuten van de Vennootschap, is pandnemer bevoegd de haar in pand gegeven aandelen op elke wettig toegestane wijze waaronder onder meer begrepen verkoop van de aandelen aan zichzelf een en ander conform de in de statuten bepaalde grondslagen en andere desgewenst op verzoek van pandgever of pandnemer door de voorzieningenrechter van de rechtbank te bepalen wijzen te verkopen, waaronder begrepen een verblijving aan pandnemer op grond van een beslissing van de voorzieningenrechter van de rechtbank, dit laatste echter slechts op verzoek van pandnemer, een en ander onder de verplichting om de netto-opbrengst in mindering te brengen op het door pandgever aan pandnemer verschuldigde.
Of:
Artikel 8. Bevoegdheden na omzetting stil pandrecht in vuistpand
Pandnemer is niet bevoegd de haar in pand gegeven aandelen te bezwaren.
Of:
Artikel 8 Bevoegdheden na verpanding
Pandnemer is niet bevoegd de haar in pand gegeven aandelen te bezwaren met enig beperkt recht, met dien verstande dat pandnemer wel bevoegd is tot herverpanding.
Artikel 9. Terugbetaling
Pandnemer zal dezelfde aandelen, derhalve aandelen met dezelfde hierboven genoemde nummers aan pandgever dienen terug te geven onmiddellijk nadat al hetgeen deze verschuldigd was, is terugbetaald.
Artikel 10. Kosten
Alle kosten van deze akte en alle kosten in verband met deze verpanding, waaronder onder meer begrepen de registratiekosten, de kosten van betekeningen, de executiekosten en alle overige buitengerechtelijke en gerechtelijke kosten zijn ten laste van pandgever.
Of:
Artikel 10. Kosten
1. De kosten van deze akte en registratie zijn voor rekening van de Vennootschap.
2. Alle kosten in verband met uitoefening van de verpanding, waaronder onder meer begrepen de kosten van betekeningen, de executiekosten en alle overige buitengerechtelijke en gerechtelijke kosten komen ten laste van pandgever.
Artikel 11. Ontvangst betalingen
1. Voor alle bedragen die pandnemer uit hoofde van deze pandakte ontvangt geldt na aftrek van de in artikel 10 bedoelde kosten het navolgende.
a. Ontvangt pandnemer een bedrag zolang een (eventueel nog te openen) rekening- courant van pandgever bij pandnemer bestaat, dan zal pandnemer deze rekening voor de door haar ontvangen bedragen crediteren.
b. Mocht pandnemer een bedrag ontvangen op een moment dat geen rekening-courant van pandgever bij pandnemer bestaat, terwijl pandgever wel schuldenaar van pandnemer is, dan zal pandnemer het aan haar verschuldigde op de opbrengst van de vordering verhalen, dit desgewenst door verrekening.
c. Mocht de ontvangst van enig bedrag door pandnemer geschieden op een moment dat geen rekening-courant van pandgever bij pandnemer bestaat, terwijl pandgever niets aan pandnemer is verschuldigd en alle tussen pandgever en pandnemer bestaande rechtsverhoudingen volledig zijn afgewikkeld, althans redelijkerwijze geen vorderingen voor pandnemer meer zullen opleveren, dan zal pandnemer de opbrengst aan pandgever doorbetalen; mocht die ontvangst geschieden op een moment dat geen rekening-courant van pandgever bij pandnemer bestaat, terwijl pandgever niets aan pandnemer is verschuldigd en alle tussen pandgever en pandnemer bestaande rechtsverhoudingen nog niet volledig zijn afgewikkeld of althans redelijkerwijze nog vorderingen voor pandnemer zullen kunnen opleveren, dan zal B de opbrengst onder zich houden, ten einde daarop (desgewenst door verrekening) te verhalen hetgeen zij na afwikkeling van die zaken van pandgever te vorderen mocht hebben respectievelijk het eventuele overschot aan pandgever door te betalen.
Artikel 12. Afwikkeling rechtsverhoudingen
Indien pandnemer niets (meer) van pandgever te vorderen heeft en alle tussen pandgever en pandnemer bestaande rechtsverhoudingen zijn volledig afgewikkeld of zullen althans
redelijkerwijze geen vorderingen voor pandnemer meer opleveren, dan zal pandnemer, terstond na een daartoe strekkend verzoek van pandgever de aandeelbewijzen met alle bijbehorende, hierboven genoemde stukken aan pandgever retourneren onderscheidenlijk de bewaarder van de aandelen en de Vennootschap schriftelijk mededelen dat haar pandrecht op de bij deze akte verpande aandelen teniet is gegaan.
Aldus is overeengekomen en in tweevoud ondertekend te ………… op 201…
Pandgever Pandnemer,
De heer/Mevrouw ……. De heer/Mevrouw ……..
Namens deze Namens deze
TOELICHTING
Algemeen
Aandelen BV en NV aan toonder
Deze onderhandse verpandingsovereenkomst is te gebruiken voor de verpanding van aandelen van een BV. Deze overeenkomst is eenvoudig aan te passen voor de situatie van een NV die aandelen aan toonder heeft.
Huwelijksvermogensrecht
Zie de bijzondere bepalingen art. 3:233-234 BW en - ook meer in het algemeen over pandverlening door derden - bijv. P.A. Xxxxx, Vermogensrecht, Deventer: Kluwer (losbl.) aant. 7 e.v. op art. 233-234 (Derdenbezit bij pandrecht), 233 en 234, Asser/Xxxxxxxx, Xxx Xxxxxx en Xxx Xxxxxx, Goederenrecht III, Deventer: Kluwer 2003, nr. 24 en X.X. Xxxxxxxx en E.B. Xxxx-Xxxxxxxxxx, Goederenrecht, Deventer: Kluwer 2007, nr. 513. Met name is het niet ongebruikelijk de derde in de pandakte reeds afstand te laten doen van zijn bevoegdheid van art. 3:234 lid 1 BW. Ook wordt dikwijls een achterstelling van de eventuele vorderingen van pandgever op de schuldenaar gestipuleerd (art. 3:277 lid 2 BW).
Is de derde gehuwd of geregistreerd partner en de pandverlening door de derde geschiedt buiten de normale uitoefening van zijn beroep of bedrijf - de Hoge Raad neemt niet gauw uitoefening binnen beroep of bedrijf aan; vgl. bijv. HR 14 april 2000, NJ 2000, 689 m.nt. X.X. Xxxxxx - xxx dient de echtgenoot resp. andere partner schriftelijk toestemming te verlenen voor de verpanding op de voet van art. 1:88 lid 1 onderdeel c jo. lid 3 BW (jo. 1:80b BW), uitzonderingen daargelaten (art. 1:88 lid 2 en lid 6 BW jo. 1:80b BW); zie ook art. 1:88 lid 5 BW (jo. 1:80b BW). Men kan hiervoor volstaan met de zin "Voor zover nodig voor toestemming getekend door de echtgenoot/geregistreerd partner van pandgever." gevolgd door de naam en de handtekening van betrokkene.
Overigens valt te bedenken dat verpanding een vorm van beschikking is die valt onder het bestuur in de zin van art. 1:90 BW, dat bepaalt dat elke echtgenoot bevoegd is tot het bestuur van zijn eigen goederen en volgens de regels van art. 1:97 BW tot het bestuur van goederen van de gemeenschap. Aangezien die regels niet bepaald steeds duidelijk aanwijzen welke echtgenoot bestuursbevoegd is (al zijn er wel regels van derdenbescherming), verdient het aanbeveling om beide echtgenoten als partij op te laten treden. Een en ander geldt ex art. 1:80b BW ook voor de geregistreerde partner.
Vergelijking met situaties van een bank
Vgl. voor deze bij banken met een afzonderlijk bewaarbedrijf gebruikelijke constructie P.A. Xxxxx, Vermogensrecht, Deventer: Kluwer (losbl.) art. 236, aant. 15.3 met nadere vindplaatsen benevens en nader W.A.K. Rank, "Bewaring en administratie van effecten volgens FABEF I en VABEF II", in: Bewaring en eigendom van effecten, Preadvies Vereniging Effectenrecht 1996, Deventer: Kluwer 1997.
Richtlijn electronische handel
Als de zekerheidstelling geschiedt door een particulier dan is de elektronische vorm mogelijk niet toegelaten ingevolge de "zachte" uitzondering op art. 6:227a lid 1 en lid 2 onderdeel b BW. Ingevoerd op 30 juni 2004 ter implementatie van Richtlijn 2000/31 inzake elektronische handel.
Totstandkoming via electronische weg
Zie nader voor art. 6:227a e.v. de aantekeningen op deze bepalingen in Y.G. Xxxx Xxxxxxxx, Verbintenissenrecht, Deventer: Kluwer (losbl.).
Artikel 1
Dat een titel vereist is, volgt uit art. 3:84 lid 1 jo. 3:98 BW. In de eerste variant wordt naar de titel in artikel 2 verwezen en bij de 2e variant bij de reeds bestaande verpanding.
Het aantal te verpanden aandelen dient te worden vermelden.
Hoewel men de verpande zaken ook zonder meer kan uitleggen als beoogd met inbegrip van eventuele voorwaardelijke eigendomsrechten op die zaken, wordt hiervan zekerheidshalve toch maar uitdrukkelijk melding gemaakt. Zie hierover X.X. Xxxxxxxx, NTBR 2006, p. 223 e.v., i.h.b. p. 228 met verdere documentatie.
Artikel 2
Tot deze verklaring is pandgever verplicht ingevolge art. 3:237 lid 2 BW.
Artikel 3
Bij gebreke van verpandbaarheid - en deze kan ook contractueel uitgesloten zijn; vgl. art. 3:83 lid 2 BW - komt er geen verpanding tot stand en art. 3:88 BW beschermt hiertegen niet, aldus HR 17 januari 2003, NJ 2004, 281 m.nt.
X.X. Xxxxxxxx, NbBW 2003, p. 39 (N.S.G.J. Vermunt), Contracteren 2003, p. 21 e.v. (X.X.X. xxx Xxxxxx en M.H. Wissink).
Deze bepaling vraagt speciale aandacht van pandgever. Xxxxxxxxx denke ook aan de mogelijkheid dat hij de aandelen al in vruchtgebruik heeft gegeven. De bevoegdheid tot verpanding van aandelen aan toonder kan echter niet door de statuten van de Vennootschap worden uitgesloten of beperkt (art. 2:89 lid 1 eerste zin BW) wel bij aandelen van een besloten vennootschap. Check daarom altijd de statuten inzake de verpandingsmogelijkheden.
Artikel 4
Een zogenoemde boekenclausule als de onderhavige wordt door de jurisprudentie gesauveerd, zo blijkt uit HR 24 januari 1935 (Geldersche Credietvereeniging/Jonkers), NJ 1935, 000, X 00000 (SB) en HR 26 juni 1992 (Rabo/Visser), NJ 1993, 449 m.nt. HJS. Zij valt ook niet onder de zwarte lijst van art. 6:236 BW, in het bijzonder niet onder de daarin sub k opgesomde bedingen (L.v.Vr. II en L.v.A. II Inv., PG Boek 3 Inv. BW, p. 1351 onder verwijzing naar MvT Inv. en MvA II Inv., PG Boek 6 Inv. BW, p. 1708 en 1711), al kan zij natuurlijk wel op grond van de omstandigheden van het geval onredelijk bezwarend is (art. 6:233 aanhef en onderdeel a BW). Men bedenke hierbij, dat zekerheden ook door minder bonafide instellingen bedongen kunnen worden. Ook al is een boekenclausule in het algemeen geldig, de bank is desverzocht bij gemotiveerde betwisting van haar opgave wel verplicht aan te tonen dat deze opgave met de gegevens in haar administratie overeenkomt, aldus HR 26 april 1996, NJ 1996, 490, Bb 1996, p. 133 (M.H. Xxxxxxx), NbBW 1996, p. 78 (X.X.Xx. Meijer).
Artikel 5
Vgl. art. 2:89 lid 2-3 BW, vgl. art. 2:89 lid 4 BW.
Deze bepaling doet evenals de volgende bepalingen geen afbreuk aan art. 3:245 BW, dat zowel de pandgever als de pandhouder de bevoegdheid geeft rechtsvorderingen ter bescherming van het verpande goed in te stellen, mits zij met inachtneming van art. 118 Rv zorg dragen "dat de ander tijdig in het geding wordt geroepen".
Een ander tijdstip dan het hier beoogde - het moment van overgang van stil in openbaar pand overeenkomstig art. 3:237 lid 3 BW - is overigens denkbaar. Zie art. 2:89 en 3:247 BW.
Artikel 6
Dat de tekortkoming niet aan de schuldenaar toerekenbaar hoeft te zijn, blijkt uit XxX XX, PG Boek 3, p. 763. Deze bevoegdheid volgt ook reeds uit art. 3:237 lid 3 BW.
Vgl. voor deze vormen van splitsing van rechtspersonen bijv. X.X.X. xxx Xxxxxxxxx, TvI 1998, p. 142 e.v. Hierachter de bestaande bijbehorende stukken vermelden en de eventueel nog te verwachten bijbehorende stukken. Te denken valt bijv. aan dividendbewijzen en talons.
Artikel 7
Zie voor een toelichting op deze bepaling de noten op art. 5 voormeld. Vgl. art. 2:89 lid 3 BW.
Vgl. hierover B.C. Xxxxxx, V & O 2005, p. 146 e.v. Vgl. art. 3:97 jo. 98 BW.
Vgl. art. 2:89 lid 5 BW. Vgl. art. 3:250 BW.
Men mag de bevoegdheid om zo’n verzoek te doen kennelijk ook slechts aan een der partijen geven. Zie X.X.X. xxx Xxxxxx, NbBW 1997, p. 10 e.v. en kennelijk ook een daar besproken (niet gepubliceerde) uitspraak van Hof Arnhem waarbij een andersluidend vonnis van de President van de Rechtbank te Zutphen werd vernietigd.
Vgl. art. 2:89 lid 5 jo. 6 en 3:251 BW.
Artikel 8
Vgl. art. 3:242 BW.
Zie voor de status van de herverpanding H.A.G. Fikkers, WPNR 1998/6313, p. 301 e.v., de reactie van X.X.X. Xxxxx hierop in WPNR 1998/6333, p. 686-687 met naschrift van mw. Fikkers op p. 688.