REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
BESLISSING (BRUGEL-BESLISSING-20210126- 157)
Betreffende de voorstellen aangaande de volgende Synergrid-voorschriften:
▪ De modelovereenkomst tussen DNB en FSP in het kader van de levering van flexibiliteitsdiensten door gebruik van flexibiliteit bij distributienetgebruikers
▪ Het technisch voorschrift C8-01 Network Flexibility Study voor deelname van de DNG's aan flexibiliteitsdiensten.
Opgesteld op basis van de artikelen 79 §3 en 190bis van het technisch reglement voor het beheer van het distributienet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de toegang ertoe.
26.01.2021
Xxxxxxxxx 00 Avenue des Arts – X-0000 Xxxxxxx / Bruxelles T: 02 563 02 00 - F: 02 563 02 13
xxxx@xxxxxx.xxxxxxxx – xxx.xxxxxx.xxxxxxxx
Inhoudsopgave
3.1 Samenwerking tussen de gewestelijke regulatoren 4
3.2 Voorwerp van de voorgestelde wijzigingen en analyse 4
3.2.1 Contract tussen DNB en FSP 4
5 Bijlage 1: Opmerkingen van de gewestelijke regulatoren over het contract tussen de DNB en de FSP in het kader van de levering van flexibiliteitsdiensten door gebruik te maken van de gebruikersflexibiliteit van het distributienet, het voorschrift C8-01 en het voorstel tot wijziging van C10/11. 7
1 Juridische grondslag
Artikel 79, § 3, van het technisch reglement voor het beheer van het elektriciteitsdistributienet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en van de toegang ertoe bepaalt dat:
"De voorschriften bedoeld in paragraaf 2 en de normen van Synergrid, of elke afwijking daarvan, worden door Brugel goedgekeurd. De in alinea 1 beoogde voorschriften en normen treden in werking twee maanden na de goedkeuring van Brugel of, indien ze binnen deze termijn niet zijn goedgekeurd, twee maanden na de mededeling ervan door de distributienetbeheerder aan Brugel."
Daarnaast bepaalt artikel 190bis van hetzelfde reglement het volgende:
"Iedere persoon wiens gebruikelijke activiteiten bestaan in het aansturen van het verbruik en/of de elektriciteitsproductie van een of meer distributienetgebruikers om de aldus aangeboden flexibiliteit te valoriseren, sluit met de distributienetbeheerder een flexibel toegangscontract af. Het flexibel toegangscontract wordt opgesteld op basis van het model dat is goedgekeurd door Brugel, bepaald door Synergrid of, bij ontstentenis, door de distributienetbeheerder. De operator van flexibiliteitsdiensten leeft de technische voorwaarden na die door de distributienetbeheerder zijn opgelegd en, in elk geval, de Synergrid-normen."
Deze beslissing beantwoordt aan deze wettelijke verplichtingen.
2 Inleiding
Op 4 december 2021 heeft Synergrid twee documenten ter goedkeuring voorgelegd aan de gewestelijke regulatoren met betrekking tot het bieden van flexibiliteit aan de gebruikers van het distributienet (hierna "DNG" genoemd):
• De modelovereenkomst tussen DNB en FSP in het kader van de levering van flexibiliteitsdiensten door gebruik van flexibiliteit bij distributienetgebruikers (hierna “contract tussen DNB en FSP”).
• Het technisch voorschrift C8-01 Network Flexibility Study voor deelname van de DNG's aan flexibiliteitsdiensten (hierna "voorschrift C8-01").
Tussen 5 oktober en 2 november 2020 werden deze documenten onderworpen aan een openbare raadpleging.
3 Analyse en ontwikkeling
3.1 Samenwerking tussen de gewestelijke regulatoren
Het voorstel tot wijziging van de overeenkomst tussen DNB en FSP en het voorschrift C8-01 van Synergrid is hetzelfde in de drie gewesten. De regulatoren zijn dan ook overeengekomen, binnen de werkgroep FORBEG1 elektriciteit, om de beslissingen te harmoniseren zodat voor de marktspelers en de netgebruikers identieke eisen gelden in de drie gewesten.
Hiertoe hebben de gewestelijke regulatoren geopteerd voor een gezamenlijke benadering voor de analyse van het ter goedkeuring ingediende voorstel.
De opmerkingen werden gezamenlijk geformuleerd door de drie gewestelijke regulatoren en zijn opgenomen in een gezamenlijk document dat als bijlage bij deze beslissing is gevoegd. De gewestelijke regulatoren vragen een voorwaardelijke goedkeuring onder voorbehoud van de toepassing van enkele wijzigingen die in het gezamenlijke document worden gespecificeerd.
3.2 Voorwerp van de voorgestelde wijzigingen en analyse
3.2.1 Overeenkomst tussen DNB en FSP
De voorgestelde aanpassingen van de modelovereenkomst tussen DNB en FSP zijn relatief weinig talrijk en beperken zich voornamelijk tot een actualisering van de dienstencatalogus (in bijlage 1) en een aanpassing van hoofdstuk 8 over de aansprakelijkheid. De dienstencatalogus is immers aangevuld met de dienst die verband houdt met het capaciteitsvergoedingsmechanisme (CRM) en de energieoverdracht op de day-ahead en intraday-markten (ToE DA/ID).
1 Forum van Belgische Regulatoren voor Elektriciteit en Gas
De aanpassingen die nodig worden geacht voor de voorwaardelijke goedkeuring van dit voorstel en die door de regulatoren in bijlage 1 bij deze beslissing zijn samengevat, hebben betrekking op:
• De opmerking met betrekking tot de laatste alinea van hoofdstuk 8 over het evenwicht van het modelcontract tussen de betrokken partijen.
• Alle opmerkingen met betrekking tot de CRM in bijlage 1, met uitzondering van de eerste.
De voorgestelde wijzigingen voor voorschrift C8/01 betreffen een versnelling van de verwerking van NFS-verzoeken2, de voorbereiding van het toekomstige CRM en een afstemming van de terminologie op de modelovereenkomst tussen DNB en FSP.
Tot op heden werden de NFS driemaandelijks verricht. Het voorstel wil een behandeling van elke aanvraag, zodra deze ontvangen werd. Dit is een antwoord op een verzoek van de marktspelers om de kwalificatieprocedure in overeenstemming te brengen met de hogere frequentie van de verwerving van flexibiliteitsdiensten door de transmissienetbeheerder, ELIA. Het doel van de NFS is om de potentiële impact van de flexibiliteit op de grenzen van de operationele veiligheid van het elektriciteitsnet te verifiëren.
De aanpassingen die nodig worden geacht voor de voorwaardelijke goedkeuring van dit voorstel, zijn de opmerkingen die geformuleerd werden door de regulatoren bij de punten 2.1.1, 2.1.2, 2.1.4 en 2.1.5 van bijlage 1 van deze beslissing.
2 Network Flexibility Study
4 Beslissing
Overwegende het voorstel tot wijziging van de modelovereenkomst tussen DNB en FSP in het kader van de levering van flexibiliteitsdiensten door gebruik van flexibiliteit bij distributienetgebruikers voorgelegd door Synergrid op 4 december 2020;
Overwegende het voorstel tot wijziging van het technisch voorschrift C8-01 Network Flexibility Study voor deelname van de DNG's aan flexibiliteitsdiensten voorgelegd door Synergrid op 4 december 2020;
Gelet op de artikelen 79, § 3, en 190bis van het technisch reglement voor het beheer van het elektriciteitsdistributienet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en van de toegang ertoe;
Overwegende de gemeenschappelijke analyse van het voorstel als resultaat van de samenwerking tussen BRUGEL en de andere gewestelijke regulatoren, namelijk de Commission wallonne pour l’Energie (CWaPE) en de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG);
Rekening houdend met de opmerkingen geformuleerd door de gewestelijke regulatoren in bijlage van deze beslissing;
beslist BRUGEL het door Synergrid op 4 december 2020 ingediende voorstel goed te keuren betreffende de wijziging van de modelovereenkomst tussen DNB en FSP in het kader van de levering van flexibiliteitsdiensten door gebruik van flexibiliteit bij distributienetgebruikers op voorwaarde dat de gevraagde wijzigingen bij hoofdstuk 3.2.1 worden toegepast.
beslist BRUGEL het door Synergrid op 4 december 2020 ingediende voorstel goed te keuren betreffende het technisch voorschrift C8-01 Network Flexibility Study voor deelname van de DNG's aan flexibiliteitsdiensten op voorwaarde dat de gevraagde wijzigingen bij hoofdstuk 3.2.2 worden toegepast.
* *
*
5 Bijlage 1: Opmerkingen van de gewestelijke regulatoren over het contract tussen de DNB en de FSP in het kader van de levering van flexibiliteitsdiensten door gebruik te maken van de gebruikersflexibiliteit van het distributienet, het voorschrift C8-01 en het voorstel tot wijziging van C10/11.
COMMENTAIRES XXX XXXXXXXXXXX XXXXXXXXX XXX XX XXXXXXX XXXXX XX XXX XX XX XXX DANS LE CADRE DE LA LIVRAISON DE SERVICES DE FLEXIBILITE PAR L’UTILISATION DE LA FLEXIBILITE D’UTILISATEURS DU RESEAU DE DISTRIBUTION, LA PRESCRIPTION X0-00 XX XX XXXXXXXXXXX X’XXXXXXXXXX XX XX X00/00
1. OBJET
Par courriel daté du 3 décembre 2020, Synergrid soumet, pour approbation, aux régulateurs régionaux :
- son projet de révision du « contrat entre le GRD et le FSP par l’utilisation de la flexibilité d’utilisateurs du réseau de distribution » ;
- son projet de révision de la prescription C8-01 relative à la « Network Flexibility Study pour ma participation des URD à des services de flexibilité » ;
- un projet d’amendement de la prescription technique C10/11 visant à modifier l’annexe C2.
2. EXAMEN DES PROPOSITIONS DE SYNERGRID
Les régulateurs régionaux sont en mesure d’approuver les documents qui leur ont été soumis. Ils saluent au passage l’effort qui a été consenti pour accélérer les procédures de préqualification, précédemment de nature trimestrielle.
Cette approbation est toutefois assortie des observations suivantes :
2.1.1. Opmerking over hoofdstuk 1 en bijlage 4
Het hoofdstuk 1 van het technisch voorschrift handelt over definities. Daar staat de volgende definitie:
Operationele veiligheidsbeperkingen: de aanvaardbare operationele limieten: thermische limieten, spanningslimieten en spanningskwaliteit, en kortsluitlimieten
De term “spanningskwaliteit” werd toegevoegd aan de definitie in vergelijking met de vorige versie van de Nederlandstalige versie van het technisch voorschrift. Tegelijkertijd wordt de bijlage 4 geschrapt die voorbeelden gaf van de criteria van operationele veiligheid.
Artikel 2.3.21 §2 van het TRDE in Vlaanderen zegt:
§2. De elektriciteitsdistributienetbeheerder kan de levering van flexibiliteit tijdelijk beperken als de levering de operationele veiligheid van zijn elektriciteitsdistributienet in het gedrang brengt. De netbeheerder legt de technische criteria vast waaraan voldaan moet zijn opdat sprake kan zijn van het in het gedrang komen van de operationele veiligheid van het elektriciteitsdistributienet. Deze criteria moeten openbaar zijn.
1 Zo beschikt de digitale meter bijvoorbeeld over de functionaliteit om de spanning en de reactieve energie te monitoren.
De regionale regulatoren stellen dan ook dat Synergrid de bijlage met de criteria weer moet toevoegen al dan niet in een aangepaste versie en dat Synergrid:
• Of in dezelfde of in een andere bijlage de criteria voor spanningskwaliteit toevoegt en hoe deze zullen berekend worden in de simulatie van de NFS-studie;
• Of dat Synergrid een monitoringprocedure of gelijkaardig toevoegt aan C8/01 als alternatief voor de NFS-studie vb. groen resultaat maar onder voorwaarde van monitoring bij melden probleem etc.;
• Of de term spanningskwaliteit uit de definitie schrapt.
2.1.2. Opmerkingen over hoofdstuk 2
In het algemeen vinden de Regionale regulatoren dat voorwaarden voor de NFS-studie beter zouden veralgemeend worden en vermeld in de Bijlage I van het contract FSP-DNB. Door aanpassingen in het contract FSP-DNB kan het dan wel variëren op wie C8/01 exact van toepassing is, maar dat moet het technisch voorschrift zelf niet elke keer worden aangepast zoals de voorgestelde formulering in hoofdstuk 2 nu wel vereist.
De eerste opmerking gaat over de interpretatie van een paragraaf uit § 2 van C8-01 (lijn 102 tot 109):
“Deze procedure is van toepassing op alle aansluitingspunten die voldoen aan de volgende criteria en waarvan de DNG wenst deel te nemen aan één of meerdere flexibiliteitsproducten:
• Er moet een aansluitingscontract overeengekomen zijn tussen de DNB en de betrokken DNG of er dient een voldoende geldige offerte tot aansluiting zijn opgemaakt;
• Het betreft een netaansluiting met een netspanning > 1 kV;
• Het contractueel aansluitingsvermogen moet minimum 100 kVA bedragen;
• Het aansluitingspunt dient voorzien te zijn van een AMR meter met tele-opname. .
Na navraag bij Synergrid van de regulatoren blijkt dat de voorwaarde “het contractueel aansluitingsvermogen moet minimum 100 kVA bedragen” ook niet meer geldig is. De voorwaarde voor een NFS-studie staan per flexibiliteitsdienst in de Bijlage 1 van het contract FSP-DNB: aangesloten op een netspanning > 1 kV en beschikken over een kwartiergemeten meter. De regulatoren stellen daarom de volgende aanpassing voor van de paragraaf:
“Deze procedure is van toepassing op alle aansluitingspunten die voldoen aan de criteria uit bijlage 1 van de flexibiliteitsdienst van het contract FSP-DNB en waarvan de DNG wenst deel te nemen aan één of meerdere flexibiliteitsproducten.”
• Er moet een aansluitingscontract overeengekomen zijn tussen de DNB en de betrokken DNG of er dient een voldoende geldige offerte tot aansluiting zijn opgemaakt;
• Het betreft een netaansluiting met een netspanning > 1 kV;
• Het contractueel aansluitingsvermogen moet minimum 100 kVA bedragen;
• Het aansluitingspunt dient voorzien te zijn van een AMR meter met tele-opname. .
2.1.3. Opmerking over hoofdstuk 3
Een aantal belanghebbenden geven aan in de publieke consultatie dat de procedure zwaarder wordt gemaakt door de vereiste dat de DNG een apart mandaatformulier moet invullen los van de Grid User Declaration die de TNB opvraagt. Verder vinden de belanghebbenden dat er administratieve barrières bijkomend worden gecreëerd. De regionale regulatoren zien hier geen reden in tot beslissing tot afkeuring, maar willen wel Synergrid oproepen om verder in te zetten op vereenvoudiging en efficiëntie van de procedure. Zo zou
bijvoorbeeld één uniek standaardformulier in te vullen door de DNG voor DNB en TNB samen mogelijks eenvoudiger en efficiënter kunnen zijn dan de huidige voorstellen. We roepen de netbeheerders dan ook op om hierover af te stemmen om een goede oplossing te vinden. Mogelijks kunnen de vereisten van de TNB voor de DNG ook opgenomen worden in het DNB-mandaat?
2.1.4. Opmerkingen over hoofdstuk 5
Au chapitre 5.1, b), les régulateurs régionaux estiment que la formulation « Pour les qualifications déjà octroyées dans cette zone : Celles-ci restent valides pendant 12 mois suivant la première date-pivot de la zone rouge. Toutefois cette durée de 12 mois n’est valable qu’en l’absence de dispositions particulières précisées dans les conditions spécifiques de participation au Service de flexibilité auquel participe le point de raccordement (et le ou les SDP-F y associés), définies en Annexe 1 du contrat FSP-GRD » n’est pas parfaitement claire.
Les régulateurs régionaux interprètent cette disposition comme le fait qu’une disposition particulière précisée par le FRP dans les conditions spécifiques de participation au service de flexibilité pourrait remettre en cause, en cours de période de leur validité, les qualifications déjà octroyées dans une zone précédemment verte qui bascule en rouge. Cette disposition semble contradictoire avec l’alinéa suivant qui semble garantir que ne seraient affectées que les nouvelles demandes de qualification: « Pour les points de raccordement pour lesquels une nouvelle demande de qualification a été introduite : eux seuls risquent d’être limités par la contrainte réseau détectée lors de l’étude NFS ».
Il serait utile de préciser ce qui est envisagé ici.
Verder hebben de regionale regulatoren ook nog een opmerking over de herevaluatie van de rode zone na de spildatum. Het is uit de tekst van §5.1 niet volledig duidelijk wanneer er een herberekening plaatsvindt van een rode zone:
o In b) derde bullet zegt men: “deze beperkingen […] zijn van toepassing zolang het operationele veiligheidsrisico bestaat, […]. Hier specifieert men dus niet dat er een herberekening is na 12 maanden
o In de vorige versie in punt e) vierde bullet stond de herevaluatie van de rode zone 12 maanden na de spildatum expliciet vermeld. Deze bullet werd echter geschrapt in de nieuwe versie.
o In de tabel op pagina p.7 staat: “Geen enkele invloed tot de volgende spildatum van de rode zone. Vanaf deze datum en elk jaar op dezelfde datum, als de beperking verbonden is aan het flexibiliteitsvolume, wordt dit volume verdeeld over alle flexibele aansluitingspunten […]”. M.a.w. geeft men hier wel aan dat er elke 12 maanden na de spildatum een herberekening is.
De regulatoren vinden de verschillende formuleringen niet duidelijk. Bovendien stelt het TRDE art. 2.3.21 §3 dat “De beperking van de levering van flexibiliteit, vermeld in voorgaande paragraaf, geldt enkel onder volgende voorwaarden: […] de beperking geldt voor afgebakende tijdsvensters, die regelmatig geëvalueerd worden.
Het is dus niet alleen belangrijk om duidelijk te vermelden dat elke rode zone 12 maanden na de spildatum geherëvalueerd wordt. Als er in de tussentijd een significante wijziging in deze zone plaatsvindt zoals de aansluiting van een nieuwe netgebruiker met significante afname of de installatie van een bijkomende significantie productie-installatie zou de rode zone sneller moeten geherëvalueerd worden dan de voorgestelde 12 maanden.
De regulatoren stellen daarom voor dat Synergrid dit duidelijk opneemt in § 5.1 op basis van volgend principe:
De rode zone wordt geherëvalueerd 12 maanden na de spildatum of sneller na een significante wijziging in de toestand van het net van de rode zone.
2.1.5. Opmerkingen over hoofdstuk 6
Au chapitre 6 relatif aux dispositions transitoires, la CWaPE observe ce qui semble être une erreur de frappe :
« Xx xxxxxxxx xx xx xxxxxxxxxxxxx (…) xxx xxxxxx xxxxx’xx 31/12/2020 »
Les régulateurs régionaux recommandent de prendre en considération une date correspondant à 12 mois après l’entrée en vigueur de la C8-01 par les régulateurs, afin de garantir les périodes de validité en cours.
2.2.1. Opmerkingen over Artikel 8
L’article 8 relatif à la responsabilité exempt, à moins d’un régime spécifique en vigueur au niveau régional, le GRD de toute indemnisation ou décharge, dans un certain nombre de circonstances, notamment lorsque :
• Une interruption non planifiée empêche l’activation de la flexibilité chez un URD ;
• Une situation de force majeure ou d’urgence – comme déterminée dans le RTDE, y compris l’activation du plan de délestage en cas d’une pénurie d’énergie – empêche l’activation de la flexibilité chez un URD.
Les régulateurs régionaux peuvent dans un premier temps valider cette proposition pour autant qu’aucune pénalité ne puisse être imposée au FSP ou à l’URD pour raison de non disponibilité du service.
In lijnen 310-311 van artikel 8 staat:
“In geval van een weigering om een SDP-F toe te voegen in de Pool van de FSP of bij wijziging van een Pool op aanvraag van de DNB volgens de procedure beschreven in artikel 5;”
In de vorige versie stond er “gegronde weigering”. De regionale regulatoren begrijpen niet goed waarom het woord “gegronde” werd geschrapt. Synergrid motiveert de schrapping ook nergens. De regionale regulatoren suggereren dan ook om dit weer toe te voegen.
In de lijnen 343-346 van artikel 8 staat:
“De FSP vrijwaart de DNB voor elke claim met betrekking tot de inbreuk op de confidentialiteit van de gegevens of op de privacy van de betrokken DNG’s, tenzij de inbreuk op de confidentialiteit van die gegevens het gevolg is van een inbreuk door de DNB op de bepalingen van artikel 9 van deze overeenkomst.”
Op zich kunnen de regulatoren deze paragraaf begrijpen, maar we vinden dat dit een wederkerig principe moet zijn. Nl. dat de DNB ook de FSP moet vrijwaren van elke claim met betrekking tot de inbreuk van de confidentialiteit etc. De voornaamste reden hiervoor is dat modelcontracten evenwichtig moeten zijn opgesteld voor beide partijen.
De regulatoren merken op dat de specifieke voorwaarden voor deelname aan de flexibiliteitsdienst CRM de deelname van ’ dienstleveringspunten voor flexibiliteit’ die niet aangesloten zijn op het HS-net, verhinderen. De regulatoren stellen vast dat deze beperking niet gesubstantieerd wordt. De regulatoren stellen daarnaast ook vast dat de werkingsregels van de CRM, zoals voorgesteld door Xxxx ten tijde van deze beslissing, geen beperkingen opleggen voor de deelname aan de dienst door activa op het distributieniveau, ongeacht het spanningsniveau. Tot slot stellen de regulatoren vast dat Verordening (EU) 2019/943 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 betreffende de interne markt voor elektriciteit krachtens artikel 22.1(h) verplicht dat een capaciteitsmechanisme open staat voor deelname van alle hulpbronnen die de vereiste technische prestaties kunnen verstrekken, met inbegrip van energieopslag en vraagzijdebeheer. Als gevolg vragen de regulatoren aan distributienetbeheerders om de opname van deze beperking als specifieke voorwaarde voor deelname aan het CRM te substantiëren aan de hand van objectieve en meetbare technische redenen, of bij afwezigheid hiervan, zich te engageren tot een concreet stappenplan met als doel om op korte termijn deze beperking binnen de specifieke voorwaarden te verwijderen, zodat alle hulpbronnen op distributienetniveau, inclusief degene niet aangesloten op het HS-net, op gelijke basis kunnen deelnemen aan het CRM.
De regulatoren hebben ook nog de volgende opmerkingen:
• Specifieke aansluitingsvoorwaarden waar een aansluitingspunt moet aan voldoen onder het CRM- regime horen thuis in een speciaal addendum aan het aansluitingscontract of aansluitingsreglement en niet in het contract FSP-DNB. We denken hierbij bijvoorbeeld aan de bullet: “Bij de prekwalificatie moet er minimaal een offerte zijn van de DNB voor het aansluitingspunt. Ten laatste 60 dagen na de veiling moet de offerte voor de aansluiting ondertekend worden”. Dit kan een eis zijn van de DNB, maar het contract FSP-DNB is niet de geschikte plaats om specifieke aansluitingsvoorwaarden op te leggen. Hiervoor kan de DNB een voorstel van specifieke bijlage van het aansluitingscontract indienen bij de regulatoren.
• Als er afwijkingen op C8/01 voor CRM gelden zoals voorgesteld in punt ii, dan moeten deze als een extra hoofdstuk in het C8/01 worden toegevoegd en niet in het contract FSP-DNB.
• De aanvrager van de NRP krijgt slecht 3 werkdagen om te reageren, terwijl de DNB 5 werkdagen om te antwoorden op de aanvrager. Voor redenen van wederkerigheid en evenwicht wordt er best dezelfde termijn voor beide partijen gegarandeerd: vb. 3 of 5 werkdagen reactietijd voor zowel de aanvrager als de DNB.
• De verwijzing naar compliance met metering vereisten is te vaag. Er moet gespecifieerd worden welke metering vereisten geldig zijn. Dit kan bijvoorbeeld door een verwijzing naar een specifiek document, naar een technisch voorschrift of het technisch reglement, indien van toepassing. De regulatoren kunnen een vage verwijzing niet goedkeuren. Als er nog geen duidelijkheid is over de meetvereisten, dan moet punt iii geschrapt worden.
De regels voor energieoverdracht werden op het tijdstip van dit schrijven nog niet goedgekeurd. In alle waarschijnlijkheid zal dit in de loop van 2021 wel het geval zijn, maar de regionale regulatoren stellen voor om aan dit deel van het contract een voorwaardelijkheid toe te voegen dat dit in werking treedt na goedkeuring van de regels door de federale regulator.
De laatste bullet van dit stuk van de bijlage 1 stelt voor ToE DA/ID:
“Als het SDP-F zich in een specifiek circuit van de installatie bevindt (en niet op het hoofd van de installatie), moeten de modaliteiten voor de telling conform zijn met het document C8/02 van Synergrid.”
De regionale regulatoren hebben in hun beslissing over de vorige herziening expliciet gesteld dat C8/02 moet herzien worden om in lijn te zijn met de nieuwe versie van de technische reglementen indien van toepassing2, alsook om aan de evoluerende noden van de belanghebbenden te voldoen3. De regionale regulatoren willen Synergrid hier dan ook aan herinneren dat dit technisch voorschrift zo snel mogelijk moet herzien worden. De regionale regulatoren kunnen dan ook enkel voor beperkte tijd de huidige formulering accepteren omdat we begrijpen dat het herzieningstraject van C8/02 in voorbereiding is en weldra zal gestart worden. Indien dit niet het geval zou zijn, dient de tekst te worden aangepast.
De opening van energieoverdracht naar de DA/ID-markt zal voor de eerste keer verplichtingen opleggen aan FRP’s die geen netbeheerders zijn vb. evenwichtsverantwoordelijken, alsook mogelijk FSP’s die specifiek op deze markten actief zijn. Het is dan ook belangrijk om deze belanghebbenden voldoende te betrekken bij de herziening van C8/02.
2.3. Amendement de la C10/11 (annexe C)
La C10/11 dans sa version actuelle (01/09/2019) offre au producteur le choix entre 3 méthodes pour la détection d’ilotage :
• df/dt (RoCoF) ;
• Saut de vecteur ;
• Activation d’une fenêtre de fréquence plus fine xxx xxxx xx xxxxxxxx xxxxxx xx xx xxxxxxx.
Xx xxxxxxx xxxxx xxx xx "xxxx de vecteur" semble entrainer des risques plus élevés au niveau du système car elle est davantage susceptible de s’activer par inadvertance lors de défauts, en-dehors de toute situation d’ilotage.
Pour les nouvelles installations uniquement, les gestionnaires de réseau souhaiteraient donc faire évoluer leurs exigences en la matière, en imposant que tout relais de découplage soit xxxx xxx xxx 0 xxxxxx xxxxxxxx de détection d’ilotage. En règle générale, les GRD entendent utiliser en priorité la méthode la plus avancée (Narrow frequency band), et utiliseront l’autre méthode (RoCoF) en “fall-back”.
Les régulateurs régionaux peuvent marquer leur accord sur cette proposition pour autant qu’il soit tenu compte des remarques suivantes :
• Il conviendrait tout d’abord de laisser un délai suffisant aux producteurs ayant déjà passé commande pour honorer leurs engagements ; à cet égard, un délai de 2 mois entre la date de la parution de cet amendement et la commande des relais basés sur la technologie “saut de vecteur” parait suffisant ;
• L’exception 4 prévue à l’article 3 de la C10/11 prévoit :
“Les installations de production d’électricité existantes qui sont adaptées après le 01.11.2019[Date de publication du présent document + 2 mois], endéans les 10 ans après leur première mise en service, et où l’adaptation concerne uniquement le remplacement d’un équipement par un modèle identique ou similaire (pour autant que cela n’ait pas d’impact sur la puissance maximale de l’installation et que les caractéristiques techniques de celle-ci restent au minimum au même
2 Vb. Cfr. Artikel 3.2.8 uit het TRDE in Vlaanderen
3 Zie § 3.3. van de bijlage bij BESL-2020-34 “commentaarnota van de regionale regulatoren contract FSP-DNB” : xxxxx://xxx.xxxx.xx/xxxxx/xxxxxxx/xxxxx/xxxxxxxx/xxxxxxx_xxx_xxxx-0000-00_xxxxxxxx_xxx- dnb_commentaarnota_regionale_regulatoren_finaal.pdf
niveau). Dans ce cas, les présentes prescriptions C10/11 ne s’appliquent pas à l’équipement remplacé, à l’exception des paramètres de l’ANNEXE C. Toute modification doit être notifiée par écrit au GRD accompagnée de la documentation nécessaire.”
Dans les cas visés ci-dessus et pour autant que les conditions demandées soient remplies, il devrait être autorisé à un producteur de remplacer un relais à l’identique, même s’il est basé sur la technologie “saut de vecteur”, notamment afin de pouvoir récupérer le câblage existant. Seuls les paramètres intrinsèques du relais devraient éventuellement être adaptés. Ter ondersteuning van het correct configureren van ontkoppelbeveiligingen die vervangen worden in het kader van hogergenoemde uitzondering lijkt het ons aangewezen dat in Annex C.2 de instellingen ter configuratie van “Vectorsprong” behouden blijven, weliswaar met de aanduiding dat dit enkel van toepassing is voor bestaande systemen of vervangingen in het kader van uitzondering 4 onder Artikel 3.
* *
*
2 DRAFT
3
4 Overeenkomst
5 tussen
6 de DNB en de FSP
7 in het kader van
8 de levering van flexibiliteitsdiensten door het gebruik
9 van flexibiliteit bij distributienetgebruikers
10
11
Tussen: | Naam FSP |
Maatschappelijke zetel: XXXXXXX | |
Ondernemingsnummer: XXXXXXXXX | |
BTW-nummer: XXXXXXXXX | |
Vertegenwoordigd door XXXXXXXXXX | |
hierna “de FSP” genoemd | |
Enerzijds | |
En | Naam DNB of Werkmaatschappij |
Maatschappelijke zetel: XXX | |
Ondernemingsnummer XXX | |
BTW-nummer.: XXXX | |
Vertegenwoordigd door XXX en XXX, gevolmachtigden | |
en handelend in naam en voor rekening van de volgende distributienetbeheerders: XXX, XXX Invoeging lijst (+ EAN/GLN-codes) hierna “de DNB” genoemd, Xxxxxxxxxx |
00
00 xx xxxxxx hierna eveneens, zonder onderscheid, afzonderlijk “Partij” of samen “Partijen” genaamd, 14
15
16 Overwegende 17
18
19
20 1) dat een groeiend aantal netgebruikers hun flexibiliteit wensen te valoriseren in de
21 elektriciteitsmarkten; 22
23 2) dat de DNB, als marktfacilitator en databeheerder, de ontwikkeling van de flexibiliteit van
24 netgebruikers aangesloten op zijn net wil bevorderen; 25
26 3) dat een nieuwe marktrol is ontstaan, namelijk die van Dienstverlener van flexibiliteit, met als
27 doel de valorisatie van flexibiliteit van netgebruikers te faciliteren voor de Aanvragers van
28 flexibiliteit; 29
30 4) dat de simultane activatie van flexibiliteit bij meerdere DNG’s in bepaalde gevallen de
31 operationele veiligheid van het distributienet in gevaar kan brengen; 32
33 5) dat, in het licht van de voorgaande elementen, een FSP-DNB-overeenkomst noodzakelijk blijkt
34 om onder andere volgende zaken vast te leggen:
35 • de voorwaarden voor deelname van Dienstverleningspunten voor flexibiliteit aan de
36 verschillende Flexibiliteitsdiensten;
37 • de informatie die de FSP ter beschikking moet stellen van de DNB om hem toe te laten de
38 impact van de flexibiliteit op zijn net te analyseren en de flexibele volumes te berekenen;
39 • de praktische modaliteiten om de lijst met punten die de FSP kan activeren, samen te
40 stellen en te wijzigen;
41 • de respectieve rollen van Partijen met betrekking tot de activering van de flexibiliteit, het
42 beheer van meetgegevens en de berekening van de flexibele volumes;
43 • de voorwaarden volgens dewelke de DNB de meetgegevens aan de FSP kan overmaken;
44 • de respectieve verantwoordelijkheden van de Partijen.
45 6) dat deze verschillende elementen het onderwerp zijn van de onderhavige overeenkomst, voor
46 de Flexibiliteitsdiensten opgenomen in bijlage; 47
48 7) dat deze lijst met Flexibiliteitsdiensten in de toekomst regelmatig kan evolueren, onder de vorm
49 van bijlagen aan de onderhavige overeenkomst; 50
51 8) dat de onderhavige overeenkomst via Synergrid aan de Belgische gewestelijke regulatoren
52 voor energie werd voorgelegd; dat deze laatsten ze hebben goedgekeurd op 21 augustus 2020
53 door de CWaPE, op 1 september 2020 door de VREG en op 2 september door Xxxxxx; 54
55
56
57
58 wordt overeengekomen hetgeen volgt: 59
Artikel 1 Voorwerp van de overeenkomst - Definities
60
61 1.1. Voorwerp van de overeenkomst
62 Onderhavige overeenkomst beschrijft de bijzondere wederzijdse rechten en plichten van de DNB en de
63 FSP met betrekking tot het gebruik door de FSP van flexibiliteit van distributienetgebruikers aangesloten
64 op het distributienet beheerd door de DNB in het kader van een of meerdere Flexibiliteitsdiensten zoals
65 bepaald in de dienstencatalogus in Bijlage 1. 66
67 De Partijen erkennen dat de onderhavige overeenkomst, die werd goedgekeurd door de bevoegde
68 gewestelijke regulator, volledig wordt onderworpen aan het toepasselijke TRDE, alsook al zijn
69 eventuele toekomstige wijzigingen. 70
71 Het contract afgesloten tussen de FSP en de DNG mag geen bepalingen bevatten die in strijd zijn met
72 de bepalingen in onderhavige overeenkomst. In geval van incompatibiliteit kan de DNB de FSP vragen
73 om het contract DNG-FSP te regulariseren ten aanzien van de onderhavige overeenkomst. Bij gebrek
74 aan een regularisatie binnen een redelijke termijn behoudt de DNB zich het recht voor om de
75 onderhavige overeenkomst op te schorten volgens de modaliteiten voorzien in artikel 11. 76
77 Onderhavige overeenkomst doet geen afbreuk aan de rechten en plichten van de DNB in het kader van
78 de MIG (Message Implementation Guide), de allocatie, de reconciliatie en settlement-processen van
79 de marktwerking, met inbegrip van de taken van de DNB voor het ter beschikking stellen van de
80 gevalideerde meetgegevens aan de partijen die in de reglementering voorzien zijn.
81 1.2. Definities
82 In het kader van de huidige overeenkomst, zijn de volgende definities van toepassing: 83
84 | (1) |
85 | |
86 | |
87 | |
88 | |
89 | |
90 | (2) |
91 | |
92 | |
93 | (3) |
94 | |
95 | |
96 | (4) |
97 | |
98 | |
99 | |
100 | (5) |
101 | |
102 | |
103 | |
104 | |
105 | 1.3. |
Een Dienstverleningspunt voor flexibiliteit (SDP-F) is een element, verbonden aan een aansluitingspunt, dat kan gebruikt wordt in het kader van één of meerdere Flexibiliteitsdiensten. Het wordt geïdentificeerd door het meetpunt dat gebruikt wordt voor de controle en/of de berekening van de beschikbaarheid en/of activatie van flexibiliteit in het kader van de Flexibiliteitsdiensten bedoeld in de onderhavige overeenkomst.
Flexibiliteitsdienst: de lijst met Flexibiliteitsdiensten, waarvoor de onderhavige overeenkomst geldig is, is opgenomen in de dienstencatalogus (Bijlage 1).
Flexibiliteitsaanvrager (FRP): marktspeler die een overeenkomst heeft gesloten met een of meerdere Dienstverleners van flexibiliteit met het oog op de levering van een Flexibiliteitsdienst.
Dienstverlener van flexibiliteit (FSP): marktspeler die een of meer Flexibiliteitsdiensten via een of meerdere Dienstverleningspunten voor flexibiliteit levert. De FSP, Partij in de onderhavige overeenkomst, is een Dienstverlener van flexibiliteit.
Pool: geheel van de Dienstverleningspunten voor flexibiliteit die de FSP mag activeren in het kader van de Flexibiliteitsdiensten. Voor elk Dienstverleningspunt van flexibiliteit dat deel uitmaakt van de Pool, bevat deze alle administratieve en technische informatie met het oog op een correcte uitvoering van de onderhavige overeenkomst (o.a. EAN, adres, plaats van het meetpunt, betrokken Flexibiliteitsdiensten, beperkingen, de flexibiliteitsmiddelen, meet- en telmodaliteiten, …).
106
107
In het kader van de huidige overeenkomst, zijn de volgende afkortingen van toepassing:
108 | (1) | DNG: Distributienetgebruiker; |
109 | (2) | FRP: Flexibiliteitsaanvrager (Flexibility Requesting Party) |
110 | (3) | SDP–F: Dienstverleningspunt voor flexibiliteit (Service Delivery Point of Flexibility) |
111 | (4) | TRDE: Technisch Reglement voor Distributie van Elektriciteit |
Artikel 2 Lijst van de bijlagen
112
113
114
115
116
Alle bijlagen van deze overeenkomst maken integraal deel uit van de onderhavige overeenkomst.
Dienstencatalogus | Bijlage 1 |
Formulier voor de aanvraag van een identificatie voor een nieuw SDP-F | Bijlage 2 |
Pool | Bijlage 3 |
Contactpersonen | Bijlage 4 |
Artikel 3 Vergunning voor de levering van Flexibiliteitsdiensten
117 Voor zover de van toepassing zijnde gewestelijke wetgeving het oplegt, moet de FSP beschikken over
118 een vergunning voor de levering van Flexibiliteitsdiensten en dit minimaal voor de geldigheidsduur van
119 onderhavige overeenkomst.
120 In voorkomend geval, door het ondertekenen van onderhavige overeenkomst, bevestigt de FSP te
121 beschikken over een geldige vergunning. 122
123 De FSP verbindt zich ertoe om de DNB zonder verwijl te informeren indien hij niet meer over dergelijke
Artikel 4
Voorwaarden voor deelname van Dienstverleningspunten voor
flexibiliteit
125
126
127 4.1. Voorwaarden van toepassing op alle Flexibiliteitsdiensten
128 Elk Dienstverleningspunt voor flexibiliteit (SDP–F) moet voldoen aan de volgende voorwaarden:
129 a) Het toegangspunt dat gelinkt is met het SDP-F moet gedekt zijn door een geldig
130 toegangscontract tussen de toegangshouder (DNG of leverancier van de DNG) en de DNB. 131
132 b) Indien het aansluitingspunt gelinkt aan het SDP-F verbonden is met het hoogspannings-
133 distributienet, moet dit gedekt zijn door een geldig aansluitingscontract, gesloten met de DNB. 134
135 c) De installaties van de DNG zijn conform de geldende technische reglementering (TRDE,
136 Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties). 137
138 d) Een SDP–F kan slechts opgenomen worden in de Pool van één enkele Dienstverlener van
139 flexibiliteit, voor de Flexibiliteitsdiensten opgenomen in Bijlage 1. 140
141 e) Indien de FSP beschikt over meerdere SDP-F’s gelinkt aan eenzelfde aansluitingspunt, moeten
142 al deze SDP-F’s zich bevinden op het hoofd van de installatie of op afzonderlijke elektrische
143 circuits. Het is niet toegelaten om een SDP-F te hebben op het hoofd van de installatie en een
144 andere SDP-F op een specifiek circuit van deze installatie, tenzij eventueel anders vermeld in
145 de dienstencatalogus (Bijlage 1, kolom E). 146
147 f) Als meerdere Dienstverleners van flexibiliteit aanwezig zijn op een elektrische installatie gelinkt
148 aan eenzelfde aansluitingspunt, moeten de SDP-F’s van elk van deze Dienstverleners van
149 flexibiliteit zich in afzonderlijke elektrische circuits bevinden. Geen enkele SDP-F mag zich aan
150 het hoofd van de installatie bevinden. 151
152 4.2. Specifieke voorwaarden voor elke Flexibiliteitsdienst
153 Om te kunnen deelnemen aan een bepaalde Flexibiliteitsdienst moet het SDP-F voldoen aan de
154 specifieke voorwaarden voor die Flexibiliteitsdienst. Deze voorwaarden zijn aangegeven in de
155 dienstencatalogus (Bijlage 1, kolom D).
Artikel 5 Procedure voor samenstelling en wijziging van de Pool
156
158 De FSP erkent uitdrukkelijk het feit dat om een SDP–F in de Pool op te nemen, de verplichting bestaat
159 minstens effectief een flexibiliteitsovereenkomst met de betrokken DNG onderschreven te hebben dat
160 verenigbaar is met het aansluitingscontract en met de kwalificatie van het aansluitingspunt afgeleverd
161 door de DNB. 162
163 Dit artikel is een tijdelijke bepaling, die vervalt op de dag dat er hieromtrent hogere regelgeving in
164 werking treedt. 165
166 Bovendien, indien de FSP eenzelfde SDP–F wenst te gebruiken voor meerdere Flexibiliteitsdiensten,
167 komt het hem toe zich ervan te vergewissen dat de Algemene voorwaarden voor Flexibiliteitsdiensten
168 (zie Bijlage 1, kolom C) een dergelijke combinatie toelaten. De DNB voort deze controle niet uit.
169 5.2. Samenstelling van de Pool en wijziging ervan op vraag van de FSP
170 Bij het ondertekenen van de overeenkomst bevat de Pool initieel geen enkele SDP–F. Het samenstellen
171 van de Pool voor de eerste maal komt neer op het wijzigen van de samenstelling ervan door één of
172 meerdere SDP–F toe te voegen. 173
174 Alvorens een SDP-F in de Pool toe te voegen, moet de FSP aan de DNB vragen om een identificatie
175 (EAN) toe te kennen door gebruik te maken van het formulier, opgenomen in bijlage 2. 176
177 Een keer per maand kan de samenstelling van de Pool gewijzigd worden, door één of meerdere SDP–
178 F’s toe te voegen, te wijzigen of te verwijderen. Hiervoor communiceert de FSP aan de DNB, uiterlijk 5
179 werkdagen voor het einde van de maand, de lijst van de SDP–F’s waarvan hij de flexibiliteit wenst te
180 activeren tijdens de volgende maand en dit volgens het formaat van bijlage 3. Deze communicatie
181 gebeurt via e-mail op het adres vermeld in bijlage 4 (Contactpersonen). 182
183 De DNB verbindt zich ertoe om, binnen de 5 werkdagen volgend op de ontvangst van deze e-mail, een
184 update van de Pool aan de FSP te bezorgen. Deze update treedt in werking op de eerste dag van de
185 volgende maand. Tijdens deze periode van 5 werkdagen zal de DNB voor elk SDP–F dat de FSP wil
186 wijzigen of aan zijn Pool wil toevoegen, nagaan of hij voldoet aan de voorwaarden zoals opgenomen in
187 artikel 4 van de onderhavige overeenkomst. 188
189 Indien niet aan elk van deze voorwaarden is voldaan kan de DNB de aanvraag weigeren. 190
191 Indien een FSP een SDP-F wenst toe te voegen aan zijn Pool dat reeds opgenomen is in een Pool van
192 een andere Dienstverlener van flexibiliteit, zal de DNB deze laatste verwittigen door het verwijderen
193 van deze SDP-F uit zijn Pool. In deze context behoudt de DNB zich het recht voor om aan de FSP een
194 attest van de DNG voor het betrokken SDP–F te vragen. 195
196 5.3. Wijziging van de Pool op aanvraag of op initiatief van de DNB
197 5.3.1 Onmiddellijke verwijdering van een SDP-F uit een Pool
198 De DNB mag het (de) SDP–F(‘s) verbonden aan een aansluiting onmiddellijk en tijdelijk verwijderen uit
199 de Pool indien niet meer voldaan wordt aan de voorwaarden 4.1.a), 4.1.b), 4.1.c) opgenomen in artikel 200 4.
201
202 De DNB zal de FSP van de onmiddellijke verwijdering van het (de) SDP–F(‘s) uit de Pool informeren
203 via een aanpassing van de bijlage 3 en hij zal zijn beslissing motiveren; bovendien zal de DNB de
204 betrokken DNG tijdig informeren. De FSP kan opnieuw het (de) verwijderde SDP–F(‘s) toevoegen van
205 zodra opnieuw voldaan is aan alle voorwaarden opgenomen in artikel 4.
206 5.3.2 Andere verwijdering van een SDP-F uit een Pool
207 Indien de DNB een vermoeden heeft dat het (de) SDP-F(‘s) verbonden aan een aansluiting niet meer
208 voldoen aan de voorwaarden uit artikel 4.1.d) tot 4.1.f) of uit artikel 4.2, dan brengt hij de FSP op de
209 hoogte van dit vermoeden. De FSP heeft 5 werkdagen om een wederwoord te bezorgen vanaf de dag
210 van het ontvangen van het bericht van de DNB. Indien de FSP na 5 werkdagen geen wederwoord
211 gestuurd heeft of indien het wederwoord van de FSP niet voldoende is voor de DNB om het vermoeden
212 te weerleggen, dan mag de DNB het (de) SDP–F(‘s) verbonden aan een aansluiting tijdelijk verwijderen
213 uit de Pool indien niet meer voldaan wordt aan de voorwaarden uit artikel 4.1.d) tot 4.1.f) of uit artikel 214 4.2.
215
216 De DNB zal de FSP van de verwijdering van het (de) SDP–F(‘s) uit de Pool informeren via een
217 aanpassing van de bijlage 3 en hij zal zijn beslissing opnieuw motiveren; bovendien zal de DNB de
218 betrokken DNG tijdig informeren. De FSP kan opnieuw het (de) verwijderde SDP–F(‘s) toevoegen van
219 zodra opnieuw voldaan is aan alle voorwaarden opgenomen in artikel 4. 220
221 De DNB kan verder een SDP-F uit de Pool van de FSP verwijderen als een andere Dienstverlener van
222 flexibiliteit een aanvraag voor toevoeging van dit SDP-F indient voor toevoeging ervan aan zijn eigen
223 Pool. In deze context behoudt de DNB zich het recht voor om aan de FSP een exclusiviteitsattest van
224 de DNG voor het betrokken SDP–F te vragen.
225 5.3.3 Beperkingen op vraag van de DNB
226 De DNB kan, volgens het geldende wettelijk kader, de levering van flexibiliteit via één of meerdere
227 SDP–F’s tijdelijk beperken als de levering de operationele veiligheid van zijn elektriciteitsdistributienet
228 in het gedrang kan brengen.
229 Volgens het geldende wettelijk kader past de DNB de technische criteria toe waaraan voldaan moet
230 zijn opdat sprake kan zijn van het in het gedrang komen van de operationele veiligheid van het
231 elektriciteitsdistributienet. 232
233 De DNB zal de FSP van deze beperking informeren via een aanpassing van de bijlage 3 en hij zal zijn
234 beslissing motiveren; bovendien zal de DNB de betrokken DNG tijdig informeren.
235 5.3.4 Betwisting
236 In geval de FSP niet akkoord gaat met één van de bovenvermelde beslissingen van de DNB kan hij de
237 DNB vragen om zijn beslissingen opnieuw te evalueren. Deze her-evaluatie wordt gemotiveerd en tijdig
238 ter kennis gebracht van de FSP. De FSP of de DNG heeft bovendien steeds de mogelijkheid om de
239 beslissingen van de DNB aan te vechten bij de daarvoor bevoegde gewestelijke ombuds- of
240 geschillendiensten.
Artikel 6 Activering van de flexibiliteit
241
243 Pool, en de beperkingen en limieten opgenomen in bijlage 3 te respecteren. De FSP verbindt zich er
244 ook toe enkel de flexibiliteitsmiddelen te gebruiken die zijn opgenomen in bijlage 3. 245
246 De DNB is op geen enkele wijze betrokken in de communicatie tussen FSP en DNG om de flexibiliteit
247 te activeren.
248
249 Bij elke activering van de flexibiliteit in het kader van onderhavige overeenkomst, verbindt de FSP zich
250 ertoe om dit, ten laatste de eerste werkdag na de activering, te melden aan de DNB, volgens de
251 modaliteiten vermeld in de dienstencatalogus (Bijlage 1, kolom E). Daarenboven zullen de FSP en de
252 DNB samenwerken om de tijd die nodig is voor het verstrekken van deze informatie te verminderen.
Artikel 7 Meting, berekening en communicatie van de flexibiliteitsvolumes
253
255 meting, de berekening en de communicatie aan de FRP van de flexibiliteitsgegevens. Desgevallend
256 wordt dit verduidelijkt in de dienstencatalogus (Bijlage 1, kolom E). 257
258 De DNB is verantwoordelijk voor de berekening van de flexibiliteitsvolumes (beschikbaar en/of
259 geactiveerd) van elk SDP–F aangesloten op zijn net en hun communicatie aan de FRP (onder al of niet
260 geaggregeerde vorm, volgens de van toepassing zijnde marktprocessen). De tel- en/of meetgegevens
261 die hiervoor gebruikt worden komen van een of meer tel- en/of meetinstrumenten zoals vermeld in de
262 Pool voor elk SDP-F afzonderlijk. In het geval van het gebruik van een privé tel- of meetinstrument of
263 de communicatie van deze gegevens aan de DNB, zal de FSP waken over de goede werking ervan. 264
265 Indien voor de berekening van de flexibiliteitsvolumes andere informatie nodig is dan de meetgegevens
266 dan worden deze per SDP-F en per Flexibiliteitsdienst gepreciseerd onder de rubriek ‘Informatie voor
267 de settlement van de Pool’ (Bijlage 3). De FSP is verantwoordelijk voor hun juistheid en het ter
268 beschikking stellen ervan bij het updaten van de Bijlage 3 volgens de procedure beschreven in het
269 artikel 5.2. 270
271 De FSP kan beschikken over de meetgegevens met betrekking tot de SDP-F’s van de Pool die nodig
272 zijn voor de uitvoering van zijn activiteiten. Daartoe moet hij vooraf het bewijs leveren aan de DNB dat
273 de betrokken DNG toestemming verleent om deze gegevens over te maken aan de FSP. Dit bewijs zal
274 geleverd worden onder de vorm van een officieel mandaat van de DNG volgens een model dat
275 vastgelegd is door de DNB.
276 De DNB streeft naar eenzelfde beschikbaarheid als deze bepaald voor de leveringsmarkt in het TRDE. 277
278 Indien de FSP wenst te beschikken over andere dan de wettelijk bepaalde gegevens met betrekking
279 tot de SDP–F van de Pool, sluiten de FSP en de DNB hiervoor een afzonderlijk datatoegangscontract
280 af. Deze gegevens worden gecommuniceerd per e-mail of elke andere manier van communicatie
281 overeengekomen tussen de DNB en de FSP. 282
283 In geval de SDP-F zich bij een DNG van een gesloten distributienet, aangesloten op het distributienet,
284 bevindt, wordt de uitvoering van onderhavig artikel overeengekomen tussen de DNB en de beheerder
285 van het betrokken gesloten distributienet in overeenstemming met het geldende reglementair kader.
Artikel 8 Aansprakelijkheid
286
287 De Partijen zullen gedurende de looptijd van de onderhavige overeenkomst de nodige en redelijke
288 maatregelen nemen om eventuele schade van de ene Partij aan de andere te voorkomen en, in
289 voorkomend geval, te beperken. 290
291 Behoudens schade die het gevolg is van bedrog of opzet door een Partij, waarvoor die Partij steeds
292 volledig aansprakelijk is, zijn de Partijen ten opzichte van elkaar enkel aansprakelijk voor elke
293 rechtstreekse materiële of lichamelijke schade, ten gevolge van elke actie die de schadeveroorzakende
294 Partij heeft ondernomen, gevraagd of nagelaten heeft te ondernemen en die aan de oorzaak ligt van
295 de betreffende schade alsook ten gevolge van elke inbreuk op de bepalingen van de onderhavige
296 overeenkomst. 297
298 Deze aansprakelijkheid, zowel van de FSP als van de DNB, kan nooit leiden tot een hogere vergoeding
299 dan de integrale vergoeding van de werkelijk geleden schade. Behoudens schade die het gevolg is van
300 bedrog of opzet, is de aansprakelijkheid beperkt tot 2.000.000 euro per incident en tot 5.000.000 euro
301 per jaar voor het geheel van incidenten. Dit maximumbedrag geldt niet voor schade aan personen. 302
303 Partijen zullen elkaar tevens vrijwaren voor claims van derden, met betrekking tot de schade die de
304 betrokken Partij veroorzaakt heeft aan die derde, in het kader van de uitvoering van onderhavige
305 overeenkomst.
306
307 Onverminderd het specifiek schadevergoedingsregime dat geldig is op gewestelijk niveau, kan de FSP
308 geen aanspraak maken op een schadevergoeding van of vrijwaring door de DNB:
309
310 • In geval van een weigering om een SDP-F toe te voegen in de Pool van de FSP of bij wijziging van
311 een Pool op aanvraag van de DNB volgens de procedure beschreven in artikel 5; 312
313 • In geval de DNG een onderbreking ondervindt ten gevolge van een overschrijding van zijn
314 aansluitingsvermogen. 315
316 • Indien een geplande onderbreking die werd gecommuniceerd aan de DNG binnen de wettelijke
317 termijnen, de activering van de flexibiliteit bij deze DNG verhindert. 318
319 • Indien een ongeplande onderbreking de activering van de flexibiliteit bij een DNG verhindert. 320
321 • Indien een situatie van overmacht of een noodsituatie – zoals gedefinieerd in het TRDE en met
322 inbegrip van de activering door de TNB van het afschakelplan bij energieschaarste – de activering
323 van de flexibiliteit bij een DNG verhindert. 324
325 • Indien de DNB een SDP-F uit de Pool van de FSP verwijdert bij een van de aanleidingen
326 beschreven in artikel 5.3. 327
328 • Indien de activatie van flexibiliteit op het betrokken SDP-F niet mogelijk is omdat de flexibele
329 toepassing op dit punt systematisch slechts gedurende een deel van de tijd onder spanning staat,
330 doordat:
331 • deze toepassing is aangesloten op het uitsluitend-nacht-circuit van de netgebruiker;
332 • er een schakellogica wordt toegepast die de voeding naar de flexibele toepassing
333 onderbreekt gedurende bepaalde tijdsblokken of tariefperiodes. 334
335 • In geval van een gemotiveerde opschorting van onderhavige overeenkomst voor schending door
336 de FSP, op voorwaarde dat de procedure als beschreven in artikel 11 gevolgd werd. 337
338 • Ten gevolge van enige vergoeding of boete in hoofde van de FSP die het gevolg is van het niet
339 nakomen van de contractuele of reglementaire verplichtingen van de FSP ten opzichte van de FRP
340 anders dan de eventuele vergoeding voor de beperking van flexibiliteit die in het wettelijk kader
341 wordt vastgelegd.
342
343 De FSP vrijwaart de DNB voor elke claim met betrekking tot de inbreuk op de confidentialiteit van de
344 gegevens of op de privacy van de betrokken DNG’s, tenzij de inbreuk op de confidentialiteit van die
345 gegevens het gevolg is van een inbreuk door de DNB op de bepalingen van artikel 9 van deze
346 overeenkomst.
Artikel 9 Confidentialiteit en bescherming van persoonsgegevens
347
348 De bepalingen uit het TRDE met betrekking tot vertrouwelijkheid, evenals de vigerende reglementering
349 inzake privacy, zijn van toepassing op alle gegevens en informatie uitgewisseld tussen de Partijen in
350 het kader van onderhavige overeenkomst.
351 Bij uitbreiding, en in afwachting van een eventuele specifieke reglementering voor de flexibiliteitsmarkt,
352 worden de vertrouwelijkheidsregels met betrekking tot de meetgegevens, die van toepassing zijn op de
353 meters gebruikt in het kader van de werking van de energiemarkt, eveneens toegepast op de
354 meetgegevens van privémeters die worden gebruikt in het kader van onderhavige overeenkomst. 355
356 De informatie die door de FSP wordt uitgewisseld met de DNB in het kader van deze overeenkomst, of
357 die reeds in het bezit is van de DNB, dient beschouwd te worden als confidentiële informatie, met
358 uitzondering van de informatie die reeds publiek bekend is. Als uitzondering op deze bepaling mag de
359 DNB de betrokken informatie doorgeven aan de bevoegde overheden of aan elke andere instantie die
360 kan aantonen dat zij nood heeft aan deze gegevens of dat zij het recht heeft om over deze gegevens
361 te beschikken.
362
363 In elk geval blijven de DNG’s eigenaar van hun meetgegevens. De DNB maakt slechts gegevens over
364 aan de FSP van een individuele DNG indien de FSP over een bewijs beschikt dat de DNG dit aanvaardt.
365
366 Vooraleer over te gaan tot enige verwerking van persoonsgegevens tussen de Partijen, zullen zij
367 overleg voeren over de toepasselijkheid, de gevolgen en de implementatie van de daarop van
368 toepassing zijnde wetgeving en reglementering en in het bijzonder de Europese “Algemene
369 Verordening Gegevensbescherming” – (EU) 2016/679 en de mogelijkheid tot verwerking. In geen geval
370 zullen persoonsgegevens verwerkt worden zonder dat de Partijen hierover voorafgaandelijk een
371 overeenkomst hebben afgesloten waarin, onder meer maar niet hiertoe beperkt, voorwaarden en
372 maatregelen zullen opgenomen worden voor deze verwerking en de bescherming van de betrokken
373 gegevens, rekening houdende met de respectievelijke rol(len) van iedere Partij.
374 Artikel 10 Vergoeding van de DNB
375 De kosten van de DNB veroorzaakt door de uitvoering van de onderhavige overeenkomst zullen slechts
376 aan de FSP worden gefactureerd, voor zover de toerekening van deze kosten wordt voorzien in de
377 distributienettarieven goedgekeurd door de bevoegde regulator.
Artikel 11 Procedure voor het niet-respecteren van contractuele verplichtingen
378
379
381 een of meerdere clausules van onderhavige overeenkomst niet respecteert, zullen de Partijen samen
382 overleggen om zo snel mogelijk een einde te stellen aan de vastgestelde inbreuk. 383
384 Indien de Partij in gebreke, in gebreke blijft om een oplossing te vinden voor de fout en/of de inbreuk,
385 heeft de andere Partij het recht om de Partij in gebreke aan te manen zijn verplichtingen te respecteren
386 en het bewijs te leveren dat zij alle nodige corrigerende maatregelen getroffen heeft. 387
388 Indien de Partij in gebreke, in gebreke blijft om dit bewijs te leveren en/of de vastgestelde inbreuk zich
389 herhaalt, heeft de andere Partij het recht om, zonder afbreuk te doen aan de andere bepalingen die
390 van toepassing zijn met betrekking tot de verantwoordelijkheden die voortvloeien uit de contracten en
391 andere gevallen van opschorting en/of opzegging voorzien door de van kracht zijnde wetgeving en
392 reglementen, onderhavige overeenkomst op te schorten, zolang de Partij in gebreke geen bewijs
393 aanvoert dat zij alle nodige corrigerende maatregelen getroffen heeft. Deze opschorting wordt gemeld
394 aan de Partij in gebreke door eenvoudig aangetekend schrijven. Nadat de Partij in gebreke het
395 gevraagde bewijs geleverd heeft, zal de andere Partij de opschorting van de overeenkomst zo snel
396 mogelijk ongedaan maken door middel van een aangetekend schrijven. Indien de Partij in gebreke het
397 gevraagde bewijs niet aanlevert, kan de andere Partij de onderhavige overeenkomst beëindigen
398 overeenkomstig de voorzieningen in artikel 12. 399
400 Bij uitzondering op de hierboven beschreven procedure zal onderhavige overeenkomst onmiddellijk
401 opgeschort worden van zodra de FSP niet meer beschikt over de vergunning waarvan sprake in artikel 402 3.
403 Artikel 12 Duur van het contract - einde van het contract
404 Deze overeenkomst treedt in werking op XXX voor onbepaalde duur, tenzij de toepasselijke
405 gewestelijke regelgeving dit anders bepaalt. 406
407 Deze overeenkomst en haar bijlagen vervangen en vernietigen alle vorige contracten en afspraken
408 tussen de Partijen die hetzelfde voorwerp hebben. 409
410 De FSP kan onderhavige overeenkomst beëindigen mits een vooropzeg van 3 maanden, betekend bij
411 aangetekend schrijven. De DNB kan onderhavige overeenkomst beëindigen om de juiste redenen, mits
412 een vooropzeg van 6 maanden. 413
414 Indien de DNB zich genoodzaakt ziet om, ten gevolge van wijzigingen van het regulatoir kader, in het
415 bijzonder het TRDE, de overeenkomst op te zeggen, zal hij een nieuwe overeenkomst ter
416 ondertekening aanbieden die beantwoordt aan de op dat moment geldende regelgeving. 417
418 De datum naast de handtekening van de Partij die als laatste tekent, doet dienst als datum voor de
419 onderhavige overeenkomst. 420
421
422
423
424
425
426
427
428
429
430
431
432
433
434
435
436
437
438
439
440
441
442 _ 443
444 De Partijen gaan onherroepelijk akkoord met de clausules van de onderhavige overeenkomst waarvan
445 ze erkennen kennis te hebben genomen. 446
447
448
449 Opgemaakt in twee exemplaren. Elk van de Partijen verklaart een exemplaar ontvangen te hebben. 450
451 Gedaan te , op
452
453
454
455 Voor de DNB, Voor de FSP,
Bijlage 1 | Dienstencatalogus |
A | B | C | D | E |
Flexibiliteitsdienst | FRP | Algemene voorwaarden voor Flexibiliteits- diensten | Specifieke voorwaarden voor deelname aan de Flexibiliteitsdienst | Bijkomende informatie |
Frequentie- begrenzingsreserve (FCR) | Elia Transmission Belgium | De hiernavolgende voorwaarden gelden slechts voor zover volgens de toepasselijke gewestelijke reglementering de onderhavige overeenkomst verplicht is op de FCR Flexibiliteitsdienst. • Voor SDP-F’s aangesloten op het HS-net: alvorens een SDP-F in de Pool van de FSP toe te voegen, moet de DNB, op vraag van de DNG, het document Customer Contract Check (CCC) afleveren, waarin de relevante elementen van het aansluitingscontract opgenomen zijn. De DNB levert dit document af binnen een termijn van maximaal 15 werkdagen na ontvangst van de aanvraag. Het gevraagd flexibel vermogen kan in geen geval het aansluitingsvermogen overschrijden. Voor de SDP-F’s aangesloten op HS betreft dit het contractueel aansluitingsvermogen. | • De SDP-F’s aangesloten op het laagspanningsnet en de SDP-F’s aangesloten op het hoogspanningsnet kunnen deelnemen aan de FCR Flexibiliteitsdienst. • De DNB is niet betrokken bij de meting van deze Flexibiliteitsdienst noch bij het ter beschikking stellen en overmaken van de meetgegevens aan de FRP. • In uitzondering op het artikel 4.1, kan het SDP-F gebruikt voor deze Flexibiliteitsdienst zich bevinden in een specifiek circuit van de installatie, zelfs indien een andere SDP-F zich op het hoofd van de installatie bevindt. • De activeringen van de flexibiliteit moeten niet aan de DNB worden gecommuniceerd. |
A | B | C | D | E |
Flexibiliteitsdienst | FRP | Algemene voorwaarden voor Flexibiliteits- diensten | Specifieke voorwaarden voor deelname aan de Flexibiliteitsdienst | Bijkomende informatie |
Automatische frequentieherstel- reserve (aFRR) | Elia Transmission Belgium | • Enkel de SDP-F’s aangesloten op het HS-net mogen worden toegevoegd aan de Pool van de FSP, tenzij de toepasselijke regelgeving dit anders bepaalt. • De hoofdmeter van de DNB moet kwartiergemeten zijn. • Alvorens een SDP-F in de Pool van de FSP toe te voegen, moet het aansluitingspunt, gelinkt aan deze SDP-F worden geprekwalificeerd volgens de procedure beschreven in het document C8/01 van Synergrid. • Het gevraagd flexibel vermogen mag in geen geval het geprekwalificeerd vermogen overschrijden. • De teller moet conform zijn aan de vereisten van het document C8/06 van Synergrid. De DNB behoudt zich het recht voor om op elk moment ter plaatse een ad-hoc audit uit te voeren. • Er moet een gateway worden geregistreerd en geplaatst volgens de vereisten in het document C8/06 van Synergrid. De DNB behoudt zich het recht voor om op elk moment ter plaatse een ad- hoc audit uit te voeren. | • De ‘business processen’, met inbegrip van de communicatie van de activeringen van de flexibiliteit worden toegelicht in het document C8/07 van Synergrid. |
A | B | C | D | E |
Flexibiliteitsdienst | FRP | Algemene voorwaarden voor Flexibiliteits- diensten | Specifieke voorwaarden voor deelname aan de Flexibiliteitsdienst | Bijkomende informatie |
Manuele frequentieherstel- reserve (mFRR) | Elia Transmission Belgium | • Enkel de SDP-F’s aangesloten op het HS-net mogen worden toegevoegd aan de Pool van de FSP, tenzij de toepasselijke regelgeving dit anders bepaalt. • De hoofdmeter van de DNB moet kwartiergemeten zijn. • Alvorens een SDP-F in de Pool van de FSP toe te voegen, moet het aansluitingspunt, gelinkt aan deze SDP-F worden geprekwalificeerd volgens de procedure beschreven in het document C8/01 van Synergrid. • Het gevraagd flexibel vermogen mag in geen geval het geprekwalificeerd vermogen overschrijden. • Als het SDP-F zich in een specifiek circuit van de installatie bevindt (en niet op het hoofd van de installatie), moeten de modaliteiten voor de telling conform zijn met het document C8/02 van Synergrid. | • De activeringen van de flexibiliteit moeten aan de DNB worden gecommuniceerd per e-mail of elke andere manier van communicatie overeengekomen tussen de DNB en de FSP, met aanduiding van de volgende informatie: o EAN o Tijdstip activatie o Tijdstip vrijgave o Geactiveerd vermogen (indien beschikbaar) |
A | B | C | D | E |
Flexibiliteitsdienst | FRP | Algemene voorwaarden voor Flexibiliteits- diensten | Specifieke voorwaarden voor deelname aan de Flexibiliteitsdienst | Bijkomende informatie |
Strategische reserve (SDR) | Elia Transmission Belgium | • Enkel de SDP-F’s aangesloten op het HS-net mogen worden toegevoegd aan de Pool van de FSP, tenzij de toepasselijke regelgeving dit anders bepaalt. • De hoofdmeter van de DNB moet kwartiergemeten zijn. • Alvorens een SDP-F in de Pool van de FSP toe te voegen, moet het aansluitingspunt, gelinkt aan deze SDP-F worden geprekwalificeerd volgens de procedure beschreven in het document C8/01 van Synergrid. • Het gevraagd flexibel vermogen mag in geen geval het geprekwalificeerd vermogen overschrijden. • Als het SDP-F zich in een specifiek circuit van de installatie bevindt (en niet op het hoofd van de installatie), moeten de modaliteiten voor de telling conform zijn met het document C8/02 van Synergrid. | • De activeringen van de flexibiliteit moeten aan de DNB worden gecommuniceerd per e-mail of elke andere manier van communicatie overeengekomen tussen de DNB en de FSP, met aanduiding van de volgende informatie: o EAN o Tijdstip activatie o Tijdstip vrijgave o Geactiveerd vermogen (indien beschikbaar) |
A | B | C | D | E |
Flexibiliteitsdienst | FRP | Algemene voorwaarden voor Flexibiliteits- diensten | Specifieke voorwaarden voor deelname aan de Flexibiliteitsdienst | Bijkomende informatie |
Capaciteits- remuneratie- mechanisme (CRM) | Elia Transmission Belgium | • De vermelding ‘activatie’ in de Overeenkomst moet voor CRM begrepen worden als ‘het zich voordoen van een AMT (Availability Monitoring Trigger) hour’. • Enkel de SDP-F’s aangesloten op het HS-net mogen worden toegevoegd aan de Pool van de FSP. • De hoofdmeter van de DNB moet kwartiergemeten zijn. • Bij de prekwalificatie moet er minimaal een offerte zijn van de DNB voor het aansluitingspunt. Ten laatste 60 dagen na de veiling moet de offerte voor de aansluiting ondertekend worden. • Alvorens een SDP-F in de Pool van de FSP toe te voegen, moeten twee voorafgaande stappen worden uitgevoerd: i. De NRP (Nominal Reference Power), zoals gedefinieerd in de ‘Functioning Rules’ moet definitief bepaald zijn: o De berekeningsaanvraag van de NRP moet de berekeningsmethode specificeren (ofwel op basis van historische gegevens, ofwel op basis van gegevens verzameld uit deelname aan andere flexibiliteitsdiensten, ofwel op basis van een specifieke test). o De DNB berekent de NRP op basis van de gekozen methode en communiceert het resultaat van de berekening aan de aanvrager binnen de 5 werkdagen na de aanvraag. o De aanvrager kan het resultaat van de berekening betwisten tot drie werkdagen na de communicatie ervan. In dat geval wordt het NRP bepaald via een specifieke test. De aanvrager geeft aan wanneer deze test kan plaatsvinden. De uitvoering van deze test moet gebeuren binnen de vijf werkdagen na de betwisting van de NRP. o De NRP zal herzien worden in geval van substantiële wijziging van het afname gedrag. De herziene NRP kan worden betwist volgens dezelfde procedure als hierboven beschreven. o Voor een SDP-F aangesloten op een GDN stemt de DNB af met de beheerder van het GDN voor de bepaling van de NRP. o De DNB communiceert de NRP en de lokalisatie (TS) aan Xxxx (FRP). De lokalisatie wordt zo nodig aangepast in functie van wijzigingen van de netstructuur. |
ii. Het aansluitingspunt gelinkt met deze SDP-F moet geprekwalificeerd zijn volgens de procedure beschreven in het document C8/01 van Synergrid. o In afwijking tot de principes beschreven in §5.1 van het document C8/01, ingeval het aansluitingspunt gelinkt met de SDP-F zich in een rode zone bevindt, blijft het resultaat van de NFS geldig tot de eerste verjaardag van de spildatum die volgt op het beëindigen van het meerjarencontract met de FRP. o De FSP is zelf verantwoordelijk om het risico op eventuele tijdelijke beperking van de flexibiliteit in te calculeren in zijn bod in de CRM-veiling. De procedure beschreven in de C8/01 houdt geen rekening met eventuele mutueel exclusieve bids. iii. Compliance met de metering vereisten moet geverifieerd zijn |
A | B | C | D | E |
Flexibiliteitsdienst | FRP | Algemene voorwaarden voor Flexibiliteits- diensten | Specifieke voorwaarden voor deelname aan de Flexibiliteitsdienst | Bijkomende informatie |
Transfer of Energy in day-ahead & intraday (ToE DA/ID) | • Enkel de SDP-F’s aangesloten op het HS-net mogen worden toegevoegd aan de Pool van de FSP, tenzij de toepasselijke regelgeving dit anders bepaalt. • De hoofdmeter van de DNB moet kwartiergemeten zijn. • Alvorens een SDP-F in de Pool van de FSP toe te voegen, moet het aansluitingspunt, gelinkt aan deze SDP-F worden geprekwalificeerd volgens de procedure beschreven in het document C8/01 van Synergrid. • Het gevraagd flexibel vermogen mag in geen geval het geprekwalificeerd vermogen overschrijden. • Als het SDP-F zich in een specifiek circuit van de installatie bevindt (en niet op het hoofd van de installatie), moeten de modaliteiten voor de telling conform zijn met het document C8/02 van Synergrid. | • De activeringen van de flexibiliteit moeten aan de DNB worden gecommuniceerd per e-mail of elke andere manier van communicatie overeengekomen tussen de DNB en de FSP, met aanduiding van de volgende informatie: o EAN o Tijdstip activatie o Tijdstip vrijgave o Geactiveerd vermogen (indien beschikbaar) |
Bijlage 2 | Formulier voor de aanvraag van een identificatie voor een nieuw SDP-F |
Bijlage 2 nieuw SDP-F.xlsx
Bijlage 3 | Pool |
De SDP-F’s (en de bijbehorende flexibiliteitsmiddelen) opgenomen in de hierna vermelde lijst maken deel uit van de Pool. Deze Pool kan in overeenstemming met artikel 5 van onderhavige overeenkomst worden gewijzigd.
Annuleert en vervangt de vorige versies te beginnen vanaf XXX
Bijlage 3 - Pool
Bijlage 4 | Contactpersonen |
DNB | |||||
Naam | Telefoon | Fax | GSM | Toelichting | |
Defecten Algemeen nr. | - | - | - | - | |
FSP | |||||
Naam | Telefoon | Fax | GSM | Toelichting | |
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
DRAFT C8-01 (v10)
Network Flexibility Study
voor de deelname van de DNG’s aan Flexibiliteitsdiensten
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28 Datum van inwerkingtreding van huidige versie: 1 januari 2021
29 Definitieve datum van intrekking van de vorige versie (oktober 2016): 1 januari 2021 30
31
32
33 Inhoudstafel
34
36 2. Voorwerp en toepassingsgebied 3
37 3. Stap 1: Indienen van een kwalificatieaanvraag 4
39 4.1. Praktische modaliteiten 5
40 4.2. Kwalitatieve beschrijving van de NFS-studie en de mogelijke resultaten 5
41 5. Stap 3: resultaat van de NFS-studie: impact op de kwalificatie van de aansluitingspunten
45 Bijlage 2: Formulier ‘Connection Contract Check’ 8
46 Bijlage 3: Formulier voor een kwalificatieaanvraag en voor de communicatie van het resultaat
48
49
51 • Flexibiliteit: de wijziging van het profiel van productie, injectie, verbruik of afname van energie in
52 reactie op een extern signaal teneinde ofwel een dienst in het energiesysteem te verlenen ofwel een
53 financieel voordeel te verkrijgenIn het kader van dit document dient flexibiliteit gelezen te worden als
54 het geheel van flexibiliteitsdiensten beschreven in de dienstencatalogus opgenomen in bijlage 1 aan
55 de overeenkomst tussen de FSP en de DNB.
56 • Flexibiliteitsdienst: Dienst opgenomen in de lijst van Flexibiliteitsdiensten in de dienstencatalogus
57 (bijlage 1) van de flexibiliteitsovereenkomst tussen de FSP en de DNB (overeenkomst FSP-DNB).
58 • Dienstverlener van flexibiliteit (FSP): Marktspeler die een of meer Flexibiliteitsdiensten via een of
59 meerdere Dienstverleningspunten voor flexibiliteit levert. De FSP is een Dienstverlener van flexibiliteit.
60 • Een Dienstverleningspunt voor flexibiliteit (SDP-F) is een element, verbonden aan een
61 aansluitingspunt, dat kan gebruikt worden in het kader van één of meerdere Flexibiliteitsdiensten. Het
62 wordt geïdentificeerd door het meetpunt dat gebruikt wordt voor de controle en/of de berekening van
63 de beschikbaarheid en/of activatie van flexibiliteit in het kader van de Flexibiliteitsdiensten.
64 • Aansluitingspunt: Zie het technisch reglement. Het aansluitingspunt wordt geïdentificeerd door een
65 afname EAN en, in voorkomend geval, een injectie-EAN.
66 • Network Flex Study (NFS): Het onderzoek van de potentiële gevolgen van de flexibiliteit op de
67 Operationele veiligheidsbeperkingen
68 • Kwalificatie van een aansluitingspunt: Het recht (eventueel met beperkingen) om het punt op te
69 nemen in de lijst van de Dienstverleningspunten voor flexibiliteit (pool) van een FSP voor een bepaald
70 flexibiliteitsvolume, na een NFS-studie.
71 • Activeringsperiode: Na een extern signaal, de periode tijdens dewelke de flexibiliteit is geactiveerd.
72 Deze periode is geïdentificeerd door een beginmoment en een eindmoment. De recuperatie van de
73 niet gebruikte of niet geproduceerde energie maakt geen deel uit van deze activeringsperiode.
74 • Het rebound-effect: De gevolgen op het net van de recuperatie van de niet geproduceerde energie
75 en van het geheel van de geactiveerde flexibiliteit.
76 • Activeerbaar vermogen: Maximaal flexibel vermogen dat geactiveerd kan worden (anders gezegd:
77 in geval van activering van de flexibiliteit, de maximum hoeveelheid aan kilowatt waarmee de afname
78 of de injectie gewijzigd zal worden)
79 • Operationele veiligheidsbeperkingen: de aanvaardbare operationele limieten: thermische limieten,
80 spanningslimieten en spanningskwaliteit, en kortsluitlimieten.
81 • DOWN: Richting van de activatie van de flexibiliteit die overeenkomt met een verhoging van de afname
82 of een verlaging van de injectie
83 • UP: Richting van de activatie van de flexibiliteit die overeenkomt met een verlaging van de afname of
84 de verhoging van de injectie.
85 • Zone: Geografische perimeter die een deel van het net mobiliseert dat aanzienlijk (electrisch)
86 geïmpacteerd wordt door sturing van belasting.
87 2. Voorwerp en toepassingsgebied
88 Om de veiligheid en de bedrijfszekerheid van hun netten te garanderen, moeten Xxxx en de DNBs (met
89 betrekking tot de gebruikers aangesloten op de distributienetwerken) er zich van verzekeren dat de
90 activering van de flexibiliteit, zowel bij een normale als bij een gedegradeerde toestand van het net:
91 • de stabiliteit van de netten niet in gedrang stelt
92 • geen congestie veroorzaakt
93 • geen enkel probleem veroorzaakt op het niveau van de spanningskwaliteit op hun netten. 94
95 De netbeheerders hebben met dit doel een kwalificatieprocedure uitgewerkt voor de aansluitingspunten
96 met flexibiliteitsmiddelen aangesloten op het distributienet. Het beschrijven van deze procedure is het
97 hoofddoel van huidig document. 98
99 Deze procedure is enkel van toepassing als ze verplicht wordt door de overeenkomst FSP-DNB of door
100 een gewestelijke reglementering. 101
102 Deze procedure is van toepassing op alle aansluitingspunten die voldoen aan de volgende criteria en
103 waarvan de DNG wenst deel te nemen aan één of meerdere flexibiliteitsproducten:
104 | • Er moet een aansluitingscontract overeengekomen zijn tussen de DNB en de betrokken DNG of |
105 | er dient een voldoende geldige offerte tot aansluiting zijn opgemaakt; |
106 | • Het betreft een netaansluiting met een netspanning > 1 kV; |
107 | • Het contractueel aansluitingsvermogen moet minimum 100 kVA bedragen; |
108 | • Het aansluitingspunt dient voorzien te zijn van een AMR meter met tele-opname. . |
109 | |
110 | Als afwijking op de vorige alinea, is de huidige procedure niet van toepassing voor de deelname aan de |
111 | flexibiliteitsproducten voor de primaire reserve R1 (Frequency Containment Reserve). |
112 | 3. Stap 1: Indienen van een kwalificatieaanvraag |
113 | In het Vlaamse en het Waalse Gewest, wordt de kwalificatieaanvraag ingediend door de DNG. Deze mag |
114 | eveneens een derde partij mandateren. In het Brussel hoofdstedelijke Gewest wordt de aanvraag |
115 | ingediend door de FSP. |
116 | De DNG moet het formulier dat beschikbaar is op de website van Synergrid (link) gebruiken om een |
117 | mandaat aan de FSP te verlenen. |
118 | De mandaathouder (FSP) zal op eenvoudig aangeven van de mandaatgever (DNG) de DNB onmiddellijk |
119 | in kennis stellen van de beëindiging of herroeping van dit mandaat door de mandaatgever (DNG). |
120 | De aanvraag moet ingediend worden per email naar het email adres dat opgenomen is in de Bijlage 1. |
122 | Om ontvankelijk te zijn, moet een kwalificatieaanvraag voldoen aan de volgende voorwaarden: |
123 | - De aanvraag moet betrekking hebben op een aansluitingspunt dat voldoet aan de voorwaarden |
124 | vermeld in §2 van huidig document. |
125 | - De volgende documenten moeten aan de DNB overhandigd worden: |
126 | o Connection Contract Check (CCC) betreffende het aansluitingspunt. De inhoud van dit |
127 | document en de manier waarop dit verkregen wordt, is beschreven in Bijlage 2. |
128 | o Een vervolledigd formulier voor kwalificatieaanvraag (Bijlage 3). Opmerkingen: |
129 | ▪ De informatie die via dit formulier verstrekt wordt moet coherent zijn met de |
130 | gegevens opgenomen in het CCC document. |
121
131 ▪ Indien meerdere flexibiliteitsmiddelen activeerbaar zijn op eenzelfde
132 aansluitingspunt, moet één lijn per flexibiliteitsmiddel op het aanvraagformulier
133 voor kwalificatie ingevuld worden.
134 ▪ Voor elk flexibiliteitsmiddel dient de richting (UP / DOWN) opgenomen te worden
135 in Bijlage 3.
136 o Mandaat van de DNG (indien de aanvraag ingediend wordt door een derde partij). 137
138 Een aanvraag betekent eveneens elke wijziging van een eerdere aanvraag, bijvoorbeeld met betrekking
139 tot het flexibiliteitsvolume, de gebruikte technische middelen.
140 In geval van een niet ontvankelijke kwalificatieaanvraag, wordt de aanvrager 5 werkdagen na ontvangst
141 van de aanvraag door de DNB op de hoogte gebracht. Dergelijke aanvraag wordt niet in aanmerking
142 genomen tijdens de NFS-studie. 143
144 Elke aanvrager kan een kwalificatieaanvraag indienen bij de DNB. Deze aanvraag impliceert het uitvoeren
145 van een NFS-studie door de DNB, en waarvan, in voorkomend geval, de kosten ten laste zijn van de
146 aanvrager volgens het toepasselijk tarief, goedgekeurd door de betrokken regulator. 147
148 Via het aanvraagformulier tot kwalificatie, verschaft de aanvrager met name de volgende gegevens aan
149 de DNB:
150 Algemene informatie m.b.t. het aansluitingspunt:
151 • Afname-EAN en, in voorkomend geval, injectie-EAN.
152 • Naam van de DNG en adres van het aansluitingspunt.
153 • Nr. van de cabine (indien bekend bij de aanvrager) van het aansluitingspunt. Deze informatie is
154 meestal vermeld op het signalisatieplaatje op de deur van de betrokken cabine. 155
156 Informatie over de verwezenlijking van de flexibiliteit:
157 • Type van modulatie:
158 o vermindering van verbruik
159 o verhoging van verbruik
160 o vermindering van productie
161 o verhoging van productie
162 o werking in eiland via een lokale elektriciteitsproductie
163 • Activeerbaar vermogen (kW)
164 • Mogelijke uurregeling van de activering: aanduiden of, vanuit het standpunt van de DNG, de flexibiliteit
165 24h/24 7 dagen op 7 kan gebruikt worden. In het tegengestelde geval, vermelden wanneer de
166 flexibiliteit effectief beschikbaar is. Bijvoorbeeld: enkel tijdens de werkdagen, van 8h tot 18h, van
167 januari tot mei. 168
169 Informatie m.b.t. de recuperatie van de energie
170 Deze informatie laat de DNB toe om een eventueel rebound-effect op zijn net te evalueren:
171 • Type van recuperatie: vermeldt of de energie die niet afgenomen wordt tijdens de activeringsperiode
172 op een later moment gerecupereerd wordt. In het tegengestelde geval, dus indien er geen
173 verplaatsing is van de belasting, moeten de andere gegevens van deze paragraaf niet vervolledigd
174 worden.
175 • Periode van de recuperatie van energie: De gevraagde informatie is om te weten na hoeveel tijd de
176 niet-gebruikte energie gerecupereerd zal moeten worden.
177 Bijvoorbeeld: de afgeschakelde energie wordt gerecupereerd op t+4h na de activering van de
178 flexibiliteit.
179 • Duur en omvang van de recuperatie van energie: Maximaal vermogen en tijdsduur van de verplaatsing
180 van de belasting. 181
182 De DNB zal zo vlug mogelijk en in elk geval binnen de tien werkdagen na ontvangst van een NFS-aanvraag
183 nakijken of de aanvraag volledig is. Als ze onvolledig is zal de DNB aan de aanvrager van een NFS-studie
184 vragen om de bijkomende informatie te bezorgen. Indien de DNB niet reageert binnen de bovenvermelde
185 termijn, wordt de NFS-aanvraag verondersteld compleet te zijn.
187 4.1. Praktische modaliteiten
188
189 Tijdens elke NFS-studie bestudeert de netbeheerder de betrokken zones van zijn net met
190 toegangspunten tot flexibiliteit. In elke betrokken zone houdt de netbeheerder rekening met alle
191 bestaande kwalificaties, met de eventueel nieuwe ontvankelijke kwalificatieaanvragen (cf. §3 hiervoor),
192 met de nieuwe aansluitingen op het net en met de nieuwe configuraties van het net (bijvoorbeeld ten
193 gevolge van investeringen). 194
195 De NFS-studie wordt uitgevoerd vanaf het moment de aanvraag volledig wordt geacht.
196 4.2. Kwalitatieve beschrijving van de NFS-studie en de mogelijke resultaten
197
198 De flexibiliteit kan plaatselijk leiden tot een simultaan gedrag bij de DNGs, verschillend van wat in het
199 verleden werd vastgesteld en van wat in rekening is genomen in de dimensioneringstudies van het
200 net. Bijgevolg volstaan noch de analyse van de statistische gegevens, noch de verbruiksmodellen
201 gebruikt voor netdimensionering om het respecteren van de operationele veiligheidsbeperkingen te
202 verifieren. De netbeheerder moet dus de gevolgen van de flexibiliteit analyseren, rekening houdend
203 met zowel het individuele gedrag van elke flexibele aansluitingspunt als dat van het geheel van de
204 flexibele aansluitingspunten op zijn net: dit is het doel van de NFS-studie die zone per zone
205 gerealiseerd wordt. 206
207 Het resultaat van de NFS-studie laat toe om een kleur toe te kennen aan de zone. In afwezigheid van
208 risico’s mbt de operationele veiligheid wordt de groene kleur toegekend aan de geanalyseerde zone.
209 In het tegenovergestelde geval wordt de rode kleur toegekend aan de zone die overeenstemt met het
210 distributienet elektrisch stroomafwaarts van het element van het net waar een mogelijke congestie
211 geïdentificeerd werd tijdens de NFS-studie. 212
213 De kleur die aan de zone toegekend wordt houdt rekening met de analyse van de impact van de
214 flexibiliteit zowel op het distributienet als op het ttransmissienet. 215
216
KLEUR CODE VAN DE ZONE | Gevolgen voor de zone |
GROEN (DOWN en/of UP) | Afwezigheid van xxxxxx’x voor de operationele veiligheid |
ROOD (UP) | Aanwezigheid van een risico voor de operationele veiligheid: maatregelen moeten getroffen worden om de flexibiliteit te beperken in opwaartse richting (UP). |
ROOD (DOWN) | Aanwezigheid van een risico voor de operationele veiligheid: maatregelen moeten getroffen worden om de flexibiliteit te beperken in neerwaartse richting (DOWN). |
ROOD (UP & DOWN) | Aanwezigheid van een risico voor de operationele veiligheid: maatregelen moeten getroffen worden om de flexibiliteit te beperken in opwaartse en neerwaartse richting (UP & DOWN). |
217
218 5. Stap 3: resultaat van de NFS-studie: impact op de kwalificatie van de
219 aansluitingspunten
220
221 5.1. Principes
222 a) In de groene zones worden alle aansluitingspunten die de hierboven bescheven procedure hebben
223 gevolgd, gekwalificeerd, zonder beperkingen en voor een onbepaalde duur.
224 b) Wanneer een groene zone rood wordt in één of twee richtingen als gevolg van een nieuwe NFS-analyse,
225 o De zone wordt rood vanaf de eerste dag van de maand na de maand van de NFS-studie. Deze
226 datum wordt hierna “spildatum van de rode zone” genoemd.
227 o Voor de kwalificaties die in deze zone reeds toegekend werden: deze blijven geldig gedurende 12
228 maanden na de eerste spildatum van de rode zone. Echter, deze termijn van 12 maanden is
229 slechts geldig bij afwezigheid van bijzondere voorzieningen gespecifieerd in de specifieke
230 voorwaarden van de deelname aan de flexibiliteitsdienst aan dewelke het aansluitingspunt (en de
231 ermee verbonden SDP-F(‘s)), zoals gedefinieerd in Bijlage 1 aan de overeenkomst FSP-DNB.
232 o Voor de aansluitingspunten waarvoor een nieuwe kwalificatieaanvraag werd ingediend: enkel
233 deze punten kunnen mogelijks een voorwaarde opgelegd krijgen door de beperking van het net
234 die tijdens de NFS-studie vastgesteld werd. In functie van het risico van overschrijding van de
235 operationele veiligheid, zal de DNB-beperkingen opleggen aan het gebruik van de flexibiliteit Deze
236 beperkingen kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben op het activeerbare vermogen gedurende
237 bepaalde periodes en zijn van toepassing zolang het operationele veiligheidsrisico bestaat,
238 behalve in het speciale geval beschreven in punt d hieronder.
239 c) Aan het einde van de 12 maanden volgend op de eerste spildatum van de rode zone, indien het
240 bovenvermeld risico verbonden is aan het flexibiliteitsvolume tijdens een activering, en zonder
241 andersluidende reglementaire bepaling, verdeelt de DNB de flexibele volumes beschikbaar op haar net
242 volgens het ‘advanced pro-rata’ principe 1 tussen alle aansluitingspunten die betrokken zijn door de
243 beperking.
244 d) Wanneer een rode zone groen wordt, is het principe (a) vermeld hierboven van toepassing voor het geheel
245 van de punten die erin aangesloten zijn en de DNB informeert de betrokken partijen.
246 e) Zolang een rode zone rood blijft, geldt het volgende:
247 o Het blijft mogelijk om nieuwe kwalificatieaanvragen in deze zone in te dienen.
248 o Door de beperking op het net (die de oorsprong is van de rode zone) zal de DNB genoodzaakt
249 zijn om beperkingen op te leggen voor het gebruik van de flexibiliteit van deze nieuwe aanvragen.
250 o Op de verjaardag van de splidatum van de rode zone, en zonder andersluidende reglementaire
251 bepaling, wordt de verdeling gedefinieerd in punt c) toegepast.
1 Eenzelfde flexibiliteitsvolume wordt toegekend aan alle betrokken aansluitingspunten tot het maximale volume (= het totale volume waarboven de operationele veiligheidsbeperkingen dreigen overschreden te worden) toegekend wordt, of totdat de totale flexibiliteitsaanvraag van één van de betrokken aansluitingspunten wordt voldaan. De precieze allocatieformule is dezelfde als die beschreven (in een andere context) in sectie 6.01 van het volgende document:
IFBrulesv20
252 f) Een aansluitingspunt verliest zijn kwalificatie bij het voorkomen van één van de volgende omstandigheden:
253 o Het aansluitingspunt voldoet niet meer aan één van de criteria vermeld in §1
254 o Het aansluitingscontract wordt op zodanige wijze herzien dat de vorige kwalificatie niet meer
255 coherent is met het herziene contract.
256 o In geval van wijziging van de van toepassing zijnde reglementering met betrekking tot flexibiliteit,
257 die een belangrijke herziening zou noodzaken van de procedure die in huidig document
258 beschreven is. 259
260 De volgende tabel vertaalt de principes a) tot f) hierboven in de vorm van 4 mogelijke scenario’s bij een NFS-
261 studie. 262
263
Initiële kleur van de zone | Kleur van de zone na een nieuwe NFS- studie | Gevolgen van de NFS-studie op de nieuwe kwalificatieaanvragen | Gevolgen op de bestaande kwalificaties | |
1 | GROEN | GROEN | Kwalificatie voor de totaliteit van het gevraagde volume Geldig voor onbepaalde duur. | De bestaande kwalificaties blijven geldig gedurende een onbepaalde duur |
2 | ROOD | GROEN | Kwalificatie voor de totaliteit van het gevraagde volume. Geldig voor onbepaalde duur. | Opheffing van de beperkingen voor de reeds gekwalificeerde aansluitingspunten. Kwalificatie voor de totaliteit van het gevraagde volume. Geldig voor onbepaalde duur. |
3 | GROEN | ROOD | Kwalificatie met vermelding van de beperkingen in volume en/of tijd voor de activering van de flexibiliteit en/of de recuperatie van de energie. Indien de beperking verbonden is aan het beschikbare flexibiliteitsvolume, dan is deze verdeeld onder de nieuwe aanvragen volgens het advanced prorata principe, | Informatie van de wijziging van kleur aan het geheel van de gekwalificeerde DNGs aanwezig in de zone: de kwalificatie zoals eerder ontvangen werd blijft geldig gedurende 12 maanden vanaf de 1ste dag van de maand volgende op de vaststelling. |
4 | ROOD | ROOD | Kwalificatie met vermelding van de beperkingen in volume en/of tijd voor de activering van de flexibiliteit en/of de recuperatie van de energie. Indien de beperking betrekking heeft op het flexibiliteitsvolume, is er geen beschikbaar flexibiliteitsvolume (minstens tijdens bepaalde periodes) tot de volgende spildatum van de rode zone. | Geen enkele invloed tot de volgende spildatum van de rode zone. Vanaf deze datum en elk jaar op dezelfde datum, indien de beperking verbonden is aan het flexibiliteitsvolume, wordt dit volume verdeeld over alle flexibele aansluitingspunten (reeds gekwalificeerd op die een kwalificatieaanvraag in deze zone hebben ingediend) volgens het advanced prorata principe. |
264
265 In de tabel hierboven zijn de aanduidingen ‘ROOD’ zowel in de opwaartse richting, de neerwaartse
266 richting als in de opwaartse & neerwaartse richting zijn, cf. de tabel onder punt 5.2. 267
268
269 5.2. Communicatie van de resultaten
270
271 De DNB zal zo vlug mogelijk en in elk geval binnen de dertig kalenderdagen na de ontvangst van een
272 volledige NFS-aanvraag en de eventuele betaling van de studie het resultaat aan de aanvrager bezorgen.
273 6. Overgangsbepalingen
274
275 Het resultaat van de kwalificatie van de aansluitingspunten volgens een vorige versie van het huidige
276 voorschrift blijft onveranderd en geldt tot 31/12/2020. 277
278
279
280
286
287
288
289
290
291
292
293
294
295
296
297
298
299
300
301
302
Bijlage 1: Contact DNB
DNB | |
281 | ||
282 | Bijlage 2: Formulier ‘Connection Contract Check’ | |
283 | ||
284 | 1. Voorwerp van het document | |
285 | Dit document is een uittreksel van het aansluitingscontract van de distributienetgebruiker. | Naast de |
standaard administratieve gegevens, beschrijft het de flexibiliteitsmiddelen die voorgesteld kunnen worden door de DNG in overeenstemming met het aansluitingscontract en de eventuele aanwezigheid van submeters van de DNB (zie document C8/2 van Synergrid). In dit document zijn eveneens het maximale injectievermogen en/of maximale afnamevermogen opgenomen die overeengekomen zijn in het aansluitingscontract.
2. CCC aanvraag
Dit document wordt afgeleverd aan de Distributienetgebruiker die de aanvraag ingediend heeft bij zijn DNB. Deze aanvraag kan op elk moment bij de DNB ingediend worden, eventueel via de FSP vergezeld van een officieel mandaat van de DNG.
De DNB levert dit document af binnen een termijn van maximaal 15 werkdagen na ontvangst van de aanvraag.
3. CCC Formulier
CCC_NL_versie 20161020.docx
303
304
305
306
Bijlage 3: Formulier voor een kwalificatieaanvraag en voor de communicatie van het resultaat door de DNB
C8_01_bijlage3-v2.xl sx