VEILINGVOORWAARDEN
Dossiernummer: 00000 XX/xx
XXXXXXXXXXXXXXXXXX
bloot eigendom clubhuis golfbaan Weleveld Xxxxxxxxxxxxxxxx 0, 0000 XX Xxxxxxxx
Op acht juni tweeduizend zeventien verscheen voor mij, xx. Xxxxxxxx Xxxxxx --- Xxxxxxx Xxxxx, notaris te Rotterdam:
xxxxxxx xxx. Xxxxxxxx Xxxxx Xxxxxxxxx Xxxxxxxxxx, werkzaam te 3012 CN ----
Rotterdam, Xxxxx 000, xxxxxxx xx Xxxxx op tweeëntwintig oktober ---------------
negentienhonderd éénenzeventig, te dezen handelend als schriftelijk --------------
gevolmachtigde van Stichting Waarborgfonds Sport, een stichting, gevestigd te Arnhem en kantoorhoudende te 0000 XX Xxxxxx op het adres Xxxxxxxxxxxx 0, ingeschreven in het handelsregister onder dossiernummer 41151843, welke -- stichting bij het geven van de volmacht handelde: -------------------------------------
1. voor zich;
2. als schriftelijk gevolmachtigde met de macht van substitutie van de ----------
gemeente Borne, een publiekrechtelijke rechtspersoon, gevestigd te 7622 -- DG Borne op het adres Xxxxxxxxxxx 0. ---------------------------------------------
De comparante, handelend als gemeld, verklaarde het navolgende. ----------------
Definities. Artikel 1.
In de akte wordt verstaan onder:
- Algemene Veilingvoorwaarden:
de Algemene Veilingvoorwaarden vastgesteld bij akte op -----------
eenendertig december tweeduizend veertien verleden voor mr. -----
M.R.H. Krans, notaris te Rotterdam, van welke akte een afschrift is ingeschreven in de Openbare Registers, in register Hypotheken 4, - deel 65530, nummer 153;
- Hypotheek:
het recht van hypotheek ten behoeve van de Verkoper tot een ------
bedrag groot een miljoen euro (€ 1.000.000,00), alsmede tot een ---
bedrag groot driehonderd vijftigduizend euro (€ 350.000,00) voor - rente en kosten, derhalve in totaal tot een bedrag groot een miljoen driehonderd vijftigduizend euro (€ 1.350.000,00), gevestigd bij ----
akte van hypotheekverlening op vijfentwintig maart tweeduizend -- veertien verleden voor mr. J.G.A. Xxxxxxxx, notaris te Borne, van welke akte een afschrift is ingeschreven in de Openbare Registers - op vijfentwintig maart tweeduizend veertien in register --------------
Hypotheken 3, deel 66107, nummer 188; -------------------------------
- Openbare Registers:
de openbare registers voor registergoederen, die worden gehouden ten kantore van de Dienst voor het kadaster en de openbare ---------
registers;
- Pandrecht:
het/de pandrecht(en) als bedoeld in artikel 3:237 Burgerlijk ---------
Wetboek op de Roerende Zaken tot waarborg van dezelfde ---------
vordering tot zekerheid waarvoor de Hypotheek is gevestigd; ------
- Rechthebbende:
de eigenaren van het Registergoed; --------------------------------------
- Registergoed:
de eigendom van de percelen gelegen aan de Bekkingvelderweg 8, 7625 RM Zenderen, kadastraal bekend gemeente Borne, Sectie A, nummers 1303 en 1843, groot vijf aren, elf centiaren en twee ------
hectare, eenentachtig are, welke percelen zijn belast met een - tot -- vijfentwintig maart tweeduizend vierenveertig - lopend recht van -- erfpacht en een van dat erfpachtsrecht afhankelijk recht van opstal van de zich op dat in erfpacht uitgegeven terrein bevindende -------
gebouwen of werken;
- Roerende Zaken:
de in of op het Registergoed aanwezige roerende zaken ter zake ---
waarvan de Verkoper bevoegd is deze tezamen met het --------------
Registergoed volgens de voor hypotheek geldende regels te --------
executeren;
- Schuldenaar:
de schuldenaar van de vordering waarvoor de Hypotheek tot -------
waarborg strekt;
- Veiling:
de executoriale verkoop als bedoeld in artikel 3:268 Burgerlijk ----
Wetboek van het Registergoed en de Roerende Zaken; --------------
- Veilingnotaris:
een van de notarissen verbonden aan Van der Stap Notarissen ------
B.V.;
- Verkoper:
de gemeente Borne en Stichting Waarborgfonds Sport. --------------
Definities kunnen zonder verlies van de inhoudelijke betekenis in enkelvoud of -
meervoud worden gebruikt.
Veiling. Artikel 2.
De Verkoper heeft de Veilingnotaris verzocht om over te gaan tot de Veiling. ---
Verkrijging van het Registergoed door de Rechthebbende. Erfpacht en -----
opstalrecht. Artikel 3.
1. De Rechthebbende heeft het Registergoed verkregen door inschrijving in de Openbare Registers te Zwolle op twee december tweeduizend drie in --------
register Hypotheken 4, deel 12415, nummer 19 van een afschrift van de op - één december tweeduizend drie voor mr. J.G.A. Xxxxxxxx, notaris te -------
Borne, verleden akte van levering.
2. De erfpacht en het daarvan afhankelijke opstalrecht zijn gevestigd bij akte - op vijfentwintig maart tweeduizend vier voor mr. J.G.A. Xxxxxxxx, notaris te Borne, verleden, van welke akte een afschrift is ingeschreven in de -------
Openbare Registers op vijfentwintig maart tweeduizend vier in register -----
Hypotheken 4, deel 64111, nummer 137. ------------------------------------------
Hypotheek en Pandrecht. Verzuim. Artikel 4.
1. Het Registergoed is belast met de Hypotheek. De Roerende Zaken zijn ------
belast met het Pandrecht.
2. De Schuldenaar is in verzuim met de voldoening van hetgeen waarvoor de - Hypotheek en het Pandrecht tot zekerheid strekken en zodoende maakt de -- Verkoper gebruik van de bevoegdheid als bedoeld in artikel 3:268 -----------
Burgerlijk Wetboek om over te gaan tot Veiling van het Registergoed en de Roerende Zaken.
Wettelijke voorschriften. Artikel 5.
Voldaan is casu quo zal worden aan de wettelijke voorschriften, waaronder: -----
- aanzegging van Veiling overeenkomstig artikel 544 Wetboek van ------------
Burgerlijke Rechtsvordering;
- vaststelling van de website en gedurende welke periode er geboden kan -----
worden en schriftelijke kennisgeving daarvan overeenkomstig artikel 515 -- Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering; ---------------------------------------
- bekendmaking van de verkoop overeenkomstig artikel 516 Wetboek van ---
Burgerlijke Rechtsvordering.
Vaststelling veilingvoorwaarden.
Artikel 6.
De Verkoper stelt voor om ter zake de Veiling van het Registergoed --------------
en de Roerende Zaken van toepassing te verklaren de Algemene -------------------
Veilingvoorwaarden en, in aanvulling op en in afwijking van de Algemene ------
Veilingvoorwaarden, de navolgende bijzondere voorwaarden. In de navolgende bijzondere voorwaarden zijn de gehanteerde begrippen gelijk aan de begrippen - vermeld in de Algemene Veilingvoorwaarden, voor zover niet anders is bepaald. In aanvulling casu quo afwijking van:
- Begrippen:
- omvat het begrip “Bieder” tevens diegene die een bieding als bedoeld - in artikel 547 lid 2 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering uitbrengt;
- omvat het begrip “Bieding” tevens een bieding als bedoeld in artikel ---
547 lid 2 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering; ----------------------
- blijkt het Biedprotocol ook uit informatie op de Website; -----------------
- wordt onder “Erfpacht” verstaan de erfpacht op de percelen kadastraal - bekend gemeente Borne, sectie A, nummers 1303, 1843, 1302, 1305, --
1306, 1307, 1808, 1809 en 2047 en het van die erfpacht afhankelijke ---
opstalrecht op de percelen kadastraal bekend gemeente Borne, sectie A, nummers 1303 en 1843;
- omvat het begrip “Gunning” tevens de enkele acceptatie door de --------
Verkoper van een bod als bedoeld in artikel 547 lid 2 Wetboek van -----
Burgerlijke Rechtsvordering waardoor een koopovereenkomst als ------
bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek tot stand komt; -------
- omvat het begrip “Koopovereenkomst” tevens een koopovereenkomst - als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek; ---------------------
- omvat het begrip “Koopsom” tevens de koopsom van een ----------------
koopovereenkomst als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk ----------
Wetboek;
- wordt onder “Onderhandse Verkoop” verstaan een onderhandse ---------
verkoop als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek; ----------
- Artikel 1. (Omschrijving Registergoed. Objectinformatie): --------------------
- is de Verkoper niet gehouden publiekrechtelijke lasten en beperkingen te vermelden voor zover deze:
- niet kenbaar zijn uit de openbare registers voor registergoederen; of
- niet het Registergoed in het bijzonder betreffen, waaronder ---------
begrepen doch niet beperkt tot publiekrechtelijke beperkingen van algemene strekking zoals beleidsregels, verordeningen of -----------
bestemmingsplannen;
- ontslaat de eventuele vermelding van de publiekrechtelijke bestemming van het Registergoed de Koper niet van zijn onderzoeksplicht naar deze bestemming;
- Artikel 4. (De Veiling):
- indien er tijdens de Afslag wordt afgemijnd, is het hoogste Bod gelijk - aan het totaal van de Inzetsom en het Afmijnbedrag; ----------------------
- zal de Verkoper het Registergoed tijdens de Inzet uitsluitend tezamen -- doen inzetten met de Erfpacht die gelijktijdig worden geveild; -----------
- zal de Verkoper het Registergoed tijdens de Afslag uitsluitend tezamen doen afslaan met de Erfpacht die gelijktijdig worden geveild; ------------
- is de Koopsom van het Registergoed gelijk aan een gedeelte van het ---
Afmijnbedrag, of een gedeelte van de Inzetsom als tijdens de Afslag ---
niet wordt afgemijnd, naar rato van de verhouding tussen de door de ---
makelaar vastgestelde executiewaarde van het Registergoed en de door de makelaar vastgestelde executiewaarde van de Erfpacht; ---------------
- Artikel 5 (Het Bod):
- is een Bieder niet meer aan zijn Bod gebonden, indien de -----------------
Veilingnotaris hem heeft bericht dat de Koper de waarborgsom heeft -- voldaan;
- wordt de Inzet automatisch verlengd met twee minuten indien er in de - laatste drie minuten voor het einde van de Inzet een nieuw Bod wordt -- gedaan met dien verstande dat de Inzet niet wordt verlengd indien de -- Inzet als gevolg van deze verlenging na de in artikel 4 lid 1 bedoelde -- eindtijd eindigt;
- Artikel 7 (Inzetpremie):
- heeft de Inzetter geen recht op een inzetpremie; ----------------------------
- Artikel 8 (Bieder voor een ander):
- heeft een Bieder niet het recht te verklaren dat hij de Bieding heeft -----
uitgebracht namens één of meer anderen; ------------------------------------
- Artikel 9 (Gunning, xxxxxx, niet Gunning en afgelasting): ----------------------
- heeft de Verkoper ook het recht om te gunnen aan een andere Bieder ---
dan de Hoogste Bieder ingeval de Koopovereenkomst met de Hoogste - Bieder door de Verkoper is ontbonden overeenkomstig het in artikel 23 lid 2 sub b bepaalde;
- is de Verkoper, tot het moment van betaling van de Koopsom, bevoegd de tot stand gekomen Koopovereenkomst te ontbinden door middel van
een schriftelijke mededeling aan de Koper, indien een Nederlandse -----
rechter in een (kort geding) procedure bepaalt dat de Verkoper niet -----
bevoegd is om over te gaan tot de Veiling; ----------------------------------
- zijn, ingeval de Koper een maatschap, vennootschap onder firma of een commanditaire vennootschap is:
- de maten van de maatschap;
- de vennoten van de vennootschap onder firma; of --------------------
- de beherend vennoten van de commanditaire vennootschap, --------
ieder hoofdelijk aansprakelijk voor de verplichtingen die voor de Koper voortvloeien uit de Koopovereenkomst; --------------------------------------
- Artikel 10 (Belasting en kosten):
- worden voor zover verschuldigd uitsluitend aan de Koper in rekening -- gebracht voor:
- de Veiling; en
- de veiling van de Erfpacht, gezamenlijk:
a. de ter zake van de verkrijging van: ---------------------------------------
- het Registergoed; en
- de Erfpacht,
verschuldigde overdrachtsbelasting tegen een tarief van zes procent (6%);
b. het notariële honorarium voor de Veiling groot ------------------------
vijfentwintigduizend euro (€ 25.000,00), exclusief omzetbelasting - per levering; voor kantoorkosten zal een bedrag gelijk aan zes -----
procent (6%) van het te declareren honorarium in rekening worden gebracht;
c. de kosten van aanzegging van de Veiling door de deurwaarder, in - totaal groot zevenhonderd tweeënzeventig euro en vierenzeventig - cent (€ 772,74), exclusief omzetbelasting; ------------------------------
d. de kosten van de kadastrale recherches ter zake van het --------------
Registergoed met inbegrip van de kosten van het opvragen van alle benodigde akte(n) en kadastrale kaart(en), in totaal groot ------------
zevenhonderd zesendertig euro (€ 736,00), exclusief -----------------
omzetbelasting;
e. het kadastrale recht ter zake van de levering van het Registergoed, groot eenhonderd zesentwintig euro (€ 126,00) per levering; --------
f. de kosten van bekendmaking van de Veiling op xxxxxxxxxxxxxx.xx, --
groot driehonderd vijfendertig euro (€ 335,00), exclusief ------------
omzetbelasting;
g. de door het Veilinghuis in rekening te brengen kosten voor de ------
Veiling (voor dossiervorming, opstartkosten, handeling, marketing, Platformnotaris), groot dertienduizend negenhonderd ----------------
vijfennegentig euro (€ 13.995,00), exclusief omzetbelasting; met -- dien verstande dat ingeval van een onderhandse verkoop als --------
bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek, door het ---------
Veilinghuis voor de Veiling (voor dossiervorming, opstartkosten, - handeling, marketing en Platformnotaris), veertienduizend ----------
vierhonderd vijfennegentig euro (€ 14.495,00), exclusief ------------
omzetbelasting, in rekening wordt gebracht; ---------------------------
h. een bedrag aan rente berekend over de Koopsom op basis van de -- wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 Burgerlijk Wetboek ---
over de periode die begint op de xxx xxx Xxxxxxx (dan wel de dag van goedkeuring van de Koopovereenkomst door de -----------------
voorzieningenrechter ingeval van onderhandse verkoop als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek) en eindigt op de dag van betaling van de Koopsom, met dien verstande dat als de dag van ---
betaling van de Koopsom gelegen is later dan de dag gelegen zes --
(6) weken na de Gunning, terwijl de oorzaak daarvan niet aan de -- Koper is te wijten, de periode waarover de rente verschuldigd is ---
eindigt op de dag gelegen zes (6) weken na de Gunning; ------------
i. het notarieel honorarium voor de afgifte van op verzoek van de ----
Koper aan de Koper afgegeven eerste grosse, groot eenhonderd ----
tachtig euro (€ 180,00), exclusief omzetbelasting; voor --------------
kantoorkosten zal een bedrag gelijk aan zes procent (6%) van het te declareren honorarium in rekening worden gebracht; -----------------
- geldt in plaats van het genoemde bedrag voor kadastraal recht, de -------
kosten van aanzegging van de Veiling door de deurwaarder en de door het Veilinghuis in rekening te brengen kosten, het werkelijk -------------
verschuldigd bedrag indien, bijvoorbeeld als gevolg van een -------------
xxxxxxxxxxxxxxxx, het werkelijk verschuldigde bedrag afwijkt van het ----
genoemde bedrag;
- zijn alle niet aan de Koper in rekening gebrachte kosten ter zake van de Veiling, kosten van de executie als bedoeld in artikel 3:270 lid 1 Burgerlijk Wetboek, die uit de Koopsom worden voldaan; ----------------------------------
- blijft artikel 3 lid 5 Wet op de omzetbelasting 1968, overeenkomstig --- het besluit van de staatssecretaris van Financiën de dato negentien ------
september tweeduizend dertien, met kenmerk BLKB2013/1686M, ------
buiten toepassing, omdat:
- alle betrokken partijen dat volgen en de daarbij behorende ----------
gevolgen voor de omzetbelasting accepteren; --------------------------
- de Notaris omzetbelasting zal voldoen over het notarieel ------------
honorarium ter zake van de Veiling; en ---------------------------------
- de Koper geldt als directe afnemer bij de toepassing van de ---------
verlegging als bedoeld in artikel 12 lid 5 Wet op de omzetbelasting 1968 juncto artikel 24ba lid 1 onderdeel d of e Uitvoeringsbesluit - omzetbelasting 1968,
met dien verstande dat de Rechthebbende geacht wordt stilzwijgend in te stemmen met het, overeenkomstig het besluit van de staatssecretaris van Financiën de dato negentien september tweeduizend dertien, met -- kenmerk BLKB2013/1686M, buiten toepassing blijven van artikel 3 lid 5 Wet op de omzetbelasting 1968 en de gevolgen daarvan voor de ------
omzetbelasting;
- is ter zake van de levering van het Registergoed geen omzetbelasting -- verschuldigd omdat, voor zover de levering niet kwalificeert als een ---
overgang van een (gedeelte van een) algemeenheid van goederen als ---
bedoeld in artikel 37d Wet op de omzetbelasting 1968: -------------------
- het Registergoed meer dan twee (2) jaren geleden voor het eerst in gebruik genomen is;
- er niet, voor zover de levering van het Registergoed op grond van - artikel 3 Wet op de omzetbelasting 1968 als levering aangemerkt -- dient te worden, geopteerd zal worden voor een met omzetbelasting belaste levering van het Registergoed; en -------------------------------
- er niet, voor zover de levering van het Registergoed op grond van - artikel 3 lid 2 Wet op de omzetbelasting 1968 juncto artikel 11 lid 1 letter b ten vijfde laatste volzin van de Wet op de omzetbelasting -- 1968 als verhuur aangemerkt dient te worden, een verzoek als ------
bedoeld in artikel 6a Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968 zal worden gedaan, om te worden uitgezonderd van de vrijstelling - van omzetbelasting op de verhuur van het Registergoed, -------------
met dien verstande dat onder “levering” in dit verband uitsluitend ------
bedoeld wordt de relevante levering in de zin van de Wet op de ---------
Omzetbelasting 1968;
- hoeft de Koper alleen dan minder overdrachtsbelasting dan de hiervoor bedoelde zes procent (6%);
over de gehele Koopsom te storten op de Kwaliteitsrekening, als hij ----
tijdig vóór de Levering:
- de schriftelijke bevestiging van de bevoegde inspecteur van de -----
Belastingdienst; of
- alle stukken met objectieve bewijzen, -----------------------------------
heeft overhandigd aan de Notaris waaruit ten genoegen van de Notaris - blijkt dat is voldaan aan alle voorwaarden die: ------------------------------
- blijkens de vrijstelling als bedoeld in de Wet belastingen van -------
rechtsverkeer waarop een beroep wordt gedaan zijn vereist voor het inroepen van die vrijstelling; of
- blijkens de goedkeuring in een besluit van de Staatsecretaris van -- Financiën waarop een beroep wordt gedaan zijn vereist voor een -- beroep op die goedkeuring,
met dien verstande dat wanneer het voldoen aan alle voorwaarden ------
slechts betrekking heeft op een gedeelte van het Registergoed, de -------
Koper tevens tijdig vóór de Levering de stukken aan de Notaris dient te overhandigen die blijkens het Ministerie van Financiën zijn vereist voor de vaststelling van de toerekening van een gedeelte van de grondslag -- voor de overdrachtsbelasting aan het betreffende gedeelte van het ------
Registergoed;
- zal de Notaris namens de Koper aangifte doen voor de --------------------
overdrachtsbelasting voor het op de Kwaliteitsrekening aan --------------
overdrachtsbelasting ontvangen bedrag en dit bedrag conform de -------
aangifte afdragen;
- Artikel 11 (Tijdstip van betaling):
- worden de verplichtingen tot betaling van de Koopsom en tot Levering van het Registergoed, indien een afkoelingsperiode wordt afgekondigd als bedoeld in de Faillissementswet, opgeschort tot vijf (5) dagen na de datum waarop de Veilingnotaris bij schriftelijke verklaring van de ------
Verkoper is geïnformeerd dat de afkoelingsperiode met betrekking tot - het Registergoed is geëindigd, met dien verstande dat de overige --------
verplichtingen van de Koper, waaronder die tot het betalen van een ----
waarborgsom, niet worden opgeschort; ---------------------------------------
- worden de verplichtingen tot betaling van de Koopsom en tot Levering
van het Registergoed, indien van overheidswege of op grond van een -- rechterlijke beschikking een maatregel wordt opgelegd die leidt tot -----
opschorting van de executoriale verkoop terwijl er reeds een -------------
koopovereenkomst met betrekking tot het Registergoed tot stand is -----
gekomen, opgeschort tot vijf dagen na de datum waarop de --------------
Veilingnotaris bij schriftelijke verklaring van de Verkoper is ------------
geïnformeerd dat de opschorting van de executoriale verkoop met ------
betrekking tot het Registergoed is geëindigd, met dien verstande dat de- overige verplichtingen van de Koper, waaronder die tot het betalen van een waarborgsom, niet worden opgeschort; ----------------------------------
- heeft de Verkoper het recht de koopovereenkomst te ontbinden indien - de Verkoper na afloop van een hiervoor bedoelde afkoelingsperiode het Registergoed niet meer kan of mag leveren, met dien verstande dat -----
ontbinding van de koopovereenkomst mogelijk is tot de vijfde dag na -- de datum waarop de Veilingnotaris bij schriftelijke verklaring van de -- Verkoper is geïnformeerd dat de afkoelings- of opschortingsperiode is - geëindigd;
- Artikel 12 (Xxxxx xxx xxxxxxxx, kwijting): -----------------------------------------
- wordt de Koper geacht een verschuldigd bedrag niet te hebben voldaan, ondanks dat de Kwaliteitsrekening is gecrediteerd met het betreffende - bedrag, indien het bedrag is overgemaakt van een rekening die niet op - naam van de Koper staat, totdat de Notaris een verklaring heeft ---------
ontvangen van de houder van de rekening, waarvan het bedrag is -------
overgemaakt, waarin deze rekeninghouder verklaart het betreffende ----
bedrag onvoorwaardelijk aan de Koper ter beschikking te hebben -------
gesteld ter betaling van het door de Koper verschuldigde bedrag; -------
- behoeft de Koper die een ondernemer is in de zin van de Wet op de ----
omzetbelasting 1968, omdat de heffing van de verschuldigde ------------
omzetbelasting op grond van artikel 12 lid 5 Wet op de omzetbelasting 1968 juncto artikel 24ba lid 1 Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 - is verlegd naar de Koper, geen omzetbelasting over de Koopsom te ----
storten bij de Veilingnotaris;
- Artikel 13 (Waarborgsom):
- zal de Notaris eventuele negatieve rente, die de financiële instelling bij wie de Notaris de Kwaliteitsrekening aanhoudt, ter zake van de ---------
waarborgsom in rekening brengt, in mindering brengen op de -----------
waarborgsom;
- dient de Koper een waarborgsom te betalen ten bedrage van tien --------
procent (10%) van de Koopsom, met een minimum van vijftienduizend euro (€ 15.000,00);
- Artikel 16 (Bijzondere lasten, beperkingen en uitsluitingen): ------------------
- is de Verkoper bekend met verplichtingen, lasten en/of beperkingen ----
voorkomende in voormelde titel van aankomst in deel 64111 nummer - 137, woordelijk luidende als volgt:
"Vestiging recht van opstal
De eigenaar vestigt ten behoeve van de erfpachter: ------------------------
het beperkt recht van opstal om op of in het als voormeld in --------
erfpacht uitgegeven terrein gebouwen of werken in eigendom te ---
hebben.
Met deze opstallen wordt gedoeld op de opstallen die door en voor -----
rekening van de erfpachter op of in het erfpachtsterrein - na verkregen toestemming van de eigenaar ingevolge artikel 10 lid 4 onder a van de erfpachtsvoorwaarden - mochten worden aangebracht. -------------------
Afhankelijk recht
Dit opstalrecht is gevestigd in directe samenhang met- en daarmee -----
afhankelijk van gemeld erfpachtsrecht in de zin van artikel 5: 101 lid 2 Burgerlijk Wetboek.
De erfpachter aanvaardt het recht van opstal en de eigendom van de ---
geleverde opstallen.
ERFPACHTSVOORWAARDEN
Met betrekking tot het erfpachtsrecht gelden voorwaarden, waaraan ---
ook het daarvan afhankelijke opstalrecht is onderworpen. Wanneer dus hierna wordt gesproken van erfpacht omvat dat mede het opstalrecht. - De vestiging van dit erfpachtrecht geschiedt onder de navolgende ------
bepalingen en bedingen:
Artikel1
Voorafgaande Verkrijging
Het registergoed werd door de eigenaar verkregen door levering -------
krachtens koop.
Van deze levering blijkt uit een akte op een december tweeduizend drie- verleden voor notaris J.G.A. Kuhlmann te Borne. --------------------------
Deze akte werd ingeschreven in de Openbare registers van het ----------
Kadaster Zwolle op twee december tweeduizend drie, in deel 12415 ----
nummer 19.
Uit deze akte blijkt van:
- kwijting voor de betaling van de verschuldigde prijs; en -------------
- het ontbreken van ontbindende voorwaarden die de verkrijging ----
ongedaan zouden kunnen maken. ----------------------------------------
Die akte maakt geen melding van bezwarende erfdienstbaarheden, -----
andere beperkte rechten of kwalitatieve verplichtingen bedoeld in ------
artikel 6: 252 Burgerlijk Wetboek, dan wel bij kettingbeding aan -------
rechtsopvolgers op te leggen persoonlijke verplichtingen, voorzover uit deze akte niet anders blijkt.
Artikel 2
Duur en verlenging
1. De erfpacht wordt voor dertig (30) jaren gevestigd. ------------------
2. De termijn van de erfpacht begint te lopen op vijfentwintig maart -- tweeduizend veertien (25-3-2014) en eindigt op vijfentwintig maart tweeduizend vierenveertig (25-3-2044). ---------------------------------
3. Verlenging: behoudens opzegging door één van de partijen wordt - de overeenkomst telkenmale automatisch met een periode van tien jaar verlengd.
Deze opzegging kan telkenmale niet eerder gedaan worden dan ---
twee jaren voor het verstrijken van de duur van de overeenkomst -- en niet later dan één jaar voor dit verstrijken. -------------------------
De opzegging geschiedt bij deurwaardersexploit. ---------------------
Artikel 3 Gebruik
Het registergoed zal door erfpachter worden gebruikt voor de aanleg -- en exploitatie van een clubhuis ten behoeve van de naastgelegen --------
golfbaan met een openbare horecagelegenheid, een parkeerplaats en -- een driving range en eventuele andere opstallen ten nutte van de -------
golfbaan zoals hierna in artikel 10 nader wordt bepaald. -----------------
Artikel 4
Over- en ondermaat
Eventueel verschil tussen de bovengenoemde oppervlakte en de ---------
werkelijke grootte, vastgesteld door het Kadaster, zal aanleiding geven tot verrekening in die zin dat de over- en ondermaat aanleiding zal -----
geven tot verhoging respectievelijk verlaging van de erfpachtcanon. ---
Artikel 5
Opzegging en afstand
1. Overeenkomstig artikel 5: 87 Burgerlijk Wetboek kan de erfpacht - door de eigenaar worden opgezegd, indien de erfpachter in ---------
verzuim is de canon over twee achtereenvolgende jaren te betalen - of in ernstige mate tekortschiet in de nakoming van zijn andere ----
verplichtingen.
2. Eigenaar doet een schriftelijk voorstel tot opzegging van de --------
erfpacht aan de erfpachter.
3. De erfpachter, kan binnen een maand na dagtekening van de in lid 2 genoemde brief zijn bezwaren tegen het voorstel tot opzegging ---
van de erfpacht bij de eigenaar indienen. -------------------------------
4. Wijst de eigenaar deze bezwaren af of worden er geen bezwaren ---
binnen gemelde termijn ingebracht dan gaat de eigenaar over tot - opzegging bij deurwaardersexploit. -------------------------------------
5. De termijn van opzegging is een jaar. -----------------------------------
6. Van deze opzegging moet op straffe van nietigheid binnen twee ----
maanden schriftelijk kennis worden gegeven aan degenen die als -- beperkt gerechtigde of beslaglegger in de openbare registers staan ingeschreven.
7. De eigenaar draagt zorg voor inschrijving van het exploit en van -- de feitelijke beëindiging in de registers op grond van artikel 3:17 -- lid 1 van het Burgerlijk Wetboek. ----------------------------------------
8. Indien op de dag dat de erfpacht eindigt de grond en de opstallen - niet zijn ontruimd, kan de eigenaar zonder nadere --------------------
ingebrekestelling ontruiming doen bewerkstelligen, behoudens -----
door derden rechtmatig verkregen gebruiksrechten. ------------------
9. De erfpacht kan niet door de erfpachter tussentijds worden ---------
opgezegd. Van de erfpacht kan ook geen afstand gedaan worden. --
Artikel 6
Canon en indexering
1. De erfpachter is jaarlijks per maart van dat jaar een canon ---------
verschuldigd groot € 12.000,00 (twaalfduizend euro). ----------------
2. De canon is verschuldigd vanaf het moment dat de termijn van de - erfpacht begint te lopen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 - lid 2.
3. De jaarcanon zal elk jaar per een maart worden herzien ------------
overeenkomstig de wijziging van de consumentenprijsindex. --------
De aanpassing wordt als volgt geregeld: -------------------------------
a. De overeenkomstig lid 1 vastgestelde canon zal jaarlijks -------
worden aangepast aan de hand van het verloop van de door -- het Centraal Bureau voor de Statistiek te 's-Gravenhage - -----
hierna te noemen "C.B.S." - te publiceren -------------------------
consumentenprijsindex (CPI) alle huishoudens ------------------
(negentienhonderd vijfennegentig=eenhonderd). ----------------
b. Alle aanpassingen zullen worden bereikt door de laatst --------
geldende canon te vermenigvuldigen met een breuk waarvan -- de teller wordt gevormd door eerder genoemd prijsindexcijfer, zodra dit definitief is gepubliceerd en de noemer door ----------
hetzelfde prijsindexcijfer, zoals die gold een kalenderjaar -----
eerder.
Mocht onverhoopt het nieuwe prijsindexcijfer na één maart ---
worden gepubliceerd dan wordt de laatstgeldende canon op -- één maart en heeft nabetaling plaats zodra het nieuwe ---------
indexcijfer gepubliceerd wordt. -------------------------------------
Indien het C.B.S. terzake van het hiervoor sub a bedoelde -----
prijsindexcijfer overgaat tot publicatie van een reeks op meer recente prijsbasis, zullen de cijfers van de nieuwe reeks in -----
aanmerking worden genomen, zonodig na een in overleg met - het C.B.S. uit te voeren koppeling tussen die cijfers en de ------
cijfers van eerder gebruikte reeksen. -------------------------------
4. Telkens na een periode van tien jaar kan de canon op verzoek van iedere partij opnieuw vastgesteld aan de hand van de dan geldende huur en erfpachtprijzen van golfbaangrond. De ------
canon zal in dat geval ten minste gelijk zijn aan of hoger zijn - dan de canon gemeld in lid 1 van dit artikel. De hiervoor ------
onder 2 genoemde aanpassingen zijn vervolgens van -----------
overeenkomstige toepassing.
Artikel 7
Betaling van de canon
De canon dient in twee gelijke halfjaarlijkse termijnen te worden -------
voldaan telkens op of voor één maart en op of voor één september van - ieder jaar. De eerste canonbetaling, tot een maximum van de helft van de jaarcanon dient via de notaris bij het verlijden van de akte te --------
worden voldaan.
Deze termijn heeft ingebrekestellende kracht. -------------------------------
Alle betalingen vinden plaats door bijschrijving op een door de ---------
(vertegenwoordiger van de) eigenaar daartoe schriftelijk aangewezen - bank- of girorekening.
Artikel 8
Lasten en herstellingen
1. De erfpachter heeft de verplichting tot het, voor eigen rekening, --- verrichten van alle herstellingen en betalen van lasten van het in -- erfpacht en opstal uitgegevene en alle opstallen welke zich op het - in erfpacht uitgegeven terrein (zullen) bevinden. De erfpachter is -- verplicht, wanneer buitengewone herstellingen nodig zijn, aan de - eigenaar van deze noodzakelijkheid kennis te geven. -----------------
2. Indien de erfpachter enige op hem rustende verplichting niet, niet - tijdig of niet behoorlijk nakomt, kan de eigenaar deze verplichting op kosten van de erfpachter doen uitvoeren. De eigenaar is na -----
kennisgeving en ingebrekestelling, alsmede na verloop van de in -- lid 3 genoemde termijn, tot zodanige uitvoering jegens de -----------
erfpachter uitdrukkelijk bevoegd. Tevens is de eigenaar onder -----
dezelfde voorwaarden bevoegd op kosten van de erfpachter al -----
datgene ongedaan te maken, dat in strijd met enige verplichting ---
door de erfpachter is verricht.
3. De eigenaar geeft bij aangetekende brief kennis aan de erfpachter en de hypotheekhouder van zijn voornemen gebruik te maken van - de bevoegdheid als bedoeld in lid 2. Hij doet de kennisgeving ------
vergezeld gaan van:
- een opgave van het vermoedelijke bedrag van de kosten die ---
met de uitvoering gemoeid zullen zijn; -----------------------------
- een ingebrekestelling ten aanzien van de verzuimde -------------
verplichting of de strijdige verrichtingen; en ---------------------
- een aanmaning om aan een en ander alsnog binnen een --------
redelijke termijn te voldoen.
4. Onverminderd de verplichting tot vergoeding van andere door de - eigenaar geleden schade als gevolg van de nalatigheid van de -----
erfpachter, is de erfpachter verplicht op eerste aanzegging de ------
eigenaar de kosten die gemoeid zijn geweest met het herstel te -----
voldoen.
Artikel 9
Juridische en feitelijke staat
1. De erfpacht is onvoorwaardelijk gevestigd op de zaak, die: ---------
a. niet bezwaard is met beslagen en/of hypotheken of met ---------
inschrijvingen daarvan;
b. niet bezwaard is met kwalitatieve verplichtingen anders dan -- hierna vermeld;
c. niet bezwaard is met beperkte rechten behoudens ----------------
erfdienstbaarheden (van welke de aan eigenaar bekende -------
hierna zullen worden vermeld); -------------------------------------
d. niet belast is met andere lasten en beperkingen uit --------------
overeenkomst (anders dan hierna vermeld). ----------------------
2. De zaak wordt aanvaard in de feitelijke staat, waarin het zich ten - tijde van de overeenkomst van erfpachtsgunning bevond, geheel ---
ontruimd, vrij van huur of pacht of ander gebruiksrecht. De --------
eigenaar is niet bekend met enige vorm van bodemverontreiniging.
Artikel 10
Het gebruik overeenkomstig de bestemming -------------------------------
1. De erfpachter moet het registergoed naar de eisen van een ---------
rationele bedrijfsvoering uitsluitend voor de aanleg en exploitatie - van een clubhuis voor de naastgelegen golfbaan met een openbare- horecagelegenheid, parkeerplaats, driving range en eventuele -----
andere opstallen ten nutte van de golfbaan gebruiken, echter -------
zonder afbreuk te doen aan het natuurschoon en het ------------------
landschappelijke karakter van het registergoed. -----------------------
De erfpachter is wel verplicht op het registergoed een clubhuis te - bouwen overeenkomstig de aan partijen bekende bouwtekeningen.
2. De erfpachter dient voor zijn rekening zorg te dragen: ---------------
a. voor het scheiden en afgescheiden houden van het --------------
registergoed; dit naar redelijkheid en billijkheid ten genoege - van de eigenaar waarbij deze aangeeft een voorkeur te hebben voor natuurlijke afscheidingen zoals bijvoorbeeld heggen en -- sloten; en
b. voor het volledige onderhoud van het registergoed met ---------
toebehoren, mede teneinde dit aan het eind van het -------------
erfpachtrecht aan de eigenaar te kunnen opleveren in een -----
goede staat van onderhoud.
3. De erfpachter is tegenover de publiekrechtelijke lichamen en de ---
eigenaar aansprakelijk voor het in schouwbare stand houden van - het registergoed.
4. Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de eigenaar is het de erfpachter niet toegestaan: ----------------------------------------
a. op het registergoed een of meer opstallen te stichten, -----------
voorzieningen aan te leggen casu quo op te richten of ----------
beplantingen aan te brengen casu quo te laten aanbrengen; ---
b. de aard, inrichting of gedaante van het registergoed te ---------
wijzigen, waaronder mede begrepen het aanleggen van --------
verhardingen en installaties en het wijzigen van het -------------
bodemprofiel, alsmede het aanbrengen van reclame; -----------
c. de bestemming en/of het gebruik van het registergoed geheel -- of gedeeltelijk te wijzigen;
d. overeenkomsten aan te gaan die de gangbare bedrijfsvoering - en/of de waarde beïnvloeden;
e. van het registergoed grint, zand of andere grond weg te (laten) nemen of zoden te (laten) steken en weg te (laten) voeren; -----
f. afval of materialen op het registergoed te (laten) storten of op te (laten) opslaan;
g. het registergoed te verhuren, te verpachten, in ondererfpacht - te geven of onder welke andere titel ook aan derden in gebruik te geven, dan wel gebruik door derden toe te laten; -------------
h. uit- en overwegen aan derden toe te staan of te gedogen; ------
i. het erfpachtrecht geheel of ten dele te vervreemden, er --------
beperkte rechten op te vestigen, dan wel in te brengen in een -- besloten- of naamloze vennootschap of maatschap, anders dan een maatschap tussen ouder en kind of echtelieden, met dien -- verstande dat de eigenaar toestemming alleen mag onthouden als het geven van deze toestemming naar redelijkheid en -------
billijkheid niet van hem verlangd kan worden, met dien --------
verstande dat inbreng in of overdracht aan een besloten of ----
naamloze vennootschap, die door erfpachter wordt -------------
gecontroleerd, al dan niet door middel van een andere ---------
vennootschap, waarvan hij meerderheidsaandeel houder is, is toegestaan zonder voorafgaande instemming van de eigenaar. Erfpachter dient de voorgenomen overdracht wel vooraf aan - eigenaar per aangetekende brief te berichten ---------------------
j. het plaatsen van reclameobjecten, die van buiten zichtbaar ----
zijn, anders dan gebruikelijk op een golfbaan. --------------------
k. Alle voorzieningen die redelijkerwijs noodzakelijk zijn voor de aanleg en exploitatie van een golfbaan zal de eigenaar ---------
goedkeuren.
5. Aan het verlenen van toestemming tot vervreemding, bezwaring of inbreng overeenkomstig het in dit artikel onder lid 4 sub i -----------
bepaalde, kan de eigenaar voorwaarden verbinden, met dien -------
verstande dat deze voorwaarden naar redelijkheid en billijkheid --- voor de erfpachter aanvaardbaar moeten zijn. -------------------------
6. Indien de eigenaar overeenkomstig het in dit artikel onder lid 4 ----
bepaalde toestemming heeft verleend, stelt de erfpachter de --------
eigenaar een (door partijen) gewaarmerkt afschrift van de ----------
desbetreffende overeenkomst tussen erfpachter en de derde ter -----
hand binnen één maand na het ondertekenen daarvan. ---------------
7. Het gebruik van rioolslib op het registergoed is niet toegestaan. De erfpachter dient zorg te dragen dat natuurlijke mest of kunstmest -- niet terecht komt buiten de te bemesten gronden. Lege ---------------
verpakkingen, gebruikt afdekmateriaal en overige niet in het -------
landschap passende materialen of voorwerpen moeten door de ----
erfpachter direct worden afgevoerd naar zijn bedrijfsgebouwen ----
ofwel naar elders.
Het gebruik van bestrijdingsmiddelen voor het open houden van ---
sloten en andere waterlopen is verboden. Erfpachter dient er voor zorg te dragen dat houtwallen en terreingedeelten waar geen ------
bestrijdingsmiddelen voor nodig zijn, niet met bestrijdingsmiddelen in aanraking komen. Erfpachter mag op, in of nabij het -------------
registergoed geen vuilnispuin, afval en dergelijke stoffen storten of begraven, noch afgedankte voorwerpen of delen daarvan opslaan - of deze naar het registergoed vervoeren of doen vervoeren, noch -- daartoe aan derden bestemming verlenen. Erfpachter is verplicht - vuilnis en afval af te voeren of af te laten voeren naar daartoe -----
aangewezen openbare stortplaatsen. ------------------------------------
Artikel 11 Gedoogplicht
1. De erfpachter moet gedogen, dat op, in, aan of boven de grond en - de opstallen zoveel en zodanige palen, kabels, leidingen, draden en andere voorwerpen worden aangebracht, onderhouden en ----------
vervangen ten behoeve van de openbare voorzieningen. -------------
2. De eigenaar is xxxxxxx van dit gedogen niet tot enige vergoeding -- gehouden jegens de erfpachter.
3. De in lid 1 bedoelde gedoogplicht zal overgaan op degenen die het goed onder bijzondere titel zullen verkrijgen, terwijl tevens hieraan gebonden zijn degenen die van de rechthebbende een recht tot -----
gebruik van het goed zullen verkrijgen. ---------------------------------
4. De eigenaar, alsmede zij die in zijn opdracht handelen, hebben na
voorafgaande aanmelding te allen tijde vrije toegang tot het --------
registergoed.
Artikel 12 Jachtrechten
Het genot van de jacht komt, voor de duur van deze overeenkomst, toe - aan de erfpachter, waarbij de uitvoering in overleg met en na -----------
toestemming van de eigenaar zal plaats hebben. Hierbij gaan partijen - er van uit dat de erfpachter als grondgebruiker het genot van de jacht - toekomt. De erfpachter kan desgewenst het jachtrecht verhuren aan een jager op voordracht van eigenaar. Erfpachter vrijwaart eigenaar voor elke aanspraak van wildschade met betrekking tot het gepachte. --------
Artikel 13 Kapverbod
De zich eventueel op de zaak bevindende bomen mogen niet worden ---
gekapt tenzij hiervoor de vereiste wettelijke vergunningen zijn verleend en de eigenaar dit schriftelijk heeft goedgekeurd. --------------------------
Artikel 14
Verplichtingen ten opzichte van hypotheekhouders -----------------------
Ingeval de erfpacht met één of meerdere hypotheekrechten wordt -------
bezwaard, is de erfpachter verplicht om binnen een maand na vestiging hiervan aan de eigenaar een authentiek afschrift van de akte(n) van ----
hypotheekverlening over te leggen. De kosten die hieraan zijn -----------
verbonden komen voor rekening van de erfpachter. ------------------------
Artikel 15 Wegneming
De erfpachter is, zowel tijdens de duur van de erfpacht als bij het einde daarvan, niet bevoegd gebouwen, werken of beplantingen, die door ----
hem zelf of een rechtsvoorganger onverplicht zijn aangebracht of van - de eigenaar tegen vergoeding der waarde zijn overgenomen, weg te ----
nemen.
Artikel 16 Einde erfpacht
1. De erfpachter heeft na het einde van de erfpacht geen recht op -----
vergoeding van de waarde van nog aanwezige gebouwen, werken - en/of beplantingen, die door hemzelf of een rechtsvoorganger zijn - aangebracht of van de eigenaar tegen vergoeding der waarde zijn overgenomen:
a. indien de erfpachter de gebouwen, werken en beplantingen ----
niet zelf heeft bekostigd en/of
b. indien de erfpacht geëindigd is door opzegging door de --------
erfpachter en/of
c. voor zover de gebouwen, werken en beplantingen onverplicht - waren aangebracht en de erfpachter ze bij het einde van de ---
erfpacht mocht wegnemen.
2. Ingeval de erfpacht niet wordt gecontinueerd als gevolg van --------
opzegging door de eigenaar zal deze aan de erfpachter de waarde van de opstallen en de waarde van de investeringen van de ---------
erfpachter in de inrichting en de gedaante van de golfbaan ---------
vergoeden, in beide gevallen mits gerealiseerd met schriftelijke ----
toestemming van de eigenaar.
Is geen schriftelijke toestemming van de eigenaar verkregen voor - deze realisering dan vervalt deze verplichting tot vergoeding. ------
Onder de te vergoeden waarde wordt verstaan de waarde van de -- erfpachtzaak in het vrije economisch verkeer, verminderd met de -- waarde van eventuele opstallen en investeringen welke zonder -----
schriftelijke toestemming van de eigenaar zijn gerealiseerd en -----
onder aftrek van de waarde van de grond. ------------------------------
De te vergoeden waarde wordt in onderling overleg bepaald. ------
Indien partijen niet tot overeenstemming kunnen komen zal de aan de erfpachter toekomende vergoeding worden vastgesteld bij -------
arbitraal xxxxxx op de wijze, zoals hierna in artikel 21 is geregeld. Indien door de eigenaar is opgezegd overeenkomstig artikel 5 lid -- 1, dus ingeval het registergoed niet meer wordt gerangschikt onder de Natuurschoonwet 1928 en zulks aan de erfpachter is toe te ------
rekenen, vervalt de hiervoor omschreven verplichting van de -------
eigenaar tot vergoeding van de waarde van opstallen en ------------
investeringen.
3. Bij beëindiging van de erfpachtovereenkomst, het zij door ----------
opzegging door de eigenaar, hetzij door opzegging door de ---------
erfpachter, is erfpachter verplicht om aan de eigenaar om niet over te dragen alle erfpachtrechten, die hij heeft verworven krachtens -- overeenkomsten met derden, betreffende gronden, geen eigendom - van eigenaar, met de daarop staande opstallen en voorzieningen, - die deel uitmaken van het golfterrein. -----------------------------------
Is erfpachter eigenaar of mede-eigenaar van zodanige gronden (al dan niet met opstallen of voorzieningen),dan is hij verplicht die ----
aan eigenaar te koop of in erfpacht aan te bieden, xxxxx ter keuze -- van de eigenaar. Wordt over de koopprijs of de canon geen ---------
overeenstemming bereikt, dan zal daarover worden beslist in een -- arbitrage procedure, zoals voorzien in artikel 21. ---------------------
4. Indien tussen heden en het moment van beëindigen van de erfpacht een vererving of schenking van de bloot eigendom van het ----------
registergoed heeft plaats gehad waarbij de erfgenamen of ----------
begiftigden een beroep hebben gedaan op het buiten invordering -- stellen van xxxxxxxxxxxx of schenkbelasting, is de erfpachter na het einde van de erfpacht aan deze eigenaar/eigenaren een vergoeding verschuldigd ter grootte van de alsnog bij deze eigenaar/eigenaren mogelijk in te vorderen
erfbelasting of schenkbelasting, inclusief de daarover berekende -- renten.
Van bovengenoemde vergoeding zal alleen sprake zal zijn als de -- invordering van de erfbelasting of schenkbelasting of ----------------
vermogensrendementsheffing als gevolg van het verlies van de -----
NSW-rangschikking van het landgoed aan de erfpachter valt toe ---
te rekenen.
Bij invordering van de erfbelasting of schenkbelasting of ------------
vermogensrendementsheffing als gevolg van het verlies van de -----
NSWrangschikking is deze bepaling van dienovereenkomstige ------
toepassing.
5. De erfpachter heeft de verplichting bij het einde van de erfpacht ---
het goed hypotheekvrij op te leveren. ------------------------------------
Artikel 17
Schade en verontreiniging
De erfpachter is jegens de eigenaar aansprakelijk voor de schade van - de eigenaar, die na uitgifte in erfpacht is ontstaan door het gebruik of - door verontreiniging van de zaak door de erfpachter of door iemand ---
die door de erfpachter aldaar is toegelaten, alsmede voor de schade die ontstaat door gehele of gedeeltelijke instorting van opstallen op of -----
werken/leidingen in de zaak en die door hem of in zijn opdracht ---------
geplaatst/aangebracht zijn of door hem in de uitoefening van een -------
bedrijf gebruikt zijn of worden.
De erfpachter vrijwaart de eigenaar voor alle aanspraken van derden - op vergoeding van schade die na de uitgifte in erfpacht is ontstaan -----
door het gebruik of door verontreiniging door de erfpachter van de ----
zaak of door gehele of gedeeltelijke instorting van de opstallen of -------
werken, respectievelijk leidingen die tot de zaak behoren. ----------------
Artikel 18
Omschrijving erfdienstbaarheden, kwalitatieve bedingen, en/of -------
bijzondere verplichtingen
Eigenaar zijn geen erfdienstbaarheden, kwalitatieve bedingen rechten - van derden en/of bijzondere verplichtingen bekend met betrekking tot -- het in erfpacht uitgegeven registergoed die de exploitatie als golfbaan - zouden kunnen belemmeren.
Voor zover er toch verplichtingen zijn die de eigenaar aan de -----------
erfpachter behoort op te leggen, doet hij dat bij deze en worden deze -- verplichtingen door de erfpachter aanvaard. --------------------------------
Voor zover er rechten mochten bestaan, die ten behoeve van derden ----
zijn bedongen, worden die rechten bij deze tevens door de eigenaar ----
voor die derden aangenomen en stemt de erfpachter daarmede in. ------
Artikel 19
Bijzondere Bepalingen
Indien ten behoeve van de eigenaar zekerheid is of zal worden gesteld - voor de betaling van wat de erfpachter aan de eigenaar schuldig is of - zal zijn, zal de eigenaar volledig vrij zijn deze zekerheid in de eerste ---
plaats aan te wenden voor de betaling van die schulden van de ----------
erfpachter, welke niet door deze borgtocht zijn gedekt. --------------------
Artikel 20
Niet nakoming; boetebepaling
1. Bij niet-nakoming van enige verplichting, voortvloeiende uit de ----
erfpacht, verbeurt de erfpachter casu quo de eigenaar, na ----------
ingebrekestelling en na verloop van de daarin gestelde termijn, ten behoeve van de eigenaar respectievelijk de erfpachter een ----------
onmiddellijk opeisbare boete van twee maal de jaarlijkse canon. --
2. Naast het gestelde in lid 1 van dit artikel behouden de eigenaar en de erfpachter het recht om bij niet-nakoming van enige uit de ------
erfpacht voortvloeiende verplichting in rechte nakoming te ---------
vorderen of de erfpacht op te zeggen en/of schadevergoeding te ----
vorderen.
Artikel 21 Arbitrage
1. Geschillen naar aanleiding van dit contract worden door arbitrage geregeld. Het arbitraal vonnis zal worden gewezen door drie ------
arbiters, waarvan één te benoemen door de erfpachter, één door de eigenaar, terwijl deze beide arbiters samen een derde arbiter ------
zullen aanwijzen.
Op deze arbitrage zijn de bepalingen van het Vierde Boek van het - Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van toepassing. ----------
2. De overeenkomstig artikel 1027 lid 3 van het Wetboek van ----------
Burgerlijke Rechtsvordering bevoegde president van de rechtbank is de voorzieningenrechter van de rechtbank Almelo. -----------------
3. De wederpartij van degene die beslechting van het geding door ----
arbiters verzoekt, is bevoegd binnen een maand nadat hij dit -------
verzoek in geschrift heeft ontvangen, voor beslechting van het ------
geschil door de bevoegde rechter te kiezen. ----------------------------
4. De arbiters bepalen zelf te wiens laste hun kosten komen. -----------
Artikel 22
Nakoming door gelieerde vennootschappen (concernbeding) -----------
De erfpachter staat ervoor in dat de uit de erfpacht voortvloeiende -----
verplichtingen tot een bepaald gedrag, handelen of nalaten, eveneens -- zullen worden nageleefd of nagekomen door tot dezelfde -----------------
ondernemingsgroep behorende of feitelijk of juridisch gelieerde --------
vennootschappen.
Artikel 23
Kosten en belastingen
1. Alle kosten en belastingen met betrekking tot de erfpachtsgunning en van de vestiging, waaronder begrepen de ---------------------------
overdrachtsbelasting/het kadastrale recht/en de kosten van ---------
kadastrale opmeting, zijn voor rekening van erfpachter. -------------
2. Voorts komen, naar redelijkheid en billijkheid, voor rekening van - de erfpachter alle kosten welke de eigenaar moet maken om zijn ---
rechten tegenover de erfpachter uit te oefenen, te verzekeren of te - handhaven. Deze kosten dienen binnen veertien dagen na opgave - te worden voldaan."
met dien verstande dat het op grond van de wet, de jurisprudentie en de literatuur de vraag is of bepalingen: -------------------------------------------
- dat de beëindiging van erfpachtovereenkomst de erfpachter ---------
verplicht is om aan de eigenaar over te dragen alle erfpachtrechten die hij heeft verworven krachtens de overeenkomst met derden ----
betreffende gronden geen eigendom van de eigenaar met de daarop staande opstallen en voorzieningen die deel uitmaken van het ------
golfterrein, zoals bepaald in artikel 16 lid 3; ---------------------------
- dat de erfpachter na einde van de erfpacht aan de eigenaar de -------
vergoeding verschuldigd is ter grootte van de alsnog bij deze -------
eigenaar als mogelijk in te vorderen erf- of schenkbelasting ---------
inclusief de daarover berekende renten, zoals bepaald in artikel 16 lid 4,
zakelijke werking hebben en uit dien hoofde overgaan op de Koper; ----
- Artikel 18 (Levering):
- machtigt de Koper de Veilingnotaris om namens hem de verklaring te - verzoeken als bedoeld in artikel 3:273 lid 2 Burgerlijk Wetboek en deze verklaring na ontvangst in te schrijven in de daartoe bestemde openbare registers;
- Artikel 20 (Aflevering):
- staat de verschuldigdheid van de op grond van artikel 9 bedoelde rente los van de verschuldigdheid van de op grond van artikel 20 lid 2 --------
bedoelde rente, met dien verstande dat de over de periode vanaf de dag- van Aflevering tot en met de dag van betaling van de Koopsom ---------
verschuldigde rentes in totaal niet meer zullen bedragen dan de ---------
wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119a Burgerlijk Wetboek; ------
- Artikel 22 (Huur / gebruik):
- is de Verkoper niet bekend met ter zake van het Registergoed bestaande huurovereenkomsten en laat de Verkoper de bevoegdheid over aan de - Koper om eventueel toch ter zake van het Registergoed bestaande ------
huurovereenkomsten te vernietigen op grond van artikel 3:264 ----------
Burgerlijk Wetboek, zonder dat de Verkoper instaat voor het bestaan -- van deze bevoegdheid;
- Artikel 23 (Niet nakoming):
- bedraagt de in artikel 23 lid 2 onder b bedoelde boete minimaal ---------
vijftienduizend euro (€ 15.000,00); -------------------------------------------
- is de in artikel 23 lid 2 bedoelde boete van drie promille (3‰) van de -- Koopsom met een minimum van in elk geval eenduizend euro -----------
(€ 1.000,00) in geval van niet nakoming door de Koper ook --------------
verschuldigd indien de niet nakoming door de Koper niet aan de Koper is toe te rekenen;
- bestaat het in de tweede volzin van artikel 23 lid 3 bedoelde recht van - de Koper alleen indien:
- de beschadiging van en/of het gebrek aan het Registergoed is ------
ontstaan vóór het tijdstip van de risico overgang als bedoeld in -----
artikel 19;
- de Koper vóór de betaaldatum bij aangetekend schrijven aan de ----
Verkoper heeft medegedeeld dat sprake is van een zodanige --------
beschadiging van en/of een zodanig gebrek aan het Registergoed; - en
- de Koper al zijn betalingsverplichtingen uit hoofde van de ----------
koopovereenkomst is nagekomen, ---------------------------------------
met dien verstande dat de hoogte van de vergoeding zal worden ---------
vastgesteld in overleg tussen de Verkoper en de Koper, bij gebreke -----
waarvan die vergoeding zal worden vastgesteld door de daartoe ---------
bevoegde rechter.
- Artikel 27 (Slotbepalingen):
- garandeert de Koper, ingeval hij een naamloze vennootschap is, dat het bepaalde in artikel 2:94c Burgerlijk Wetboek ten aanzien van de --------
Koopovereenkomst niet van toepassing is; -----------------------------------
- de in de Algemene Veilingvoorwaarden bedoelde Website is: -----------
- Onderhandse Verkoop:
- zijn in aanvulling op de Algemene Veilingvoorwaarden de navolgende bepalingen van toepassing op een Onderhandse Verkoop: ----------------
1. Tot veertien (14) dagen vóór de voor de Veiling bepaalde dag, kan onderhands op het Registergoed worden geboden door middel van een aan de Veilingnotaris, gerichte schriftelijke verklaring. De -----
Bieder die na afloop van de in lid 1 bedoelde termijn van veertien -
(14) dagen het hoogste onderhandse Bod heeft gedaan, heeft geen - recht op de inzetpremie.
2. Een onderhands Bod wordt geacht niet te zijn uitgebracht indien ---
dat onder voorwaarde of voorbehoud is gedaan of herroepelijk is, - tenzij de Xxxxxx op eerste verzoek van de Veilingnotaris en vóór de indiening van het verzoekschrift de voorwaarde, het voorbehoud of de herroepelijkheid schriftelijk intrekt. ----------------------------------
3. Door aanvaarding van het onderhandse Bod door de Verkoper, de - hypotheekgever, een andere hypotheekhouder of een executoriaal - beslaglegger, komt de Koopovereenkomst tot stand met -------------
inachtneming van het bepaalde in artikel 7:2 lid 1 Burgerlijk -------
Wetboek.
De Bieder met wie de Koopovereenkomst tot stand is gekomen, --- heeft niet het recht te verklaren dat hij zijn onderhandse Bod heeft uitgebracht namens één of meer anderen. -------------------------------
4. Ingeval van aanvaarding van het onderhandse Bod door de ---------
Verkoper, zullen de Verkoper en de Koper zich ieder inspannen het verzoek tot Onderhandse Verkoop, voor zover deze Onderhandse - Verkoop niet reeds is ontbonden door het in vervulling gaan van ---
een in lid 8 van dit artikel bedoelde ontbindende voorwaarde, ------
binnen de in artikel 548 lid 1 Wetboek van Burgerlijke --------------
Rechtsvordering bedoelde termijn in te dienen bij de -----------------
voorzieningenrechter van de rechtbank, in welk kader de Koper ---
tijdig voor het verloop van die termijn een onderhandse -------------
koopovereenkomst zal tekenen en de handtekening(en) van (de ----
rechtsgeldige vertegenwoordiger(s) van) de Koper zal laten ---------
legaliseren door een Nederlandse notaris, met dien verstande dat -- het eventueel niet of niet tijdig tekenen of laten legaliseren op geen enkel wijze aan de totstandkoming van de Koopovereenkomst op -- in de weg staat.
5. Bij een Onderhandse Verkoop zijn de voorwaarden die gelden voor de Veiling van het Registergoed van overeenkomstige toepassing, - tenzij de aard van een Onderhandse Verkoop zich daartegen verzet of daarvan in dit artikel wordt afgeweken. Ingeval de ----------------
hypotheekgever, een andere hypotheekhouder of een executoriaal - beslaglegger het verzoek als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 -----------
Burgerlijk Wetboek heeft ingediend, is het niet mogelijk in de -----
Koopovereenkomst af te wijken van de voorwaarden die gelden ---
voor de Veiling van het Registergoed, waaronder met name --------
begrepen doch niet beperkt tot de bepalingen van dit artikel. --------
6. In afwijking van artikel 11 dient: -----------------------------------------
- de waarborgsom bedoeld in artikel 12 lid 1 door de Koper te -- worden betaald uiterlijk twee (2) dagen nadat hem is bericht -- dat zijn onderhandse Bod is geaccepteerd, op welke termijn in- afwijking van artikel 27 lid 1 de Algemene Termijnenwet niet van toepassing is;
- dienen de Koopsom en de overige in artikel 10 bedoelde -------
kosten en lasten door de Koper te worden betaald uiterlijk -----
vier (4) weken nadat de voorzieningenrechter de Onderhandse
Verkoop heeft goedgekeurd;
7. Indien een afkoelingsperiode wordt afgekondigd als bedoeld in de - Faillissementswet, worden de verplichtingen tot betaling van de --- Koopsom en tot Levering van het Registergoed opgeschort tot vijf
(5) dagen na de datum waarop de Veilingnotaris bij schriftelijke --- verklaring van de Verkoper is geïnformeerd dat de -------------------
afkoelingsperiode met betrekking tot het Registergoed is ------------
geëindigd. De overige verplichtingen van de Koper, waaronder die tot het betalen van een waarborgsom, worden in dat geval niet -----
opgeschort.
8. Indien van overheidswege of op grond van een rechterlijke ---------
beschikking een maatregel wordt opgelegd die leidt tot opschorting van de executoriale verkoop terwijl er reeds een koopovereenkomst met betrekking tot het Registergoed tot stand is gekomen, worden - de verplichtingen tot betaling van de Koopsom en tot Levering van het Registergoed opgeschort tot vijf dagen na de datum waarop de Veilingnotaris bij schriftelijke verklaring van de Verkoper is -------
geïnformeerd dat de opschorting van de executoriale verkoop met - betrekking tot het Registergoed is geëindigd. De overige ------------
verplichtingen van de Koper, waaronder die tot het betalen van een waarborgsom, worden in dat geval niet opgeschort. -------------------
9. Indien de Verkoper na afloop van een hiervoor bedoelde ------------
afkoelingsperiode het Registergoed niet meer kan of mag leveren, - heeft de Verkoper het recht de koopovereenkomst te ontbinden. ---
Ontbinding van de koopovereenkomst is mogelijk tot de vijfde dag na de datum waarop de Veilingnotaris bij schriftelijke verklaring -- van de Verkoper is geïnformeerd dat de afkoelings- of ---------------
opschortingsperiode is geëindigd. ----------------------------------------
10. De Onderhandse Verkoop wordt aangegaan onder de opschortende voorwaarde van goedkeuring daarvan door de -------------------------
voorzieningenrechter, overeenkomstig artikel 548 Wetboek van ---
Burgerlijke Rechtsvordering.
11. De Onderhandse Verkoop wordt aangegaan onder de ontbindende - voorwaarden dat:
a. de inschrijving van de akte van levering in de daartoe ----------
bestemde openbare registers niet plaatsvindt binnen een door - de curator van de rechthebbende van het Registergoed gestelde
termijn als bedoeld in artikel 58 Faillissementswet; of ----------
b. de Koper niet tijdig en volledig voldoet aan de verplichting om de waarborgsom, bedoeld in artikel 12 lid 1, te voldoen, -------
met dien verstande dat:
- de ontbindende voorwaarde bedoeld onder a wordt vervuld ----
door het enkele feit dat de betreffende omstandigheid zich -----
voordoet;
- indien de ontbindende voorwaarde bedoeld onder a wordt -----
vervuld, de Koper, in geval het in vervulling gaan van de ------
ontbindende voorwaarde niet aan de Verkoper is te wijten en - de tussen goedkeuring van de Onderhandse verkoop door de -- voorzieningenrechter en het einde van de door de curator ------
gestelde termijn ten minste vijf (5) werkdagen zijn gelegen, ---
gehouden is de schade van de Verkoper te vergoeden met dien verstande dat tot die schade in ieder geval gerekend wordt -----
hetgeen de Verkoper moet bijdragen in de algemene ------------
faillissementskosten als bedoeld in artikel 182 lid 1 -------------
Faillissementswet en het nadelig verschil als bedoeld in artikel 23 lid 4 met dien verstande dat in plaats van de Koopprijs van de herveiling gelezen moet worden de koopprijs waarvoor de - curator het Registergoed alsnog vervreemd. ----------------------
Ingeval de Verkoper het verzoek heeft ingediend, kan op de --------
vervulling van de onder b bedoelde ontbindende voorwaarde -------
slechts een beroep kan worden gedaan door de Verkoper. -----------
Ingeval de hypotheekgever, een andere hypotheekhouder of een ---
executoriaal beslaglegger het verzoek heeft ingediend, wordt de ---
ontbindende voorwaarde bedoeld onder b vervuld door het enkele - feit dat de betreffende omstandigheid zich voordoet. -----------------
12. In afwijking van artikel 22 komt het risico dat er personen ----------
krachtens huurovereenkomst gebruik kunnen maken van (het tot ---
bewoning bestemde gedeelte van) het Registergoed op het moment van aankondiging van de Veiling en de Verkoper (nog) geen verlof voor het inroepen van het huurbeding heeft gevraagd of een --------
gevraagd verlof voor het inroepen van het huurbeding (nog) niet ---
is/wordt verleend, voor rekening van de Koper. -----------------------
13. Het Registergoed is voor risico van de Koper vanaf het moment dat de voorzieningenrechter de koopovereenkomst heeft goedgekeurd;
14. In het belang van de rechthebbende van het Registergoed, kan de -- indiener het verzoek niet indienen of, na indiening, intrekken -------
zonder dat de indiener gehouden is aan de Koper schade te ---------
vergoeden.
Het niet indienen van het verzoek of, na indiening, het intrekken -- van het verzoek wordt in ieder geval geacht in het belang van de -- rechthebbende van het Registergoed te zijn indien: -------------------
- op een tijdstip dat lossing op grond van artikel 3:269 -----------
Burgerlijk Wetboek mogelijk is, de in dat artikel bedoelde -----
bedragen aan de Verkoper worden voldaan; ----------------------
- de achterstand in de betaling van de vordering waarvoor de ---
hypotheek ten behoeve van de Verkoper op het Registergoed - tot waarborg strekt en de executiekosten worden voldaan; -----
- een Nederlandse rechter in een (kort geding) procedure bepaalt dat de Verkoper niet bevoegd is om over te gaan tot Veiling ---
van het Registergoed.
15. Diegene, die een gunstiger aanbod heeft gedaan dat ------------------
overeenkomstig artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek wordt ------
voorgelegd aan de voorzieningenrechter, is gehouden om, nog -----
voordat de voorzieningenrechter eventueel bepaalt dat de verkoop - overeenkomstig dit aanbod zal geschieden: ----------------------------
- een onderhandse koopovereenkomst te (laten) tekenen en de -- handtekening(en) (van de rechtsgeldige vertegenwoordiger(s) - van de biedende partij) te laten legaliseren door een -------------
Nederlandse notaris; en
- de waarborgsom bedoeld in artikel 12 lid 1 te voldoen. ---------
16. De Koper wordt geacht geen schade te lijden ingeval diegene die -- het verzoek heeft ingediend of een andere in artikel 3:268 lid 2 ----
Burgerlijk Wetboek bedoelde belanghebbende, een gunstiger -------
aanbod voorlegt aan de voorzieningenrechter, noch ingeval de -----
voorzieningenrechter vervolgens bepaalt dat de verkoop -------------
overeenkomstig een gunstiger aanbod zal geschieden. ----------------
17. De akte van levering zal worden verleden voor de Veilingnotaris. - Artikel 18 lid 4 is van overeenkomstige toepassing. ------------------
Naar aanleiding van het voorstel van de Verkoper en ter voldoening aan het -----
bepaalde in artikel 517 lid 1 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, stel ik, - Veilingnotaris, bij dezen de hiervoor vermelde voorwaarden vast als de ----------
voorwaarden waaronder de Veiling van het Registergoed en de Roerende Zaken zal plaatsvinden.
Volmacht.
Van de volmacht op de comparante blijkt uit twee onderhandse akten, die aan -- deze akte zullen worden gehecht.
Slot.
De comparante is mij, notaris, bekend.
Deze akte is verleden te Rotterdam op de datum aan het begin van deze akte ----
vermeld. De zakelijke inhoud van deze akte is aan de comparante opgegeven en- toegelicht. De comparante heeft verklaard op volledige voorlezing van de akte -- geen prijs te stellen, tijdig voor het verlijden van de inhoud daarvan te hebben -- kennisgenomen en met de inhoud in te stemmen. -------------------------------------
Onmiddellijk na beperkte voorlezing is deze akte eerst door de comparante en -- daarna door mij, notaris, ondertekend.
(Volgt ondertekening)
UITGEGEVEN VOOR AFSCHRIFT: