Vaartuig definitie

Vaartuig een voorwerp dat is gemaakt om op het water te verblijven en zich daarop te bewegen, en dat is bestemd voor sportbeoefening en vrijetijdsbesteding. Onder het vaartuig vallen ook de uitrusting en inventaris die erbij horen.
Vaartuig een voorwerp dat is gemaakt om op het water te verblijven en zich daarop te bewegen, inclusief de uitrusting en inventaris die erbij horen. In deze voorwaarden gaat het expliciet om een vaartuig dat is bestemd voor sportbeoefening of vrijetijdsbesteding. Onder dit begrip vallen ook een casco of een vaartuig in aanbouw.
Vaartuig. Een voorwerp/vervoermiddel dat bestemd of ingericht is voor het vervoer over water, van personen en/of goederen.

Examples of Vaartuig in a sentence

  • Verhuurder draagt er zorg voor dat het Vaartuig geschikt is voor het voorgenomen gebruik.

  • Indien geconstateerd wordt dat een te jong persoon het Vaartuig bestuurt of dat er meer dan het maximaal aantal personen in een Vaartuig aanwezig zijn, heeft Verhuurder het recht de huurovereenkomst per direct te ontbinden zonder terugbetaling van reeds betaalde bedragen.

  • Voor vertrek zal Xxxxxxx instructies krijgen van Verhuurder over het gebruik van het Vaartuig.

  • De dekking eindigt in ieder geval direct vanaf het moment dat de verzekeringnemer geen belang meer bij het Vaartuig heeft, ongeacht of daarvan tijdig mededeling is gedaan.

  • De verzekering geeft de verzekeringnemer recht op een vergoeding voor verlies of beschadiging (hierna tezamen ook aangeduid als ‘schade’) van het Vaartuig indien en voorzover deze schade het gevolg is van een van de hierna omschreven (gedekte) gebeurtenissen.


More Definitions of Vaartuig

Vaartuig een voorwerp dat is ingericht om op het water te verblijven en zich daarop te bewegen, inclusief de daarvan deeluitmakende uitrustingstukken en inventaris, alsmede een casco of een vaartuig in aanbouw.
Vaartuig het vaartuig van verhuurder, inclusief alle ingebouwde elektronica en verdere toebehoren.
Vaartuig. Het in de polis omschreven verzekerde vaartuig met vol- ledige scheepsuitrusting en toebehoren;
Vaartuig. Het in de polis omschreven schip, inclusief: - motorinstallaties; - schroeven en schroefassen; - scheepstoebehoren; - inventaris; - brandstof; - smeermiddelen; - de bij het vaartuig horende bijboot met standaarduitrusting.
Vaartuig kano en ander drijvend materiaal en toebehoren.
Vaartuig. Het vaartuig waarmee Rederij Nassau haar diensten aanbiedt aan de huurder.
Vaartuig alle soorten van drijvende lichamen die vanwege hun drijfvermogen worden gebruikt dan wel bestemd zijn of geschikt zijn voor het dragen en eventueel vervoeren van personen, dieren, stoffen (al dan niet vloeibaar), gassen, goederen of voorwerpen, al dan niet met het vaartuig één geheel uitmakende, en ook caissons, pontons, baggermolens, zuigers en dergelijke drijvende lichamen;