Woonplaats definitie
Examples of Woonplaats in a sentence
Op deze nota staat de volgende informatie van de Cliënt: Naam, Adres, Woonplaats, Geboortedatum, Kosten van het consult, omschrijving van de gegeven zorg soort, datum van de behandeling.
De Bijstandsverlener organiseert de tussenkomst van een pechdienst en neemt dit voor zijn rekening en als er geen herstelling ter plaatse kan worden uitgevoerd, het wegslepen van het Voertuig vanaf de plaats waar het geïmmobiliseerd staat tot de dichtstbijzijnde garage bij de Woonplaats van de Begunstigde in België.
Straat: Huisnummer: Woonplaats: ▪ U verklaart dat u met uw relatiepartner samenwoont op het adres dat hierboven staat.
Voorletters: Tussenvoegsels: Achternaam: Geboortedatum: Woonplaats: (de “Medegeldnemer”), Hierna worden Geldnemer en Medegeldnemer zowel ieder afzonderlijk als gezamenlijk genoemd de Geldnemer.
Als Woonplaats worden beschouwd de hoofdverblijfplaats van de begunstigden: ofwel de officiële domicilie in België voor de niet-expatriates, ofwel de gebruikelijke verblijfplaats voor de expatriates.