Common use of BEROEP Clause in Contracts

BEROEP. Belanghebbenden kunnen beroep aantekenen tegen de beslissingen die in het kader van het programma worden genomen door de managementautoriteit of het Comité van Toezicht. Dit zou kunnen gaan over besluiten m.b.t. de (pre)selectie van een individuele projectaanmelding door het CvT, vaststellingen gemaakt in kader van het controleproces, of nog andere zaken. Om ontvankelijk te zijn, dient in een beroep gemotiveerd te worden welk belang de indiener heeft bij het beroep én welke fout werd gemaakt in de (voorbereiding van) de beslissing. De managementautoriteit onderzoekt elk ingediend beroep op ontvankelijkheid. De uitoefening van de bevoegdheid van het Comité van Toezicht waarbij een beleidsmatige voorkeur wordt uitgedrukt in de preselectie van projectaanmeldingen, is een discretionaire opportuniteitsafweging. Wanneer de inhoudelijke motivering van een beroep enkel hier op terug te brengen is, zal het onontvankelijk worden verklaard. De verschillende beroepsprocedures, evenals de bevoegde instanties en beroepstermijnen zijn in de tabel hieronder weergegeven. De termijnen gaan in vanaf de dag van publicatie of kennisgeving van de beslissing. Indien binnen deze termijn geen beroep is ingediend, kunnen verdere beslissingen in de projectcyclus worden genomen, geformaliseerd of uitgevoerd. Indien wel tijdig een beroep werd ingediend, worden in afwachting van een definitieve uitspraak in beroep geen verdere stappen gezet voor betrokken projectaanvragen. Tabel: Beroepsprocedures voor belanghebbenden in kader van Interreg VL-NL. Beroepsprocedure Instantie Beroepstermijn Willig en oneigenlijk beroep Managementautoriteit Interreg Vlaanderen – Nederland Dienst Europa Xxxxxxxx Xxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxxxx eveneens mogelijk via xxx.xxxxxxxxxx.xx 42 kalenderdagen Hiërarchisch beroep Vlaams minister van Economie Xxxxxxxxxxxxxxx 0 0000 Xxxxxxx 42 kalenderdagen Eindberoep (al dan niet in kortgeding) Raad van State Xxxxxxxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxx 60 kalenderdagen Een belanghebbende moet in eerste instantie een ‘willig en oneigenlijk beroep’ inleiden bij de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op de (pre)selectie, zal het CvT een besluit nemen over het beroep, na advies door de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op een vaststelling gemaakt in kader van het controleproces, dient de managementautoriteit een besluit te nemen over het beroep. Na mededeling van het besluit over het willig beroep, heeft de indiener de mogelijkheid om verder beroep aan te tekenen door een ‘hiërarchisch beroep’ in te leiden bij middel van gewone geargumenteerde brief, te richten aan de Vlaamse minister bevoegd voor Economie. Tenslotte kan de belanghebbende een ‘eindberoep’ inleiden bij middel van aangetekende brief, binnen 60 kalenderdagen na kennisgeving van onderhavige beslissing, te richten aan de Raad van State. Deze termijn gaat in vanaf de dag van bekendmaking van de onderhavige beslissing en wordt gestuit gedurende het willig en oneigenlijk beroep evenals gedurende het hiërarchisch beroep. De mogelijkheid tot een eindberoep is pas toegankelijk nadat zowel het willig en oneigenlijk beroep als het hiërarchisch beroep zijn doorlopen. Enkel wanneer het beroep de schorsing vraagt van het collectieve preselectiebesluit van het CvT, geldt een andere procedure. Gelet op de brede uitwerking van een dergelijke schorsing op alle potentiële projectpartijen, kan dit enkel via een kortgedingprocedure bij de Raad van State. KLACHT Klachten van belanghebbenden m.b.t. de uitvoering van een project kunnen worden ingediend bij het Comité van Toezicht die ze in behandeling zal nemen. Indien nodig, kan het Comité van Toezicht doorverwijzen naar de bevoegde instanties. 3.

Appears in 2 contracts

Samples: www.stimulus.nl, www.stimulus.nl

BEROEP. Belanghebbenden kunnen beroep aantekenen tegen de beslissingen die in het kader van het programma worden genomen door de managementautoriteit of het Comité van Toezicht. Dit zou kunnen gaan over besluiten m.b.t. de (pre)selectie van een individuele projectaanmelding door het CvT, vaststellingen gemaakt in kader van het controleproces, of nog andere zaken. Om ontvankelijk te zijn, dient in een beroep gemotiveerd te worden welk belang de indiener heeft bij het beroep én welke fout werd gemaakt in de (voorbereiding van) de beslissing. De managementautoriteit onderzoekt elk ingediend beroep op ontvankelijkheid. De uitoefening van de bevoegdheid van het Comité van Toezicht waarbij een beleidsmatige voorkeur wordt uitgedrukt in de preselectie van projectaanmeldingen, is een discretionaire opportuniteitsafweging. Wanneer de inhoudelijke motivering van een beroep enkel hier op terug te brengen is, zal het onontvankelijk worden verklaard. De verschillende beroepsprocedures, evenals de bevoegde instanties en beroepstermijnen zijn in de tabel hieronder weergegeven. De termijnen gaan in vanaf de dag van publicatie of kennisgeving van de beslissing. Indien binnen deze termijn geen beroep is ingediend, kunnen verdere beslissingen in de projectcyclus worden genomen, geformaliseerd of uitgevoerd. Indien wel tijdig een beroep werd ingediend, worden in afwachting van een definitieve uitspraak in beroep geen verdere stappen gezet voor betrokken projectaanvragen. Tabel: Beroepsprocedures voor belanghebbenden in kader van Interreg VL-NL. Beroepsprocedure Instantie Beroepstermijn Willig en oneigenlijk beroep Managementautoriteit Interreg Vlaanderen – Nederland Dienst Europa Xxxxxxxx Xxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxxxx eveneens mogelijk via xxx.xxxxxxxxxx.xx 42 kalenderdagen Hiërarchisch beroep Vlaams minister van Economie Xxxxxxxxxxxxxxx 0 0000 Xxxxxxx Consciencegebouw Xxxxxx Xxxxxx XX laan 15 1210 Sint-Joost-ten-Node 42 kalenderdagen Eindberoep (al dan niet in kortgeding) Raad van State Xxxxxxxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxx 60 kalenderdagen Een belanghebbende moet in eerste instantie een ‘willig en oneigenlijk beroep’ inleiden bij de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op de (pre)selectie, zal het CvT een besluit nemen over het beroep, na advies door de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op een vaststelling gemaakt in kader van het controleproces, dient de managementautoriteit een besluit te nemen over het beroep. Na mededeling van het besluit over het willig beroep, heeft de indiener de mogelijkheid om verder beroep aan te tekenen door een ‘hiërarchisch beroep’ in te leiden bij middel van gewone geargumenteerde brief, te richten aan de Vlaamse minister bevoegd voor Economie. Tenslotte kan de belanghebbende een ‘eindberoep’ inleiden bij middel van aangetekende brief, binnen 60 kalenderdagen na kennisgeving van onderhavige beslissing, te richten aan de Raad van State. Deze termijn gaat in vanaf de dag van bekendmaking van de onderhavige beslissing en wordt gestuit gedurende het willig en oneigenlijk beroep evenals gedurende het hiërarchisch beroep. De mogelijkheid tot een eindberoep is pas toegankelijk nadat zowel het willig en oneigenlijk beroep als het hiërarchisch beroep zijn doorlopen. Enkel wanneer het beroep de schorsing vraagt van het collectieve preselectiebesluit van het CvT, geldt een andere procedure. Gelet op de brede uitwerking van een dergelijke schorsing op alle potentiële projectpartijen, kan dit enkel via een kortgedingprocedure bij de Raad van State. KLACHT Klachten van belanghebbenden m.b.t. de uitvoering van een project kunnen worden ingediend bij het Comité van Toezicht die ze in behandeling zal nemen. Indien nodig, kan het Comité van Toezicht doorverwijzen naar de bevoegde instanties. k.Criteria Er wordt een onderscheid gemaakt tussen ontvankelijkheidscriteria, technische criteria en inhoudelijke criteria. Een projectaanvraag die niet voldoet aan de ontvankelijkheidscriteria, kan niet in behandeling worden genomen. Aan een projectaanvraag die niet voldoet aan de technische criteria, kan geen EFRO-steun worden verleend. De inhoudelijke criteria worden gebruikt om projecten te beoordelen. Indien projecten onvoldoende bijdragen aan de inhoudelijke criteria, kan het Comité van Toezicht besluiten geen EFRO-steun toe te kennen. Bij de beoordeling van projectaanmeldingen in de fase van preselectie wordt een beperkter set aan ontvankelijkheidscriteria, technische criteria en inhoudelijke criteria gehanteerd. Aangezien er bij preselectie geen EFRO-steun wordt verleend, staat een negatieve beoordeling aan de hand van de technische criteria in deze fase de preselectie van de aanmelding niet in de weg. De criteria die in deze fase al worden gebruikt, zijn met het symbool (*) aangeduid. ONTVANKELIJKHEIDSCRITERIA5 1. De projectaanvraag is volledig. (*) 2. De projectaanvraag werd ingediend voor het verstrijken van de deadline zoals bepaald door het Comité van Toezicht6. (*) 3.. De projectaanvraag is de uitwerking van een gepreselecteerde aanmelding7. 4. Het project wordt in voldoende mate uitgevoerd binnen het programmagebied Interreg Vlaanderen - Nederland. De effecten van het project hebben betrekking op voornoemde programmagebied. (*) 5. Grensoverschrijdend karakter: aan beide zijden van de grens wordt cofinanciering gegarandeerd; - in de uitvoering van het project is er minstens aan beide zijden van de grens één partner betrokken, ofwel is er een EGTS betrokken, die is opgericht door minstens één Vlaamse en één Nederlandse publieke autoriteit of instantie. (*) 6. De doelstelling van het project is inpasbaar binnen een specifieke doelstelling opgenomen in het Samenwerkingsprogramma Interreg Vlaanderen – Nederland. (*) 7. De doelstelling van het project is niet strijdig met de Europese en nationale regelgeving. (*) 8. De doelstelling van het project is niet strijdig met de volgende horizontale criteria: gelijke kansen en anti-discriminatie; gelijkheid van vrouwen en mannen; duurzame ontwikkeling. 9. Financieringscriteria: de gevraagde Europese bijdrage (EFRO) per projectpartner bedraagt niet meer dan 50% van de begrote totale subsidiabele kosten; de uitgaven zullen niet worden opgevoerd in een ander Europees project; de uitgaven zullen niet voor meer dan 100% worden gefinancierd. 10. Het project voldoet aan alle bijkomende ontvankelijkheidscriteria die werden opgelegd in de projectoproep. (*) TECHNISCHE CRITERIA8 1. Het volledige dossier is beschikbaar. 2. De projectaanvraag sluit inhoudelijk in voldoende mate aan bij de gepreselecteerde aanmelding en geeft invulling aan de voorwaarden die door het Comité van Toezicht werden opgelegd9. 3. Uit de projectaanvraag blijkt dat het project: de maximale uitvoeringsperiode niet overschrijdt; (*) uitgevoerd wordt voor uiterlijk 31 december 202210, dan wel 31 december 2023 voor de prioritaire as Technische Bijstand; (*) effectief realiseerbaar is met het oog op de te verkrijgen vergunningen en te doorlopen procedures. 4. De startdatum van het project valt niet voor de indieningsdatum11. 5. De in het kostenplan van de projectpartners opgenomen kosten komen voor een Europese bijdrage in aanmerking, overeenkomstig verordeningen nr. 1299/2013, nr. 1301/2013 en nr. 1303/2013 en de verdere bepalingen in het programmareglement. 6. In het kostenplan maakt elke projectpartner kosten, die rechtstreeks zijn toe te rekenen aan het project. 7. De deelname van projectpartners van buiten het programmagebied is voldoende verantwoord. (*) 8. De projectaanvraag is in het Nederlands opgesteld. (*) 9. De projectpartners zijn rechtspersonen. 10. Het project voldoet aan alle bijkomende technische criteria die werden opgelegd in de projectoproep. (*)

Appears in 1 contract

Samples: www.stimulus.nl

BEROEP. Belanghebbenden kunnen beroep aantekenen tegen de beslissingen die in het kader van het programma worden genomen door de managementautoriteit of het Comité van Toezicht. Dit zou kunnen gaan over besluiten m.b.t. de (pre)selectie van een individuele projectaanmelding door het CvT, vaststellingen gemaakt in kader van het controleproces, of nog andere zaken. Om ontvankelijk te zijn, dient in een beroep gemotiveerd te worden welk belang de indiener heeft bij het beroep én welke fout werd gemaakt in de (voorbereiding van) de beslissing. De managementautoriteit onderzoekt elk ingediend beroep op ontvankelijkheid. De uitoefening van de bevoegdheid van het Comité van Toezicht waarbij een beleidsmatige voorkeur wordt uitgedrukt in de preselectie van projectaanmeldingen, is een discretionaire opportuniteitsafweging. Wanneer de inhoudelijke motivering van een beroep enkel hier op terug te brengen is, zal het onontvankelijk worden verklaard. De verschillende beroepsprocedures, evenals de bevoegde instanties en beroepstermijnen zijn in de tabel hieronder weergegeven. De termijnen gaan in vanaf de dag van publicatie of kennisgeving van de beslissing. Indien binnen deze termijn geen beroep is ingediend, kunnen verdere beslissingen in de projectcyclus worden genomen, geformaliseerd of uitgevoerd. Indien wel tijdig een beroep werd ingediend, worden in afwachting van een definitieve uitspraak in beroep geen verdere stappen gezet voor betrokken projectaanvragen. Tabel: Beroepsprocedures voor belanghebbenden in kader van Interreg VL-NL. Beroepsprocedure Instantie Beroepstermijn Willig en oneigenlijk beroep Managementautoriteit Interreg Vlaanderen – Nederland Dienst Europa Xxxxxxxx Xxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxxxx eveneens mogelijk via xxx.xxxxxxxxxx.xx 42 kalenderdagen Hiërarchisch beroep Vlaams minister van Economie Xxxxxxxxxxxxxxx 0 0000 Xxxxxxx Consciencegebouw Xxxxxx Xxxxxx XX laan 15 1210 Sint-Joost-ten-Node 42 kalenderdagen Eindberoep (al dan niet in kortgeding) Raad van State Xxxxxxxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxx 60 kalenderdagen Een belanghebbende moet in eerste instantie een ‘willig en oneigenlijk beroep’ inleiden bij de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op de (pre)selectie, zal het CvT een besluit nemen over het beroep, na advies door de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op een vaststelling gemaakt in kader van het controleproces, dient de managementautoriteit een besluit te nemen over het beroep. Na mededeling van het besluit over het willig beroep, heeft de indiener de mogelijkheid om verder beroep aan te tekenen door een ‘hiërarchisch beroep’ in te leiden bij middel van gewone geargumenteerde brief, te richten aan de Vlaamse minister bevoegd voor Economie. Tenslotte kan de belanghebbende een ‘eindberoep’ inleiden bij middel van aangetekende brief, binnen 60 kalenderdagen na kennisgeving van onderhavige beslissing, te richten aan de Raad van State. Deze termijn gaat in vanaf de dag van bekendmaking van de onderhavige beslissing en wordt gestuit gedurende het willig en oneigenlijk beroep evenals gedurende het hiërarchisch beroep. De mogelijkheid tot een eindberoep is pas toegankelijk nadat zowel het willig en oneigenlijk beroep als het hiërarchisch beroep zijn doorlopen. Enkel wanneer het beroep de schorsing vraagt van het collectieve preselectiebesluit van het CvT, geldt een andere procedure. Gelet op de brede uitwerking van een dergelijke schorsing op alle potentiële projectpartijen, kan dit enkel via een kortgedingprocedure bij de Raad van State. KLACHT Klachten van belanghebbenden m.b.t. de uitvoering van een project kunnen worden ingediend bij het Comité van Toezicht die ze in behandeling zal nemen. Indien nodig, kan het Comité van Toezicht doorverwijzen naar de bevoegde instanties. 3.

Appears in 1 contract

Samples: cleantechflanders.com

BEROEP. Belanghebbenden kunnen beroep aantekenen tegen de beslissingen die in het kader van het programma worden genomen door de managementautoriteit of het Comité van Toezicht. Dit zou kunnen gaan over besluiten m.b.t. de (pre)selectie van een individuele projectaanmelding door het CvT, vaststellingen gemaakt in kader van het controleproces, of nog andere zaken. Om ontvankelijk te zijn, dient in een beroep gemotiveerd te worden welk belang de indiener heeft bij het beroep én welke fout werd gemaakt in de (voorbereiding van) de beslissing. De managementautoriteit onderzoekt elk ingediend beroep op ontvankelijkheid. De uitoefening van de bevoegdheid van het Comité van Toezicht waarbij een beleidsmatige voorkeur wordt uitgedrukt in de preselectie van projectaanmeldingen, is een discretionaire opportuniteitsafweging. Wanneer de inhoudelijke motivering van een beroep enkel hier op terug te brengen is, zal het onontvankelijk worden verklaard. De verschillende beroepsprocedures, evenals de bevoegde instanties en beroepstermijnen zijn in de tabel hieronder weergegeven. De termijnen gaan in vanaf de dag van publicatie of kennisgeving van de beslissing. Indien binnen deze termijn geen beroep is ingediend, kunnen verdere beslissingen in de projectcyclus worden genomen, geformaliseerd of uitgevoerd. Indien wel tijdig een beroep werd ingediend, worden in afwachting van een definitieve uitspraak in beroep geen verdere stappen gezet voor betrokken projectaanvragen. Tabel: Beroepsprocedures voor belanghebbenden in kader van Interreg VL-NL. Beroepsprocedure Instantie Beroepstermijn Willig en oneigenlijk beroep Managementautoriteit Interreg Vlaanderen – Nederland Dienst Europa Xxxxxxxx Xxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxxxx eveneens mogelijk via xxx.xxxxxxxxxx.xx 42 kalenderdagen Kalenderdagen Hiërarchisch beroep Vlaams minister van Economie Xxxxxxxxxxxxxxx 0 0000 Xxxxxxx Consciencegebouw Xxxxxx Xxxxxx XX laan 15 1210 Sint-Joost-ten-Node 42 kalenderdagen Kalenderdagen Eindberoep (al dan niet in kortgeding) Raad van State Xxxxxxxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxx 60 kalenderdagen Kalenderdagen Een belanghebbende moet in eerste instantie een ‘willig en oneigenlijk beroep’ inleiden bij de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op de (pre)selectie, zal het CvT een besluit nemen over het beroep, na advies door de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op een vaststelling gemaakt in kader van het controleproces, dient de managementautoriteit een besluit te nemen over het beroep. Na mededeling van het besluit over het willig beroep, heeft de indiener de mogelijkheid om verder beroep aan te tekenen door een ‘hiërarchisch beroep’ in te leiden bij middel van gewone geargumenteerde brief, te richten aan de Vlaamse minister bevoegd voor Economie. Tenslotte kan de belanghebbende een ‘eindberoep’ inleiden bij middel van aangetekende brief, binnen 60 kalenderdagen na kennisgeving van onderhavige beslissing, te richten aan de Raad van State. Deze termijn gaat in vanaf de dag van bekendmaking van de onderhavige beslissing en wordt gestuit gedurende het willig en oneigenlijk beroep evenals gedurende het hiërarchisch beroep. De mogelijkheid tot een eindberoep is pas toegankelijk nadat zowel het willig en oneigenlijk beroep als het hiërarchisch beroep zijn doorlopen. Enkel wanneer het beroep de schorsing vraagt van het collectieve preselectiebesluit van het CvT, geldt een andere procedure. Gelet op de brede uitwerking van een dergelijke schorsing op alle potentiële projectpartijen, kan dit enkel via een kortgedingprocedure bij de Raad van State. KLACHT Klachten van belanghebbenden m.b.t. de uitvoering van een project kunnen worden ingediend bij het Comité van Toezicht die ze in behandeling zal nemen. Indien nodig, kan het Comité van Toezicht doorverwijzen naar de bevoegde instanties. 3.

Appears in 1 contract

Samples: www.grensregio.eu

BEROEP. Belanghebbenden kunnen beroep aantekenen tegen de beslissingen die in het kader van het programma worden genomen door de managementautoriteit of het Comité van Toezicht. Dit zou kunnen gaan over besluiten m.b.t. de (pre)selectie van een individuele projectaanmelding door het CvT, vaststellingen gemaakt in kader van het controleproces, of nog andere zaken. Om ontvankelijk te zijn, dient in een beroep gemotiveerd te worden welk belang de indiener heeft bij het beroep én welke fout werd gemaakt in de (voorbereiding van) de beslissing. De managementautoriteit onderzoekt elk ingediend beroep op ontvankelijkheid. De uitoefening van de bevoegdheid van het Comité van Toezicht waarbij een beleidsmatige voorkeur wordt uitgedrukt in de preselectie van projectaanmeldingen, is een discretionaire opportuniteitsafweging. Wanneer de inhoudelijke motivering van een beroep enkel hier op terug te brengen is, zal het onontvankelijk worden verklaard. De verschillende beroepsprocedures, evenals de bevoegde instanties en beroepstermijnen zijn in de tabel hieronder weergegeven. De termijnen gaan in vanaf de dag van publicatie of kennisgeving van de beslissing. Indien binnen deze termijn geen beroep is ingediend, kunnen verdere beslissingen in de projectcyclus worden genomen, geformaliseerd of uitgevoerd. Indien wel tijdig een beroep werd ingediend, worden in afwachting van een definitieve uitspraak in beroep geen verdere stappen gezet voor betrokken projectaanvragen. Tabel: Beroepsprocedures voor belanghebbenden in kader van Interreg VL-NL. Beroepsprocedure Instantie Beroepstermijn Willig en oneigenlijk beroep Managementautoriteit Interreg Vlaanderen – Nederland Dienst Europa Xxxxxxxx Xxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxxxx eveneens mogelijk via xxx.xxxxxxxxxx.xx 42 kalenderdagen Hiërarchisch beroep Vlaams minister van Economie Xxxxxxxxxxxxxxx 0 0000 Xxxxxxx Consciencegebouw Xxxxxx Xxxxxx XX laan 15 1210 Sint-Joost-ten-Node 42 kalenderdagen Eindberoep (al dan niet in kortgeding) Raad van State Xxxxxxxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxx 60 kalenderdagen Een belanghebbende moet in eerste instantie een ‘willig en oneigenlijk beroep’ inleiden bij de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op de (pre)selectie, zal het CvT een besluit nemen over het beroep, na advies door de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op een vaststelling gemaakt in kader van het controleproces, dient de managementautoriteit een besluit te nemen over het beroep. Na mededeling van het besluit over het willig beroep, heeft de indiener de mogelijkheid om verder beroep aan te tekenen door een ‘hiërarchisch beroep’ in te leiden bij middel van gewone geargumenteerde brief, te richten aan de Vlaamse minister bevoegd voor Economie. Tenslotte kan de belanghebbende een ‘eindberoep’ inleiden bij middel van aangetekende brief, binnen 60 kalenderdagen na kennisgeving van onderhavige beslissing, te richten aan de Raad van State. Deze termijn gaat in vanaf de dag van bekendmaking van de onderhavige beslissing en wordt gestuit gedurende het willig en oneigenlijk beroep evenals gedurende het hiërarchisch beroep. De mogelijkheid tot een eindberoep is pas toegankelijk nadat zowel het willig en oneigenlijk beroep als het hiërarchisch beroep zijn doorlopen. Enkel wanneer het beroep de schorsing vraagt van het collectieve preselectiebesluit van het CvT, geldt een andere procedure. Gelet op de brede uitwerking van een dergelijke schorsing op alle potentiële projectpartijen, kan dit enkel via een kortgedingprocedure bij de Raad van State. KLACHT Klachten van belanghebbenden m.b.t. de uitvoering van een project kunnen worden ingediend bij het Comité van Toezicht die ze in behandeling zal nemen. Indien nodig, kan het Comité van Toezicht doorverwijzen naar de bevoegde instanties. 3.

Appears in 1 contract

Samples: www.grensregio.eu

BEROEP. Belanghebbenden kunnen beroep aantekenen tegen de beslissingen die in het kader van het programma worden genomen door de managementautoriteit of het Comité van Toezicht. Dit zou kunnen gaan over besluiten m.b.t. de (pre)selectie van een individuele projectaanmelding door het CvT, vaststellingen gemaakt in kader van het controleproces, of nog andere zaken. Om ontvankelijk te zijn, dient in een beroep gemotiveerd te worden welk belang de indiener heeft bij het beroep én welke fout werd gemaakt in de (voorbereiding van) de beslissing. De managementautoriteit onderzoekt elk ingediend beroep op ontvankelijkheid. De uitoefening van de bevoegdheid van het Comité van Toezicht waarbij een beleidsmatige voorkeur wordt uitgedrukt in de preselectie van projectaanmeldingen, is een discretionaire opportuniteitsafweging. Wanneer de inhoudelijke motivering van een beroep enkel hier op terug te brengen is, zal het onontvankelijk worden verklaard. De verschillende beroepsprocedures, evenals de bevoegde instanties en beroepstermijnen zijn in de tabel hieronder weergegeven. De termijnen gaan in vanaf de dag van publicatie of kennisgeving van de beslissing. Indien binnen deze termijn geen beroep is ingediend, kunnen verdere beslissingen in de projectcyclus worden genomen, geformaliseerd of uitgevoerd. Indien wel tijdig een beroep werd ingediend, worden in afwachting van een definitieve uitspraak in beroep geen verdere stappen gezet voor betrokken projectaanvragen. Tabel: Beroepsprocedures voor belanghebbenden in kader van Interreg VL-NL. Beroepsprocedure Instantie Beroepstermijn Willig en oneigenlijk beroep Managementautoriteit Interreg Vlaanderen – Nederland Dienst Europa Xxxxxxxx Xxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxxxx eveneens mogelijk via xxx.xxxxxxxxxx.xx 42 kalenderdagen Hiërarchisch beroep Vlaams minister van Economie Xxxxxxxxxxxxxxx 0 0000 Xxxxxxx 42 kalenderdagen Eindberoep (al dan niet in kortgeding) Raad van State Xxxxxxxxxxxxxxxxx 00 0000 Xxxxxxx 60 kalenderdagen Een belanghebbende moet in eerste instantie een ‘willig en oneigenlijk beroep’ inleiden bij de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op de (pre)selectie, zal het CvT een besluit nemen over het beroep, na advies door de managementautoriteit. Indien een beroep betrekking heeft op een vaststelling gemaakt in kader van het controleproces, dient de managementautoriteit een besluit te nemen over het beroep. Na mededeling van het besluit over het willig beroep, heeft de indiener de mogelijkheid om verder beroep aan te tekenen door een ‘hiërarchisch beroep’ in te leiden bij middel van gewone geargumenteerde brief, te richten aan de Vlaamse minister bevoegd voor Economie. Tenslotte kan de belanghebbende een ‘eindberoep’ inleiden bij middel van aangetekende brief, binnen 60 kalenderdagen na kennisgeving van onderhavige beslissing, te richten aan de Raad van State. Deze termijn gaat in vanaf de dag van bekendmaking van de onderhavige beslissing en wordt gestuit gedurende het willig en oneigenlijk beroep evenals gedurende het hiërarchisch beroep. De mogelijkheid tot een eindberoep is pas toegankelijk nadat zowel het willig en oneigenlijk beroep als het hiërarchisch beroep zijn doorlopen. Enkel wanneer het beroep de schorsing vraagt van het collectieve preselectiebesluit van het CvT, geldt een andere procedure. Gelet op de brede uitwerking van een dergelijke schorsing op alle potentiële projectpartijen, kan dit enkel via een kortgedingprocedure bij de Raad van State. KLACHT Klachten van belanghebbenden m.b.t. de uitvoering van een project kunnen worden ingediend bij het Comité van Toezicht die ze in behandeling zal nemen. Indien nodig, kan het Comité van Toezicht doorverwijzen naar de bevoegde instanties. k.Criteria Er wordt een onderscheid gemaakt tussen ontvankelijkheidscriteria, technische criteria en inhoudelijke criteria. Een projectaanvraag die niet voldoet aan de ontvankelijkheidscriteria, kan niet in behandeling worden genomen. Aan een projectaanvraag die niet voldoet aan de technische criteria, kan geen EFRO-steun worden verleend. De inhoudelijke criteria worden gebruikt om projecten te beoordelen. Indien projecten onvoldoende bijdragen aan de inhoudelijke criteria, kan het Comité van Toezicht besluiten geen EFRO-steun toe te kennen. Bij de beoordeling van projectaanmeldingen in de fase van preselectie wordt een beperkter set aan ontvankelijkheidscriteria, technische criteria en inhoudelijke criteria gehanteerd. Aangezien er bij preselectie geen EFRO-steun wordt verleend, staat een negatieve beoordeling aan de hand van de technische criteria in deze fase de preselectie van de aanmelding niet in de weg. De criteria die in deze fase al worden gebruikt, zijn met het symbool (*) aangeduid. ONTVANKELIJKHEIDSCRITERIA5 1. De projectaanvraag is volledig. (*) 2. De projectaanvraag werd ingediend voor het verstrijken van de deadline zoals bepaald door het Comité van Toezicht6. (*) 3.. De projectaanvraag is de uitwerking van een gepreselecteerde aanmelding7. 4. Het project wordt in voldoende mate uitgevoerd binnen het programmagebied Interreg Vlaanderen - Nederland. De effecten van het project hebben betrekking op voornoemde programmagebied. (*) 5. Grensoverschrijdend karakter: aan beide zijden van de grens wordt cofinanciering gegarandeerd; - in de uitvoering van het project is er minstens aan beide zijden van de grens één partner betrokken, ofwel is er een EGTS betrokken, die is opgericht door minstens één Vlaamse en één Nederlandse publieke autoriteit of instantie. (*) 6. De doelstelling van het project is inpasbaar binnen een specifieke doelstelling opgenomen in het Samenwerkingsprogramma Interreg Vlaanderen – Nederland. (*) 7. De doelstelling van het project is niet strijdig met de Europese en nationale regelgeving. (*) 8. De doelstelling van het project is niet strijdig met de volgende horizontale criteria: gelijke kansen en anti-discriminatie; gelijkheid van vrouwen en mannen; duurzame ontwikkeling. 9. Financieringscriteria: de gevraagde Europese bijdrage (EFRO) per projectpartner bedraagt niet meer dan 50% van de begrote totale subsidiabele kosten; de uitgaven zullen niet worden opgevoerd in een ander Europees project; de uitgaven zullen niet voor meer dan 100% worden gefinancierd. 10. Het project voldoet aan alle bijkomende ontvankelijkheidscriteria die werden opgelegd in de projectoproep. (*) TECHNISCHE CRITERIA8 1. Het volledige dossier is beschikbaar. 2. De projectaanvraag sluit inhoudelijk in voldoende mate aan bij de gepreselecteerde aanmelding en geeft invulling aan de voorwaarden die door het Comité van Toezicht werden opgelegd9. 3. Uit de projectaanvraag blijkt dat het project: de maximale uitvoeringsperiode niet overschrijdt; (*) uitgevoerd wordt voor uiterlijk 31 december 2022, dan wel 31 december 2023 voor de prioritaire as Technische Bijstand; (*) effectief realiseerbaar is met het oog op de te verkrijgen vergunningen en te doorlopen procedures. 4. De startdatum van het project valt niet voor de indieningsdatum10. 5. De in het kostenplan van de projectpartners opgenomen kosten komen voor een Europese bijdrage in aanmerking, overeenkomstig verordeningen nr. 1299/2013, nr. 1301/2013 en nr. 1303/2013 en de verdere bepalingen in het programmareglement. 6. In het kostenplan maakt elke projectpartner kosten, die rechtstreeks zijn toe te rekenen aan het project. 7. De deelname van projectpartners van buiten het programmagebied is voldoende verantwoord. (*) 8. De projectaanvraag is in het Nederlands opgesteld. (*) 9. De projectpartners zijn rechtspersonen. 10. Het project voldoet aan alle bijkomende technische criteria die werden opgelegd in de projectoproep. (*)

Appears in 1 contract

Samples: www.stimulus.nl